Auteur: Redactie

  • China importeert aanzienlijk meer goud in eerste kwartaal 2012

    Vooral in maart werd er naar verhouding veel goud geïmporteerd via Hong Kong, de gebruikelijke doorvoerhaven voor goud dat richting het vasteland van China gaat. Bloomberg bericht dat er in het hele eerste kwartaal van 2012 voor in totaal 135.529 kilogram aan goud werd ingevoerd, tegenover slechts 19.729 kilo in diezelfde periode een jaar eerder. In maart 2012 kwam de import uit op 62.913 kilogram, tegenover 39.668 in februari en 32.948 kilogram in de eerste maand van dit jaar. In maart van 2011 werd er nog maar 9.166 kilogram goud geimporteerd, iets meer dan 14% van het niveau in maart 2012.

    De sterk toegenomen vraag naar goud hangt volgens Bloomberg samen met de groeiende Chinese economie, waardoor meer Chinezen goud kunnen veroorloven. Daaaast heeft de overheid maatregelen genomen om de speculatie in vastgoed in te perken, waardoor er mogelijk meer geld werd omgezet in fysiek goud. China kent ook nog steeds een negatieve reële rente, wat eveneens een ondersteunende factor is voor de goudmarkt. De officiële inflatie in China kwam in maart uit op 3,6% (geannualiseerd), een percentage dat nog altijd hoger ligt dan de rentevergoeding op een spaarrekening.

    Het is niet duidelijk hoeveel goud de Chinese centrale bank precies aanhoudt als reserve, want die cijfers werden twee jaar geleden voor het laatst vrijgegeven. Het ligt in de lijn der verwachting dat China veel goud aan haar reserves blijft toevoegen, want naast de groeiende import van goud vanuit het buitenland is China zelf ook een grote producent van het edelmetaal. In 2011 was het zelfs de grootste ter wereld, met 13,1% van de wereldwijde goudproductie. Het is aannemelijk dat ook een groot deel van de binnenlandse goudproductie in eigen land blijft, anders zou er immers ook niet zoveel geïmporteerd worden via Hong Kong.

    Volgens Liang Ruian van Pinpoint Investment Consulting Ltd. in Beijing zal de zomerperiode indicatief zijn voor de vraag naar goud in China. De zomer is traditioneel een relatief zwak seizoen voor goud, maar als er ook in deze periode een groei is ten opzichte van vorig jaar geeft dat aan dat de vraag naar goud in China veerkrachtig en sterk is.

    Volgens data van het World Gold Council was de Indiase vraag naar goud vorig jaar 933,4 metrische ton (inclusief beleggingsgoud en sieraden), tegenover 769,8 ton in China. Als de behoefte aan goud in China het hele jaar zo sterk blijft als in het eerste kwartaal kan het de koppositie van India oveemen. In het vierde kwartaal van 2011 was de Chinese markt al groter dan die van India, een verschijnsel dat zich in het eerste kwartaal van 2009 voor het laatst heeft voorgedaan (zie eerste afbeelding).

    Bron: Thompson Reuters, GFMS, World Gold Council

    China werd in 2008 de grootste goudproducent ter wereld, maar was dat in 2011 nog steeds (Bron afbeelding: Casey Research)

  • Goud en zilver daily report (08-05-2012)

     

    Goud noteert op het moment van schrijven een verlies van 2,06% op $1605,80  per troy ounce. Uitgedrukt in euro’s noteert goud een verlies van 1,55% op €1234,28 per troy ounce.

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Zilver noteert op het moment van schrijven een verlies van 2,04% op $29,47 per troy ounce. Uitgedrukt in euro’s noteert zilver een verlies van 1,58% op €22,62 per troy ounce. 

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Goud en zilver hadden het vandaag erg zwaar en noteren beiden forse verliezen. Goud staat momenteel op zijn laagste prijs sinds begin dit jaar en ook zilver sloot voor het eerst sinds januari onder de $30. Beleggers waren vandaag over het algemeen zeer slecht gestemd, vooral de Europese beurzen noteerden dinsdag verliezen van tussen de 1% en 2%. Vooaamste reden is de toenemende zorg rondom Griekenland. Vandaag verklaarde de oppositieleider van de Griekse links-radicale partij de onlangs afgesproken bezuinigingen ongeldig. Mocht dit daadwerkelijk gebeuren, dan is de uitzetting van Griekenland uit de euro nabije toekomst.

    De scherpe dalingen van vandaag werden tevens versterkt door de technische niveaus die de edelmetalen doorbraken vandaag.  Goud toonde eerder veel weerstand op $1613,00 maar doorbrak dat vandaag, tevens zakte het edelmetaal kort onder de psychologische grens van $1600,00 maar herstelde zich snel. Zilver doorbrak vandaag de $30 grens, dit is vooral psychologisch gezien een belangrijke barrière. Het edelmetaal zal sterkte tonen wanneer het de komende week boven de $30 kan eindigen. De technische analyses spreken op de korte termijn in het nadeel van beide edelmetalen. Fysieke vraag uit China en India kan dit eventueel tegenwerken, in India staat namelijk het trouwseizoen voor de deur en er is een belangrijke accijns op sierraden afgeschaft. China blijft grote hoeveelheden goud importeren en steunt daarmee de goudprijs.

    Door de toegenomen onrust binnen de EU noteerde de euro vandaag ongeveer 0,5% lager tegenover de dollar. Een sterke dollar is ongunstig voor de prijzen van goud en zilver, uitgedrukt in euro’s is het juist gunstig en beide edelmetalen noteren dan ook kleinere verliezen. Ook de prijs van ruwe olie daalde vandaag met meer dan 1%, dit is een negatief signaal voor de edelmetalen.

  • Iran accepteert Chinese renminbi in ruil voor olie

    Gisteren schreef Jaco er al een stukje over in de dagelijkse kost, omdat deze ontwikkeling past in een reeks van maatregelen die de hegemonie van de Amerikaanse dollar ondermijnen. Dat de sancties tegen Iran vooral averechts werken wordt steeds duidelijker. In januari sloten Iran en Rusland een deal om onderlinge transacties in de eigen valuta af te rekenen (in plaats van de US dollar) en later die maand werd ook bekend dat India en Iran achter de schermen hebben gewerkt aan een nieuw handelsakkoord waarmee Iraanse ruwe olie in goud afgerekend kan worden. In maart volgde onherroepelijk een waarschuwing van Amerika aan India, omdat het land niet meewerkte aan de sancties van de VS en Europa.

