Categorie: Economie

Economisch Nieuws

  • Griekenland leent tegen dezelfde rente als de VS

    Griekenland leent op dit moment tegen dezelfde rente als de Verenigde Staten. Deze week zakte de rente op een Griekse staatslening met een looptijd van tien jaar naar 2,08%, hetzelfde percentage dat beleggers vragen voor een Amerikaanse lening met dezelfde looptijd. Dat was vijf jaar geleden nog zo goed als ondenkbaar, toen de rente op Grieks schuldpapier boven de 10% lag. De laatste jaren kon Griekenland steeds goedkoper lenen, terwijl de Amerikaanse rente nauwelijks daalde.

    Hoe heeft de rente op Griekse staatsleningen zo snel kunnen dalen? Daar zijn verschillende verklaringen voor te vinden. In de afgelopen vijf jaar heeft het land onder druk van de Europese Commissie, de ECB en het IMF drastische hervormingen doorgevoerd, waardoor het structurele tekort van meer dan 10% per jaar werd omgebogen naar een klein overschot. Daardoor heeft de markt meer vertrouwen in de houdbaarheid van de staatsschuld. De staatsschuld van Griekenland is met ongeveer 180% van het bbp nog steeds vrij hoog, maar stijgt niet meer. Ook laat de Griekse economie na jaren van krimp weer tekenen van groei zien.

    Naast deze fundamentele verbeteringen profiteert Griekenland ook van het ruime monetaire beleid. De ECB heeft de afgelopen jaren niet alleen staatsobligaties opgekocht om de rente laag te houden, ook heeft de centrale bank noodliquiditeit verstrekt om de Griekse bankensector te ondersteunen. De recente uitspraken van Draghi dat hij bereid is opnieuw in te grijpen heeft beleggers ervan verzekerd dat ze hun geld veilig in staatsobligaties van eurolanden kunnen parkeren.

    Rente op staatsobligaties verder omlaag

    De rente op staatsobligaties is de laatste jaren verder gedaald door een vlucht naar veilige havens en een wereldwijd spaaroverschot. Ook in de Verenigde Staten daalt de rente weer, ook al is die daling minder spectaculair dan die van Griekenland. Misschien dat de Amerikaanse regering een voorbeeld kan nemen aan Griekenland, want het Amerikaanse begrotingstekort lijkt onder de regering van Trump alleen maar verder toe te nemen. Volgens het Congressional Budget Office zal het begrotingstekort de komende jaren verder oplopen tot meer dan $1 biljoen in 2022.

    Verenigde Staten en Griekenland betalen dezelfde rente voor een 10-jaars lening (Bron: Bloomberg)

    Griekse economie groeit weer (Bron: Trading Economics)

    Staatsschuld blijft hoog, maar stijgt niet meer (Bron: Trading Economics)

    Griekenland heeft tekort weten om te buigen naar een klein overschot (Bron: Trading Economics)

    Dit artikel verscheen eerder op Holland Gold




  • There is no alternative?

    There is no alternative?

    De Amerikaanse S&P 500 en de Dow Jones index bereikten deze week een nieuw record. De S&P 500 brak voor het eerst door de 3.000 punten, terwijl de Dow Jones voor het eerst door de 27.000 wist te breken. Beleggers houden zich vast aan de woorden van Federal Reserve voorzitter Jerome Powell, die eerder deze week hintte op een versoepeling van het monetaire beleid.

    De voorzitter van de Amerikaanse centrale bank sprak over onzekerheden als gevolg van de handelsoorlog en over een verslechtering van de economische cijfers elders in de wereld. Normaal gesproken zouden dergelijke ontwikkelingen een negatieve impact hebben op de aandelenmarkt, maar nu leven we in een wereld waarin centrale banken en beleidsmakers de markten naar hun hand kunnen zetten. Slecht nieuws is goed nieuws, omdat centrale banken bereid zijn de geldkraan verder open te draaien als het even tegenzit.

    Centrale banken manipuleren de markt

    Het is niet alleen de aandelenmarkt die sterk reageert op uitspraken van centrale banken, ook op de obligatiemarkt zien we de effecten van het monetaire beleid. Deze week zakte de rente op Griekse staatsleningen naar hetzelfde niveau als die van Amerikaanse staatsleningen, terwijl een land als Italië al enige tijd tegen een negatieve rente kan lenen. Dat was tijdens de Europese schuldencrisis nog ondenkbaar, toen Italië meer dan 7% rente betaalde en Griekenland zelfs de toegang tot de kapitaalmarkt dreigde te verliezen.

    Ook op de obligatiemarkt positioneren beleggers hun portefeuille tegenwoordig naar het beleid van centrale banken. De verwachting dat de ECB in het ergste geval opnieuw obligaties zal opkopen zorgt ervoor dat het verschil in rente tussen zeer kredietwaardige en minder kredietwaardige landen kleiner is geworden.

    Met een impliciete garantie van de centrale bank zijn obligaties van landen als Italië en Griekenland opeens weer erg interessant. Het is dan ook niet vreemd dat beleggers deze week in de rij stonden voor een veiling van Italiaans schuldpapier met een looptijd van 50 jaar. Ook het Spaanse schuldpapier met dezelfde lange looptijd is erg populair. Het is immers bijna risicovrij rendement in een wereld waarin nul procent rente of negatieve rente de norm is geworden.

