Tag: obligaties

  • Stijgende obligatierendementen niet automatisch slecht voor aandelen

    Gaat het Fed model het raam uit, omdat de veronderstellingen waarop het gebaseerd is niet (meer) correct zijn? Het zou zomaar kunnen. Dit model veronderstelt dat het rendement op obligaties in lijn beweegt met dat op aandelen. Op zich klinkt dat logisch. Als het rendement op obligaties stijgt, moet dat op aandelen ook omhoog om de gunst van beleggers te kunnen behouden. Dat impliceert weer dat de prijs voor aandelen omlaag moet. Ergo, een hoger rendement op obligaties is slecht voor aandelen.

    In de VS gebeuren er dingen die de validiteit van het genoemde model ondermijnen. Recentelijk steeg de rente op de Treasury fors en wat deden de aandelenbeurzen? Die zetten een nieuw record. Dat was niet het enige opzienbarende. Een hogere yield veronderstelt dat de VS meer vreemd geld gaat aantrekken, waardoor de waarde van de dollar stijgt. Het omgekeerde gebeurde echter. De dollar daalde in waarde.

    Relatie aandelen en obligaties

    Het Fed Model wordt zo genoemd, omdat voormalig president Alan Greenspan het in de jaren ’90 ter sprake bracht tijdens een van zijn vele getuigenissen voor het Congres. Veel beleggers hebben er sindsdien min of meer blind op gevaren, hoewel al in de dotcom crisis duidelijk werd dat het model beslist niet onfeilbaar was. Aandelen werden in die jaren krankzinnig duur en sindsdien lijkt de relatie in de praktijk niet meer te bestaan. Het blijft echter een gegeven dat hoge rendementen op obligaties nadelig zijn voor aandelen. Beleggers hebben dan immers een aantrekkelijk alternatief.

    Los daarvan, het Fed model werkt af en toe wel. Aan het begin van het jaar stegen aandelen scherp dankzij de belastingverlagingen in de VS. Daarop stegen de rendementen op obligaties. Werkloosheidscijfers duidden op een mogelijke stijging van de (loon)inflatie. Daardoor zou de rente kunnen stijgen en dus ook het rendement op obligaties. Het resultaat was dat aandelenkoersen daalden. Pas recentelijk is deze daling in ieder geval in de VS goed gemaakt. Het moge duidelijk zijn dat veel beleggers nog steeds met enige schrik kijken naar stijgende yields op staatsobligaties.

    Stijging Amerikaanse rente

    De afgelopen weken wezen data op een mogelijke oververhitting van de arbeidsmarkt. Dat resulteerde in een sterke stijging van de yield op de Amerikaanse treasury. Aandelenkoersen bleven echter stijgen en de dollar verzwakte in tegenstelling tot enkele valuta uit de opkomende markten. Hoe laat zich dat verklaren? Sommige analisten veronderstellen dat dit de uitkomst is van een combinatie van factoren. Het zou kunnen wijzen op een groeiende bezorgdheid over de aanzwellende tekorten en de stijgende inflatie. Die bezorgdheid zou de dollar verzwakken en de yield op obligaties omhoog stuwen. Beleggers zouden daarop geneigd zijn aandelen te kopen als een hedge tegen een mogelijke inflatiestijging. Dan blijft de vraag hoe al deze moeizame relaties zo lang zo harmonieus kunnen samengaan?

    Misschien moeten we de vraag anders stellen. Waarom stijgt de yield op de Treasury eigenlijk? Als beleggers positief gestemd zijn over de economie dan neemt de neiging meer risico’s te nemen toe. Beleggers verkopen hun obligaties en kopen daarvoor aandelen. Daardoor stijgt de yield. Met andere woorden, een stijgende yield op staatsobligaties kan een bewijs zijn voor een terugkeer van het optimisme. Het groeiend optimisme kan beleggers er toe brengen om weer valuta uit opkomende markten te kopen. Dat gaat dan ten koste van de dollar. Daar komt nog bij dat de zorgen voor deflatie voorlopig te ruste gelegd zijn. Er is wereldwijd sprake van reflatie en dat is in de praktijk altijd weer slecht voor de dollar.

    Dan blijft de vraag over waar het optimisme op berust? De Amerikaanse arbeidsmarkt bloeit en dat verhoogt de kans op inflatie, maar het wijst ook op een onderliggend sterke economische groei. Daar komt nog bij, dat de gevolgen van de handelsoorlog voorlopig beperkt blijven. Zolang dat zo blijft, zal het beeld onveranderd blijven. Als de Fed de rente blijft verhogen en de handelsoorlog gaat pijn doen, dan kan het Fed model weer zijn waarde bewijzen. Het rendement op obligaties gaat verder omhoog en aandelen worden goedkoper!