    Kort gezegd hebben de sancties tegen Iran nog niet het door Amerika gewenste effect gehad, in die zin dat Ahmadinejad niet stopt met het nucleaire programma. In plaats van mee te werken aan het olie-embargo kiezen Rusland, India en China er stuk voor stuk voor om hun afhankelijkheid van de Amerikaanse dollar te verkleinen, terwijl Iran bezig is om goud weer een rol te geven als alteatief voor de dollar.

    Olie voor renminbi

    De deal tussen Iran en China zou volgens ingewijden een omvang hebben van omgerekend $20 tot $30 miljard per jaar, waarvan een gedeelte in de vorm van 'barter' uitgevoerd zal worden (dus directe ruil zonder tussenkomst van een valuta). Jaco wees er gisteren al op dat dit kan duiden op een deal in termen van goud. In inteationaal betalingsverkeer is goud inderdaad een geschikt ruilmiddel, maar in de berichtgeving op The Financial Times word goud als ruilcomponent niet genoemd. De renminbi die Iran ontvangt voor de export van ruwe olie zal het land aanwenden om goederen te importeren vanuit China. Voor China heeft dit ook consequenties, want doordat het meer goederen in renminbi kan afrekenen hoeft het minder dollarreserves aan te houden. De bedragen zijn vooralsnog klein, maar de richting is in elk geval duidelijk.

    De ruwe olie die Iran naar China exporteert zal voor een groot deel via de Unipec handelstak van Sinopec lopen, het tweede grootste olieconce van China. Ook de Chinese handelsmaatschappij Zhuhai Zhenrong zal veel ruwe olie afnemen uit Iran. In ruil daarvoor gaat dit bedrijf Iran helpen bij nieuwe olieboringen. Amerika heeft Zhuhai Zhenrong eerder dit jaar verdacht van het exporteren van benzine naar Iran. Daarmee zou het bedrijf hulp verlenen aan Iran, dat zelf onvoldoende raffinagecapaciteit heeft om te voorzien in de eigen behoefte aan brandstoffen.

    Een bankier uit Dubia verklaarde tegenover The Financial Times dat de wereldwijde economische crisis de machtsverschuiving van west naar oost heeft versnelt: “Maatregelen zoals de sancties tegen Iran versterken de acceptatie van de renminbi in het inteationale betalingsverkeer.”

    Omwegen

    Omdat Iran grotendeels is afgesloten van het inteationale betalingsverkeer moet het land zich in verschillende bochten wringen om toch te kunnen handelen. Zo wordt het betalingsverkeer naar Iran grotendeels omgeleid via Russische banken, waar laatstgenoemde ook van profiteren door hoge kosten in rekening te brengen. Ook China profiteert van de moeilijke situatie waarin Iran verkeert, want het Chinese Sinopec krijgt de Iraanse olie voortaan tegen een zeer gunstige prijs aangeboden. Doordat China lagere prijzen kan afdwingen zal het weer meer olie gaan afnemen van Iran. In de eerste twee maanden van dit jaar was de afname van Iraanse ruwe olie een stuk minder, maar analisten verwachten dat de import van olie uit Iran weer zal aansterken gedurende dit jaar.

    China is de grootste afzetmarkt voor Iraanse olie (bron: Global Trade Atlas)

  • Iran importeerde in maart $480 miljoen goud uit Turkije

    Volgens de berichtgeving op Commodity Online is de waarde van de Iraanse rial de laatste maanden gestaag afgenomen ten opzichte van de Amerikaanse dollar. Was de officiële wisselkoers begin dit jaar nog 11.140 rial tegen $1, nu is dat al opgelopen naar 12.280 IRR. Dat is een devaluatie van ongever 10%. Volgens de Iraanse centrale bank was de inflatie eind maart 21,5%, maar volgens de Iraanse bevolking was de prijsinflatie nog veel hoger. Voedsel zou 50% tot 150% duurder zijn geworden ten opzichte van een jaar eerder, zo bericht Commodity Online.

    De exacte reden waarom Iran in maart zoveel goud heeft gekocht wordt niet genoemd. Het is aannemelijk dat Iran het goud beter kan gebruiken dan buitenlandse valuta, omdat het digitale betalingsverkeer met het buitenland toch al estig belemmerd wordt door de sancties van de VS en Europa. Met fysiek goud zijn deze barrières makkelijker te omzeilen. Ook is het begrijpelijk dat het land meer goudreserves wil hebben, nu haar valuta zo snel aan waarde verliest.

    Wisselkoers en inflatie

    In februari schreven we al over de hoge prijsinflatie in Iran, een gegeven dat niet volledig in beeld wordt gebracht door de officiële wisselkoers. Op de zwarte markt kreeg men begin dit jaar al veel minder dollars terug voor de Iraanse rial. Onderstaande grafiek brengt het verschil tussen de officiële wisselkoers en de zwarte markt in beeld. Op 24 januari kon $1 op de zwarte markt worden omgewisseld voor 24.000 IRR.

    Iraanse valuta verliest snel aan waarde, ondertussen importeert het land meer goud (Via: fool.com)

  • Goud en zilver daily report (09-05-2012)

    De koersdaling van goud is op het moment van schrijven 0,93%, voor zilver is het verlies 0,7% (beide in USD uitgedrukt). Dat is een stuk minder dan de verliezen van meer dan 2,1% die we gisteren op de borden zagen. Beide edelmetalen staan inmiddels al ruim een maand beneden met 200-daags gemiddelde, wat over het algemeen als een 'bearish' signaal wordt gezien. Het sentiment in de goud- en zilvermarkt is dan ook zwak, een constatering die ook John Hathaway van Tocqueville Asset Management bevestigt. De zwakte in de markt maakt goud en zilver gevoelig voor speculanten, die denken dat de koersen nog verder zullen dalen en die daar geld op inzetten. Turd Ferguson, die op zijn blog TFMetals technische analyse loslaat op goud en zilver, houdt er rekening mee dat de twee edelmetalen in deze fase nog verder weg kunnen zakken tot $1.450 voor goud en $22 voor zilver.

