Tag: huishoudens

  • Huishoudens zijn steeds meer kwijt aan vaste lasten

    Huishoudens zijn in 2019 gemiddeld meer dan de helft van hun inkomen kwijt aan vaste lasten, zo meldt het Nibud. Voor huishoudens met een modaal inkomen en een gemiddelde huur bedragen de vaste lasten ongeveer 55% van het netto inkomen. Huishoudens die op het bijstandsniveau zitten zijn ongeveer de helft van hun inkomen kwijt aan vaste lasten. Een zorgwekkende uitkomst, want tien jaar geleden lagen deze percentages nog gemiddeld nog vijf procentpunt lager.

    Voor het Nibud bestaan de vaste laste uit huur of hypotheek, gas, elektriciteit, water, lokale lasten, telefoon, televisie, internet, verzekeringen, onderwijs, kinderopvang en vervoer. Deze kosten zijn de laatste jaren veel harder gestegen dan het gemiddelde inkomen, waardoor steeds meer huishoudens moeite hebben om rond te komen. Uit het persbericht van het Nibud:

    “Het Nibud ziet dat er de afgelopen tien jaar niet eerder zo’n groot deel van het budget is opgegaan aan de vaste lasten. Dit dwingt huishoudens zeer kritisch te zijn en goed op hun uitgaven te letten. En het verklaart volgens het Nibud ook waarom zoveel huishoudens achterlopen met het betalen van de rekeningen van de zorgverzekeraar, energie en huur of hypotheek.

    In het Nibud onderzoek Financiële Problemen 2018 werd duidelijk dat het percentage huishoudens dat de huur of hypotheek niet altijd op tijd kan betalen is gestegen met zeven procent, van 12 procent in 2012 naar 19 procent in 2018.”

    Vaste lasten stijgen sneller dan inkomen

    Volgens het Nibud zouden huishoudens idealiter niet meer dan de helft van hun netto inkomen kwijt moeten zijn aan de vaste lasten. Huishoudens die 1,5 keer modaal verdienen zitten nog wel onder deze grens, maar ook hun maandlasten zijn de laatste jaren toegenomen. Met een gemiddeld koophuis is deze groep tegenwoordig iets minder dan 45% van het netto inkomen kwijt aan vaste lasten. Tien jaar geleden was dat nog minder dan 40%.

    Het Nibud schrijft de stijging van de vaste lasten toe aan een aantal factoren. De belangrijkste zijn de hogere woonlasten, een stijgende energierekening en een duurdere zorgverzekering. De cijfers laten zien dat vooral de financiële positie van huurders verslechterde. Voor deze groep werden de vaste lasten als percentage van het netto inkomen de afgelopen vijf jaar hoger. Huishoudens met een vergelijkbaar inkomen en een koopwoning waren beter af. Hun vaste lasten namen naar verhouding zelfs iets af.

    Druk op portemonnee neemt toe

    Volgens Arjan Vliegenthart, directeur van het Nibud, neemt de druk op de portemonnee van veel huishoudens toe. Hij zegt daar het volgende over.

    “Iemand met een modaal inkomen met een huurhuis (gemiddelde huur) houdt gemiddeld 875 euro per maand over voor voeding, kleding en onderhoud en inventaris. Dit is iedere maand behoorlijk plannen. Het verklaart voor ons, waarom zoveel mensen (bijna 40 procent) moeite hebben met rondkomen en het niet lukt om te sparen. De druk op de portemonnee is ontzettend groot. Zodra er in dit huishouden extra kosten komen, door bijvoorbeeld hogere zorgkosten betekent dit financiële stress.”

    Huishoudens zijn steeds meer kwijt aan vaste lasten (Bron: Nibud)

    Volg Marketupdate nu ook via Telegram

    Waardeert u de artikelen en analyses op onze site, steun ons dan met een eenmalige of periodieke donatie. Met uw donatie kunnen we mooie artikelen blijven schrijven en worden we minder afhankelijk van inkomsten uit advertenties. Klik hier om te doneren!