    Cor Wijtvliet

    corwijtvliet-logo

    Deze bijdrage is afkomstig van www.corwijtvliet.nl

    Tot slot:

    • Hebt u opmerkingen en/of vragen? Mail ze gerust aan: [email protected]
    • Of via mijn twitteraccount: @wijtvliet
    • Voor meer door mij geschreven artikelen bezoekt u mijn website: www.corwijtvliet.nl
    • Of bezoek www.Beurshalte.nl      
    • Ontvangt u het Cor Wijtvliet Journaal niet rechtstreeks? Abonneert u zich dan hier!

    Vindt u deze columns van Cor Wijtvliet interessant, dan kunt voor €25 per jaar donateur worden van het CorWijtvlietJournaal. Ook kunt u een geheel vrijwillige bijdrage overmaken naar NL14RABO0156073676, ten name van Wijtvliet Research.

    Donateurs krijgen niet alleen zonder vertraging het CorWijtvlietJournaal in hun mailbox, maar kunnen ook rekenen op een wekelijkse extra nieuwsbrief met vijf beleggingstips van Cor Wijtvliet. Neem voor meer informatie contact op met Cor Wijtvliet via het hierboven genoemde mailadres.

  • De obligatiebubbel van de ECB in één grafiek

    De ECB heeft sinds het begin van haar opkoopprogramma in 2015 al meer dan €2 biljoen aan staatsobligaties van landen uit de Eurozone opgekocht. De centrale bank haalde iedere maand voor tientallen miljarden euro’s aan obligaties uit de markt en kocht daarmee veel meer schuldpapier op dan wat er in dezelfde periode door overheden werd uitgeschreven. Hoeveel meer wordt duidelijk aan de hand van de volgende grafiek, die door analisten van Deutsche Bank werd samengesteld.

    De grafiek laat zien dat het bedrag waarvoor de centrale bank staatsobligaties heeft opgekocht zeven keer zo groot is als de netto uitgifte van staatsobligaties door de Eurolanden in dezelfde periode. Dat verklaart voor een belangrijk deel de extreem lage rente op staatsobligaties van de Eurolanden. Tegelijkertijd roept het vragen op over de toekomstige ontwikkeling van de rente, na de beëindiging van het opkoopprogramma van de centrale bank. Vanaf dat moment worden de obligatiekoersen weer primair bepaald door de vraag- en aanboddynamiek van de markt.

    Volg Marketupdate nu ook via Telegram

  • Bankensector Italië financiert steeds groter deel staatsschuld

    Italiaanse banken hebben in mei en juni voor in totaal €28 miljard aan schuldpapier van hun eigen overheid aan de balans toegevoegd. Daarmee heeft de bankensector van het land nu in totaal €381 miljard van de totale Italiaanse staatsschuld in handen. De aankopen van schuldpapier door banken is opvallend, omdat de rente op staatsleningen met een looptijd van twee jaar in deze periode is opgelopen van -0,3% tot +0,7%, waarbij in mei zelfs een piek van 2,8% werd gemeten.

    De Italiaanse banken zetten meer schuldpapier op hun balans, terwijl de aankopen van staatsobligaties door de Europese Centrale Bank de laatste tijd verder worden afgebouwd. De centrale bank van Italië haalde in mei en juni in opdracht van de ECB voor €7,6 miljard aan schuldpapier uit de markt. Volgens analist Nick Kounis van de ABN AMRO doen deze cijfers vermoeden dat Italiaanse banken bereid zijn Italiaans schuldpapier te kopen op het moment dat andere beleggers uitstappen. Dezelfde trend werd namelijk ook waargenomen tijdens de Eurocrisis van een paar jaar geleden.

    De Italiaanse staatsschuld is voor bijna 20% in handen van de Italiaanse centrale bank en voor ongeveer 40% in handen van binnenlandse financiële instellingen. Particulieren en buitenlandse beleggers tonen de laatste jaren juist steeds minder belangstelling voor het Italiaanse schuldpapier, een opvallende ontwikkeling die we de komende jaren zeker in de gaten zullen houden.

    Deze bijdrage is afkomstig van Geotrendlines

  • Italië legt opnieuw zwakheden in Europese financieel bestel bloot

    De afgelopen weken was het hommeles op de markt van Italiaanse obligaties. Beleggers wisten niet hoe snel ze afscheid moesten nemen van het schuldpapier, toen president Sergio Mattarella een euro sceptische kandidaat-minister weigerde. Hetzelfde gebeurde, toen de president uiteindelijk zijn zegen gaf aan een regeringscombinatie van linkse en rechtse populistische partijen.