    We kunnen dergelijke prijsniveaus niet uitsluiten, maar we zijn er nog steeds van overtuigd dat de fundamentele factoren om fysiek goud en zilver te kopen even sterk zijn. Ook de centrale banken van China en Iran zijn van mening dat fysiek goud ondergewaardeerd is, want beide kochten in maart flink wat goud bij. Vooral de import van 135.529 kilo aan goud door China in het eerste kwartaal van 2012 moet de belegger in fysiek goud een steuntje in de rug geven. Zolang centrale banken netto goud aankopen en de reële rente in de grootste economiëen negatief blijft (dat wil zeggen dat de prijsinflatie hoger is dan de risicovrije rentevergoeding) blijft fysiek goud naar onze mening koopwaardig.

    Strateeg en analist John Embry van Sprott Asset Management verklaarde gisteren tegenover King World News dat het fiat geldsysteem op haar laatste benen loopt. Ondanks dat de vraag naar fysiek goud en zilver sterk is vinden er op de papieren termijnmarkt verdachte en contra-intuïtieve koersbewegingen plaats die de spotprijs verder omlaag drukken. John Embry constateert dat Amerika koste wat kost de status van de dollar als wereldreservemunt probeert te verdedigen, en daar hoort een onderdrukte goud- en zilverprijs bij. Embry verwacht dat deze koersdaling aan het eind van dit jaar vergeten zal zijn, omdat de koersen van de edelmetalen volgens hem dan veel hoger zullen staan.

    Goudprijs in USD

    Zilverprijs in USD

    Financiële markten

    Op de oliemarkt zagen we vandaag een verdeeld plaatje. De WTI olie zakte met 1% weg naar ongeveer $96,50 per vat, maar tegelijkertijd staat de Brent olie juist 0,42% hoger op $113,20 per vat. Ten opzichte van een paar maand geleden staat de olieprijs alweer meer dan 10% lager, wat doorgaans wijst op (de verwachting van) een vertragende economie. De aandelenmarkten verloren vandaag ook weer wat aan terrein, terwijl de rentes op Duitse en Amerikaanse 10-jaars leningen verder wegzakten. De euro staat op moment van schrijven gelijk aan $1,2933.

    Rente op Duitse 10-jaars bunds zakt naar nieuw dieptepunt van ongeveer 1,5% (Bron: Bloomberg)

    Fysiek versus papier

    De volatiliteit van de goud- en zilverprijzen is goed nieuws voor de beleggers die zo nu en dan wat fysiek metaal kopen, maar voor de beleggers die speculeren op het papiergoud en papierzilver zijn deze periodes van dalende koersen minder aangenaam. Onderstaande grafiek van Zero Hedge laat zien dat steeds meer beleggers uit de goud-ETF's stappen en hun vermogen omzetten in fysiek goud. Een belangrijke trendverschuiving die zeer waarschijnlijk niet meer gekeerd zal worden.

    Vraag naar fysiek goud stijgt ten koste van de goud-ETF's (Bron: Zero Hedge, WGC)

  • Verkoop gouden en zilveren Eagles bij US Mint in april flink lager

    De nieuwste data laat zien dat de US Mint in de maand april slechts 20.000 troy ounces aan gouden Eagle muntstukken verkocht heeft, tegenover 108.000 troy ounce in diezelfde maand van 2011. Dat is een daling van 81%, die in elk geval voor een gedeelte te verklaren is door de zwakke koersbeweging van goud. Met een prijs van ongeveer $1.700 per troy ounce staat het totale volume van de maand april gelijk aan $34 miljoen omzet. Door de kwakkelende koersen hebben potentiële kopers blijkbaar minder haast met kopen van edelmetalen. Ook zagen we vorig jaar in april een snel stijgende zilverprijs, waardoor het sentiment in de markt een stuk positiever was dan nu. De maandproductie van 20.000 troy ounce aan gouden muntstukken in april was overigens het laagste sinds juni 2008, bijna vier jaar geleden.

    Ook het aantal verkochte Silver Eagle muntstukken viel in april veel lager uit dan een jaar geleden, namelijk 1,52 miljoen troy ounces. Vorig jaar rolden er bijna 2,82 miljoen Silver Eagles van de band bij de Amerikaanse munt. Het is opmerkelijk dat mensen nu minder kopen dan in april van vorig jaar, want toen waren de prijzen veel hoger. Als het op beleggen aankomt lijken mensen anders naar prijzen te kijken dan wanneer ze consumeren. Als een nieuwe televisie of auto goedkoper wordt zijn we enthousiast en kopen we juist sneller, terwijl beleggingsobjecten zoals goud en zilver juist flink gekocht worden als de prijs gestegen is en blijven liggen als de koersen gezakt zijn. Een contraire belegger zou juist in een dalende of een kwakkelende markt zijn slag moeten slaan. Als de verkoop van Silver Eagles in dit lage tempo door gaat komt er een einde aan de alsmaar hogere verkoopaantallen sinds 2008 (zie grafiek).

    Vanaf het begin van dit jaar loopt het aantal verkochte Gold Eagle munten 43% achter op dezelfde periode van vorig jaar. Voor de zilveren munten liggen de verkoopaantallen cumulatief 24% lager dan in 2011. Onderstaande grafiek laat de productie van zilveren muntstukken bij de US Mint zien sinds 1986.

    Update [17:38]:

    De extreem lage verkoopaantallen die de US Mint heeft opgegeven voor de Gold Eagle munten blijken iets minder extreem dan gedacht, want in de eerste vier dagen van mei heeft de US Mint al 20.000 troy ounce aan gouden muntstukken verkocht. Desondanks is het totaal over 2012 nog steeds fors lager dan vorig jaar t/m deze periode. De verkopen van zilveren munten in mei zijn totnogtoe minder spectaculair.

    Verkkop gouden en zilveren eagles neemt toe
    Verkkop gouden en zilveren eagles neemt toe

    Verkoop Silver Eagle muntstukken van 1968 t/m 2011 (Bron: Knopers.net)

  • Amerikaanse bevolking kiest goud als beste lange-termijn belegging?

