Tag: cor wijtvliet

  • De rol van Europa in high-tech lijkt uitgespeeld

    Sinds jaar en dag belijdt Europa met de mond het belang van de Informatie technologie voor de toekomst van Europa. In het Verdrag van Lissabon uit 2007 wordt deze sector met name genoemd als bouwsteen voor een nieuw Europa. Het oude continent zou in deze sector een leidende rol kunnen en moeten spelen.

    Toegevoegde waarde

    Uit een nieuwe studie van de consultants van AT Kearny, Rebooting Europe’s High-Tech Industry blijkt dat – alle goede bedoelingen ten spijt – er weinig terecht komt van de geformuleerde ambities. Enkele koele cijfers maken dat al snel duidelijk. Van de top 100 IT bedrijven hebben er slechts negen hun hoofdkantoor in Europa en die bedrijven genereren slechts 10% van de wereldwijde revenuen. En dan staan we nog op het punt het Finse Nokia te verliezen aan het Amerikaanse Microsoft.

    De opstellers van het rapport zijn het overigens eens met de Europese Commissie. Ook zij onderschrijven het belang van deze sector voor de toekomst van Europa. Het is immers schier onmogelijk om in dit deel van de wereld op kosten van arbeid te concurreren. Dat moet wel op basis van kennis. Maar als Europa de IT-sector kwijt speelt, dan verliest het juist die kennisclusters die essentieel zijn voor innovatie en groei, zo denken ze bij AT Kearny. Een voorbeeld maakt duidelijk wat de auteurs bedoelen. In 2025 zal embeddded software voor 65% de toegevoegde waarde van een auto bepalen. Deze industrie, maar ook bijvoorbeeld industrial engineering kan niet zonder ICT.

    Europese strijd voor marktaandeel in de ICT

    Europese strijd voor marktaandeel in de ICT

    Oorzaken

    Er is niet een duidelijke oorzaak aan te wijzen voor het teruglopen van het Europese aandeel in de IT-sector. Er zijn er meerdere aan te wijzen. Een belangrijke oorzaak is in ieder geval het ontbreken van voldoende goed geschoolde werknemers. Volgens de Financial Times zal er in 2020 alleen al in het Verenigd Koninkrijk een tekort zijn van 1,25 miljoen IT- professionals met uiteenlopende vaardigheden en kennis. Het ziet er bovendien niet naar uit, dat hier op korte termijn verandering in zal komen. The US National Science Board heeft berekend dat in de Europese Unie slechts 17% van de studenten de juiste studie volgt voor een carrière in de IT sector. In Zuid-Korea ligt dat percentage op 29%. Een andere belangrijke oorzaak is het financieel lage niveau van R&D. De EU investeert 1% van het bruto nationaal product minder in R&D dan de VS en 1,5% minder dan bijvoorbeeld Japan. Europese IT-bedrijven doen wel erg hun best, maar hun inspanningen vallen in het niet bij die van bedrijven in Azië en de VS. Zo investeerde een bedrijf als het Koreaanse Samsung in 2013 $13 miljard in R&D. Dat was ruim 6% van hun omzet. In Nederland moeten we al blij zijn met 1%.

    Master plan

    Het is niet verwonderlijk, dat de auteurs pleiten voor een Europees master plan voor de lange termijn. Overheden, instellingen bedrijven en investeerders moeten de handen gaan ineen slaan om de ICT in Europa nieuw leven in te blazen. Het zou aan te bevelen zijn als alle betrokken partijen zouden gaan samenwerken in strategische partnerships om langdurige projecten tot een goed einde te brengen. Daar zijn in het niet al te verre verleden goede ervaringen mee opgedaan. Zo is indertijd GSM ontwikkeld. Dat was 2G netwerk voor mobiele telefonie. De auteurs dringen aan op urgentie, omdat steeds meer landen deze manier van werken omarmen. Landen als China en Korea zijn al druk doende een nieuwe generatie mobiele netwerken te ontwikkelen. Of de roep om urgentie iets zal uithalen, is nog maar de vraag. Sinds 2007 is er eigenlijk maar heel weinig gebeurd in dit deel van de wereld. Er is een nieuw plan op tafel gelegd, Horizon 2020 innovation and research strategy. Dat is bedoeld om een deel van de geschetste problemen bij de kop te pakken. Daarvoor is tot 2020 het lieve sommetje van € 70 miljard gereserveerd. AT Kearny is echter niet optimistisch over de uitkomst van dit nieuwe initiatief. Er worden in hun ogen geen echte keuzes gemaakt om zo segmenten in de IT sector, die veel potentie voor groei hebben, vooruit te helpen. Er is kortom opnieuw geen beleid, alleen maar mooie plannen. Dat is trouwens een mooie traditie in Brussel en in Den Haag.

    kroes

    Figuur 2: Geen daden maar woorden door de commissaris voor de digitale agenda

    Cor Wijtvliet Bron: Financial Times, Europe’s high-tech sector losing ground. February 20, 2014 Vragen en opmerkingen kunt u richten aan [email protected]

  • Discussie over inkomensongelijkheid verscherpt

    In Nederland is inkomensongelijkheid in de politiek en daarbuiten nog maar amper een thema. In de Verenigde Staten daarentegen laait het debat hierover feller en feller op. Larry Summers vergeleek de dreigende toekomst van de Amerikaanse economie met de televisieserie Downtown Abbey. In die serie geniet een kleine adellijke elite alle voordelen van economische groei, maar de grote massa moet alle moeite doen overeind te blijven. Vandaag de dag is het in de VS niet veel anders. De beroemde en beruchte one percenters slokken nagenoeg alle opbrengsten van de economische groei op. Daarbij gaat het om gigantische vermogens. Afgelopen jaar steeg het belegd vermogen op de financiële markten met ongeveer $6 biljoen. Het leeuwendeel belandde in de schoot van de one percenters.

    Evenals zovele illustere voorgangers als Kennedy, Roosevelt, Truman en (zelfs) Nixon, is de huidige president Barack Obama vast besloten iets te doen aan de ongelijkheid. De ongelijkheid verscheurt de samenleving en legt daarmee een zware hypotheek op de toekomst van het land.