    Beleggers namen echter niet alleen afscheid van het Italiaans schatkistpapier, maar keken ook nog eens heel kritisch naar Europese banken die veel Italiaans papier op de balans hebben staan. Die reactie is goed te begrijpen. In 2015 speculeerde Griekenland hardop over een mogelijk vertrek uit de eurozone. Die speculaties bracht het eigen bankwezen nagenoeg op de knieën, maar daar bleef het niet bij. Vele Europese banken in bezit van Grieks schatkistpapier leden zware verliezen.

    Italië legt zwakheden bloot

    Italië laat opnieuw zien, dat de zogeheten doom loop, de wederzijdse afhankelijkheid van financieel bestel en overheden, nog steeds intact is. Hoe langer de politieke onrust in Italië aanhoudt, hoe meer de onrust op de financiële markten daardoor toeneemt, hoe hoger de rekening wordt die banken daarvoor gaan betalen.

    De kans is nog steeds klein dat Italië uit de eurozone stapt en opnieuw de lire introduceert. De gedachte alleen al was voor kredietbeoordelaar Moody’s aanleiding om de kredietwaardigheid van twaalf Italiaanse banken te verlagen. Die reactie is wel te begrijpen. De Italiaanse staatsschuld is met 130% van het bruto binnenlands product hoog en Italiaanse banken hebben zich volgeladen met schuldpapier. Gemiddeld is dat 10% van de assets en dat is veel hoger dan elders in Europa. De grootste Italiaanse banken torsen verhoudingsgewijs ook het meeste schuldpapier met zich. De omvang ervan is meestentijds groter dan de kapitaalsbuffers.

    Het is derhalve niet vreemd dat de koers van de aandelen recentelijk een flinke knauw hebben gehad. Het probleem reikt echter tot ver over de Italiaanse landsgrenzen. Ook Spaanse, Belgische, Duitse en Franse banken hebben voor forse bedragen Italiaans schatkistpapier op de balans staan. Het Belgische Dexia heeft dat voor een waarde van € 22 miljard, de Duitse Commerzbank voor € 9 miljard en het Spaanse Banco Santander voor € 8,8 miljard.

    Overigens hebben niet alleen banken zich al dan niet vrijwillig vol geladen met Italiaans schatkistpapier, ook verzekeraars als het Italiaanse Generali, maar ook Axa en Allianz hebben dat gedaan. Die portefeuilles zijn zo groot dat Moody’s bijvoorbeeld kritisch kijkt naar Allianz. Bovenstaande voorbeelden maken duidelijk waarom afgelopen tijd in heel Europa bankaandelen van de hand werden gedaan. Het maakt ook begrijpelijk waarom de kosten voor een verzekering tegen het mogelijk omvallen van Europese banken met 50% gestegen zijn. De angst voor besmetting is reëel en begrijpelijk. Het omvallen van Lehman en de Griekse crisis legden onbarmhartig de diepe onderlinge verwevenheid binnen de financiële sector bloot.

    Winstmarges banken onder druk

    De Italiaanse onzekerheid heeft nog meer negatieve aspecten. Zo stijgen de fundingkosten voor banken en wordt het onwaarschijnlijker dat de ECB de rente gaat verhogen. Banken kunnen een verhoging goed gebruiken, want de winstmarges zijn nog steeds niet om over naar huis te schrijven. Ook Italiaanse banken zouden op korte termijn van een renteverhoging kunnen profiteren, evenals hun depositohouders.

    De gevolgen van de politieke crisis overschaduwen echter de positieve aspecten van renteverhoging. Onder de huidige onzekere politieke omstandigheden lijkt het onwaarschijnlijk dat banken verder gaan op de weg om hun non-performing loans te verkopen. Die non-performing loans zijn een zware last, want ze maken tot wel 10% uit van het totale leningenboek.

    Dat zorgt weer voor de nodige onzekerheid en dat is terug te zien aan kosten om senior schuldpapier met een looptijd van vijf jaar te verzekeren tegen een mogelijke default. Een bedrag van €100 van dit type schuldpapier vereist nu verzekeringskosten van €1,40. Dat is verdubbeling in een maand tijd. In 2011, op het hoogtepunt van de financiële crisis bedroegen die verzekerkosten wel €10. Wat dat betreft is er van echte paniek nog geen sprake. Bankiers hopen echter dat het dit keer niet weer zover zal komen en dat bankpresident Draghi zijn belofte uit die dagen niet hoeft te herhalen!