    De 1.016 willekeurig gekozen respondenten voor dit onderzoek werden in april telefonisch ondervraagd en zijn afkomstig uit alle vijftig staten van Amerika. De helft van de ondervraagden kreeg de vragenlijst voorgelegd waarin goud geen keuzemogelijkheid was en de andere helft een lijst waar dat wel kon. Waarom deze keus gemaakt is weten wie niet, want dat wordt ook in de toelichting niet duidelijk gemaakt. Het onderzoek, dat respondenten de vraag voorlegde wat op dat moment de beste lange-termijn belegging zou zijn, staat ook wel bekend als de 'Economy and Personal Finance Poll'. Deze peiling wordt jaarlijks gehouden en vormt daarmee een soort barometer voor de mening van het Amerikaanse volk.

    Door het beperkte aantal respondenten is het riskant om de gepresenteerde conclusies te generaliseren naar de mening van de totale Amerikaanse bevolking. De kans op afwijkingen is namelijk nog relatief groot bij een dergelijk klein dekkingspercentage van de totale populatie. De makers van deze peiling hebben de aantallen in de selectie afgestemd op de verhoudingen van de totale populatie, zodat de onderlinge verhoudingen tussen de groepen representatief zijn.

    Vergeleken met de vorige peiling van begin augustus 2011 heeft goud wel wat aan populariteit verloren, maar is het nog steeds de belegging waar de meeste respondenten de hoogste verwachting van hebben op de lange termijn. De daling van 34% voorkeur toen naar 28% nu zal ook deels te verklaren zijn door het feit dat de goudprijs toen veel hoger stond en snel aan het stijgen was. Met 28% van de voorkeursstemmen geven de respondenten aan de hoogste verwachting te hebben van goud als belegging, want andere beleggingsvormen als vastgoed, aandelen en spaarrekeningen volgen met respectievelijk 20% en twee maal 19%. Amerikanen hebben er weinig vertrouwen in dat staatsobligaties een goed rendement gaan geven, hiervoor kiest slechts 8% van de respondenten. Dat is overigens nog minder dan de 10% die in augustus nog voor deze langetermijn belegging koos.

    Verschillen

    De volgende tabel laat zien hoe hoog de verwachtingen zijn die verschillende bevolkingsgroepen hebben van de verschillende beleggingscategorieën. Hierbij valt op dat veel meer mannen dan vrouwen de voorkeur geven aan goud als aantrekkelijk beleggingsinstrument. Vrouwen zijn wat meer verdeeld en kiezen ongeveer evenveel voor elke categorie, waarbij met name de voorkeur voor geld op een spaarrekening opvalt.

    In de verschillende leeftijdscategorieen blijkt de jongste groep (18-34 jaar) een sterke voorkeur te hebben voor spaargeld op de bank (39%), terwijl de oudere groepen (35-54 jaar en 55+) juist meer richting goud bewegen als zijnde de beste lange-termijn belegging. Onder studenten is vastgoed nog steeds behoorlijk populair (30%), terwijl de mensen die geen hogere opleiding gevolgd hebben juist positief zijn over goud (35%). Van aandelen moet die laatste groep niet veel hebben (11%), maar spaargeld bij een bank is dan wel weer populair onder de lager geschoolde Amerikanen (24%). Tenslotte lijken de democratische kiezers een sterke voorkeur uit te spreken voor geld op een spaarrekening, terwijl republikeinse aanhangers en 'onafhankelijken' hun voorkeur uitspreken over goud.

    Verschuiving van voorkeuren

    De grafiek onderaan dit bericht laat de veranderingen over de afgelopen jaren zien. In 2002 was vastgoed erg populair met 50% voorkeursstemmen, maar in 2007 was het aantal mensen dat daaraan de voorkeur gaf in deze peiling al gezakt tot 37%. De populariteit van spaargeld op de bank bereikte in 2009 haar hoogtepunt en obligaties zijn in de laatste jaren nooit echt populair geworden onder de grote massa. De populariteit van aandelen lijkt in de pas te lopen met de beurskoersen, want na een dieptepunt in 2009 groeit het aantal respondenten met een voorkeur voor aandelen als lange-termijn belegging gestaag.

  • LIVE: ECB persconferentie om 14:30

    Update 1, het rentebesluit via de ECB:

    Tijdens zijn vergadering van vandaag, die plaatsvond in Barcelona, heeft de Raad van Bestuur van de ECB besloten dat het rentetarief voor de basisherfinancieringstransacties en de rentetarieven voor de marginale beleningsfaciliteit en de depositofaciliteit onveranderd zullen blijven op respectievelijk 1,00%, 1,75% en 0,25%.

    De President van de ECB zal de overwegingen die aan deze beslissingen ten grondslag liggen toelichten op een persconferentie die vandaag om 14.30 uur Midden-Europese tijd begint.

    Als voorschot op de persconferentie, het vlijmscherpe commentaar van onze SNS-correspondent:

    ..De mannen van de ECB hebben haar op de borst want de vergadering van vandaag vindt plaats in Barcelona. We raden ze aan voor de gelegenheid het driedelig grijs in te ruilen voor een volledige ijshockey uitrusting want het kan wel eens spannend worden.

    Nu de betonrot van de schuldencrisis na Griekenland nu ook de fundamenten van Spanje heeft bereikt wil niemand meer hoog wonen. Matthew Lynn, econometoot van Strategy Economics zegt openijk op CNBC dat een haircut van 50% nodig is om de spaanse economie weer vlot te trekken. Ja, als 1 op de vier spanjaarden geen werk heeft en 1 op de 2 jongeren zonder geregistreerd werk zit dan lijkt afbetalen van schulden erg moeilijk maar de politici horen we er niet over uiteraard. Niemand wil een Lakemannetje doen.

    De verwachting is dat de rente op de vandaag uit te geven 3 en 5 jaars emissies flink hoger moet. Op het slot van gisteren noteerden we 4.77% voor 5 jaar Spanje. Helemaal niet dramatisch als absoluut niveau, toch?  Om dat te illustreren kijken we naar de gemiddelde 5 jaars rente in Nederland vanaf 1983 (toen zijn we aan het schriftje begonnen) en zien een gemiddelde van 5.21% met een maximum van 9.31%. Mwah dan is 4.75% voor Spaanse schuld helemaal niet zo hoog, maar het probleem is dat de Duitse 5 jaars rente op 0.57% ligt. Kortom: de spaanse 5 jaars rente is ca 8x hoger dan in Duitsland.

