Categorie: Nieuws

  • Wat voor type belegger ben jij?

    Als je begint met beleggen is het handig om te weten wat voor type belegger je bent. Het helpt je als particuliere belegger bijvoorbeeld om te bepalen welk beleggingsproduct het beste bij je past, hoeveel risico je wil nemen en hoe je ideale beleggingsportefeuille er dus uitziet. Maar welke type beleggers zijn er eigenlijk?

    Beleggen voor dummies: van defensieve beleggers naar offensieve beleggers

    Waarschijnlijk de meest voorkomende onderverdeling van beleggers is die van defensief naar agressief (of offensief). Deze onderverdeling komt ook vaak terug in beleggingsproducten, bijvoorbeeld in de verschillende beleggingsfondsen waar je bij Evi Go uit kunt kiezen.

    De (Engelstalige) website Dummies, bekend van de voor dummies-boeken, heeft een leuke test om uit te zoeken of je een defensieve, conservatieve, gebalanceerde, groeiende of agressieve belegger bent. Geef antwoord op de vragen, tel de punten die horen bij je antwoord bij elkaar op en voilà: je weet wat voor type belegger je bent.

    Zelf beleggen, beleggingsadvies of vermogensbeheer

    De iets eenvoudigere test van Beleggingsmatch en IEX vertelt je niet precies wat voor type belegger je bent, maar vertelt je wel gelijk welke beleggingsvorm het beste bij je past: zelf beleggen (zelf), beleggingsadvies (samen) of vermogensbeheer (uitbesteden). Met de uitkomst van deze test wordt het heel eenvoudig om het juiste beleggingsproduct te zoeken.

    De zoek-dekking belegger, rusteloze belegger, dat-is-logisch-belegger en entrepeneur-belegger

    Na talloze ontmoetingen met beleggers door de jaren heen kwam Loïc Schmid, hoofd vermogensbeheer bij de Zwitserse GS Banque, tot vier archetypen beleggers: de zoek-dekking belegger, rusteloze belegger, dat-is-logisch-belegger en entrepeneur-belegger.

    De zoek-dekking-belegger maak alles wat gebeurt op de financiële markten en in de economie onnodig ingewikkeld. Hij volgt de grote trends en boekt daarmee een rendement dat zelden afwijkt van de benchmark.

    De rusteloze belegger is bekend om zijn overmoed en zelfoverschatting en rent achter elke hype in de markt aan. Maar hij loopt vaak achter de feiten aan en leert niets van zijn fouten uit het verleden. Hij is uiteindelijk te laat met kopen of verkopen.

    De dat-is-logisch-belegger is ‘captain obvious’: iemand die altijd beweert precies te weten wat er gebeurt op de financiële markt. Omdat het volgens hem “logisch” is. Hij doorziet de financiële markt eerder dan andere beleggers, althans dat denkt hij. Dit type belegger raakte volgens Schmid de dag na het Brexit-referendum en de verkiezing van Trump in paniek en verkocht alles. Het risico voor de dat-is-logisch-belegger is dat zijn aannames ook duidelijk verkeerd kunnen zijn.

    Het laatste type belegger van Schmid is de entrepeneur-belegger. Hij is gewiekst, nuchter en ziet kansen die goed uit kunnen pakken. Hij kocht aandelen Apple voor de introductie van de eerste iPhone, kocht Tesla-aandelen in het begin en belegde in Europese blue chip-aandelen na de Brexit en Trump.

    Bekijk het uitgebreide artikel over welk type belegger jij bent. Zo kan je daar lezen dat er nog een aan testen zijn die je kan doen, bijvoorbeeld bij Schroders. Ben je bijvoorbeeld een nuchtere of optimistische belegger?

    Belangrijke informatie
    Van Lanschot NV is als bank geregistreerd in het Wft-register en staat onder toezicht van De Nederlandsche Bank N.V. (DNB), Postbus 98 1000 AB Amsterdam, en de Autoriteit Financiële Markten (AFM), Postbus 11723 1001 GS Amsterdam.

    Van Lanschot NV kan optreden als aanbieder van betaal-, spaar- en kredietproducten, als bemiddelaar van verzekeringsproducten en als aanbieder en/of uitvoerder van beleggingsdiensten.

  • Beleggingsapp Dabbl komt naar Nederland

    Het Britse fintechbedrijf Dabbl wordt ook hier gelanceerd. Met de mobiele app kun je direct beleggen in tal van bedrijven en merken. Bijzonder aan deze app is dat je beleggingen kunt vinden door met de smartphonecamera foto’s te nemen van een merk.

    Met je smartphone kun je een foto maken van een logo van een merk. Met de app van Dabbl wordt je vervolgens direct doorgezet naar de bedrijfspagina van dit merk, waar je de keuze kunt maken om in dit bedrijf te beleggen.

    De fotofeature is uniek, maar hoeveel mensen hierdoor zullen worden overgehaald is de vraag. Er zijn tal van apps en online brokers waarmee je als particulier geld kunt investeren in ondernemingen die je aanspreken.

    Dabbl mikt volgens haar lancering vooral op een jonge doelgroep die nog niet op de beurs actief is. Alles werkt via een app op de smartphone. Ook daar is al concurrentie aanwezig. Denk bijvoorbeeld aan Peaks, Bux of de beleggingsapp van ING.

    ‘Niet de eerste toetreder dit jaar’

    Met DeGiro en Binck is de concurrentie onder brokers zelfs nog groter en is Dabbl niet de eerste toetreder dit jaar. In samenwerking met de Europees gereguleerde partner AFX Group lanceerde Tradealot in het eerste kwartaal van 2019 de Nederlandse markt. Deze speler claimt gelijk de goedkoopste online broker van het land te zijn.

    Via deze maar ook andere online brokers als Binck, Alex, Lynx en DeGiro kunnen particuliere beleggers zelfstandig beleggen in aandelen en fondsen. Aanbod genoeg dus. Dabbl mikt met haar lancering vooral op jongeren die nog moeten beginnen met beleggen en meer op zoek zijn naar gemak dan achtergrondinformatie of de meer geavanceerde zaken van het beleggen.

    Dabbl wordt in Engeland door duizenden beleggers gebruikt. Om de groei en lancering in ons land versneld te kunnen realiseren heeft het een obligatielening van 2,5 miljoen online gezet.