    Sparen levert niets op

    De rente heeft nog nooit eerder zo laag gestaan als nu en centrale banken lijken niet bij machte om daar iets aan te veranderen. Binnen dit financiële systeem dienen staatsobligaties als veilig onderpand voor financiële instellingen en een schaarste aan veilig schuldpapier zorgt ervoor dat de prijs steeds verder wordt opgedreven (lees: lagere rente). Pensioenfondsen, banken, verzekeraars en grote multinationals kunnen hun geld niet zomaar op een bankrekening parkeren, maar moeten dat aanhouden in liquide onderpand met een laag tegenpartij risico.

    Dat de rente zo extreem laag staat is dus geen teken van sterkte, maar juist een teken van zwakte. Beleggers en financiële instellingen durven geen geen grote bedragen te parkeren bij banken, maar zien tegelijkertijd weinig mogelijkheden om te investeren in de reële economie.

    Het gevaar van dit systeem is dat er gemakkelijk nieuwe financiële bubbels kunnen ontstaan, omdat een lage rente in conventionele economische theorie geassocieerd wordt met een laag risico. Beleggers zoeken door de lage rente massaal hun toevlucht in aandelen, obligaties, vastgoed en allerlei andere zaken met tastbare waarde. Daardoor kunnen de waarderingen veel hoger worden dan je op basis van cashflow of dividend zou mogen verwachten.

    ‘There is no alternative’

    Het is niet uit weelde dat veel verschillende soorten beleggingen op recordhoogte staan. Toegegeven, de bedrijfswinsten zijn de afgelopen jaren sterk gestegen, maar ook dat kan voor een deel worden toegeschreven aan de extreem lage rente. Grote bedrijven hebben de afgelopen jaren op grote schaal geld geleend om eigen aandelen in te kopen, met als resultaat dat de winst per aandeel is toegenomen.

    Met het vooruitzicht van een nog lagere rente en extra monetaire stimulering heeft het bijna geen zin meer om te sparen. Voor het eerst in de geschiedenis gaat de spaarrente naar nul procent, wat betekent dat miljarden aan spaartegoeden in beweging zullen komen.

    In de zoektocht naar rendement gaan we nog veel hogere aandelenkoersen zien, maar ook hogere prijzen voor allerlei soorten ‘hard assets’. Vastgoed, grond, kunst, horloges, klassieke auto’s en zeer waarschijnlijk ook edelmetalen. Fed-voorzitter Jerome Powell zei deze week dat virtuele munten als Bitcoin zich tegenwoordig als een soort veilige haven gedragen, vergelijkbaar met goud.

    Spaarders moeten zich de komende jaren de vraag stellen op welke manier ze willen sparen. Was het in het verleden nog vanzelfsprekend om het geld op een spaarrekening te zetten en er niet meer naar om te kijken, nu is dat geen aantrekkelijke optie meer. Het bezitten van fysiek goud werd altijd gezien als een speculatieve belegging, maar wordt in de toekomst misschien wel een logische keuze.

    Frank Knopers

    Deze column verscheen eerder op Goudstandaard




  • Over welke instrumenten beschikken centrale banken nog?

    Met de aanhoudend historisch lage rentestanden is de vraag wat voor beleidsopties er nog zijn voor de centrale banken. Het langgerekte en oppervlakkige herstel na de grote recessie heeft geleid tot een erg lage rente. Daarmee hebben centrale bankiers maar beperkte ruimte om de rente nog verder te verlagen. Eigenlijk heeft alleen de Fed in de VS die speelruimte, dankzij de renteverhogingen die daar al zijn doorgevoerd. Over welke beleidsopties beschikken de centrale banken nog, vraagt Piya Sachdeva, econoom van Schroders, zich af.

    Optie 1: Herstart QE

    Een beleidsmaatregel waar snel naar teruggegrepen kan worden, is het herstarten van kwantitatieve verruiming (QE). Tijdens de piek daarvan bedroeg de omvang van de Fed- en ECB-balans respectievelijk 25% en 40% van het bbp. De Japanse en Zwitserse centrale banken hebben aangetoond dat een balansomvang boven de 100% van bbp tot de mogelijkheden behoort.

    Er dreigt echter een tekort aan staatsobligaties om op te kopen. De ECB bijvoorbeeld is begrensd door de regel dat het niet meer dan 33% van een schuld mag bezitten. Centrale bankiers kunnen wel overwegen om de scope van QE te vergroten. Zo kan de Fed QE uitbreiden naar het aankopen van bedrijfsobligaties, wat de ECB al deed. De Bank of Japan gaat nog een stapje verder door ook aandelen en vastgoed op te kopen.

    Bank of Japan koopt naast staatsobligaties ook bedrijfsobligaties en aandelen (Bron: Schroders)

    Optie 2: Meer forward guidance

    Na de invoering van QE hielp forward guidance – het signaleren van toekomstige beleidsintenties – de centrale banken om de renteverwachtingen te sturen zonder het niveau van de rentetarieven daadwerkelijk te wijzigen. Ook hintte de ECB in 2012 dat QE aanstaande was met Draghi’s beruchte uitspraak “whatever it takes” (om de euro te behouden). Hiermee was de ECB succesvol in het versoepelen van de financiële omstandigheden en het helpen beëindigen van de staatsschuldencrisis.

    De centrale banken kunnen gebruik blijven maken van forward guidance, maar het heeft ook zijn beperkingen. Toekomstige rentevoeten hebben een ondergrens en de centrale banken leggen zichzelf vast door zich te verbinden aan toekomstige beleid. Daarnaast kunnen richtsnoeren zonder follow-up, met name wat hogere rentetarieven betreft, de geloofwaardigheid aantasten. De gouverneur van de Bank of England, Mark Carney, kreeg de bijnaam “unreliable boyfriend”, omdat hij zijn standpunt over renteverhogingen wijzigde.

