Auteur: Redactie

  • US Mint verkocht in januari 150.000 troy ounce aan gouden munten

    De goede verkoopcijfers van de US Mint over de eerste maand van dit jaar staan haaks op de ontwikkeling van de goudprijs, want die zakte netto in januari. Er was ook geen sterke uitschieter naar boven of jaar beneden die als verklaring kan dienen voor de goede verkoopcijfers van de US Mint. Met 150.000 troy ounce aan gouden beleggingsmunten was deze januari maand de beste sinds 1999. In dat jaar werd een recordhoeveelheid van 281.000 troy ounce aan Gold Eagle munten aan de man gebracht.

    Ook de verkoop van zilveren munten liep hard, zo hard zelfs dat de US Mint twee weken lang geen nieuwe orders kon accepteren. Op 28 januari werd de verkoop weer hervat en begon het totaal aantal verkochte munten op het maandstaatje van de US Mint weer op te lopen. De teller is uiteindelijk gestopt op bijna 7,5 miljoen Silver Eagle munten, een nieuw record voor de US Mint.

    De sterke vraag naar gouden en zilveren beleggingsmunten bij de US Mint geeft aan dat er onder beleggers veel vraag is naar edelmetaal, als veilige haven in onzekere tijden en als bescherming tegen waardeverlies van 'papieren' beleggingsinstrumenten. Het enthousiasme voor goud en zilver onder beleggers vertaalt zich nog niet naar veel hogere prijzen. In dollars bleef de goud vlak en ging de zilverprijs wat omhoog.

    US Mint verkocht in januari 150.000 troy ounce aan gouden munten, het meeste sinds juli 2010

  • Doug Casey interviewt Peter Schiff

    Doug Casey interviewt Peter Schiff

  • ‘Er is geen tekort aan zilver’

    Vaak wordt beweerd dat zilver een grondstof is die binnen afzienbare tijd op zal raken. De ondergrondse voorraden zouden bij de huidige productie van zilvermijnen in 29 jaar volledig op zijn. In dit artikel proberen we uit te leggen waar de denkfout in deze analyse zit en waarom er helemaal geen tekort aan zilver is.

    In de video verwijst de maker naar het rapport van Ted Butler uit 2005, getiteld “Friendman’s Theory”. In dat rapport haalt Ted Butler data van de US Geological Survey (USGS) uit 2004. In dat rapport staat dat de wereldwijd bekende zilverreserves 570.000 ton (18 miljard troy ounce) groot zijn. Omgerekend naar de jaarlijkse mijnproductie van zilver komt Ted Butler tot de conclusie dat het er nog voor 29 jaar aan zilver in de grond zit. Op dat moment zou er theoretisch geen zilver meer in de grond zitten. Ook zou de bovengrondse voorraad tegen die tijd uitgeput zijn, waardoor Butler de conclusie trekt dat er op dat moment geen ondergronds en bovengronds zilver meer is.

    Reserves

    Deze conclusie is volgens de analist van ‘MomentsinTrading’ onjuist, want de USGS heeft zelf aangegeven dat de geschatte reserve van 570.000 ton niet hetzelfde is als de totale zilverreserve die in de aardkorst aanwezig is. MomentsinTrading maakt zelf een berekening op basis van eerder gepubliceerde informatie over de hoeveelheid zilver als percentage van de totale aardkorst. Als men daarvan uitgaat is er nog voor vele decennia of langer aan edelmetaal aanwezig in de aardbodem. De 570.000 ton waar Ted Butler naar gekeken heeft is alleen de door zilvermijnen geïdentificeerde reserve, die bij de huidige prijs ook economisch rendabel is om te winnen.

    Waar deze reserve van 570.000 ton geen rekening mee houdt is de hoeveelheid zilver die naar voren kan komen zodra zilvermijnen uitbreiden, de prijs verder stijgt en er nieuwe mijnen worden geopend. Naar verhouding is slechts een minimaal gedeelte van de totale hoeveelheid zilver die in de aardkorst aanwezig is aangemerkt als reserve. Als zilver als gevolg van schaarste echt in prijs zou stijgen zou de mijnproductie snel opgeschroefd worden. Dat is ook wat we feitelijk gezien hebben in de afgelopen tien jaar. Zilvermijnen halen steeds meer van het grijze edelmetaal uit de grond.

    In de video wordt ook informatie van zilvermijn Hecla gebruikt. Zij geven – net als andere zilvermijnen – aan dat de zilverreserves die ze in de boeken zetten steeds aan aanpassing onderhevig is. Als er een nieuwe laag met erts wordt aangeboord zal dat zich vertalen naar een uitbreiding van de gerapporteerde reserves.