    Cor Wijtvliet

    corwijtvliet-logo

    Deze bijdrage is afkomstig van www.corwijtvliet.nl

    Tot slot:

    • Hebt u opmerkingen en/of vragen? Mail ze gerust aan: [email protected]
    • Of via mijn twitteraccount: @wijtvliet
    • Voor meer door mij geschreven artikelen bezoekt u mijn website: www.corwijtvliet.nl
    • Of bezoek www.Beurshalte.nl      
    • Ontvangt u het Cor Wijtvliet Journaal niet rechtstreeks? Abonneert u zich dan hier!

    Vindt u deze columns van Cor Wijtvliet interessant, dan kunt voor €25 per jaar donateur worden van het CorWijtvlietJournaal. Ook kunt u een geheel vrijwillige bijdrage overmaken naar NL14RABO0156073676, ten name van Wijtvliet Research.

    Donateurs krijgen niet alleen zonder vertraging het CorWijtvlietJournaal in hun mailbox, maar kunnen ook rekenen op een wekelijkse extra nieuwsbrief met vijf beleggingstips van Cor Wijtvliet. Neem voor meer informatie contact op met Cor Wijtvliet via het hierboven genoemde mailadres.

  • ECB stopt dit jaar met stimuleringsprogramma

    De ECB heeft besloten haar stimuleringsprogramma te beëindigen. Tot en met september blijft de centrale bank voor €30 miljard aan staatsobligaties opkopen, maar in de laatste drie maanden van het jaar wordt dat gehalveerd tot een tempo van €15 miljard. Na december zal het opkoopprogramma stoppen, al blijft de centrale bank nog wel de opbrengst van afgeloste leningen herinvesteren. Ook blijft de rente nog tenminste tot september volgend jaar op nul procent.

    Vorige week schreven we al over het versnelde afbouw van het stimuleringsprogramma van de ECB. Verschillende personen binnen de centrale bank hadden via de media al kenbaar gemaakt dat het onderwerp op de agenda kwam en ook waren veel economen al in de verwachting dat het opkoopprogramma dit jaar stopgezet zou worden.

    ECB begon in 2015 met het stimuleringsprogramma (Bron: ECB)

    ECB stopt stimuleringsprogramma

    De timing voor dit besluit is opmerkelijk, want begin vorig jaar lag de inflatie ook al op het door de ECB gewenste niveau. Dat was dus niet de enige reden om het opkoopprogramma dit jaar stop te zetten. Mogelijk probeert de centrale bank met dit besluit een signaal af te geven aan overheden om een verantwoord begrotingsbeleid te voeren.

    Dankzij het stimuleringsprogramma konden landen in de Eurozone goedkoper lenen en was de obligatierente uitzonderlijk laag. Dat was niet alleen gunstig voor de rentelasten van overheden, maar ook van huishoudens die met een hypotheek een eigen huis kochten. De beëindiging van het stimuleringsprogramma betekent dat een belangrijke koper zich terugtrekt van de obligatiemarkt. Daardoor zou de rente vanaf volgend jaar weer wat kunnen gaan stijgen, met alle gevolgen van dien.

  • Verschil Duitse en Italiaanse rente loopt verder op

    Het verschil in rente tussen Duitse en Italiaanse staatsobligaties met een looptijd van tien jaar is in een paar weken tijd verdubbeld van 115 naar 233 basispunten. Beleggers verkopen het Italiaanse schuldpapier, omdat ze zich zorgen maken over de politieke stabiliteit in het land. De beoogde regeringscoalitie van de Lega Nord en de Vijfsterrenbeweging werd op het laatste moment afgeblazen, omdat president Sergio Mattarella het niet eens zou zijn met de benoeming van een aantal ministers.

    Door deze politieke impasse komen er waarschijnlijk nieuwe verkiezingen, tot grote onvrede van veel kiezers. De vrees bestaat dan ook dat deze gang van zaken tot meer instabiliteit zal leiden binnen Italië. Ook hangen er mogelijk afwaarderingen boven de markt van de drie grote kredietbeoordelaars, die een grote impact kunnen hebben op de obligatiemarkt. Daalt de kredietstatus van de Italiaanse overheid onder een bepaalde grens, dan mag de centrale bank formeel geen obligaties meer opkopen.

    Onderstaande grafiek laat zien dat het verschil in rente in zeer korte tijd gestegen is tot het hoogste niveau in meer dan vier jaar tijd. De Italiaanse 10-jaars rente steeg naar 3% en kwam daarmee op het hoogste niveau sinds jaren, al is de situatie nog niet zo ernstig als tijdens de Europese schuldencrisis van 2012. Toen steeg de Italiaanse 10-jaars rente op een gegeven moment tot boven de 6%, waarna ECB-president Draghi ingreep door noodleningen te verstrekken aan overheden en de bankensector.

