Tag: fd

  • ‘Geld is een belofte die verbroken kan worden’

    ‘Geld is een belofte die verbroken kan worden’

    Enkele weken geleden werd ik geïnterviewd door Lenneke Arts en Joost van Kuppeveld van het Financieel Dagblad. Dat interview werd vandaag gepubliceerd in een uitgebreid artikel over goud, waarvoor ook goudkenners als Jan Nieuwenhuijs (Koos Jansen), Sander Boon en Aerdt Houben (DNB) geïnterviewd werden.

    Het interview met Aerdt Houben, directeur Financiële Markten van De Nederlandsche Bank, werd een dag eerder al gepubliceerd op de website van het Financieel Dagblad. Dat stelde mij in de gelegenheid een uitgebreide reactie te plaatsen op Marketupdate. Hieronder mijn interview dat vandaag verschenen is in het Financieel Dagblad. De andere interviews staan in de zaterdageditie van de krant en op de website van het FD.

    ‘Geld is een belofte die verbroken kan worden’

    ‘Ik studeerde bedrijfskunde, een studie vol modellen en theorieën die uitgingen van een bepaald fundament: het geldsysteem. Maar ik had geen flauw benul van de werking van geld, de bank, goud. Toen het systeem in 2008 vervolgens niet zo stabiel bleek als we dachten, ben ik me gaan verdiepen in geld en enthousiast geworden over goud. In eerste instantie door de vele stukken die ik las van bronnen als Willem Middelkoop (bekend als de ultieme ‘goudgelovige’, red.). Daarna ben ik me verder gaan verdiepen en heb ik andere bronnen gevonden. frank-knopers-fd-goudEen jaar later heb ik de stap gezet: ik haalde al mijn spaargeld van de bank en kocht er gouden muntjes van. Omdat goud bij uitstek iets is wat je kunt vertrouwen. Je hebt geen “tegenpartijrisico”. Je kunt het namelijk gewoon vasthouden en aan de hand van verschillende kenmerken testen of het echt is. Bij papiergeld heb je te maken met een centrale bank en een overheid. Die hebben een bepaalde mening over het geld en kunnen een munt devalueren. Daardoor is geld een belofte, een contract. Maar dat contract is niet altijd even goed. Overheden van landen als Griekenland, Italië en Spanje hebben in het verleden dat soort beloftes verbroken en de waarde van het geld uitgehold. Dat wantrouwen jegens het systeem is wat mensen richting goud drijft. Zij zeggen: “Ik vertrouw het niet meer met die centrale banken die geld bijdrukken en de rente verlagen, dus ik wil gewoon uit dat systeem stappen en mijn spaargeld in eigen hand houden: fysiek goud kopen.” Goud is altijd van jou. Door er veel over te schrijven wil ik mensen de ogen openen. Het heeft ook met verantwoordelijkheidsgevoel te maken. Het gaat niet goed, en daarover wil ik familieleden en andere mensen informeren. Uitleggen hoe het geldsysteem werkt, hoe banken werken. Vrienden begrijpen mijn keuze voor goud wel; zij zitten ook een beetje in goud. Niet zoveel als ik, maar ze geloven wel dat het een bepaalde plek verdient binnen je vermogen. Ook als je niet zoveel hebt.’ Bron: Financieel Dagblad, 29 oktober 2016

  • Column: Geeft DNB een koopsignaal voor goud?

    Column: Geeft DNB een koopsignaal voor goud?

    Angstige particulieren hoeven geen goud te kopen, zo verklaarde Aerdt Houben van De Nederlandsche Bank tegenover het Financieel Dagblad. In het interview zei hij dat particulieren geen goud hoeven te kopen, omdat de centrale bank dat al voor ons geregeld heeft. Hier de betreffende passage uit het artikel:

    Tegen die mensen zou ik willen zeggen: jullie hoeven dat niet te doen, DNB doet dat voor jullie. Heb vertrouwen in ons. Het is veel efficiënter als één organisatie het voor iedereen doet.

    Eerlijk gezegd was ik nog al verbaasd om dit te lezen. Waarom raadt hij particulieren opeens af goud te kopen, terwijl hij eerder dit jaar in een reportage voor RTL-Z nog het volgende antwoordde op de vraag of particulieren ook zoveel goud moesten hebben als de centrale bank:

    De Nederlandsche bank geeft nooit beleggingsadviezen, dus op deze vraag zou ik willen zeggen: Spreken is zilver, zwijgen is goud.