    De reserve van 570.000 ton die de USGS in haar rapport heeft opgenomen blijkt ook van jaar op jaar herzien te kunnen worden. In 1999, 2000 en 2001 was de reserve 420.000 ton. Vanaf 2004 tot en met 2009 bleef de reserve gelijk op een veel hoger niveau van 570.000 ton. Michael George van de USGS schrijft het volgende over de definitie van reserves in relatie tot verschillende grondstoffen:

    “Reserves zijn een bewegend cijfer. Ieder jaar voegen we meer reserves toe aan het totaal, enerzijds door exploratie en anderzijds door expansie van bestaande mijnen. Reserves worden ook beinvloedt door de prijs, want bij een stijgende of dalende zilverprijs verandert ook de hoeveelheid commercieel winbare reserves. Technologische ontwikkelingen beinvloeden de reserves ook, door betere mijntechnieken kan de reserve groter worden.”

    1,4 biljoen ton zilver in de aarde?

    Volgens de USGS zit er gemiddeld 0,075 gram zilver per 1.000 kilo in de aardkorst, wat zich volgens de berekening van MomentsinTrading laat vertalen 1,4 biljoen ton zilver. Dat is heel veel meer dan de bekende reserves van 570.000 ton waar Ted Butler in zijn berekening van uitgaat. Als we de schattingen erbij pakken van de totale hoeveelheid zilver die reeds uit de grond gehaald is in de menselijke geschiedenis (40 tot 50 miljard troy ounce), dan zou men tot de conclusie kunnen komen dat er nog ruim voldoende in de aardkorst aanwezig is. Weliswaar kan slechts een gedeelte van dat edelmetaal met de huidige technieken uit de grond gehaald worden, maar de stelling van Ted Butler en Adrian Douglas dat al het ondergrondse zilver over 29 jaar of vanaf 2020 “op” zal zijn is dan een onhoudbare stelling.

    Ook kan men opmerken dat het zilver niet echt kan verdwijnen. Zolang we het niet de ruimte in schieten of de samenstelling met chemicaliën of iets dergelijks aanpassen zal het metaal gewoon op de aarde aanwezig blijven. Weliswaar is het verwerkt in verschillende industriële toepassingen of producten, maar het is dan nog niet “weg”.

    Aanbod zilver neemt toe

    De cijfers van Thomson Reuters GFMS laten zien dat de wereldwijde zilverproductie per jaar tussen 2003 en 2012 met bijna 200 miljoen troy ounce is toegenomen. Over diezelfde periode nam ook de vraag naar zilver voor industriele toepassingen toe, van iets meer dan 350 miljoen troy ounce in 2003 naar iets meer dan 450 miljoen troy ounce in 2012. Het percentage van het totale aanbod dat gebruikt wordt door de industrie zakte van 94% in 2002 naar minder dan 70% in 2012. Waar gaat de rest van dat zilver heen? Dat legt MomentsinTrading uit in een andere video die op 14 januari dit jaar werd gepubliceerd.

    Net implied investment

    De vraga naar zilver is onder te verdelen in een aantal categorieën, zoals industriële toepassing, fotografie, juwelen, zilverwaar en ‘munten en medailles’. Onder die laatste categorie vallen de bekende zilveren beleggingsmunten zoals de Amerikaanse Silver Eagle, de Canadese Maple Leaf, de Mexicaanse Libertad enzovoorts. Deze vraag is samengevoegd vaak niet gelijk aan het totale aanbod in het betreffende jaar. Het verschil tussen deze twee cijfers wordt toegevoegd aan de categorie ‘Implied Net Investment’. Deze is positief als het aanbod van zilver groter is dan de vraag en negatief als de vraag groter is dan het aanbod.

    Als de vraag naar zilver uit de identificeerbare categorieen gelijk blijft en het aanbod uit mijnproductie en recycling stijgt, dan betekent dat automatisch dat de positie ‘Implied Net Investment’ groter wordt. Stijgt de vraag naar zilver onder beleggers of vanuit de industrie harder dan het aanbod, dan daalt de positie Implied Net Investment juist. Kopen beleggers in een bepaald jaar veel meer zilveren beleggingsmunten, dan brengt dat de hoeveelheid Implied Net Investment dus omlaag. Volgens MomentsinTrading kan de feitelijke hoeveelheid zilver die beleggers jaarlijks kopen niet precies geteld worden. De zilverindustrie neemt gewoon aan dat het edelmetaal dat niet gebruikt is voor industriële toepassingen, juwelen, voor zilverwaar of voor het slaan van beleggingsmunten en dat dus ‘over’ is, gekocht is door beleggers.

