Tag: europa

  • Vooruitzichten Europese economie verbeteren; comeback consument aanstaande

    De vooruitzichten voor Europa zijn minder somber dan veel beleggers denken, stelt James Sym, fondsbeheerder Europese aandelen bij Schroders. Hij verwacht een opleving van de Europese consumentenbestedingen. Ondanks herstel van de Europese aandelenmarkten in de eerste helft van dit jaar, zijn veel beleggers sceptisch over de vooruitzichten voor de Europese economie. Maar Sym vind dit overdreven en een argument daarvoor ziet hij in de rol van de Europese consumenten.

    Loongroeispurt

    Amerikaanse huishoudens zijn goed voor 70% van de Amerikaanse economie, de bijdrage van Europese huishoudens blijft beperkt tot 45%-50%. Maar dat is nog altijd een fors percentage. Daarbij staat de Europese consument er nu beter voor dan aan het begin van het decennium. Zo trekt de loongroei in Europa aan. Bleef hij zo’n twee jaar geleden nog beperkt tot 1%-2%, nu spreken bedrijven over 3%-4% loongroei en in nichemarkten zelfs nog meer. Daarnaast blijft de inflatie beperkt, waardoor consumenten per saldo meer te besteden hebben.

    Overheden trekken de portemonnee

    Overheden worden ook soepeler in hun uitgaven onder druk van populistische stromingen. Voor het eerst in jaren geven Europese overheden nu meer geld uit dan voorheen. Hun bijdrage aan de economie bedraagt gemiddeld 40%-50%, dus zij kunnen met een verhoging van hun bestedingen een behoorlijke boost geven aan een economische groei die niet meer dan 1 – 1,5% bedraagt.

    Ondergewaardeerde consumentenaandelen en banken

    Sym vraagt zich af welke delen van de markt kunnen profiteren van deze opleving. Bedrijven die cyclische consumentengoederen maken zijn momenteel het goedkoopst op de aandelenmarkt. Daaronder vallen onder meer autoproducenten, entertainment en retailers. Deze aandelen zijn eigenlijk al uit de gratie omdat beleggers denken dat de economische cyclus voor deze sectoren al zijn piek heeft bereikt. Maar dit deel van de markt zou een een mooi jachtgebied kunnen zijn voor stockpickers.

    Een andere aantrekkelijke sector zijn de financials. De rentetarieven blijven in Europa op een zeer laag niveau en dit heeft beleggers ervan weerhouden om naar de banksector te kijken. Maar voor bepaalde banken is het helemaal niet nodig dat de rente gaat stijgen. Er zijn in Europa goed gekapitaliseerde banken die een aantrekkelijk dividendrendement bieden. Andere banken – met name in Italië – vormen echter een hoog risico.

    Handelsconflict blijft risico vormen

    Een mogelijke groeivertraging is een bron van zorg. Denk aan het Chinees – Amerikaanse handelsconflict. Daarnaast moeten veel industriële bedrijven meer investeren om hun capaciteit te vergroten. Dat zorgt voor druk op hun winstmarges. Daarom vindt Sym cyclische industriële aandelen minder aantrekkelijk. Een andere reden is dat de waarderingen in dit deel van de markt grotendeels hersteld zijn van de daling eind vorig jaar.

    Contrair kansen zoeken

    Europa is momenteel minder geliefd bij beleggers en met name geldt dat voor consumentenaandelen en banken. Maar het heeft weinig zin om te beleggen in sectoren die al flink in waarde gestegen zijn. De kansen liggen juist daar waar men – met een contraire visie – verbetering verwacht. Maar het is cruciaal om selectief te blijven en aandelen te zoeken met een aantrekkelijk risicogewogen rendementsprofiel.

    Lees meer in Why I’m backing a consumer comeback in Europe, van James Sym, fondsbeheerder Europese aandelen bij Schroders.

    Volg Marketupdate nu ook via Telegram

    Waardeert u de artikelen en analyses op onze site, steun ons dan met een eenmalige of periodieke donatie. Met uw donatie kunnen we mooie artikelen blijven schrijven en worden we minder afhankelijk van inkomsten uit advertenties. Klik hier om te doneren!




  • Europa en Rusland dichter bij handel in euro’s

    Europa en Rusland hebben opnieuw een stap gezet richting het gebruik van de euro voor internationale handel. De Russische minister van Financiën Anton Siluanov en de vice-president van de energie-unie van de Europese Commissie Maroš Šefčovič hebben namelijk afgesproken om een werkgroep op te zetten die zich over dit vraagstuk zal buigen.

    Beide partijen hebben aangegeven dat het gebruik van nationale valuta voor beide landen gunstig is, omdat het risico’s voor ondernemers in de EU en Rusland wegneemt. Siluanov en Šefčovič spraken ook over het verbeteren van het investeringsklimaat in Rusland en het openstellen van de markt voor Europese bedrijven. Deze ontmoeting tussen vertegenwoordigers van Rusland en de Europese Commissie laat zien dat er op hoog niveau gewerkt wordt aan het versterken van de euro als internationale handelsmunt.

