Tag: aandelenmarkt

  • Chinese aandelen slachtoffer van handelsoorlog

    Dat het er af en toe ruig aan toe kan gaan op de internationale aandelenmarkten, dat weten we sinds het begin van de nieuwe maand oktober weer. Minder bekend is waarschijnlijk dat er al heel 2018 een ijzig klimaat heerst. In 2017 ging de zogeheten CSI-index, waarin de belangrijkste bedrijven van het Chinese vasteland zijn opgenomen, nog met 22% omhoog. In 2018 is deze winst geheel verdampt en dat is vooral te wijten aan de steeds feller wordende handelsoorlog tussen China en de VS.

    De daling komt vooral voor de buitenlandse investeerder op een vervelend moment. De MSCI had juist 200 Chinese A-shares opgenomen in zijn breed gevolgde Emerging Market benchmark. Vooral aandelen van Chinese bedrijven met belangen in de VS hebben zwaar te lijden onder de huidige omstandigheden. Dat is niet de enige zorg voor de belegger. Die begint zich steeds nadrukkelijker af te vragen of de Chinese consument wel blijft spenderen. Deze zorg is niet onterecht. Citigroup weet te melden dat autoverkopen in september met maar liefst 25% zijn gedaald. De strategen van die bank zijn bang dat dit feit slechts een begin is van meer ellende. Ze verwachten dat de komende kwartalen zal blijken dat internationale supply chains zich aan het verleggen zijn ten koste van China.

    Meer Chinese aandelen in de MSCI

    Overigens wil de huidige malaise niet zeggen dat de MSCI zijn plannen om meer A-shares in zijn EM Index op te nemen staakt. Die gaan gewoon door. MSCI verwacht dat er in 2020 434 A-shares in zijn index zullen zijn opgenomen. Dat moet dan $66 miljard extra aantrekken uit de hoek van zowel actieve als passieve fondsen. Beleggers maken zich dan ook minder zorgen om de huidige zwakte op de Chinese aandelenbeurzen als wel om het gebrek aan corporate governance bij de opgenomen Chinese bedrijven.

    Je hebt slachtoffers en grote slachtoffers. Op de Chinese aandelenmarkten heeft vooral de technologiesector het heel erg moeilijk. Beleggers stemmen bij bosjes met hun voeten. Dat heeft minder te maken met de bredere omgeving, zoals in de VS, maar vooral met de fundamentals. Tech is in China een bijna wijds begrip en daarmee veel minder high-tech of vernieuwend dan in de VS en Europa. Zeker buitenlandse beleggers kijken hier kritischer naar, juist in onzekere tijden. Die kritische beschouwingen leveren ook op dat waarderingen heel hoog zijn in China. Bedrijven als Tencent en Alibaba hebben grote verliezen moeten incasseren in 2018, waar de koers-winstverhouding nog steeds tussen 27 en de 30 slingert . Tencent en Alibaba maken echter nog steeds winst. Die winst ontbreekt bij de meeste IPO’s van dit jaar. Hoe moet je dan de hoge waarderingen rechtvaardigen, zo vraagt de kritische belegger zich af.

    Chinese aandelenmarkt ging dit jaar flink naar beneden

    Aandelenbubbel?

    Het doet allemaal wel heel erg denken aan de internetbubbel aan het begin van deze eeuw. Ook nu stroomt het geld in brede stromen toe bij de 30 Tech IPO’s van dit jaar, maar die beginnen nu op te drogen. Veel voornamelijk Chinese beleggers hebben slechte herinneringen aan hun avonturen met staatsbedrijven en worden voorzichtig. Hetzelfde geldt ook voor de buitenlandse belegger. De stieren onder de beleggers denken dat de markt voorzichtiger en selectiever aan het worden is. Ze kijken daarbij dan vooral naar het gedrag van beleggers met heel diepe zakken, zoals Sequia en Softbank, maar ook Tencent en Alibaba.

    Dat lijkt echter toch geen juiste redenering. Zo heeft een bedrijf als Bytedance een waardering van $75 miljard. Dit bedrijf legt zich toe op het aanbieden van content in de vorm van korte video’s en newsfeeds. Het is uiterst populair bij de afnemer, zo populair dat het grote Tencent dit strijdperk verliet. Bytedance is echter onder het vergrootglas van de Chinese overheid terecht gekomen en dat belooft weinig goeds.

    Die Chinese overheid kijkt trouwens ook steeds kritischer naar andere techbedrijven die games, betalingsverkeer of video’s aanbieden. Dat moet wel ten koste van het enthousiasme van beleggers en dat is al te zien. Alle genoemde 30 IPO’s noteren nu onder de introductieprijs en sommige bedrijven zien af van hun beursgang of stellen die in ieder geval uit totdat er meer duidelijkheid komt over de houding van de Chinese overheid, de handelsoorlog en het klimaat op de beurs! Kortom, het blijft voorlopig winteren op de Chinese aandelenbeurzen!

    Cor Wijtvliet

    corwijtvliet-logo

    Deze bijdrage is afkomstig van www.corwijtvliet.nl

    Tot slot:

    • Hebt u opmerkingen en/of vragen? Mail ze gerust aan: [email protected]
    • Of via mijn twitteraccount: @wijtvliet
    • Voor meer door mij geschreven artikelen bezoekt u mijn website: www.corwijtvliet.nl
    • Of bezoek www.Beurshalte.nl      
    • Ontvangt u het Cor Wijtvliet Journaal niet rechtstreeks? Abonneert u zich dan hier!

    Vindt u deze columns van Cor Wijtvliet interessant, dan kunt voor €25 per jaar donateur worden van het CorWijtvlietJournaal. Ook kunt u een geheel vrijwillige bijdrage overmaken naar NL14RABO0156073676, ten name van Wijtvliet Research.