  • BIS ziet risico in afwaardering bedrijfsobligaties

    De Bank for International Settlements waarschuwt in haar nieuwste rapport voor de gevolgen van een plotselinge afwaardering van bedrijfsobligaties. Mocht de economie in een neerwaartse spiraal komen, dan zal het voor veel bedrijven moeilijker worden om geld te lenen. Dat kan leiden tot meer afwaarderingen, waardoor de economie in een nieuwe recessie belandt.

    De bank der centrale banken merkt op dat bedrijven in de Verenigde Staten sinds de crisis van 2008 op grote schaal geld hebben geleend tegen zeer gunstige voorwaarden. De Federal Reserve hield de rente laag, waardoor het voor bedrijven goedkoper was om geld te lenen dan om nieuwe aandelen uit te geven.

    Risicovolle bedrijfsobligaties

    Deze vloedgolf aan krediet ging niet naar de meest kredietwaardige bedrijven, want cijfers van de BIS laten zien dat vooral de markt voor leningen met een ‘BBB’ kredietstatus de laatste jaren groeide. Dat zijn leningen met een middelmatige kredietscore, tussen het risicovolle high-yield schuldpapier en de meest veilige obligaties met een A-score.

    Dat de markt voor dit soort middelmatige leningen de afgelopen jaren sterk is toegenomen mag geen verrassing heten. Het meest veilige schuldpapier levert amper rendement op, waardoor veel beleggingsfondsen zijn uitgeweken naar beter renderende leningen met een BBB-kredietscore.

    Toename van minder kredietwaardige bedrijfsobligaties brengt risico’s met zich mee (Bron: BIS)

    Verkoopgolf mogelijk

    Zowel in de Verenigde Staten als in Europa is de markt voor het BBB-schuldpapier inmiddels groter dan de markt voor het obligaties met een kredietscore hoger dan ‘A’. Dat is een gevaarlijke situatie, omdat veel institutionele beleggers verplicht zijn een bepaald gedeelte van hun vermogen in veilige leningen te beleggen.

    In een situatie waarin bedrijfsleningen met een BBB-score een afwaardering krijgen zullen veel beleggingsfondsen deze leningen moeten verkopen. Volgens BIS-economen Sirio Aramonte en Egemen Eren kan dat ingrijpende gevolgen hebben op de obligatiemarkt. Daarover zeggen ze het volgende:

    “Een op kredietstatus gebaseerd beleggingsmandaat kan leiden tot een uitverkoop. Als, door toedoen van economische zwakte, genoeg verstrekkers van bedrijfsobligaties worden afgewaardeerd van BBB naar junk status, dan zullen beleggingsfondsen en andere marktparticipanten met een ‘investment grade’ beleggingsmandaat gedwongen worden in korte tijd grote hoeveelheden obligaties te verkopen.

    […]

    Het is een redelijke aanname dat de terugkeer naar een afwaardering als die van 2009 een herbalancering van de beleggingsportefeuilles kan veroorzaken die groter is dan het dagelijkse handelsvolume in de markt voor bedrijfsobligaties.”

    Schulden blijven een probleem

    Beleggingsfondsen in de Verenigde Staten en in Europa hebben volgens de BIS vandaag de dag een veel grotere blootstelling aan deze categorie van BBB-obligaties dan vlak na de kredietcrisis van 2008. Komt er weer een jaar als 2009, waarin het aantal faillissementen sterk toeneemt, dan zal dat een zeer negatieve impact hebben op het beheerd vermogen van beleggingsfondsen.

    De Federal Reserve besloot begin dit jaar de rente niet verder te verhogen. Mogelijk deed ze dat om de druk op de obligatiemarkt te verlichten. Een stijgende rente kan bedrijven in de problemen brengen die leningen met een lage rente moeten doorrollen. Niet alleen in de Verenigde Staten, maar ook in de rest van de wereld. Het is een wereldwijd probleem, omdat ook bedrijven in andere landen in dollars geleend hebben.

    We kunnen er bijna niet onderuit. Onze economie is verslaafd aan schulden en iedere poging om de geldkraan dicht te draaien lijkt acuut stress te veroorzaken op de financiële markten. Een verontrustende conclusie, zeker nu de grenzen van conventioneel monetaire beleid zijn bereikt. De ECB start een nieuwe ronde van liquiditeitssteun voor banken, de Federal Reserve durft de rente niet meer te verhogen en de Bank of Japan overweegt zelfs meer stimuleringen. We hebben de problemen van 2008 enkel voor ons uit geschoven…

    Deze column verscheen eerder op Goudstandaard




  • Groei Chinese economie jarenlang te positief weergegeven

    De Chinese economie is in de periode van 2008 tot en met 2016 veel minder hard gegroeid dan eerder werd gedacht. Volgens nieuw onderzoek van de Chinese universiteit van Hong Kong en de universiteit van Chicago was de groei van de economie per jaar 1,7 procentpunt lager dan wat de officiële cijfers vertelden.

    Het verschil tussen de werkelijke en de gerapporteerde groei komt van lokale overheden in China. Lokale overheden werden beloond voor het behalen van bepaalde doelstellingen ten aanzien van groei en investeringen. Deze cijfers werden jarenlang gemanipuleerd en daar was het Chinese bureau voor de statistiek ook van op de hoogte. De cijfers werden daarvoor gecorrigeerd, maar uit het onderzoek blijkt dat dat na 2008 in onvoldoende mate gebeurde.

    “De lokale cijfers zijn na 2008 steeds minder representatief geworden, maar er was geen bijbehorende aanpassingen van het nationale statistiekbureau”, zo schrijven de onderzoekers in het rapport. Zij vergeleken de officiële groeicijfers met andere statistieken, zoals de belastingopbrengsten, het stroomverbruik, het goederenvervoer over het spoor en satellietdata. Daaruit bleek dat de officiële groeicijfers sinds 2008 te positief zijn weergegeven.

    Groei Chinese economie werd jarenlang te positief weergegeven (Bron: Brookings Papers)

    Chinese economie groeide minder hard

    Er bestaan al langer twijfels over de kwaliteit van de Chinese economische cijfers. Deze zouden een te positief beeld geven, wat door dit onderzoek wordt bevestigd. Het landelijke statistiekbureau heeft de afgelopen jaren al wel stappen gezet om de kwaliteit van de verzamelde data te verbeteren. Ook beloofde het bureau dat de cijfers vanaf dit jaar nauwkeuriger zullen worden.

