Tag: greenspan

  • Alan Greenspan: Goud en economische vrijheid (1966)

    Alan Greenspan schreef in 1966 een helder essay over de essentie van goud. In het stuk houdt hij een pleidooi voor een gouden standaard, omdat dit de meest effectieve manier is om te voorkomen dat overheden teveel schulden maken. De voormalig centraal bankier schrijft over de disciplinerende werking van goud onder een gouden standaard, omdat het een excessieve kredietcreatie in de weg staat. Hij schrijft dat de grote depressie van de jaren dertig niet veroorzaakt is door de beperkingen die de gouden standaard oplegde, maar door een veel te ruime kredietcreatie in de jaren voorafgaand aan de crisis.

    De beperking die goud oplegt aan kredietcreatie werd door beleidsmakers ten onrechte aangewezen als het probleem, zo oordeelde Greenspan. Men dacht dat iedere crisis bezworen kon worden als centrale banken maar voldoende liquiditeit beschikbaar zouden stellen aan banken. Dat blijkt op de korte termijn inderdaad te werken, maar over de langere termijn leidt het alleen maar tot meer onbalans in de economie. Hij verwijst naar de periode van 1927 tot 1929, toen de Federal Reserve met een kunstmatig lage rente probeerde het Britse pond te ondersteunen. Het gevolg was een speculatieve bubbel op de aandelenmarkt die zelfs de centrale bank niet meer onder controle kon krijgen.

    Greenspan schrijft in het essay dat spaarders zonder een gouden standaard geen mogelijkheid hebben om hun vermogen te beschermen tegen inflatie. Hij waarschuwde voor het gebruik van staatsobligaties als onderpand voor nieuwe leningen, omdat dat overheden in de gelegenheid zou stellen om veel meer schulden te maken. Dat betekent dat de geldhoeveelheid sneller kan toenemen dan de hoeveelheid goederen en diensten in een economie, waardoor de koopkracht van het geld afneemt.

    Spaarders die geld opzij zetten worden in dit systeem benadeeld, omdat ze voortdurend aan koopkracht inleveren. Inflatie is volgens hem een verborgen belasting, omdat het koopkracht overdraagt van de private sector naar de overheid. Het probleem van inflatie speelt vandaag de dag nog steeds, maar door de schuldenopbouw van de afgelopen vijftig jaar die mogelijk werd gemaakt door het loslaten van de goudstandaard vormt deflatie vandaag de dag een veel grotere bedreiging. Hieronder volgt het essay dat Greenspan in 1966 schreef.

    Alan Greenspan: Goud en economische vrijheid (1966)

    Een bijna hysterisch vijandigheid tegenover de goudstandaard is een kwestie die alle voorstanders van een grote overheid met verschillende overtuigingen verenigd. Ze lijken – misschien nog wel duidelijker en subtieler dan veel consistente verdedigers van de vrije markteconomie aan te voelen dat goud en economische vrijheid onlosmakelijk aan elkaar verbonden zijn en dat de gouden standaard een instrument van laissez-faire [red: een zuivere vrije markteconomie met een zo klein mogelijke rol voor de overheid] is en dat het één ook het ander vereist. Om de bron van hun vijandigheid te begrijpen, is het noodzakelijk om eerst de specifieke rol van goud in een vrije samenleving te begrijpen.

    Geld is de gemeenschappelijke noemer van alle economische transacties. Het is een goed dat als een ruilmiddel dient en dat universeel aanvaardbaar is voor alle deelnemers in een ruileconomie als betaling voor hun goederen of diensten. Daardoor kan het worden gebruikt als een standaard van waarde en als een opslag van waarde, dat wil zeggen als een manier om te sparen.

    Het bestaan ​​van een dergelijk goed is een voorwaarde voor een verdeling van de arbeidseconomie. Als de mensheid geen instrument van objectieve waarde had dat algemeen aanvaardbaar was als geld, dan zou ze haar toevlucht moeten nemen tot primitieve ruilhandel of gedwongen worden te leven op zelfstandige boerderijen, waarmee ze de onschatbare voordelen van specialisatie moeten laten varen. Als de mensheid geen middelen had om waarde op te slaan, dat wil zeggen om te sparen, dan zou planning of uitwisseling op de lange termijn of niet mogelijk zijn.

    “Als de mensheid geen middelen had om waarde op te slaan, dat wil zeggen om te sparen, dan zou planning of uitwisseling op de lange termijn of niet mogelijk zijn.”

    Welk ruilmiddel aanvaardbaar is voor alle deelnemers aan een economie wordt niet willekeurig bepaald. Ten eerste moet het ruilmiddel duurzaam zijn. In een primitieve samenleving van schamele rijkdom kan tarwe voldoende duurzaam zijn om als ruilmiddel te dienen, omdat alle uitwisselingen alleen tijdens en onmiddellijk na de oogst zouden plaatsvinden, waardoor er geen surplus van waarde overblijft om te sparen. Maar daar waar waardeopslag belangrijk is, zoals het geval is in rijkere, meer ontwikkelde samenlevingen, moet het ruilmiddel een duurzaam goed zijn, meestal een metaal.

    Een metaal wordt meestal gekozen omdat het homogeen en deelbaar is: elke eenheid is hetzelfde als elke andere en het kan worden gemengd of gevormd in elke hoeveelheid. Edelstenen zijn bijvoorbeeld niet homogeen en niet deelbaar. Belangrijker nog, de grondstof die als ruilmiddel wordt gekozen, moet een luxe zijn. De menselijke verlangens naar luxe zijn onbeperkt en daarom zijn luxegoederen altijd in trek en zullen ze altijd geaccepteerd worden. Tarwe is een luxe in ondervoede beschavingen, maar niet in een welvarende samenleving. Sigaretten zouden normaal niet als geld dienen, maar ze deden dat in Europa na de Tweede Wereldoorlog, waar ze als een luxe werden beschouwd. De term ‘luxe goed’ impliceert een zekere schaarste en een hoge waarde per eenheid. Met een hoge waarde per eenheid is zo’n goed gemakkelijk draagbaar. Zo is een ounce goud bijvoorbeeld een halve ton ruw ijzer waard.

    In de vroege stadia van een zich ontwikkelende geldeconomie kunnen verschillende ruilmiddelen worden gebruikt, omdat een breed scala van goederen aan de bovengenoemde voorwaarden zou voldoen. Een van de goederen zal echter geleidelijk alle andere verdringen, omdat deze op een bredere schaal geaccepteerd wordt. Voorkeuren over wat te bewaren als opslag van waarde zullen verschuiven naar het meest geaccepteerde goed, wat het op haar beurt nog meer geaccepteerd maakt. De verschuiving is progressief totdat dat goed het enige ruilmiddel wordt. Het gebruik van een enkel medium is zeer voordelig om dezelfde redenen dat een geldeconomie superieur is aan een ruileconomie: het maakt uitwisselingen mogelijk op een onberekenbaar veel grotere schaal.

    Of dat enkele medium goud, zilver, schelpen, vee of tabak is, dat is afhankelijk van de context en ontwikkeling van een bepaalde economie. In feite hebben ze allemaal, op verschillende tijdstippen, dienst gedaan als ruilmiddel. Zelfs in de huidige eeuw werden twee belangrijke grondstoffen – goud en zilver – gebruikt als internationaal ruilmiddel, waarbij goud de overheersende werd.