  • Vermogen huishoudens Nederland stijgt door hogere huizenprijzen

    De stijging van het vermogen van huishoudens in Nederland kan voor een belangrijk deel worden toegeschreven aan de stijging van de huizenprijzen. Nieuwe cijfers van het CBS laten zien dat het doorsnee vermogen van huishoudens in 2017 met ruim €6.000 was gestegen tot €28.300, maar dat het vermogen zonder eigen woning slechts met €600 was toegenomen. Kijken we naar de langere termijn, dan zien we dat de doorsnee vermogenspositie per saldo niet veel beter is geworden.

    Uit cijfers van het CBS blijkt dat de vermogenspositie van Nederlandse huishoudens de laatste jaren weer aansterkt, maar dat we nog lang niet terug zijn op het niveau van voor de crisis. In 2017 bedroeg het doorsnee vermogen inclusief eigen woning €28.300, terwijl dat in 2008 nog €46.900 was. Ook zijn nog niet alle huishoudens hersteld van de crisis op de woningmarkt. Onder de groep huishoudens met een negatief vermogen zitten namelijk veel huishoudens die financieel onder water staan met hun woning.

    Vermogen van huishoudens erg afhankelijk van huizenprijzen (Bron: CBS)

    Grote vermogensongelijkheid

    Door de grote fluctuaties van de huizenprijzen neemt ook de vermogensongelijkheid toe. Wie op het hoogtepunt van de markt een huis kocht staat mogelijk onder water, terwijl een ander overwaarde in de schoot geworpen krijgt. Drie op de tien huishoudens heeft geen vermogen of en negatief vermogen. In die laatste groep zitten zoals gezegd veel huishoudens met een hogere hypotheekschuld dan wat hun huis waard is. Aan het andere uiteinde van het spectrum zien we een sterke concentratie van het vermogen bij de rijkste tien procent. Hun bezittingen bestaan voor een derde uit een eigen woning, een vijfde uit aanmerkelijk belang en voor 15% uit banktegoeden.

    Grote vermogensongelijkheid in Nederland (Bron: CBS)

    Meeste vermogen bij ouderen

    Ouderen zijn gemiddeld het meest vermogend, omdat zij gedurende hun leven de tijd hebben gehad om bezit op te bouwen. De doorsnee vermogenspositie van 65-plus huishoudens was begin 2017 ongeveer €113.000. Voor jongere huishoudens is de situatie heel anders, want in de leeftijdscategorie tot 25 jaar heeft ruim 40 procent een negatief vermogen. Bij huishoudens tussen de 25 en 45 jaar is de situatie wel wat beter, maar heeft een derde nog steeds meer schulden dan bezittingen. Daar komt bij dat ouderen meer pensioenvermogen hebben opgebouwd, een vermogenscomponent die niet in de cijfers van het CBS verwerkt is.

    Veel jongere huishoudens hebben negatief vermogen (Bron: CBS)

    Eigen woning zeer bepalend

    Zoals Klaas Knot onlangs terecht opmerkte is de Nederlandse economie sterk afhankelijk van de situatie op de woningmarkt. Stijgen de huizenprijzen, dan voelen we ons rijk en geven we makkelijk geld uit. Dalen de huizenprijzen weer, dan stagneert de consumptie en komt de klap extra hard aan. De eigen woning is volgens het CBS met een aandeel van 58% in de totale bezittingen het belangrijkste vermogensbestanddeel van huishoudens. De centraal bankier pleitte daarom voor een versterking van de buffers van huishoudens en voor een versobering van de kredietverlening. Op die manier worden huishoudens minder kwetsbaar voor tegenslagen op de woningmarkt.

    Eigen woning is belangrijkste component van totale vermogen van huishoudens (Bron: CBS)

    Volg Marketupdate nu ook via Telegram

    Waardeert u de artikelen en analyses op onze site, steun ons dan met een eenmalige of periodieke donatie. Met uw donatie kunnen we mooie artikelen blijven schrijven en worden we minder afhankelijk van inkomsten uit advertenties. Klik hier om te doneren!