    Optie 3: Gedifferentieerde rentetarieven

    Negatieve rentetarieven zijn schadelijk voor de winstgevendheid van de banksector, als gevolg van de druk op de rentemarge. Dit is met name het geval voor banken die meer afhankelijk zijn van depositofinanciering. De ECB overweegt momenteel een gedifferentieerde negatieve depositorente. Daarmee beperkt het de negatieve rente alleen tot de overtollige deposito’s gestald bij de centrale bank, waardoor de winstgevendheid van banken ondersteund wordt en het monetaire beleid met een lage rente langer volgehouden kan worden.

    Optie 4: Herziening van de inflatiedoelstellingen

    Met een duurzaam lage inflatie kunnen centrale bankiers ook het raamwerk herzien. De Fed overweegt bijvoorbeeld een gemiddelde inflatiedoelstelling. Daarmee kunnen inflatieverwachtingen gehandhaafd worden, ook als de inflatie tijdelijk onder de doelstelling noteert.

    Optie 5: Yield curve control

    De Bank of Japan introduceerde yield curve control in 2016 als een modificatie van QE. Daardoor hoefde de bank minder staatsobligaties aan te kopen om de rente laag te houden. Dit hielp QE duurzamer te maken. Ook in de VS bestaat belangstelling voor deze beleidsoptie.

    Japanse centrale bank hanteert rentedoelstelling voor staatsleningen (Bron: Schroders)

    Optie 6: Helikoptergeld

    Als laatste optie kan de centrale bank geld laten drukken en direct distribueren. Dit staat ook wel bekend als helikoptergeld. Monetiseren van de staatsschuld, waarbij de centrale banken de overheid rechtstreeks financieren, is hiermee vergelijkbaar. Het is nu nog verboden voor de meeste centrale banken. Het vereist monetaire en budgettaire coördinatie. Naast inflatoire problemen, vormt helikoptergeld een ernstige bedreiging voor de begrotingsdiscipline en de onafhankelijkheid van de centrale bank. In de praktijk helpt een ruim monetair beleid de overheden om goedkoop te lenen en wordt de staatsschuld eigenlijk al gefinancierd.

    Conclusie

    De beperkte mogelijkheden van de centrale bankiers, betekent dat de bal bij een volgende economische neergang komt te liggen bij het begrotingsbeleid van de overheid. De meeste ontwikkelde economieën hebben op dat gebied wel wat speelruimte. Centrale bankiers hebben bewezen dat ze creatief kunnen denken over het monetaire beleid en zich niet langer beperken tot het verlagen of verhogen van de rentetarieven. Verschillende tools blijven beschikbaar, maar elke tool heeft ook weer zijn tekortkomingen.

    De Federal Reserve en Bank of England kunnen de rente verlagen en QE opnieuw starten. De ECB heeft beperkte mogelijkheden om de rente te verlagen, maar kan dat nog steeds doen. De ECB kan ook QE opnieuw opstarten, wat waarschijnlijk zou vereisen dat de limieten op staatsobligaties worden verhoogd. De Bank of Japan heeft de minste speelruimte. Forward guidance kan nog steeds worden gebruikt door alle centrale banken. Uiteindelijk zullen de landen die monetair beleid en begrotingsbeleid kunnen coördineren, het in een volgende recessie beter doen. Gezien de politieke beperkingen en de beperkte ruimte op de begroting, is dit een bijzondere uitdaging voor de eurozone.

    Meer informatie:

    Lees meer in het meegestuurde artikel ‘What is left in the central bank toolbox?’ van Piya Sachdeva, econoom bij Schroders. Dit artikel is verschenen in de nieuwste Economic & Strategy Viewpoint (juli).




  • De handelsoorlog hakt er echt in

    De wereld haalde opgelucht adem toen president Trump en president Xi Jinping tijdens de G20 aankondigde dat de VS en China opnieuw aan tafel gaan om de handelsgeschillen te bespreken. Toch lijkt de schade als gevolg van het handelsgeschil fors, als we recente economische data correct interpreteren. De global manufacturing index van JP Morgan en IHS Markit daalde in juni naar het laagste niveau sinds 2012. Vooral het aantal nieuwe orders daalde scherp evenals het ondernemersvertrouwen.

    Data uit diverse regio’s en landen lijken de waarnemingen van de index te bevestigen. In China is de Caixin-Markit purchasing managers’ Index tot onder 50 gedaald. Volgens TS Lombard wijst de daling in nieuwe orders erop, dat de Chinese economie al voor de handelsgeschillen aan het vertragen was. Een Chinese vertraging is uiteraard slecht nieuws voor de rest van Azië en de malaise in dat deel van de wereld wordt nog verergerd door een vertraging van de industriële productie in Japan. Datzelfde land heeft sancties afgekondigd tegen de Koreaanse semiconductor industrie als onderdeel van een ruzie met Zuid-Korea over compensatiebetalingen voor dwangarbeid in de Tweede Wereldoorlog.

    Groeivertraging Europa

    Ook in Europa heeft de industrie het moeilijk. In Frankrijk daalt de productie, evenals in het Verenigd Koninkrijk. Daar is de productie naar het laagste niveau in zes jaar gedaald. Dat de onzekerheid rondom de Brexit hier een rol speelt, lijkt vanzelfsprekend. Alleen in de VS lijkt de industrie nog de wind in de rug te hebben en groeit de productie nog, zij het dat ook hier de orderinstroom lijkt te verflauwen.

