Auteur: Cor Wijtvliet

  • De politiek als spelbreker op de financiële markten

    Eigenlijk weten we het allemaal! Als de laatste beer ineens een stier wordt, dan kan de markt nog maar één kant op en dat is omlaag. Misschien is dat het wat er op dit moment gaande is. Er is al zoveel optimisme geprijsd in financiële waarden dat die wel in waarde moeten dalen als er redenen voor zorgen om de hoek komen kijken. Het kan zomaar dat huidige ontwikkelingen zorgen voor meer hoofdpijn en meer zorgen op de financiële markten.

    Vooral de oplaaiende strijd en ruzie tussen de oude en nieuwe supermacht kan reden zijn voor heel veel zorgen. Het IMF was daar onlangs nog zeer duidelijk over. Het goede nieuws van het IMF was dat de wereldeconomie ook in 2019 met meer dan 3% blijft groeien, maar dat de risico’s door de groeiende politieke onzekerheid wel aan het toenemen zijn. Het fonds wijst daarbij op het inmiddels bekende rijtje: groeiende geopolitieke spanningen al dan niet dankzij de handelsoorlog, economische problemen in de opkomende markten en oplopende olieprijzen. Het lijstje is beslist niet uitputtend. Denk bijvoorbeeld aan de groeiende kans dat inflatie weer de kop opsteekt of dat Europa haar monetaire beleid uiteindelijk moet gaan normaliseren.

    Stress neemt toe

    Voor sommige opkomende markten als Turkije en Argentinië geldt nu al dat als gevolg van het moeilijker worden van de financiële omstandigheden de economische stress al fors aan het toenemen is. Dat kan alleen maar meer worden als de risico-aversie in de welvarende landen gaat toenemen. Dat heeft dan een kapitaalvlucht uit opkomende markten tot gevolg wat weer de internationale stabiliteit aantast.

    Groeiende internationale instabiliteit is niet alleen heel vervelend voor opkomende markten, maar ook voor landen met een zeer grote financiële sector. Dat althans leert het Global Financial Stability Report. De schuld van huishoudens, non-financial bedrijven en overheden is nu opgelopen tot een totale waarde van $167 biljoen. Dat is 250% van het geaggregeerde bruto binnenlands product. In 2008 was dat nog 210%. Als de rente gaat stijgen dan komen veel schuldenaren in de problemen.

    Ondertussen blijven prijzen van assets gewoon hoog. De zogeheten Shiller P/E (K/W) staat op het hoogste niveau in 137 jaar. Alleen in 1929 en aan het einde van de jaren negentig van de vorige eeuw stond deze koers/winst verhouding hoger. Er hoeft niet veel te gebeuren of er kunnen ernstige ongelukken gebeuren. Wie weet was de recente onrust daar wel een voorbode van!

    Financiële kwetsbaarheid neemt toe (Bron: Financial Times)

    Wereldeconomie blijft kwetsbaar

    De wereldeconomie en zeker het financieel bestel ogen kwetsbaar. Hoe fragiel ze in werkelijkheid zijn, weten we niet totdat ze echt getest worden. De belangrijkste factor voor de kwetsbaarheid is politiek van aard. Een zeer ongewenste erfenis van de crisis is wereldwijd de schijnbaar niet te stoppen opmars van populisten en nationalisten. Daardoor neemt internationaal de onzekerheid toe.

    Wat te denken van het onvoorspelbare optreden van president Trump. Met zijn kritiek op de renteverhoging door de Fed overtrad hij elke ongeschreven regel, zijn aanvallen op de Wereldhandelsorganisatie (WHO) wekken de nodige onrust bij overheden en instituties, om nog maar te zwijgen over zijn felle handelsoorlog met China. Een nieuwe Koude Oorlog dreigt. Maar China is van een heel ander kaliber dan de voormalige Sovjet-Unie. Het land telt heel veel inwoners, heeft een goed gestructureerde economie en is veel dynamischer dan de Russische van toen. Bovendien is China van heel groot belang voor de wereldeconomie.

    Al deze ongunstige ontwikkelingen doen het ergste vrezen in geval van een nieuwe crisis. Zullen landen en regio’s dan net zo goed samenwerken als in de rampjaren 2008/09 of zal de wereldeconomie dan wel in elkaar klappen? Het zijn gevaarlijke tijden, maar de waarschuwingen van het IMF dreigen genegeerd te worden, met alle grote risico’s van dien. Het is een illusie te veronderstellen dat de economie rustig blijft voort groeien als dit alles dreigt te gebeuren!

    Cor Wijtvliet

    Bron: Financial Times

    corwijtvliet-logo

    Deze bijdrage is afkomstig van www.corwijtvliet.nl

    Tot slot:

    • Hebt u opmerkingen en/of vragen? Mail ze gerust aan: [email protected]
    • Of via mijn twitteraccount: @wijtvliet
    • Voor meer door mij geschreven artikelen bezoekt u mijn website: www.corwijtvliet.nl
    • Of bezoek www.Beurshalte.nl      
    • Ontvangt u het Cor Wijtvliet Journaal niet rechtstreeks? Abonneert u zich dan hier!

    Vindt u deze columns van Cor Wijtvliet interessant, dan kunt voor €25 per jaar donateur worden van het CorWijtvlietJournaal. Ook kunt u een geheel vrijwillige bijdrage overmaken naar NL14RABO0156073676, ten name van Wijtvliet Research.

    Donateurs krijgen niet alleen zonder vertraging het CorWijtvlietJournaal in hun mailbox, maar kunnen ook rekenen op een wekelijkse extra nieuwsbrief met vijf beleggingstips van Cor Wijtvliet. Neem voor meer informatie contact op met Cor Wijtvliet via het hierboven genoemde mailadres.

  • Vrijhandel kent te veel verliezers

    Het is voor velen waarschijnlijk een brug te ver, maar toch. President Trump verkondigt niet alleen leugens en onzin. Soms heeft hij het gelijk gewoon aan zijn kant. Als hij zijn pijlen richt op China of op NAFTA dan delen velen zijn waarheden. Veel meer mensen dan verondersteld geloven allang niet meer in de zegeningen van wereldwijde vrijhandel. In de rijke landen gelooft nog maar één op de drie mensen dat vrijhandel zorgt voor hogere lonen. In de opkomende markten is met 18% dat percentage nog kleiner.

    Hoe kan dat? Er is immers een onmiskenbaar verband tussen vrijere handel en economische groei. Het antwoord is dat het statisch verband buiten beschouwing laat dat er naast winnaars ook verliezers zijn. Er zijn eigenlijk slechts twee winnaars. Dat zijn dan de grote landen en de grote multinationals. Deze conclusies zijn te lezen in het recente UNCTAD-rapport ‘Power, Platforms and the Free Trade Delusion’. De opstellers van het rapport vergelijken de brede kapitaalsstromen van de afgelopen 30 jaar en de netwerkeffecten van de meer recente digitale economie met het negentiende-eeuwse systeem van koloniale controle door de grootmachten van die dagen. Ook in die dagen floreerden die grootmachten en het grootbedrijf.

    Wie profiteert van vrijhandel?