    Goud, dat zowel artistieke als functionele toepassingen kent en relatief schaars is, heeft aanzienlijke voordelen ten opzichte van alle andere ruilmiddelen. Sinds het begin van de Eerste Wereldoorlog was het vrijwel de enige internationale standaard voor handel. Als alle goederen en diensten in goud zouden moeten worden betaald, dan zouden grote betalingen moeilijk uit te voeren zijn en zou dit de omvang van de arbeids- en specialisatiegebieden van een samenleving waarschijnlijk beperken. Dus een logische uitbreiding van de creatie van een ruilmiddel is de ontwikkeling van een banksysteem met kredietinstrumenten (bankbiljetten en deposito’s) die fungeren als substituut voor, maar converteerbaar zijn in, goud.

    Een vrij banksysteem op basis van goud kan krediet uitbreiden en aldus bankbiljetten (valuta) en deposito’s creëren, afhankelijk van de productie-eisen van de economie. Individuele eigenaars van goud worden door rentebetalingen ertoe aangespoord hun goud in een bank te deponeren (waartegen zij cheques kunnen opvragen). Maar aangezien het zelden voorkomt dat iedereen zijn goud tegelijkertijd willen opnemen, hoeft de bankier slechts een fractie van zijn totale deposito’s in goud als reserves te houden. Dit stelt de bankier in staat meer uit te lenen dan het bedrag van zijn gouddeposito’s (wat betekent dat hij vorderingen op goud in plaats van goud aanhoudt als zekerheid voor zijn deposito’s). Maar het aantal leningen dat hij zich kan veroorloven, is niet willekeurig. Hij moet het afmeten aan zijn reserves en aan de status van zijn beleggingen.

    Wanneer banken geld lenen om productieve en winstgevende initiatieven te financieren, dan worden de leningen snel afbetaald en blijft bankkrediet algemeen beschikbaar. Maar wanneer de met bankkrediet gefinancierde initiatieven minder rendabel zijn en moeizaam afbetalen, dan merken bankiers al snel dat hun uitstaande leningen buitensporig zijn in vergelijking met hun goudreserves. Ze beginnen nieuwe leningen dan in te krimpen, meestal door hogere rentetarieven in rekening te brengen. Dit heeft de neiging om de financiering van nieuwe ondernemingen te beperken en dwingt de bestaande kredietnemers dat ze hun winstgevendheid verbeteren voordat ze krediet krijgen voor verdere expansie.

    “Onder de gouden standaard dient een vrij banksysteem als de beschermer van de stabiliteit van een economie en een evenwichtige groei.”

    Dus, onder de gouden standaard dient een vrij banksysteem als de beschermer van de stabiliteit van een economie en een evenwichtige groei. Wanneer goud door de meeste of alle naties als ruilmiddel wordt geaccepteerd, dient een ongehinderde vrije internationale goudstandaard om een ​​wereldwijde arbeidsdeling en de breedste internationale handel te bevorderen. Hoewel de ruileenheden (de dollar, het pond, de frank, enzovoort) van land tot land verschillen, zo lang ze allemaal in termen van goud zijn gedefinieerd fungeren de economieën van de verschillende landen als één, op voorwaarde dat er geen beperkingen zijn op handel of op het kapitaalverkeer.

    Kredieten, rentetarieven en prijzen hebben de neiging vergelijkbare patronen te volgen in alle landen. Als banken bijvoorbeeld in het ene land het krediet te ruim uitbreiden, dan zullen de rentetarieven in dat land dalen en zal dat depositohouders aansporen hun goud te verplaatsen naar banken in andere landen die een hogere rente bieden. Dit zal onmiddellijk leiden tot een tekort aan bankreserves in het land met ‘soepele’ kredietverlening, waardoor de kredietvoorwaarden worden aangescherpt en de rentetarieven weer concurrerend worden.

    Een volledig vrij banksysteem en een volledig consistente goudstandaard zijn tot nu toe nog niet bereikt. Maar voorafgaand aan de Eerste Wereldoorlog was het banksysteem in de Verenigde Staten (en in de meeste landen) gebaseerd op goud. Hoewel regeringen soms tussenbeide kwamen, was bankieren meer vrij dan gecontroleerd. Periodiek, als gevolg van een al te snelle kredietuitbreiding, leenden banken uit tot de limiet van hun goudreserves, stegen de rentetarieven scherp, werden nieuwe kredieten afgesneden en kwam de economie in een scherpe, maar kortstondige recessie. (In vergelijking met de depressies van 1920 en 1932 waren de cycli in de vooroorlogse wereld relatief mild). Het waren de beperkingen van de goudreserves die een onevenwichtige uitbreiding van de bedrijfsactiviteiten stopzette, voordat deze zich kon ontwikkelen tot een soort ramp als na de Eerste Wereldoorlog. De aanpassingsperioden waren kort en de economieën herstelden snel een solide basis om de expansie te hervatten.

    “Het proces van genezing werd verkeerd gediagnosticeerd als de ziekte.”

    Maar het proces van genezing werd verkeerd gediagnosticeerd als de ziekte. Als een tekort aan bankreserves een neerwaartse bedrijfscyclus veroorzaakte – zo betoogden economische interventionisten – waarom dan niet een manier vinden om meer reserves aan de banken te leveren, zodat ze nooit tekort hoeven te komen! Als banken door kunnen gaan met het lenen van geld voor een onbepaalde tijd – zo werd beweerd – dan hoeft er nooit meer sprake te zijn van een inzinking in de economie.

    En zo werd het Federal Reserve System in 1913 georganiseerd. Het bestond uit twaalf regionale Federal Reserve-banken die in naam eigendom waren van private bankers, maar die in feite door de overheid gesponsord, gecontroleerd en ondersteund werden. Het krediet dat deze banken verstrekken wordt in de praktijk (hoewel niet wettelijk) ondersteund door de belastende macht van de federale overheid. Technisch gezien bleven we op de gouden standaard, want individuen waren nog steeds vrij om goud te bezitten en goud bleef in gebruik als bankreserves. Maar nu, als aanvulling op goud, zou de kredietverlening door de banken van de Federal Reserve (“papieren reserves”) kunnen dienen als wettig betaalmiddel om spaarders te betalen.

    Toen de economie in de Verenigde Staten in 1927 een milde fase van krimp liet zien, creëerde de Federal Reserve meer papieren reserves in de hoop eventuele tekorten aan bankreserves te voorkomen. Meer rampzalig was echter de poging van de Federal Reserve om Groot-Brittannië te helpen, die goud aan ons had verloren omdat de Bank of England weigerde de rente te laten stijgen toen de marktkrachten dat dicteerden (het was politiek onverteerbaar).

    De redenering van de betrokken autoriteiten was als volgt: Als de Federal Reserve buitensporige papieren reserves naar Amerikaanse banken zou pompen, zou de rente in de Verenigde Staten dalen tot een niveau vergelijkbaar met dat in Groot-Brittannië. Dit zou ertoe bijdragen het goudverlies van Groot-Brittannië te stoppen en de politieke schaamte te voorkomen van een renteverhoging. De “Fed” slaagde. Ze stopte het goudverlies, maar vernietigde de economieën van de wereld tijdens dit proces. De overmatige kredieten die de Fed in de economie pompte vloeide over naar de aandelenmarkt, wat een spectaculaire speculatieve groei teweegbracht.

    Op dat moment trachtten de ambtenaren van de Federal Reserve de overtollige reserves op dweilen en slaagden ze er uiteindelijk in de hausse af te remmen. Maar het was te laat. Tegen 1929 waren de speculatieve onevenwichtigheden zo overweldigend dat het ingrijpen van de centrale bank een scherpe versobering en een consequente demoralisatie van het ondernemersvertrouwen veroorzaakte. Als gevolg daarvan stortte de Amerikaanse economie in. Groot-Brittannië deed het nog erger, en in plaats van de volledige schok van haar eerdere dwaasheid te absorberen, verliet ze de goudstandaard volledig in 1931. Daarmee verscheurde het land wat er nog over was van de vertrouwensstructuur en veroorzaakte het een wereldwijde reeks van bankfaillissementen. De wereldeconomieën werden in de Grote Depressie van de jaren dertig gestort.