    Twee sectoren die symbool staan voor het proces van globalisering, de automobielindustrie en de smartphone, hebben het nu duidelijk moeilijk. De Europese autofabrikanten kampen nog steeds met de gevolgen van het dieselschandaal. Er worden dit jaar waarschijnlijk minder Europese auto’s verkocht. De auto-industrie is van vitaal belang voor Europa. Ook de smartphone maakt moeilijke tijden door. De consument loopt niet vanzelfsprekend meer warm voor elke update. Die terughoudendheid pakt natuurlijk niet goed uit voor de producenten van semiconductors.

    Inkoopmanagersindex producenten daalt (Bron: Trading Economics)

    Er zijn meer verklaringen voor de teruglopende industriële productie en de internationale handel in industriële producten. In de VS worden kredieten minder vanzelfsprekend verleend. Dat maakt het werken duurder voor die bedrijven die actief zijn in de zogeheten wereldwijde value chains. Volgens de Bank for International Settlements leunen deze multinationale supply chains vooral op dollarkredieten. De groei van de internationale handel in de jaren voor de crisis was vooral te danken aan goedkoop geld en aan te bereidwillige banken.

    Minder investeringen

    Economen stellen ook vast dat sinds de financiële crisis van 2008 er relatief minder geïnvesteerd wordt. Bedrijven zijn terughoudend vanwege de politieke onrust in de wereld en houden de hand op de knip. Dat gaat ten koste van een groeiende productie. De dienstensector is minder gevoelig voor de terugval in investeringen, want die leunt toch in eerste instantie op de consumentenbestedingen. Die doen het goed vanwege een sterke arbeidsmarkt en stijgende lonen.

    De OECD stelt dan ook vast dat de dienstensector en de industrie steeds meer een eigen pad bewandelen. Tot voor kort bewandelden ze dezelfde weg in dezelfde richting. Dit kan uitmonden in een nieuw groeimodel, waarbij de rol van de export minder zwaar gaat wegen. Dat hoeft geen slecht nieuws te zijn. Toch is enige voorzichtigheid op zijn plaats. De industrie vertegenwoordigt nog steeds een zeer respectabel aantal banen, direct maar ook indirect. Die dienstensector is immers toeleverancier aan de industrie. Die heeft accountants nodig, maar ook chauffeurs, schoonmakers en ingenieurs om maar eens wat te noemen.

    Ondanks een terugval in productie en internationale handel lijkt de wereldeconomie nog steeds behoorlijk voorwaarts te marcheren. Ook de handelsperikelen hebben nog geen totaal fnuikende uitwerking gehad. Beleidsmakers moeten echter wel op hun hoede zijn. Een Amerikaanse renteverlaging en/of een hernieuwde stimulering door de ECB zal vooral de financieel markten vooruithelpen, maar niet de industrie een steuntje in de rug geven. Misschien kunnen de Chinese stimuleringsplannen dat wel doen voor de nijverheid van dat land! Het zou een begin zijn.

    Cor Wijtvliet

    corwijtvliet-logo

    Deze bijdrage is afkomstig van www.corwijtvliet.nl

    Tot slot:

    Vindt u deze columns van Cor Wijtvliet interessant, dan kunt voor €25 per jaar donateur worden van het CorWijtvlietJournaal. Ook kunt u een geheel vrijwillige bijdrage overmaken naar NL14RABO0156073676, ten name van Wijtvliet Research.

    Donateurs krijgen niet alleen zonder vertraging het CorWijtvlietJournaal in hun mailbox, maar kunnen ook rekenen op een wekelijkse extra nieuwsbrief met vijf beleggingstips van Cor Wijtvliet. Neem voor meer informatie contact op met Cor Wijtvliet via het hierboven genoemde mailadres.




  • Renteverlaging Fed onwaarschijnlijk na banenrapport VS, stevige rally dollar

    We verkondigden al een tijdje dat de rentemarkten, die voor de komende kwartalen bijna vier volledige renteverlagingen door de Federal Reserve inprijsden, te hard van stapel liepen. Het positieve banenrapport dat vorige week in de VS verscheen, bevestigt onze visie duidelijk: het tempo waarmee in de VS banen worden gecreëerd, vertoont geen vertraging van betekenis.

    Door dit nieuws steeg het rendement op tienjarig schatkistpapier tot boven het psychologische niveau van 2% en startte als tegentrend een rally in de Amerikaanse dollar, die vorige week ten opzichte van elke G10-valuta duidelijk hoger eindigde – met uitzondering van de Canadese dollar, die zelf door een sterk binnenlands banenrapport gesteund werd.

    Hierbij moet opgemerkt worden dat de dollar ten opzichte van belangrijke valuta van opkomende markten veel wisselender presteerde. Vele van deze munten wisten, nu de angst voor de ontwikkeling van de wereldeconomie wat weggeëbd is, opnieuw een sterke prestatie neer te zetten, ten koste van hogere Amerikaanse rendementen.

    Ook deze week zal de aandacht volledig op de VS gericht blijven. Federal Reserve-voorzitter Powell zal dinsdag voor het Congres getuigen. We zijn benieuwd in hoeverre de recente positieve economische cijfers zijn enthousiasme voor een soepeler beleid zullen temperen. Hieronder de belangrijke valuta in de detail.