    De rijken der aarde

    De vraag is wat er precies tegen gedaan kan worden. De vraag stellen is gemakkelijker dan hem beantwoorden. Inkomensdistributie lijkt een logisch antwoord, maar hoeft dat niet te zijn. Inkomens in de financiële wereld zijn in de laatste decennia dramatisch gestegen dankzij een sterke groei van de commissie-inkomsten. Als die inkomsten verlagen, dan profiteren daar eerst en vooral de grote beleggers van. Dat is nu niet direct de doelstelling, want deze groep is al rijk genoeg. Dat hebben we hierboven al vast gesteld.

    Aanscherpen belastingstelsel

    Voor Summers schuilt de oplossing in het aanscherpen van het Amerikaans belastingsysteem. Het is voor de rijken te gemakkelijk om belastingen te ontduiken. Dat kan op zulk een schaal, dat de Amerikaanse economie er waarschijnlijk onder te lijden heeft. Zo worden in de VS vermogenswinsten niet belast en belasting op onroerend goed is wel heel gemakkelijk te ontduiken. De grote bedrijven genieten nagenoeg dezelfde voordelen als de rijken in de VS. Belastinginkomsten opgebracht door bedrijven zijn volgens Summers naar een historisch dieptepunt gedaald. Verbetering van het belastingsysteem moet volgens Summers inhouden dat belastingvoordelen, waar alleen de rijken van profiteren, geschrapt moeten worden. Dat maakt het mogelijk de armen en de middenklasse belastingvoordelen te verschaffen zonder daarmee een onevenredig beroep op de schatkist te hoeven doen.

    Effectieve belasting per inkomensgroep

    Effectieve belasting per inkomensgroep

    Een rechtvaardiger en efficiënter belastingsysteem is volgens Summer te verkiezen boven maatregelen die de werking van de markt beknotten. Die hebben vaak onverwachte effecten, die als een boemerang in het gezicht van de bedenker terugkomen. In Nederland zal menigeen hoofdschuddend de Amerikaanse discussie aanhoren en iets mompelen in de trant van ‘Amerikaanse toestanden’, die hier niet mogelijk zijn. Dat is in Nederland vaak de primaire reactie: 'dat kan in dit land niet'. Meestal blijkt dan in tweede instantie, dat ook in Nederland ‘Amerikaanse toestanden’ mogelijk zijn. De korte geschiedenis van de crisis van 2008 leert, dat ook de Nederlandse bestuurlijke, economische en financiële elite zich decennia lang op geoorloofde, maar zeker ook op ongeoorloofde wijze hebben verrijkt. Een tweede punt van kritiek luidt, dat het ‘aanpakken’ van de hardwerkende succesvolle rijke een zaak van afgunst is. Degene die dat van mening is, moet maar eens een boek openslaan over de sociale geschiedenis van Nederland in de 19de en begin 20ste eeuw!

    Armoede

    Cor Wijtvliet Bron: Lawrence Summers, America risks becoming a Downtown Abbey Economy. Financial Times, February 17 2014

  • Hoge schulden, geen vraag

    Nog niet zo lang geleden zorgde de Amerikaanse econoom Larry Summers weer eens voor de nodige deining onder vakgenoten en beleidsmakers. Hij claimde dat de wereld voor een lange reeks van jaren geplaagd zou worden door een trendmatig te lage groei. Het valt inderdaad moeilijk te ontkennen dat we, ondanks het herstel de Westerse wereld, nog steeds 0% tot 15% achter blijft bij niveaus van voor de crisis. De oorzaken zijn zo onderhand wel duidelijk. De hoge schuldenlast in publieke en private sectoren, in combinatie met pogingen die schuldenlast af te bouwen, heeft de vraag danig verzwakt.

    Je kunt een tekortschietende vraag met overheidsmaatregelen stimuleren, maar dat gaat meestentijds gepaard met het verder opblazen van de publieke schuld. Dat hebben we in de jaren voor de crisis zien gebeuren. Het resultaat is, dat het nog jaren en soms nog wel decennia zal duren voordat de schuldenlast weer onder controle is. Volgens Summers waren de jaren in aanloop naar de crisis niet zo buitensporig in termen van groei. Ja, kredietvolumes waren hoog, evenals de prijs van veel vermogenstitels. Maar inkomens bleven achter en het inflatieniveau bleef opvallend laag. De nominale vraag groeide met 5%, maar het kredietvolume met meer dan 10%. En vandaag de dag zien we hetzelfde patroon ontstaan in een aantal opkomende markten. Kredietverlening stijgt snel, maar de groei houdt daar absoluut geen gelijke tred mee. Het resultaat is, dat de verschuldiging snel omhoog gaat. Het heeft er de schijn van dat er meer en meer kredieten nodig zijn om de economische prestatie in lijn te houden met wat mogelijk is.

    Steeds meer geld naar onroerend goed

    Steeds meer geld naar onroerend goed

    Schulden maken

    Als dat waar is, dan heeft dat vervelende consequenties. Schulden maken hoort blijkbaar bij het scheppen van groei. Teveel schulden monden uit in crisis en recessie, zoals we nu goed weten. Moeten we ons daarom niet de vraag stellen of de manier van krediet verlenen - zoals we die nu kennen - niet bijgesteld moet worden? Is het niet zo, dat veel kredieten niet uitmonden in consumptie of in investeringen? Gaat niet heel veel krediet zitten in de aankoop van (commercieel) onroerend goed? Door de stijgende prijzen van hun onroerend goed denken veel kredietnemers dat nog meer krediet opnemen verstandig en wenselijk is. Dat verschijnsel heeft in ieder geval in landen als Nederland en Spanje gezorgd voor een veel te hoge schuldenlast. Die heeft de vraag en productiviteit in ieder geval niet bevorderd, maar wel de duur van de recessie en de crisis.

    Hypothecaire schuld in Nederland en de VS

    Hypothecaire schuld in Nederland en de VS

    Kredietverlening met beleid

    Beleidsmakers kunnen die verkeerde aanwending van krediet bestrijden door hogere eisen te stellen aan deze categorieën van kredietverlening. Het is echter twijfelachtig of deze maatregelen, hoe verstandig op zich ook, tegelijkertijd het probleem van de achterblijvende vraag kunnen oplossen. Minder kredietverlening draagt bij aan een lagere rente, maar een lagere rente is geen opmaat tot meer consumptie. Tegenover de lagere kredietverlening staat ook het effect, dat veel mensen zich minder rijk voelen nu de prijs van onroerend goed niet meer stijgt. Een lage rente verschaft evenmin de zekerheid van meer investeringen. Om de groeiende vraag naar krediet op te lossen, moeten we misschien kijken naar de groeiende inkomensongelijkheid. Er is een einde aan wat de rijken kunnen consumeren en spenderen. De armen daarentegen moeten lenen om te kunnen consumeren. De subprime crisis is een afschrikwekkend voorbeeld als inkomens niet of te langzaam stijgen en de kredietverlening gewoon doorgaat.