    Met een logica die doet denken aan een generatie eerder, voerden etatisten [red: voorstanders van een sterke overheid] aan dat de gouden standaard grotendeels verantwoordelijk was voor het kredietdebacle dat leidde tot de Grote Depressie. Als de goudstandaard niet had bestaan – zo voerden ze aan – dan zou de stopzetting van goudbetalingen door Groot-Brittannië in 1931 niet het falen van banken over de hele wereld tot gevolg hebben gehad. (De ironie was dat we sinds 1913 niet op een gouden standaard waren, maar op wat we een “gemengde goudstandaard” zouden kunnen noemen, maar het is goud dat de schuld op zich heeft gekregen).

    “Maar de weerstand tegen de goudstandaard in welke vorm dan ook – van een groeiend aantal voorstanders van de verzorgingsstaat – werd ingegeven door een veel subtieler inzicht, namelijk het besef dat de gouden standaard onverenigbaar is met chronische begrotingstekorten.”

    Maar de weerstand tegen de goudstandaard in welke vorm dan ook – van een groeiend aantal voorstanders van de verzorgingsstaat – werd ingegeven door een veel subtieler inzicht, namelijk het besef dat de gouden standaard onverenigbaar is met chronische begrotingstekorten (het kenmerk van de verzorgingsstaat). Ontdaan van zijn academische jargon is de verzorgingsstaat niets meer dan een mechanisme waarmee regeringen de rijkdom van de productieve leden van een samenleving in beslag nemen om een ​​breed scala aan welvaartsprogramma’s te ondersteunen. Een aanzienlijk deel van de inbeslagname vindt plaats door belastingheffing. Maar de verzorgingsstaten erkenden snel dat, als ze de politieke macht wilden behouden, de hoeveelheid belasting moest worden beperkt en ze hun toevlucht moesten nemen tot massale overheidstekorten, dat wil zeggen dat ze geld moesten lenen door staatsobligaties uit te geven, om welvaartsuitgaven op grote schaal te kunnen financieren.

    Onder een gouden standaard wordt de hoeveelheid krediet die een economie kan ondersteunen bepaald door de materiële activa van de economie, aangezien elk kredietinstrument uiteindelijk een claim is op een of ander materieel goed. Maar staatsobligaties worden niet gedekt door tastbare welvaart, slechts door de belofte van de overheid om toekomstige belastinginkomsten te betalen. Ook kunnen deze niet gemakkelijk worden geabsorbeerd door de financiële markten. Een groot aantal nieuwe staatsobligaties kan alleen tegen steeds hogere rentetarieven aan het publiek worden verkocht. Zo zijn de overheidstekorten onder een gouden standaard erg beperkt.

    “Het verlaten van de gouden standaard maakte het voor etatisten mogelijk om het banksysteem te gebruiken als een middel tot een onbeperkte uitbreiding van het krediet.”

    Het verlaten van de gouden standaard maakte het voor etatisten mogelijk om het banksysteem te gebruiken als een middel tot een onbeperkte uitbreiding van het krediet. Ze hebben papieren reserves gecreëerd in de vorm van staatsobligaties die banken – via een complexe reeks stappen – accepteren in plaats van materiële goederen. Ze behandelen deze alsof ze een feitelijk tegoed zijn, dat wil zeggen als het equivalent van wat voorheen een storting van goud was.

    De houder van een staatsobligatie of van een bankdeposito dat is gecreëerd door een papieren reserve gelooft dat hij een geldige claim op een echt goed heeft. Maar het feit is dat er nu meer claims uitstaan ​​dan echte goederen. De wet van vraag en aanbod kan niet voor de gek worden gehouden. Naarmate de hoeveelheid geld (claims) toeneemt in verhouding tot het aanbod van materiële activa in de economie, dan moeten de prijzen uiteindelijk stijgen. Zo verliezen de winsten die worden bespaard door de productieve leden van de samenleving hun waarde in termen van goederen. Wanneer de balansen van de economie eindelijk weer gelijk zijn, dan ontdekt men dat dit waardeverlies de goederen vertegenwoordigt die door de overheid zijn gekocht voor welvaartsprogramma’s of andere doeleinden, met de geldopbrengst van staatsobligaties die worden gefinancierd door uitbreiding van het bankkrediet.

    “Bij gebrek aan de gouden standaard is er geen manier om spaargeld te beschermen tegen confiscatie door inflatie.”

    Bij gebrek aan de gouden standaard is er geen manier om spaargeld te beschermen tegen confiscatie door inflatie. Er is geen veilige opslag van waarde. Als dat er wel zou zijn, dan zou de overheid het bezit daarvan illegaal moeten maken, zoals dat het geval was met goud*. Als iedereen bijvoorbeeld besloot om al zijn of haar bankdeposito’s om te zetten naar zilver of koper of een ander goed, en daarna weigerde om papieren cheques te accepteren als betaling voor goederen, dan zouden bankdeposito’s hun koopkracht verliezen en zou het door de overheid gecreëerd bankkrediet waardeloos zijn als claim op goederen. Het financiële beleid van de verzorgingsstaat vereist dat de bezitters van vermogen geen mogelijkheid hebben om zichzelf te beschermen.

    Dit is het armzalige geheim van de tirades van voorstanders van de verzorgingsstaat tegen goud. Tekorten maken is simpelweg een manier om rijkdom in beslag te nemen. Goud staat dit sluipende proces in de weg. Het staat als een beschermer van eigendomsrechten. Als men dit begrijpt, heeft men geen moeite om de vijandigheid van de etatisten ten opzichte van de gouden standaard te begrijpen.

    Alan Greenspan

    *In de Verenigde Staten werd het privé bezit van goud van 1934 verboden. Dat verbod werd in 1974 weer opgeheven, nadat er een papieren markt voor goud was geïntroduceerd.

    Dit artikel verscheen eerder op Goudstandaard




  • Greenspan over goud

    Greenspan over goud

    Volgens voormalig Fed-voorzitter Alan Greenspan is goud nog steeds belangrijk. Ook al heeft het edelmetaal geen enkele functie meer in het betalingsverkeer, centrale banken en financiële instellingen zoals het IMF houden vast aan hun strategische goudvoorraad. In een bijeenkomst die op 25 april achter gesloten deuren werd gehouden zei de voormalig centraal bankier daar het volgende over:

    Ik vraag mezelf af: “Als goud een reliek is uit een ver verleden, waarom ligt er dan nog voor $1 biljoen aan goud bij centrale banken en bij het IMF en andere financiële stellingen? Als het waardeloos en betekenisloos is, waarom houdt iedereen er dan nog aan vast?”

    Volg Marketupdate nu ook via Telegram

  • Greenspan: “Obligatiemarkt is de grootste bubbel”

    Greenspan: “Obligatiemarkt is de grootste bubbel”

    Beleggers die wachten op een correctie van de aandelenmarkt kunnen beter naar de obligatiemarkt kijken, omdat daar de echte bubbel zit. Dat zegt Greenspan in een interview met Bloomberg. Hij verwacht dat de rente binnenkort weer zal stijgen, waardoor de waarderingen van zowel aandelen als obligaties sterk zullen dalen. Ook voorziet hij een periode van stagflatie door het uitblijven van sterke economische groei en het oplopen van de inflatie.

    “De reële lange termijn rente is op dit moment naar alle maatstaven veel te laag en daarom onhoudbaar. We zitten in een bubbel en die zit niet in aandelenkoersen, maar in de koersen van obligaties. Dit is nog niet ingeprijsd in de markt. Het echte probleem is dat zodra de obligatiemarkt crasht, de lange termijn rente zal gaan stijgen.”