    Goud niet belangrijk?

    In dezelfde reportage vertelde Houben dat de Nederlandsche Bank nog steeds een aanzienlijk deel van haar reserves in goud bewaart. Met €21 miljard in goud en een kleine €30 miljard in obligaties en aandelen heeft de centrale bank ongeveer 40% van haar reserves in edelmetaal.

    We hebben daar vele analyses op toegepast en zijn tot de slotsom gekomen dat uit het oogpunt van waardebehoud en diversificatie – en de kernrol van de centrale bank – dat dit een goede spreiding is.

    De centrale bank zelf heeft 40% in edelmetaal, maar vindt het dus niet nodig dat particulieren en pensioenfondsen dat voorbeeld volgen. Als argument voert Houben aan dat je als particulier “geen briefjes hoeft uit te geven aan anderen dat je je verplichtingen zult nakomen”.

    Ook daar valt het een en ander op af te dingen, want onze eurobiljetten en banktegoeden zijn al lang niet meer gekoppeld aan goud. In september 1999, toen verschillende centrale banken besloten gecoördineerd een deel van hun goud te verkopen, had De Nederlandsche Bank nog een goudreserve van 1.012 ton. Vandaag de dag hebben we nog 612 ton goud, wat betekent dat er in die periode 400 ton goud uit de kluis verdwenen is. En al die tijd functioneerde de munt naar behoren…

    Waardebehoud en diversificatie

    Aerdt Houben merkt terecht op dat het edelmetaal een belangrijke rol speelt als waardebehoud en diversificatie. Waarom zou dat wél voor de centrale bank van toepassing zijn, maar niet voor ons spaargeld en ons pensioen?

    Uit onderzoek is gebleken dat de toevoeging van goud aan een beleggingsportefeuille zorgt voor minder volatiliteit. Vooral in onzekere tijden blijkt het edelmetaal een negatieve correlatie te hebben met andere beleggingscategorieën, wat betekent dat een deel van je vermogen in goud in crisistijd kan compenseren voor de verliezen op andere beleggingen.

    Daar komt bij dat fysiek goud een bezitting is zonder tegenpartij risico. Spaargeld op een bankrekening wordt weliswaar gegarandeerd door het depositogarantiestelsel, maar die dekking is beperkt tot maximaal €100.000. En wat gebeurt er als er net als in 2008 weer een grote bank omvalt? Blijft het garantiestelsel dan nog steeds overeind? Kun je dan nog wel bij je spaargeld?

    goudstaven-dnb-public

    Goudstaven in de kluis van De Nederlandsche Bank (Bron: DNB)

    Bescherming van je vermogen

    De hierboven genoemde scenario’s zijn extreem, maar niet onvoorstelbaar. Wie had in 2008 tenslotte gedacht dat een grote bank als Lehman Brothers zou omvallen? Of dat een bank als ABN Amro genationaliseerd zou worden? Of dat er strenge kapitaalcontroles zouden komen in landen als Griekenland en Cyprus, waardoor mensen opeens niet of slechts beperkt bij hun spaargeld konden?

    Het zijn dit soort extreme scenario’s waar je je als verstandige spaarder tegen wilt wapenen. We spreken ook niet over ‘angstige particulieren’ die een inboedelverzekering of reisverzekering afsluiten. Waarom ben je dan opeens wel een ‘angstige particulier’ als je een deel van je vermogen wilt beschermen door het buiten het financiële systeem te bewaren in de vorm van goud?

    Ik denk dat goudbezitters over het algemeen weldenkende mensen zijn, die voorzichtig omgaan met vermogen, die vooruit kijken en zich willen indekken tegen de onvoorziene risico’s van ons financiële systeem. En als de centrale bank dan zegt dat ‘angstige particulieren’ geen goud hoeven te kopen, dan is dat voor mij een ongekend koopsignaal…

  • Reactie Ons Geld op “Afdeling ‘geldschepping’ bestaat niet bij bank”

    Door: Martijn Jeroen van der Linden, 21 oktober 2015

    In een recent artikel bij FD stelt de heer Boonstra terecht dat commerciële banken geldscheppende instellingen zijn. Als een bank krediet verleent komt daardoor meer giraal geld in omloop. Ook merkt Boonstra op dat dit geen nieuw inzicht is. Dit klopt.