    Op Reuters wordt gemeld dat de rente bij emissie (totaal 1.5-2.5Mrd) misschien wel een vol procent hoger moet zijn om voldoende kopers aan te trekken. Het zou kunnen, maar bij ons liggen er nog geen aanvragen tot dusver. Misschien zijn er ook mensen van het EFSF mee met de ECB naar Barcelona vandaag. Dan kunnen ze gelijk even langs het loket van uitgifte van de Tesoro. Aan haircuts doen ze toch niet mee. Da's alleen voor mensen/instellingen met echt geld in kas.

     

     

    Update 2. De volledige tekst van de toelichting via de ECB:

    Introductory statement to the press conference
    Mario Draghi, President of the ECB,
    Vítor Constâncio, Vice-President of the ECB,
    Barcelona, 3 May 2012

    Ladies and gentlemen, the Vice-President and I are very pleased to welcome you to our press conference. I would like to thank Goveor Feández Ordóñez for his kind hospitality and express our special gratitude to his staff for the excellent organisation of today’s meeting of the Goveing Council. We will now report on the outcome of today’s meeting of the Goveing Council, which was also attended by the Commission Vice-President, Mr Rehn.

    Based on our regular economic and monetary analyses, we decided to keep the key ECB interest rates unchanged. Inflation rates are likely to stay above 2% in 2012. However, over the policy-relevant horizon, we expect price developments to remain in line with price stability. Consistent with this picture, the underlying pace of monetary expansion remains subdued. Available indicators for the first quarter remain consistent with a stabilisation in economic activity at a low level. Latest survey indicators for the euro area highlight prevailing uncertainty. Looking ahead, economic activity is expected to recover gradually over the course of the year. At the same time, as we said previously, the economic outlook continues to be subject to downside risks.

    Inflation expectations for the euro area economy continue to be firmly anchored in line with our aim of maintaining inflation rates below, but close to, 2% over the medium term. Over the last few months we have implemented both standard and non-standard monetary policy measures. This combination of measures has helped both the financial environment and the transmission of our monetary policy. Further developments will be closely monitored, keeping in mind that all our non-standard monetary policy measures are temporary in nature and that we maintain our full capacity to ensure medium-term price stability by acting in a firm and timely manner.

    Let me now explain our assessment in greater detail, starting with the economic analysis. Available indicators for the first quarter remain consistent with a stabilisation in economic activity at a low level. Latest signals from euro area survey data highlight prevailing uncertainty. At the same time, there are indications that the global recovery is proceeding. Looking beyond the short term, we continue to expect the euro area economy to recover gradually in the course of the year, supported by foreign demand, the very low short-term interest rates in the euro area, and all the measures taken to foster the proper functioning of the euro area economy. However, remaining tensions in some euro area sovereign debt markets and their impact on credit conditions, as well as the process of balance sheet adjustment in the financial and non-financial sectors and high unemployment, are expected to continue to dampen the underlying growth momentum.

    As we said previously, this economic outlook continues to be subject to downside risks, relating in particular to an intensification of tensions in euro area debt markets and their potential spillover to the euro area real economy, as well as to further increases in commodity prices.

    Euro area annual HICP inflation was 2.6% in April 2012, according to Eurostat’s flash estimate, after 2.7% in the previous four months. Inflation is likely to stay above 2% in 2012, mainly owing to increases in energy prices, as well as to rises in indirect taxes. On the basis of current futures prices for commodities, annual inflation rates should fall below 2% again in early 2013. In this context, we will pay particular attention to any signs of pass-through from higher energy prices to wages, profits and general price-setting. However, looking ahead, in an environment of modest growth in the euro area and well-anchored long-term inflation expectations, underlying price pressures should remain limited.

    Risks to the outlook for HICP inflation rates in the coming years are still seen to be broadly balanced. Upside risks pertain to higher than expected commodity prices and indirect tax increases, while downside risks relate to weaker than expected developments in economic activity.

    The monetary analysis indicates that the underlying pace of monetary expansion has remained subdued, with somewhat higher growth rates in the past few months. The annual growth rate of M3 was 3.2% in March 2012, compared with 2.8% in February. Since January we have observed a strengthening in the deposit base of banks.

    The annual growth rates of loans to non-financial corporations and loans to households (adjusted for loan sales and securitisation) stood at 0.5% and 1.7% respectively in March, both slightly lower than in February. The volume of MFI loans to non-financial corporations and households remained practically unchanged compared with the previous month.

    Money and credit data up to March confirm a broad stabilisation of financial conditions and thereby, as intended by our measures, the avoidance of an abrupt and disorderly adjustment in the balance sheets of credit institutions. In this context, the April bank lending survey indicates that the net tightening of credit standards by euro area banks declined substantially in the first quarter of 2012 as compared with late 2011, for both loans to non-financial corporations and loans to households, also on account of improvements in funding conditions for banks. As also indicated in the bank lending survey, the demand for credit remained subdued in the first quarter of 2012, reflecting weak economic activity and the ongoing process of balance sheet adjustment in non-financial sectors. The full supportive impact of the Eurosystem’s non-standard measures will need time to unfold and to have a positive effect on the growth of loans when demand recovers. In this context, it should be noted that the second three-year longer-term refinancing operation was only settled on 1 March 2012.

    Looking ahead, it is essential for banks to strengthen their resilience further, including by retaining eaings. The soundness of banks’ balance sheets will be a key factor in facilitating both an appropriate provision of credit to the economy and the normalisation of all funding channels.

    To sum up, the economic analysis indicates that price developments should remain in line with price stability over the medium term. A cross-check with the signals from the monetary analysis confirms this picture.

    It is of utmost importance to ensure fiscal sustainability and sustainable growth in the euro area. Most euro area countries made good progress in terms of fiscal consolidation in 2011. While the necessary comprehensive fiscal adjustment is weighing on near-term economic growth, its successful implementation will contribute to the sustainability of public finances and thereby to the lowering of sovereign risk premia. In an environment of enhanced confidence in fiscal balances, private sector activity should also be fostered, supporting private investment and medium-term growth.

    At the same time, together with fiscal consolidation, growth and growth potential in the euro area need to be enhanced by decisive structural reforms. In this context, facilitating entrepreneurial activities, the start-up of new firms and job creation is crucial. Policies aimed at enhancing competition in product markets and increasing the wage and employment adjustment capacity of firms will foster innovation, promote job creation and boost longer-term growth prospects. Reforms in these areas are particularly important for countries which have suffered significant losses in cost competitiveness and need to stimulate productivity and improve trade performance.