    Euro

    De bekendmaking dat Christine Lagarde de volgende voorzitter van de ECB kan worden, is een boodschap van continuïteit en zou marginaal dovish genoemd kunnen worden. Zo zagen de markten het in ieder geval. Er was een stevige rally van Italiaanse obligaties en de euro begon voordat het Amerikaanse banenrapport vrijdag verscheen al hoogte te verliezen. Bovendien wijst het feit dat de EU heeft besloten om Italië geen sancties voor zijn begrotingstekort op te leggen op meer tolerantie voor aanvullende fiscale stimuleringsmaatregelen. Naar onze mening betekent dit dat aanvullende monetaire versoepeling minder hard nodig zou kunnen zijn en dit op de middellange termijn positief voor de euro is.

    Britse pond

    Het lijkt er steeds meer op dat de onzekerheid over de impasse rond de Brexit effect op het ondernemersvertrouwen in het Verenigd Koninkrijk begint te hebben. De PMI-indicatoren voor bedrijfsactiviteit daalden tot onder het kritieke niveau van 50, dat op krimp duidt. Deze week zullen we zien of de daadwerkelijke economische cijfers dit verlies aan vertrouwen weerspiegelen: woensdag wordt de groei van het bbp in de drie maanden tot en met mei gepubliceerd.

    Amerikaanse dollar

    Vorige week kwamen er positieve geluiden van het handelsfront, en vrijdag kwam het sterke Amerikaanse banenrapport daar nog eens bij. De banengroei leefde in juni ten opzichte van de dip in mei sterk op en de reële lonen blijven langzaam maar gestaag groeien. Er zijn geen aanwijzingen dat in de VS een recessie of zelfs een aanzienlijke vertraging in het verschiet ligt.

    Het lijkt het erop dat de markten na het verschijnen van het banenrapport volledig uitsluiten dat de Federal Reserve bij zijn bijeenkomst in juli de rente met 50 basispunten verlaagt. Eén verlaging is volgens ons politiek onvermijdbaar, maar we denken niet dat er een voedingsbodem voor een aanhoudende verruimingscyclus is.

    Door: Enrique Diaz-Alvarez

    Enrique Diaz-Alvarez is chief risk officer en staat aan het hoofd van het analistenteam van Ebury in New York. Vanwege zijn gedrevenheid, passie en gedegen kennis, wordt Enrique door Bloomberg erkend als een van de meest accurate voorspellers van de marktbewegingen.

    Over Ebury:

    Ebury maakt internationale markten toegankelijker met valutadiensten op maat en flexibel handelskrediet voor ondernemingen. Ebury werkt samen met ruim 12.000 organisaties en verricht 12 miljard euro aan valutatransacties in 140 verschillende valuta. Het bedrijf heeft kantoren in het Verenigd Koninkrijk, Nederland, Spanje en Polen. De speerpunten van Ebury:

    • Financiële diensten die normaal zijn voorbehouden aan grote multinationals
    • Financiering van uw aankopen
    • Marktkennis en valutadiensten op maat
    • Ons netwerk van liquidity providers en intermediaire banken
    • Transacties in ruim 140 verschillende valuta

    Meer informatie op www.ebury.nl




  • Financiële markten zijn weer nerveus, wat is er aan de hand?

    Een bekende uitspraak van econoom John Maynard Keynes is dat markten langer irrationeel kunnen zijn dan jijzelf solvabel. Anders gezegd, het is nogal lastig om financieel voordeel te halen uit het precies voorspellen van een financiële crisis. Toch zijn er signalen die iets zeggen over het naderen van zo’n omslag. En die wijzen sinds begin 2018 op toenemend gevaar.

    Denk hierbij aan negatieve rente swap spreads, ongehoorzame Fed Funds (de korte rente die de Fed bepaalt) en periodieke onrust in de markt waarin financieel onderpand wordt verhandeld (repo). Tel daarbij op dat de eurodollar futures curve sinds medio 2018 een opvallende gelijkenis laat zien met de periode eind 2006 tot aanvang van de financiële crisis begin augustus 2007. En sinds eind juni is er – voor het eerst sinds augustus 2007 – sprake van inversie in de beruchte interbancaire LIBOR curve.

    Onrust financiële markten neemt toe

    Financiële markten speculeren volop op een daling van het rentetarief van de Fed en de ECB heeft bij monde van Mario Draghi al aangekondigd de monetaire stimulering weer op te gaan schroeven. Waar komt deze onrust vandaan?

    Tot de kredietcrisis van 2008 waren banken en financiële instellingen in staat de brede vraag naar leningen te faciliteren. De financiële sector werd steeds efficiënter in het toewijzen van belegd vermogen en het creëren van nieuw krediet na opeenvolgende rondes van de- en re-regulering in de jaren tachtig. Overheden gingen hiertoe over, omdat ze zelf veel geld nodig hadden om aan hun sociale verplichtingen te kunnen voldoen, terwijl de belastinginkomsten door een stagnerende wereldeconomie daalden.

    Financiële markten werden steeds meer als bondgenoot omarmd. De rol van de staatslening is daarbij cruciaal gebleken. Beleidsmakers stemden ermee in dat de staatslening van kredietwaardige landen door financiële partijen kon worden gebruikt als meest veilige onderpand bij financiële transacties (repo). De staatslening werd zo een spil in een steeds omvangrijker mondiale geld- en kapitaalmarkt. Niet alleen in goede, maar ook in slechte tijden.

    Crisis in offshore dollarmarkt

    De mondiale geld- en kapitaalmarkt ontspoorde spectaculair in 2008. Hoewel de kredietcrisis wordt herinnerd als een subprime hypotheekcrisis, lag de oorsprong in de offshore dollar geldmarkt, daar waar de hypotheken werden gefinancierd. Omdat de hypotheekleningen ook zelf weer dienst deden als onderpand bij geldmarkt transacties, ontstond er een negatieve feedback-loop tussen geld- en kapitaalmarkt.