    Overschotmarkt

    Daarom moet de hoeveelheid zilver die beleggers kopen ieder jaar net zo groot zijn als de som van ‘Implied Net Investment’ en ‘munten en medailles’, anders groeit de voorraad. Is de feitelijke hoeveelheid zilver die beleggers kopen groter dan deze twee posities, dan dalen de voorraden juist. De cijfers van het GFMS laten zien dat de vraag naar zilver in de industrie vlak is en dat het GFMS verwacht dat de vraag naar het edelmetaal in de toekomst zelfs wat kan dalen. Ondertussen blijft de mijnbouwproductie van het grijze metaal stijgen, wat betekent dat beleggers een steeds groter overschot aan zilver moeten absorberen om te voorkomen dat er zich voorraden opstapelen (en de prijs zakt).

    In onderstaande video laat MomentsinTrading zien dat het verschil tussen het aanbod van zilver (mijnbouw + recycling) van 2002 t/m 2012 sterk is toegenomen. Hoefden beleggers in 2002 samen nog maar 31,5 miljoen troy ounce zilver van de markt te halen (‘absorberen’) om de voorraadontwikkeling tegen te gaan, in 2012 was dat toegenomen tot 323,6 miljoen troy ounce. Kopen beleggers minder zilver dan die 323,6 miljoen troy ounce, dan ontstaat er een overschot in de markt. Kopen ze meer zilver, dan ontstaat er een tekort. Feit blijft dat beleggers een bepaalde hoeveelheid zilver moeten blijven kopen om de prijs op dit niveau te houden. En die hoevelheid is in de afgelopen tien jaar sterk gegroeid.

    Er is geen tekort aan zilver!

    De fysieke zilverbaren en munten die beleggers kopen worden ergens veilig opgeborgen, ze worden niet verbruikt. Deze substantiële hoeveelheid zilver blijft dus altijd ‘boven de markt hangen’. Het is de vraag wanneer dit zilver daadwerkelijk weer op de markt wordt aangeboden. Gebeurt dat op het moment dat de zilverprijs enorm stijgt, waardoor de mijnbouwproductie opgeschroefd wordt en beleggers winst zullen nemen? Of gebeurt dat als dat de economische crisis verder escaleert en zilverbeleggers hun zilver van de hand moeten doen om rond te komen? Is een dergelijk doemscenario waarschijnlijk? En is er feitelijk wel een schaarste in zilver dat zal zorgen voor een prijsopdrijvend effect? Dat zijn fundamentele vragen waar zilverbeleggers zich ook mee bezig zouden moeten houden.

    Er is geen tekort aan zilver

    Er is geen tekort aan zilver

  • ING: Een op de drie Europeanen heeft geen spaargeld

    De Belgische minister Vanackere van Financiën riep onlangs de spaarders van België op te gaan investeren in bedrijven. Die staan te springen om financiering, terwijl ze daarvoor ook nog eens meer rendement uitkeren dan een spaarrekening bij de bank. Maar uit onderzoek van ING blijkt dat een derde van de Europeanen helemaal geen spaargeld heeft. De Belgische spaarder heeft gemiddeld €20.000 op de bankrekening staan.

    De ING Bank deed onderzoek naar het spaargeld van Europeanen en voerde een studie uit onder 14.000 volwassenen in Oostenrijk, Tsjechië, Frankrijk, Duitsland, Italië, Luxemburg, Nederland, Polen, Roemenië, Slovakije, Spanke, Turkije, Groot-Brittannië en België. Hieruit kwam naar voren dat de minste spaarders in Roemenie zitten, daar bleek bijna de helft van de ondervraagden geen spaarrekening te hebben. In Luxemburg waren naar verhouding de meeste spaarders te vinden, 89% van de respondenten die daar wonen gaf aan een spaarrekening te hebben.

    De ontwikkeling van het spaarsaldo liet een daling zien in Spanje en Italië, waar respectievelijk 47 en 52 procent van de spaarders haar saldo de afgelopen twaalf maanden zagen dalen. In Turkije en in Groot-Brittannië kon de helft van de ondervraagden het afgelopen jaar meer geld opzij zetten op een spaarrekening dan voorheen.