    Internationale rol van de euro

    Zowel Europa als Rusland willen hun afhankelijkheid van de dollar verkleinen. Eind vorig jaar kwam de Europese Commissie met een nieuw voorstel om de rol van de internationale euro te promoten. Ook uitte Jean-Claude Juncker vorig jaar zijn onvrede over de Europese afhankelijkheid van de dollar in energietransacties.

    De Russische minister van Economische Zaken Maxim Oreshkin zei eind vorig jaar in een interview met Russia Today dat zijn land open staat voor het gebruik van euro’s. Vorige week zei hij tijdens het St. Petersburg Economic Forum dat verschillende handelspartners van Rusland een steeds groter deel van hun reserves in euro’s aanhouden. Hij suggereerde dat de euro daarmee de rol van de dollar kan overnemen als internationale handelsmunt.

    “China, Turkije, en andere handelspartners breiden hun positie in euro’s uit, evenals Europa. De dollar is geleidelijk en onvermijdelijk marktaandeel aan het verliezen in de wereld. Dit is niet alleen iets wat Rusland aangaat, maar de hele wereld.”

    De ECB publiceerde deze week een nieuw rapport over de internationale rol van de euro. Klik hier om het rapport te downloaden.

    Dit artikel verscheen eerder op Geotrendlines

  • Schulden eurolanden sterk gestegen sinds crisis

    De schulden van de meeste eurolanden zijn sinds het uitbreken van de crisis in 2007 sterk gestegen, zo blijkt uit nieuwe cijfers van Eurostat. Elf eurolanden hebben inmiddels meer dan 60% staatsschuld ten opzichte van het bbp, waarmee ze de regels van het Stabiliteits- en Groeipact overschrijden. Door de groei van de economie daalt in verschillende landen de schuldenquote, maar over de hele linie zijn de schulden toegenomen.

    De landen met de hoogste staatsschulden zijn Griekenland, Italië en Portugal. In Spanje en Ierland ligt het schuldniveau wat lager, maar wel twee keer zo hoog als voor de crisis. Alleen Duitsland heeft haar begroting op orde weten te houden, want daar is de schuld nu lager dan in 2007. Hieronder een overzicht van Bloomberg.

    Schulden Eurolanden sterk gestegen sinds crisis (Bron: Bloomberg)

    Volg Marketupdate nu ook via Telegram

    Waardeert u de artikelen en analyses op onze site, steun ons dan met een eenmalige of periodieke donatie. Met uw donatie kunnen we mooie artikelen blijven schrijven en worden we minder afhankelijk van inkomsten uit advertenties. Klik hier om te doneren!




  • Negatieve rente voedt angst voor ‘secular stagnation’

    Negatieve rente voedt angst voor ‘secular stagnation’

    Op het moment van schrijven hebben staatsobligaties met een totale waarde van pakweg $10 biljoen een negatieve rente. Dat wijst erop dat de wereld afkoerst of opnieuw beland is in deflatoire tijden. Hoe het ook zij, beleggers en beleidsmakers maken zich terecht zorgen over de gezondheid van de wereldeconomie. Die kan wel eens sneller aan vaart verminderen dan nog aan het begin van 2019 voor mogelijk werd gehouden.

    Japan en Duitsland zijn nu in een race verwikkeld voor de prijs van staatsobligaties met de grootste vergoeding. Japan leidt deze onzalige race, maar gevreesd moet worden dat Duitsland wel eens een nationaal record kan breken. In 2016, op het hoogtepunt van de discussie over secular stagnation bereikte de vergoeding op de 10-jaars Bund een dieptepunt van -0,19%. De yield heeft dit jaar -0,07% aangetikt.

    Japan-scenario

    De trend in Duitsland en in mindere mate in bijvoorbeeld Nederland geeft steun aan de veronderstelling dat de eurozone aan het Japaniseren is. Natuurlijk heeft Japan in het verleden unieke fouten gemaakt waardoor in 1990 twee bubbels tegelijk klapten, namelijk de beurs en het onroerend goed. Maar er zijn wel degelijk parallellen. Denk bijvoorbeeld aan de demografische ontwikkeling. Dat is trouwens een ongunstige trend die overal in de westerse wereld terug te zien is.

    Er zijn nog meer parallellen. In de nasleep van de financiële crisis droogde de kredietverlening op, omdat vooral huishoudens en bedrijven fanatiek hun schulden gingen afbetalen, ook al was de rente extreem laag. Dat veroorzaakte in de termen van Richard Koo van Nomura een balansrecessie. Dat overkwam Japan in de jaren na het klappen van de bubbels. Amerikanen en Europeanen reageerden op deze balansrecessie door de fiscale kraan open te draaien en door een extreem soepel monetair beleid te introduceren. Toen de publieke schuldenlast tot in de hemel gestegen was, draaiden overheden de fiscale kraan dicht, zoals Japan in de jaren negentig van de vorige eeuw herhaaldelijk had gedaan.