    Saldo lopende transacties met buitenland

    Saldo lopende transacties met buitenland

    Wat in het dagelijks leven van de doorsnee burger kan gebeuren, kan en is ook tussen landen gebeurd. Landen met grote overschotten drijven de schuldenlanden in steeds grotere problemen. Landen als Duitsland en Nederland hebben gigantische overschotten op hun lopende rekening. De consumptieve vraag in beide landen is zo zwak, dat het onmogelijk is voor de schuldenlanden een deel van hun schulden terug te verdienen met hun export. In beide voorbeelden gaat het om de opbouw van een verkeerd soort schuld, dat niets aan bestaande ongelijke verhoudingen verandert. Daardoor verergeren weer ongelijkheid en onbalans. Hoe dat probleem adequaat te tackelen is de uitdaging die Summers geformuleerd heeft. Een antwoord is niet een-twee-drie geformuleerd, maar daarom is de kwestie niet minder dringend. Cor Wijtvliet Vragen naar aanleiding van dit artikel? Stel ze in de reacties of mail rechtstreeks naar [email protected]

  • Technologie ondermijnt de democratie

    Onlangs vond in het Zwitserse Davos weer het World Economic Forum plaats, de jaarlijkse praatsessie van de Groten der Aarde. Tijdens één van de vele bijeenkomsten liet Eric Schmidt, de ceo van Google, zich ontvallen, dat er een wedstrijd gaande is tussen computers en mensen. Voor hem was het uiterst noodzakelijk, dat de mensen deze wedren winnen. Zo niet, dan leidt de overwinning van de technologie op de mens tot de destructie van de wereld zoals we die nu kennen. Dat legt de bijl aan de wortels van de Westerse democratie.

    Schmidt staat niet alleen in zijn opvatting dat de huidige snelle technologische ontwikkeling grote gevaren in zich bergt. Ook de bekende Amerikaanse econoom Lawrence Summers vraagt aandacht voor de donkere kanten ervan. Ook voor hem is dat in de eerste plaats grootschalige vernietiging van werkgelegenheid en banen. Het is volgens hem daarom een dure plicht voor overheden ervoor te zorgen, dat de hele maatschappij kan genieten van de voordelen van de technologische revolutie.

    Summers betwijfelt echter of de huidige generatie politici daar wel de kwaliteiten voor heeft. Hij doet dat met een verwijzing naar politieke grootheden uit het verleden. Mannen als de Brit Gladstone, de Amerikaan Teddy Roosevelt en de Duitser Bismarck waren politiek leider in een tijd van de industriële revolutie. Telefoon, telegraaf, elektriciteit en de verbrandingsmotor zette de wereld van eind 19e eeuw totaal op zijn kop. Genoemde politici hebben niet gepoogd de revolutie van hun dagen de kop in te drukken. Integendeel, maar ze beseften wel, dat ze de werkende klasse van die dagen deelgenoot moest laten worden van die revolutie. Zo niet, dan zou die zich weleens kunnen afkeren van de bestaande maatschappij en zodoende de legitimiteit van het systeem aantasten. Om de hele maatschappij te laten delen in de voordelen van de industriële revolutie was het nodig om de macht van baronnen en kartels te breken. Democratie, de politieke macht van velen, moest het antwoord worden op de economische macht van de enkeling.

    Voor mensen als Summers en Eric Schmidt is de uitdaging van de 21e eeuw opnieuw het bevorderen van zowel technologische innovatie als democratische vrijheden en verworvenheden. Voor de Victorianen van de 19e eeuw was de staat bedoeld om de vrije markt niet te laten ontsporen ten behoeve van de enkeling. De ideale staat in hun ogen was de nachtwakerstaat, niet de politiestaat. De nieuwe technologische revolutie dreigt niet alleen een economische elite te scheppen, die opnieuw de vrije markt wenst te vervangen door kartels en monopolies. Ze bergt ook het gevaar in zich de staat onbeperkte mogelijkheden te geven om in het leven van de gewone burger te snuffelen en zijn vrijheden geleidelijk in te perken. De schandalen rondom de Amerikaanse NSA en de Nederlandse AIVD onderstrepen, dat dit geen denkbeeldig verhaal is. Het is al bijna de realiteit van alledag. We hebben al te maken met een paranoïde overheid, die steeds meer controle wenst uit te oefenen over alledag. Tegelijkertijd zien we, dat het vertrouwen van de westerse burger in de democratische instituties naar een bedenkelijk laag niveau is gezakt. We hebben geen vertrouwen meer in onze politici, maar evenmin in, bijvoorbeeld, onze rechterlijke macht die moet toezien op het naleven van het democratisch spel. Gevraagd: een nieuwe generatie ‘Victorianen’ die de technologische revolutie weet te verankeren in een vitale democratische samenleving. De macht van velen moet opnieuw het antwoord worden op de ongecontroleerde macht van de enkeling.

    Cor Wijtvliet BronMichael Ignatieff, We need a new Bismarck to tame the machines. Financial Times, February 11 2014 Vragen en opmerkingen kunt u richten aan [email protected]

  • Opzettelijke economische stagnatie

    Al snel na het begin van de financiële crisis van 2008 waarschuwden enkele vooraanstaande economen voor een langdurige malaise à la Japan. De meeste economen dachten toen echter nog dat het niet zo’n vaart zou lopen. In de VS en in Europa hadden beleidsmakers de crisis in Japan nauwkeurig gevolgd en er de nodige lessen uit getrokken.

    Van dat optimisme is vandaag de dag helaas weinig meer over. Het idee dat het Westen in een periode beland is van langdurige stagnatie, wint steeds meer terrein. Ook in Nederland zijn steeds meer economen ervan overtuigd dat er de komende jaren hooguit een groei van 1% bereikbaar is.