    De Belgische krant De Morgen schrijft verder dat Nederlanders en Duitsers het meest gelukkig zijn met het saldo op hun spaarrekening. Respectievelijk 47 en 46 procent van de respondenten was tevreden over de hoeveelheid spaargeld op de bankrekening. Tsjechen, Italianen en Spanjaarden bleken de minst gelukkige spaarders te hebben.

    Voldoende spaargeld

    Verder laat het onderzoek van ING zien dat 49% van de ondervraagden van mening is dat hun spaargeld voldoende is om het drie maanden uit te zingen. Een bijna even grote groep van 47% denkt dat die termijn niet haalbaar is met hun gespaarde saldo. Opvallend is dat maar liefst 2/3 van de ondervraagden uit deze studie aangeeft dat ze in het afgelopen jaar minder geld konden uitgeven aan hobby’s, kleding en lichaamsverzorging dan daarvoor.

    Een op drie Europeanen heeft geen spaargeld

    Volgens studie van ING heeft een op de drie Europeanen geen spaargeld

  • WGC: Goud als versterking van een beleggingsportefeuille

    In een korte samenvatting van het vierde kwartaal en van het hele jaar 2012 schrijft de WGC dat de goudprijs voor het twaalfde achtereenvolgende jaar wist te stijgen in dollars. De goudprijs steeg in 2012 met 8,3% in dollars, terwijl de volatiliteit in de goudmarkt verder wegzakte. Ondanks de onzekerheid over het herstel van de wereldwijde economie en de soms tegenstrijdige berichtgeving zakte de geannualiseerde volatiliteit in dollars naar 11,5%, ver beneden het langetermijn gemiddelde van 16%. Het afgelopen kwartaal behoort tot de drie kwartalen die de afgelopen tien jaar de minste volatiliteit hebben laten zien in de goudprijs. Opvallend genoeg was ook de correlatie van goud met aandelen, obligaties en de Amerikaanse dollar in het vierde kwartaal kleiner dan in het vorige kwartaal en het vierde kwartaal van 2011.

    Prijs omlaag

    Goud werd in het vierde kwartaal een stuk goedkoper, zoals ook onderstaande grafiek laat zien. De daling is voor velen contra-intuitief, omdat er in deze periode veel nieuws was dat juist zou wijzen op een een stijging van de goudprijs. Zo kwam er in Japan een nieuwe regering onder leiding van Abe, die een strategie geformuleerd heeft om de waarde van de Japanse yen onderuit te drukken en de inflatie aan te jagen. Verder maakte de Federal Reserve bekend dat het meer geld zal bijdrukken (QE4) en werd de fiscal cliff uiteindelijk niet de ingrijpende bezuiniging die het moest worden. In India werd ondertussen de importheffing op goud verhoogd, een teken dat de vraag naar het edelmetaal daar groot is. Allemaal signalen die positief zouden zijn voor goud, maar de prijs ging omlaag. Van ongeveer $1.780 naar $1.660 per troy ounce (-6,7%) en van ongeveer €1.370 naar €1.250 per troy ounce (-10%).

    Het feit dat de goudprijs in euro’s harder omlaag ging dan in dollars heeft natuurlijk alles te maken met de wisselkoers. Onze munt sterkte aan ten opzichte van de dollar, waardoor we minder euro’s op tafel hoeven te leggen om een bepaald gewicht aan goud af te rekenen.

    Goudprijs ging in het vierde kwartaal van 2012 behoorlijk omlaag (Bron: WGC)

    Aandelen verslaan goud in 2012

    We hebben het eerder ook al eens aangestipt, maar 2012 was het jaar waarin goud het relatief slecht deed ten opzichte van aandelen. De Amerikaanse aandelen gingen in het vierde kwartaal weliswaar ook iets omlaag (-0,2%), maar wisten over heel 2012 een rendement te behalen van 16,1%. Dat is bijna het dubbele van de 8,3% die goud haalde in dollars in het afgelopen jaar. Aandelen in opkomende markten deden het nog iets beter, deze gingen (omgerekend in Amerikaanse dollars) met 17,4% omhoog in 2012. Het afgelopen jaar waren grondstoffen de hoek waar men alleen aan de volatiliteit kon verdienen, want netto stegen deze in 2012 slechts met 0,1% in prijs.

    Aandelen leverden meer rendement op dan goud in 2012 (Bron: WGC)

    Correlatie goud

    Onderstaande grafiek laat de correlatie van goud met de dollar, grondstoffen, obligaties en aandelen zien. Zoals u kunt zien was de correlatie met vrijwel al deze assets (behalve grondstoffen), lager dan in Q3 2012 en het laatste kwartaal van 2011. De tweede grafiek laat zien hoe de volatiliteit van de verschillende valuta is toegenomen sinds het uitbreken van de financiele crisis.