    Volg Marketupdate nu ook via Telegram

  • Italiaanse 2-jaars rente schiet omhoog

    Beleggers hebben weinig vertrouwen in de fiscale discipline van de nieuwe Italiaanse regering, want de rente op staatsleningen met een looptijd van twee jaar is in korte tijd explosief gestegen. Namen beleggers eerder dit jaar genoegen met een negatieve rente van -0,25% voor het schuldpapier, nu worden dezelfde stukken op de secundaire markt tegen een positieve rente van 0,58% verhandeld.

    Deze stijging valt nog meer op als we die naast vergelijkbare Duitse staatsobligaties met dezelfde looptijd leggen. De volgende grafiek laat zien dat het prijsverschil tussen Italiaans en Duits schuldpapier sinds 2013 niet meer groot is geweest als nu. De volgende grafiek is afkomstig van Bloomberg.

  • Wie bezit de staatsschuld van Italië?

    De nieuwe Italiaanse regering zou van plan zijn de Europese begrotingsregels te negeren en het tekort verder te laten stijgen dan het afgesproken maximum van 3%. In een concept versie van het regeerakkoord dat vorige week uitlekte stonden ook plannen om €250 miljard aan staatsschuld op de balans van de Europese Centrale Bank weg te strepen.

    Dat laatste kwam niet terug in de definitieve versie van het regeerakkoord van Lega Nord en de Vijfsterrenbeweging, maar het zorgde wel voor onrust op de financiële markten. Hoe veilig zijn Italiaanse staatsobligaties nog? En wie bezit deze schuldpapieren?

    Hoe veilig zijn Italiaanse staatsobligaties?

    De kans dat Italië haar schuldverplichting niet nakomt is niet zo groot, omdat het land daarmee waarschijnlijk haar toegang tot de kapitaalmarkt zal kwijtraken. Beleggers zullen niet langer bereid zijn de Italiaanse regering geld te lenen (of alleen tegen een zeer hoge rente), terwijl de Europese Centrale Bank zich in dat scenario waarschijnlijk ook zal terugtrekken als lender of last resort, om de simpele reden dat het opkopen van Italiaans schuldpapier dan uitgelegd kan worden als een bailout voor de Italiaanse regering.

    Omdat Italië onderdeel is van de Eurozone en al haar schulden genoteerd zijn in euro’s hoeven beleggers ook niet meer te vrezen voor een devaluatie. In het verleden was dat nog wel een risico, toen alle Europese landen nog hun eigen munt hadden en daar zelf over konden beslissen. Mede dankzij de euro kunnen beleggers het schuldpapier ook gemakkelijk verhandelen, omdat het valutarisico gering is. Toch is de impact duidelijk te zien aan de Italiaanse 10-jaars rente.

    Wie bezit de Italiaanse staatsschuld?

    De kans dat Italië een deel van haar schulden niet zal terugbetalen is op de korte termijn dus niet zo groot. Maar als dat wel gebeurt, wie zal daar dan het meeste last van hebben? Eerder dit jaar publiceerden we hierover al een artikel, met de strekking dat particulieren een steeds kleiner deel van de Italiaanse staatsschuld financieren en dat een steeds groter deel van het schuldpapier in handen is van financiële instellingen en de Italiaanse centrale bank.

    De afgelopen dertig jaar waren het vooral buitenlandse beleggers en financiële instellingen als pensioenfondsen en verzekeraars die het Italiaanse schuldpapier kochten. Door het opkoopprogramma van de ECB is de Italiaanse centrale bank uitgegroeid tot belangrijke schakel in de financiering van de Italiaanse overheid.

    Het toenemende eigendom van schuldpapier bij publieke instellingen en institutionele beleggers en het afnemende private eigendom van het schuldpapier wordt bevestigd door analist Nick Kounis van ABN Amro. Hij concludeert dat de private sector zich de laatste jaren meer uit de obligatiemarkt heeft teruggetrokken, vanuit de wetenschap dat de Europese Centrale Bank de markt nog lange tijd zal blijven ondersteunen met nieuwe aankopen en met het doorrollen van aflopende leningen.

    De ABN-analist merkt ook op dat Italiaanse banken met een aandeel van 10,7% relatief veel staatsobligaties van hun eigen land op de balans hebben staan. Dat is vergelijkbaar met Spanje (9,6%) en Portugal (12,2%), maar veel hoger dan in de sterkere Eurolanden, waar de bankensector minder dan 5% van het schuldpapier van de eigen overheid bezit.