    APTOPIX Germany World Markets

    Onderhuids

    Het probleem was indertijd, dat de economie in het Westen al voor 2008 op het verkeerde spoor was geraakt. Allerlei vermogenstitels waren veel te ver in prijs opgelopen, waardoor zich bubbels konden vormen. Dat was deels het gevolg van te laks toezicht en regelgeving, maar ook door de alsmaar dalende rente. Door de aanhoudende koersstijgingen leek de economie robuust, maar onder de oppervlakte sudderde een scala aan problemen. De eerste tekenen van een groeiende ongelijkheid werden zichtbaar. Maar ook bleven structurele hervormingen van de economie achterwege. Het Westen industrialiseerde in hoog tempo, maar overheden besteedden weinig of geen aandacht aan de negatieve gevolgen ervan. Het Westen verloor immers in record tijd zijn comparatieve voordelen. Die verdwenen naar het Oosten. Daarnaast groeide de onbalans tussen de VS en de rest van de wereld. De eerste kweekten in hoog tempo steeds grotere tekorten, waar de rest van de wereld in moest voorzien. Tenslotte groeide er een dominant financieel systeem, dat meer gericht was op speculatie dan op beleggingen, met als doel banen te scheppen en om meer sociaal welzijn te scheppen.

    wijtvliet-column-2

    Verergeren

    Hoe reageerden beleidsmakers in het Westen op al deze problemen die door de crisis versneld naar boven kwamen? Naar we nu moeten vaststellen op de verkeerde manier. Sterker nog, sommige maatregelen verergerden en verdiepten de crisis. Het uiteindelijk resultaat was immers, dat in veel landen het bruto nationaal product bleef krimpen, waardoor de overheid steeds krapper bij kas kwam zitten. Het beleid had daarmee als onbedoeld gevolg, dat investeringen in zowel de publieke als private sector kelderden. Een van de meest dramatische gevolgen van dit wanbeleid is de creatie van een verloren generatie in een groot aantal landen.

    Ongelijkheid

    Of een beleid nu goed is of slecht, uiteindelijk eindigt elke crisis. Het ziet er nu naar uit, dat de wereld in 2014 weer de weg omhoog in slaat. Het is echter onmiskenbaar, dat de crisis veel langer geduurd heeft dan nodig was en dat er waarschijnlijke onherstelbare schade in aangericht. Het meest verontrustende is wel, die van de gigantisch toegenomen inkomensongelijkheid. Het zogeheten mediane inkomen van een volwassen Amerikaanse man is nu, gecorrigeerd voor inflatie, lager dan 40 jaar geleden. De Nederlandse Bank heeft berekend, dat de inkomensontwikkeling voor de doorsnee Nederlander al bijna twee decennia stagneert. De crisis heeft de stagnatie alleen maar verergerd. De gevolgen beginnen nu steeds zichtbaarder te worden. Inkomensongelijkheid bevordert een zwakke vraag. Toenemende inkomensongelijkheid zal de vraag nog verder verzwakken. In Nederland is het huidig kabinet nog steeds ervan overtuigd, dat loonmatiging de sleutel tot herstel is, ook al vallen er op de binnenlandse markt duizenden bedrijven om bij gebrek aan bestedingskracht van de consument. Vreemd genoeg denkt een meerderheid van het MKB ook nog steeds dat loonmatiging de oplossing is voor de eigen problemen.

    wijtvliet-column-3

    Meerderheid

    Bezuinigingen en loonmatiging zijn sinds de crisis van de jaren tachtig toverwoorden gebleken om elke volgende crisis te bestrijden. Het komt bij veel beleidsmakers, economen en politici niet eens in het hoofd op, dat dit medicijn nu averechts uitpakt. Ze zijn er gewoon blind voor. Dat heeft er ook mee te maken, dat de bestuurlijke en economische elite van dit land geen benul heeft van de negatieve consequenties. Zij zitten financieel gesproken aan de goed kant van de lijn. In hun ogen is het onvermijdelijk, dat sommige groepen van de bevolking te kampen krijgt met een lagere levensstandaard. Laat dat nu toevallig de meerderheid van de bevolking zijn. Cor Wijtvliet, Bron: Joseph E. Stiglitz, Stagnation by design. Project-syndicate, February 6 2014 Vragen en opmerkingen kunt u richten aan [email protected]

  • Fata morgana van het Amerikaans herstel

    Bij het World Economic Forum in Davos overheerste het voorzichtig optimisme. De Verenigde Staten staan aan de vooravond van een krachtig cyclisch herstel, eindelijk! Maar toch zijn er in dit koor van optimisten dissonanten. Ze zingen een ander lied. Een van die dissidente zangers in Stephen Roach, ooit voorzitter van Morgan Stanley Asia en van oudsher een criticus van het Amerikaanse beleid.

    Annual Meeting of the New Champions

    Figuur 1: Dissidente stem in Davos

    Minder groei

    Volgens hem is het nog veel te vroeg om de vlag uit te hangen. Inderdaad kwam de groei in de tweede helft van 2013 uit op 4%. Op zich is dat vertrouwenwekkend, maar al twee keer eerder in deze recessie kwam de groei één of twee kwartalen boven de 3% en 4% uit. Dat was respectievelijk in 2010 en 2011. Beide keren bleek het vals alarm en verpieterde de groei weer in sneltreinvaart. Waarom zou het dit keer niet weer zo gaan? De huidige groei is vooral gestoeld op de opbouw van voorraden. Als je dat corrigeert dan blijft er een tamelijk armzalige groei over van 1,6%. De voorraadvorming kan echter niet ongelimiteerd doorgaan en zodoende lijkt het voor de hand te liggen dat de groei gaat terugvallen naar dat te lage groeiniveau.

    joe-sixpack

    Joe Sixpack doet het rustig aan

    Wil de groei wel echt aantrekken, dan zal de Amerikaanse consument toch echt de kar moeten gaan trekken. Joe Sixpack’s consumptie is goed voor 69% van de economie. Maar kan of wil hij dat wel. Gelet op de cijfers gebeurt het in ieder geval nog niet. Sinds de Grote Recessie groeien de consumptieve bestedingen jaarlijks met 2,2%. Voor de crisisjaren lag de groei van de consumptie op 3,6% per jaar. Maar dat gering enthousiasme om te consumeren laat zich goed verklaren. In de boomjaren voor de crisis stak Joe Sixpack zich tot ver over de oren in de schulden. Dat was de enige manier om toch te consumeren, terwijl zijn besteedbaar inkomen geleidelijk daalde. Hij kon lenen, omdat iedereen dacht of deed alsof de huizenprijzen eeuwig zouden stijgen.