    Het onderzoek laat zien dat de officiële groeicijfers de afgelopen jaren te positief waren, maar het is nog maar de vraag of de alternatieve data wel klopt. Ook deze cijfers zijn gebaseerd op bepaalde schattingen en aannames, die tot een vertekend beeld kunnen leiden. Het beeld dat blijft staan is dat de groei van de Chinese economie al jaren afzwakt en dat de overheid met grootschalige investeringen en versoepelde liquiditeitseisen probeert de economie te ondersteunen. Ook worstelt het land met een dollarschaarste, waardoor het voor bedrijven moeilijker wordt om leningen in dollars door te rollen.

    Dit artikel verscheen eerder op Goudstandaard




  • Waarom zijn bankbiljetten niet te kopiëren?

    Heeft u wel eens geprobeerd een bankbiljet te scannen of te kopiëren? Grote kans dat dat niet gelukt is. Naast een watermerk, een reflectieve strook, speciale inkt en doorzichtige elementen hebben bankbiljetten namelijk nog een ander veiligheidskenmerk.

    Sinds 1996 worden steeds meer biljetten uitgerust met een kopieerbeveiliging, die bestaat uit een formatie van vijf puntjes. Deze formatie wordt ook wel de EURion constellation genoemd. Veel kopieerapparaten en scanners zijn uitgerust met software die deze patronen van groene, gele of oranje stippen of cirkels op de bankbiljetten kan herkennen. Ziet het apparaat dit patroon, dan wordt de scanopdracht geweigerd.

    Wikipedia heeft een overzicht van bankbiljetten die zijn uitgerust met dit veiligheidskenmerk. Heeft u nog wat vreemde valuta en een scan- of kopieerapparaat, dan kunt u deze test ook zelf uitvoeren. We weten niet of alle fabrikanten van scanners en kopieerapparaten deze functionaliteit hebben, dus we zijn ook benieuwd naar uw bevindingen! Hieronder een video van Business Insider.

    Dit artikel verscheen eerder bij Goudstandaard




  • China breidt goudvoorraad verder uit

    De centrale bank van China heeft in februari voor de derde maand op rij goud aan haar reserves toegevoegd. De goudvoorraad steeg in februari naar 60,26 miljoen troy ounce, een toename van 320.000 troy ounce. Omgerekend is dat een aankoop van 9,95 metrische ton, waarmee de totale voorraad stijgt naar 1.874,34 metrische ton. In januari voegde de centrale bank al 380.000 troy ounce aan haar reserve toe, omgerekend bijna 12 metrische ton.

    De Chinese centrale bank heeft de goudreserve voor $79,5 miljard op de balans gezet, wat betekent dat ze het edelmetaal waardeerde tegen een goudprijs van $1.319 per troy ounce. Vorige maand hanteerde ze een goudkoers van $1.323 per troy ounce, waaruit we kunnen afleiden dat ze het edelmetaal maandelijks herwaardeert tegen de marktprijs.

    China breidt goudvoorraad uit

    China maakte in december vorig jaar haar eerste goudaankoop sinds oktober 2016 bekend. Waarom de centrale bank weer actief is geworden op de goudmarkt is lastig te zeggen. Ook is niet duidelijk of het handelsconflict met de Verenigde Staten een rol speelt in het beleid van de centrale bank. Kijken we naar de langere termijn, dan zien we dat China al veel langer bezig is haar goudvoorraad uit te breiden. Voor 2015 werden deze cijfers niet maandelijks doorgegeven aan het IMF, waardoor onderstaande grafiek een grillig verloop laat zien.

    Sinds de eeuwwisseling heeft China haar goudreserve verviervoudigd tot ruim 1.850 ton. In dezelfde periode heeft alleen Rusland meer edelmetaal aan haar reserves toegevoegd. Beide landen beschikten aan het begin van de eeuw over een beperkte goudreserve, zeker in vergelijking met de meeste ontwikkelde economieën. Inmiddels staan de twee landen op plaats vijf en zes in de ranglijst van landen met de grootste goudvoorraden.

    Goud wordt door centrale banken gezien als een veilige haven, omdat het geen tegenpartij risico kent. Het afgelopen jaar kochten centrale banken een recordhoeveelheid van het edelmetaal bij. Met een toename van protectionisme en dreigende handelsproblematiek lonkt het edelmetaal als veilige reserve.

    Centrale banken van China en Rusland zijn grootste afnemers van goud

    Dit artikel verscheen eerder op Holland Gold




  • ECB start nieuwe ronde van liquiditeitssteun met TLTRO

    De ECB heeft deze week een nieuwe ronde van liquiditeitssteun voor banken aangekondigd. Vanaf september kunnen banken aanspraak maken op tegoeden van de centrale bank via het zogeheten TLTRO programma. Daardoor wordt het voor banken gemakkelijker om leningen te verstrekken aan consumenten en bedrijven. Het doel van deze maatregel is om de kredietverlening op gang te houden, zodat de centrale bank eerder haar inflatiedoel van 2% op de middellange termijn haalt.

    De ECB heeft de afgelopen jaren al verschillende keren liquiditeitssteun verleend aan banken. Tijdens de Europese schuldencrisis verschafte de centrale bank een paar honderd miljard aan liquiditeit aan de bankensector. In 2014 volgde de eerste ronde van TLTRO (Targeted Long-Term Refinancing Operation) en in 2016 ook een tweede ronde. Sinds de eerste ronde van TLTRO is in totaal voor €770 miljard aan liquiditeit verstrekt aan de Europese bankensector. Dit zijn leningen met een looptijd van vier jaar, wat betekent dat banken uiterlijk volgend jaar alle leningen uit de tweede ronde moeten aflossen.

    Derde ronde van TLTRO

    Het is opvallend dat de ECB juist nu met een derde ronde van liquiditeitssteun voor de bankensector komt. De economie laat immers weer groei zien en de centrale bank stopte vorig jaar met het opkopen van staatsleningen. Dat er nu toch een nieuwe ronde van TLTRO nodig is doet vermoeden dat de bankensector er toch niet zo sterk voor staat. Deze nieuwe ronde van noodliquiditeit kan ook worden uitgelegd als het doorrollen van het bestaande liquiditeitsprogramma. Als de banken echt voldoende buffers hadden, dan was een nieuwe ronde immers niet nodig geweest.