    Volg Marketupdate nu ook via Telegram

  • Rendement Amerikaanse obligaties hoger dan aandelen

    Het rendement op Amerikaanse staatsobligaties met een looptijd van slechts drie maanden is voor het eerst sinds het uitbreken van de financiële crisis van 2008 weer hoger dan het gemiddelde dividendrendement op aandelen uit de S&P 500 index.

    De verwachting dat de Amerikaanse overheid veel meer geld gaat lenen en dat de Federal Reserve de rente nog een paar stappen zal verhogen zorgt ervoor dat beleggers een steeds hogere vergoeding vragen voor het schuldpapier van de regering, de zogeheten Treasuries. Een andere mogelijkheid is dat er minder vraag is naar het schuldpapier, wat de rente ook verder kan aanjagen.

    Begin deze week steeg de rente op Amerikaanse staatsleningen met een looptijd van drie maanden tot 1,91%. Volgens cijfers van Bloomberg was dat het hoogste niveau in tien jaar tijd. Tegelijkertijd zakte het dividendrendement van de S&P 500, de belangrijkste aandelenindex in de Verenigde Staten, tot iets minder dan 1,9% op jaarbasis. En dat betekent dat obligaties op dit moment weer meer rendement opleveren dan aandelen.

    https://twitter.com/OccupyWisdom/status/996152812215169025

    TINA

    De afgelopen jaren was het rendement op staatsobligaties zo laag dat beleggers bijna vanzelfsprekend voor aandelen kozen. Beleggers spraken van TINA (There is no Alternative), omdat alle andere beleggingen minder aantrekkelijk waren. Die situatie lijkt nu voorbij, want met een rente van 1,9% op obligaties met een looptijd van drie maanden en meer dan 3% voor schuldpapier met een looptijd van tien jaar is het voor het eerst sinds jaren ook weer interessant geworden om vermogen in staatsleningen te parkeren.

    De vraag is of je als belegger blij moet worden van een rendement van 2%, want dat is nog minder dan de officiële inflatie van 2,5% in de Verenigde Staten. Dat betekent dat je ieder jaar zelfs wat koopkracht inlevert door je geld aan de Amerikaanse overheid uit te lenen. En dan rekenen we nog niet eens met de traditionele inflatieberekening van Shadowstats, die suggereert dat de inflatie in de Verenigde Staten momenteel 6% is. Wil je als belegger meer rendement maken dan de inflatie, dan wordt je bijna gedwongen meer risicovolle beleggingen te kiezen.

    Inflatie volgens Shadowstats (Bron: Shadowstats)

    Volg Marketupdate nu ook via Telegram

    Dit artikel wordt u aangeboden door Goudstandaard, uw adres voor de aankoop en verzekerde opslag van edelmetalen. Wilt u goud kopen? Neem dan contact op door te mailen naar [email protected] of door te bellen naar +31(0)88-4688488.

  • Is de rek er bij de aandelen uit?

    Het cijferseizoen over het eerste kwartaal van 2018 is niet slecht van start gegaan. De verwachtingen zijn dan ook hooggespannen. Gemiddeld genomen zullen de bedrijven in de S&P 500 een groei van de winst per aandeel noteren van 20%. Toch lijkt de stemming op Wall Street niet echt florissant, eerder het omgekeerde. Koersen hebben eerder de neiging omlaag te gaan dan te stijgen. Trouwens, niet alleen Wall Street lijkt in een mineurstemming, overal in de wereld lijken malaise gevoelens de overhand te krijgen.

    Zoals gezegd, de cijfers tot dusverre vallen niet tegen. Een bedrijf als Caterpillar deed het veel beter dan verwacht en verhoogde zijn verwachtingen voor heel 2018. Iedereen blij zou je denken. Maar het venijn zat in de staart. Caterpillar rondde zijn presentatie over het eerste kwartaal van 2018 af met de vaststelling, dat dit kwartaal waarschijnlijk het beste was wat beleggers dit jaar te zien zouden krijgen. Niet alleen Caterpillar serveerde die voor beleggers onplezierige verrassing, een bedrijf als 3M deed doodleuk hetzelfde.

    Groeivertraging?

    Ondanks alle mooie cijfers dringt bij veel beleggers plotsklaps het besef door, dat 2018 weleens het jaar kan zijn van de vertraging in de groei en niet van de veronderstelde versnelling. Wie om zich heen kijkt komt dan waarschijnlijk tot de conclusie dat het landschap aan het veranderen is en niet per sé ten faveure van aandelen. Zo is de yield op de 10-jaars Treasury voor het eerst sinds 2014 weer tot boven 3% gestegen. Voor veel beleggers is dit een symbolisch gebeuren.