    Duitse 10-jaars rente opnieuw omlaag (Bron: Bloomberg)

    Seculiere stagnatie

    Het heeft uiteindelijk allemaal niet mogen baten en in 2016 moesten centrale banken erkennen dat ze feitelijk geen wapen meer in handen hadden om de stagnatie te doorbreken. Toen verscheen president Trump op het toneel en met hem een hernieuwde poging tot fiscaal stimuleren. Mede geholpen door het beleid van ‘Abenomics’ in Japan en de Chinese massieve fiscale stimulering kwam de economie weer van de grond.

    Hier houden overigens de overeenkomsten op. Zo financierden de Verenigde Staten hun stimulering door de verkoop van obligaties aan de private sector, terwijl China het stimuleringsbeleid betaalde doordat de centrale bank indirect de aankoop van obligaties door banken financierde. In Japan nam de centrale bank de rekening in het geheel op haar conto. De rente op de Amerikaanse 10-jaars Treasury ligt nog steeds royaal boven het niveau van 1,36% van juli 2016, in tegenstelling tot de eerdergenoemde Bund. De verschillen in niveau onderstrepen nadrukkelijk de groeimogelijkheden van beide economische blokken.

    China

    Misschien geldt het gevaar voor Japanisering nog wel het meest voor China. Vooral dankzij de een-kind-politiek van de afgelopen decennia slaat nu de vergrijzing in combinatie met de ontgroening heel hard toe. De bevolking groeit nog maar amper of niet, terwijl de beroepsbevolking al sinds 2010 aan het krimpen is. Die krimp zal in de komende jaren alleen maar versnellen. Daarentegen zal het aantal senioren groeien van de huidige 10% van de totale bevolking naar 20% in 2035. Deze demografische trends hebben de overheid gedwongen om hun economische groei minder afhankelijk te maken van investeringen en meer te laten leunen op consumptie. Dat blijkt een succes. De spaarquote is gedaald van 42% van het beschikbaar inkomen in 2010 naar 35% in 2018.

    Een belangrijke pijler onder de Chinese groei is altijd het proces van urbanisatie geweest, de massale trek van het platteland naar de stad. Er moest heel snel en heel veel gebouwd worden. Dat stuwde de economie. Nu begint die trek op te drogen door een afnemend aantal jongeren, met als resultaat dat het positief effect van de bouw op de economie aan het verdampen is. Dat gaat druk op de groei zetten!

    Structureel lagere groei

    Japan, China, de Eurozone en de VS, al deze economische blokken zien een structureel lagere groei. De Japanse les zou moeten zijn dat vooral grootschalige fiscale stimulering een effectief antwoord kan zijn. Maar die les is nog steeds niet geleerd, ook niet door Japan zelf. Dat land gaat later dit jaar de consumptie zwaarder belasten.

    Van Duitsland weten we dat ze daar gruwen van fiscale stimulering. Het is echter ook nog maar de vraag of de Trumpiaanse vorm van fiscale stimulering wel de juiste is. Van een gezamenlijke en eenduidige aanpak is nog geen sprake. Waarschijnlijk is de nood nog niet hoog genoeg!

    Cor Wijtvliet

    corwijtvliet-logo

    Deze bijdrage is afkomstig van www.corwijtvliet.nl

    Tot slot:

    • Hebt u opmerkingen en/of vragen? Mail ze gerust aan: [email protected]
    • Of via mijn twitteraccount: @wijtvliet
    • Voor meer door mij geschreven artikelen bezoekt u mijn website: www.corwijtvliet.nl
    • Of bezoek www.Beurshalte.nl
    • Ontvangt u het Cor Wijtvliet Journaal niet rechtstreeks? Abonneert u zich dan hier!

    Vindt u deze columns van Cor Wijtvliet interessant, dan kunt voor €25 per jaar donateur worden van het CorWijtvlietJournaal. Ook kunt u een geheel vrijwillige bijdrage overmaken naar NL14RABO0156073676, ten name van Wijtvliet Research.

    Donateurs krijgen niet alleen zonder vertraging het CorWijtvlietJournaal in hun mailbox, maar kunnen ook rekenen op een wekelijkse extra nieuwsbrief met vijf beleggingstips van Cor Wijtvliet. Neem voor meer informatie contact op met Cor Wijtvliet via het hierboven genoemde mailadres.




  • Europa en China versterken samenwerking met de zijderoute

    De regeringsleiders van Duitsland, Frankrijk en China hebben dinsdag in Parijs overlegd over verdere samenwerking tussen Europa en China. In het paleis aan de Champs Elysees spraken Macron, Merkel, Juncker en Xi Jinping over de zijderoute en het versterken van de wederzijdse handelsrelatie. Ook werd er gesproken over de globalisering en de noodzaak om internationale organisaties als het IMF en de WHO te hervormen.

    In de persconferentie na afloop van het overleg spraken de regeringsleiders unaniem de wens uit om meer samen te werken. De Chinese leider Xi Jinping benadrukte de noodzaak van globalisering als basis voor een verbetering van de welvaart. Hij zei dat China dankzij globalisering in 40 jaar bereikt heeft waar Europese landen drie eeuwen over gedaan hebben.

