Tag: vollgeld

  • Wat betekent het Zwitserse referendum over geld?

    In Zwitserland wordt op 10 juni een referendum gehouden over een drastische hervorming van het geldstelsel, waarmee de functie van geldcreatie wordt overgedragen van commerciële banken naar de Zwitserse centrale bank. De rol van de commerciële banken zou daarmee beperkt worden tot tussenpersoon die de tegoeden van burgers en bedrijven bewaart en geldstromen faciliteert. De centrale bank beslist in dit model hoeveel geld er in de economie wordt gebracht.

    Dit alternatieve geldsysteem, ook wel Full Reserve banking genoemd, werd dat in de jaren dertig door de de Amerikaanse econoom Irving Fisher bedacht. Het was een reactie op de Grote Depressie van begin jaren dertig, toen de geldhoeveelheid kromp en veel leningen niet meer terugbetaald konden worden. Daardoor kwamen ook banken in de problemen.

    Aanhangers van de Full Reserve banking denken dat banken veel stabieler zijn als ze geen krediet kunnen verlenen, zoals dat binnen een fractioneel geldsysteem gebruikelijk is. Critici zetten vraagtekens bij de uitvoerbaarheid van dit alternatieve geldsysteem en zijn van mening dat de onafhankelijkheid van de centrale bank in het geding komt. We hebben een aantal vragen over dit alternatieve geldsysteem op een rij gezet.

    Hoe werkt geldcreatie in Full Reserve banking?

    Vandaag de dag komt geldcreatie voor rekening van commerciële banken. Wordt er een lening verstrekt, dan komt er nieuw geld in omloop. Wordt deze lening afgelost, dan verdwijnt dit geld weer uit circulatie. Binnen dit systeem is de geldhoeveelheid zeer flexibel en in principe vraaggestuurd. Het voordeel van dit systeem is dat huishoudens en bedrijven relatief gemakkelijk geld kunnen lenen, maar het nadeel is dat de geldhoeveelheid de neiging heeft om voortdurend te groeien, waardoor er over de lange termijn sprake is van een structurele inflatie. Ook kunnen banken in een fractioneel systeem in de problemen komen, indien veel spaarders tegelijkertijd hun geld ophalen of hun schulden niet meer kunnen aflossen.

    Binnen het Full Reserve Banking model is een bankrun in theorie niet mogelijk, omdat de bank de tegoeden van haar spaarders altijd beschikbaar heeft. Een bank heeft in dit systeem volledige dekking met reserves, waardoor alle spaarders altijd bij hun geld kunnen. De geldcreatie komt in dit systeem voor rekening van de centrale bank. Volgens voorstanders kan de centrale bank zo beter de geldhoeveelheid sturen dan via de rente, maar critici waarschuwen dat de centrale bank in dit systeem teveel macht krijgt. Hoe moet ze bepalen wie er geld mag lenen en hoeveel geld er geleend mag worden? Deze rol lijkt niet te combineren met die van een onafhankelijke centrale bank, zeker niet als ze ook aan de overheid uitleent.

    Hoe zit het met de inflatie?

    Een van de nadelen van een fractioneel geldsysteem en de bijbehorende structurele geldcreatie is dat de waarde van het geld na verloop van tijd steeds verder wordt uitgehold. Het is echter nog maar de vraag of dat probleem met een Full Reserve geldsysteem verholpen kan worden, want ook in dat systeem is er dus geldcreatie mogelijk. De vraag moet dan zijn hoeveel geld de centrale bank in dit alternatieve systeem in omloop kan brengen en wie dat gaat bepalen.

    De waarde van het geld wordt natuurlijk ook bepaald door het vertrouwen in de munt. Een drastische verandering van het geldsysteem brengt onzekerheid met zich mee, waardoor spaarders mogelijk de voorkeur geven aan een andere valuta of aan goud. In dat geval is er een wisselkoersrisico dat ervoor kan zorgen dat de prijzen van geïmporteerde goederen stijgen.

    Zijn er meer landen met Full Reserve banking?

    Op dit moment is er geen enkel land in de wereld dat afwijkt van het fractioneel bankieren, waarbij commerciële banken nieuw geld in omloop brengen op het moment dat er krediet verstrekt wordt. Wel zijn er meer landen waar – net als in Zwitserland – initiatieven zijn opgestart om Full Reserve Banking in de praktijk te brengen. Voorbeelden daarvan zijn ‘Positive Money’ in het Verenigd Koninkrijk, het ‘Vollgeld’ initiatief in Duitsland en natuurlijk burgerinitiatief ‘Ons Geld’ in eigen land.