  • Bank of Canada waarschuwt voor hoge schulden huishoudens

    De gouverneur van de Canadese centrale bank waarschuwt voor de extreem hoge schulden van huishoudens, meer specifiek de sterke toename van de hypotheekschuld van de afgelopen jaren. Door de lage rente steken huishoudens steeds dieper in de schulden, waardoor de financiële stabiliteit in gevaar kan komen op het moment dat de rentelasten weer gaan stijgen.

    De gemiddelde schuld van een Canadees huishouden is inmiddels opgelopen tot ongeveer 170% van het besteedbare inkomen. Volgens gouverneur Stephen Poloz zijn de schulden van huishoudens vooral de laatste twintig jaar sterk toegenomen en komt deze stijging voor een groot deel voor rekening van hogere hypotheekschulden. Zo heeft bijna één op de tien mensen met een hypotheek een schuld van meer dan 350% van het eigen bruto inkomen. In een toespraak zei de gouverneur het volgende over de oplopende schulden.

    “We houden deze schuldniveaus nauwlettend in de gaten, vanwege het groeiende risico dat deze schulden vormen voor de financiële stabiliteit en de economie. We weten dat een deel van de Canadese huishoudens grote schulden met zich meedragen en deze zorgen worden groter naarmate de rente stijgt. Onze economie loopt risico bij een plotselinge stijging van de rente of een groeivertraging van de wereldeconomie, omdat beide effecten versterkt worden in combinatie met hoge schulden van huishoudens.”

    Stijgende rente

    Stephen Poloz ziet naast deze zorgelijke signalen ook redenen om positief te zijn. Hij noemde het Canadese financiële systeem weerbaar en zei dat de kredietgroei al wat meer gematigd is, wat voor een belangrijk deel toegeschreven kan worden aan nieuwe en strengere hypotheekregels die begin dit jaar werden doorgevoerd. Ook verwacht hij dat de Canadese economie sterk genoeg is om de rente in de toekomst verder te verhogen.

    De Canadese economie wordt net als die van Nederland gekenmerkt door stijgende huizenprijzen en een toenemende hypotheekschuld. Dat is niet zonder risico’s, omdat de vermogensposities van huishoudens dan in sterke mate bepaald worden door de ontwikkelingen op de vastgoedmarkt. Dalen de huizenprijzen weer, dan komen veel mensen financieel ‘onder water’ te staan en zetten ze de rem op de uitgaven. Daardoor komt de recessie nog harder aan.

    Volg Marketupdate nu ook via Telegram

    Dit artikel wordt u aangeboden door Goudstandaard, uw adres voor de aankoop en verzekerde opslag van edelmetalen. Wilt u goud kopen? Neem dan contact op door te mailen naar [email protected] of door te bellen naar +31(0)88-4688488.

  • Inkomen huishoudens Australië sinds 2008 niet meer gestegen

    Het gemiddelde inkomen van huishoudens in Australië is weer gezakt tot het niveau van eind 2008, zo blijkt uit cijfers van het Australische bureau voor de statistiek. Eind jaren negentig en aan het begin van deze eeuw liet het gemiddelde inkomen nog wel een sterke stijging zien, maar die stagneerde met het uitbreken van de wereldwijde financiële crisis in 2008. In de jaren groeide het inkomen bijna niet meer en de laatste twee jaar is er zelfs weer sprake van een daling.

    Door de crisis zijn de lonen onder druk komen te staan, waarbij de economie van Australië ook nog eens geplaagd werd door relatief lage grondstofprijzen. Ook in Nederland lijkt het inkomen van huishoudens te stagneren, zoals onlangs werd vastgesteld door de Rabobank. Doordat veel goederen en diensten door de jaren heen goedkoper zijn geworden voelen we ons toch welvarender, maar daar staat tegenover dat we ons dieper in de schulden moeten steken om bijvoorbeeld een huis te kopen.

    https://twitter.com/PhilipSoos/status/971779359391412224

  • Besteedbaar inkomen huishoudens stagneert al 40 jaar

    Het besteedbare inkomen van huishoudens in Nederland is de afgelopen veertig jaar amper toegenomen, zo blijkt uit een nieuw onderzoek van de Rabobank. De stagnatie is voor een deel te verklaren door het feit dat huishoudens gemiddeld steeds kleiner worden, maar veel bepalender is dat er meer geld bij bedrijven blijft hangen en dat de overheid een steeds groter deel van het nationale inkomen naar zich toe trekt.

