Tag: ABP

  • Pensioenfondsen moeten voldoen aan nieuwe eisen

    Het kabinet gaat nieuwe eisen stellen aan de pensioenfondsen. De overheid wil de sector daar schokbestendiger mee maken. Pensioenfondsen moeten eerder ingrijpen bij financiële tegenvallers zoals schokken op de beurs of een stijgende levensverwachting. Dit maakte het kabinet afgelopen vrijdag bekend.
    Staatssecretaris van Sociale Zaken, Jetta Klijnsma, kondigde deze maatregelen al in oktober aan en heeft deze nu uitgewerkt in een wetsvoorstel. Dit wetsvoorstel is naar de Raad van State voor advies. In het wetsvoorstel staat onder andere dat pensioenfondsen eerder moeten ingrijpen bij tegenvallers en niet meer mogen wachten met het korten van pensioenen. Wel mogen ze maatregelen uitsmeren over 10 jaar. De nieuwe pensioenregels moeten ervoor zorgen dat de pensioenrisico’s evenwichtiger over  de generaties worden verdeeld. Pensioenfondsen mogen financiële meevallers onder de nieuwe regels bijvoorbeeld niet meer vroegtijdig uitdelen.

    Hervorming

    De nieuwe regels moeten ervoor zorgen dat de fondsen niet opnieuw in de problemen komen. Afgelopen jaren moesten veel fondsen hun uitkeringen verlagen omdat ze onvoldoende buffers hadden voor de langere termijn. Dit jaar zullen 29 fondsen hun pensioenen verlagen. Hier worden alleen dit jaar al 200.00 gepensioneerden door geraakt. Vorige maand ging de Tweede Kamer al akkoord met een andere hervorming binnen het pensioenstelsel. Het maximum aan belastingvrije pensioenopbouw werd flink verlaagd. Deze maatregel gaat per 1 januari 2015 in.

    Pensioenfondsen zijn kritisch

    De pensioenfondsen zijn kritisch over de herziening van staatssecretaris Klijnsma. Zij stellen dat de nieuwe regels het moeilijk maakt voor sommige fondsen om de pensioenen te indexeren aan de stijgende lonen en prijzen. Volgens  Gerard Riemen, voorzitter van de Pensioenfederatie, zorgt dit er juist voor dat het evenwicht tussen generaties zal worden verstoord. ABP, het grootste pensioenfonds van Nederland, vind het belangrijk dat de pensioenen meelopen met gemiddelde loonontwikkeling. Het ABP wil daarom overleg met het kabinet over de nieuwe regels. Vakcentrales FNV, CNV en VCP gaan het wetsvoorstel kritisch bekijken maar benadrukken dat er nog geen akkoord is over de nieuwe pensioenwetgeving. De Nederlandsche Bank (DNB) en de Autoriteit Financiële Markten (AFM) verwelkomen de stappen van de regering. De toezichthouders delen de opinie van het kabinet dat het pensioenstelsel schokbestendiger moet worden. pensioenfondsen

  • Het ABP en de verdwenen miljarden

    In de jaren ’80 en begin jaren ’90 zijn er door de Nederlandse staat met behulp van de uitnamewet miljarden guldens uit de pensioenpot van het pensioenfonds ABP achterover gedrukt. Dit blijkt uit onderzoek van de inmiddels overleden econoom Hennie Kemner.

    In de gepensioneerden wereld werd al geruime tijd schande gesproken over de greep van de rijksoverheid in de pensioenkas van de ambtenaren. Kenmer nam zich voor om te onderzoeken of het bedrag dat rond ging van meer dan 30 miljard gulden klopte en welke weg de overheid hiervoor had bewandeld. Dankzij bovengemiddelde doorzettingskracht en de Wet Openbaarheid Bestuur lukte het Kenmer uiteindelijk om de cruciale dossiers in handen te krijgen.

    Uit het onderzoek van Kenmer bleek dat de overheid onder de kabinetten Lubbers en het eerste kabinet Kok tientallen miljarden guldens achterhield. Dit deed de overheid door met behulp van de uitnamewet de werkgeversbijdrage aan de pensioenen jaar in jaar uit te verlagen. Hierdoor was de achterstand op de premiebetalingen in 1992 al opgelopen tot 32,86 miljard gulden. De betrokken centrales, het ABP zelf, de Verzekeringskamer en de Raad van State tekenden allen bezwaar aan tegen de uitnamen. Daarnaast eigende de overheid zich onder andere nog 3 miljard gulden van het vermogen voor het bovenwettelijke deel van de invaliditeitspensioenen toe.

    Door de greep van de toenmalige regeringen uit de kas van het ABP is er op termijn veel potentieel rendement misgelopen. Het ABP stond kort na het begin van de kredietcrisis onder grote druk omdat de dekkingsgraad kelderde. Over 2008 zakte de dekkingsgraad, de verhouding tussen het vermogen van een pensioenfonds en de pensioenen die moeten worden uitgekeerd, met bijna zestig procentpunt naar een dieptepunt van 83 procent in 2009. Inmiddels is de dekkingsgraad weer toegenomen tot 106,4 procent. Desalniettemin zetten de bevindingen van Kemner de recente verhogingen van de pensioenpremies in een ander licht. Zoals hoogleraar van de Poel in 2010 stelde hebben politci lang het ABP gebruik als veilige haven om de schuld van hun eigen handelingen op andere af te schuiven.