    In this context, let me make a few remarks on the adjustment process within the euro area. As we know from the experience of other large currency areas, regional divergences in economic developments are a normal feature. However, considerable imbalances have accumulated in the last decade in several euro area countries and they are now in the process of being corrected.

    As conces the monetary policy stance of the ECB, it has to be focused on the euro area. Our primary objective remains to maintain price stability over the medium term. This is the best contribution of monetary policy to fostering growth and job creation in the euro area.

    Addressing divergences among individual euro area countries is the task of national govements. They must undertake determined policy actions to address major imbalances and vulnerabilities in the fiscal, financial and structural domains. We note that progress is being made in many countries, but several govements need to be more ambitious. Ensuring sound fiscal balances, financial stability and competitiveness in all euro area countries is in our common interest.

    We are now at your disposal for questions.
    European Central Bank
    Directorate Communications
    Press and Information Division
    Kaiserstrasse 29, D-60311 Frankfurt am Main
    Tel.: +49 69 1344 7455, Fax: +49 69 1344 7404
    Inteet: http://www.ecb.europa.eu

    Reproduction is permitted provided that the source is acknowledged.

  • Indonesië wil 50% exportbelasting op erts van goud, zilver en koper

    Indonesië had in 2009 een koperproductie van 950.000 metrische ton, waarmee het behoort tot de top 5 van landen met de grootste koperproductie. Ook komt er veel goud uit Indonesië, want in 2011 nam het land 4,4% van de wereldwijde productie voor haar rekening. In zilverproductie is Indonesië minder groot, want volgens het Silver Institute nam Indonesië in het jaar 2011 wereldwijd de 18e plaats in met een productie van 6 miljoen ounces. Uit deze cijfers blijkt dat het land een belangrijke leverancier is voor de wereldwijde markt.

    De voorgestelde heffing moet het geëxporteerde erts van verschillende metalen 20 tot 50 procent duurder maken, waardoor het voor de mijnbouwbedrijven moeilijker wordt om hun ruwe product tegen een goede prijs aan te bieden op de wereldwijde grondstoffenmarkt. In plaats daarvan worden mijnbouwbedrijven in Indonesië gestimuleerd om hun erts te leveren aan smelterijen in eigen land, zodat er meer werkgelegenheid wordt gecreëerd.  In februari maakte het Indonesische ministerie van energie en grondstoffen al bekend dat het alle mijnbouwbedrijven wil verbieden om na 7 mei nog ruwe erts te exporteren van goud, zilver, koper en andere metalen.

    Dit soort berichten maken opnieuw duidelijk dat  investeren in mijnbouwbedrijven heel iets anders is dan beleggen in fysiek goud of zilver. Investeren in een bedrijf omvat veel meer risico's, maar kan bij stijgende grondstoffenprijzen ook goede winstmarges opleveren. Anders dan een positie in fysiek goud, die geen risico heeft van een tegenpartij, is men voor de waardecreatie van een mijnbouwbedrijf afhankelijk van de kwaliteit van het management en de medewerkers van het bedrijf, de overheid en natuursinvloeden. De zekerheid die beleggers vinden in fysiek goud kan niet worden geboden door veel mijnbouwbedrijven. Door maatregelen van de overheid, stakingen of slechte weersomstandigheden kan hun winstmarge onder druk komen te staan of kan de productie belemmerd worden, wat invloed heeft op de mogelijkheden om waarde te creëeren voor aandeelhouders.

    Een goudmijn in Indonesië

  • Dagelijkse kost 2 mei 2012

    Nieuws uit Nederland

    Vastgoed => ‘asset price depreciation’ => economische contractie
    In het FD lezen we:

    Vier Duitse fondsen moeten mogelijk deze maand de deuren sluiten, waardoor nog eens € 1,4 mrd aan Nederlandse kantoren in de verkoop kan komen.

    Tja, dit was te verwachten. In 2009 schreef ik al dat Europa op koers ligt van ‘deflatie’. Nu is het zo dat de woorden deflatie en inflatie te pas en te onpas gebruikt worden en dat draagt bij aan de nodige verwarring. Zoals ik de term gebruik heeft het enkel en alleen betrekking op de uitstaande hoeveelheid geld- en krediet.

    In de context van vastgoed betekent deflatie dat de valse lucht die in de markt werd geblazen (=monetaire inflatie) uit het vastgoed loopt: de krediethoeveelheid ter (her)financiering van vastgoed neemt af. Daar waar kredietexpansie jarenlang zorgde voor ‘overinvestering’ (waarde onderpand > lening) is de beweging omgeslagen in ‘onderinvestering’ (waarde onderpand < lening). Dat heeft als gevolg dat er minder kredieten vloeien naar de financiering van vastgoed en in samenhang daarmee vastgoedprijzen dalen. Dit proces van overinvestering en onderinvestering zou je kunnen vergelijken met eb en vloed: die zijn niet tegen te houden, hooguit te anticiperen.

    Dat momenteel de kredietverstrekking voor vastgoed, zowel particulier als commercieel, stokt is over de hele linie duidelijk waaeembaar. En wat mij betreft is dat alleen maar goed omdat leningen die de reële waarde overtreffen niets anders duidelijk maken dat er sprake is van een misallocatie van kapitaal.

    Nog een laatste quote uit het FD:

    De komende twee weken wordt duidelijk of de fondsen met circa € 13 mrd aan vastgoed wereldwijd, waaronder de Nederlandse kantoren, zich moeten opheffen. Deelnemers mochten twee jaar lang niet uitstappen als gevolg van de crisis. De Duitse wet schrijft voor dat een fonds na die tijd open moet, of moet liquideren.

    Zo! Dat is nog eens prudente wetgeving.

    Wie belegt heeft in giftig afval – en giftig afval heeft als vanzelfsprekend betrekking op het gigantische overschot aan Nederlands commercieel vastgoed (er is voor 47 miljoen Nederlanders aan kantoorruimte) – dan moeten beleggers die deze bouwwoede gefinancierd hebben, op de figuurlijk blaren zitten: zij hebben hun billen gebrand.