    Goud heeft een positieve relatie met grondstoffen, en wereldwijde aandelen en obligaties en negatieve relatie met USD (Bron: WGC)

    Volatiliteit van zes belangrijke valuta voor en na de 2008 crash (Bron: WGC)

    Valuta risico

    De World Gold Council schrijft dat steeds meer beleggers en fondsen hun blik hebben geworpen op buitenlandse aandelenmarkten, omdat daar de laatste jaren meeste groei vandaan is gekomen. Ook hebben veel opkomende economieen zich beter staande gehouden na de crash van 2008. Toch is er een valutarisico waar aandelenbeleggers dan rekening mee moeten houden, want hoewel de dollar niet bepaald een sterke munt is zijn sommige lokale valuta nog veel zwakker. Onderstaande grafiek laar zien wat het procentuele rendement van aandelen in opkomende markten (paars) en ontwikkelde markten (roze) is in de lokale valuta (rechts) en in de Amerikaanse dollar (links). Bijna de helft van het rendement van het aandeel blijkt verklaard te worden doordat de lokale valuta verzwakt ten opzichte van de dollar. Beleggers dienen hier rekening mee te houden als ze een deel van hun portefeuille voor een langere termijn willen beleggen in ‘exotische’ aandelenmarkten.

    Rendement op aandelen in opkomende economieen in lokale valuta en omgerekend naar USD (Bron: WGC)

    Goudvraag per regio

    De goudvraag verschilt per regio sterk en deze grafieken uit het rapport van de World Gold Council brengen dat mooi in beeld. In 2011 werd 74% van de wereldwijde goudvraag gedreven door opkomende economieen en 26% door Europa, Noord-Amerika en de rest van de wereld. Dit is niet alleen vraag naar goud van centrale banken, maar ook van de lokale bevolking. Dat laat de tweede grafiek hieronder goed zien. Deze zet de goudvraag per hoofd van de bevolking in verschillende landen naast elkaar. De goudvraag wordt daaaast ook afgezet tegen het gemiddelde inkomen in het betreffende land. Met één wereldmarktprijs voor goud kunnen we concluderen dat Amerikanen naar verhouding tot hun enorme koopkracht heel weinig goud kopen, terwijl de mensen in India, Vietnam, Indonesie, China en Turkije, die naam dollars omgerekend véél minder koopkracht hebben, toch minstens zoveel goud kopen. In de VS hebben we het over iets meer dan 0,6 gram gekocht goud per hoofd van de bevolking, in Vietnam iets meer dan 1 gram. In Turkije en Thailand kocht de bevolking in 2011 gemiddeld ongeveer 1,7 gram goud. Hong Kong staat op eenzame hoogte, in deze stadsstaat werd gemiddeld ruim 4 gram per inwoner gekocht.

    Wereldwijde verdeling van de goudvraag in 2011 (Bron: WGC)

    Goudvraag per hoofd van de bevolking in verschillende landen, afgezet tegen inkomen in USD (Bron: WGC)

    Goud allocatie in de portefeuille

    De WGC vult talloze pagina’s van haar rapport met grafieken en analyses van het diversificeren van een beleggingsportefeuille met goud. Op zich niet vreemd, want hier valt nog een wereld te winnen. Veel vermogensbeheerders zijn nog niet overtuigd van het nut van fysiek goud in een beleggingsportefeuille, omdat goud een ietwat vreemde belegging is. Het metaal levert geen cashflow op, maar kost juist geld om verzekerd op te slaan. Toch weet de WGC aan de hand van een paar grafieken aan te tonen dat de toevoeging van goud aan de portefeuille kan helpen om schokken in het financiele systeem te absorberen. In economisch goede tijden is het rendement van goud misschien minder aantrekkelijk, maar bij grote volatiliteit en toenemende onzekerheid weet goud de verliezen te beperken. Een allocatie van 5% van de portefeuille in goud levert volgens de WGC al een lager risico op, zonder dat het ten koste gaat van het te verwachten rendement.

    Onderstaande reeks van grafieken geven een beeld van het effect dat goud heeft op een beleggingsportefeuille en hoe de goudprijs reageerde op een aantal beurscrashes uit het recente verleden. Over het algemeen kunnen we hierbij opmerken dat hoe groter de volatiliteit of de correctie op de beurs is, des te meer goud zich bewijst als een goede hedge tegen dalende aandelenkoersen.