    Het rapport geeft voorbeelden om zijn stellingname te onderbouwen. Sinds het uitbreken van de crisis nemen de tien grootste exporterende bedrijven in een willekeurig land meer dan 40% van de nationale export voor hun rekening. Het voorbeeld maakt inzichtelijk waarom de winsten van de grote bedrijven zo gestegen zijn, terwijl de loongroei stagneert. Het rapport neemt vervolgens de industriële sector voor de jaren 2000 t/m 2014 apart en kijkt dan naar het binnenlands aandeel van de toegevoegde waarde, waarbij ze vaststelt dat het binnenlands aandeel van de factor arbeid in dat totaal gedaald is.

    Er is echter één uitzondering en dat is China. Niet alleen de rijke landen hadden te lijden onder de relatie met China, maar ook arme landen die het internationale vrijhandelsspel speelden volgen de regels van de WTO. Die uitkomst was niet direct de bedoeling. Vrijhandel moest ervoor zorgen dat arme landen in staat gesteld werden op te stijgen in de waardeketen. China speelde het spel echter op eigen voorwaarden, waarbij strategische industrieën beschermd werden en internationale kapitaalsstromen ingeperkt om zo een eigen voorspoedige groei te bewerkstelligen. Talloze Westerse beleidsmakers, politici en CEO’s hebben zich op de Chinese aanpak verkeken. Nog niet zo lang geleden waarschuwden ze Beijing dat de Chinese aanpak staatsondernemingen benadeelden. Die zouden immers niet concurrerend kunnen worden. Nu beklagen diezelfde lieden zich over de oneerlijke competitie van diezelfde staatsondernemingen.

    Bescherming intellectueel eigendom

    Waar de opkomende landen al veel eerder overtuigd waren van ‘het bedrog van China’ raakt men nu pas in het Westen hiervan doordrongen. Het is derhalve niet zo vreemd dat het verwachtingspatroon inzake vrijhandel snel minder wordt en dat de politieke risico’s gekoppeld aan vrijhandel toenemen. Elk nadeel heb zijn voordeel. In het meer gunstige geval kan er misschien een nieuwe consensus groeien rond het idee dat het wereldhandelssysteem aangepast moet worden aan de nieuwe werkelijkheid. In die nieuwe werkelijkheid zou er veel meer aandacht moeten komen voor het intellectueel eigendom. De overgang van tastbare bezittingen naar minder tastbare zaken als R&D, software en databases zal bij ongewijzigd beleid de huidige problemen eerder versterken dan verminderen. Deze minder tastbare zaken spelen het spel allang niet meer volgens de verouderde economische wetmatigheden. Ook zou er veel meer aandacht moeten komen voor de groeiende machtsconcentratie bij de grote bedrijven als gevolg van fusies en overnames en voor economische diversiteit. Daarnaast zou er op lokaal niveau veel meer financiële aandacht moeten komen voor bedrijven die banen scheppen, niet enkel voor aansprekende startups.

    De tijd voor verandering lijkt rijp, want zelfs de Business Roundtable, een lobbyclub voor Big Business in de VS, begrijpt en onderkent dat vrijhandel ook verliezers kent. Dat besef dient ook het eigenbelang. Een systeem waar steeds minder mensen vertrouwen in hebben moet wel mislukken. Dat is wat er nu aan de hand is! De verkiezing van Donald Trump tot president geeft uitdrukking aan het instorten van het huidige systeem!

    Cor Wijtvliet

    corwijtvliet-logo

    Deze bijdrage is afkomstig van www.corwijtvliet.nl

    Tot slot:

    • Hebt u opmerkingen en/of vragen? Mail ze gerust aan: [email protected]
    • Of via mijn twitteraccount: @wijtvliet
    • Voor meer door mij geschreven artikelen bezoekt u mijn website: www.corwijtvliet.nl
    • Of bezoek www.Beurshalte.nl      
    • Ontvangt u het Cor Wijtvliet Journaal niet rechtstreeks? Abonneert u zich dan hier!

    Vindt u deze columns van Cor Wijtvliet interessant, dan kunt voor €25 per jaar donateur worden van het CorWijtvlietJournaal. Ook kunt u een geheel vrijwillige bijdrage overmaken naar NL14RABO0156073676, ten name van Wijtvliet Research.

    Donateurs krijgen niet alleen zonder vertraging het CorWijtvlietJournaal in hun mailbox, maar kunnen ook rekenen op een wekelijkse extra nieuwsbrief met vijf beleggingstips van Cor Wijtvliet. Neem voor meer informatie contact op met Cor Wijtvliet via het hierboven genoemde mailadres.

  • Stijgende obligatierendementen niet automatisch slecht voor aandelen

    Gaat het Fed model het raam uit, omdat de veronderstellingen waarop het gebaseerd is niet (meer) correct zijn? Het zou zomaar kunnen. Dit model veronderstelt dat het rendement op obligaties in lijn beweegt met dat op aandelen. Op zich klinkt dat logisch. Als het rendement op obligaties stijgt, moet dat op aandelen ook omhoog om de gunst van beleggers te kunnen behouden. Dat impliceert weer dat de prijs voor aandelen omlaag moet. Ergo, een hoger rendement op obligaties is slecht voor aandelen.

    In de VS gebeuren er dingen die de validiteit van het genoemde model ondermijnen. Recentelijk steeg de rente op de Treasury fors en wat deden de aandelenbeurzen? Die zetten een nieuw record. Dat was niet het enige opzienbarende. Een hogere yield veronderstelt dat de VS meer vreemd geld gaat aantrekken, waardoor de waarde van de dollar stijgt. Het omgekeerde gebeurde echter. De dollar daalde in waarde.

    Relatie aandelen en obligaties

    Het Fed Model wordt zo genoemd, omdat voormalig president Alan Greenspan het in de jaren ’90 ter sprake bracht tijdens een van zijn vele getuigenissen voor het Congres. Veel beleggers hebben er sindsdien min of meer blind op gevaren, hoewel al in de dotcom crisis duidelijk werd dat het model beslist niet onfeilbaar was. Aandelen werden in die jaren krankzinnig duur en sindsdien lijkt de relatie in de praktijk niet meer te bestaan. Het blijft echter een gegeven dat hoge rendementen op obligaties nadelig zijn voor aandelen. Beleggers hebben dan immers een aantrekkelijk alternatief.

    Los daarvan, het Fed model werkt af en toe wel. Aan het begin van het jaar stegen aandelen scherp dankzij de belastingverlagingen in de VS. Daarop stegen de rendementen op obligaties. Werkloosheidscijfers duidden op een mogelijke stijging van de (loon)inflatie. Daardoor zou de rente kunnen stijgen en dus ook het rendement op obligaties. Het resultaat was dat aandelenkoersen daalden. Pas recentelijk is deze daling in ieder geval in de VS goed gemaakt. Het moge duidelijk zijn dat veel beleggers nog steeds met enige schrik kijken naar stijgende yields op staatsobligaties.

    Stijging Amerikaanse rente

    De afgelopen weken wezen data op een mogelijke oververhitting van de arbeidsmarkt. Dat resulteerde in een sterke stijging van de yield op de Amerikaanse treasury. Aandelenkoersen bleven echter stijgen en de dollar verzwakte in tegenstelling tot enkele valuta uit de opkomende markten. Hoe laat zich dat verklaren? Sommige analisten veronderstellen dat dit de uitkomst is van een combinatie van factoren. Het zou kunnen wijzen op een groeiende bezorgdheid over de aanzwellende tekorten en de stijgende inflatie. Die bezorgdheid zou de dollar verzwakken en de yield op obligaties omhoog stuwen. Beleggers zouden daarop geneigd zijn aandelen te kopen als een hedge tegen een mogelijke inflatiestijging. Dan blijft de vraag hoe al deze moeizame relaties zo lang zo harmonieus kunnen samengaan?