    Xi Jinping merkt op dat wereldhandel gebaseerd zou moeten zijn op principes van gelijkwaardigheid en tolerantie. Hij sprak zijn zorgen uit over de anti-globaliseringsbeweging en de terugkeer van nationalisme en protectionisme. Hij bekritiseerde landen die conflicten opzoeken en alleen naar hun eigen belang kijken.

    Wederzijdse afhankelijkheid

    De Duitse bondskanselier Merkel benadrukte in de persconferentie het belang van een gezamenlijke Europese aanpak. Ze zei dat multilateralisme de basis vormt voor de Europese Unie en dat dit ook de manier moet zijn waarop de EU moet samenwerken met China. Om die reden zou er volgens haar vaker een topoverleg moeten plaatsvinden tussen de Europese Unie en China. Zo kunnen er volgens haar concrete afspraken worden gemaakt over handel en investeringen.

    Merkel zei dat het Chinese ‘Belt and Road’ project een wederzijds initiatief moet zijn, waar ook Europese landen actief bij betrokken worden. Ook sprak de bondskanselier van Duitsland over de noodzaak om internationale organisaties als het IMF en de Wereldhandelsorganisatie te hervormen. Ze benadrukte het belang van wederzijds vertrouwen in internationale handelsrelaties, omdat goede handelsbetrekkingen een win-win situatie opleveren. De Chinese zijderoute zou volgens haar ook vanuit het perspectief van wederzijds belang gezien moeten worden.

    Zijderoute biedt kansen voor Europa

    De voorzitter van de Europese Commissie, Jean Claude Juncker, benadrukte in de persconferentie dat China en Europa samen veel goede dingen kunnen doen, zowel voor zichzelf als voor de rest van de wereld. Dat China soms wordt neergezet als een rivaal moet volgens hem als een compliment worden opgevat. Juncker zei dat Europeanen de nieuwe Chinese zijderoute vooral als een kans moeten zien en niet als een bedreiging. Het Belt and Road programma past volgens hem binnen de strategie van China om zich verder open te stellen naar de rest van de wereld.

    Juncker sloot zich aan bij de oproep van bondskanselier Merkel om internationale instituten als het IMF en de Wereldhandelsorganisatie te hervormen. Deze organisaties zijn volgens hem onmisbaar, maar zijn niet meer afgestemd op deze tijd. Hieronder kunt u de volledige persconferentie terugkijken.

    Dit artikel verscheen eerder op Geotrendlines




  • Europese bankensector blijft door lage rente onder druk staan

    Op de financiële markten zijn de koersen na het sterke herstel in januari verder opgelopen in februari. Het was vooral de Federal Reserve die de markten geruststelde. Met nog meer renteverhogingen en balansafbouw zal het voorlopig zo’n vaart niet lopen. Ook de Europese Centrale Bank (ECB) gaf aan dat de rente in 2019 wellicht niet wordt verhoogd.

    Voor het bankwezen is dit echter minder goed nieuws. De lage rente leidt namelijk tot een uitholling van hun verdienmodel. Het maakt Ivan Moen, Ton Schoemaker en Jaap Westerling, vermogensbeheerders bij Optimix Vermogensbeheer, terughoudend ten aanzien van Europese bankaandelen, ondanks de lage waarderingen.

    Amerikaanse versus Europese banken

    Tot 2015 hielden de beursrendementen van Europese en Amerikaanse bankaandelen min of meer gelijke tred. Sinds de Fed de rente begon te verhogen, lopen hun beursrendementen uiteen. Door de lage rente in de eurozone staan de rente-inkomsten voor Europese banken onder druk. Dat is een van de redenen voor de verschillen in winstgevendheid tussen Amerikaanse en Europese banken.

    In de VS hebben de banken na de crisis snel schoon schip gemaakt en hun balansen opgeschoond. Dat geldt niet voor alle banken in Europa. Europese banken hebben nog regelmatig te maken met tegenvallers en probleemleningen. Die zorgen kunnen zich door de van oudsher onderlinge verwevenheid van de Europese banken snel over de hele sector uitspreiden.

    Daarnaast spelen banken in Europa een grotere rol in de financiering van het bedrijfsleven dan in de VS. Door de afschrijvingen op probleemleningen en de noodzaak hun kapitaalbuffers te verhogen, zijn de Europese banken terughoudender geworden in het verstrekken van leningen.

    De rol van de ECB

    Om de kredietverstrekking en de economische groei te stimuleren, verstrekte de ECB de banken goedkope (tijdelijke) financiering. Het laatste programma was €740 miljard groot en loopt tot juni 2020, dan moeten de banken deze leningen hebben terugbetaald. Echter, al vanaf juni 2019 worden banken door regelgeving beperkt in het uitlenen van deze specifieke gelden.

    Voor juni van dit jaar dienen de banken dus een nieuwe bron van financiering te vinden. Idealiter zouden banken meer deposito’s aantrekken, op de obligatiemarkt lenen of nieuwe aandelen uitgeven. Dat was ook de bedoeling van de ECB. Het zijn echter de Italiaanse en Spaanse banken die het grootste beroep doen op de ECB gelden.