    Donateurs krijgen niet alleen zonder vertraging het CorWijtvlietJournaal in hun mailbox, maar kunnen ook rekenen op een wekelijkse extra nieuwsbrief met vijf beleggingstips van Cor Wijtvliet. Neem voor meer informatie contact op met Cor Wijtvliet via het hierboven genoemde mailadres.

  • Amerikaanse aandelenbeurzen zijn een klasse apart

    U bent het waarschijnlijk al vergeten, maar aan het begin van dit jaar trof een golf van extreme volatiliteit de internationale beurzen. De rally, die voorafging aan de golf van wereldwijde koersdalingen, was zeer breed gedragen. Deze forse stijging was gebaseerd op het idee van een synchroon wereldwijd herstel. Dat herstel was zichtbaar in Europa en in de opkomende markten en de rally op de financiële markten in die regio’s was zelfs sterker dan die op de toch al bloeiende Amerikaanse aandelenmarkten.

    De synchrone vreugde is van korte duur geweest als we kijken naar het herstel sinds de dip. Sinds dat dieptepunt in 2018 is de S&P 500 met 10,8% gestegen, terwijl de FTSE-index voor de wereld buiten de Verenigde Staten is met 2,8% gedaald. Historisch gesproken zijn er steeds opnieuw grote verschillen geweest tussen de VS en de rest van de wereld, maar de prestaties over het afgelopen halfjaar is de beste sinds jaren. Zelfs de Federal Reserve met haar renteverhogingen heeft de feestvreugde niet kunnen verstieren. Het rendement op de 10-jaars Treasury is stabiel gebleven, maar is weer wel aanzienlijk hoger dan in de rest van de ontwikkelde wereld.

    FAANG

    Hoe laat zich dit alles verklaren? Een voor de hand liggende verklaring zijn de FAANG’s. De Verenigde Staten hebben een groep zeer dominante internetbedrijven als Apple en Amazon binnen de landsgrenzen. De rest van de wereld, met uitzondering van China, kan daar absoluut niet op bogen. Het afgelopen halfjaar is de NYSE Fang+Index, met o.a. de Chinese bedrijven Baidu en Alibaba en de FAANGs, met 21% gestegen, terwijl de MSCI EAFE information technology index, met daarin techbedrijven uit de rest van de ontwikkelde wereld, slechts met 2,3% omhoog gegaan is.

    Het grote verschil is terug te voeren op het fenomeen FAANG. Beleggers gaan ervan uit dat deze klein groep internetbedrijven zeer stevig in hun schoenen staan en dat ze ook morgen winnaar zullen zijn. Wat heeft het dan voor nut om je net breder te werpen? Natuurlijk kleven er nadelen aan de grote afhankelijkheid van de FAANGs. Beleggers kunnen om onduidelijke redenen hun vertrouwen verliezen. De politiek kan besluiten om de huidige machtspositie aan te pakken door de FAANGs te dwingen zich op te knippen.

    Sterke dollar

    Een tweede verklaring voor de huidige verschillen op aandelenbeurzen vormen simpelweg de data. Aan het einde van 2017 deed Europa het verrassend goed en dat gold ook voor China. Dat laatste land leek er ook in te slagen de kredietbubbel geleidelijk leeg te laten lopen. Nu laat alleen de Amerikaanse economie een gezonde groei zien. Europa lijkt weer niet vooruit te branden en zorgen nemen weer toe over de bubbels in China…

    Maar de belangrijkste verklaring is misschien wel de sterke dollar. De DXY-dollarindex, dat de dollar afzet tegen een mandje van de belangrijkste valuta in de westerse wereld, heeft zijn hoogste niveau in meer dan een jaar aangetikt. Die stijging verklaart goeddeels de druk op de opkomende markten. De JP Morgan EM FX index is de afgelopen zes maanden 10% gedaald en lijkt op weg naar een all-time low. Een duurdere dollar maakt aandelen gedenomineerd in dollars relatief sterker ten opzichte van andere aandelen. Voor de opkomende markten komt daar nog bij dat er traditioneel een inverse relatie bestaat tussen de dollar en assets uit de opkomende markten. Een sterkere dollar pakt negatief uit op de mogelijkheid van die landen om hun schuld uitgedrukt in dollars terug te betalen.

    Het is minder duidelijk wat de impact is van de dure dollar op andere aandelenbeurzen. Japanse aandelen profiteren van een verzwakkende yen. Een sterkere dollar ondergraaft het competitief vermogen en vermindert de winsten van de multinationals met veel overzeese activiteiten. Een sterkere dollar is bepaald geen pluspunt in de handelsoorlog met China. Het zou zomaar kunnen dat president Trump daarom gaat proberen om de dollar omlaag te praten. Dat zal zeker het geval zijn als de sterke dollar de kracht van de Amerikaanse aandelenbeurzen gaat ondermijnen.

    Cor Wijtvliet

    corwijtvliet-logo

    Deze bijdrage is afkomstig van www.corwijtvliet.nl

    Tot slot:

    • Hebt u opmerkingen en/of vragen? Mail ze gerust aan: [email protected]
    • Of via mijn twitteraccount: @wijtvliet
    • Voor meer door mij geschreven artikelen bezoekt u mijn website: www.corwijtvliet.nl
    • Of bezoek www.Beurshalte.nl      
    • Ontvangt u het Cor Wijtvliet Journaal niet rechtstreeks? Abonneert u zich dan hier!

    Vindt u deze columns van Cor Wijtvliet interessant, dan kunt voor €25 per jaar donateur worden van het CorWijtvlietJournaal. Ook kunt u een geheel vrijwillige bijdrage overmaken naar NL14RABO0156073676, ten name van Wijtvliet Research.