    Beleggers accepteren tot dusverre dat waarderingen voor aandelen aan de hoge kant zijn, zolang de rente maar laag is. De grens van 3% is daarbij een kritische toetssteen. Is nu het hek van de dam en gaat de rente verder omhoog? Dat kan zomaar, omdat de Fed de rente nog twee- of driemaal zal verhogen om inflatie op voorhand de kop in te drukken.

    Oplopende inflatie

    De kans dat de inflatie geleidelijk gaat oplopen is volgens menigeen reëel, omdat de vooruitzichten voor de wereldeconomie onverminderd bemoedigend zijn. Ze verwijzen hierbij naar de recente voorspellingen van bijvoorbeeld het Internationale Monetair Fonds. Een vertraging in de winstontwikkeling gekoppeld aan een mogelijke verdere stijging van de rente is voor aandelenbeleggers een ware jobstijding.

    Obligatiebeleggers als Pimco en Fidelity staan echter heel anders in de werkelijkheid. Zij denken dat met een stijging naar 3% de rek er wel uit is. Ze geloven niet dat de inflatie nog erg gaat oplopen. Ze verwijzen daarvoor naar de yield op de 30-jaars Treasury. Die bedraagt ongeveer 3,20% tegen bijna 4% in 2014.

    Obligaties met zeer lange looptijden zijn erg gevoelig voor inflatieontwikkelingen. Bij Pimco en bij Fidelity denken ze daarom dat de rente niet veel verder zal oplopen, laat staan dat de stijging gaat versnellen. En dus lijkt voor hen het moment aangebroken om weer massief in de 10-jaars Treasuries te stappen. Ze rekenen er daarbij op, dat lange termijnbeleggers als verzekeraars en pensioenfondsen hetzelfde gaan doen. Dat zou een duidelijke steun in de rug zijn voor de prijsontwikkeling.

    Het kan zomaar zijn dat in 2018 de bordjes weer eens verhangen worden. De rek bij aandelen is eruit en de obligatiebelegger maakt zijn comeback!

    Cor Wijtvliet

    corwijtvliet-logo

    Deze bijdrage is afkomstig van www.corwijtvliet.nl

    Tot slot:

    • Hebt u opmerkingen en/of vragen? Mail ze gerust aan: [email protected]
    • Of via mijn twitteraccount: @wijtvliet
    • Voor meer door mij geschreven artikelen bezoekt u mijn website: www.corwijtvliet.nl
    • Of bezoek www.Beurshalte.nl      
    • Ontvangt u het Cor Wijtvliet Journaal niet rechtstreeks? Abonneert u zich dan hier!

    Deze column verscheen eerder in het CorWijtvlietJournaal en wordt u gratis aangeboden door Marketupdate. Vindt u deze columns interessant, dan kunt voor €25 per jaar donateur worden van het CorWijtvlietJournaal. Ook kunt u een geheel vrijwillige bijdrage overmaken naar NL14RABO0156073676, ten name van Wijtvliet Research.

    Donateurs krijgen niet alleen zonder vertraging het CorWijtvlietJournaal in hun mailbox, maar kunnen ook rekenen op een wekelijkse extra nieuwsbrief met vijf beleggingstips van Cor Wijtvliet. Neem voor meer informatie contact op met Cor Wijtvliet via het hierboven genoemde mailadres.

  • Geen reden voor paniek over de obligatiemarkt

    Als het misgaat op de aandelenmarkten, dan trekt dat de aandacht van heel de wereld. Maar als de beren de obligatiemarkten binnenvallen dan gaat dat vrijwel ongemerkt. Dat gebeurt vandaag de dag. De yield op de 10-jaars Treasury leunde in september 2017 nog tegen 2%, maar was in februari opgelopen naar 2,95% om daarna weer terug te zakken naar 2,75%. Dat betekent over een periode van zes maanden een verlies van total return van 4,5% als het om de prijs gaat. Dat verlies mag er zijn.

    Daar staat tegenover dat historisch gesproken een stijging van de yield met 75 basispunten niet bijzonder is. Tussen het midden van 1979 en de eerste helft van 1980 steeg de yield op de treasury met 400 basispunten. Dat was te wijten aan de inflatie en de daarmee samenhangende komst van Paul Volcker als eerste man bij de Fed. Van hem was bekend dat hij alles zou doen om de inflatie de nek te breken.