    Overheden schoten de financiële sector met belastinggeld te hulp en er ontstond een grote vlucht naar de veiligheid en liquiditeit van staatsleningen, met sterk dalende rentes als gevolg. Nadat het systeem was gestabiliseerd bleken bedrijven en consumenten – ondanks de lagere rentes – minder geneigd om nog veel te lenen. Er bleek hierdoor ook sprake van een negatieve feedback-loop tussen financiële markten en de reële economie.

    Waar komt die economische stagnatie vandaan?

    Vanaf medio 2018 vertoont de wereldhandel tekenen van stagnatie. Hoofd van de afdeling economisch onderzoek van de Bank for International Settlements in Bazel, Hyun-Song Shin, stelt in een recente presentatie dat de achterblijvende wereldhandel en de economische stagnatie niet hoofdzakelijk moet worden gezocht in het oplopende handelsconflict tussen de VS en China, maar juist in de achtergebleven vitaliteit van het financieel en bancair systeem sinds 2008. Ondanks grootschalige interventies en de structureel positieve grondhouding van centrale banken, is de vitaliteit van de financiële sector niet meer teruggekeerd naar die van voor de kredietcrisis, met negatieve gevolgen voor de mondiale waardeketens en uiteindelijk de wereldhandel.

    Het is al wat langer bekend dat Chinese banken grote moeite hebben om aan funding te komen voor hun binnenlandse kredietverlening. De Chinese centrale bank (PBOC) schoot hen te hulp, maar veel heeft het nog niet geholpen. De PBOC heeft zichzelf hierdoor mogelijk zelf in problemen gebracht, gelet op de afname van Amerikaanse staatsleningen op hun balans en moeite die het heeft om de koers van de yuan stabiel te houden.

    Een ander probleem doet zich voor bij Deutsche Bank. De bank heeft na een aantal mislukte fusiegesprekken nu aangekondigd met een zogenaamde ‘bad bank’ te willen komen om slechte leningen in op te bergen. Dit is waarschijnlijk nog de enige manier om op termijn weer gezond te kunnen worden. Met de ontwikkelingen in de geld- en kapitaalmarkt in het achterhoofd zijn dit symptomen van een dieper liggend probleem.

    Negatieve spiraal

    Er is sinds begin 2018 sprake van een negatieve feedback-loop tussen financiële markten en reële economie. Gebrek aan liquiditeit in financiële markten zorgt voor verminderde kredietverlening in de reële economie en voor verslechterde economische vooruitzichten. Dit zorgt weer voor verdere financiële verkrapping. Partijen die veel hebben geleend of partijen die op basis van een te positiviteit inschatting financiering hebben verstrekt krijgen het moeilijk.

    Wat zal het effect zijn van een plotseling sterke devaluatie van de yuan, een hernieuwde bankencrisis die begint bij Deutsche Bank of een andere verrassing, zoals een vlucht uit gammele bedrijfsobligaties? De Fed en andere centrale banken werden in 2008 verrast door het financiële infarct. En ook nu blijken ze al een tijd achter de financiële feiten aan te lopen. Zijn ze nog bij machte om de negatieve feedback-loop te keren?

    Sander Boon, politicoloog

    Dit artikel verscheen eerder op Geotrendlines




  • Negatieve rente, hoe lang gaat dat nog goed?

    Negatieve rente, hoe lang gaat dat nog goed?

    De rente op staatsobligaties bereikte een nieuw dieptepunt, nadat centrale banken de deur naar een renteverlaging hadden opengezet. Beleggers anticiperen op nieuwe monetaire stimulering en verwachten dat de rente daardoor nog verder zal dalen. Tegelijkertijd zijn aandelen in trek, want door de negatieve rente is het dividendrendement extra interessant geworden. Ook zien we een vlucht richting edelmetalen, want de goudprijs bereikte vorige week het hoogste niveau in zes jaar.

    Door de extreem lage rente lijken alle beleggingen weer in waarde te stijgen. Maar door de negatieve rente ontstaan er wel weer nieuwe problemen. Voor pensioenfondsen is het bijvoorbeeld lastiger om rendement te maken, terwijl ook spaarders erop achteruit gaan. De spaarrente is nu al nul, terwijl de banken zelfs een boeterente moeten betalen over tegoeden die ze bij de centrale bank parkeren. Daardoor staat ook de winstgevendheid van de bankensector onder druk.

    Hoe gevaarlijk is negatieve rente?

    We zitten in een gevaarlijke negatieve spiraal, waarbij de rente alleen maar verder onder druk lijkt te staan. Enerzijds door spaaroverschotten en anderzijds door een vlucht naar veiligheid. Bij RTL-Z bespreken beurscommentator Hans de Geus en Hendrik Jan Tuch van Aegon de gevolgen van de extreem lage rente en het stimulerende beleid van centrale banken. Wordt negatieve rente het nieuwe normaal? En hoe moet je daar als spaarder nou mee omgaan? Zullen mensen stoppen met sparen of zullen ze uitwijken naar alternatieven?

    Het gevaar bestaat dat er nieuwe bubbels ontstaan, omdat mensen nu meer risicovol gaan beleggen. Een zorgelijke ontwikkeling, omdat centrale banken met hun beleid de marktsignalen kunnen overstemmen. Het is dus niet vreemd dat meer beleggers hun toevlucht zoeken in veilige havens als edelmetalen. Klik op onderstaande afbeelding om het videofragment te bekijken.