    Met in het achterhoofd dat de Italiaanse banken een grote koper van Italiaanse staatsschuld zijn, kan de ECB niets anders doen dan het financieringsprogramma verlengen. Het tijdelijke infuus voor de banken, krijgt daarmee een permanent karakter voor de Zuid-Europese banken. Tegelijkertijd zal de bankensector hierdoor weer onder een vergrootglas komen te liggen, hetgeen de nodige volatiliteit in bankbeleggingen kan veroorzaken.

    Druk op banken op korte en lange termijn

    Op de korte termijn kunnen de aandacht voor het verlengen van de ECB-financiering en de naderende Brexit-deadline voor beweeglijkheid in bankaandelen en -obligaties zorgen. Ook de economische groeivertraging in de eurozone maakt banken kwetsbaar. Op de lange termijn zal de winstgevendheid van Europese banken onder druk blijven staan.

    De rente heeft beperkt opwaarts potentieel, terwijl de rol van banken in de financiering van het bedrijfsleven afneemt. Bovendien staat het ondernemingsmodel van banken onder druk, doordat steeds meer fintech bedrijven ook financiële diensten mogen verlenen.

    Lage blootstelling voelt comfortabel

    Het zal veel investeringen vergen van banken om mee te gaan in de technologische ontwikkelingen in een tijd waarin hun winstgevendheid onder druk staat. Alleen de banken met een gezonde balans en dito winstgevendheid zullen deze uitdagingen het hoofd kunnen bieden. Met het oog op de risico’s op korte termijn voelen de vermogensbeheerders van Optimix zich nu comfortabeler met een lagere blootstelling aan de Europese bankensector.

    Volg Marketupdate nu ook via Telegram

    Waardeert u de artikelen en analyses op onze site, steun ons dan met een eenmalige of periodieke donatie. Met uw donatie kunnen we mooie artikelen blijven schrijven en worden we minder afhankelijk van inkomsten uit advertenties. Klik hier om te doneren!




  • Europa is weer zwakste leerling van de klas

    Het is standaard. Als het in de VS en China economisch iets minder gaat, dan gaat het in Europa veel minder. Dat lijkt in 2019 weer het geval. Met een verwachte groei van 6 tot 6,5 procent doet de Chinese economie het heel slecht. In decennia is de groei niet zo laag geweest. Ook de verwachtingen voor de VS zijn omlaag bijgesteld. De kans dat de economie dit jaar nog met pakweg 3% gaat groeien is ongeveer 20%. Voor de Eurozone wordt de kans op een krachtige groei op nagenoeg 0% gesteld, terwijl de verwachting dat dit werelddeel wegzinkt in een korte recessie op 25% geschat wordt.

    De kwetsbaarheid van Eurozone voor externe schokken mag geen verrassing zijn. Het belangrijkste land, Duitsland, leunt voor zijn economie zwaar op de internationale handel en daar zit door de handelsoorlog tussen China en de VS en het daarmee gepaard gaande protectionisme behoorlijk de klad in. Mocht de zone in een recessie wegzinken, dan is het zeer denkbaar dat de problemen van gisteren weer de kop op steken in de vorm van een mogelijke default van een of meerdere lidstaten. Ook kan de discussie over een mogelijk opbreken van de eurozone weer de oplaaien. Of we het nu leuk vinden of niet, het concurrerend vermogen van landen in het zuiden, noorden en oosten loopt zeer sterk uiteen. In tijden van recessie zullen landen in het oosten en zuiden onevenredig zwaar getroffen worden en dat kan in die landen, maar ook tussen landen, voor de nodige stress zorgen.

    Wat kan Europa doen?

    Het treurige van het verhaal is dat de Eurozone weinig middelen ter beschikking heeft om een neergang te bestrijden. Het is de ECB verboden het verruimingsbeleid op Japanse schaal te voeren. Tegelijkertijd zou een periode van deflatie voor de nodige stress in een aantal lidstaten kunnen zorgen. Het is dus begrijpelijk dat Mario Draghi op buitengewone stappen zint. De stand van zaken oogt zorgelijk. De kerninflatie is pakweg 1%, terwijl de ECB-rente nagenoeg 0% is.

    Hoe moeten de centrale bank en de Eurozone een behoorlijke recessie te lijf gaan? Het lijkt logisch om het bestaande opkoopprogramma in ieder geval niet terug te draaien bij gebrek aan andere oplossingen. Het politieke probleem is dat dit programma in een aantal lidstaten als Nederland en vooral Duitsland nooit populair is geweest. Het tweede probleem is dat de ECB nu al tegen de grenzen aanloopt van wat wettelijk is toegestaan.

    Een voorbeeld maakt dat duidelijk. De ECB mag pakweg 25% van de Duitse staatsschuld in bezit hebben. Nu al is dat 22%. De juridische spelregels beperken de slagkracht van de centrale bank. Terzijde, op zich zijn die beperkingen wel te begrijpen. Het is niet gezond dat de ECB de dominante financier in de zone wordt. Ook moet voorkomen worden dat het landen met grote schulden, zoals Italië, extra gaat steunen.