    Misschien moeten we de vraag anders stellen. Waarom stijgt de yield op de Treasury eigenlijk? Als beleggers positief gestemd zijn over de economie dan neemt de neiging meer risico’s te nemen toe. Beleggers verkopen hun obligaties en kopen daarvoor aandelen. Daardoor stijgt de yield. Met andere woorden, een stijgende yield op staatsobligaties kan een bewijs zijn voor een terugkeer van het optimisme. Het groeiend optimisme kan beleggers er toe brengen om weer valuta uit opkomende markten te kopen. Dat gaat dan ten koste van de dollar. Daar komt nog bij dat de zorgen voor deflatie voorlopig te ruste gelegd zijn. Er is wereldwijd sprake van reflatie en dat is in de praktijk altijd weer slecht voor de dollar.

    Dan blijft de vraag over waar het optimisme op berust? De Amerikaanse arbeidsmarkt bloeit en dat verhoogt de kans op inflatie, maar het wijst ook op een onderliggend sterke economische groei. Daar komt nog bij, dat de gevolgen van de handelsoorlog voorlopig beperkt blijven. Zolang dat zo blijft, zal het beeld onveranderd blijven. Als de Fed de rente blijft verhogen en de handelsoorlog gaat pijn doen, dan kan het Fed model weer zijn waarde bewijzen. Het rendement op obligaties gaat verder omhoog en aandelen worden goedkoper!

    Cor Wijtvliet

    corwijtvliet-logo

    Deze bijdrage is afkomstig van www.corwijtvliet.nl

    Tot slot:

    • Hebt u opmerkingen en/of vragen? Mail ze gerust aan: [email protected]
    • Of via mijn twitteraccount: @wijtvliet
    • Voor meer door mij geschreven artikelen bezoekt u mijn website: www.corwijtvliet.nl
    • Of bezoek www.Beurshalte.nl      
    • Ontvangt u het Cor Wijtvliet Journaal niet rechtstreeks? Abonneert u zich dan hier!

    Vindt u deze columns van Cor Wijtvliet interessant, dan kunt voor €25 per jaar donateur worden van het CorWijtvlietJournaal. Ook kunt u een geheel vrijwillige bijdrage overmaken naar NL14RABO0156073676, ten name van Wijtvliet Research.

    Donateurs krijgen niet alleen zonder vertraging het CorWijtvlietJournaal in hun mailbox, maar kunnen ook rekenen op een wekelijkse extra nieuwsbrief met vijf beleggingstips van Cor Wijtvliet. Neem voor meer informatie contact op met Cor Wijtvliet via het hierboven genoemde mailadres.

  • De val van Lehman luidde de pensioencrisis in

    Afgelopen maand was het tien jaar geleden dat met de val van Lehman Brothers de grootste crisis sinds die van de Jaren Dertig van de vorige eeuw een aanvang nam. Is er sindsdien iets ten goede gekeerd in de financiële sector. Is die sector gezonder en op een solidere basis gegrondvest? Het antwoord mag een aarzelend ja zijn. De risico’s zijn minder geworden. Ze zijn echter niet verdwenen, slechts verplaatst.

    Het zijn nu de pensioenfondsen die grote risico’s in zich bergen. De lage rente maakt het uiterst onzeker of ze hun inkomensbeloftes kunnen nakomen. Daarom gaan ze extra risico’s nemen, zoals samenwerken met hedge funds en private equity. Grote bedrijven hebben de risico’s van verkeerde investeringen weggehaald bij hun beleggers en geponeerd op de schouders van de spaarders. Een bankencrisis zoals in 2008 lijkt uit den boze, maar een pensioencrisis en derhalve een sociale crisis lijkt in de maak.

    Hoe heeft het zover kunnen komen. Daarvoor maken we een tour de memoir. Het waren de centrale banken die effectief in actie kwamen om de crisis het hoofd te bieden. Dat gebeurde onder leiding van de Fed. Die startte als eerste een programma van kwantitatieve verruiming. Dat programma hield in dat de centrale bank op grote schaal (overheids)obligaties ging opkopen met de bedoeling de rente omlaag te duwen, deflatie te voorkomen en om beleggers aan te moedigen weer wat meer risico’s te nemen.

    Het voorbeeld van de Fed is na enkele jaren talmen gevolgd door de ECB en door de Bank van Japan. De bedoeling van de verruimingsprogramma’s was ook om derde partijen in staat te stellen hun schulden met behulp van gratis geld af te lossen. Banken grepen die gelegenheid met beide handen aan en hebben hun schuldenlast omlaag gebracht. Tegelijkertijd maakten andere partijen van de gelegenheid gebruik om hun schuldpositie te laten groeien. De hypotheekschuld is nagenoeg even groot als aan de vooravond van de crisis. Ook die van grote bedrijven is scherp gestegen, omdat ze veel geld hebben geleend om op grote schaal eigen aandelen terug te kopen. Leningen voor auto’s en studieleningen zijn eveneens scherp opgelopen. Nieuw en zeker zorgwekkend is dat het scheppen van krediet verplaatst is van de ontwikkelde wereld naar China.

    Meer schulden

    Bij de aanvang van de crisis liepen de schulden heel kort terug, maar China deed daar nooit aan mee. Sterker nog, China werd meer en meer de ‘borrower of last resort’. China was in de afgelopen jaren de bron van 70% of meer van de kredietcreatie voor de private sector. Dankzij China was die creatie even groot en omvangrijk als voor de crisisjaren. Dat wil weer niet zeggen dat dat in China niet voor opgetrokken wenkbrauwen heeft gezorgd. Sterker nog, de overheid doet verwoede pogingen om de kredietgroei in te perken. Dat geeft weer bezorgde gezichten elders. Kan de economische groei wereldwijd wel gehandhaafd blijven als China op de rem trapt?

    Meeste kredietgroei vindt inmiddels plaats in China (Bron: Financial Times)

    Terug naar de centrale banken. Hun monetair beleid was zeker in de VS een groot succes. Aandelenmarkten kennen nu al een stierenmarkt van bijna tien jaar, de langste ooit. Onroerend goed markten bloeien ook als nooit tevoren. Buiten de VS was het succes aanzienlijk minder. In Europa was daar de financiële crisis (Griekenland) debet aan. Sinds de val van Lehman is de S&P 500 met 175% gestegen, terwijl aandelen in de rest van de wereld gemiddeld slechts 55% stegen. Als gevolg van de zwakke economische groei daalden de prijzen voor commodities. Het beste voorbeeld daarvan is misschien wel goud. De prijs daarvan steeg aanvankelijk scherp, omdat de wereld bang was voor een scherpe stijging van de inflatie. Sedert 2011 daalt de prijs alleen maar, omdat vanaf dat moment de angst voor deflatie overheerste.

    Aandelen duur, obligaties duur

    Wat betekent het recente verleden voor de dag van morgen? Dat laat zich maar moeilijk precies voorspellen. Maar er kunnen wel enkele waarschijnlijkheden geformuleerd worden op basis van ervaringen uit het verleden. Alles draait daarbij op het besef dat het toekomstige rendement op je assets bepaald worden door de prijs die je er nu voor betaalt. Een dure asset levert in de toekomst minder dan een goedkope. Sinds de centrale banken hun programma startten zijn obligaties heel duur geworden en is het rendement heel laag, terwijl aandelen in de VS ook al heel duur zijn. Buiten de VS zijn aandelen aantrekkelijker gewaardeerd, maar is het rendement minder.