    Negatieve rente: hoe lang kan dit nog goed gaan?

    Dit artikel verscheen eerder op Holland Gold




  • Trumps kandidaat voor Fed pleit voor goud gedekte obligaties

    Judy Shelton, de kandidaat die door Trump naar voren is geschoven als bestuurslid bij de Federal Reserve, pleit voor een staatsobligatie gedekt door goud. Ze suggereerde dat de Amerikaanse overheid nieuwe converteerbare obligaties kan uitgeven, die aan het einde van de looptijd omgewisseld kunnen worden voor goud.

    “Waarom goud? Het hoeft toch geen goud te zijn? Omdat centrale banken in meer dan honderd landen goud aanhouden in hun internationale reserves lijkt het een goede neutrale reserve te zijn. En naar mijn idee een goede manier om politieke vijandigheid te ontwijken. Dus stel je eens een staatslening voor die als volgt werkt: Op de einddatum kan de bezitter van de obligatie ofwel de nominale waarde van de obligaties of een vooraf bepaalde hoeveelheid goud ontvangen.”

    Goud gedekte obligaties

    Het voorstel van Shelton is opmerkelijk, omdat goud al decennia lang geen rol van betekenis meer speelt in de financiering van de Amerikaanse tekorten. Sinds de ontkoppeling tussen de dollar en goud in 1971 is een dollarbewijs geen claim meer op goud. Met dit voorstel van Shelton zouden nieuwe Amerikaanse staatslening weer een waarde kunnen krijgen in termen van goud.




  • Goudprijs stijgt na voordracht Lagarde als president ECB

    De goudprijs ging maandag flink omhoog na de voordracht van Christine Lagarde als toekomstig president van de ECB. De topvrouw van het IMF zal Mario Draghi later dit jaar opvolgen aan het hoofd van de Europese Centrale Bank. De voordracht van Lagarde is opmerkelijk, omdat ze tijdens haar carrière vooral politieke functies vervulde en geen directe werkervaring heeft in de wereld van centrale banken en monetair beleid. Ze is de eerste niet-econoom die het presidentschap bij de centrale bank zal kunnen vervullen.

    De financiële markten reageren wisselend op de voordracht van Lagarde als nieuwe directeur bij de Europese Centrale Bank. Verschillende analisten reageren positief op deze uitkomst en verwijzen naar de ervaring die Lagarde heeft als voormalig minister van Financiën in Frankrijk en als topvrouw van het IMF. Binnen die functies heeft ze veel ervaring opgedaan op het gebied van economisch beleid en crisismanagement. Ze was immers minister van Financiën van 2007 tot 2011, precies tijdens de financiële crisis en de bankencrisis.

    Goudprijs stijgt, euro lager

    Toch zijn er analisten en economen die vraagtekens zetten bij de voordracht van Lagarde. Critici vrezen dat haar politieke achtergrond de onafhankelijkheid van de centrale bank in gevaar kan brengen. Ook heeft ze niet zo veel expertise op monetair gebied als andere mogelijke kandidaten, zoals de Duitse centraal bankier Jens Weidmann.

    Op de financiële markten zorgde de voordracht van Lagarde voor een daling van de euro ten opzichte van de dollar. Ook de goudprijs reageerde op het nieuws, de prijs van een troy ounce goud steeg naar $1.430. In euro’s steeg de koers naar €1.270. In beide valuta is dat het hoogste niveau sinds begin 2013.

    De stijging van de goudprijs is een reactie op de verwachting van een ruimer monetair beleid. In 2016 zei Lagarde als topvrouw van het IMF dat negatieve rente netto een positief effect heeft op de wereldeconomie. Met die kennis in het achterhoofd is de kans nog groter dat de ECB de komende jaren een ruim monetair beleid zal blijven voeren. Ook op de aandelenmarkt en de obligatiemarkt zorgde het nieuws voor hogere koersen.

    Update: In het oorspronkelijke artikel stond dat ze al benoemd is, maar dat is nog niet het geval. Ze is voorgedragen als kandidaat en die voordracht moet nog goedgekeurd worden.




  • Rusland en China tekenen overeenkomst om dollar te omzeilen

    De minister van Financiën van Rusland en de gouverneur van de Chinese centrale bank hebben vorige maand een overeenkomst gesloten om over te stappen naar handel in eigen valuta. De twee landen hebben afgesproken om het betalingsverkeer tussen beide landen moet niet langer in dollars, maar in roebels en yuan te verrekenen. Dat maakte de Russische financiële krant Izvestia afgelopen vrijdag bekend, die zich baseert op een brief van het ministerie van Financiën in Rusland.

    In de brief staat dat beide landen in nationale valuta willen handelen om hun economische zekerheid te versterken. Ook staat erin dat er al wordt gewerkt aan nieuwe betaalsystemen die dat mogelijk moeten maken. Anatoly Aksakov, voorzitter van een Russisch comité voor financiële markten, zei tegenover de krant Izvestia dat men denkt aan een systeem dat vergelijkbaar is met het internationale SWIFT betaalsysteem.

    Aksakov voegde eraan toe dat de twee landen hun kapitaalmarkten verder moeten ontwikkelen, zodat fluctuaties in de wisselkoers tussen de roebel en de yuan opgevangen kunnen worden. Hij verwacht dat daarmee het percentage betalingen in roebels aan China van 10% naar 50% kan toenemen. De Russische VTB Bank en de Trade Bank of China zouden een prominente rol moeten krijgen in de ontwikkeling van een nieuw betaalsysteem, zo schrijft Izvestia.