    Donateurs krijgen niet alleen zonder vertraging het CorWijtvlietJournaal in hun mailbox, maar kunnen ook rekenen op een wekelijkse extra nieuwsbrief met vijf beleggingstips van Cor Wijtvliet. Neem voor meer informatie contact op met Cor Wijtvliet via het hierboven genoemde mailadres.

  • De beren weten het even niet meer

    Nog maar drie jaar geleden werd je nagenoeg voor gek verklaard als je van mening was dat de markt niet overgewaardeerd was en dat er derhalve geen crash op handen was. Zeer uiteenlopende persoonlijkheden als Donald Trump en Robert Shiller werden niet moe erop t hameren dat er zich bubbels vormden op de financiële markten. Het heette daarom verstandig voor beleggers om het posities eens grondig te herwaarderen.

    Zoveel jaren verder moeten we echter vaststellen, dat de sombermannen er gewoon naast zaten of in ieder geval te vroeg waren met hun waarschuwingen. Sinds het begin van 2015 zijn de koersen van de S&P 500 met 34% verder gestegen. Ook de tweets van president Trump hebben de aanhoudende stijging niet kunnen blokkeren.

    De aanhoudende koersstijgingen hebben op verschillende terreinen hun uitwerking niet gemist. Neem de financiële pratende hoofden. Nog niet zo lang geleden was een royale meerderheid de mening toegedaan dat het wel mis moest gaan, maar die stemmen zijn nu nagenoeg verstomd. Maar juist het verstommen van waarschuwende stemmen zou misschien tot nadenken moeten stemmen en beleggers tot voorzichtigheid moeten aanzetten.

    Positief sentiment

    De toon in de media wordt vaak gezet door gezaghebbende marktparticipanten, maar juist die toon wordt steeds minder ‘bearish’ naarmate de crisis verder achter ons komt te liggen. Het aantal artikelen in een krant als the Financial Times, waarin gesproken wordt over bubbels op de beurzen is sinds 2013 stelselmatig gedaald. Het aantal is ook lager dan in de periode 2002 – 2008.

    Het zijn overigens niet alleen de pratende hoofden die het vermoeide hoofd in de schoot hebben gelegd, ook de professionele belegger lijkt zijn kritisch vermogen afgelegd te hebben. Een zeer recent onderzoek van Bank of America Merrill Lynch leert dat professionele partijen in de VS voor het eerst in meer dan een jaar weer overwogen zijn in Amerikaanse aandelen. Zulk gedrag moet verbazing wekken bij wie beseft dat Amerikaanse aandelen de hoogste waardering kennen van het westelijk halfrond. De professionele beleggers bleken ook nog eens overwogen in technologieaandelen. Ze handelen zo, terwijl ze weten dat juist Aziatische en Amerikaanse techaandelen razend populair zijn en juist daarom een risico in zich dragen.

    Overwaardering?

    Of het nu commentatoren zijn of professionele handelaars, ze spreken al niet meer van overwaardering. Markten zijn duur en daarmee basta. Ze moedigen hun klanten en toehoorders aan om belegd te blijven om vervolgens uit te stappen voordat zaken misgaan. Een mooi voorbeeld van deze manier van denken geeft de traditionele en erkende beer Jeremy Grantham van het fondsenhuis GMO. Aan het begin van 2018 noemde hij de markt buitengewoon duur. Hij voorzag, dat de kans dat de markt in een periode van zes tot twee maanden zou instorten, groter was dan 50%. Je zou zeggend dat die insteek tot het logische advies moet leiden om zo snel mogelijk liquide te gaan. Maar nee, Grantham komt niet verder dan wat te mompelen over psychologische voortekenen waar de belegger op moet letten om vervolgens in sneltreinvaart te gaan afbouwen. Je schiet als belegger weinig op met dit vage gebrabbel.

    Wat is er eigenlijk mis met het aloude gezonde verstand? Als iets (te) duur is, dan blijf je ervan af. Als dure aandelen in je portefeuille zitten, dan is er niets op tegen er afscheid van te nemen. Het ‘timen’ van de markt is een zeer hachelijke aangelegenheid die wel tot ongelukken moet leiden. Maar de aanhoudende beursrally heeft de beren uitgeput en hun gezonden verstand doet er het zwijgen toe. Juist dat gezonde verstand heeft er immers voor gezorgd dat hun beleggingsresultaten de afgelopen jaren vaak ondermaats waren. Ze gooien de handdoek in de ring op een moment dat de gekte op de financiële marken de overhad lijkt te krijgen. Steeds meer signalen staan op rood. Het idee is te gek voor woorden, maar veel beren zijn naar eigen zeggen vol belegd op een moment dat ze zouden moeten afbouwen en afscheid nemen van hun overgewaardeerde assets. Het is de wereld op zijn kop en dat voorspelt weinig goeds!

    Cor Wijtvliet

    corwijtvliet-logo

    Deze bijdrage is afkomstig van www.corwijtvliet.nl

    Tot slot:

    • Hebt u opmerkingen en/of vragen? Mail ze gerust aan: [email protected]
    • Of via mijn twitteraccount: @wijtvliet
    • Voor meer door mij geschreven artikelen bezoekt u mijn website: www.corwijtvliet.nl
    • Of bezoek www.Beurshalte.nl      
    • Ontvangt u het Cor Wijtvliet Journaal niet rechtstreeks? Abonneert u zich dan hier!

    Vindt u deze columns van Cor Wijtvliet interessant, dan kunt voor €25 per jaar donateur worden van het CorWijtvlietJournaal. Ook kunt u een geheel vrijwillige bijdrage overmaken naar NL14RABO0156073676, ten name van Wijtvliet Research.