    Tot op heden is er vooral liquiditeit verstrekt aan de bankensector van Italië (€250 miljard), Spanje (€167 miljard), Frankrijk (€90 miljard) en Duitsland (€80 miljard). De banken moeten dat bedrag volgend jaar terugbetalen. Vanaf september kunnen zij zich inschrijven voor de nieuwe ronde van leningen, die overigens een kortere looptijd van twee jaar hebben. De Italiaanse bankensector worstelt met veel slechte leningen, terwijl de bankensector van Duitsland door de lage rente moeite heeft om winstgevend te blijven. De nieuwe ronde van TLTRO kwam wat dat betreft niet geheel als een verrassing.

    Rente blijft voorlopig laag

    De ECB kondigde deze week niet alleen een nieuwe ronde van liquiditeitssteun aan. Ook maakte de centrale bank bekend dat de rente nog tenminste tot het einde van 2019 laag zal blijven. Ook blijft ze de opbrengsten van afgeloste leningen onder het opkoopprogramma volledig herinvesteren. De centrale bank blijft deze obligaties doorrollen, tenminste tot het moment waarop de rente weer gaat stijgen. Dit betekent dat er voorlopig nog weinig sprake is van een normalisering van het monetaire beleid en dat de rente voorlopig waarschijnlijk laag zal blijven.

    In reactie op het besluit van de centrale bank zakte de euro naar het laagste niveau ten opzichte van de dollar sinds halverwege 2017. Tegelijkertijd daalde de rente op langlopende 10-jaars staatsleningen van Spanje en Italië. Bankaandelen profiteerden ook toen het nieuws bekend werd, evenals de goudprijs.

    Dit artikel verscheen eerder op Holland Gold




  • De eeuwige rol van goud

    Deze column van Robert Broncel verscheen eerder op Edelmetaal-info

    Naarmate de goudprijs de laatste weken opliep werden de verwachtingen naar boven bijgesteld alsof goud noch de andere edelmetalen noch de beurs noch de rente door de vrije marktfactoren als vraag en aanbod worden bepaald. Die tijd ligt intussen al redelijk ver achter ons. Intussen mogen we ons veeleer onder een regime van staatskapitalisme wanen. Een dergelijk regime gold ook ten tijde van de Sovjet-Unie, een grootmacht die nog redelijk vers in ons geheugen ligt.

    Gezien de immense schuldgroei (én stijgend!) is de beleidsmakers er alles aan gelegen te voorkomen dat een significante stijging in de papieren goudprijs het vertrouwen in de papieren reservevaluta zou ondergraven. Sinds september 2011 lukt dat middels machinaties op de futures beurs en gold leasing wonderwel. Voorts zal het mede van de zgn. gold hoarders China en Rusland afhangen hoe lang het huidige monetaire systeem nog in tact blijft. Immers, hieraan ontleent de V.S. haar suprematie, die al geruime tijd een doorn in hun ogen is. Dat significante draaipunt wordt door de meeste Westerse beleidsmakers niet of onvoldoende onderkend of althans niet openlijk uitgesproken.

    Tandenloze FED

    Van vergane empires weten we dat tot mislukking gedoemde inflatoire maatregelen zoals verruiming van de geldmarkt NOOIT een crisis heeft kunnen bezweren. Na nu weliswaar (tijdelijk) het marktvertrouwen te hebben weten te herwinnen, bevindt Fed president Powell zich thans in de benarde positie dat zijn bewegingsruimte (renteknop) tot nagenoeg nul is gereduceerd. Hij heeft ingezien dat een verdere verhoging door de markt niet wordt “gepruimd”, zelfs niet bij een aanvankelijk groeiende economie oplopend naar 4,2% (tweede kwartaal) – Trump effect – en vervolgens afnemend naar 3,4% (derde kwartaal) en 2,6% (vierde kwartaal). Resteert een nagenoeg tandenloze FED en dat geldt overigens voor alle centrale banken die dit beleid in lock step hebben gevolgd (zie ook onderstaande grafiek).

    Het terugvallende GDP vorig jaar was enerzijds een direct gevolg van de verhoogde korte rente (Federal Fund Rate) van 1% in juni naar 2,5% in december vorig jaar en anderzijds van de door Trump aangescherpte handelsrelatie met China. Het is vermoedelijk om GDP redenen dat hij (Trump) dit mes niet verder in eigen vlees wil laten snijden en bijgevolg nu de vertragingsmethodiek toepast zowel in het voordeel van de V.S. als China. Dat is in ieder geval positief voor de beurs, zo niet de belangrijkst geachte maatstaf van Trumps beleid. Op gezag van Trump zal Powell zich hoogstwaarschijnlijk wel meer aan zijn “inzichten” dienen te conformeren. Over een onafhankelijke centrale bank gesproken. Nou ja, als zodanig was de Fed in 1913 ook niet opgericht en gegeven het “opportunistische” beleid door de jaren heen verdient dit instituut deze titel dan ook beslist niet. De Fed heeft structureel aan de basis van elke ‘boom-bust cyclus gestaan!

    De huidige monetaire situatie spitst zich toe op de relatie van een overmatig groeiende schuld en extreem lage rentes zonder dat de schuldgroei tot staan kon worden gebracht en zonder een evenwichtige economische groei te hebben kunnen bewerkstelligen. Wat kan de Fed thans anders doen dan ‘finger crossing’ nu blijkt dat de kapitaalvraag en de kredietverstrekking middels het rente instrument onvoldoende of niet kunnen worden aangestuurd? Onderstaande grafiek toont aan dat een lage rentevoet slechts heeft geleid tot een stijgende geldhoeveelheid (M3). De St.Louis Fed verstrekt geen updates meer (?) maar deze trend blijft ongewijzigd.