    Rusland wil afhankelijkheid dollar verkleinen

    De afgelopen jaren heeft Rusland steeds meer stappen gezet om minder afhankelijk te worden van de dollar. De Amerikaanse valuta is nog steeds het belangrijkste internationale betaalmiddel, maar Rusland hekelt de manier waarop de Verenigde Staten met die positie omgaan. De Russische president Poetin zei vorige maand dat de rol van de dollar moet worden herzien, omdat het steeds meer als politiek drukmiddel wordt ingezet. Met sancties tegen Russische banken en bedrijven wordt het internationale betalingsverkeer gehinderd.

    De centrale bank van Rusland heeft de afgelopen jaren ook al maatregelen genomen. Zo heeft ze vorig jaar haar dollarreserves flink afgebouwd ten gunste van reserves in euro’s en yuan. Ook koopt de centrale banken steeds meer goud bij als bescherming tegen de dollar. Naast China probeert Rusland ook met bondgenoten als Iran en Turkije handel in de eigen valuta te promoten. Ook deze landen zien de dollar steeds meer als een probleem en zoeken daarom naar alternatieven.

    Dit artikel verscheen eerder op Holland Gold




  • De handelsoorlog draait uiteindelijk om dominantie in 5G

    Nog maar 10 jaar geleden was Huawei een tamelijk marginaal bedrijf, dat voornamelijk actief was in delen van zuidoost Azië en Midden- en Centraal-Europa. Het had een omzet van $28 miljard. In 2018 kwam de omzet uit op $107 miljard. Het is die snelle groei van Chinese technologiebedrijven die naar alle waarschijnlijkheid de basis vormt voor de steeds maar toenemende frictie tussen China en de VS. De aandacht gaat nu vooral uit naar telecom- technologie.

    Technologie en vooral de stand van de technologie is een begrijpelijke bron van spanning tussen de twee grootmachten. De bron is het dubbele gebruik van technologie. Het wordt steeds moeilijker om in dezen een duidelijke grens te trekken tussen commercieel/burgerlijk gebruik en strategisch/militair. Het moge duidelijk zijn, dat in dezen geen van beide partijen van wijken wil weten. Het gaat er juist om wie technologisch de overhand heeft.

    China neemt de overhand met 5G

    De Amerikanen willen koste wat kost voorkomen dat China in 5G de overhand heeft of krijgt. Het land zal daarom met alle middelen Huawei willen neersabelen. De felheid van de Amerikanen is terug te voeren op een rapport van het Defense Innovative Board, waarin gesteld wordt dat de VS achterop is geraakt in de ontwikkeling van deze technologie en daarom niet in staat zal zijn de standaard voor 5G te stellen. Het rapport gaat nog een stapje verder en stelt dat de VS op dit terrein wel eens gemarginaliseerd kan worden. De belangen zijn echter immens. Het land dat de standaard kan zetten voor 5G kan waarschijnlijk de vruchten daarvan plukken in de vorm van een eindeloze reeks innovaties.

    De introductie van 5G op zich is al belangrijk, maar het multipliereffect zal nog veel groter zijn. 5G is gekoppeld aan een reeks van andere technologieën, zoals de zelfrijdende auto, the Internet of Things, virtual reality en noem maar op. Zoals zo vaak in technology is de hoofdprijs voor de first mover, zo stelt het rapport met alle daarmee samenhangende vruchten. Dat kan in de vorm van veel, nieuwe hoogwaardige banen, maar meer nog in de vorm van leiderschap in andere technologieën. Die eisen een steeds snellere transmissie van steeds meer data.

    Hebben de Verenigde Staten de slag gemist?

    De Verenigde State hebben hun dominantie verloren in telecomtechnologie. Dat is niet te wijten aan Chinese piraterij, maar is van eigen makelij. Amerikaanse bedrijven hebben gewoon te weinig geïnvesteerd. Bedrijven als AT&T en Verizon zitten tot hun nek in de schulden en hebben de middelen niet. China heeft de afgelopen vijf jaren $180 miljard in 5G gestoken. Daar komt nog bij dat de Amerikaanse overheid en defensie het grootste deel van het spectrum voor zich opeisen, dat in de rest van de wereld voor commerciële doeleinden gebruikt wordt. Daardoor staat de Amerikaanse markt min of meer op zichzelf.  Los daarvan, de Amerikaanse markt, burgerlijk en militair samen, is eenvoudigweg niet groot genoeg meer om andere partijen de wil op te leggen. Het is voor de VS niet te hopen, dat wat nu in telecom gebeurt, exemplarisch zal blijken voor wat er op andere technologische terreinen kan gaan gebeuren!

    Cor Wijtvliet

    corwijtvliet-logo

    Deze bijdrage is afkomstig van www.corwijtvliet.nl

    Tot slot:

    Vindt u deze columns van Cor Wijtvliet interessant, dan kunt voor €25 per jaar donateur worden van het CorWijtvlietJournaal. Ook kunt u een geheel vrijwillige bijdrage overmaken naar NL14RABO0156073676, ten name van Wijtvliet Research.

    Donateurs krijgen niet alleen zonder vertraging het CorWijtvlietJournaal in hun mailbox, maar kunnen ook rekenen op een wekelijkse extra nieuwsbrief met vijf beleggingstips van Cor Wijtvliet. Neem voor meer informatie contact op met Cor Wijtvliet via het hierboven genoemde mailadres.