    Dat alles kan ertoe leiden dat bijvoorbeeld pensioenfondsen het in de nabije jaren steeds moeilijker gaan krijgen om pensioenen te garanderen. Sowieso staat het pensioenstelsel zoals we dat kennen onder druk. Bedrijven en dan zeker die in de VS proberen al jaren en met succes onder hun pensioenverplichtingen uit te komen. Ze bieden nu zogeheten defined benefits pensioenen, waarbij de werkgever een bepaald niveau van pensioen garandeert. Schieten beleggingsopbrengsten te kort, dan moeten de werkgevers het gat opvullen. Bedrijven proberen met toenemend succes defined benefits te vervangen door defined contributions. De werknemer moet in dat geval zien om uit eigen middelen het gat op te vullen. Die verschuiving opent de weg naar veel misère! Veel werknemers zullen niet in staat zijn om voldoende te sparen voor hun pensioen. Lonen stagneren al decennia en menig werknemer heeft al veel moeite om elke maand financieel de eindjes aan elkaar te knopen.

    Pensioenverplichtingen worden vaker bij werknemers neergelegd (Bron: Financial Times)

    Nu al is duidelijk, dat zeker een derde van de Amerikaanse werknemers niet in staat is om überhaupt te sparen. Slechts een kleine minderheid zal in staat blijken voldoende te sparen. Voor de komende generaties ziet het beeld er nog minder florissant uit. De ongelijkheid in de VS zal de komende jaren alleen maar toenemen en daardoor zullen tegenstellingen tussen bevolkingsgroepen alle maar verscherpen. Landen die nu een systeem van defined contributions willen invoeren zouden zich wel tweemaal moeten bedenken als ze de ontwikkelingen in de VS zien!

    Cor Wijtvliet

    corwijtvliet-logo

    Deze bijdrage is afkomstig van www.corwijtvliet.nl

    Tot slot:

    • Hebt u opmerkingen en/of vragen? Mail ze gerust aan: [email protected]
    • Of via mijn twitteraccount: @wijtvliet
    • Voor meer door mij geschreven artikelen bezoekt u mijn website: www.corwijtvliet.nl
    • Of bezoek www.Beurshalte.nl      
    • Ontvangt u het Cor Wijtvliet Journaal niet rechtstreeks? Abonneert u zich dan hier!

    Vindt u deze columns van Cor Wijtvliet interessant, dan kunt voor €25 per jaar donateur worden van het CorWijtvlietJournaal. Ook kunt u een geheel vrijwillige bijdrage overmaken naar NL14RABO0156073676, ten name van Wijtvliet Research.

    Donateurs krijgen niet alleen zonder vertraging het CorWijtvlietJournaal in hun mailbox, maar kunnen ook rekenen op een wekelijkse extra nieuwsbrief met vijf beleggingstips van Cor Wijtvliet. Neem voor meer informatie contact op met Cor Wijtvliet via het hierboven genoemde mailadres.

  • Centrale bankiers moeten op zoek naar nieuwe beleidsindicatoren

    Het lijkt binnen de opkomende markten in een hoog tempo de verkeerde kant uit te gaan. Is dit het begin van iets veel ergers? Gaan de bubbels op de kunstmatig opgepompte markten eindelijk barsten? Het is alweer 10 jaar geleden dat de laatste bubbel ontplofte en dus is die vraag op zijn plaats.

    Die crisis werd bezworen, omdat centrale bankiers de rente ultra laag hielden en hun balansen met het lieve sommetje van $15 biljoen verruimden. Die daadkracht verhinderde dat de Grote Recessie omsloeg in een Grote Depressie. Dankzij dit beleid boeken beurzen record na record, maar een modale loonsverhoging zit er niet in. Centrale banken kunnen bubbels creëren, maar ze kunnen de drukkende effecten van globalisering, deflatie als gevolg van technologie en de groeiende macht van een handvol corporaties op de loonontwikkeling, niet ongedaan maken.

    Dat wil niet zeggen dat centrale bankiers met hun onconventionele aanpak geen goed werk verricht hebben in de afgelopen crisisjaren. Die is misschien wel iets minder onconventioneel dan menigeen verkondigt. Al sinds de jaren van Alan Greenspan houden banken de rente graag laag en nemen het risico op een asset bubbel op de koop toe. Ze zien zich hiertoe gedwongen. Politici in de ontwikkelde landen slagen er al tien jaar niet in om het lot van de doorsnee burger enigszins te verbeteren. Er zijn geen grote infrastructurele werken gestart, er wordt weinig tot niets gedaan aan de verbetering van het onderwijs.

    Grenzen monetaire stimulering bereikt?

    Deze vorm van monetair stimuleren is echter op zijn grenzen gestuit. Ongeveer 10% van de bevolking in de VS bezit 84% van de aandelen. Een stijging van de prijzen van assets stimuleert niet langer de inflatie, maar de ongelijkheid. De nieuwe voorzitter van de Fed, Jerome Powell, lijkt niet van zins om het huidige beleid snel aan de kant te schuiven. Voor hem is het nog steeds business as usual. Alhoewel, het lijkt erop dat het besef aanwezig is dat de huidige strategie niet meer werkt.

    Volgens Powell is inflatie niet langer de beste indicator om te bepalen of de arbeidsmarkt overspannen is of niet. Onderzoek wijst uit dat in de aanloop naar de laatste twee recessies excessen ontstonden op de financiële markten. Die pakten noodlottig uit voor de economie, niet de inflatie. De boodschap moet dus luiden dat beleidsmakers en risicomanagers verder moeten kijken dan alleen maar naar inflatie als ze excessen willen ontwaren. Die boodschap betekent ook dat centrale banken eindelijk erkennen dat er zoiets als financialisation bestaat en dat de financiële markten de bron van veel onheil zijn. Tot voor kort gold het dogma dat een economische neergang uitmondt in een val van de financiële markten. Natuurlijk waren al eerder beleidsmakers die mening toegedaan.

    Goedkoop geld zorgt voor bubbels

    Al in 1959 schreef Alan Greenspan dat goedkoop geld en hoge koersen voor bubbels konden zorgen die veel onheil konden aanrichten in de wereld van alledag. Dat werpt weer de vraag, waarom Greenspan als voorzitter van de Fed en met hem ook de voorzitters na hem bubbels lieten ontstaan om ze vervolgens te laten ontploffen? Het antwoord moet luiden dat Greenspan de financiële sector een zeer warm hart toedroeg. Hij gunde de sector zijn feestjes. Ter verontschuldiging kan aangevoerd worden, dat de politiek het hem moeilijk had gemaakt om het feestje stop te zetten.

    Maar terug naar het heden. Is het zeer wel mogelijk dat de gang van zaken in de opkomende markten een voorbode is van een forse economische afkoeling. Bijna niemand ontkent dat die voor de deur staat en vroeger of later aanklopt. Die wetenschap zou centrale bankiers moeten aansporen op zoek te gaan naar een nieuwe strategie. Het is immers tien jaar geleden dat de crisis startte en bijna veertig jaar geleden dat de rentedaling inzette.