    Donateurs krijgen niet alleen zonder vertraging het CorWijtvlietJournaal in hun mailbox, maar kunnen ook rekenen op een wekelijkse extra nieuwsbrief met vijf beleggingstips van Cor Wijtvliet. Neem voor meer informatie contact op met Cor Wijtvliet via het hierboven genoemde mailadres.

  • Zijn aandelen overgewaardeerd?

    De aandelenmarkt lijkt weinig vatbaar voor de toenemende geopolitieke spanningen en de dreiging van een wereldwijde handelsoorlog tussen de Verenigde Staten en China. Weliswaar hebben de aandelen in opkomende markten een kleine correctie laten zien, maar over de hele linie staan de waarderingen van aandelen hoger dan ze de afgelopen vijftien jaar gestaan hebben.

    De grote vraag is nu of de huidige aandelenkoersen gerechtvaardigd zijn of dat er sprake is van overwaardering. Op basis van de extreem lage rente kunnen we de hogere waardering voor aandelen verklaren. De laatste jaren was het gemiddelde dividendrendement van de S&P 500 index bijvoorbeeld hoger dan het rendement op veel langlopende Amerikaanse staatsobligaties.

    Aandelen versus grondstoffen

    Toch zijn er ook indicatoren die erop wijzen dat aandelen nu relatief duur zijn geworden. Vergelijken we de waarde van financiële activa als aandelen en staatsobligaties met die van tastbare bezittingen als grondstoffen, vastgoed en kunst, dan zien we dat laatstgenoemde momenteel uitzonderlijk laag gewaardeerd is.

    Onderstaande grafiek van Bank of America Merrill Lynch laat zien dat tastbare bezittingen ten opzichte van financiële activa als aandelen en obligaties sinds 1925 nog nooit zo laag hebben gestaan als nu. De laatste keer dat tastbare bezittingen relatief gezien zo goedkoop waren was eind jaren ’90. De prijzen van goud en zilver stonden samen met die van veel andere grondstoffen op een dieptepunt, terwijl aandelen van technologiebedrijven in die tijd juist extreem populair waren.

    Grondstoffen historisch goedkoop tegenover aandelen (Bron: Bank of America)

    Zijn aandelen overgewaarderd?

    Dat de ratio tussen beide zo laag is kan betekenen dat grondstoffen momenteel te laag gewaardeerd staat, maar het kan ook betekenen dan aandelen overgewaardeerd zijn. In dat perspectief is de volgende grafiek interessant, waarin de waarde van de 5.000 grootste beursgenoteerde bedrijven in de Verenigde Staten wordt afgezet tegen het bruto binnenlands product. Deze index wordt ook wel de Buffett indicator genoemd.

    Deze grafiek leert ons dat de aandelenmarkt in de Verenigde Staten zelfs op het hoogtepunt van de dotcom bubbel niet zo hoog gewaardeerd was als op dit moment. Ook zien we – met de kennis van nu – hoe goedkoop de aandelenmarkt op het dieptepunt van de crisis in 2009 was.

    Aandelen zijn nu nog hoger gewaardeerd dan in 2000 (Bron: Advisor Perspectives, dshort.com)

    Inhaalslag voor grondstoffen?

    Sinds het uitbreken van de financiële crisis hebben centrale banken met hun ruime monetaire beleid bijgedragen aan een sterke inflatie in de waarde van financiële activa als aandelen en obligaties, terwijl grondstoffen naar verhouding veel minder in prijs gestegen zijn. Dat zien we ook terug in de volgende grafiek van Goldman Sachs.

    Prijzen financiële activa hardst gestegen

    Zetten we al deze ontwikkelingen op een rij, dan lijken grondstoffen op dit moment aantrekkelijk gewaardeerd. Ook zien we vergelijkingen met de situatie aan de vooravond van de dotcom crisis, zoals het zeer positieve sentiment ten aanzien van technologiebedrijven en de minimale aandacht voor beleggen in bijvoorbeeld grondstoffen en edelmetalen.

    Toch moet je als belegger ook vooral geduld hebben, want vorig jaar constateerden we ook al dat tastbare bezittingen relatief goedkoop waren geworden. Hoe lang zal het nog duren voordat de volgende opwaartse cyclus in grondstoffen begint?

  • Realiteitszin op de financiële markten lijkt zoek

    Beleggers moeten zich onderhand toch wel gaan afvragen of alles wel goed gaat op de financiële markten. De geopolitieke spanningen nemen alleen maar toe en zowel in Europa als in de VS wordt het monetair beleid op zijn kop gezet. Reacties blijven echter nagenoeg uit. De MSCI World Equity Index koestert nog steeds een plus van 10%, hoewel er een handelsoorlog is uitgebarsten. Dat is toch wel vreemd.

    Opvallend is ook dat niet alleen waarderingen bizar aan doen onder de huidige omstandigheden. Wie de moeite neemt om even goed polshoogte te nemen, ziet wel heel veel zaken die op zijn zachtst gezegd verbazing wekken. Neem bijvoorbeeld de kredietverlening. Steeds vaker hoor je dat schulden van bedrijven te hoog en te riskant zijn. Meer dan 40% van de asset managers is die mening toegedaan. De klacht is niet ongegrond. Bedrijven hebben afgelopen jaren steeds meer geleend voor bijvoorbeeld buy-outs of overnames. Die hebben vaak een rating variërend van Triple B-plus tot Triple B-min. Beleggers lijken echter onaangedaan. De vraag naar schuldpapier blijft hoog, heel hoog. Daardoor is de spread tussen veilige triple A-papier en ongemakkelijk Triple B-papier slechts een heel magere 50 basispunten. In 2012 bedroeg de spread 200 basispunten.