    Voorts laat deze ontwikkeling zien dat de risicopremie als prijs van het geld nagenoeg is ondergesneeuwd. Immers, een lage rente strookt lang niet altijd met de kredietwaardigheid van de lenende partij, het ondernemersrisico alsmede het doel waarvoor de lening is aangevraagd. Verder dien je je af te vragen of het vastgestelde rentepercentage bij het aangaan van een lening voldoende dekking biedt tegen toekomstige marktontwikkelingen. Deze basisvragen zijn als het ware voor “irrelevant” verklaard.

    Monetair drijfzand

    Het kan niet anders zijn dan dat het stelselmatig onder druk houden van de marktrente leidt tot oneigenlijke investeringen in vermogensklassen als vastgoed, financiële waarden als aandelen (dikwijls met geleend geld) en groei van het consumentenkrediet zoals auto- en studentenleningen in de V.S. Een te lage rentevoet vormt tevens een bron van inflatie en geeft een vertekend beeld van een “groeirijke” economie. Daarbij wordt door het grote publiek over het hoofd gezien dat hun koopkracht in de (naaste) toekomst in ernstige mate blijkt te zijn aangetast. De lage rente gepaard met verruiming van de geldmarkt was puur bedoeld om een aanhoudende productie- en consumptiegroei te bewerkstelligen zoals deze sinds de val van Lehman het ‘Leitmotiv’ vormden. Kortom, we zijn niets opgeschoten, sterker de schuldhoogte is met een factor drie gestegen. Een schuld op monetair drijfzand gebouwd!

    Met andere woorden: een ongedekte op drijfzand gebouwde valuta leidt altijd tot monetaire instabiliteit en verval wanneer de schuldhoogte onbeheersbaar dreigt te worden. Op dat punt verkeren we al enige tijd. Een dergelijk punt van onbeheersbare kredietexpansie waren we ook al eens tegengekomen in de jaren ‘20 met de vraag wat we daarvan hebben geleerd? Vergeleken bij die situatie destijds verkeren we thans in een aanmerkelijk penibeler situatie, niet alleen vanwege de schuldhoogte maar ook gezien het feit dat nagenoeg alle centrale banken ter wereld met de Fed zijn meegegaan.

    Het eindresultaat zal zijn dat deze “onoverkomelijkheden” zullen leiden tot een ongekend drastische bijstelling van de koopkracht met een dito bijstelling van het edelmetaal om de schuldhoogte te kunnen marginaliseren, vanouds de barometer van het monetaire fiatsysteem. Vooral in landen met een aanzienlijk sociaal vangnet in de vorm van (ongedekte) uitkeringen en pensioenen in combinatie met een te geringe voorraad goud zullen er “nogal” sombere tijden aanbreken.

    Er zijn twee scenario’s denkbaar:

    • Centrale banken gaan driftig door met schuldfinanciering eindigend in hyperinflatie
    • Introductie van een geloofwaardige gouden standaard onder bezit en aantoning van een adequate goudhoeveelheid.

    Hoe een en ander uiteindelijk uitpakt, ligt nog in nevelen gehuld terwijl er ook andere krachten aan de einder zijn verschenen.

    Shanghai Cooperation Organization

    Veelal onderbelicht zijn de nog niet goed in te schatten gevolgen van de begin deze eeuw opgerichte Shanghai Cooperation Organization (SCO) die thans bijna de helft van de wereldbevolking omvat. Deze Euraziatische organisatie stelt zich ten doel de gezamenlijke belangen te behartigen op politiek, economisch en militair terrein. Tegelijkertijd vindt de versnelde uitbouw van de Belt & Road zijderoute vanuit China plaats die een steeds groter deel van de wereld bestrijkt. Deze ontwikkelingen zouden kunnen leiden tot de opzet van een alternatieve WTO, IMF en Wereldbank, waarmee de rol van de dollar al goeddeels zou worden weggespeeld. Van beide ontwikkelingen weten we dat deze ten doel hebben om de Amerikaanse invloed in dat deel van de wereld te neutraliseren.

    Ongeacht Trumps mogelijk nieuwe handreikingen richting China zal dit changement de décor een serieuze bedreiging voor de dollar als wereldreserve valuta vormen. Als het zover komt, staat er een radicale wijziging van China’s monetaire beleid voor de deur. Gezien de goudreserves in de bodem alsook in opslag zal dat land de minste moeite hebben met een monetaire systeemaanpassing. In zekere zin geldt dit ook voor Rusland met een contante goudreserve van ruim 2.000 ton en nog aanzienlijk meer in de bodem. Bovendien, volgens een recent rapport van Polyus Gold, Ruslands grootste goudproducent, bevindt zich in Siberië een resource van een slordige 3.000 ton die na winning rechtstreeks naar de Russische centrale bank vloeit (als een “100% garantie tegen toekomstige economische en politieke risico’s”, werd er bij gezegd). Deze vondst maakt het voor China gemakkelijker om met Rusland op te trekken zodra een dergelijk changement zich aandient.

    De toekomstige rol van goud

    Uit onderstaande chart van de World Gold Council blijkt o.m. dat goud ook na de loskoppeling van de dollar in 1971 en ondanks de ‘riggings een robuuste rol is blijven spelen.

    Volgens Egon von Greyerz van Matterhorn Asset Management in Zürich, kenner bij uitstek van de edelmetaalmarkt, zou de Westerse “Gold Maginot Line”, zoals hij die noemt al dit jaar kunnen vallen. Volgens hem vanwege de grootschalige gold leasing activiteiten door de Fed en andere centrale banken, wier goud zich intussen in China en wellicht ook in andere voormalige Sovjet republieken bevindt. Deze leasing praktijken zijn onderdeel van het zgn. gold suppression scheme om de goudprijs onder druk te houden. Dit goud lag opgebaard bij de LBMA banken (bullion banks) in Londen en New York. Deze banken verstrekten de centrale banken een I.O.U. die het vervolgens naar het Oosten zagen verdwijnen. Dat goud komt niet meer terug en de LBMA zal nooit meer in staat zijn dat goud aan de “rechtmatige eigenaren” in casu de centrale banken te retourneren. Als dan het “uur U” zich aandient, ontstaat er “een klein probleempje”. De goudschaarste zal niet te overzien zijn. Wat we niet weten is hoeveel goud op deze wijze is “verdwenen” daar hierover angstvallig het zwijgen wordt gedaan.