    Schulden afbouwen

    Dat bleek een misvatting van de eerste orde, toen eerst de huizenbubbel en later de kredietbubbel barstte. Sindsdien is Joe Sixpack druk doende om zijn schuldenlast af te bouwen. (waar zien we dat meer?) Voordat dit proces is afgerond, kunnen de bestedingen niet verbeteren en de economie niet opnieuw tot wasdom komen. Het Japanse voorbeeld leert, dat dergelijke pijnlijke aanpassingsprocessen decennia kunnen duren. In de VS duurt dit proces van aanpassing en aflossing vijf jaar en er lijkt nog een lange weg te gaan. De verhouding tussen schuld en inkomen bedraagt nu 109%. Dat is al veel minder dan aan het einde van 2007, toen die verhouding 135% bedroeg. Het is echter nog steeds 35% hoger dan het gemiddelde over de laatste 30 jaar van de 20ste eeuw. Hetzelfde beeld is te zien bij de besparingen. Amerikanen sparen gemiddeld 4,9% van hun inkomen. Dat is fors meer dan de besparing van 2,3% van 2005. Het is echter nog maar de helft van wat de Amerikanen spaarden in het laatste kwart van de vorige eeuw. Welbeschouwd zijn de Amerikanen pas halfweg, willen ze in dezelfde financiële conditie komen als in de goede oude tijd. Voor de optimisten zijn dit inderdaad verhalen uit grootvaders tijd, toen alles toch al beter was. Ze wijzen erop, dat de werkloosheid aan het dalen is en dat de kosten voor het afbetalen van schuld historisch laag zijn. Voilà, als dat geen recept is voor een mooi cyclisch herstel! Maar misschien is Joe Sixpack toch slimmer dan de beleidsmaker in Washington denkt. Hij beseft dondersgoed, dat die hele lage kosten een vorm van subsidie zijn met dank aan de gulheid van de Fed. En hij weet ook heel goed, dat de daling van de werkloosheid vooral een gevolg is van het grootschalig afhaken van werkzoekers. Als daarvoor gecorrigeerd wordt, bedraagt de werkloosheid geen 6,7% maar 11%. Voor Stephen Rag is het klip en klaar. Ja, er zijn stapjes gezet op de weg naar herstel, maar de mooie vergezichten zijn inderdaad niet meer dan een fata morgana.

    fatamorgana

    Het Amerikaanse herstel is een fata morgana

    Cor Wijtvliet Bron: Stephen S. Roach, Amerca’s false dawn. Project-Syndicate, January 27, 2014 Vragen en opmerkingen kunt u richten aan [email protected]

  • Japan laat de geldpers in 2014 nog harder draaien

    Uit onderzoek van de Bank van Japan (BoJ) blijkt dat 31% van de Japanse huishoudens amper of geen financiële reserves heeft. Dit is het hoogste percentage sinds 1963, toen de BoJ het onderzoek startte. Deze situatie zal eerder verergeren dan verbeteren. Looninkomens van de Japanse werknemer dalen al 16 maanden op rij.

    In april van dit jaar maakte de nieuw gekozen premier Shinzo Abe zijn herstelplan, genaamd Abenomics, bekend. Het programma bestaat uit een combinatie van stimulerende overheidsmaatregelen, monetaire verruiming en structurele hervormingen van de economie, waaronder hervormingen van het belastingstelsel. De premier stelde zijn plannen op in samenspraak met de Haruhiko Kuroda, de nieuwe gouverneur van de Bank of Japan.

    Inflatie

    Het uiteindelijk doel van Abenomics was en is om de inflatie in Japan naar 2% te brengen. Al bijna 20 jaar verkeert de Japanse economie in een staat van deflatie en dit heeft een verwoestende uitwerking gehad. Er is sinds jaar en dag geen economische groei van belang meer. De meest in het oog schietende maatregel is de monetaire stimulering van de economie met een bedrag van $70 miljard. Het is de bedoeling van de centrale bank van Japan dat de geldhoeveelheid in het land tegen 2015 verdubbeld is. Abenomics heeft tot dusverre redelijk succes gehad. Voor het eerst in twintig jaar zijn in Tokio de prijzen voor duurzame goederen weer gestegen en in oktober steeg de inflatie naar 0,9%. De kerninflatie kwam uit op 0,3%. Dat is het hoogste niveau sinds 1998.

    Binnenlandse bestedingen

    Het monetaire en fiscale stimuleringsbeleid van centrale bank en overheid heeft de waarde van de yen van meet af aan onder druk gezet. Al bij de aankondiging viel de yen 3% in waarde ten opzichte van de dollar. Daar heeft tot dusverre vooral de exportsector van geprofiteerd. De stijging van de Nikkei 225 in de loop van 2013 is voornamelijk te danken aan het succes van de exporterende bedrijven. De trends in het binnenland zijn echter minder bemoedigend. De werkgelegenheid neemt maar mondjesmaat toe, evenals de bedrijfsinvesteringen en de loonontwikkeling. Uit definitieve cijfers over het derde kwartaal van dit jaar spreekt dat die investeringen niet gestegen zijn ten opzichte van het tweede kwartaal. Het uitblijven van investeringen was ook de voornaamste oorzaak van het neerwaarts bijstellen van het groeicijfer over het derde kwartaal van 1,9% naar 1,1%. Zonder hogere lonen en meer binnenlandse bestedingen lijkt Abenomics gedoemd te mislukken. Daar komt nog bij dat de regering voornemens is om in april van 2014 de omzetbelasting op consumptieve goederen te verhogen. Zonder groei van de inkomens zal na april de consumptie wel moeten dalen, zo vreest men.

    Extra maatregelen

    Toch is het wel erg voorbarig om Abenomics nu al naar de schroothoop van de geschiedenis te verwijzen. Er zijn nog steeds reële kansen, dat het programma alsnog zijn doelstellingen gaat bewerkstelligen. De regering heeft al extra maatregelen aangekondigd om de pijnlijke effecten van de belastingverhoging te verzachten. Er is een steunpakket aangenomen ter waarde van ¥18,6 biljoen. Dat geld wordt gebruikt om de bestedingen te ondersteunen en om 250.000 nieuwe banen te scheppen. Deze stimulering moet in 2014 één procent toevoegen aan het Bruto Nationaal Product. Het is ook de verwachting dat de Bank van Japan in 2014 opnieuw een stevige duit in het zakje gaat doen. Volgens JP Morgan zal de centrale in april van volgend jaar besluiten om de monetaire stimulering met een tandje te verhogen naar omgerekend $97 miljard per maand.