    Stijgende rente

    De consensus onder beleggers op Wall Street is dat de rente nog een lange tijd erg laag zal blijven, maar daar is Greenspan minder zeker van. Hij verwacht dat het terugschroeven van het stimulerende beleid door verschillende centrale banken wereldwijd niet zonder gevolgen zal blijven voor de obligatiemarkt. Amerikaanse aandelen zijn op dit moment nog steeds zeer aantrekkelijk gewaardeerd in vergelijking met obligaties, om de simpele reden dat het verwachte rendement veel hoger ligt.

    Voor een 10-jaars staatslening met inflatiecorrectie krijg je als belegger op dit moment slechts 0,47% rendement, terwijl de winsten van bedrijven in de S&P 500 index rond de 4,7% liggen. De winstgevendheid van de grote Amerikaanse bedrijven is op dit moment 21% hoger dan het gemiddelde van de afgelopen twintig jaar. Dat rechtvaardigt volgens Bloomberg een hoge koers/winst verhouding die bijna terug is op het hoogtepunt van voor de financiële crisis. Obligaties daarentegen zijn gewaardeerd alsof de rente nog heel lang laag zal blijven, terwijl dat scenario volgens de oud-centraal bankier zeer onwaarschijnlijk is.

    Stagflatie

    Volgens voormalig Federal Reserve voorzitter Alan Greenspan zal de Amerikaanse economie de komende jaren gebukt gaan onder een combinatie van zwakke economische groei en een oplopende inflatie. In het gesprek met Bloomberg zegt hij dat er een einde is gekomen aan het tijdperk waarin de economie langzaam groeide, maar ook de inflatie nog verwaarloosbaar laag was. Daarmee stevenen we volgens hem af op een herhaling van de stagflatie in de jaren ’70.

    “We zitten sinds 2008 in een periode van stagnatie als gevolg van een scherpe daling van zowel de kapitaalinvesteringen als de productiviteitsgroei, maar nu dreigt er stagflatie te ontstaan. We zijn op weg naar een nieuwe fase van de economie, naar een stagflatie zoals we die sinds de jaren ’70 niet meer hebben meegemaakt. Dit is niet goed voor de prijzen van financiële activa.”

    gs-logo-breed

    Dit artikel wordt u aangeboden door Goudstandaard, uw adres voor de aankoop en verzekerde opslag van edelmetalen. Wilt u goud kopen? Neem dan contact op door te mailen naar [email protected] of door te bellen naar +31(0)88-4688488.

  • Column: Alan Greenspan kan eindelijk vrijuit spreken

    Column: Alan Greenspan kan eindelijk vrijuit spreken

    Het scheelde niet veel of het gehele financiële systeem was in 2008 bijna helemaal geklapt, ware het niet dat beleidsmakers toen nog ruimte hadden om drastisch op te treden. Die ruimte is thans bijna verdwenen. Het rentetarief van de banken onderling, de zogeheten Federal Funds Rate, is door de Amerikaanse Federal Reserve (FED) sinds december 2015 in vier stappen van 25 basispunten verhoogd naar 1,25%. Dat niveau is echter nog ver beneden de 6,5% van 2000 en de 5,25% van de periode 2006-2007).

    Zou een verhoging naar 3% in de komende jaren mogelijk zijn? Dit is de absolute hamvraag voor de komende tijd. Geen enkele econoom lijkt het écht te weten. Hoe dit ongekende experiment (QE) zal aflopen? Geen idee, de tijd zal het leren…

    Helaas is dit geen spelletje, want mocht dit experiment verkeerd aflopen dan zullen vele mensen overal ter wereld in grote problemen komen. En helaas is mijn bescheiden mening dat het niet anders dan verkeerd zal aflopen, we weten alleen niet wanneer.

    Greenspan en de Federal Reserve

    Kort geleden riep de huidige president van de FED dat we een crisis zoals in 2008 niet meer zullen meemaken, omdat zo’n evenement maar één keer per generatie zou voorkomen. Kijkende naar de juistheid van de eerdere voorspellingen van de FED, waar ik eerder uitvoerig over heb geschreven, zijn bij dit soort uitspraken naar mijn mening juist een reden om je ernstig zorgen te maken.

    Iemand die ik de afgelopen jaren uitgebreid heb gevolgd is de vroegere, langstzittende president (van 1987 tot 2006) van de Federal Reserve, Alan Greenspan. Iemand die aan het einde is van zijn carrière is vaak veel eerlijker dan iemand die bepaalde belangen moet verdedigen uit hoofde van zijn of haar huidige beroep.

    Alan Greenspan weet precies hoe economisch en monetair de vork in de steel zit en is inmiddels de 90 gepasseerd. Voor de crisis werd Greenspan zelfs door zijn tegenstanders geroemd, maar daarna is hij eigenlijk dé zondebok van de huizencrisis geworden. De bankier wordt verweten met zijn ruime monetaire beleid de ene na de andere speculatieve zeepbel opgeblazen te hebben. De naderende huizencrisis had hij gemist. Albert Edwards, een bekende Britse beleggingsstrateeg, noemde hem ‘een economische oorlogscrimineel’.

    Greenspan heeft de afgelopen jaren veel bekende uitspraken gedaan, maar de laatste tijd worden ze steeds extremer. Wat heb je ook te verliezen als je de 90 gepasseerd bent! Hieronder twee quotes van zijn laatste interview. Heeft u dit in de grote kranten gelezen?

    “The United States is soon in for major economic earthquake”

    “Anyone who is accepting paper dollars is a fool”

    Dit lijkt mij vrij duidelijke taal. Ik heb hieronder nog meer recente quotes verzameld die ik interessant vind:

    • “Gold still represents the ultimate form of payment in the world. Fiat money in extremis is accepted by nobody. Gold is always accepted.”
    • “The abandonment of the gold standard made it possible for the welfare statists to use the banking system to an unlimited expansion of credit. In the absence of the gold standard, there is no way to protect savings from confiscation through inflation.”
    • “We really can’t forecast all that well, and yet we pretend that we can, but we really can’t.”
    • “Remember what we’re looking at. Gold is a currency. It is still, by all evidence, a premier currency, that no fiat currency, including the dollar, can match.”
    • “Fear and euphoria are dominant forces, and fear is many multiples the size of euphoria. Bubbles go up very slowly as euphoria builds. Then fear hits, and it comes down very sharply. When I started to look at that, I was sort of intellectually shocked. Contagion is the critical phenomenon which causes the thing to fall apart.”
    • “I do not understand where the backing of Bitcoin is coming from. There is no fundamental issue of capabilities of repaying it in anything which is universally acceptable, which is either intrinsic value of the currency or the credit or trust of the individual who is issuing the money, whether it’s a government or an individual.”
    • “What a sound money system does is to stabilize all the elements in it, and reduces the uncertainty that people confront. And the one thing all human beings do when they are confronted with uncertainty is pull back, withdraw, disengage, and that means economic activity, which is really dealing with people, just goes straight down.”
    • “Look, I’m very much in favor of tax cuts, but not with borrowed money. And the problem that we’ve gotten into in recent years is spending programs with borrowed money, tax cuts with borrowed money, and at the end of the day that proves disastrous.”

    Sander Noordhof

    Reageren? Stuur een mail naar [email protected]

    gs-logo-breed

    Deze column van Sander Noordhof verscheen eerder op GoudstandaardGoudstandaard is gespecialiseerd in de verkoop en opslag van fysiek edelmetaal. Wilt u meer informatie over beleggen in edelmetalen? Bel ons op +31(0)88 46 88 488 of mail naar [email protected].