    Echter, diverse economen beweren dat veel economieboeken geld(creatie) en bankieren vaak onnauwkeurig, en zelfs onjuist beschrijven (o.a. Goodhart (1984), Turner (2013), Coe & Pettifor (2014), Werner (2014) en Turner (2015).

    Vorig jaar bevestigde ook de Bank of England dit:

    “rather than banks lending out deposits that are placed with them, the act of lending creates deposits — the reverse of the sequence typically described in textbooks” (McLeay e.a. 2014).

    Misverstanden

    Vervolgens stelt de heer Boonstra dat er veel misverstanden zijn. Ook dit klopt. Verschillende onderzoek (Cobden 2010, Dods 2014, Nietlisbach 2015) tonen aan dat financiële geletterdheid laag is in Europese landen. Zo denkt 73% van de Zwitsers ten onrechte dat de Zwitserse staat en/of centrale bank al het geld creëert en weet slechts 12% van de Britse parlementsleden dat bankleningen nieuw geld creëren, 71% denkt ten onrechte dat de overheid al het geld schept. Er zijn geen aanwijzingen dat financiële geletterdheid in Nederland en andere Europese landen hoger is.

    Dan stelt de heer Boonstra dat banken een passieve rol spelen in het geldscheppingsproces. Dit is twijfelachtig. Het klopt dat het geldschepping begint met vraag naar geld. Maar in welke mate wordt deze vraag gestimuleerd door winst maximaliserende banken? Accountmanagers bij banken worden bijvoorbeeld vaak beloond op basis van verkochte kredieten. Er is dus wel degelijk een drang om (te veel) kredieten te verstrekken.

    geld-euro

    Uit onderzoek blijkt dat er de afgelopen decennia met name geld gecreëerd is uit krediet voor niet-productieve investeringen, zoals huizen en financiële activa. De geldhoeveelheid ademde dus niet mee met de economie, zoals de heer Boonstra stelt. Inflatie in huizenprijzen en aandelenkoersen is de norm geworden. In de 21ste eeuw dwingt digitalisering ons geld, krediet en bankieren opnieuw te overdenken. In het industriële tijdperk was bankieren vrij simpel. Banken financierden kapitaalintensieve lange termijn projecten en overbrugden mismatches tussen spaarders en leners. Overheden zorgden voor regelgeving en implementeerden depositogarantiestelsels om bank runs te voorkomen. Krediet was immobiel, geld was grotendeels chartaal (cash) en bankbalansen waren simpel. De digitale revolutie heeft dit veranderd. Kredieten worden tegenwoordig op grote schaal verknipt, verpakt en verhandeld en zijn daardoor zeer mobiel. Geld is grotendeels giraal. En bankbalansen zijn complex. Bankieren is losgemaakt van afzonderlijke bankbalansen. Hierdoor wordt toezicht steeds complexer en is toezicht op bijvoorbeeld kapitaalratio’s niet langer zinvol.

    Burgerinitiatief Ons Geld

    onsgeld-teaserBurgerinitiatief Ons Geld stelt voor gebruik te maken van de mogelijkheden die ICT en digitalisering bieden en het geldsysteem en kredietsysteem van elkaar te splitsen. In het verleden hebben zowel vrije-markteconomen als meer staat-georiënteerde economen op basis van economische argumenten hetzelfde voorgesteld (o.a. Irving Fischer en Milton Friedman; zie Lainà (2015) voor historisch overzicht). In de jaren na de beurscrash van 1929 stond monetaire hervorming zelfs hoog op de politieke agenda in de Verenigde Staten. Onder andere door bestuurlijke blunders, een slecht geïnformeerd publiek en bankenlobby werd in 1933 echter gekozen voor de Glass-Steagall Act (Phillips, 1992). Wij denken dat in de 21ste eeuw door een vierde macht uitgegeven digitaal chartaal geld kansen biedt en wij zijn hierin niet alleen. De Bank of England onderzoekt momenteel central-bank issued digital currency en een mogelijke transitie van credit-based money naar token-based money. Burgerinitiatief Ons Geld pleit voor actie en stelt voor schuldvrij geld te introduceren en banken een intermediërende rol te geven. Onderzoek van onder andere Yamaguchi (2011), Benes & Kumhof (2012, 2013) en de Vries & van Egmond (2014) laat zien dat dergelijke hervorming niet alleen leidt tot grotere stabiliteit, maar ook tot een afname van publieke en private schulden en productiviteitsgroei. Bovendien kan het depositogarantiestelsel worden afgeschaft. Tot slot, de heer Boonstra merkt terecht op dat de afdeling geldschepping niet bestaat bij banken. Hierdoor is er momenteel geen coördinatie. Burgerinitiatief Ons Geld vindt dit problematisch en stelt dat coördinatie juist nodig is om prijsstabiliteit, in onze ogen een publiek goed, te realiseren. Martijn Jeroen van der Linden Onderzoeker en promovendus TU Delft/ Economie van Technologie & Informatie, mede-initiatiefnemer burgerinitiatief Ons Geld. Bron: Ons Geld