    Het is niet eenvoudig om een geldsysteem en het verdienmodel van banken zo drastisch om te gooien. Volgens de gouverneur van de Zwitserse centrale bank, Thomas Jordan, is een centralisering van de kredietverlening om verschillende redenen niet wenselijk. Hij vreest een gebrek aan concurrentie, valse prikkels en mogelijke politieke beïnvloeding. Ook is het plan nog niet eerder getest, waardoor de uitkomst zeer onzeker is.

    In de aanloop naar het referendum organiseert het Swiss Finance Institute op 16 mei een evenement voor bankiers over het Full Reserve initiatief. Bij dit evenement zullen de Thomas Jordan en Jean-Charles Rochet, hoogleraar Finance aan de Universiteit van Genève, toelichting geven op het initiatief. Ook is er een informatieve brochure uitgebracht.

    Lees ook:

    Volg Marketupdate nu ook via Telegram

  • Zwitserland houdt referendum over geldcreatie

    In Zwitserland wordt later dit jaar een referendum gehouden over een herziening van het geldsysteem, waarbij de centrale bank de kredietverlening van commerciële banken overneemt. Volgens de voorstanders van dit initiatief worden banken daardoor minder kwetsbaar, omdat ze dan alleen geld kunnen uitlenen dat spaarders beschikbaar hebben gesteld voor dat doeleinde.

    In tegenstelling tot fractioneel bankieren, waarin banken een veelvoud kunnen uitlenen van wat ze aan spaartegoeden beheren, moeten banken zich onder dit nieuwe voorstel beperken tot de rol van tussenpersoon die slechts geld van spaarders beschikbaar stelt aan mensen die geld willen lenen. Dat betekent dat banken veel minder kredieten kunnen verstrekken, waardoor er minder snel speculatieve bubbels ontstaan die banken in de problemen kunnen brengen. Banken beperkten zich in dit nieuwe model tot een dienstverlenende instellingen die uitsluitend het betalingsverkeer tussen personen en bedrijven regelen.

    Geldcreatie naar centrale bank

    De voorstanders van het zogeheten ‘Vollgeld’ initiatief willen de functie van geldcreatie onderbrengen bij de centrale bank. Dat betekent dat uitsluitend de centrale bank nieuw geld in omloop kan brengen, bijvoorbeeld door het uit te lenen aan de landelijke overheid, regionale overheden of burgers en bedrijven. De aanname die achter deze verandering schuilgaat is dat het voor de centrale bank makkelijker is om rechtstreeks de geldhoeveelheid te controleren dan om deze indirect via de rente bij te sturen.

    Het referendum over de hervorming van het geldsysteem roept ook de nodige vraagtekens op. Critici waarschuwen voor de gevolgen van zulke radicale aanpassingen van het geldsysteem en vrezen dat vooral bedrijven in de problemen zullen komen als ze niet meer zo makkelijk aan krediet kunnen komen. Een ander vraagstuk is hoe de onafhankelijkheid van de centrale bank gewaarborgd kan blijven, aangezien ze dan direct geld gaat uitlenen aan de overheid.

    Fractioneel bankieren

    Vandaag de dag wordt de geldhoeveelheid in de economie niet meer bepaald door de omvang van de goudvoorraad, maar grotendeels gestuurd via het beleid van centrale banken en de Bank of Internationale Betalingen (BIS). Geldcreatie vindt in ons huidige geldsysteem plaats op het moment dat banken krediet verlenen, waardoor het aanbod van geld meebeweegt met de vraag naar krediet.

    Het voordeel van dit systeem is dat kredietwaardige bedrijven en consumenten makkelijker aan geld kunnen komen, maar de keerzijde is dat de geldhoeveelheid bijna onbeperkt kan toenemen. Dat zorgt niet alleen voor een structurele inflatie, maar ook voor een versterking van alle opgaande en neergaande bewegingen in de economie. Het Vollgeld initiatief belooft meer stabiliteit door het systeem van fractioneel bankieren aan banden te leggen. Of dat echt zo is blijft een vraagtegen, omdat we simpelweg geen praktijkvoorbeelden uit het recente verleden kunnen raadplegen.

    Het idee dat geld dat banken uitlenen volledig gedekt moet zijn door spaartegoeden werd tijdens de Grote Depressie van de jaren ’30 ook eens voorgesteld door econoom Irving Fisher. Hoewel dit idee nooit echt van de grond gekomen is zijn er ook nu weer landen waar vergelijkbare initiatieven opduiken. Voorbeelden daarvan zijn ‘Positive Money’ in het Verenigd Koninkrijk, het ‘Vollgeld’ initiatief in Duitsland en natuurlijk burgerinitiatief ‘Ons Geld’ in eigen land.

    Dit artikel wordt u aangeboden door Goudstandaard, uw adres voor de aankoop en verzekerde opslag van edelmetalen. Wilt u goud kopen? Neem dan contact op door te mailen naar [email protected] of door te bellen naar +31(0)88-4688488.