    Japan krijgt hulp van buitenaf

    Deze extra geldschepping zal ongetwijfeld de waarde van de yen verder aanvreten. De extra monetaire stimulering komt waarschijnlijk op een gunstig tijdstip. Sterke cijfers over de Amerikaanse groei en over de Amerikaanse arbeidsmarkt maken het erg waarschijnlijk dat Janet Yellen al kort na haar benoeming in maart zal besluiten te starten met het afbouwen van het Amerikaanse monetaire stimuleringsprogramma. De kracht van de Amerikaanse economie lijkt nu zo groot, dat verdere ondersteuning niet noodzakelijk meer is. Financiële markten lijken dit ook te beseffen en daarmee lijkt de kans op een serieuze verstoring van de markt kleiner dan in 2013. De combinatie van een sterkere Amerikaanse economie en afbouw van de monetaire stimulering vis-á-vis een sterkere monetaire stimulering in Japan kan de yen in de loop van 2014 fors verder laten verzwakken ten opzichte van de dollar. Zelfs voorzichtige analisten in het Land van de Rijzende Zon voorzien in dit scenario aan het einde van 2014 een wisselkoers van 110 yen tegenover de dollar. Cor Wijtvliet Opmerkingen en reacties kunt u richten aan: [email protected]

    Japan gaat nog meer monetair stimuleren in 2014

    Japan gaat nog meer monetair stimuleren in 2014

  • KPN wordt weer puur Nederlands

    Ooit waren de ambities torenhoog. KPN moest uitgroeien tot een pan-Europese speler van middelgrote omvang. De Benelux zou de basis voor deze middelgrote speler moeten worden van waaruit strategisch sterke acquisities gedaan zouden worden in de grotere landen van Europa. Een voorbeeld van een strategische acquisitie was het Duitse E-Plus. In de dagen van overname was de Duitse markt nog redelijk onontgonnen. Er viel voor agressieve partijen nog een wereld te winnen.

    Ambitie

    Van de ambitie van KPN is helemaal niets terecht gekomen. Al snel na de eeuwwisseling is het bedrijf in de problemen gekomen. Prijsdruk, verkeerde investeringen, strenge regelgeving en het missen van de markt zijn KPN duur komen te staan. Alweer sinds het midden van het vorig decennium is het bedrijf druk doende orde op zaken te stellen en de torenhoge schuldenlast van talloos veel miljarden naar beneden te brengen. De ene desinvestering na de andere volgde. Ook kwamen er gesprekken met buitenlandse bedrijven die wel geïnteresseerd waren in (stukken) KPN. De eerste en oudste vrijer is het Spaanse Telefónica dat al in de jaren van expansie contact zocht met KPN. Een geheel of gedeeltelijke overname zou van de ambitieuze Spaanse speler in een keer een echte pan-Europese speler maken met belangen in heel Europa.

    Klantenbasis

    Het is er nooit van gekomen tot dit jaar. Nog in 2012 ketsten gesprekken over een overname van E-Plus om onduidelijke redenen op het laatste moment af. Nu is het dan toch eindelijk wél zover gekomen. Voor een bedrag van € 8,1 miljard gaat E-Plus in Spaanse handen over.

    Het voordeel voor de Spanjaarden is duidelijk. Telefónica Duitsland is de derde partij op de Duitse markt en E-Plus is de vierde na Deutsche Telekom en Vodafone Duitsland. Door de krachten te bundelen wordt de nieuwe combinatie met een klantenbasis van 43 miljoen in een klap de grootste speler op de vechtmarkt die Duitsland heet. Omzetsgewijs blijft de nieuwe speler op de derde plaats steken.

    Mededinging

    Een van de oorzaken voor het steeds maar weer niet slagen van de gesprekken tussen Telefónica en KPN was de vrees van toezichthouders in de diverse landen en in Brussel, dat er op den duur maar een handjevol spelers zouden overblijven. Dat zou de positie van de consument alleen maar verzwakken. In die opstelling is sinds de dagen dat mevrouw Kroes mededingingstsaar in Brussel was, geleidelijk verandering in gekomen. Mevrouw Kroes sprak openlijk over de mogelijkheden van een Pan-Europese telecommarkt. Een voorbeeld van de nieuwe wind is de goedkeuring in juni van dit jaar van de overname van Kabel Deutschland AG door Vodafone.

    Schaalvergroting is feitelijk de enige manier om op de Europese markt te overleven. Investeringen in nieuwe wireless technologie zijn torenhoog, terwijl prijsdruk een fact of life is. Daar valt niet aan te ontkomen. In hun bericht aan beleggers wijzen KPN en Telefónica erop, dat dankzij het samengaan van beide partijen er waarschijnlijk een bedrag van € 5 miljard bespaard kan worden op onnodige kosten en investeringen.

    KPN

    Als de overname in 2014 eenmaal een feit is, dan is KPN weer helemaal terug bij af. Het is weer een regionale speler op een kleine markt. Is dat erg voor beleggers. Niet noodzakelijk als we het Belgische Belgacom als voorbeeld nemen. Ook dat is een kleine speler, die echter zijn beleggers goede waar en rendement biedt in de vorm van een aantrekkelijk dividend.

    De uitgangspunten voor KPN zijn wat dat betreft niet slecht. Dankzij de overname kan het bedrijf in 2014 een cheque innen van € 5 miljard, waarmee het versneld zijn schuld van € 9,5 miljard naar acceptabele proporties kan terugbrengen. Dat zal schuldeisers, beleggers en kredietbeoordelaars gerust stellen. Ook zal het bedrijf financieel beter in staat zijn in nieuwe technologieën te investeren, waardoor KPN voor beleggers kan uitgroeien tot een heuse cashcow. Maar zover zijn we nog niet!

    Cor Wijtvliet

    Crash Investor

  • De euro schaadt Nederland

    Het is in Nederland in kringen van wetenschappers en beleidsmakers niet bepaald bon ton om openlijk je twijfel over de euro te ventileren. Dan word je al snel in het kamp van het populisme ingedeeld en zodoende min of meer monddood gemaakt.


    Uitzichtloos

    Desalniettemin heeft de vooraanstaande Nederlandse historicus Jan Luiten van Zanden dat aangedurfd. In een vraaggesprek met het financieele Dagblad spreekt hij van een uitzichtloze situatie, waarin de Europese Monetaire Unie dreigt te belanden. Landen als Portugal, Griekenland of Italië resten volgens Van Zanden slechts twee keuzes: of uittreden of economisch gewurgd worden.