    Referenties

  • Rabobank bestuursvoorzitter Piet Moerland stapt op

    Piet Moerland legt zijn functie als bestuursvoorzitter bij de Rabobank per direct neer, zo meldt het Financieel Dagblad. Zijn voortijdige vertrekt houdt verband met de Libor affaire, waarvoor de bank onlangs een boete kreeg van ongeveer $1 miljard. Volgens ingewijden wordt Moerland tijdelijk opgevolgd door commissaris Marinus Minderhoud.

    Moerland kondigde eerder nog aan dat hij in de loop van volgend jaar met pensioen zou gaan. Toch heeft hij besloten om per direct afstand te nemen van zijn functie bij de bank. De verantwoordelijke bestuurder voor de Libor handelaren, Sipko Schat, blijft volgens het FD wel in functie.

    Piet Moerland legt zijn functie als bestuursvoorzitter bij de Rabobank neer

    Piet Moerland legt zijn functie als bestuursvoorzitter bij de Rabobank neer (Afbeelding van ANP)

  • Financieel Dagblad: “Federal Reserve zit in Catch 22”

    Langzaam maar zeker begint ook in de reguliere media door te dringen dat de Federal Reserve echt niet kan stoppen met haar stimuleringsprogramma. Zo opende het Financieel Dagblad vandaag met een groot artikel over de ‘Catch 22’ waar de Amerikaanse centrale bank in gevangen zit. Langzaam maar zeker breekt het besef door dat Bernanke niet kan stoppen met stimuleren, omdat een stijgende rente dramatische gevolgen heeft voor de begroting van de overheid en de leencapaciteit van bedrijven en particulieren.

    De stijging van de 10-jaars rente richting de 3% was een weerspiegeling van de ‘zorgen’ die de obligatiemarkt had over tapering. Nu die zorg is weggenomen zien we ook de obligatierente (en daarmee op den duur ook de rente op langlopende kredieten) weer dalen. Het FD weet de vinger ook op de gevoelige plek te leggen, want in hun artikel op de voorpagina schrijft de redactie dat de stijgende rente de Amerikaanse centrale bank weerhoudt van ingrijpen. Alleen de dreiging van minder stimulering zorgde al voor bijna een verdubbeling van de rente op de 10-jaars obligaties. De hypotheekrente steeg van 3,4 naar 4,5 procent en ook de rente voor een autolening ging omhoog. Voor een schuld gedreven economie is een stijging van de rente de doodssteek.

    Meer stimulering door de Federal Reserve

    Niet minder, maar meer stimulering is het credo geworden. We hebben in het verleden al eens gewezen op de notulen van de Federal Reserve, waarin staat dat het stimuleringsprogramma ook uitgebreid kan worden als deflatie dreigt of als de economie groei terugvalt. Dat is anno 2013 helemaal geen onrealistisch scenario meer… Het FD verwijst naar Narayana Kocherlakota van de Federal Reserve uit Minneapolis, die gezegd zou hebben dat er nog veel ruimte is voor extra stimulering door de centrale bank. Dat soort geluiden hebben we nog niet vaak gehoord in de reguliere media.

    Voor het volledige artikel verwijzen we naar het Financieele Dagblad.

    Federal Reserve zit in een Catch 22

    Federal Reserve zit in een ‘Catch 22’

  • “Gebruik pensioen voor aflossing restschuld”

    Het FD publiceerde vandaag een interview met Lans Bovenberg, hoogleraar economie aan de Universiteit van Tilburg. In het interview zegt Bovenberg dat het tijd is voor onorthodoxe maatregelen, omdat het economische herstel in Nederland beduidend langzamer gaat dan in andere Europese landen. De Nederlandse economie wordt volgens de hoogleraar geplaagd door onderbestedingen van consumenten, wat het gevolg is van de stijgende werkloosheid en de dalende huizenprijzen. Consumenten zijn onzeker en sparen meer dan voor de crisis, terwijl er tegelijkertijd veel geld opzij gezet moet worden voor het pensioen.