    Deze zgn. Maginot Linie refererend aan de voormalige Franse minister van Oorlog werd opgetrokken in Augustus 2013 teneinde de goudprijs beneden het niveau van $1,350 te houden. Tot tweemaal toe werd er een aanval uitgevoerd in 2016 en 2018 maar vergeefs. Von Greyerz verwacht dit jaar een nieuwe aanval met aanmerkelijk meer kans van slagen. Alleen geeft hij niet aan wat de trigger zou kunnen zijn maar zoals uit het voorstaande valt af te leiden, ligt er meer dan één oorzaak “in de wachtkamer”.

    Volgens de World Gold Council ligt de dagelijkse omzet op een niveau tussen US$50 en US$ 80 miljard. De jaarproductie ligt thans op nog geen 2.500 ton neigend naar krimp gezien de afnemende vondsten en lagere ‘grades’ van de goudaders. Deze factoren zetten aan tot hogere productiekosten en bij een (snel) toenemende fysieke vraag mede tot een versnelde doorbraak van het $1.350 niveau.

    De koopkracht van goud wordt het beste gedemonstreerd aan de hand van bovenstaande chart waarin alle majeure papieren valuta’s in de vorige eeuw het grootschalig hebben moeten afleggen tegen goud. De “papieren” stijging van vermogensklassen als aandelen en vastgoed wordt hiermee dan ook sterk gerelativeerd!

    Heb getwijfeld of deze column niet de titel van “Andere Tijden XVI” had moeten meekrijgen doch de rol die goud straks opnieuw zal opeisen verdient de voorkeur. Zo niet dan is chaos het enige alternatief!

    Robert Broncel Copyright, 6 maart 2019

    www.robertbroncel.com.

    1. Deze column wordt ook aan DNB president Klaas Knot verzonden.

    Disclaimer: Deze column is geschreven door Robert Broncel en hoeft daarom niet de visie van Marketupdate te vertegenwoordigen. Marketupdate geeft geen beleggingsadvies en dit artikel moet dan ook niet als zodanig worden beschouwd. Resultaten uit het verleden bieden geen garanties voor de toekomst.




  • Centrale banken weten het niet meer

    Centrale banken weten het niet meer

    Centrale banken hebben het er de laatste jaren maar druk mee. Zo is het aantal toespraken dat ze jaarlijks geven in de periode van 1998 tot 2014 verzesvoudigd. Sinds de financiële crisis communiceren ze niet alleen over hun monetaire beleid, maar proberen ze de markt ook met woorden in een bepaalde richting te sturen. Denk aan centraal bankiers die zeggen dat ze de rente nog lang laag zullen houden of dat ze zullen ingrijpen, mocht dat ooit weer nodig zijn. ‘Forward guidance’ noemen we dat.

    Forward guidance wordt door centrale banken uitgelegd als een nieuw beleidsinstrument, maar eigenlijk betekent het dat de bodem van de gereedschapskist van centrale banken in zicht is. Het is alsof je een centraal bankier vraagt om een hamer en hij een papiertje geeft met daarop een tekening van een hamer.

    Centrale banken geven steeds meer toespraken

    Centrale banken praten steeds meer, maar zeggen steeds minder

    In 2017 publiceerde de Zwitserse centrale bank nog een onderzoek over dit onderwerp. Daaruit bleek dat een toename van het aantal persconferenties van centrale banken helemaal niet zorgde voor meer duidelijkheid bij het publiek. Integendeel, de markt kreeg juist meer tegenstrijdige geluiden te horen, waardoor het moeilijker werd om het beleid van centrale banken te voorspellen. Uit de conclusie van het onderzoek van Thomas Lustenberger en Enzo Rossi:

    “Meer communicatie produceert voorspellingsfouten en vergroot de spreiding. Dit inzicht was voorzien door Simon (1971), die zei dat “een overvloed aan informatie een armoede van aandacht creëert.” Het sluit ook aan bij de conclusies getrokken door bijvoorbeeld Morris & Shin (2002), Sims (2003), Kahneman (2003) en Blinder (2004). Zij stellen dat ongecoördineerde communicatie de signaal-ruisverhouding juist kan verlagen in plaats van verhogen, en daarmee de effectiviteit van het monetaire beleid kan belemmeren.

    Anders gezegd, een centrale bank die spreekt met een kakofonie van stemmen heeft in feite misschien helemaal geen stem. Minder spreken kan dus gunstig zijn voor centrale banken die de voorspelbaarheid en homogeniteit tussen financiële en macro-economische voorspellingen willen vergroten. We leveren enig bewijs dat dit in het bijzonder waar voor kan zijn centrale banken waarvan het transparantieniveau al hoog is.

    Nog minder succesvol op het gebied van het voorspellen is het beleid van forward guidance, zoals nagestreefd na de financiële crisis. Het beïnvloedde noch de fouten noch de spreiding van de rente en opbrengstprognoses.”

    Terug bij af?

    De laatste jaren zit de wereldeconomie weer in een opwaartse trend. Dat herstel hebben we voor een belangrijk deel te danken gehad aan het ingrijpen van centrale banken. Met structurele opkoopprogramma’s en liquiditeitssteun voor banken werd het vertrouwen in schuldpapier hersteld. Daardoor kwam ook de kredietverlening aan consumenten en bedrijven weer op gang.

    We kunnen onszelf op de borst kloppen voor de economische groei van de laatste jaren, maar de vraag is of de economie ook zo goed blijft draaien zonder al die stimulering door centrale banken. De Federal Reserve zette haar geplande renteverhoging begin dit jaar niet door, omdat de vooruitzichten voor de economie te onzeker werden. De ECB is nog maar net gestopt met het opkopen van staatsobligaties en er wordt alweer gesproken over een nieuwe ronde van liquiditeitssteun aan banken. Ondertussen overweegt de Bank of Japan extra monetaire stimulering om een waardestijging van de munt te voorkomen.

    Om een lang verhaal kort te maken, het economische herstel van de afgelopen jaren is voor een belangrijk gedeelte te danken aan het ruime monetaire beleid van centrale banken. De gewenste ‘normalisering’ blijkt een moeizaam en pijnlijk proces, waarbij een nieuwe recessie gemakkelijk kan worden uitgelokt.

    Hoe nu verder?