  • Greenspan: “Goud is ultieme wereldmunt”

    Greenspan: “Goud is ultieme wereldmunt”

    Goud is de ultieme wereldmunt en een goede verzekering van je vermogen. Dat zei Alan Greenspan in een openhartig interview met de World Gold Council. Hij verwacht dat een oplopende inflatie zich uiteindelijk zal vertalen naar een hogere goudprijs.

    Greenspan ziet goud als de primaire wereldmunt, omdat het edelmetaal geen tegenpartij risico heeft. Hij merkt op dat niemand goud zal weigeren als betaling voor schulden, omdat het een betaalmiddel met intrinsieke waarde is. De waarde van schuldpapier wordt daarentegen door de kredietwaardigheid van de tegenpartij bepaald.

    greenspanStagflatie

    De voormalig centraal bankier van de Federal Reserve zegt zich nog steeds grote zorgen te maken over de wereldeconomie, omdat de economische groei al jaren achterblijft bij de inflatie. In de Verenigde Staten steeg de productiviteitsgroei de afgelopen vijf jaar met gemiddeld slechts 0,5%, terwijl dat voor de crisis van 2008 nog ongeveer 2% was.

    Een stagnerende economie in combinatie met een oplopende inflatie wordt door economen ook wel stagflatie genoemd. Stagflatie is vandaag de dag een serieuze dreiging, omdat centrale banken niet veel speelruimte hebben om de rente te verhogen of te verlagen. Een lagere rente zorgt voor nog meer inflatie, terwijl bij een stijgende rente de schuldenlast onhoudbaar dreigt te worden.

    Goudstandaard

    Volgens Greenspan kan goud opnieuw een rol gaan spelen in het internationale monetaire systeem. Zo acht hij het nog steeds mogelijk om terug te keren naar een goudstandaard. Dat zou weliswaar als een wanhoopsdaad gezien worden, maar daarmee voorkom je op lange termijn dat je dezelfde schuldenproblematiek krijgt die vandaag de dag het economische nieuws domineert.

    Greenspan merkt op dat de goudstandaard aan het einde van de negentiende eeuw goed werkte, maar dat het systeem begin twintigste eeuw ten onder ging aan politieke ambities. Hij verwijst naar het voorbeeld van Groot-Brittannië, dat na de Eerste Wereldoorlog haar munt tegen dezelfde koers aan goud wilde koppelen als voor de oorlog. Dat bleek een catastrofale zelfoverschatting, omdat de Britse economie door de oorlog structureel verzwakt was. Er volgde een periode van ernstige deflatie, die pas verholpen werd met het loslaten van de goudkoppeling in 1931.

    Lees het hele interview in de februari editie van de Gold Investor.

    gs-logo-breed

    Dit artikel wordt u aangeboden door Goudstandaard, uw adres voor de aankoop en verzekerde opslag van edelmetalen. Wilt u goud kopen? Neem dan contact op door te mailen naar [email protected] of door te bellen naar +31(0)88-4688488.

  • Greenspan: “Obligatiebubbel loopt leeg”

    Greenspan: “Obligatiebubbel loopt leeg”

    Volgens voormalig centraal bankier Alan Greenspan zijn we vandaag de dag getuige van het leeglopen van een wereldwijde obligatiebubbel. Ook maakt de oud-voorzitter van de Federal Reserve zich grote zorgen over het gebrek aan productiviteitsgroei en de vergrijzing. Daardoor zien we een oplopende inflatie bij een stagnerende economische groei, een situatie die we kennen als stagflatie.

    Volgens Greenspan zijn de economische problemen van dit moment heel moeilijk aan te pakken, omdat het niet meer mogelijk is de rente drastisch te verhogen. De vorige keer dat de Amerikaanse economie in een stagflatie terechtkwam was in de jaren ’70, toen de centrale bank de rente naar 20% verhoogde om de economie weer op de rails te krijgen. Deze oplossing is vandaag de dag niet mogelijk, omdat de schulden nu veel groter zijn dan toen.

    Greenspan maakt zich zorgen over de begroting van de Verenigde Staten. Door toenemende sociale verplichtingen zullen de begrotingstekorten verder oplopen, wat betekent dat er nog meer geleend moet worden. Dat wordt steeds lastiger, omdat er volgens Greenspan wereldwijd steeds minder animo is om geld uit te lenen aan de Amerikaanse overheid. We hebben het hele interview bij Bloomberg voor u uitgeschreven.

    De laatste weken geven de markten ons een sterk signaal dat de inflatie oploopt en dat de groei terug is. Dat zie je ook aan de aandelenmarkten in de VS, Europa en Azië. Ook zien we een stijgende rente op de obligatiemarkt en een stijging van de dollar. Zijn we in een nieuw wereldwijde groeifase terechtgekomen?

    Ik heb grote twijfels. Wat we zien is een overgang van stagnatie richting stagflatie, een combinatie van een stagnerende economie en een oplopende inflatie. Dat hebben we sinds de jaren zeventig niet meer gezien. Het eerste effect van stagflatie is dat de prijzen beginnen te stijgen en dat verandert veel dingen, zoals de winstmarges, de prijsstructuur en de aandelenmarkt. Dat geeft een tijdje de indruk dat men meer spendeert.

    Toch kan dit niet doorgaan, omdat de economische stagnatie het tegenhoudt. Het is een uitzonderlijke situatie waar we de komende jaren mee te maken zullen krijgen. Ik denk dat je moet terugkijken naar verschillende momenten in de geschiedenis dat zoiets gebeurde. De laatste keer was in de jaren zeventig. Het is nu een wereldwijd fenomeen, eigenlijk in de hele ontwikkelde wereld.

    Waar ligt het verschil tussen stagflatie en echte economische groei?

    Economische groei is als de hele structuur van de samenleving omdraait van periode van contractie in economische activiteit naar een soort reset, waarna alles weer opwaarts beweegt. Dit is een zeer snelle verandering. Het probleem wat we nu hebben is niet de koers/winst verhouding van aandelen, maar de verhouding van de obligatiekoersen en de rente. We hebben een obligatiebubbel die op het punt staat leeg te lopen. Dit heeft nog een lange weg te gaan en zal effect hebben op het economische vooruitzicht. Dit is echt iets anders. We hebben zo weinig stagflaties gehad dat we geen modellen hebben om te zien wat we nu moeten doen.

    Sommigen zeggen dat er misschien spoedig echt economische groei gaat komen. Enerzijds door fiscale stimulering en anderzijds door belastinghervormingen, waardoor er meer geld in de portemonnees van de mensen komt. Kan dat echte economische groei teweeg brengen?

    Dat zou kunnen als het constructief was. Er is niets verkeerd met verschillende stimuleringsprogramma’s die de economische structuur op de lange termijn productiever maken. Maar op de lange termijn moet dat wel gefinancierd worden. Op dit moment hebben we hele grote begrotingsproblemen. Zodra de nieuwe begroting komt zullen we dat snel ontdekken. Waar moet je het geld vandaan halen? Als je alsmaar grotere tekorten opstapelt, dan voedt je daarmee alleen maar de inflatie.

    Is het mogelijk om met de hervorming van belastingen geld te besparen, om daarmee de economie weer te laten groeien?

    Dat is mogelijk, maar niet waarschijnlijk. De reden is dat we een fundamenteel probleem hebben dat ik al eerder besproken heb. Als de VS vergrijsd, dan krijg je een verschuiving in de proportie mensen boven de 65 jaar. Dit staat los van de economische bewegingen. En dit gebeurt nu in alle ontwikkelde landen. We vergrijzen allemaal, Japan is daarvan het meest extreme voorbeeld.