    Volgens Bovenberg wordt onze economie geplaagd door de ‘spaarparadox’ van Keynes. Burgers en bedrijven willen hun schulden omlaag brengen en consumeren en investeren daarom minder. Dat terwijl er veel geld ‘gevangen’ zit in de pensioenpotten. Bovenberg roept daarom op tot een verlaging van de pensioenpremies, zodat de consumptieve bestedingen en investeringen weer een impuls krijgen. Die impuls kan zorgen voor extra economische activiteit en daarmee meer bedrijvigheid en banen.

    Restschuld wegwerken

    Voor huishoudens die ‘onder water’ staan met hun eigen woning moeten volgens de hoogleraar ook maatregelen getroffen worden. Hij stelt voor dat deze huishoudens hun pensioenvermogen gebruiken om de restschuld weg te werken. “Ik zie wel dat dit uitvoeringsproblemen geeft, maar het macro-economische belang is nu zo groot, dat het kabinet naar onorthodoxe maatregelen moet kijken”, aldus Bovenberg. Fiscaal is dat lastig te regelen door de zogenaamde ‘doorsneesystematiek’ waarmee de individuele pensioenopbouw wordt berekend.

    Door restschulden af te lossen verkleinen huishoudens niet alleen hun eigen schulden, ook versterken ze de balans van banken. Nederland telt inmiddels al een miljoen huishoudens die onder water staan. Dat is een groeiende risicofactor op de balans van Nederlandse bankensector.

    Dekkingsgraad

    Het terugbrengen van de minimale inleg voor het pensioen kan de economie stimuleren, bijvoorbeeld door extra consumptie en investeringen. Maar men moet niet vergeten dat het pensioen een appeltje voor de dorst moet zijn voor de oude dag. Wat blijft daar nog van over als we korten op de inleg? Volgens Bovenberg moet dat probleem niet overschat worden. Hij zegt er het volgende over in het Financieele Dagblad:

    “Het pensioenstelsel moet minder procyclisch worden, met een stabielere rekenrente, door schokken langer uit te smeren en door de premies te stabiliseren. Dat kan door de pensioenopbouw invers te laten variëren met de kosten van de opbouw. Als de rekenrente laag is, moet je minder pensioen inkopen.’”

    Door de lage rente is het weinig zinvol om nu veel geld in te leggen. Het rendeert nauwelijks en daarom kan het volgens Bovenberg beter benut worden om schulden af te lossen en de bestedingen op te schroeven. Het Nederlandse consumentenvertrouwen is vergelijkbaar met dat van de zwakste landen uit de Eurozone, terwijl we tegelijkertijd heel vermogend zijn met goed gevulde pensioenpotten.

    Pensioenen

    De Nederlandse bevolking heeft gezamenlijk €1.000 miljard gespaard via pensioenfondsen. Geld dat zoekt naar rendement, terwijl de rente op dit moment extreem laag staat. Juist die lage rente maakt het interessant om naar alternatieven te kijken. Volgens Bovenberg is het verlagen van de pensioenpremie om de economie te stimuleren een goed alternatief.

    Bron: FD

  • Artikel over goud uit het Financieel Dagblad (met commentaar!)

    Ook wij kunnen een flinke daling van de goudprijs niet uitsluiten, maar de argumentatie die in het artikel op het FD wordt gegeven raakt naar mijn mening kant nog wal. De aanname dat de goudprijs zich goed leent voor technische analyse is op zich al een opmerkelijke constatering, maar ook de stellingname van  Roelof-Jan van den Akker dat je juist géén goud wilt hebben roept om een passend antwoord. Ik voelde vanmiddag de noodzaak om op deze column te reageren. Hieronder leest u de volledige column schuingedrukt, met tussendoor mijn commentaar.