    Uit het onderzoek van de Rabobank blijkt dat een gemiddeld huishouden in 2014 – gecorrigeerd voor inflatie – vrijwel hetzelfde besteedbare inkomen had als een gemiddeld huishouden in 1977. Dat terwijl het gemiddelde inkomen van huishoudens er in de jaren zestig en zeventig aanzienlijk verbeterde. In deze periode verdubbelde het inkomen zelfs, ook na correctie voor de inflatie.

    Kleinere huishoudens

    Volgens de Rabobank is de stagnatie voor een deel te verklaren door het feit dat huishoudens gemiddeld kleiner zijn geworden. Bestond een huishouden in 1977 nog gemiddeld uit 2,9 personen, anno 2014 was dat gedaald tot een gemiddelde van 2,2 personen. Een kleiner huishouden heeft in absolute termen lagere kosten, maar omgerekend per persoon worden de vaste lasten hoger. Dat heeft een drukkend effect op het besteedbare inkomen van huishoudens op een landelijk niveau.

    Besteedbaar inkomen van huishoudens is amper toegenomen (Bron: Rabobank, CBS)

    Meer geld bij bedrijven en overheid

    Huishoudens krijgen een steeds kleiner deel van het nationale inkomen, terwijl het aandeel van bedrijven en de overheid toeneemt. Onderstaande grafieken laten zien dat er in de jaren negentig nog meer dan 62% van het nationale inkomen naar huishoudens ging, terwijl dat sinds 2010 was teruggelopen tot slechts 54%.

    Het besteedbare inkomen van huishoudens staat onder druk door een toenemende belastingdruk. Was de overheid in de jaren negentig goed voor 24% van het bbp, sinds 2010 is dat opgelopen tot meer dan 28%. Het vrij besteedbare inkomen van de private sector staat onder druk, omdat er steeds meer geld naar de publieke sector gaat.

    Een andere opvallende trend is dat er steeds meer inkomen naar bedrijven gaat. Dat is niet alleen het resultaat van een beleid van loonmatiging, maar ook van fiscale regelgeving. Belastingtechnisch is het aantrekkelijker om vermogen binnen de onderneming te houden, terwijl de multinationals om belastingtechnische reden vermogen naar het buitenland wegsluizen.

    De volgende grafieken laten het aandeel van huishoudens, bedrijven en de overheid zien in het totale nationale inkomen in Nederland. Voor meer informatie verwijzen we naar de publicatie van de Rabobank.

    Huishoudens krijgen steeds kleiner deel van nationaal inkomen (Bron: Rabobank, CBS)

    Aandeel van niet-financiële bedrijven is sterk toegenomen (Bron: Rabobank, CBS)

    De overheid trekt steeds meer geld naar zich toe (Bron: Rabobank, CBS)

    Deze bijdrage is afkomstig van Geotrendlines

  • Besteedbaar inkomen huishoudens sinds 2001 niet gestegen

    Terwijl de officiële werkloosheid in Nederland de laatste jaren weer wat gedaald is blijft het besteedbare inkomen van huishoudens achter. Gecorrigeerd voor de inflatie is het besteedbare inkomen al vijftien jaar niet gestegen, terwijl het bruto binnenlandse product in dezelfde periode met in totaal 15% omhoog ging. Hogere belastingen en stijgende uitgaven voor gezondheidszorg en onderwijs zorgen ervoor dat huishoudens gemiddeld niet meer geld overhouden.