    Om te beginnen zou het niet onverstandig zijn de financiële markten te incorporeren in de economische modellen. Sinds de jaren tachtig van de vorige eeuw is het belang en het gewicht ervan alleen maar gegroeid. Wat zouden alternatieve criteria voor inflatie kunnen zijn? De almaar groeiende schuldenberg? De groei van de vermogenstitels in relatie tot de groei van het bruto binnenlands product of misschien gewoon de krankzinnige stijging van de huizenprijzen in alle grote steden van de wereld. Misschien is dat wel de beste indicator, zoals dat in 2008 ook het geval was!

    Cor Wijtvliet

    corwijtvliet-logo

    Deze bijdrage is afkomstig van www.corwijtvliet.nl

    Tot slot:

    • Hebt u opmerkingen en/of vragen? Mail ze gerust aan: [email protected]
    • Of via mijn twitteraccount: @wijtvliet
    • Voor meer door mij geschreven artikelen bezoekt u mijn website: www.corwijtvliet.nl
    • Of bezoek www.Beurshalte.nl      
    • Ontvangt u het Cor Wijtvliet Journaal niet rechtstreeks? Abonneert u zich dan hier!

    Vindt u deze columns van Cor Wijtvliet interessant, dan kunt voor €25 per jaar donateur worden van het CorWijtvlietJournaal. Ook kunt u een geheel vrijwillige bijdrage overmaken naar NL14RABO0156073676, ten name van Wijtvliet Research.

    Donateurs krijgen niet alleen zonder vertraging het CorWijtvlietJournaal in hun mailbox, maar kunnen ook rekenen op een wekelijkse extra nieuwsbrief met vijf beleggingstips van Cor Wijtvliet. Neem voor meer informatie contact op met Cor Wijtvliet via het hierboven genoemde mailadres.

  • De kolenindustrie zit tussen hamer en aanbeeld

    De kolenindustrie lijkt te gaan polariseren. Aan de ene kant heb je bedrijven die buigen voor de druk van investeerders en stoppen met het delven van kolen. Aan de andere kant heb je de diehards die van geen ophouden weten. De druk van investeerders om te stoppen met de winning van kolen neemt met de dag toe. Recentelijk hebben Deutsche bank en Royal Bank of Scotland besloten niet langer geld te lenen aan deze sector. Investeringen in nieuwe projecten dalen dan ook snel. In 2012 was daar nog een bedrag van $10 miljard in geïnvesteerd, maar in 2018 is daar nog slechts $2,2 miljard van over, zo constateren analisten van Citi.

    Deze trend gecombineerd met een campagne in China om de kolenaanvoer te ontmoedigen ter bestrijding van de vervuiling heeft er wel voor gezorgd dat de prijs voor kolen de afgelopen drie jaren verdubbeld is. Kolen voorzien nog steeds in een derde van de benodigde energie in de wereld. Daar staat echter tegenover dat kolen een belangrijke bijdrage leveren aan de klimaatverandering. Het is dan ook niet vreemd dat de druk van investeerders steeds groter wordt ook al valt er nog aardig te verdienen aan kolen.

    Steenkool blijft voorlopig onmisbaar

    Het kolendebat wint nog aan intensiteit, omdat president Trump verwoede pogingen doet om de Amerikaanse kolenindustrie nieuw leven in te blazen. Die pogingen hebben in ieder geval als resultaat dat aandelen van mijnbouwers als Peabody dit jaar al met 7% zijn gestegen. Een bedrijf als Glencore heeft besloten zijn koolactiviteiten te gaan opvoeren. Dat gebeurt trouwens vooral in Australië, maar de financiële resultaten mogen er zijn. Glencore maakte in het eerste halfjaar een winst van $2 miljard op zijn kolenactiviteiten. De Britten verwachten dat bij het huidig prijsniveau kolen dit jaar de grootste bijdrage aan de winst gaan leveren. Glencore probeert echter zo weinig mogelijk ruchtbaarheid aan zijn optreden te geven. BHP Biliton, ‘s-werelds grootste mijnbouwer is evenmin van plan zijn kolenactiviteiten te staken. Kolen zijn volgens dit bedrijf voorlopig nog onmisbaar.

    Prijs van steenkool is sinds 2016 al meer dan verdubbeld (Grafiek via Trading Economics)

    Investeerders worden kritischer

    Mijnbouwers als Rio Tinto en het Australische South 32 gaan echter alles wat met kolen te maken heeft afstoten. Ze doen dit onder druk van beleggers als the Church of England en BMO Global Asset Management. Die hebben duidelijk gemaakt niet meer in bedrijven te willen investeren die kolen delven. Het Noorse Sovereign Wealth Fund, wil nog niet zo ver gaan. Ze sluiten alleen bedrijven uit die 30% of meer van hun omzet uit kolen halen. Hoe dan ook, beleggers en investeerders worden steeds kritischer en willen duidelijkheid over de vraag of bedrijven voldoen aan de eisen van duurzaamheid.

    Hoe belangrijk de rol van de belegger ook is, over de nabije toekomst van kolen wordt in Azië beslist. Volgens olieproducent BP zullen kolen in dat deel zeker tot 2040 de belangrijkste bron van energie blijven. Doorslaggevend daarbij is hoe snel China, de grootste verbruiker van kolen, afstand zal nemen van deze brandstof. Dat is allesbepalend voor de prijs. Het ziet er naar uit dat het verbruik van kolen langzamerhand zijn top heeft bereikt. In 2017 groeide die nog slechts met 0,4%. Dat neemt niet weg, dat kolen nog zeker tien jaar heel belangrijk zullen blijven om vervolgens snel terrein te verliezen aan de renewables. In landen als India zullen kolen nog veel langer dominant blijven.

    Toch is er reden voor voorzichtig optimisme. Het kan zijn dat de overgang naar renewables veel sneller zal gaan dan nu algemeen wordt aangenomen. Dat heeft te maken met de prijsval van deze alternatieven. In grote delen van de wereld zijn renewables eenvoudigweg al goedkoper dan kolen. Uiteindelijk zullen China en India beslissend zijn. Als wind- en zonne-energie eenmaal goedkoper zijn dan kolen, dan zullen deze landen daarvoor kiezen. Het gaat hen eerst en vooral om de kosten!

    Cor Wijtvliet

    corwijtvliet-logo

    Deze bijdrage is afkomstig van www.corwijtvliet.nl

    Tot slot:

    • Hebt u opmerkingen en/of vragen? Mail ze gerust aan: [email protected]
    • Of via mijn twitteraccount: @wijtvliet
    • Voor meer door mij geschreven artikelen bezoekt u mijn website: www.corwijtvliet.nl
    • Of bezoek www.Beurshalte.nl      
    • Ontvangt u het Cor Wijtvliet Journaal niet rechtstreeks? Abonneert u zich dan hier!

    Vindt u deze columns van Cor Wijtvliet interessant, dan kunt voor €25 per jaar donateur worden van het CorWijtvlietJournaal. Ook kunt u een geheel vrijwillige bijdrage overmaken naar NL14RABO0156073676, ten name van Wijtvliet Research.

    Donateurs krijgen niet alleen zonder vertraging het CorWijtvlietJournaal in hun mailbox, maar kunnen ook rekenen op een wekelijkse extra nieuwsbrief met vijf beleggingstips van Cor Wijtvliet. Neem voor meer informatie contact op met Cor Wijtvliet via het hierboven genoemde mailadres.