    Voor de historicus is het Europese avontuur te ver doorgeschoten. De EMU kan niet werken, omdat de macht gedecentraliseerd is. De enige mogelijkheid die beleidsmakers zien is kiezen voor de vlucht naar voren. Bij ieder nieuw probleem worden nieuwe plannen gesmeed. Echte oplossingen komen echter niet ter tafel.

    Parallel

    Zoals een goed historicus betaamd heeft Van Zanden gezocht naar historische parallen. Voor hem zijn de Jaren Dertig van de vorige eeuw het onheilspellende voorbeeld. Toen zat de Nederlandse gulden vastgeklonken aan de gouden standaard. Die innige band dreigde destijds de economie te verstikken. Pas in 1936 besloot Nederland als laatste natie in de wereld om die band door te knippen. Maar toen was er al nodeloos veel leed geleden.

    Nu zijn de lidstaten van de eurozone misschien nog wel vaster aan elkaar gebonden. Net zoals toen neemt Nederland maatregelen om aan de EMU-afspraken te voldoen. Het is echter tegelijk evident dat die maatregelen de Nederlandse economie schaden. Die schade is nog veel groter voor de perifere landen. Die kunnen immers niet meer de munt devalueren om zo wat concurrerender te worden. Van Zanden stelt daar het Poolse voorbeeld tegenover. Dat land is de hele crisis door hard blijven groeien.

    Exit

    Van Zanden ziet eigenlijk nog maar één oplossing en dat is een exit voor de perifere landen. Nog eens tien of vijftien jaar doormodderen, zoals nu gebeurt, is in zijn ogen geen reële optie. Hij is echter geen voorstander van een Big Bang. Een land als Griekenland moet geleidelijk kunnen werken aan zijn exit. Een goed begin zou kunnen zijn de herintroductie van de drachme naast de euro. Die zal snel een aantrekkelijke marktkoers krijgen en zo waarschijnlijk steeds meer Grieken aan zich binden. Misschien gaan ze dan wel belasting betalen.

    Nadeel

    Het evidente nadeel van de huidige maatregelen is in de ogen van de historicus, dat ze op de langere termijn niet zijn vol te houden. Zo wordt de rente kunstmatig laag gehouden, maar toch moet de economie de ene opdoffer na de andere incasseren en blijft die kwakkelen. De rente kan ook niet eeuwig laaggehouden worden.

    De historicus erkent, dat de economische zwakte van Nederland niet volledig is toe te schrijven aan het beleid van Brussel. Hij wijst er echter wel op, dat zelfs de sterke economie van Duitsland gaat kwakkelen.

    Voor Jan Luiten van Zanden kloppen de uitgangpunten van de EMU niet. Beleidsmakers zijn uitgegaan van de theorie van the optimal currency area. Die werkt in de VS wel. Een florerend Florida zal werkzoekenden uit een zwak Cleveland naar zich toe trekken. Dat gebeurt op grote schaal bij elke nieuwe recessie. En zo zijn de VS keer op keer in staat de grootste schokken van een crisis op te vangen. In Europa gebeurt dat amper of niet. Grieken en Spanjaarden trekken niet en masse naar Duitsland om daar hun geluk te beproeven. Onevenwichtigheden blijven daarmee een pijnlijk fact of life.

    Cor Wijtvliet

    Bron:
    Financieele Dagblad, Geschiedenis met de gouden standaard in jaren 30 herhaalt zich op gruwelijke manier. Dinsdag 23 juli 2013

    >> Wilt u de dagelijkse column van Cor Wijtvliet zonder een dag vertraging ontvangen? Klik hier om u aan te melden voor de gratis Wijtvliets Investment Insider nieuwsbrief! <<

  • General Electric werkt aan zijn comeback (23-07-2013)

    Ooit was General Electric een echte beurslieveling. Onder de vermaarde Jack Welch had het bedrijf er een gewoonte van gemaakt beleggers steeds opnieuw te verrassen met uitstekende bedrijfsresultaten. Beleggen in GE was derhalve aantrekkelijk en winstgevend. Na het vertrek van Welch is daar de klad ingekomen. Onder zijn opvolger Jeffrey Immelt is het bedrijf in slecht weer gekomen. Keuzes, die het nieuwe management maakte, pakten eigenlijk nooit goed uit en het bedrijf dreigde zelfs kopje onder te gaan bij het uitbreken de bankencrisis. GE Capital, de financiële tak van het industriële conglomeraat dreigde in de maalstroom van waardeloos geworden beleggingen meegezogen te worden. Een faillissement is slechts ternauwernood afgewend.

    Beter dan verwacht

    Eigenlijk hadden beleggers GE al opgegeven, maar wie weet gloort er weer hoop. De resultaten over het 2de kwartaal konden genade vinden in de ogen van de analisten. Hoewel de uitkomsten duidelijk lager waren dan die in 2012, kwamen ze toch hoger uit dan analisten hadden geschat. De winst per aandeel bijvoorbeeld kwam uit op $ 0,36 in plaats van $ 0,35.Dat is altijd nog 5% minder dan in 2012. Ook met de omzet ging het met een daling van 4% licht bergafwaarts en kwam uit op een bedrag van $ 35,1 miljard.

    Volgens Immelt hangen de resultaten over het 2de kwartaal samen met de algehele economisch situatie in de wereld. Die is verre van ideaal, maar lijkt wel min of meer te stabiliseren. Dat is niet alleen goed nieuws voor GE, maar voor heel de wereld. Door zijn omvang en door zijn wereldwijde aanwezigheid is een bedrijf als GE een goede thermometer voor de gezondheid van de wereldeconomie.

    Volgens GE is het nog steeds goed toeven in de Opkomende Markten en zwellen de orders uit de VS in rap tempo aan. Hoewel Europa nog veel te wensen overlaat, lijken hier zaken eindelijk te gaan stabiliseren. Deze wereldwijde verbeteringen maken het volgens het management van GE bijna zeker, dat de winst over heel 2013 met meer dan 10% zal groeien en dat de omzet met wel 5% kan toenemen. Volgens Barclays Bank zal de winst per aandeel over dit jaar uitkomen op $ 1,65. Dat is een stijging van 9% ten opzichte van een jaar geleden. De operationele marge moet met 0,7% omhoog naar 15,7%.

    Dat impliceert dat de 2de helft van 2013 aanmerkelijk zal gaan verbeteren. Als dat waar blijkt te zijn, dan is dat ook goed nieuws voor de beleidsmakers in de diverse hoofdsteden van de wereld.