    Uiteraard zoeken beleggers naar manieren om dat niet te hoeven doen en willen banken en politiek dat liever ook niet (banken zien hun vastgoedportefeuille in kwaliteit drastisch afnemen met verliezen als resultaat; de overheid ziet haar belastinginkomsten dalen als gevolg van lagere vastgoedprijzen), maar het uitstellen van het nemen van verliezen, vergroot die verliezen alleen maar: kapitaal wordt en blijft aangewend worden voor investeringen die verlieslatend zijn!

    De Duitse wetgever breekt met de mogelijkheden om verliezen boekhoudkundig in stand te houden. Daarmee dwingt Duitsland af dat de verliezen door beleggers genomen worden. Dat gaat in tegen de automatische reflex om de verliezen te beperken en die uit te smeren over de jaren voor ons, wetende dat dat gepaard gaat met hogere kosten. En bovendien geldt dat er verhinderd wordt dat de markt zich kan herstellen.

    Simpel gesteld: prijsdalingen herstellen de vraag op een markt met overschotten, daar waar een markt met grote tekorten wordt hersteld met hogere prijzen. Deze Duitse wet anticipeert op een markt met grote overschotten en beoogt de misallocatie van kapitaal aan te pakken. Die misallocatie moet – en dan gaat het maar ten koste van de korte termijn belangetjes van niet al te snuggere beleggers – opgelost worden en dat bereik je maar op één manier: verliezen nemen.

    In Nederland zullen de reacties uit de markt ongetwijfeld ietwat gefrustreerd zijn op deze Duitse wetgeving: “Kunnen die Duitsers niet de wet opzij schuiven om zodoende liquidatieverkopen te voorkomen”? Ik heb dergelijke reacties niet langs zien komen, maar ik ben benieuwd wie de eerste is die dit zal roepen..

      • Duits fonds zet markt voor kantoren onder druk (FD)

    Europa gaat bankenprobleem bespreken
    Het duurt allemaal zo lang: het oplossen van het bankenprobleem. In Brussel gaat men weer eens vergaderen..

      • Extra vergadering in Brussel over banken (Telegraaf)

    Apple en ’transfer pricing’
    Apple ontduikt Amerikaanse belastingen via de achterdeurtjes van de inteationale belastingregels met een creatieve constructie als gevolg. In mijn vakgebied (economische geografie) bestempelen we dit probleem onder de noemer ’transfer pricing’: bedrijven brengen de kosten onder in landen waar de belastingen hoog zijn, en de winsten worden geboekt in landen waar de belastingen laag zijn. Dat deze omschrijving tekortschiet als het op Apple aankomt, leest u in het uitgebreide artikel van de New York Times. Nederland, ’transfer-pricing paradijs’ komt daarin uitgebreid aan bod.

    De Telegraaf houdt het kort en krachtig en rekent de misgelopen belastinginkomsten van de Amerikaanse overheid voor: $5,7 miljard (potentiële Am. belastinginkomsten) – $ 3,3 miljard (via ‘a double Irish with a Dutch sandwich) = $2,2 miljard.

    De route die de New York Times typeert als een ‘double Irish with a Dutch sandwich vindt u hier.

    Apple ontwijkt voor miljarden belasting (Telegraaf)

    Een vrouw naar mijn hart!!
    Via RTL-Z, een quote van bondskanselier Merkel: “We moeten af van het idee dat groei altijd veel geld moet kosten en alleen het resultaat kan zijn van dure economische stimuleringsprogramma’s”, aldus de bondskanselier. “Duurzame groei is gebaseerd op meer dan dat: op educatie en onderzoek, op de innovatie van kleine en middelgrote bedrijven, op een verstandige loonontwikkeling en vooral op het openstellen van de arbeidsmarkt.”

    He he. Eindelijk. Een politica met gezond verstand!! Waren er in het Nederlandse taalgebied maar politici met evenveel besef.

    ‘Merkel geen voorstander stimuleringsmaatregelen’ (RTL-Z)
    http://www.rtl.nl/components/financien/rtlz/nieuws/2012/18/merkel-geen-voorstander-van-stimuleringsmaatregelen-media-dowjones1115661.xml

    Dat het beleid van Angela Merkel niet altijd even goed begrepen wordt onder de bevolking, en in media is ècht heel erg jammer want zonder Merkel had ik slapeloze nachten gehad hoe nu verder. Spiegel tekent in een erg lang artikel de politieke en electorale bezwaren op en eerlijk zijn is soms hard. Politici kunnen vaak niet over hun eigen schaduw heen stappen

    Overigens, mijn scriptie ging in de theoretische zin althans, over ‘economische dynamiek’. Dat is de studie naar economische verandering: groei, krimp en stabiliteit. Daarbij heb ik de nodige wetenschapsfilosofie gebruikt om de conventionele economische denkbeelden ten aanzien van ‘economische groei’ te toesten. Daarbij kwam ik vanzelf uit bij de Oostenrijkse school, daar waar die tot dan toe voor mij onbekend gebleven was omdat die niet wordt onderwezen. Joseph Schumpeter dan weer wel, maar die is in de hoek van de evolutionaire economie getrokken; een stroming die mij altijd heeft weten te bekoren vanwege de rijke inzichten.

    Om een lang verhaal kort te maken: groei zit hem verscholen in stijgende productiviteit op een zo decentraal mogelijk niveau, waarbij de markt onder de meest competitieve omstandigheden elkaar dwingt tot het continu verbeteren van haar producten en diensten. U als consument plukt daarvan de vruchten door een stijgende koopkracht per eenheid valuta. U als burger plukt daarvan de vruchten omdat de markt 10.000 keer effectiever in staat is om een dienst aan te bieden dan de overheid. U als belastingbetaler is erbij gebaat omdat ‘economische groei’ (lees: een stijgende koopkracht per eenheid valuta) niet meer gestimuleerd kan worden, dan door het beperkt houden van de overheidsuitgaven.

    Werkloosheidscijfers..
    Een overzichtje:

    Spaanse joualisten verliezen massaal hun baan (RTL-Z)
    http://www.rtl.nl/components/financien/rtlz/nieuws/2012/18/spaanse-joualisten-verliezen-massaal-hun-baan.xml

    In februari kwam de werkloosheid in Italië nog uit op 9,6 procent.