  • Problemen opkomende markten zetten grondstoffen onder druk

    Het gaat al een tijdje niet goed in de opkomende markten en dat begint zich te vertalen in prijsdalingen voor belangrijke grondstoffen als olie en koper. De prijsdalingen worden gedeeltelijk uitgelokt door de muntverzwakking van de betreffende landen, maar insiders vrezen voor meer onheil. Prijsdalingen kunnen weleens een voorbode zijn van een afzwakkende groei in China, de grootste markt voor grondstoffen ter wereld.

    Een lagere groei in landen als Turkije, Brazilië, Argentinië en India kan tot gevolg hebben dat de grondstofintensieve export van China gaat afnemen. Deze beweging komt op een tijdstip dat Beijing pogingen doet de groei van zijn schuldenlast in te tomen. Dat probeert de Chinese overheid door de groei van kredietverlening aan private partijen in te beperken. De dure dollar maakt bovendien grondstoffen duurder voor de Chinese kopers.

    Grondstoffen onder druk

    Het is feitelijk een samenloop van ongunstige omstandigheden, waardoor toekomstige verwachtingen fundamenteel veranderd zijn. Op het moment van schrijven zijn industriële metalen volgens de Bloomberg Industrial Metals Index met bijna 20% in prijs gedaald ten opzichte van de top in april van dit jaar. Zodoende is er bijna sprake van een zogeheten berenmarkt. De prijs van koper komt weer aardig in de buurt van het zeer lage niveau van juli 2017. Hetzelfde beeld is te zien bij metalen als zink, nikkel en aluminium. Of prijzen gaan herstellen of niet hangt voor een groot deel af van de het besluit van de Chinese overheid om wel of niet de economie te gaan stimuleren als de vertraging daadwerkelijk doorzet en de handelsoorlog met de VS escaleert.

    Stimulering ligt gevoelig in China. Beijing probeert alweer een jaar meer grip te krijgen op de kredietverlening. Daarbij gaat de aandacht vooral uit naar kredietverlening door schaduwlanden en peer-to-peer lending. Volgen sommigen boekt de overheid hier succes en dat kan betekenen dat bedrijven noodgedwongen hun verwachtingen voor de vraag naar metalen neerwaarts moeten bijstellen. Dat is ook af te lezen aan het massaal verkopen van koper futures in Shanghai. Beleggers hebben er nog maar weinig vertrouwen in, omdat ze minder vertrouwen hebben in de economische ontwikkeling van het land.

    Koperprijs in dalende trend

    Lagere productiekosten

    Niet alleen ongunstige ontwikkelingen in China hebben een negatief effect op prijzen voor commodities. Ook de verzwakking van veel valuta in de opkomende markten doet weinig goeds. Muntverzwakking maakt productie goedkoper en daardoor stijgt het aanbod juist op een moment dat prijzen toch al de neiging hebben om te dalen. Het kan zodoende van kwaad tot erger gaan.

    Uiteraard zijn er ook wel lichtpuntjes. Sommige beleggers denken dat de Chinese overheid toch gaat stimuleren. Het gaat immers nog steeds goed in de bouw en aanverwante sectoren. Ook wijzen ze erop dat het niet met alle commodities slecht gaat. De kolenprijzen zijn op het hoogste niveau in zes jaar en ook de prijzen voor ijzererts en het mineraal vanadium hebben de neiging te stijgen. Dat neemt allemaal niet weg dat de meeste hedge funds en handelaren negatief zijn en blijven op koper. Zeker nu de valuta in de opkomende markten allemaal de neiging hebben te verzwakken, is er maar weinig bereidheid veel risico te lopen!

    Cor Wijtvliet

    corwijtvliet-logo

    Deze bijdrage is afkomstig van www.corwijtvliet.nl

    Tot slot:

    • Hebt u opmerkingen en/of vragen? Mail ze gerust aan: [email protected]
    • Of via mijn twitteraccount: @wijtvliet
    • Voor meer door mij geschreven artikelen bezoekt u mijn website: www.corwijtvliet.nl
    • Of bezoek www.Beurshalte.nl      
    • Ontvangt u het Cor Wijtvliet Journaal niet rechtstreeks? Abonneert u zich dan hier!

    Vindt u deze columns van Cor Wijtvliet interessant, dan kunt voor €25 per jaar donateur worden van het CorWijtvlietJournaal. Ook kunt u een geheel vrijwillige bijdrage overmaken naar NL14RABO0156073676, ten name van Wijtvliet Research.

    Donateurs krijgen niet alleen zonder vertraging het CorWijtvlietJournaal in hun mailbox, maar kunnen ook rekenen op een wekelijkse extra nieuwsbrief met vijf beleggingstips van Cor Wijtvliet. Neem voor meer informatie contact op met Cor Wijtvliet via het hierboven genoemde mailadres.

  • Uitnodiging seminar: Beleggen, Vandaag en Morgen

    Het is zover: Wijtvliet Research gaat zelf een seminar organiseren! U ziet al jaren mijn columns van het CorWijtvlietJournaal en de wekelijkse Nieuwsbrief van Wijtvliet Research op Marketupdate verschijnen en daarom willen wij u graag uitnodigen voor dit seminar met als onderwerp:

    Beleggen, Vandaag en Morgen

    Datum: 27 september 2018

    Tijdstip: 19.30

    Locatie: Van der Valk Hotel in Houten aan de A27

    Dit seminar organiseert Wijtvliet Research in samenwerking met Today’s Vermogensbeheer uit Hilversum. Na het welkomstwoord spreekt de heer Cees Smit, directeur van Today’s Vermogensbeheer. Cees Smit is een bekend spreker op radio en tv en zal u bijpraten over de kansen op de aandelenmarkt. Daarna zal Cor Wijtvliet ingaan op de veranderingen die de wereld van het beleggen de komende jaren te wachten staan.

    Na deze voor uw beleggingsbeslissingen relevante presentaties sluiten we de avond af met een borrel. Er is dan tevens gelegenheid om de sprekers vragen te stellen of om weer even bij te praten met oude bekenden of met andere gasten.

    Graag tot ziens op 27 september! Meldt u zich s.v.p. voor dinsdag 25 september voor dit bijzondere seminar. U kunt bellen: 0611918878 of 035-303 5690. U kunt ook een mailtje sturen naar [email protected]  of naar [email protected].

    Voor u als trouwe lezen van Marketupdate zijn er geen kosten aan dit seminar verbonden. We zien uit naar uw komst.

    Met vriendelijke groet,

    Cor Wijtvliet

    Wijtvliet Research

    Over Cor Wijtvliet: Cor Wijtvliet is zelfstandig gevestigd analist. Hij schrijft over uiteenlopende onderwerpen die de beleggingswereld raken. Daarnaast geeft hij lezingen en presentaties. Informatie: [email protected] Tel. 0611918878 Website, http://corwijtvliet.nl Twitter: @CorWijtvliet

  • Beleggers kunnen hun verwachtingen maar beter bijstellen

    Het lopend jaar is voor beleggers tot dusverre een geweldig jaar. Al meer dan 75% van de bedrijven in de S&P 500 hebben hun cijfers gepresenteerd en die liegen er niet om. Volgens onderzoeksbureau FactSet is de winst per aandeel met gemiddeld 23,9% gestegen. De stijging over het eerste kwartaal bedroeg al 24,8%. De kans wordt steeds groter dat de winstgroei de voorspelde 20,5% gaat waarmaken en misschien zelfs gaat overtreffen.