    We hebben dit soort uitdagingen nooit eerder gehad en we weten dus niet hoe we die aan moeten pakken. We kijken nu naar de baby boom generatie als een fiscaal probleem. Je zou dan kunnen zeggen dat we de belastingen voor de rijken moeten verhogen, maar die belastingen zijn al hoog. Meer dan 90% van de individuele belastingverplichtingen in de VS zitten al bij de hogere inkomens. Daar kun je nog wel iets meer halen, maar we hebben niet veel speelruimte meer om de belastingdruk te verhogen. Belastingen voor bedrijven zijn bijna het hoogste in de wereld en dan hebben we ook nog allerlei andere belastingen.

    We hebben allerlei dingen al geprobeerd. Veel belastinguitgaven kunnen aangepast worden, maar die zijn nooit door het congres heen gekomen. Dit had het probleem kunnen oplossen.

    Economisch adviseurs zeggen dat als het bbp weer met drie of vier procent groeit, dat we er dan wel weer uit komen. Kan dat met de Amerikaanse economie?

    Nu niet. Een noodzakelijke voorwaarde daarvoor is dat de productiviteit per uur boven de 2% per jaar ligt. Dat is nu minder dan een half procent per jaar. De afgelopen vijf jaar groeide de productiviteit amper. Als je weet wat de productiviteit per uur is en wat het aantal gewerkte uren is, dan kun je het toekomstige bbp inschatten. Maar zolang de productiviteit niet groeit krijg je ook geen bbp groei.

    Met een jaarlijkse stijging van de sociale verplichtingen van 9% vreet je de besparingen op. Dat zijn besparingen die je nodig hebt voor kapitaalinvesteringen en dat is de sleutel naar productiviteitsgroei. Het zijn deze sociale verplichtingen die niemand wil bespreken. Als je president wilt worden en je begint hierover, dan ga je verliezen. Zowel de Democraten als de Republikeinen willen hier niet over praten.

    Zolang dat niet opgelost wordt zie ik niet hoe we de economie weer kunnen laten groeien. We lenen geld van het buitenland, inmiddels ongeveer $8 biljoen dollar. Dat kun je niet blijven doen en ik vraag me af of we nog veel meer kunnen lenen uit het buitenland. We hebben ook niet genoeg besparingen in eigen land.

    Sinds 2008 hebben we meer schulden gestapeld. Hoe ver kunnen we hiermee doorgaan?

    De vraag is hoe snel de geldhoeveelheid groet. De stagflatie is relevant, want er zijn twee krachten aan het werk. De geldhoeveelheid groeide eerder dit jaar stabiel met 6% op jaarbasis, maar nu stijgt ie naar 9% op jaarbasis. We zien tegelijkertijd dat de werkloosheid op het laagste niveau is, we kunnen niet veel lager. We krijgen een steeds krappere arbeidsmarkt en dan gaan de lonen stijgen. Dat zien we nu al. Als de rente stijgt en de geldhoeveelheid toeneemt, dan krijg je meer inflatie. Zowel de Democraten als de Republikeinen willen dit probleem niet aanpakken, het is politiek gezien een hete aardappel.

    Kunnen centrale banken nog wat doen?

    Veel mensen denken dat centrale banken de rente kunnen controleren, was dat maar zo. Volcker moest de rente naar 20% brengen om het systeem weer in balans te brengen. De Federal Reserve of andere centrale banken zouden op dat niveau nu de controle verliezen. Het is heel moeilijk, er is weinig realisme. Iedereen wil de inflatie naar 2% brengen en ik hoop dat het daar kan blijven. Maar dit is geen omgeving voor een inflatie van twee procent.

    Als we kijken naar Europa, dan zien we een Brexit, het Italiaanse referendum… Wat is de staat van de Eurozone en van de euro als munt?

    Je moet terug naar de oorsprong van de euro. Adenauer en De Gaulle kwamen aan het einde van de Tweede Wereldoorlog bij elkaar. “We hebben twee keer tegen elkaar gevochten en kijk wat het opgeleverd heeft.” Er was toen een grote wil om instituties op te zetten die een Derde Wereldoorlog op het Europese continent onmogelijk maakten. En dat betekende politieke consolidatie, hoe gek dat vandaag ook mag klinken.

    We hadden de EGKS en andere instituties. Het hele Europese systeem werd opgezet in die context. Het valt me op dat juist in deze context men zover gekomen is dat iedereen zich nu zorgen maakt over het voortbestaan van de euro. De aanname was dat als je alle munten samenvoegt, dat het wel zou werken. Dat een land als Italië zich zou gaan gedragen als Duitsland. De verwachting was dat landen naar elkaar toe zouden groeien, maar dat is vanaf het begin in 1999 tot aan nu niet gebeurd. Ik maak me grote zorgen over een eurocrisis, omdat er geen grote institutie is die de euro kan steunen als ze in de problemen komt.

    Het verschil in rente tussen Duitse en Amerikaanse obligaties neemt toe. Wat zegt dat?

    Elke ochtend kijk ik naar deze ‘spread’ en naar de Target 2 balans. Target 2 is een mechanisme van de Europese Centrale Bank, waarmee de individuele centrale banken geld aan elkaar uitlenen. Dit is een zero sum game. De Bundesbank heeft meer dan €600 miljard uitgeleend aan de rest, vooral aan Spanje en Italië. Als je ziet dat de bezittingen van de Bundesbank stijgen en de verplichtingen van Spanje en Italië gelijk zijn, dat weet je dat dat niet eeuwig door kan gaan. Dat moet op een gegeven moment breken.

    Het gevaar is dat Italië is een groter probleem dan we denken. Pemier Renzi had daar de juiste oplossingen voor, maar die werden weggestemd. Dit is een wereldwijd fenomeen. We zien internationaal een verschuiving, denk aan de Brexit, Scotland, Ierland. En dan heb je nog Spanje, waar het altijd onrustig is. En tenslotte het probleemkind Griekenland, dat illegaal in de Eurozone is gekomen. Dat hebben ze inmiddels toegegeven, maar ze zitten er nog steeds in. Het systeem is niet stabiel.

    Globalisering lijkt op haar retour te zijn. Denk je dat het gepiekt heeft?

    Zeker. China was een sleutelfiguur in het model, maar trekt zich nu terug. De yuan verzwakt significant. De reden is dat de structuur verandert. Er is een inconsistentie in China. Ze willen een kapitalistische economie worden, maar dat kan niet in een land met maar één partij. We zeggen dan dat ze de munt manipuleren, maar niet in de richting die we denken. Ze proberen de munt momenteel te ondersteunen met kapitaalcontroles, maar dat lukt niet.

    De munt probeert een internationale valuta te worden. Een jaar geleden dacht iedereen dat we in de yuan in plaats van de dollar gaan handelen. Niet dus. Er is geen bewijs van dat dat gaat gebeuren.

    Probeert China de munt te manipuleren?

    Iedereen manipuleert vandaag de dag hun munt en dat is het probleem. We zijn allemaal schuldig, maar het is een ‘zero sum game’. Dit was 15 jaar geleden misschien een betekenisvolle vraag, maar nu is het geen onderwerp van betekenis meer.

    En wat denk je over handelsbeperkingen?

    Individuele landen kunnen dit doen. Globalisering is een kwetsbare structuur, het kan zo weer omkeren. Het vereist een vrije markt met een vrije samenleving. Wij als Verenigde Staten droegen dit uit in de wereld, dat zijn we kwijt. Globalisering kan zich terugtrekken en volgens mij gebeurt dat ook. In de jaren dertig probeerden we alles via de overheid op te lossen, maar dat lukte niet. Dat gebeurt nu wereldwijd.