    De overheid kreeg dit allen onder andere voor elkaar door te spelen met de rekenrente. Bekijk het filmpje van Ad Broere, auteur van het boek “Geld komt uit het niets”, hieronder voor een verdere toelichting. Het onderzoek van Hennie Kenmer vind u hier.

    Bron: Miljarden uit de gezamenlijke pensioenpot gestolen door BV Nederland

  • Uw pensioen wordt steeds soberder

    Crash Investor: Pensioenfondsen zagen hun situatie in het afgelopen kwartaal sterk verslechteren. In juni kregen ze een tik door de dalende aandelen- en obligatiekoersen en het feit dat ze nog niet profiteerden van de hogere marktrente door de rekenmethodiek. Ambtenarenpensioenfonds ABP en de twee metaalfondsen PME en PMT liepen hierdoor eind juni ver achter op hun herstel, waardoor de kans op een tweede ronde van kortingen reëler wordt. Dat blijkt uit de halfjaarcijfers van de vijf grootste pensioenfondsen.

    Metaalfondsen PME en PMT zakten ondanks de forse kortingen die ze in april hebben doorgevoerd op de pensioenen in juni weer naar een dekkingsgraad onder de 100%. De dekkingsgraad geeft de verhouding weer tussen het beschikbaar vermogen en de toekomstige verplichtingen. Door de daling zijn de metaalfondsen verder afgeraakt van de 105% waarop ze aan het eind van het jaar moeten zitten om een tweede verlaging van de pensioenen te voorkomen.

    Pensioenfondsen

    Figuur 7: Pensioenfondsen blijven achter de feiten aanlopen (Bron: FD Research)

    Volgens Frans Willem Briët, bestuursvoorzitter van PME, ziet het er somber uit. Hoewel het nog te vroeg is om definitief te oordelen, komt volgens hem een verlaging in 2014 steeds dichterbij. Ook het grootste pensioenfonds ABP zag zijn dekkingsgraad in juni dalen naar 97% en is verder verwijderd geraakt van de norm van ruim 104%. Henk Brouwer, voorzitter van ABP, stelt dat de kans op een tweede korting aanzienlijk is. Toch sluit de ABP-voorzitter nog niet uit dat het fonds de 104% dit jaar nog gaat halen. Maar dan moeten de beurzen blijven aantrekken, zoals de laatste weken het geval, aldus Brouwer.

    De pensioenfondsen kampten in het tweede kwartaal met tegenvallende rendementen, bij ABP was deze -1,9%. De aankondiging van de Amerikaanse centrale bank om minder nieuw geld in de economie te pompen leidde tot dalende koersen. Tegelijkertijd ging de rente omhoog. Dit laatste is op zich gunstig voor pensioenfondsen. Bij een hogere rente hoeven ze minder geld in kas te hebben om de toekomstige pensioenen te kunnen betalen. Dat betekent dat hun dekkingsgraad verbetert. In juni was het effect van de hogere rente echter nog niet zichtbaar in de dekkingsgraad. Voor de berekening van de dekkingsgraden wordt namelijk gerekend met de gemiddelde rente over drie maanden. Doordat de rente met name in april nog erg laag was, dempte die de hogere rente van juni. Bij pensioenfonds PME zou de dekkingsgraad eind juni zonder de driemaands middeling bijvoorbeeld op 100% liggen in plaats van 96,6%.

    De verhoging van de dekkingsgraad gaat er wel komen, maar vertraagd. Dit is de keerzijde van de rekenmethode die vorig jaar is geïntroduceerd. Toen profiteerden de pensioenfondsen van de driemaands middeling, omdat de dekkingsgraden daardoor ondanks de lagere rente hoger uitkwam. Nu de rente weer oploopt, gebeurt het omgekeerde. Daar komt bovenop dat pensioenfondsen de renterisico’s niet afdekken op basis van de driemaands rente, maar op basis van de actuele rente. Doordat de rente opliep, daalde de waarde van deze renteafdekking in juni al flink. De lasten van de hogere rente werden dus wel al doorberekend, maar het profijt bleef nog even uit.

    Als de hogere rente aanblijft, zal dit de komende maanden echter wel merkbaar gaan worden in de dekkingsgraden. Dennis van Ek, actuaris bij Mercer, schat dat de gemiddelde dekkingsgraad half juli al 3 procentpunt hoger uitkomt dan de gemiddelde dekkingsgraad van eind juni. Eind juni lag het gemiddelde op 102%, half juli wordt dat 105% volgens Mercer.

    Op zich is dat goed nieuws, maar het is nog veel te vroeg om te juichen. De pensioengeschiedenis van de afgelopen twee à drie jaar heeft geleerd dat er steeds weer opnieuw beren op de weg verscholen lagen. Nederlandse pensioenfondsen bleken nooit in staat adequaat te reageren. Er is geen reden om aan te nemen, dat zulks in de nabije toekomst gaat veranderen. Dat is eigenlijk slecht nieuws voor u. De zekerheid, dat u nu of in de komende jaren van een behoorlijk pensioen kunt genieten, wordt steeds kleiner. De pensioenfondsen hebben afgelopen jaren keer op keer bewezen niet tegen hun taak opgewassen te zijn. Daar betaalt u wel het gelach voor!

    Dit artikel verscheen afgelopen weekend in Wijtvliets Crash Investor.

    Crash Investor