    ‘Dollar premium’

    Ook de zogeheten dollar term premium zou op zijn minst verbazing moeten wekken. Daarmee wordt de premie bedoeld die de Federal Reserve bereid is beleggers te betalen die hun geld in langlopend schuldpapier willen stoppen. Normaal zou dat positief moeten uitpakken voor de belegger, zeker onder de huidige omstandigheden. De rente stijgt en de inflatie lijkt weer wakker te worden. Daar komt nog bij dat de overheid in de VS de komende jaren veel schuldpapier gaat uitgeven als gevolg van de belastinghervormingen en de groeiende tekorten. Maar de belegger krijgt helemaal geen premie. Die bedraagt nul! Volgens JP Morgan is er wereldwijd zelfs sprake van een inverse yield curve.

    Ook moet het bevreemding wekken dat er amper een correlatie te ontdekken is tussen valuta en renteverschillen. De markt veronderstelt dat de kloof tussen de rente in de VS en die in Japan en Europa alleen maar breder zal worden. De spread tussen de overnight rate voor de dollar en de euro bedraagt nu 250 basispunten. Dat was 25 basispunten in 2016 en 100 basispunten in 2017. In eerdere cycli leidde een dergelijke kloof tot een sterkere dollar. Daar is nu geen sprake meer van.

    Waar komt het optimisme vandaan?

    En zo wemelt het van de tegenstrijdigheden en paradoxen. Beleggers blijven Amerikaanse aandelen kopen ondanks de torenhoge waarderingen. Je zou verwachten dat ze daarom voor niet Amerikaanse aandelen kiezen. Maar nee. De goudprijs blijft maar dalen ondanks de toenemende internationale spanningen. Hetzelfde geldt voor de VIX Index. Die staat weer onder 15, terwijl de spanningen maar blijven oplopen.

    Hoe is die onverschilligheid te verklaren. Zijn beleggers ervan overtuigd dat de groei wereldwijd gezond blijft, zodat bedrijven hun schulden kunnen betalen en hoge winsten blijven boeken? Of zijn beleggers te zelfgenoegzaam geworden na al die jaren van kwantitatieve verruiming en gratis geld? Wie het weet mag het zeggen. Een ding moet echter duidelijk zijn. Markten reageren onder de huidige omstandigheden niet normaal ook al blijven ze zo kalm. Geopolitiek ziet de wereld er immers allesbehalve normaal en kalm uit!

    Cor Wijtvliet

    corwijtvliet-logo

    Deze bijdrage is afkomstig van www.corwijtvliet.nl

    Tot slot:

    • Hebt u opmerkingen en/of vragen? Mail ze gerust aan: [email protected]
    • Of via mijn twitteraccount: @wijtvliet
    • Voor meer door mij geschreven artikelen bezoekt u mijn website: www.corwijtvliet.nl
    • Of bezoek www.Beurshalte.nl      
    • Ontvangt u het Cor Wijtvliet Journaal niet rechtstreeks? Abonneert u zich dan hier!

    Vindt u deze columns van Cor Wijtvliet interessant, dan kunt voor €25 per jaar donateur worden van het CorWijtvlietJournaal. Ook kunt u een geheel vrijwillige bijdrage overmaken naar NL14RABO0156073676, ten name van Wijtvliet Research.

    Donateurs krijgen niet alleen zonder vertraging het CorWijtvlietJournaal in hun mailbox, maar kunnen ook rekenen op een wekelijkse extra nieuwsbrief met vijf beleggingstips van Cor Wijtvliet. Neem voor meer informatie contact op met Cor Wijtvliet via het hierboven genoemde mailadres.

  • Russische aandelenmarkt onderuit door nieuwe sancties

    De Russische aandelenmarkt ging maandag met bijna 9% onderuit, nadat de Verenigde Staten vrijdag nieuwe sancties hadden aangekondigd tegen verschillen personen en bedrijven in Rusland. Ook de veroordeling van president Trump over de Russische steun aan Syrië zorgde voor onzekerheid, want de belangrijkste beursindex in Rusland liet de grootste daling in vier jaar zien.

    Ook de roebel werd geraakt door de sancties, want de munt verloor in één dag 2,5% van haar waarde ten opzichte van de Amerikaanse dollar. Op het moment van schrijven krijg je ongeveer 60 roebels voor een dollar, de laagste wisselkoers sinds november 2017. Intraday stond de munt zelfs even meer dan 4% lager, de grootste daling sinds 2016.

    Nieuwe sancties tegen Rusland

    De nieuwe sancties die de Amerikaanse regering vorige week oplegde zijn gericht tegen zeven Russische zakenmensen en 12 bedrijven waar ze leiding aan geven of een aandeel in hebben. Op deze lijst staan energiebedrijven, aluminiumproducenten en bedrijven die auto’s en machines produceren.

    Van deze twaalf bedrijven werd aluminiumproducent Rusal het hardst getroffen, want dit bedrijf verloor op de beurs in één dag ongeveer een kwart van haar waarde. Dit bedrijf was in 2016 met ruim 70.000 werknemers en een productie van 3,74 miljoen ton aluminium het tweede grootste bedrijf in de aluminiumsector ter wereld. Ter vergelijking, het Amerikaanse Alcoa produceerde in datzelfde jaar 2,6 miljoen ton aluminium.

    Oplopende spanningen

    Op twitter haalde de Amerikaanse president Trump hard uit naar Rusland en Iran, omdat zij de Syrische regering onder leiding van Assad blijven steunen. Deze uitspraken zijn opvallend, omdat Trump tot op heden vooral geprobeerd heeft de relatie met Rusland te verbeteren.