    Globalisering was heel positief, de twee groeilanden van nu zijn China en India. Maar wat je nodig hebt is een soort leiderschap in de wereld wat wij in elk denkbaar opzicht waren. Maar zo werkt het niet meer.

    Als je in de toekomst kijkt, wat is de zwarte of witte zwaan. Waar kijk je nu naar?

    Wereldwijd zien we een vergrijzende populatie en moeten we erkennen we dat we niet meer kunnen blijven spenderen zoals we dat tot nu toe gedaan hebben. Het draait om fiscaal beleid, niet om monetair beleid. Wereldwijd hebben centrale banken problemen, maar het grootste probleem is de vergrijzing en dat is vooral een fiscaal probleem.

    hollandgold-logo

    Deze bijdrage wordt u aangeboden door Hollandgold, uw adres voor de aankoop van fysiek edelmetaal. Wilt u meer informatie over goud kopen? Neem dan contact op via [email protected] of bel +31(0)88-4688400. 

  • Greenspan: “Oplopende inflatie zal rente doen stijgen”

    Greenspan: “Oplopende inflatie zal rente doen stijgen”

    Volgens Alan Greenspan zal de rente op termijn vanzelf terugkeren naar het historische gemiddelde van vier tot vijf procent. Een oplopende inflatie zal deze trend in gang zetten, zo verwacht de voormalig voorzitter van de Federal Reserve. In een interview met Bloomberg zegt hij dat de rente op Amerikaanse 10-jaars leningen bij een oplopende inflatie heel snel kan stijgen.

    Greenspan zegt nu al tekenen te zien van een oplopende inflatie, waarmee uiteindelijk een einde zal komen aan een tijdperk van extreem lage rentes. “Er is maar één richting waarin de rente op lange termijn kan bewegen en dat is omhoog.” Dat is een gevaarlijke ontwikkeling, want bij een oplopende rente en een daling van de obligatiekoersen zullen beleggers minder bereid zijn de Amerikaanse tekorten te financieren. Ook merkt Greenspan in het interview op dat in verschillende Westerse landen de productiviteit amper groeit, wat volgens hem het gevolg is van een steeds duurdere verzorgingsstaat.

    Hoe lang kan de bull market in staatsobligaties nog doorgaan en wat zal de bubbel laten knappen?

    Het kan wel eens zo zijn dat we in de vroege fase zitten van een versnellende inflatie. Dat kan de trigger zijn. Maar het is een zeer ongebruikelijke obligatiemarkt, we hebben nog nooit eerder zoiets meegemaakt met zo’n lage rente voor een dergelijk lange periode. De rente is zelfs nog nooit eerder zo laag geweest als nu. Het gevolg daarvan is dat we geen historisch voorbeeld hebben over hoe we hiermee om moeten gaan. We kunnen alleen maar zeggen dat er maar één richting is waarin de markt zich op lange termijn kan bewegen, dat is omhoog.

    Even over de verkiezingen: Welke opties heeft de nieuwe president voor de economie? Wat kan de nieuwe president nog doen, gezien de staat van de economie en de balans van de Amerikaanse overheid.

    Ze moeten eerst vaststellen wat de problemen zijn van de economie. Als je dan luistert naar de debatten, zowel in de voorverkiezing als in de verkiezing, dan zien we dat niemand de fundamentele problemen adresseert. Dat heb ik overigens al vaker gezegd in dit soort programma’s. De ongedekte verplichtingen beknellen de besparingen en daarmee uiteindelijk ook de investeringen. Dat is de grootste reden waarom de productiviteit zo vlak is. Niet alleen in de VS, maar in de hele ontwikkelde wereld.

    Tot op heden hebben we altijd meer en meer en meer kunnen lenen. Wanneer stopt dit? Wat kan ervoor zorgen dat we dit pad niet meer kunnen volgen?

    Het kan bijzonder lang doorgaan, totdat diegene die het geld aan ons uitlenen in opstand komen. Daar zie ik nu nog geen signaal van, maar als de vroege fase van inflatie die zich nu ontwikkelt doorzet, dan kun je vrij snel een zeer grote verschuiving weg van de uitzonderlijk lage rente op 10-jaars leningen zien. Ik denk dat die uiteindelijk richting de drie, vier of vijf procent kan gaan. Dat is wat de rente historisch gezien geweest is, niet alleen de afgelopen honderden jaren, maar ook de duizenden jaren. Dit is een uitzonderlijke periode waarin de rente enkel en alleen laag gehouden is vanwege het feit dat overheden een set omstandigheden in werking hebben gesteld. Dit kan niet eeuwig doorgaan.

    Een hogere rente en een hogere inflatie, wanneer wordt dit een probleem? Historisch gezien was 4 tot 5 procent normaal, is dat nu een probleem volgens jou?

    Het is een probleem omdat je van het huidige niveau naar 4 tot 5 procent gaat. Als je nu alle schulden van de afgelopen vijf tot tien jaar kunt wegstrepen en met 5 procent zou beginnen, dan zou dat kunnen. Maar er is een hele reeks aanpassingen die pas sinds 2008 hebben plaatsgevonden en die omgekeerd zullen worden. En dat gaat niet lukken zonder problemen.

    hollandgold-logo

    Deze bijdrage wordt u aangeboden door Hollandgold, uw adres voor de aankoop van fysiek edelmetaal. Wilt u meer informatie over goud kopen? Neem dan contact op via [email protected] of bel 088-4688400. 

  • Video: Greenspan verwacht hoge inflatie

    Volgens Alan Greenspan zullen we in de toekomst verrast worden door een periode van zeer hoge inflatie. Hoewel de inflatie nu nog zeer laag is ziet Greenspan een uitermate zorgelijke ontwikkeling in de groei van de geldhoeveelheid, die historisch gezien altijd uitdraaide op een periode van zeer hoge inflatie. “Historisch gezien is fiat geld altijd zo geëindigd”, aldus de voormalig voorzitter van de Federal Reserve.

    De oud centraal bankier zei gesprek met Bloomberg dat hij zich grote zorgen over de lage productiviteit van de Amerikaanse economie. “We hebben steeds meer mensen nodig om steeds minder te produceren, dat is geen recept voor een levensvatbaar politiek systeem.”

    Wat is het vooruitzicht voor de Amerikaanse economie?

    “Het fundamentele probleem is dat de productiviteitsgroei tot stilstand is gekomen. We hebben te weinig mensen. Men is blij dat de participatiegraad weer toeneemt, maar de statistieken vertellen ons dat we meer en meer mensen nodig hebben om steeds minder te produceren. En dat is geen recept voor een levensvatbaar politiek systeem. Wat we nu hebben is stagnatie.

    greenspanWat ik wel weet is dat de geldhoeveelheid volgens de M2 definitie – altijd een kritieke indicator voor de inflatie – voor de eerste keer opvallend hard stijgt, met zo’n zes a zeven procent per jaar. Bijna in een rechte lijn. De laatste maanden is het nog iets harder gestegen, met een procentpunt of één a twee meer. Waar we ons nu zorgen om moeten maken – en waar we eerder zelden aandacht aan gegeven hebben – is dat dit soort economische omstandigheden eindigen met inflatie. Historische gezien is fiatgeld altijd al zo geëindigd.

    Ik weet niet wanneer het [inflatie] komt, maar als je kijkt naar de menselijke geschiedenis dan zie je keer op keer dat men denkt dat er geen inflatie is en dat alles prima gaat, maar ik zeg dan: Wacht maar… De olieprijs heeft een significante impact gehad op de wereldwijde inflatie. Het zal niet snel komen, maar ik zal niet verbaasd zijn als de volgende onverwachtse beweging er eentje is van inflatie. Je hebt geen inflatie, totdat het er opeens is.”