    ”Na een rally van tien jaar is het wachten op een afstraffing van de goudprijs

    Column verschenen op FD op 27 april 2012

    Sinds de piek vorig jaar van $ 1900 dollar per troy ounce lijkt de goudprijs in rustiger vaarwater beland. De laatste zes maanden schommelt die tussen de $ 1600 en $ 1800. Over de laatste tien jaar toont de grafiek echter een vrijwel ononderbroken stijgende lijn. In die periode is de goudprijs een keer of zeven over de kop gegaan. En nog steeds kopen handelaartjes gouden sieraden op en wakkeren goeroes de goudkoorts van beleggers aan. Hoe lang kan dat nog doorgaan?
    Nog even, zegt technisch analist Roelof-Jan van den Akker van ING. Maar binnen afzienbare tijd volgt de grote klap.

    Goud is nog nooit waardeloos geworden, ongedekt papiergeld daarentegen wel. Heel vaak zelfs. Mensen beginnen nu pas te ontdekken dat ze bedrogen worden door het geldsysteem, dat er steeds meer geld in circulatie is en dat de waarde ervan jaar op jaar snel minder wordt. Er is een groeiende behoefte om uit het papiergeld te stappen, dat vermogen gaat richting goud.

    ”De eerstkomende tijd zitten beleggers nog goed met het edelmetaal, voorziet ook goudspecialist Ron Schouten van Deutsche Bank. Hij beschouwt de huidige, wat lagere prijs als een prima instapniveau. ‘Economisch zijn er nog zo veel onzekerheden, we hebben echt nog wel even te gaan voordat het herstel overtuigend inzet.’

    Beleggers die fysiek goud kopen doen dat als het goed is niet om te speculeren op prijsbewegingen, daarvoor hebben we papieren instrumenten als goudcertificaten, opties, exchange-traded funds en degelijke. Daar vindt de trading plaats, de kopers van fysiek goud bergen dat op en zullen het voorlopig niet van de hand doen. Het hebben van goud is belangrijker dan de prijs. Natuurlijk betalen we het liefst zo min mogelijk, ook voor goud. Een periode van zwakte is daarmee een uitstekend moment om te kopen. Als de hectiek losbarst wil je er zeker van zijn dat je fysiek goud hebt.

    ”En zo lang de onzekerheid regeert, vlucht de belegger naar goud. De handelaar merkt het aan zijn eigen klanten, die het laatste jaar steeds vaker kiezen voor een ‘segregated account’ — een goudrekening waar 100% ­fysiek goud tegenover staat. ‘Vooral het omvallen van banken heeft beleggers zo nerveus gemaakt dat zij hun goud op elk ­moment willen kunnen opvragen’, aldus Schouten.

    Deze zorg is niet onterecht als je weet dat er binnen het banksysteem een veelvoud aan geld gecreeerd kan worden via het fractionele systeem. Wanneer een bank 90% van het spaargeld kan uitlenen lokt dat een totale leverage uit binnen het hele banksysteem van een factor 10. Het spaargeld op de bank ligt er niet, het is ingevoerd in een computer als zijnde een verplichting van de bank aan jou om dat geld om verzoek te kunnen geven. De bank betaalt je een risicopremie, dat is de rente. Dat risico is levensgroot, want iedereen weet dat een bank nooit in staat is om al het geld terug te betalen, zonder extee hulp van een centrale bank of andere banken. Het hele geldsysteem is per definitie insolvabel. Mensen die dat snappen kopen nu fysiek goud of goud op een segregated account (de eerstgenoemdeheeft de voorkeur). Mensen die denken dat goud een bubbel is zijn de mensen die goud willen traden en die dat doen via digitale en papieren beleggingsinstrumenten van een bank.

    ”Een andere trend is dat klanten vragen om kleinere coupures, bijvoorbeeld gouden munten. ‘Deze mensen zien het echt somber in, en hopen hiermee in de toekomst te kunnen betalen als het echt misgaat.’

    Het is populair om de goudbelegger belachelijk te maken. Maar hij weet dat goud altijd waarde heeft en dat goud het ultieme spaarmiddel is dat niet verwoest kan worden. Goud is zo waardevol dat het zelden te gebruiken is in het betalingsverkeer. Het is een appeltje voor de dorst, de reserve die mensen kunnen aanspreken om grote aankopen te doen. Het spreekwoord luidt niet voor niets: spreken is zilver, zwijgen is goud. Van de edelmetalen is zilver te gebruiken in het alledaagse betalingsverkeer, terwijl goud zal worden opgeslagen en uitsluitend als spaarmiddel dient. Goud heeft de bijzondere eigenschap dat het in een vaste hoeveelheid aanwezig is in de aardbodem en dat het niet onderhevig is aan verval of afbraak. Het goud is er altijd en wordt niet opgemaakt, waardoor het aanbod zeer stabiel is. Daarmee is ook de waarde van goud uitermate stabiel. Mensen die nu goud kopen zijn er zeker van dat er over tien jaar niet opeens 2x zoveel goud in de wereld is. Van papiergeld kan dat niet gezegd worden. Dat het goud in munten wordt geslagen heeft vooral een symbolische functie, de kans dat iemand er daadwerkelijk mee gaat betalen is klein.