    Voor komend jaar ziet het beeld er met een voorspelde groei van 10,4% er een stuk gematigder uit. Nu 2018 al voor meer dan de helft voorbij is, zal de aandacht van de belegger zich allengs gaan verplaatsen naar komend jaar. Zullen beleggers tevreden zijn met wat ze zien? Daar is wel voldoende reden toe, omdat de onzekerheden zich maar blijven opstapelen. Denk bijvoorbeeld aan de oplopende spanningen op het handelsfront, aan de tussentijdse verkiezingen in November of aan de groeiende twijfel over de groeimogelijkheden van de FAANGs. Die laatsten waren de motor achter de stijging van de koersen. Tegenvallende prestaties van Facebook en Netflix deden de koersen tuimelen.

    Wat brengt 2019 voor beleggers?

    Bedrijven zullen het sowieso moeilijk hebben om 2018 te overtreffen. Ze profiteren dit jaar ten volle van de belastingverlaging van december 2017. Dat speelt niet meer in 2019. Anders gezegd, die 10% kan wel eens een pure gok blijken te zijn. In de komende maanden zullen steeds meer beleggers zich gaan afvragen of 2019 opnieuw een bevredigende winstgroei zal noteren. Dat is niet uitgesloten.

    Wellicht komt er een nieuwe ronde belastingverlagingen, gaat de overheid haar bestedingen verhogen en halen bedrijven hun tegoeden uit het buitenlands terug? Die combinatie zou een heilzame uitwerking kunnen hebben op de reële economie. Daar staat tegenover dat aan margedruk bijna niet te ontkomen is. De nettowinstmarge over het tweede kwartaal kwam uit op 11,8% en dat is de hoogste ooit gemeten sinds FactSet die begon te berekenen in 2008.

    Bron: Schwab Center for Financial Research met data van Morningstar. S&P 500® (U.S. large-cap stocks), Russell 2000® (U.S. small-cap stocks), MSCI EAFE® (international large-cap stocks), Bloomberg Barclays U.S. Aggregate (U.S. investment-grade bonds) en Citigroup 3-Month Treasury (cash investments).

    Winstmarges

    Tot dusverre steunt de margeverbetering op zaken als een sterke economische groei en een voorzichtige opleving van de inflatie. Daar komt nog bij dat de vraag sterk is en dat prijzen geleidelijk omhooggaan. Deze trends zullen ook in de tweede helft van 2018 van kracht blijven. Maar aan alle goede dingen komt een einde. Bedrijven klagen nu al dat hun kosten omhooggaan door de stijging van lonen en de renteverhogingen van de Fed. Dat moet wel negatief voor de marges gaan uitpakken in 2019.

    Hoe groot is dan de kans dat de winsten blijven stijgen en dat die stijging op zijn minst 10% zal bedragen? Nu zijn beleggers nog enthousiast over de 20% van 2018, maar 2019 komt snel dichterbij. Ze zullen zich steeds vaker gaan afvragen hoe reel die 10% is. Het kan best zijn dat ze 6% – 7% een stuk waarschijnlijker achten. Zullen ze daar genoegen meenemen of stemmen ze dan met hun voeten?

    Cor Wijtvliet

    corwijtvliet-logo

    Deze bijdrage is afkomstig van www.corwijtvliet.nl

    Tot slot:

    • Hebt u opmerkingen en/of vragen? Mail ze gerust aan: [email protected]
    • Of via mijn twitteraccount: @wijtvliet
    • Voor meer door mij geschreven artikelen bezoekt u mijn website: www.corwijtvliet.nl
    • Of bezoek www.Beurshalte.nl      
    • Ontvangt u het Cor Wijtvliet Journaal niet rechtstreeks? Abonneert u zich dan hier!

    Vindt u deze columns van Cor Wijtvliet interessant, dan kunt voor €25 per jaar donateur worden van het CorWijtvlietJournaal. Ook kunt u een geheel vrijwillige bijdrage overmaken naar NL14RABO0156073676, ten name van Wijtvliet Research.

    Donateurs krijgen niet alleen zonder vertraging het CorWijtvlietJournaal in hun mailbox, maar kunnen ook rekenen op een wekelijkse extra nieuwsbrief met vijf beleggingstips van Cor Wijtvliet. Neem voor meer informatie contact op met Cor Wijtvliet via het hierboven genoemde mailadres.

  • Amerikaanse aandelenbeurzen zijn een klasse apart

    U bent het waarschijnlijk al vergeten, maar aan het begin van dit jaar trof een golf van extreme volatiliteit de internationale beurzen. De rally, die voorafging aan de golf van wereldwijde koersdalingen, was zeer breed gedragen. Deze forse stijging was gebaseerd op het idee van een synchroon wereldwijd herstel. Dat herstel was zichtbaar in Europa en in de opkomende markten en de rally op de financiële markten in die regio’s was zelfs sterker dan die op de toch al bloeiende Amerikaanse aandelenmarkten.

    De synchrone vreugde is van korte duur geweest als we kijken naar het herstel sinds de dip. Sinds dat dieptepunt in 2018 is de S&P 500 met 10,8% gestegen, terwijl de FTSE-index voor de wereld buiten de Verenigde Staten is met 2,8% gedaald. Historisch gesproken zijn er steeds opnieuw grote verschillen geweest tussen de VS en de rest van de wereld, maar de prestaties over het afgelopen halfjaar is de beste sinds jaren. Zelfs de Federal Reserve met haar renteverhogingen heeft de feestvreugde niet kunnen verstieren. Het rendement op de 10-jaars Treasury is stabiel gebleven, maar is weer wel aanzienlijk hoger dan in de rest van de ontwikkelde wereld.

    FAANG

    Hoe laat zich dit alles verklaren? Een voor de hand liggende verklaring zijn de FAANG’s. De Verenigde Staten hebben een groep zeer dominante internetbedrijven als Apple en Amazon binnen de landsgrenzen. De rest van de wereld, met uitzondering van China, kan daar absoluut niet op bogen. Het afgelopen halfjaar is de NYSE Fang+Index, met o.a. de Chinese bedrijven Baidu en Alibaba en de FAANGs, met 21% gestegen, terwijl de MSCI EAFE information technology index, met daarin techbedrijven uit de rest van de ontwikkelde wereld, slechts met 2,3% omhoog gegaan is.

    Het grote verschil is terug te voeren op het fenomeen FAANG. Beleggers gaan ervan uit dat deze klein groep internetbedrijven zeer stevig in hun schoenen staan en dat ze ook morgen winnaar zullen zijn. Wat heeft het dan voor nut om je net breder te werpen? Natuurlijk kleven er nadelen aan de grote afhankelijkheid van de FAANGs. Beleggers kunnen om onduidelijke redenen hun vertrouwen verliezen. De politiek kan besluiten om de huidige machtspositie aan te pakken door de FAANGs te dwingen zich op te knippen.