    Negatieve stemming

    Is het huidige negatieve sentiment op de obligatiemarkten gerechtvaardigd? Daar lijkt weinig reden toe. Wereldwijd bedraagt de schuld meer dan $230 biljoen, zo heeft het Institute voor International Finance berekend. De schuldenberg is inmiddels hoger dan aan het begin van de crisis van 2008. Volgens de Fed past daar een Fed Funds Rate bij van bijna 3%.

    Dat is heel andere koek dan het gemiddelde van meer dan 5% sinds het begin van de jaren ’70 van de vorige eeuw. Er spelen waarschijnlijk andere sentimenten. Het gaat goed met de wereldeconomie. In alle regio’s is sprake van een gezonde groei. Als gevolg daarvan neemt de bereidheid om risico’s te nemen toe. Dat zou kunnen betekenen dat er einde komt aan het zeer ruime beleid van centrale banken sinds de val van Lehman Brothers.

    Als er een einde komt aan negatieve rentes in landen als Zwitserland en Japan en de monetaire verruiming heeft zijn tijd gehad, dan geldt dat ook voor de extreem lage yield van dit moment. Er komt nog iets bij. Het lopend jaar 2018 zal het eerste jaar sinds tijden zijn dat er een positieve netto uitgifte van overheidsschuld is van de VS, de Eurozone en Japan samen. In de afgelopen drie jaren was er door opkoopprogramma’s van centrale banken per saldo een negatieve uitgifte van overheidsschulden ter waarde van $100 – $500 miljard.

    Aanbod obligaties neemt toe

    In 2018 zal de positieve netto uitgifte uitkomen op een waarde van $500 miljard en in 2019 op $1 biljoen. Een gebrek aan overheidspapier is daarmee niet langer een rechtvaardiging voor de huidige extreem lage yields. Centrale banken in Europa en in Japan hebben afgelopen tijd hun opstelling jegens monetaire verruiming geleidelijk gewijzigd. Monetaire verkrapping lijkt nog slechts een kwestie van tijd. Als dat gebeurt dan gaan de kosten omhoog voor overheden. Een stijgende yield betekent op den duur meer kosten voor het financieren van schulden. Dat geldt ook voor huishoudens en voor het bedrijfsleven, die beide zwaar in de schulden zitten.

    Is dit alles voldoende om een einde aan de stierenmarkt in obligaties te veronderstellen? Dat is waarschijnlijk niet het geval. Dat zal pas gebeuren als de inflatie in de ontwikkelde landen een overtuigende comeback maakt. Of dat staat te gebeuren? De US TIPS markt verwacht dat de consumentenprijsindex de komende vijf jaar ongeveer 2% zal bedragen. Dat is een behoorlijke stijging vergeleken met het niveau van het midden van 2017. Maar het verwachte niveau is wel in lijn met de lange termijnverwachtingen van de Fed.

    Dat de consumentenprijsindex een zo gematigde stijging laat zien, heeft grotendeels te maken met het doorsnijden van de traditionele relatie tussen de ontwikkeling van de werkloosheid en de prijzen. Technologische ontwikkelingen, globalisering van de arbeidsmarkt en een tanende vakbondsmacht zijn er de oorzaak van dat lonen in de hele Westerse wereld amper stijgen. De spiraal van loon- en prijsinflatie behoort daarmee tot het verleden. Als dat zo blijft dan blijft ook de obligatiemarkt interessant, zeker als er tijdelijk op grote schaal verkocht is!

    Cor Wijtvliet

    corwijtvliet-logo

    Deze bijdrage is afkomstig van www.corwijtvliet.nl

    Tot slot:

    • Hebt u opmerkingen en/of vragen? Mail ze gerust aan: [email protected]
    • Of via mijn twitteraccount: @wijtvliet
    • Voor meer door mij geschreven artikelen bezoekt u mijn website: www.corwijtvliet.nl
    • Of bezoek www.Beurshalte.nl      
    • Ontvangt u het Cor Wijtvliet Journaal niet rechtstreeks? Abonneert u zich dan hier!

    Deze column verscheen eerder in het CorWijtvlietJournaal en wordt u gratis aangeboden door Marketupdate. Vindt u deze columns interessant, dan kunt voor €25 per jaar donateur worden van het CorWijtvlietJournaal. Ook kunt u een geheel vrijwillige bijdrage overmaken naar NL14RABO0156073676, ten name van Wijtvliet Research.

    Donateurs krijgen niet alleen zonder vertraging het CorWijtvlietJournaal in hun mailbox, maar kunnen ook rekenen op een wekelijkse extra nieuwsbrief met vijf beleggingstips van Cor Wijtvliet. Neem voor meer informatie contact op met Cor Wijtvliet via het hierboven genoemde mailadres.