    Een hoge inflatie in combinatie met een extreem lage rente betekent dat uw spaargeld ieder jaar wat minder waard wordt. U kunt uw vermogen beschermen door spreiding aan te brengen in uw beleggingsportefeuille. Door een gedeelte van uw vermogen om te zetten in fysiek goud is uw vermogen beter beschermd tegen economische onzekerheid en periodes van hoge inflatie.

    Lees ook: Wat voegt goud toe aan een beleggingsportefeuille

    goud-zilver-opslag

    Deze bijdrage wordt u aangeboden door Goudstandaard, een goudhandelaar die door klanten wordt beoordeeld met een 9,4

  • Greenspan verwacht zwakke economische groei

    Volgens voormalig Fed-voorzitter Alan Greenspan gaat het nog steeds niet goed met de Amerikaanse economie. De productiviteit neemt amper toe en dat betekent dat we voorlopig ook geen sterke economische groei hoeven te verwachten. Ook blijven de investeringen achter, omdat de besparingen van de Amerikaanse huishoudens amper toenemen. Wat wel toeneemt is de omvang van de ongedekte sociale verplichtingen, de zogeheten ‘unfunded liabilities’. Die zijn volgens Greenspan inmiddels zo groot geworden dat ze een negatief effect hebben op de totale besparingen in de economie.


    In een gesprek met Fox News benadrukt Greenspan dat de rente in de VS nog nooit zo lang zo laag is geweest. We hebben een deel van het interview voor u uitgeschreven:

    “Millennia lang lag de rente gemiddeld rond de 4 a 5 procent. We hebben data tot het oude Griekenland en ook toen was de rente ongeveer op dat niveau. Het lijkt erop alsof die rente van 4 tot 5 procent de tijdswaarde vertegenwoordigt die de mensheid aan geld toekent. Maar nu hebben we de rente al een aanzienlijke periode ver onder dit niveau gebracht.”

    En welk gevaar schuilt daar in?

    “Het gevaar dat de rente ooit weer terugkeert naar het niveau waar het al millennia lang op terugkomt. En dat belooft niet veel goeds. Ik denk dan aan een bubbel in obligaties. Als er een bubbel is op de aandelenmarkt, dan denken we aan extreem hoge koers/winst verhoudingen. Als je dan kijkt naar de prijs van staatsobligaties en dat vergelijkt met de rente opbrengst uit die staatsobligaties, dat moeten we ons heel erg zorgen maken…”

    Dus je voorziet een bubbel in obligaties?

    “Er zijn twee mogelijkheden. Of we keren langzaam terug naar een normale situatie, of het gebeurt op een agressieve manier. De geschiedenis leert ons dat die laatste optie het meest waarschijnlijk is.”

    De grote vraag is nu of deze markt in staat is verder te stijgen. Wat denkt u?

    “De koers/winst ratio is in feite opgebouwd uit twee krachten. De ene is de equity premium. De andere is de rentestand. Wanneer de obligatiekoersen daling heeft dit een ernstig negatieve uitwerking op aandelenkoersen. En dat is waar de problemen zijn voor wat betreft aandelen. Ook die ontkomen niet aan het feit dat de rente historisch gezien te laag is en uiteindelijk weer zal moeten stijgen.”

  • Video: De VS gaat niet failliet

    Ondanks de extreem hoge schuldenlast van de Verenigde Staten is er geen enkele kans dat het land failliet gaat. Dat zegt niet alleen voormalig Fed-voorzitter Alan Greenspan, maar ook econoom Joseph Stiglitz en waardebelegger Warren Buffett. Het is eigenlijk heel simpel. De verplichtingen die de Amerikaanse overheid heeft zijn allemaal uitgedrukt in dollars, geld dat het land zelf kan beheren en uitgeven. De centrale bank kan altijd meer dollars aan de overheid verstrekken, bijvoorbeeld door staatsobligaties op te kopen (QE). Zo kunnen alle schuldeisers van de Amerikaanse overheid betaald worden.

    Monetaire soevereiniteit

    De Amerikaanse overheid kan dus altijd aan haar verplichtingen blijven voldoen, omdat het land zelf de beheerder van de munt is. Anders is het voor Amerikaanse staten, die slechts ‘gebruiker’ van de munt zijn. Een staat als Detroit of Californië kan dus wél bezwijken onder een zware schuldenlast. Als er niet genoeg belastinginkomsten binnenkomen en de tekorten niet meer gefinancierd kunnen worden met de uitgifte van nieuwe obligaties, dan kan een deel van de schuld simpelweg niet meer betaald worden. Een Amerikaanse staat kan dus failliet gaan, zonder dat het voortbestaan van de munt (dollar) wordt bedreigd.

    Eurozone

    De euro lijkt in een bepaald opzicht op de Amerikaanse dollar. Net als Amerikaanse staten als Californië en Detroit hebben ook lidstaten van de Europese muntunie geen monetaire soevereiniteit met een eigen centrale bank. Deze landen zijn gebruikers van de munt en zijn daarom gedwongen hun begroting enigszins op orde te houden. Heeft een land teveel schulden en te hoge begrotingstekorten (Griekenland), dan is het inderdaad mogelijk dat zo'n land failliet gaat. Maar net zo min als het bankroet van een staat als Californië of Detroit het voortbestaan van de dollar bedreigt, zo heeft een bankroet van Griekenland of Spanje geen gevolgen voor het voortbestaan van de euro. Waarom zouden consumenten en bedrijven in de Europese muntunie opeens geen euro's meer willen gebruiken als blijkt dat de Griekse overheid haar schuldeisers (banken, pensioenfondsen, beleggers) niet kan betalen? Met de introductie van de Eurozone hebben landen hun monetaire soevereiniteit overgedragen naar een supranationaal niveau, conform het Amerikaanse model.

    Hyperinflatie

    Een bankroet van de Verenigde Staten is uitgesloten, omdat de VS altijd meer dollars in omloop kan brengen. Maar dat betekent niet dat ze dat ongestraft kunnen doen. Een roekeloos monetair beleid kan hyperinflatie tot gevolg hebben, wat betekent dat de VS haar verplichtingen kan voldoen met waardeloos geld. In dat scenario heeft de VS wel een groot probleem, omdat ze de import van goederen dan op een andere manier moet betalen. Met euro's? Chinese yuan? Goud?

  • Greenspan waarschuwt voor bubbel in obligaties

    Volgens Greenspan hangt ons een grote obligatiebubbel boven het hoofd. De voormalig voorzitter van de Federal Reserve suggereerde in gesprek met Bloomberg dat de verhouding tussen het rendement en de koers van obligaties compleet zoek is geraakt. “Als we de structuur van aandelenkoersen verwisselen voor obligaties en we in plaats van rendement op eigen vermogen kijken naar de verwachte rente-opbrengsten, dan is die verhouding tussen koers en winst in een extreem instabiele positie”, aldus Greenspan.

    Door de extreem lage rente is het moeilijk geworden om de koers van een staatsobligatie te bepalen. Die koers wordt veel meer gedreven door een behoefte aan veiligheid en liquiditeit dan door het feitelijke rendement. Omdat veel obligaties na correctie voor inflatie vrijwel geen rendement meer opleveren is het moeilijk geworden de juiste koers voor een obligatie te bepalen. Vooralsnog wordt die koers niet bepaald door onderliggende geldstromen, maar door een overweldigende vraag in combinatie met een beperkt aanbod van ‘veilige’ staatsobligaties. Het volgende videofragment is van Bloomberg.

    Wordt de video niet geladen? Klik dan hier.