    De Russische premier Dmitry Medvedev noemde de nieuwe Amerikaanse sancties onwettig in illegaal en liet weten dat Rusland het recht heeft om vergeldingsmaatregelen te nemen. Volgens hem gebruikt de Amerikaanse regering politieke instrumenten om haar eigen commerciële belangen te dienen.

    Deze bijdrage is afkomstig van Geotrendlines

  • Kan de aandelenmarkt zonder stimulering centrale banken?

    Het is alweer negen jaar geleden dat de aandelenmarkt in de Verenigde Staten haar bodem bereikte. De S&P 500 staat op het moment van schrijven op ongeveer 2.800 punten, ruim vier keer zoveel als het dieptepunt van 666 punten in het voorjaar van 2009. Een uitmuntende prestatie, ware het niet dat deze rally gepaard ging met het grootste monetaire experiment in de geschiedenis van centrale banken.

    Sinds het uitbreken van de financiële crisis hebben de zes grootste centrale banken met verschillende soorten stimuleringsprogramma’s meer dan $12.000 miljard aan hun balans toegevoegd. De meeste centrale banken kochten schuldpapier op om de obligatiemarkt liquide te houden, terwijl andere centrale banken intervenieerden door aandelen (Bank of Japan) en vreemde valuta (Swiss National Bank) op te kopen.

    Centrale banken willen stimulering afbouwen (Grafiek via Zero Hedge)

    Wat als centrale banken de geldkraan dichtdraaien?

    Deze monetaire stimulering pakte goed uit voor aandelen, want door de lage rente konden bedrijven goedkoop lenen en werd de aandelenmarkt een interessant alternatief voor het spaargeld. Maar wat gaat er met die aandelenkoersen gebeuren als centrale banken straks de geldkraan dichtdraaien?

    De Federal Reserve is al begonnen met het afbouwen van haar balans en het verhogen van de rente, al gaat dat in zeer kleine stapjes. De ECB is voornemens later dit jaar haar opkoopprogramma af te bouwen, terwijl de gouverneur van de Bank of England recent nog gezegd heeft dat het tijd wordt om weer een renteverhoging door te voeren.

    Natuurlijk geldt ook hier het principe van ‘eerst zien en dan geloven’, maar als centrale banken daadwerkelijk de geldkraan dichtschroeven kan dat wel eens zeer negatief uitpakken voor zowel aandelen als staatsobligaties. Zoals onderstaande grafiek laat zien is er namelijk een sterke correlatie tussen de wereldwijde aandelenindex MSCI World en de aankopen van centrale banken.

    Wat betekent terugdraaien van monetaire stimulering voor aandelen? (Bron: Citi Research)

    Is de nieuwe koers van centrale banken niet ingeprijsd?

    Volgens de efficiënte markttheorie zou de aangekondigde koerswijziging van centrale banken inmiddels ingeprijsd moeten zijn in de waardering van aandelen en obligaties, maar daar lijkt nog geen sprake van te zijn. Volgens analist Matt King van Citi is dat wel te verklaren, omdat deze theorie alleen opgaat voor markten die zeer liquide zijn. Daar is echter niet altijd sprake van, zeker niet in obligatiemarkten die langzaam aan gedomineerd worden door centrale banken. Als voorbeeld noemt hij de markt voor Italiaanse staatsobligaties, waar de centrale bank de laatste jaren de belangrijkste koper was van het schuldpapier.

    Valt de centrale bank als koper van obligaties weg, dan is het lastig te voorspellen waar de koers heen zal gaan. Dat kan het einde betekenen van een lange periode met uitzonderlijk weinig volatiliteit en het begin van een nieuwe periode met meer onzekerheid. De lage volatiliteit van de laatste tijd moet volgens King daarom ook niet verward worden met een laag risico.

    Lage volatiliteit is niet hetzelfde als weinig risico

    Durven centrale banken dit risico te nemen en het stimulerende beleid terug te draaien dat de aandelenmarkt en de economie de laatste jaren zo ondersteund heeft? Of zullen ze er al snel achter komen dat ’tapering’ binnen dit geldsysteem een onmogelijke opgave is?

    Dit artikel wordt u aangeboden door Goudstandaard, uw adres voor de aankoop en verzekerde opslag van edelmetalen. Wilt u goud kopen? Neem dan contact op door te mailen naar [email protected] of door te bellen naar +31(0)88-4688488.

  • Goldman: “Aandelen kwart lager bij rente van 4,5%”

    Als de Amerikaanse 10-jaars rente naar 4,5% stijgt zullen de aandelenkoersen een flinke duikeling maken, zo verwacht analist Daan Struyven van Goldman Sachs. Van de economische groei blijft in dat scenario weinig veel meer over, maar van een recessie zal dan nog geen sprake zijn. Veel ingrijpender is de rentestijging voor de aandelenmarkt, want die zou in een dergelijk scenario met 20 tot 25 procent kunnen dalen.

    Goldman Sachs heeft bij wijze van stress test het effect van een rentestijging tot 4,5% doorgerekend, maar dat is niet het scenario waar de bank rekening mee houdt. Volgens de bank zal de Amerikaanse 10-jaars rente tegen het einde van dit jaar zijn opgelopen tot ongeveer 3,25%. Dat is een niveau dat we sinds de zomer van 2011 niet meer gezien hebben.

    Stijgende rente

    In historisch perspectief is een dergelijke rentepercentage zeker niet extreem, maar door de hogere publieke en private schulden zal de stijging van de rente een veel grotere impact hebben op de totale rentelasten van huishoudens, bedrijven en overheden. De vrees is dat een stijgende rente een negatieve impact zal hebben op de economie, omdat het ten koste gaat van het besteedbare inkomen van huishoudens en de winsten van bedrijven.