    De prestaties van een beleggingsfonds in opkomende markten in crisistijd met en zonder valuta hedge (Bron: WGC)

    Correlatie van S&P 500 met goud in een rustige en een volatiele markt (Bron: WGC)

    Optimale goud toewijzing in beleggingsportefeuille onder deflatie en inflatie volgens WGC (Bron: WGC)

    Verbetering prestaties beleggingsportefeuille in VS, VK en EU met 5% goud allocatie (Bron: WGC)

    Prestaties van Japanse en Amerikaanse aandelen, obligaties en goud in een beurscrash (Bron: WGC)

    Verbetering van de prestatie van een beleggingsportefeuille door 5% allocatie in goud (Bron: WGC)

  • Grafiek: Overgewaardeerde beleggingen volgens de RSI-index

    De Relative Strength Index (RSI) meet het momentum van een prijsbeweging en kijkt daarbij zowel naar de snelheid als de omvang ervan. Deze index werd ontwikkeld door  J. Welles Wilder en kan een waarde hebben van minimaal 0 en maximaal 100. Traditioneel wordt een score van beneden de 30 aangemerkt als “oversold” (te veel verkocht) en een score van meer dan 70 als “overbought” (te veel gekocht). De RSI is een zeer populaire indicator, omdat technisch analisten er veel informatie uit kunnen halen en omdat de indicator vaak de prijsbodem kan aanwijzen.

    Onderstaande grafiek is afkomstig van het blog 'Global Macro Monitor' en is gebaseerd op prijsinformatie van 25 janauri 2013. Klik op de grafiek voor een grotere (leesbare) versie.

    Verschillende beleggingen gemeten naar hun RSI waarde (Bron: Global Macro Monitor)

  • US Mint verkoopt recordaantal Silver Eagle munten in januari

    De grote vraag naar zilveren beleggingsmunten laat zien dat het sentiment in de zilvermarkt weer wat positiever is geworden, ondanks het feit dat de prijs van het edelmetaal in het afgelopen jaar netto vrijwel niet van haar plek gekomen is. Op het moment van schrijven geeft de website van de US Mint aan dat er al 7,42 miljoen Silver Eagle munten verkocht zijn, meer dan de 6.107.000 verkochten munten in januari vorig jaar en ook meer dan de 6.422.000 verkochte zilveren munten in de eerste maand van recordjaar 2011.

    Als beleggers de rest van dit jaar even enthousiast blijven over zilver kan 2013 wel eens een recordjaar worden. In 2011 werden er bijna 40 miljoen Silver Eagle munten van 1 troy ounce verkocht, waarmee deze beleggingsmunt alleen in 2011 al ruim 5% van de jaarlijkse zilverproductie van ongeveer 760 miljoen troy ounce voor haar rekening nam.

    Als we verder terugkijken in de geschiedenis zien we dat de verkoop van 7,42 miljoen troy ounce zilver in de eerste 30 dagen van dit jaar al groter is dan de totale verkoop van deze munten in de jaren van 1992 t/m 1998. Op basis van de ontwikkeling van de laatste jaren zou men kunnen concluderen dat zilver steeds schaarser wordt. Toch zien we dat nog niet terug in verder stijgende prijzen of langere levertijden van het edelmetaal.

    US Mint Silver Eagle van 1 troy ounce puur zilver

    US Mint verkoopt vrijwel even veel goud als zilver

    Als we de verkopen van 7,42 miljoen troy ounce aan Silver Eagle munten afzetten tegen de totale verkoop van gouden munten biuj de US Mint in diezelfde periode, dan kunnen we de conclusie trekken dat beleggers nog steeds evenveel geld omzetten in goud als in zilver. In januari staat de teller bij de US Mint op 140.000 troy ounce, wat wil zeggen dat er 53x zoveel volume aan zilveren munten verkocht werd. Over heel januari was goud ongeveer 53x zo duur als zilver, dus in dollars of euro's werd er van beide edelmetalen evenveel afgenomen.

    US Mint verkocht in januari 2013 meer Silver Eagles dan in verschillende jaren voor het milllenium

  • Grafiek: Consumentenvertrouwen VS tegenover S&P 500

    Het consumentenvertrouwen staat al enkele maanden onder druk en kwam in januari veel lager uit dan economen hadden verwacht. In plaats van een score van 64 punten kwam het cijfer uit op 58,6, de laagste stand sinds november 2011. Reuters schrijft dat de zorgen omtrent de fiscal cliff nog niet geheel verdwenenen zijn, omdat er over veel bezuinigingen nog opnieuw onderhandeld moet worden. Daaaast zijn er al enkele belastingverhogingen doorgevoerd die het consumentenvertrouwen aangetast hebben.