    De prijsontwikkeling van goud deint mee met het marktsentiment. Zo suggereerde de voorzitter van de Amerikaanse centrale bank Ben Beanke onlangs toch weer meer geld in de economie te gaan pompen, en prompt steeg de goudprijs een procentpunt. Meer dollars in de markt betekent een lagere rente en hogere inflatie, is de redenering — dan maar liever investeren in het waardevast geachte goud.

    Meer dollars in de economie zorgt ervoor dat de waarde van elke dollar minder wordt. De goudprijs is in die zin een barometer. Gaat het slecht met een valuta, dan stijgt de goudprijs. Over de afgelopen veertig jaar zijn vrijwel alle prijzen gestegen, van vastgoed, aandelen, grond, grondstoffen enzovoort. Naar verhouding zijn goud en zilver dan nog relatief goedkoop tegen de huidige koersen. De stijging van de prijzen staat bijna in 1 op 1 verband met de toegenomen geldhoeveelheid.

    ”Maar is goud wel zo waardevast? Juist omdat de prijsontwikkeling zo sterk afhankelijk is van de luimen van beleggers, is het edelmetaal volgens Van den Akker uiterst geschikt om technische analyse op los te laten. Idee daarbij is dat het kuddegedrag van beleggers tot terugkerende koerspatronen leidt, die de technisch analist vervolgens extrapoleert naar de toekomst. Deze exercitie stemt Van den Akker niet vrolijk. De vorige goudbubbel vormde zich tussen 1976 en 1980. Toen stoomde de goudprijs even hard op als het afgelopen decennium, om de jaren daaa keihard te worden afgestraft. Van den Akker ziet meer technische signalen die erop wijzen dat het feest over een paar jaar voorbij is. De terugval zal volgens hem heel plotseling zijn. ‘Dat is het karakter van grondstoffenprijzen: of ze schieten omhoog of ze imploderen.’

    De goudmarkt wordt gemanipuleerd, zoals Alan Greenspan en vele anderen al eens gesuggereerd hebben. Dat gebeurt tot op de dag van vandaag, waarvan het bewijs wordt verzameld door de Gold Anti-trust Action Committee (GATA). Er is onderzoek gedaan naar de dagelijkse koersbeweging van goud en daaruit kwam een opmerkelijk resultaat naa voren. In de bullmarkt van de afgelopen tien jaar was het mogelijk om driekwart van de vermogen te verliezen door goud te kopen bij het openen van de Amerikaanse handel en te verkopen bij het sluiten van de Amerikaanse handel (exclusief commissies en transactiekosten, puur de spotprijs). Hoe kan de goudprijs in de Amerikaanse handel stelselmatig dalen, terwijl de goudprijs over de afgelopen tien jaar bijna 6x over de kop is gegaan? Een gemanipuleerde markt maakt technische analyse onmogelijk.

    ”Analisten die zich buigen over de ‘fundamentals’, zoals Schouten, wijzen op ondersteuning van de goudprijs doordat centrale banken de laatste jaren per saldo meer kopen dan verkopen. Vooral opkomende landen willen zo hun reserves — nu veelal dollarbeleggingen — beter spreiden. Maar volgens technisch analist Van den Akker is dit eerder een sein om uit te stappen. Want als het om de ontwikkeling van de goudprijs gaat, is het beoordelingsvermogen van de centrale banken in het verleden verre van feilloos gebleken, stelt hij. In 1997 bereikte de goudprijs het laagste punt sinds 1976 op ongeveer $ 250. Rond diezelfde tijd begonnen centrale banken massaal hun goudreserves te verkopen.”