    Eerder deze maand maakte de Amerikaanse aandelenmarkt een duikeling van ongeveer tien procent, een correctie die gepaard ging met een oplopende 10-jaars rente. De rente bereikte vorige week een hoogtepunt van 2,95% en staat op het moment van schrijven op 2,85%.

    Stijging Amerikaanse 10-jaars rente ongunstig voor aandelen? (Bron: Bloomberg)

    Dit artikel wordt u aangeboden door Goudstandaard, uw adres voor de aankoop en verzekerde opslag van edelmetalen. Wilt u goud kopen? Neem dan contact op door te mailen naar [email protected] of door te bellen naar +31(0)88-4688488.

  • Beleggers stoppen $529 miljoen in goudmijnen na beurscorrectie

    Na de beurscorrectie van eerder deze maand zochten beleggers hun toevlucht tot goudmijnaandelen, zo meldt Bloomberg. Zo kwam er bij VanEck’s Vectors Gold Miners ETF, onder beleggers ook wel bekend als de GDX, in een week tijd $529 miljoen aan nieuw kapitaal binnen. Dat was de grootste instroom in een week tijd sinds september 2013. Dit fonds belegt voornamelijk in grote mijnbouwbedrijven, waaronder Newmont Mining en Barrick Gold.

    Veel beleggers zien goudmijnaandelen als een soort hefboom op goud, omdat de winstmarge van mijnbouwbedrijven in zeer sterke mate wordt beïnvloedt door de goudprijs. Zeker bij mijnen die niet van tevoren een prijs afspreken met afnemers kan de ontwikkeling van de goudprijs veel invloed hebben op de uiteindelijke opbrengst van een mijn. Beleggen in goudmijnen is een meer risicovol alternatief voor fysiek goud kopen, maar daar staat tegenover dat een belegging in goudmijnaandelen meer geld kan opleveren. Vorig jaar publiceerden we al een uitgebreid artikel over het verschil tussen goud en goudmijnen.

    Beleggers stappen massaal in goudmijnaandelen na beurscorrectie (Bron: Bloomberg)

    Dit artikel wordt u aangeboden door Goudstandaard, uw adres voor de aankoop en verzekerde opslag van edelmetalen. Wilt u goud kopen? Neem dan contact op door te mailen naar [email protected] of door te bellen naar +31(0)88-4688488.

  • Buy the dip! Verstandig?

    De onrust op de financieel markten heeft beleggers alweer enkele illusies armer gemaakt. Zo is er met een grote klap een einde gekomen aan het idee dat financiële markten voor langere tijd in een fase van lage volatiliteit beland waren. Misschien moeten we nu ook vraagtekens zetten bij de aloude beurswijsheid van ‘buy the dip’.

    Hoe ziet de buitenwereld er momenteel uit? De wereldeconomie oogt zonder meer gezond en ook de kwartaalcijfers lijken te suggereren dat het aanhouden van aandelen beslist geen kwaad kan. Is dat we zo, nu de rente weer omhoog kruipt en centrale banken plannen maken om een einde te maken aan de kwantitatieve verruiming? Dat betekent toch dat een bron voor het aanhoudend optimisme begint op te drogen? Dat denken althans sommige analisten. Die wijzen er ook op dat de onverwacht sterke opleving van de volatiliteit en de heftige koersbewegingen in de afgelopen dagen ervoor kunnen zorgen dat het sentiment voorlopig koortsachtig blijft. Ze verwijzen daarvoor naar de reactie op de heftige koersschommelingen in augustus 2016 en begin 2016. Daar komt nog bij dat beleggers steeds meer risico’s zijn gaan nemen. Dan is het wachten op een ongeluk.

    Volatiliteitsindex

    Dat ongeluk is gebeurd en hoe. De volatiliteitsindex, die eindeloos lang onder het lange termijn gemiddelde van 20 gesluimerd heeft, nam in recordtempo de barrières van 50. Dat pakte echt verkeerd uit voor beleggers die producten in hun portefeuille hadden die gebaseerd waren op de verwachting dat de volatiliteit van aandelen laag zou blijven. De verliezen waren enorm. Credit Suisse zag in één nacht $500 miljoen verdampen. Het roept echter ook de vraag op welke andere risico’s nog schuilgaan in de financiële markten? Hier doet het recente verleden het ergste vrezen.

    Dat alles zet vraagtekens bij de beurswijsheid van ‘buy the dip’. Er speelt nog meer wat tot voorzichtigheid maant. De economie mag dan robuust lijken, maar ook hier steken problemen de kop op. De afgelopen maand januari was voor beleggers de beste maand in drie decennia. Wie goed kijk, ziet dan in de loop van de maand het momentum begon weg te ebben als gevolg een geleidelijk oplopen van de rente op de Treasury naar een niveau van bijna 2,9%.

    Die stijging was weer een reactie op de boven verwachting goede bedrijfscijfers. De combinatie van zorgen voor een opleving van de inflatie en stijgende rentes vormde de basis voor de scherpe val van de S&P 500. De yield op de 10-jaars treasury beweegt nu tussen 2,8% en 2,9%,  het hoogste niveau in zeker vier jaren. Als nu blijkt dat dat de belastinghervormingen in de VS grotere inflatoire druk tot gevolg heeft, dan zal de yield ongetwijfeld verder omhoog kruipen met alle mogelijke gevolgen voor de aandelenmarkten.

    Hogere rente?