    ECB loopt tegen grenzen van mandaat aan met haar opkoopprogramma (Bron: Financial Times, Bruegel)

    Monetaire of fiscale stimulering?

    Maar wat dan? Is fiscale expansie een mogelijkheid?  Voor een land als Duitsland met zijn grote overschotten zou dat een probaat middel zijn. Op Europese schaal schiet een fiscale expansie in Duitsland te kort. Misschien moet de ECB de obligaties van een Europese instelling als de Europese Investeringsbank gaan opkopen. Zodoende zou het een zeer groot, op Europese leest geschoeid, investeringsprogramma kunnen ondersteunen.

    Het is maar zeer de vraag of zoiets mogelijk zal blijken, zelfs als de Eurozone weer wegzakt in een crisis. Daar is weinig voor nodig, maar scherpslijpers zullen erop blijven hameren dat het beleid van de ECB illegaal of in ieder geval dom is. Daarbij verliezen ze de mogelijke schade van een nieuwe recessie voor het gemak uit het oog. Misschien moeten ze een voorbeeld nemen aan onze voorouders, de Romeinen. Dit zeer legalistisch ingesteld volk had als stelregen dat de veiligheid van de republiek het hoogste goed, de hoogste wet was. Immers, als het systeem niet meer veilig is, dan is niets meer veilig. Waarvan akte!

    Cor Wijtvliet

    corwijtvliet-logo

    Deze bijdrage is afkomstig van www.corwijtvliet.nl

    Tot slot:

    • Hebt u opmerkingen en/of vragen? Mail ze gerust aan: [email protected]
    • Of via mijn twitteraccount: @wijtvliet
    • Voor meer door mij geschreven artikelen bezoekt u mijn website: www.corwijtvliet.nl
    • Of bezoek www.Beurshalte.nl
    • Ontvangt u het Cor Wijtvliet Journaal niet rechtstreeks? Abonneert u zich dan hier!

    Vindt u deze columns van Cor Wijtvliet interessant, dan kunt voor €25 per jaar donateur worden van het CorWijtvlietJournaal. Ook kunt u een geheel vrijwillige bijdrage overmaken naar NL14RABO0156073676, ten name van Wijtvliet Research.

    Donateurs krijgen niet alleen zonder vertraging het CorWijtvlietJournaal in hun mailbox, maar kunnen ook rekenen op een wekelijkse extra nieuwsbrief met vijf beleggingstips van Cor Wijtvliet. Neem voor meer informatie contact op met Cor Wijtvliet via het hierboven genoemde mailadres.




  • Frankrijk: ‘Betaalsysteem voor Iran bijna gereed’

    Het betaalsysteem dat handel tussen Europa en Iran onder de Amerikaanse sancties mogelijk maakt is bijna gereed. Dat zei de Franse minister van Buitenlandse Zaken, Jean-Yves Le Drian, tijdens een bijeenkomst van een comité voor Buitenlandse Zaken. Het systeem kan volgens hem al binnen een paar dagen in gebruik kan worden genomen.

    Dit nieuwe Europese betaalsysteem stelt Iran in staat om olie naar Europese landen te exporteren, in ruil voor producten uit de drie belangrijkste Europese handelspartners van Iran. Binnen dit systeem worden transacties in euro’s afgewikkeld, waardoor Amerikaanse beperkingen op dollartransacties geen effect hebben. Minister Jean-Yves Le Drian zei daar volgens Reuters het volgende over.

    “Het systeem werkt als een soort clearing centrum. Het stelt Iran in staat te profiteren van haar oliebronnen en tegelijkertijd producten uit haar drie belangrijkste Europese partners kan kopen.”

    Sancties tegen Iran

    Iran kreeg vorig jaar te maken met nieuwe Amerikaanse sancties, nadat president Trump zich had teruggetrokken uit de internationale deal. Met nieuwe sancties probeert de VS de olie-export van Iran af te snijden, maar dat blijkt geen gemakkelijke opgave. Belangrijke economische blokken als de Europese Unie, Rusland en China blijven namelijk aan de kant van Iran staan.

    Europa ontwikkelde een nieuwe ‘special purpose vehicle’ (SPV), dat het betalingsverkeer tussen Iran en Europese landen regelt. Via dit systeem kunnen Europese landen in ruil voor goederen rechtstreeks olie en gas importeren uit Iran. Daarbij wordt de waarde in euro’s verrekend binnen het betaalsysteem, met als resultaat dat het door sancties getroffen land goederen uit Europa kan blijven importeren.

    Betaalsysteem

    Het nieuwe betaalsysteem wordt geregistreerd in Frankrijk, terwijl Duitsland de operationele taken voor haar rekening zal nemen. Deze twee landen en het Verenigd Koninkrijk zullen aandeelhouders zijn in deze nieuwe onderneming.