    GE Capital

    Het zorgenkindje voor GE is op dit moment GE Capital. Bij deze divisie daalde de omzet met 9% naar een bedrag van $ 1,9 miljard. Evenals zijn voorganger wil Immelt het gewicht van GE Capital binnen het concern verminderen. Dat is in de eerste plaats, omdat de volatiliteit binnen de financiële tak tamelijk groot is en dat maakt de voorspelbaarheid van omzet- en winstgroei kleiner. Beleggers zijn daar nooit zo van gecharmeerd. In de tweede plaats zien diezelfde beleggers GE meer als een financiële instelling dan als een industrieel conglomeraat. Daardoor krijgt GE een lagere waardering dan het bedrijf graag ziet.

    Om de afslanking van Capital te bevorderen heeft het management besloten om onderdelen uit de organisatie los te weken en te gaan verzelfstandigen. Het is nog onduidelijk, wanneer dit gaat gebeuren.

    Industrials

    De verschillende industriële onderdelen van GE lieten allemaal groei, zij het dat Power & Water een winstdaling moest incasseren van 17% tot een bedrag van $ 1.09 miljard. Vreemd genoeg was deze uitkomst toch beter dan verwacht. De beste prestatie kwam op naam Aviation. Daar groeide de winst met maar liefst 16% om uit te komen op $ 1.07 miljard. Voor heel Industrials steeg de winst met en bescheiden 2% tot $ 3,84 miljard.

    Over de volle breedte van de industriële tak daalde de omzetlicht met 1%, maar ook dat was in lijn. Belangrijker is echter dat het orderboek een groei liet zien van 4%, terwijl de gemiddelde prijs per order met bijna 1% omhoog ging. Dat klinkt misschien niet zo overdonderend, maar het vormen wel de bouwstenen, waarop de hernieuwde groei van GE gevestigd moet worden! Het is ook lang geleden, dat het bedrijf analisten en daarmee de beleggerwereld niet in meer of mindere mate teleurstelde. De beloning mocht er ook zijn. Na het bekend worden van de cijfers steeg de koers met maar liefst 4,6%. Ook dat is in geen jaren gebeurd.

    Cor Wijtvliet

    >> Wilt u de dagelijkse column van Cor Wijtvliet zonder een dag vertraging ontvangen? Klik hier om u aan te melden voor de gratis Wijtvliets Investment Insider nieuwsbrief! <<

  • Boeing vat gemakkelijk vlam (22-07-2013)

    Donderdag vatte plotseling een vliegtuig van Ethiopian Airlines op het Britse vliegveld Heatrow vlam. Het toestel was een zogeheten Dreamliner 787, het meest geavanceerde toestel van vliegtuigbouwer Boeing. De Dreamliner heeft in zijn nog jonge bestaan een lange reeks van gevaarlijke incidenten en ongelukken op zijn naam staan. Zoveel zelfs, dat de luchtvaartautoriteiten het toestel in januari aan de grond zetten en Boeing opdroegen de batterijen van het toestel aan een langdurig onderzoek te onderwerpen.

    Aandeel

    De Dreamliner mocht sinds mei van dit jaar weer de lucht in en nog geen twee maanden later is het weer zover. Tot overmaat van ramp moest op diezelfde dag een Dreamliner 787 van Thomson Airways diezelfde dag tijdens een vlucht van Manchester naar Florida zijn koers verleggen en naar het Verenigd Koninkrijk terugkeren.

    Geen wonder dat de koers van het aandeel die dag met 6% onderuit ging. De grote vraag, die domineert, is of de brand evenals in januari van dit jaar aan de haperende batterijen zijn gerelateerd. Als dat het geval is, dan kan dat Boeing duur komen te staan. Voor de vliegtuigbouwer is de Dreamliner 787 het vlaggenschip voor de komende 20 jaar. Er zijn tot nu toe 900 stuks van dit type toestel verkocht, maar er zijn er nog slechts 66 bij de klant afgeleverd. Als de batterijen opnieuw de oorzaak van de brand blijken te zijn, dan betekent dat Boeing opnieuw terug moet naar de tekentafel en het ontwerp opnieuw moet aanpassen en modeleren.

    Dat zal het productieproces ernstig verstoren, waardoor de achterstand in het afleveren van toestellen alleen maar zal groeien. Van uitstel kan uiteindelijk afstel komen of de leveringsvoorwaarden zullen moeten herzien worden en dat kan in de papieren gaan lopen. Aan een Dreamliner hangt een prijskaartje van $ 206,8 miljoen.

    Plastic

    Een eerste onderzoek uitgevoerd door the Air Accidents Investigation Branch heeft geen direct verband kunnen constateren tussen de brand en de batterijen. Dat is uiteraard een hele geruststelling, maar daarmee is alle gevaar nog niet geweken. Voor de bouw van dit toestel heeft Boeing enkele revolutionaire technologieën ontwikkeld. Zo is het toestel geheel van carbon gemaakt en maakt het gebruik van meer elektrische circuits dan welk type vliegtuig ook. Het heeft daarom de bijnaam the plastic plane.

    Die revolutionaire bouw moest er voor zorgen, dat het toestel minder lawaai maakt en minder energie nodig heeft. Mocht blijken dat de fout schuilt in een of meerdere van die technische circuits, dan is Boeing even ver van huis. Het bedrijf zou dan al die circuits opnieuw uitvoerig moeten gaan testen en waar nodig opnieuw gaan ontwerpen. Ook dat zou nadelig uitpakken voor het lopende productieproces en zou tot ernstige vertragingen kunnen leiden met alle financiële risico’s van dien. Een scenario, waarbij blijkt dat Boeing niet in staat is het door de brand beschadigde carbon te herstellen is evenmin een prettig vooruitzicht. Ook dat zal veel vragen en twijfels oproepen bij autoriteiten, vliegtuigmaatschappijen en beleggers.

    Daar staat echter tegenover, dat alle dreamliners weer gewoon in de lucht zijn. De luchtvaartautoriteiten zien op basis van het eerste rapport geen reden om ze aan de grond te houden. Dat neemt niet weg, dat er twijfel zal blijven bestaan over de aard en ernst van de brand. Doorgaans houden beleggers niet van twijfel. Dan stemmen ze met hun voeten!

    Cor Wijtvliet

    >> Wilt u de dagelijkse column van Cor Wijtvliet zonder een dag vertraging ontvangen? Klik hier om u aan te melden voor de gratis Wijtvliets Investment Insider nieuwsbrief! <<