    Je zou kunnen stellen, dat een correctie daar hoog nodig is. De arbeidsmarkt verkrapt en de opwaartse loondruk lijkt steeds meer gestalte te krijgen. Als dan de rente ook nog omhoog kruipt en er definitief een einde is gekomen aan de periode van extreem lage rente, dan moeten de waarderingen wel omlaag.
    Deze ontwikkelingen vallen ook (toevallig?) samen met het aantreden van een nieuwe man aan de top van de Federal Reserve. De markt vraagt zich af of deze Jerome Powell wel uit het juiste hout is gesneden. Zal hij de dreiging van hernieuwde inflatie standvastig tegemoet treden en doorgaan met het verhogen van de rente en het afbouwen van de balans van de Fed of toch niet? Financiële markten houden niet van dit soort onzekerheden. Het maakt ze nerveus.

    Er is genoeg grond om aan te nemen dat na een vlekkeloos verlopen 2017, het lopende jaar wel eens een jaar vol hobbels kan blijken te zijn. Voor wie toch nog gelooft in de mantra van ‘buy the dip’. De correctie bedraagt gemiddeld 10% en 12 maanden later staan de koersen weer hoger. Het klassieke probleem van wanneer in te stappen blijft nagenoeg onoplosbaar.

    Cor Wijtvliet

    Disclaimer: Bovenstaand artikel is geen professioneel beleggingsadvies en het is ook geen uitnodiging om te gaan beleggen. Beleggen brengt kosten en risico’s met zich mee. In het verleden behaalde resultaten bieden geen garantie voor de toekomst. Het artikel is louter de persoonlijke mening van de auteur.

    corwijtvliet-logo

    Deze bijdrage is afkomstig van www.corwijtvliet.nl

    Tot slot:

    • Hebt u opmerkingen en/of vragen? Mail ze gerust aan: [email protected]
    • Of via mijn twitteraccount: @wijtvliet
    • Voor meer door mij geschreven artikelen bezoekt u mijn website: www.corwijtvliet.nl
    • Of bezoek www.Beurshalte.nl      
    • Ontvangt u het Cor Wijtvliet Journaal niet rechtstreeks? Abonneert u zich dan hier!

  • Beurzen onderuit, tijd voor reflectie?

    Beurzen onderuit, tijd voor reflectie?

    De forse correctie op de wereldwijde aandelenmarkten zet ons even weer met beide benen op de grond. In de Verenigde Staten gingen de belangrijkste beursindices deze week met ongeveer 10% omlaag, terwijl de aandelen van de grootste Europese bedrijven in een week tijd ruim 7% van hun waarde verloren.

    De correctie was hevig en kwam voor veel beleggers als een schok, omdat de aandelenkoersen de laatste maanden alleen maar omhoog leken te gaan. Toch is het geen vreemd verschijnsel, want sinds het begin van de bull market in aandelen in 2009 is het al vier keer eerder voorgekomen dat de aandelenkoersen meer dan 10% omlaag duikelden. De laatste keer was minder dan twee jaar geleden, toen een crash op de Chinese aandelenmarkt voor veel onrust zorgde.

    Wat zegt deze correctie?

    Het is normaal dat de koersen van aandelen, obligaties en grondstoffen niet in een rente lijn omhoog of omlaag gaan, dus een correctie als die van de afgelopen week is op zichzelf niet bijzonder. Maar zoals ik schreef is het wel een goed moment voor reflectie. Waren de aandelenkoersen de laatste maanden niet te hard gestegen? En zijn de verwachtingen van beleggers ten aanzien van de winstgevendheid van beursgenoteerde bedrijven niet veel te hoog geworden?

    Met andere woorden, waren de aandelenkoersen voor deze correctie wel een goede weerspiegeling van de realiteit? Dat is een discussie waarover de meningen waarschijnlijk sterk verdeeld zijn. Kijken we naar de macro-economische cijfers, dan zou je de indruk krijgen dat de economie uitstekend draait. Maar zit er geen addertje onder het gras?

    Minder sparen

    Afgelopen week kwam de Rabobank met een rapport waaruit bleek dat huishoudens er in de afgelopen veertig jaar qua besteedbaar inkomen niet veel op vooruit zijn gegaan. Ook kwam de Nederlandsche Bank met het bericht dat we vorig jaar nauwelijks meer gespaard hebben. Misschien hebben we dat geld gebruikt om te beleggen in aandelen of om af te lossen op de hypotheek, maar het zou ook zomaar kunnen dat huishoudens meer zijn gaan consumeren.

    Ook in de Verenigde Staten sparen huishoudens steeds minder. Dat is op zich wel te begrijpen, want met de stijgende huizenprijzen voelen mensen met een eigen huis zich rijker en durven ze meer geld uit te geven. Dat is zeker in Nederland het geval, waar de huizenprijzen sterk meebewegen met de stand van de economie en de ontwikkeling van de rente.

    Met het vooruitzicht van een stijgende rente kan het groeiverhaal van de afgelopen jaren als sneeuw voor de zon verdwijnen. Kunnen huishoudens door een hogere hypotheekrente minder geld lenen voor een woning, dan zal dat een negatief effect hebben op de huizenprijzen en daarmee op het consumptiepatroon van huishoudens. In 2010 en 2011, toen de huizenprijzen nog flink omlaag gingen, begonnen we massaal te sparen. Zie daarvoor de cijfers van de Nederlandsche Bank verderop in deze nieuwsbrief.

    Meer sparen betekent dat de rem op de consumptie gaat en dat kan in het slechtste geval uitdraaien op meer faillissementen en een oplopende werkloosheid. Een stijging van de rente is voor onze met schuld overladen economie dus zeer bedreigend…

    Frank Knopers

    Deze column van Frank Knopers verscheen eerder op GoudstandaardGoudstandaard is gespecialiseerd in de verkoop en opslag van fysiek edelmetaal. Wilt u meer informatie over beleggen in edelmetalen? Bel ons op +31(0)88 46 88 488 of mail naar [email protected].