    Andere cijfers die Reuters aanhaalt laten zien dat Amerikanen somberder zijn geworden over het vinden van een baan. Tegelijkertijd verwachten ze ook dat de prijzen de komende twaalf maanden harder zullen stijgen. Uit een enquete bleek dat Amerikanen een inflatie van 5,7% verwachten over de komende twaalf maanden, tegenover 5,6% bij een eerdere meting. Dat cijfer is trouwens meer dan dubbel zo hoog als de officiële inflatie, een opmerkelijke constatering.

    Ondertussen lezen we steeds meer optimistische berichten over het beleggen in Amerikaanse aandelen. Deze twee ontwikkelingen samen leveren de volgende opzienbarende grafiek op.

    Amerikaanse consumentenvertrouwen omlaag, beurs omhoog (Bron: Soberlook)

  • Zwitserse banken willen minder goud opslaan voor klanten

    UBS en Credit Suisse, die samen de markt voor fysiek goud in Zurich domineren, hebben een eerste stap gezet om het aanhouden van goud bij de bank te ontmoedigen. Zo verhogen ze de kosten die ze aan klanten in rekening brengen voor de opslag van hun goud. Door de hogere kosten proberen de banken vermogende klanten – waaronder andere banken, hedgefondsen en institutionele beleggers – aan te sporen het goud in eigen beheer te nemen. He kan dat nog steeds veilig opgeslagen worden bij de banken, maar dan in zogeheten 'allocated accounts'. In die situatie heeft iedere klant zijn of haar goudbaren apart op naam staan en functioneert de bank alleen als bewaker van het gele edelmetaal.

    Basel III

    Onder de meer gebruikelijke 'unallocated accounts', waarbij er geen specifieke goudbaren op naam gezet worden, verschijnt het goud in de kluis op de balans van de banken. Daar moeten banken als UBS en Credit Suisse weer een zekere hoeveelheid 'kapitaal' als 'reserve'  tegenover zetten. Het klinkt misschien gek: goud dat conform de regels van Basel III voor een fractie gedekt moet worden met bijvoorbeeld schuldpapieren. Toch is dat de feitelijke situatie waar de Zwitserse banken mee geconfronteerd worden.

    De Zwitserse banken worden, net als hun concurrenten elders in de wereld, door toezichthouders onder druk gezet om hun kapitaalintensieve activiteiten af te bouwen in de aanloop naar de introductie van de Basel III regels.

    Mensen die volgens de Financial Times vertrouwd zijn met de visie van de banken zeiden dat de hogere kosten voor deze 'unallocated accounts' onderdeel zijn van een groter plan om de totale balansomvang te verkleinen. “Als het goud op de balans staat zorgt dat voor kosten en als er hogere kosten voor in rekening worden gebracht moeten we die transparant maken voor onze klanten”, zo lichtte iemand toe die vertrouwd is met de situatie. De kosten die de banken in rekening brengen zijn per klant verschillend, maar gemiddeld genomen zou het gaan om een verhoging van de opslagkosten met ongeveer 20%. Momenteel zouden de kosten voor het in bewaring brengen van goud bij de bank ongeveer 0,05 tot 0,1 procent van de waarde van het goud moeten kosten.

    Credit Suisse

    Credit Suisse weigerde een toelichting te geven op de hogere kosten voor het in bewaring geven van goud, maar ze kon wel bevestigen dat de kosten voor edelmetaalrekeningen voor financiele instellingen worden aangepast. UBS wilde helemaal geen commentaar leveren over dit onderwerp.

    Hogere opslagkosten zijn volgens de Financial Times de laatste tekenen van spanning in de Zwitserse bankensector, die wordt 'belast' door beleggers en spaarders die op zoek zijn naar een veilige haven voor hun vermogen. Afgelopen maand besloten UBS en Credit Suisse de rente op hun korte termijn spaarrekeningen in negatief terrein te brengen, in een poging de instroom van kapitaal vanuit het buitenland te ontmoedigen.

    De nieuwste maatregel veroorzaakt veel roering onder handelaren in de financiele wereld, gezien de significantie van Zwitserland als knooppunt voor de handel in fysiek goud. Het schept volgens kenners van deze sector ook kansen voor concurrerende banken, die zouden namelijk overwegen nieuwe kluizen te bouwen in Zwitserland om te profiteren van de nieuwe situatie.