    Centrale banken balanceren op een smal pad tussen deflatie en inflatie. Dat maakt dat ze heel weinig speelruimte hebben om effectief beleid te voeren. Een onvoorzichtige stap in de verkeerde richting – en die hoeft niet per se van centrale banken te komen – kan een keten van gebeurtenissen veroorzaken die leidt tot een nieuwe crisis.

    Mario Draghi zei laatst tijdens een hoorzitting in het Europees Parlement dat groei de beste manier is om uit de schulden te komen. In dit scenario worden schulden door inflatie makkelijker te betalen, maar de keerzijde is dat ook de waarde van het geld verder wordt uitgehold. En dat betekent verlies van koopkracht, zeker voor de lagere inkomens. En dat voedt het wantrouwen van de bevolking ten aanzien van overheden en centrale banken.

    Centrale banken moeten in deze onzekere tijden rekening houden met verschillende scenario’s. Dat betekent dat ze ook moeten anticiperen op de negatieve effecten van meer protectionisme en economische oorlogsvoering in de wereld. Als centrale banken wereldwijd besluiten meer goud te kopen en in toenemende mate goudvoorraden terughalen naar eigen land, dan is dat wat mij betreft zeker een teken aan de wand. We zouden wat meer moeten kijken naar wat centrale banken doen en minder moeten luisteren naar wat ze zeggen.

    Deze column verscheen eerder bij Goudstandaard




  • Goud gaat eindelijk weer glanzen

    Goud gaat eindelijk weer glanzen

    Aan het einde van afgelopen jaar begon de prijs van goud omhoog te gaan. Dat was goed te begrijpen. Markten waren volatiel en veel beleggers zochten een veilig heenkomen. Maar de prijsstijging is in 2019 doorgegaan.

    Op moment van schrijven bedroeg die $1.342 per troy ounce, het hoogste niveau sinds april 2018. Toch doet die prijsstijging vreemd aan. Het ziet er naar uit, dat met het nieuwe jaar de moeilijkheden uit 2018 verdampt zijn. Goud had derhalve weer in prijs moeten gaan zakken. De Japanse yen, van oudsher ook een veilige haven, is sinds het begin van 2019 wel gaan verzwakken.

    Goudprijs blijft stijgen

    Waarom is de prijs van goud niet omlaaggegaan? Daar zijn wel de nodige argumenten voor aan te voeren. Denk bijvoorbeeld aan de onzekerheden rondom de Brexit of rondom de naderende Europese verkiezingen. Ook het voortsudderende handelsconflict is een verklaring voor de stijging van de goudprijs. Al die onzekerheden kunnen ook verklaren waarom de waardestijging van de dollar evenmin invloed heeft op de prijsvorming. Integendeel, die prijsvorming lijkt een handje geholpen door het vermoeden dat de dollar op het punt staat te pieken. De dollarindex schommelt rond een niveau van 97 en in november 2018 piekte deze index op 97,54. Trouwens, ook de daling van het reële rendement op de 10-jaars Treasury van 1,20% in november naar pakweg 0,80% vormt een steun voor de prijs van goud.

    Het edelmetaal goud levert de koper geen rente op. Het is daarmee duidelijk dat goud er aantrekkelijker uitziet als beleggingsklasse als wereldwijd de rente de neiging heeft om te gaan dalen. Dat gaat zeker ook op voor de Verenigde Staten. Daar levert de 3-maands Treasury een rendement van 2,4% en is daarmee aantrekkelijker dan goud. Mocht het rendement gaan teruglopen, dan kan goud hiervan opnieuw profiteren. De kans hierop groeit nu de Fed pas op de plaats maakt met renteverhogingen en de roep om verlaging alleen maar luider wordt. Centrale banken ondersteunen de stijging van de goudprijs sowieso. Centrale banken als die van Rusland kochten in 2018 meer goud op dan in een halve eeuw het geval was. Ze verkochten tegelijkertijd de Amerikaanse Treasury. Op die manier diversifieerden ze hun reserves.

    Langlopende trend gunstig

    Waarschijnlijk blijft de prijs van goud voorlopig hoog omwille van trends die nog achter de horizon verborgen liggen. De haviken bij centrale banken lijken in het defensief gedrongen. Een reeks van data wijst voorzichtig in de richting van afnemende rendementen op obligaties en op een verzwakkende economische groei. Dat verkleint weliswaar de kansen op inflatie, maar de verwachting groeit dat centrale bankiers weer de weg van goedkoop geld inslaan om zo de inflatie meer leven in te blazen. We kunnen zodoende een herhaling meemaken van de periode 2008 – 2011. Het was de periode dat de Fed zijn beleid van kwantitatieve verruiming optuigde om meer inflatie te krijgen. In diezelfde periode steeg de prijs van goud van $700 naar $1.900 per troy ounce.

    Opnieuw laat de inflatie het wereldwijd afweten en de eerste tekenen van een naderende beleidswijziging door centrale bankiers zijn al duidelijk waarneembaar. Zo heeft de gouverneur van de Bank van Japan, Haruhiko Kuroda, het Japanse parlement verteld dat hij het beleid verder gaat versoepelen, als valutabewegingen de consumentenprijzen gaan beïnvloeden. Deze woorden onderstrepen ontwikkelingen op de Japanse obligatiemarkten. Daar ligt het rendement op 10-jaars staatsleningen weer onder 0% en dat was niet meer het geval sinds november 2016.

    Gaan centrale banken weer verruimen?

    Ook ontwikkelingen in Duitsland en Australië wijzen erop dat beleidswijzigingen in de lucht hangen. Duitsland en Australië zijn min of meer te beschouwen als barometer van de Chinese economie. In Australië bivakkeert de dollar weer op de lage niveaus van 2015 en 2016. De verslechtering is mede het gevolg van een notulenverslag van de centrale bank waaruit een duidelijke voorkeur voor versoepeling spreekt. In Duitsland gaat het economisch in snel tempo minder. De meest recente ZEW Indicator of Current Conditions in Duitsland viel in een maand tijd met 12,6 punten naar 15. Dat is het laagste niveau sinds 2014 en ver onder de verwachtingen van 23.