    Dit artikel verscheen eerder op Geotrendlines




  • EU wil olie en gas in euro’s afrekenen

    De Europese Commissie zal deze week een nieuw voorstel presenteren om energiecontracten tussen Europese landen en met andere landen voortaan standaard in euro’s af te rekenen. Daarnaast overweegt men een nieuwe referentieprijs voor olie, die eveneens in euro’s genoteerd zal worden. Met deze maatregelen proberen Europese landen hun afhankelijkheid van de dollar te verkleinen en de rol van de euro als internationale handelsmunt te versterken.

    De Europese valuta wordt sinds 2002 in een steeds groter aantal Europese landen gebruikt, zelfs in de landen die nog een eigen munt hebben. Ondanks dat wordt import van energie in Europa nog steeds grotendeels in Amerikaanse dollars afgerekend. Eerder dit jaar sprak Jean-Claude Juncker daar nog zijn ongenoegen over uit. Hij noemde het absurd dat Europese landen 80% van hun import van olie en gas in dollars afrekenen, terwijl Europa slechts 2% van haar energie uit de Verenigde Staten haalt.

    Exorbitant privilege

    De plannen van de Europese Commissie zijn volgens Bloomberg gericht op het inperken van het ‘exorbitante privilege’ van de Amerikaanse dollar. Dat privilege houdt in dat alle landen in de wereld dollars nodig hebben voor internationale handel, terwijl de Verenigde Staten het privilege hebben dat ze zelf dollars kunnen ‘bijdrukken’. Dit privilege wordt in stand gehouden doordat olie nog steeds primair in dollars wordt afgerekend, terwijl dat één van de belangrijkste grondstoffen ter wereld is.

    Wanneer Europese landen gezamenlijk besluiten olie en gas in euro’s af te rekenen maken ze zichzelf minder afhankelijk van dollars. Een bijkomend effect is dat het voor alle landen die energie naar Europa exporteren interessanter wordt om valutareserves in euro’s aan te houden. In een conceptversie van het voorstel, dat in handen is van Bloomberg, staat de volgende passage.

    “Er is ruimte voor de euro om haar wereldwijde rol verder te ontwikkelen en haar volledige potentieel te bereiken en een weerspiegeling te geven van haar politieke, economische en financiële gewicht.”

    ‘Minder kwetsbaar voor sancties’

    In een apart document dat ook door Bloomberg werd ingezien staat nog een interessante passage. De Europese Commissie schrijft dat deze maatregelen het risico van een ‘verstoring van energieleveringen als gevolg van acties door derden’ zullen verkleinen. Met andere woorden, door olie en gas in euro’s af te rekenen verwacht men minder problemen te ondervinden van eventuele sancties die door andere landen worden opgelegd.

    De plannen van de Europese Commissie om de euro naar voren te schuiven als internationale handelsmunt sluiten aan bij de wens van verschillende Europese landen om minder afhankelijk te worden van de Verenigde Staten. In het document staat dat de EU met een jaarlijkse import van omgerekend ruim €300 miljard op jaarbasis de grootste importeur van energie ter wereld is. Worden deze leveringen in de toekomst daadwerkelijk allemaal in euro’s afgehandeld, dan zal dat een sterke impuls geven aan de internationale rol van de munt.

    “De recente extraterritoriale eenzijdige acties van derden, zoals het opnieuw opleggen van sancties aan Iran en het uitdagen van de internationale op regels gebaseerde handelspraktijken zijn een wake-up call ten aanzien van de economische en monetaire soevereiniteit van Europa.”

    Naast het promoten van de euro als valuta om olie en gas in af te rekenen wil de Europese Commissie ook het gebruik van de euro als handelsmunt voor Afrikaanse landen stimuleren.

    Dit artikel verscheen eerder op Geotrendlines




  • Oekraïne ontvangt €500 miljoen steun van de EU

    Oekraïne heeft €500 miljoen toegewezen gekregen van de Europese Unie, zo schrijft president Poroshenko in een bericht op zijn Facebook pagina. Het is de eerste tranche die het land ontvangt uit het zogeheten ‘Macro-Financial Assistance‘ programma van de EU, dat in het leven werd geroepen om financiële steun te verlenen aan partnerlanden van de EU die betalingsproblemen hebben.

    President Poroshenko spreekt in zijn bericht op Facebook speciale dank uit aan Jean-Claude Juncker en Valdis Dombrovskis van de Europese Commissie en verwijst daarbij naar een overeenkomst die begin november in Helsinki werd bereikt. Ook benadrukte de Oekraïense president dat de financiële steun uit de EU belangrijk is om ‘een signaal af te geven naar de Russische agressor’.

    Financiële problemen

    De economie van Oekraïne herstelt moeizaam van de crisis van een paar jaar geleden en kampt bovendien met een hoge schuldenlast. Het IMF en internationale partners van Oekraïne geven daarom financiële steun aan het land, in de vorm van noodleningen en giften. Het is nog niet duidelijk of deze nieuwe tranche van €500 miljoen van de EU een gift is of een lening, maar als het programma van de EU nader bestuderen zien we dat beide opties mogelijk zijn.