    Centrale bankiers zijn niet dom en weten ook wel dat goud de ultieme reserve is. Anticiperend op het ineenstorten van de Amerikaanse dollar willen Europese landen en opkomende markten (BRIC) diversificeren van de Amerikaanse dollar. Ze kopen steeds meer goud, zodat ze een reserve in bezit hebben die altijd te verhandelen is. De verkopen van goud door centrale banken voor 2000 waren bedoel om, zoals ik eerder al schreef, de goudprijs verder omlaag te drukken. Dit werd met opzet gedaan om de Amerikaanse dollar te ondersteunen. Een hogere goudprijs schept twijfels over de waarde van het papiergeld.

    ”‘Nogal een ongelukkig moment’, zegt Van den Akker. Verkopen op het dieptepunt, kopen op het hoogtepunt — het zijn klassieke patronen, die zich ook op dit moment weer voordoen. ‘Nu de goudprijs door het dak gaat, is de stemming: dat móét je hebben. Terwijl je goud juist absoluut niet moet hebben.’”

    Onwetende beleggers kopen vaak op de top en verkopen op de bodem, maar de stellingname dat deze bullmarkt in goud te vergelijken is met die van 1974-1980 gaat niet op. Vergeleken met 1980 liggen de machtsverhoudingen in de wereld nu totaal anders. Amerika is minder dominant geworden, ondanks de oorlogen die ze voeren in het Midden-Oosten. Amerika heeft een ongekend grote schuldenberg kunnen stapelen, een schuld die nooit meer afbetaald zal worden met de fictieve koopkracht die het nu zou hebben. In tegenstelling tot in 1980 zal de goudprijs nu niet meer bepaald worden door de handel in Londen en New York, maar zullen er miljoenen participanten zijn in de goudmarkt over de hele wereld. Landen als China, India en Rusland hebben belangstelling voor goud en ook de bevolking in die landen weet de goud beter op waarde te schatten.

    Goud moet je hebben als verzekering tegen een valutacrisis. Wie de geschiedenis erop naleest komt talloze voorbeelden tegen van hyperinflatie. Datzelfde staat Amerika te wachten, want ze hebben geen controle meer over de eigen valuta. Als de Federal Reserve stopt met monetair verruimen komt er een knellende deflatie, aangevuld met ondraaglijk hoge rentelasten voor burgers, bedrijven en de overheid. Beanke kan alleen maar kiezen voor de vlucht naar voren, door nog meer geld te drukken. De dollar is niet gekoppeld aan goud en veel dollarreserves liggen in het buitenland opgestapeld. Daardoor heeft Amerika geen controle over haar eigen munt. Besluiten landen als China en Japan massaal hun dollarreserves te dumpen voor iets anders, dan geeft dat een enorme prijsinflatie in de VS.

    Goud is de ultieme verzekering die bescherming biedt tegen de waardeveietiging van geld. Keer op keer zijn mensen bedrogen en bestolen door het uit elkaar vallen van het geldsysteem, een proces dat vaak gepaard gaat met sociale onrust, chaos en schaarste aan producten. Goud in de handen van de mensen maakt ze minder kwetsbaar voor het risico dat ze hebben uitstaan in beloftes. Aandelen, obligaties en geld an sich zijn immers allemaal beloftes. Of deze beloftes nagekomen worden in crisistijd is nog maar zeer de vraag. Fysiek goud kent geen risico van een tegenpartij en heeft daarom waarde.

    ”Dan heeft hij het wel over de langere termijn, want tot ongeveer halverwege volgend jaar kan de belegger nog wel ritjes maken van $ 200 of $ 300. Maar zakt de goudprijs door de grens van $ 1500, dan is ‘Leiden in last’, aldus Van den Akker. Dan voorspelt hij een snelle val naar $ 1000.”

    Beleggers die nu fysiek goud kopen doen dat waarschijnlijk niet met de gedachte om er snel geld mee te verdienen. In die zin is goud eigenlijk ook helemaal geen belegging! Het is spaargeld, dat als alteatief dient voor spaargeld op de bank of voor als veilig beschouwde staatsobligaties van Duitsland, Nederland, de VS enzovoort. In tegenstelling tot deze papieren activa is goud het enige wat echt bezit is, het geld en alles wat is gebaseerd op geld is in zekere zin illusionair. Of zoals Thomas Jefferson schreef: “Papiergeld is armoede, het is de illusie van geld en niet het geld zelf.” Hij voegde daaraan toe een fel tegenstander te zijn van een centrale bank die in staat is om geld in omloop te brengen en een overheid die in staat is te bepalen wat geld is. Waarvan akte.

    Goud is vooral een verzekering van vermogen

    Goud is vooral een verzekering van vermogen