    Besteedbaar inkomen huishoudens nog steeds op het niveau van 2001 (Bron: CBS, via @_basjacobs)

  • Vermogen huishoudens Spanje en Italië groter dan gedacht

    Vermogen huishoudens Spanje en Italië groter dan gedacht

    Huishoudens in Spanje en Italië hebben veel meer vermogen dan Nederlandse huishoudens, zo blijkt uit een nieuw onderzoek dat de Europese Centrale Bank onlangs publiceerde. De uitkomsten van het onderzoek werpen nieuw licht op de vermeende tweedeling tussen arm en rijk in de eurozone, een onderwerp dat na het uitbreken van de Europese schuldencrisis vaak besproken is.

    De tweedeling tussen het rijke noorden en het arme zuiden van Europa blijkt niet zo zwart-wit te zijn als vaak wordt voorgesteld. De publieke schulden zijn in de zuidelijke landen weliswaar hoger, maar daar staat tegenover dat huishoudens in de noordelijke landen veel grotere private schulden hebben.

    Voeg je de publieke en private schulden samen, dan blijkt dat wij nog hoger scoren dan een land als Griekenland. Uit cijfers van de Nederlandsche Bank is zelfs gebleken dat de helft van de Nederlandse huishoudens geen vermogen heeft, om de simpele reden dat de schulden even groot zijn als de bezittingen.

    Vermogen Europese huishoudens (Bron: ECB)

    Vastgoed versus pensioen

    Het vermogen van huishoudens in Italië, Spanje en Frankrijk zit voor een relatief groot deel in hun eigen woning, terwijl Nederlandse huishoudens relatief veel vermogen opbouwen via pensioenfondsen. Naar schatting zit er ruim €1.200 miljard in de Nederlandse pensioenpotten, vermogen dat belegd wordt in aandelen, obligaties en andere financiële activa.

    In het onderzoek van de ECB zijn de pensioenvoorzieningen in de verschillende landen niet meegenomen. Zou je die wel meetellen, dan ziet de vermogenspositie van Nederlandse huishoudens er waarschijnlijk een stuk beter uit.

    Vermogen daalt, ongelijkheid neemt toe

    Het 139 pagina’s tellende rapport van de ECB laat ook zien dat Europese huishoudens slechter uit de crisis zijn gekomen. Vergeleken met de cijfers uit 2010 is het gemiddelde vermogen van een doorsnee huishouden in Europa met ongeveer 10% gedaald. Ook laat het rapport zien dat de vermogensongelijkheid sindsdien juist is toegenomen, wat voornamelijk toegeschreven kan worden aan waardestijging van financiële activa als aandelen en obligaties.

    Ook laat het rapport zien dat het vermogen van huishoudens in Italië, Spanje en Griekenland de laatste jaren veel harder geraakt is dan het vermogen van Nederlandse en Duitse huishoudens. Dat komt omdat de huizenprijzen in deze landen veel harder gedaald zijn dan in de noordelijke landen.

  • CBS: Vermogen van jonge huishoudens slechts €2.000

    Het doorsnee vermogen van huishoudens met een kostwinner in de leeftijdscategorie van 25 tot 45 jaar is niet meer dan tweeduizend euro, zo blijkt uit nieuwe cijfers die het Centraal Bureau voor Statistiek (CBS) vandaag naar buiten bracht. Het meer dan 200 pagina’s dikke rapport ‘Welvaart in Nederland 2016‘ staat vol met interessante grafieken en tabellen van de inkomens- en vermogensongelijkheid in Nederland.

    Het gemiddelde vermogen van de leeftijdscategorie 25-45 jaar ligt met ongeveer €46.000 veel hoger, maar dat komt door de grote vermogensongelijkheid. Sommigen hebben een grote overwaarde op hun huis, terwijl anderen ‘onder water’ staan of met een grote restschuld opgezadeld zitten. Vanaf een leeftijd van veertig jaar beginnen de meeste huishoudens pas echt bezit op te bouwen, zoals de volgende grafiek uit het CBS rapport duidelijk laat zien.