    In een document van de Europese Commissie dat op 29 juni 2018 werd gepubliceerd lezen we dat Europese landen al langer op de hoogte waren van de zwakke financiële positie van de Oekraïense regering. In de volgende passage lezen we dat het land nog steeds te weinig reserves heeft opgebouwd en dat de regering in 2018 en 2019 voor meer dan $12 miljard aan schulden moet aflossen. In het document staat dat het land daardoor in de financiële problemen kan komen. Het steunpakket van €500 miljoen komt dus niet op verkeerd moment.

    “Hoewel Oekraïne erin is geslaagd om de afgelopen drie jaar haar bruto internationale reserves aan te vullen is het proces langzamer verlopen dan aanvankelijk gepland door het IMF. Met $18,8 miljard aan het einde van 2017 blijven de reserves onder hun niveau van vóór de crisis en het niveau zoals voorzien in het IMF-programma (#22,3 miljard eind 2017).

    Reserves kunnen in 2018-2019 opnieuw onder druk komen te staan, wanneer wordt verwacht dat het land meer dan $12 miljard aan betalingen (rente en hoofdsom) zal doen aan soevereine en quasi-soevereine externe schulden. Deze piek in schuldaflossingen komt ten tijde van de presidentsverkiezingen en parlementsverkiezingen in 2019.

    In dit verband lijkt de verdere aanvulling van de internationale reserves van Oekraïne noodzakelijk en kan het aanvullende Macro Financial Assistance programma van de EU daarbij nuttig ondersteunen, zowel rechtstreeks (via de uitbetalingen) als indirect (als een katalysator voor instroom van particulier kapitaal en vertrouwen in de lokale munteenheid).

    Voortdurende steun van het IMF en de internationale partners van Oekraïne – inclusief de EU – blijft daarom essentieel. Sinds het uitbreken van de crisis is de $17,5 miljard van het Extended Fund Facility programma voor Oekraïne, dat in maart 2015 werd goedgekeurd door het IMF, aangevuld met substantiële steun van de bilaterale partners van Oekraïne, waaronder de EU.

    Andere internationale financiële instellingen, zoals de Wereldbank, de European Bank for Reconstruction and Development (EBRD) en de European Investment Bank (EIB) hebben hun activiteiten ook aanzienlijk opgeschaald om de economische transitie van het land te ondersteunen.

    Omdat de Oekraïense economie echter fragiel blijft en blootgesteld is aan een aantal kwetsbaarheden, schat het IMF in dat het land in 2018 en begin 2019 te maken krijgt met extra externe financieringsbehoeften. In dit verband ontving de Commissie in november 2017 een verzoek van de Oekraïense autoriteiten om aanvullende bijdragen van het Macro Financial Assistance programma.”

    Deze bijdrage is afkomstig van Geotrendlines




  • ‘Frankrijk en Duitsland willen betaalsysteem voor Iran faciliteren’

    Frankrijk en Duitsland zijn bereid het initiatief te nemen om de internationale deal met Iran overeind te houden, zo meldt de Wall Street Journal. De twee landen zijn namelijk bereid het nieuwe betaalsysteem te faciliteren waarmee Europese bedrijven zaken kunnen blijven doen met Iran. Aanvankelijk zou Oostenrijk een zogeheten special purpose vehicle opzetten om het betalingsverkeer met Iran te faciliteren, maar daar zag het land uiteindelijk toch van af. Ook Luxemburg besloot onder druk van de Verenigde Staten om zich terug te trekken.

    Het Europese plan kwam daardoor op losse schroeven te staan, maar nu Duitsland en Frankrijk hun gewicht erachter zetten is de kans op succes weer wat toegenomen. De nieuwe financiële entiteit die het betalingsverkeer met Iran moet regelen wordt eigendom van alle deelnemende Europese landen en zal in Frankrijk of Duitsland worden gevestigd. Een definitief besluit is nog niet genomen, wat betekent dat de formele lancering waarschijnlijk pas volgend jaar zal plaatsvinden. Met dit zogeheten special purpose vehicle kunnen Europese producten geruild worden voor Iraanse olie.

    Betalingsverkeer met Iran herstellen

    Voor Iran begint het geduld ook langzaam op te raken. Lukt het de Europese landen niet om een alternatieve route te vinden, dan ziet ook de regering in Iran zich genoodzaakt de bestaande deal naast zich neer te leggen en nieuwe afspraken te maken. De Verenigde Staten besloot eerder dit jaar om de internationale afspraken over Iran niet langer na te leven, omdat het land van mening is dat Iran teveel ruimte kreeg om eventueel wapens te ontwikkelen. Ook kwam de Amerikaanse regering met nieuwe sancties, die primaire gericht zijn tegen de oliesector en de financiële sector van Iran.

    De verwachting is dat Europese landen deze week tijdens de bijeenkomst van de G20 in Buenos Aires verder zullen praten over het alternatieve betaalsysteem voor Iran. De landen hopen dat de nieuwe financiële entiteit die het betalingsverkeer met Iran zal coördineren in de toekomst ook een banklicentie zal krijgen en een formele Europese instelling kan worden.

    Deze bijdrage is afkomstig van Geotrendlines