    Op moment van schrijven zijn de notulen van de Fed over de maand januari nog niet gepubliceerd. Beleggers rekenen er echter op dat de Fed gaat stoppen met het verder afslanken van zijn balans. Er leven ook verwachtingen dat de Fed zijn houding gaat veranderen ten opzichte van de inflatie. Als de inflatie onder het beoogde niveau van 2% blijft, dan kunnen nieuwe verruimingsmaatregelen overwogen worden. Kortom, het tij lijkt zich gunstig te ontwikkelen voor de prijs van goud.

    Cor Wijtvliet

    corwijtvliet-logo

    Deze bijdrage is afkomstig van www.corwijtvliet.nl

    Tot slot:

    • Hebt u opmerkingen en/of vragen? Mail ze gerust aan: [email protected]
    • Of via mijn twitteraccount: @wijtvliet
    • Voor meer door mij geschreven artikelen bezoekt u mijn website: www.corwijtvliet.nl
    • Of bezoek www.Beurshalte.nl
    • Ontvangt u het Cor Wijtvliet Journaal niet rechtstreeks? Abonneert u zich dan hier!

    Vindt u deze columns van Cor Wijtvliet interessant, dan kunt voor €25 per jaar donateur worden van het CorWijtvlietJournaal. Ook kunt u een geheel vrijwillige bijdrage overmaken naar NL14RABO0156073676, ten name van Wijtvliet Research.

    Donateurs krijgen niet alleen zonder vertraging het CorWijtvlietJournaal in hun mailbox, maar kunnen ook rekenen op een wekelijkse extra nieuwsbrief met vijf beleggingstips van Cor Wijtvliet. Neem voor meer informatie contact op met Cor Wijtvliet via het hierboven genoemde mailadres.




  • Lening afsluiten duurder door toenemende rentekosten

    Waar 2018 nog een recordjaar was wat lage rentes betreft, lijkt er op dit moment een einde te zijn gekomen aan de historisch lage rentekosten. De rente op een lening is namelijk aan het stijgen.
    “De eerste grote kredietaanbieders van Nederland hebben de rentes verhoogt,” stelt Michel Becker van Ambtenarenlening. “Hoewel wij net als afgelopen jaren waarschijnlijk de laagste rente kunnen blijven bieden, sluit ik niet uit dat ook bij ons de rente gaat stijgen dit jaar.”

    Renteverhogingen door marktleiders

    Afgelopen periode hebben BNP Paribas, Findio en Interbank de rente voor het consumptief krediet aanzienlijk verhoogd. Het gaat hierbij om leningen van minstens € 25.000, -. Dit is het belangrijkste en meest voorkomende leenbedrag waarmee kredietverstrekkers hun leningen aanbieden in de markt.
    Over het algemeen staan Findio en Interbank bekend om hun scherpe rentetarieven, maar vervolgens verliezen ze met deze renteverhoging de aansluiting met andere kredietverstrekkers in de markt. Hierdoor is geld lenen in 2019 gemiddeld genomen duurder geworden en de concurrentie op de leenmarkt gedaald.
    De huidige renteverhogingen zijn dermate opvallend aangezien de trend voor leenrente al bijna 10 jaar dalend is. In 2011 was de gemiddelde leenrente nog 11%. Deze is inmiddels gedaald tot gemiddeld 7%. Voordelig lenen kan echter al met een rente vanaf 3,90%. Het komt dus totaal onverwachts dat juist nu de rente stijgt.

    Risk Based Pricing

    Het absolute verschil tussen de gemiddelde leenrente en het laagst mogelijke tarief komt door ‘risk based pricing’. Deze term betekent in het Nederlands ‘rente naar risico’. Sluit je een lening af op basis van risk based pricing, dan kijkt de kredietverstrekker voor het bepalen van de rente naar jouw persoonlijke situatie. Op basis van deze situatie wordt de hoogte van de rentekosten bepaald.

    Persoonlijke lening

    Dat de rentes voor een persoonlijke lening de afgelopen jaren zijn gedaald, komt door het rentebeleid van de Europese Centrale Bank. Om de bestedingen in de Eurozone aan te jagen houdt de centrale bank de beleidsrentes laag. Kredietverstrekkers kunnen op deze manier voordelig aan geld komen om uit te lenen. Een interessant artikel over de renteverhogingen van de Europese Centrale Bank is hier te vinden.

    Hypotheekrente ongekend laag

    Hetzelfde geldt overigens voor hypotheekverstrekkers. Onder invloed van het lage-rentebeleid van de Europese Centrale Bank is ook de hypotheekrente ongekend laag.
    Overigens is de hypotheekrente sterker gedaald dan de rente voor een consumptief krediet. Dit komt voornamelijk omdat de concurrentie voor hypotheken een stuk meer is gegroeid. Momenteel zijn in Nederland 36 hypotheek aanbieders actief, tegenover 14 kredietverstrekkers.

    Vorig jaar zette Interbank nog een stop op doorlopende leningen door aflossingen verplicht te maken. Hiermee willen ze voorkomen dat de flexibiliteit van dit leenproduct wordt misbruikt om ongelimiteerd te blijven lenen. Bij een doorlopend krediet is namelijk discipline nodig om het afgeloste bedrag niet opnieuw op te nemen. Dit is meteen ook het nadeel van een doorlopend krediet in tegenstelling tot een persoonlijke lening.

    Verwachting 2019

    Voor 2019 is de verwachting dat steeds meer mensen die een lening afsluiten hogere rentes zullen gaan zien op hun offertes. Op de vraag of het verstandig is om nu over te sluiten is het antwoord dat het eigenlijk altijd verstandig is om regelmatig, bijvoorbeeld eenmaal per jaar, te controleren of het voordeliger kan om een lening af te sluiten. Het komt geregeld voor dat er boetevrij of zonder kosten overgesloten kan worden. Deze ontwikkelingen zijn interessant om in de gaten te houden. Als er minder rentekosten zijn is er meer financiële ruimte om af te lossen en is men over het algemeen eerder klaar met het aflossen van de lening.

    Een manier om financieel betrouwbare leningen te verstrekken ondanks de toenemende rentekosten, is het vergelijken van verschillende kredietverleners alvorens men een lening afsluit. Doordat er meer inzicht in looptijd, het totale leenbedrag en welke lening geschikt is ontstaan, kiest men eerder een lening die bij de desbetreffende persoon past. Een lening vergelijken is daarom een verstandige eerste stap voor het afsluiten van krediet.