    mediaan-vermogen-leeftijd-cbs

    Nederlanders bouwen pas vermogen op na hun veertigste

    Vermogen in Nederland zeer ongelijk verdeeld

    Huishoudens in de leeftijdscategorie van 45-65 jaar hebben al een veel betere vermogenspositie. Het gemiddelde vermogen van deze huishoudens is €192.000, terwijl de doorsnee (mediaan) veel lager ligt op €46.000. De mediaan is de middelste waarde als je het vermogen van alle huishoudens op volgorde zou zetten van laag naar hoog. Dat het gemiddeld zoveel hoger is dan de mediaan komt door een kleine groep rijke huishoudens en een grote groep van huishoudens die vrijwel geen of zelfs een negatief bezit hebben.

    vermogen-huishoudens-tabel

    Vermogen van huishoudens met kostwinner van 25-45 jaar is slechts tweeduizend euro

    Ouderen rijker, jongeren armer

    Verreweg het meeste vermogen is in het bezit van huishoudens in de leeftijdscategorie van 65 jaar en ouder. Zij hebben gemiddeld €244.000 met een doorsnee vermogen van €103.000. Deze mensen beschikken vaker over een eigen woning zonder hypotheekschuld en hebben het meest geprofiteerd van de stijgende huizenprijzen en aandelenkoersen van de afgelopen decennia. Hun bezittingen zijn de afgelopen tien jaar verder in waarde toegenomen, terwijl de jongere generatie door de economische crisis juist armer is geworden.

    mediaan-vermogen-inkomensgroep

    Vermogensongelijkheid is sinds 2006 verder toegenomen

  • Nederlandse huishoudens hebben weer meer schulden

    De totale schulden van Nederlandse huishoudens zijn het afgelopen kwartaal opnieuw toegenomen, dat meldt het CBS. Dat terwijl we de afgelopen jaren nog bezig waren met het aflossen van schulden en onze totale private schuldenlast daalde. Eind maart hadden huishoudens in totaal €742 miljard aan schulden, dat was €2 miljard meer dan eind december 2014. De schulden namen toe vanwege het aantrekken van de woningmarkt, want door de extreem lage rente besluiten meer mensen een huis te kopen. Huiseigenaren zijn door de lage rente en door het feit dat de huizenprijzen in veel gebieden weer stabiliseren ook minder versneld gaan aflossen dan ze de voorgaande jaren deden.

    De totale schuldenlast van huishoudens in Nederland bestaat voor een zeer groot deel uit hypotheekschuld, want die bedraagt op het moment €651 miljard. Deze schuldenlast is de afgelopen twintig jaar razendsnel toegenomen, maar door het uitbreken van de crisis kwam er een einde aan de stijging. Huishoudens werden terughoudender met het kopen van een huis en gingen versneld aflossen. Stimulerende maatregelen van de overheid, zoals een lagere BTW op verbouwingen, een lagere overdrachtsbelasting en een hogere vrijstelling voor belastingvrij schenken, hebben de huizenmarkt de laatste jaren structureel ondersteund. Daardoor stabiliseerde de totale schuldenlast, zoals de volgende grafiek van de Rabobank goed laat zien.

    hypotheekschuld-nederland

    Totale hypotheekschuld in Nederland

    Minder consumptief krediet

    Tegenover de groeiende hypotheekschuld staat een afnemende vraag naar consumptief krediet. Huishoudens losten per saldo af op deze vorm van financiering, omdat het relatief duur krediet is. Het CBS ziet een verschuiving van consumptieve leningen naar studieschulden, want studenten leenden juist meer geld. De totale private schuld als percentage van het bbp daalde in Nederland, maar ten opzichte van andere landen zitten we nog steeds op een zeer hoog schuldenniveau. Dat komt omdat de Nederlandse overheid jarenlang het maken van schulden heeft gestimuleerd met de hypotheekrenteaftrek. Banken en makelaars deden daar vrolijk aan mee, omdat het in de goede tijden voor iedereen winst was. Dat zal in de toekomst veranderen, maar het is een aanpassingsproces dat nog enkele tientallen jaren kan gaan duren.