    Italiaanse werkloosheid verder omhoog (RTL-Z)
    http://www.rtl.nl/components/financien/rtlz/nieuws/2012/18/italiaanse-werkloosheid-verder-omhoog.xml

    Werkloosheid eurozone naar recordniveau (RTL-Z)
    http://www.rtl.nl/components/financien/rtlz/nieuws/2012/18/werkloosheid-eurozone-naar-recordniveau.xml

    De werkloosheid [in Duitsland] kwam daarmee uit op 6,8 procent van de beroepsbevolking.

    Duitse werkloosheid stijgt licht (RTL-Z)
    http://www.rtl.nl/components/financien/rtlz/nieuws/2012/18/duitse-werkloosheid-stijgt-licht.xml

    In andere nieuws

    EIB wil grotere rol in Europa (NOS.nl)
    http://nos.nl/artikel/368584-eib-wil-grotere-rol-in-europa.html

    Nieuws uit buitenlandse media

    Documentaire Frontline over de ‘devolutie’ of ‘race naar de bodem’ op Wall Street..

    Frontline On Financial Fraud (Zero Hedge)
    http://www.zerohedge.com/news/frontline-financial-fraud

    Amerikaans hypotheekleed..
    Een prachtig voorbeeld van valsheid in geschrifte! MERS, banken, en rechtbanken die in de maling worden genomen: de juridische desintegratie van het eigendomsrecht.

    Lock ‘em Up | Fraud on the Court – In Re Delva: Fraudclosure, Fabrication, Bankruptcy and Lies (4closurefraud.org)

    Lock ’em Up | Fraud on the Court – In Re Delva: Fraudclosure, Fabrication, Bankruptcy and Lies

    Analyse
    Zoals gebruikelijk, spijkers met koppen slaan: Jim Rickards legt uit..

    The Real Reason Ben Beanke Resists the Gold Standard (Jim Rickards; US News)
    http://www.usnews.com/opinion/blogs/economic-intelligence/2012/04/30/the-real-reason-ben-beanke-resists-the-gold-standard

    Ook zoals gebruikelijk slaat Bill Gross van Pimco spijkers met koppen.

    Gold Bug Bill Gross Will Gladly Pay You Tuesday For A Hamburger Today, Hoping “Tuesday Never Comes” (Zero Hedge)
    http://www.zerohedge.com/news/gold-bug-bill-gross-will-gladly-pay-you-tuesday-hamburger-today-hoping-tuesday-never-comes

  • Onderdrukking goudprijs trekt ook aandacht Wall Street Journal

    In het artikel van de Wall Street Joual wordt de plotselinge daling van de goudprijs omschreven als een menselijke fout, een zogeten 'fat finger'. U weet wel: als u in de supermarkt boodschappen aan het afrekenen bent en er opeens achter komt dat u €392,- euro heeft betaald in plaats van €39,20. Of dat u per ongeluk €6.550,- euro overmaakte voor die televisie die eigenlijk €655,- kostte, verhaaltjes waar je geen volwassenen mee om de tuin moet kunnen leiden…. De Wall Street Joual schrijft: “Gold traders buzzed with speculation that the transaction was an input error — a so-called “fat finger” trade.

    Hoe dan ook, de Wall Street Joual deed ook navraag bij de CME Group en kwam op die manier te weten dat er om precies 8:31 AM (New York tijd) 7.500 futurescontracten voor goud werden aangeboden. Dit aanbod overspoelde de vraag op dat moment en drukte de prijs omlaag tot $1648, het prijspunt waarop de vloedgolf van 7.500 goudcontracten volledig opgenomen was door de markt. Deze transactie op die enkele minuut omvatte 750.000 troy ounce aan beloftes op goud, vergelijkbaar met twee volle dagen aan wereldwijde productie van fysiek goud (Bron: World Gold Council). Met de marktprijs van goud leverde deze verkooporder in totaal $1,24 miljard op.

    Rustige handel

    De Wall Street Joual vraagt zich terecht af waarom een partij zoveel goud zou willen aanbieden in één minuut tijd, vooral omdat de handel op die dag erg rustig was. Eerder die dag was er vanwege een feestdag al geen handel in China en Japan en bereidden Europeanen zich voor op de Dag van de Arbeid (1 mei). Een andere handelaar die geraadpleegd werd door de Wall Street Joual zei wat wij ook al vaak gezegd hebben: “No one who has the account size and the money to trade thousands of gold contracts would do it in one transaction, that’s just stupid”. Om al deze contracten te kunnen kopen zou een onderpand van ongeveer $75,9 miljoen nodig zijn, een bedrag wat niet veel handelaren zo even hebben klaarliggen.

    De Wall Street Joual sluit niet uit dat de toename van elektronische handel en de zogeheten high-frequency-trading algoritmes bijdragen aan dit soort koersbewegingen, maar niet iedereen sluit zich bij die verklaring aan. De WSJ kreeg van Chuck Retzky, futureshandelaar bij Mizuho Securities USA, te horen dat de zilverprijs op hetzelfde tijdstip ook flink naar beneden ging en $0,35 verloor. Dat terwijl de markten voor aandelen, obligaties en valuta op dat moment geen opvallende activiteit lieten zien.

    Wij denken dat het een gecoordineerde verkoopactie was, maar Retzky zegt dat de verkoopgolf afkomstig kan zijn van een handelaar die zijn portefeuille wou herbalanceren op de laatste dag van april. Een vorm van window dressing die vaker zichtbaar is bij hedgefund managers, maar die naar onze mening niet verantwoordelijk kan zijn voor deze opvallende daling. Ook een hedgefund manager weet dat het spreiden van verkooporders bij dit soort volumes meer geld oplevert.

    Koers herstelt

    Na de koersdaling herstelde de goudprijs zich wonderwel volledig, terwijl ook de zilvermarkt het intraday verlies op 30 april weer grotendeels ongedaan wist te maken. In deze intraday rally viel overigens ook de spike naar beneden om precies 10 uur ons op, dat is namelijk exact het moment waarop de Londen PM fix wordt geregistreerd. Bij zilver was het zelfs de laagste koers van de dag.

    Het is jammer dan de Wall Street Joual niet volledig is in haar berichtgeving, want in het artikel nemen ze nergens het woord manipulatie in de mond en wordt er ook niet de vraag gesteld wat dan wél de motivatie is geweest van de verkopende partij om in één minuut 7.500 contracten aan te bieden.

    Goudprijs op 30 april

    Zilverprijs op 30 april