    Verschuiving van 'unallocated' naar 'allocated' accounts

    Sommige vermogende klanten zijn aan het begin van de financiele crisis al begonnen met het overplaatsen van goud van een zogeheten 'unallocated' naar een 'allocated account'. Dat brengt overigens hogere opslagkosten met zich mee, maar een belangrijk verschil is dat het  goud dat apart op naam ligt in een 'allocated account' beschermd is in het geval een bank omvalt. Wie in Zwitserland spaart via een zogeheten goudrekening ('unallocated') heeft geen bescherming van het vermogen bij het omvallen van een bank.

    “Banken zijn zo scherp geweest om het goud van hun klanten weg te halen uit niet-toegewezen posities en deze over te brengen naar posities die wél toegewezen zijn”, aldus Philip Klapwijk van onderzoeksbureau Thomson Reuters GFMS. “We hebben een fase gehad waarin deze trend gedreven werd door vermeend kredietrisico [na het faillissement van Lehman Brothers]. Maar deze keer wordt de trend gedreven door de banken zelf, die tegen klanten zeggen: “Verplaatst dit goud naar een toegewezen positie zodat het niet langer op onze balans staat”.”

    UBS heeft haar klanten in de afgelopen maanden aangespoord om goud onder te brengen in zogeheten “collective pool account”, kort gezegd een collectieve verzameling fysiek goud waar iedere deelnemer een aandeel in heeft. Dit is volgens UBS een financieel instrument dat direct bezit van een goudbaar garandeert namens een aantal klanten. Door het goud van verschillende klanten samen te brengen en te groeperen kan de logistieke complexiteit beperkt worden van het tellen en bij elkaar zoeken van specifieke goudbaren en munten.

    Bron: CNBC

    Zwitserse banken als UBS en Credit Suisse willen goud van balans halen omwille van kapitaaleisen Basel III

  • Exclusief: Geschiedenis Duitse goudvoorraad vanaf 1951

    De tabel staat op de website van de Bundesbank en de cijfers over 2012 komen precies overeen met de omvang van de Duitse goudreserve zoals die op het lijstje van de World Gold Council staat. In de tabel staan de hoeveelheden genoteerd in aantal troy ounce. Een simpele rekensom leert dat we deze getallen door 32.150 moeten delen om het aantal tonnen goud te krijgen.

    De officiële goudreserve van Duitsland is 3391,3 ton groot. Daarvan ligt ongeveer 1536 ton bij de New York Fed, 445 ton bij de Bank of England, 374 ton bij de Franse centrale bank en 1036 ton in de kluis van de Duitse Bundesbank zelf. Klik op onderstaande grafiek voor een grotere versie die ook goed leesbaar is. De link naar deze data vond ik op het Goudstudieforum.

    Ontwikkeling Duitse goudvoorraad sinds 1951

    Duitse goudvoorraad sinds 1951, klik voor een grotere versie (Bron: Bundesbank)

    Goudswaps en goudleasing

    Wie de datasheet goed bekijkt, ziet dat er van 1979 t/m 1997 goud werd ‘geswapped’ door de Duitse centrale bank. Van 1997 t/m 2007 werd er juist veel goud “geleased”. Beide activiteiten hebben geholpen om de prijs van het edelmetaal te onderdrukken. Daar is de Bundesbank na 2007 mee gestopt. Dit werd onder andere opgemerkt door @darenpa72 op twitter.

     

     

  • Spanje scoort hoog op de Misery Index

    Bloomberg heeft een illustratie gemaakt van de tien landen met de hoogste score op de 'Misery Index'. Het land scoort hoger dan Venezuela, Griekenland, Kroatie (~26%) en Zuid-Afrika (29%) en veel hoger dan bijvoorbeeld Argentinie, Portugal, Slowakije, Egypte en Ierland (16-18%). Er zal geen twijfel over bestaan dat het in Spanje echt crisis is, maar of de misère daar echt groter is dan in een land als Zuid-Afrika of Egypte valt te betwijfelen.

    De Misery Index kent verschillende variaties, die later bedacht zijn door diverse economen. De vooaamste kritiek op de originele Misery Index is haar oversimplicifatie. Een procent stijging van de inflatie wordt even zwaar gewogen als een procent stijging van de werkloosheid, terwijl economen het er waarschijnlijk over eens zullen zijn dat laatstgenoemde een veel grotere impact heeft op de gemiddelde levensstandaard en de omvang van de misère dan een procentpunt meer inflatie.

    Bron: Zero Hedge

    Top 10 'Misery Index' (Bron: Bloomberg, via Zero Hedge)