  • Amerikaanse schuldeconomie draait weer

    De totale schulden van Amerikaanse huishoudens zijn in het derde kwartaal van dit jaar opnieuw gestegen, zo schrijft de Federal Reserve in haar nieuwste rapport over de vermogensposities van huishoudens in de VS. In het derde kwartaal kwam er $78 miljard aan schuld bij, waarmee het totaal stijgt naar $11,71 biljoen. Dat betekent dat we minder dan $1 biljoen verwijderd zijn van het record dat in het derde kwartaal van 2008 bereikt werd. Vooral autoleningen, creditcards en studentenleningen leverden dit jaar een grote bijdrage aan de toegenomen schuldpositie van Amerikaanse huishoudens, maar ook hypotheken waren in trek. Volgens Wilbert van der Klaauw, econoom bij de New York Fed, lijkt het erop dat de periode van schuldaflossing voorbij is en dat huishoudens weer meer durven te lenen.

    In het derde kwartaal steeg de totale hypotheekschuld in de VS met $35 miljard, de hoeveelheid studentenleningen met $8 miljard en het bedrag aan autoleningen met $29 miljard. Tegelijkertijd nam het aantal wanbetalingen heel iets toe, van 6,2% in het tweede naar 6,3% in het derde kwartaal. De volgende grafiek laat zien hoe de totale schuld van Amerikaanse huishoudens gegroeid is over de afgelopen tien jaar.

    total-debt-households-us

    Amerikaanse huishoudens nemen weer meer schulden op zich (Via Businessinsider)

  • Grafiek: De neergang van de middenklasse in de VS

    De top 0,1% van alle huishoudens heeft ongeveer evenveel vermogen als de 90% minst vermogende huishoudens, zo blijkt uit nieuw onderzoek van Saez en Zucman van de Londen School of Economics. De onderzoekers bestudeerden een grotere verscheidenheid aan bronnen dan eerdere studies en kwamen tot de conclusie dat de vermogensverdeling in de VS nog ongelijker is dan eerder werd aangenomen. Vanaf de Grote Depressie tot het einde van de Tweede Wereldoorlog groeide het aandeel van de middenklasse in de totale vermogenspositie, omdat de allerrijksten veel van hun vermogen zagen verdampen. Na de oorlog brak een goede periode aan voor de middenklasse, want het aandeel van de 90% groep in het totale vermogen van alle huishoudens nam in deze periode sterk toe.

    Vanaf begin jaren ’80 kwam een groter deel van het vermogen weer in handen van de top 0,1%. Hun vermogen groeide vanaf dat moment met 3,4% per jaar, tegenover slechts 0,7% voor de onderste 90%. De onderzoekers denken dat het oplopen van de schuldposities van middenklasse huishoudens debet is aan de vermogensdaling. Aanvankelijk groeide de waarde van het onderpand (voornamelijk vastgoed) mee met de schulden, maar door de huizenmarktcrash in 2006 en de aandelenmarktcrash in 2008 en 2009 is de verhouding tussen bezittingen en schulden fundamenteel uit het lood geslagen.

    Rijken worden weer rijker

    Uit het onderzoek blijkt dat de 16.000 rijkste families in de VS (de top 0,01%) een gemiddeld vermogen hebben van $371 miljoen en dat deze groep als geheel 11,2% van het totale vermogen in de VS in bezit heeft. Dat percentage is sinds 1916 niet zo groot geweest als nu, waaruit blijkt dat de allerrijksten goed uit de laatste crisis zijn gekomen. Het vermogen van de top 0,1% (160.000 families) is gemiddeld $73 miljoen, waarmee deze groep goed is voor 22% van het totale vermogen van alle Amerikaanse huishoudens. Dat is overigens precies het aandeel van het totale vermogen dat in handen is van de onderste 90%. De volgende grafiek van de Economist laat de vermogenspositie van de onderste 90% (lichtbruin) en de bovenste 0,1% van alle huishoudens (donkerbruin) zien.

    wealth-90-versus01percent

    Vermogens top 0,1% even groot als van de onderste 90% huishoudens (Bron: Economist)