    Sterke dollar

    Een tweede verklaring voor de huidige verschillen op aandelenbeurzen vormen simpelweg de data. Aan het einde van 2017 deed Europa het verrassend goed en dat gold ook voor China. Dat laatste land leek er ook in te slagen de kredietbubbel geleidelijk leeg te laten lopen. Nu laat alleen de Amerikaanse economie een gezonde groei zien. Europa lijkt weer niet vooruit te branden en zorgen nemen weer toe over de bubbels in China…

    Maar de belangrijkste verklaring is misschien wel de sterke dollar. De DXY-dollarindex, dat de dollar afzet tegen een mandje van de belangrijkste valuta in de westerse wereld, heeft zijn hoogste niveau in meer dan een jaar aangetikt. Die stijging verklaart goeddeels de druk op de opkomende markten. De JP Morgan EM FX index is de afgelopen zes maanden 10% gedaald en lijkt op weg naar een all-time low. Een duurdere dollar maakt aandelen gedenomineerd in dollars relatief sterker ten opzichte van andere aandelen. Voor de opkomende markten komt daar nog bij dat er traditioneel een inverse relatie bestaat tussen de dollar en assets uit de opkomende markten. Een sterkere dollar pakt negatief uit op de mogelijkheid van die landen om hun schuld uitgedrukt in dollars terug te betalen.

    Het is minder duidelijk wat de impact is van de dure dollar op andere aandelenbeurzen. Japanse aandelen profiteren van een verzwakkende yen. Een sterkere dollar ondergraaft het competitief vermogen en vermindert de winsten van de multinationals met veel overzeese activiteiten. Een sterkere dollar is bepaald geen pluspunt in de handelsoorlog met China. Het zou zomaar kunnen dat president Trump daarom gaat proberen om de dollar omlaag te praten. Dat zal zeker het geval zijn als de sterke dollar de kracht van de Amerikaanse aandelenbeurzen gaat ondermijnen.

    Cor Wijtvliet

    corwijtvliet-logo

    Deze bijdrage is afkomstig van www.corwijtvliet.nl

    Tot slot:

    • Hebt u opmerkingen en/of vragen? Mail ze gerust aan: [email protected]
    • Of via mijn twitteraccount: @wijtvliet
    • Voor meer door mij geschreven artikelen bezoekt u mijn website: www.corwijtvliet.nl
    • Of bezoek www.Beurshalte.nl      
    • Ontvangt u het Cor Wijtvliet Journaal niet rechtstreeks? Abonneert u zich dan hier!

    Vindt u deze columns van Cor Wijtvliet interessant, dan kunt voor €25 per jaar donateur worden van het CorWijtvlietJournaal. Ook kunt u een geheel vrijwillige bijdrage overmaken naar NL14RABO0156073676, ten name van Wijtvliet Research.

    Donateurs krijgen niet alleen zonder vertraging het CorWijtvlietJournaal in hun mailbox, maar kunnen ook rekenen op een wekelijkse extra nieuwsbrief met vijf beleggingstips van Cor Wijtvliet. Neem voor meer informatie contact op met Cor Wijtvliet via het hierboven genoemde mailadres.

  • Apple doet het alweer!

    Beleggers moeten opgelucht hebben ademgehaald toen Apple haar resultaten over het afgelopen tweede kwartaal van 2018 had gepresenteerd. Uitglijders van Twitter, Netflix en vooral Facebook hadden niet alleen tot forse koersdalingen geleid, maar ook twijfel gezaaid over de houdbaarheid van de huidige bull market in aandelen. Die markt wordt immers gedragen door slechts een handjevol technologiebedrijven.

    Gelukkig zagen de cijfers van Apple er overtuigend uit met sterke omzet- (+17%) en winstcijfers (+31%). De groei werd (uiteraard) gedragen door de iPhone. Het aantal verkochte toestelletjes steeg slechts met 1%, maar Apple verhoogde de gemiddelde prijs met maar liefst 20%. Desondanks bleef de iPhone X mateloos populair. Afgaande op de bestellingen van de verschillende verkoopkanalen veronderstelt Apple optimistisch dat het ook over het lopend kwartaal mooie cijfers zal kunnen presenteren.

    Apple versterkt positie

    Ondanks al dat vertoon van vreugde en optimisme maakt het management zich toch zorgen over de nabije toekomst. Zo is Apple niet langer de nummer twee op de markt voor smartphones na het Koreaanse Samsung. Nummer twee is nu het Chinese Huawei. Dat onderstreept nogmaals dat Apple allesbehalve een onomstreden positie inneemt op de belangrijke Chinese markt. Een jaar geleden leek Apple zelfs op zijn retour in dat land. Het moest genoegen nemen met dalende omzetcijfers.

    Volgens de ceo is het tij nu definitief gekeerd, omdat een groeiende welvarende middenklasse bereid is om goed geld te betalen voor een waarlijk innovatief product. De gang van zaken geeft Cook voorlopig gelijk. Daar staat echter tegenover, dat de Chinese markt niet langer groeit. Apple zal het meer en meer van de vervangingsvraag moeten hebben. Hier heeft het nog steeds een innovatief voordeel boven de concurrentie en kan het gemiddeld hogere prijzen vragen. De groei in aantallen is er wel uit!

    Handelsoorlog

    De concurrentie zit echter niet stil. Huawei en Xaimoni claimen de technologische kloof met Apple te kunnen dichten tegen gemiddeld lagere prijzen. De Chinese consument, maar ook bijvoorbeeld de Indiase consument, wordt steeds kostenbewuster. Door de dreigende handelsoorlogen worden ze ook nog eens nationalistischer. De aantrekkingskracht van Apple kan snel minder worden.

    Die handelsoorlogen zijn Tim Cook een doorn in het oog. Apple laat zijn spulletjes op grote schaal maken in China. Tot dusverre ondervindt de iPhone nog geen last van de tarievenoorlog, maar voor hoe lang nog. Het Witte Huis heeft opnieuw tariefsverhogingen afgekondigd voor goederen met een totale waarde van $200 miljard en het is onduidelijk in hoeverre Apple daar wel onder gaat lijden.

    Cook probeert het Witte Huis te vermurwen door met prijsverhogingen te dreigen. Of president Trump daarvan onder de indruk zal raken, is maar zeer de vraag. Zijn achterban kan zich geen dure iPhone X veroorloven. Cook moet echter wel toegeven dat de balans in de handel tussen de VS en China volledig zoek is en dat daar daadwerkelijk verandering in moet komen. Door zijn productie naar China te verplaatsen heeft Apple hard meegewerkt aan die verstoring van de balans.

    Cor Wijtvliet

    corwijtvliet-logo

    Deze bijdrage is afkomstig van www.corwijtvliet.nl

    Tot slot:

    • Hebt u opmerkingen en/of vragen? Mail ze gerust aan: [email protected]
    • Of via mijn twitteraccount: @wijtvliet
    • Voor meer door mij geschreven artikelen bezoekt u mijn website: www.corwijtvliet.nl
    • Of bezoek www.Beurshalte.nl      
    • Ontvangt u het Cor Wijtvliet Journaal niet rechtstreeks? Abonneert u zich dan hier!

    Vindt u deze columns van Cor Wijtvliet interessant, dan kunt voor €25 per jaar donateur worden van het CorWijtvlietJournaal. Ook kunt u een geheel vrijwillige bijdrage overmaken naar NL14RABO0156073676, ten name van Wijtvliet Research.

    Donateurs krijgen niet alleen zonder vertraging het CorWijtvlietJournaal in hun mailbox, maar kunnen ook rekenen op een wekelijkse extra nieuwsbrief met vijf beleggingstips van Cor Wijtvliet. Neem voor meer informatie contact op met Cor Wijtvliet via het hierboven genoemde mailadres.