Auteur: Redactie

  • Financiële departement South Carolina erkent manipulatie goud en zilver

    Via het blog SGT Report kwamen we dit opmerkelijke – zes pagina’s tellende – rapport tegen. Het rapport is te downloaden op de website treasurer.sc.gov en is opgesteld in opdracht van de staat South Carolina. Dat het rapport openlijk spreekt over manipulatie in de goud- en zilvermarkt is opmerkelijk, want dat is een onderwerp dat totnogtoe alleen werd erkend in het zogeheten underground circuit. Het rapport staat vol met stuk voor stuk zeer opmerkelijke bevindingen en conclusies, waardoor we het bestempelen als een must-read voor beleggers in goud en zilver en voor iedereen die in het algemeen geïnteresseerd is in deze markten. We lichten een aantal fragmenten uit het rapport, dat hier volledig te downloaden is.

    Het rapport onderschrijft de claims die de Gold Anti-trust Action Committee (GATA) al jaren verdedigt. Het bewijsmateriaal stapelt zich op, maar toezichthouders als de SEC en de CFTC hebben het onderwerp nog niet de aandacht gegeven die het verdient. De auteur van het rapport lijkt goed op de hoogte te zijn van de ontwikkelingen in de papieren goudmarkt, want zo kunnen we de termijnmarkt wel noemen die de wereldwijde spotprijs bepaald. Hier volgen een aantal opmerkelijke passages uit het rapport (belangrijkste stukken hebben we vetgedrukt).

    “Similar to other commodities, the value of gold and silver is determined by supply and demand, as well as speculation. The Federal Reserve, The London Bullion Market Association, JP Morgan Chase, and HSBC Holdings have practiced fractional-reserve banking and engaged in naked short selling causing artificial price suppression.”

    Daar staan ze, de namen van de partijen die volgens het rapport verantwoordelijk zijn voor de manipulatie op de goud- en zilvermarkt, die als doel heeft de prijzen te onderdrukken! Het verbaast ons echt dat deze woorden afkomstig zijn van een overheidsinstantie uit South-Carolina.

    De handel in contracten op toekomstige levering van goud en zilver is het speelveld geworden van speculanten, waaronder twee grote zakenbanken die JP Morgan en HSBC heten. Deze banken hebben een grote shortpositie en zouden van tijd tot tijd toeslaan door vele contracten op de markt te dumpen. In het rapport worden deze banken bij naam genoemd in de context van de manipulatie op de goud- en zilvermarkt. Opvallend is dat ook de Federal Reserve en de Londen Bullion Market Association in het rapport worden genoemd als deelnemers in het spel van ‘fractional reserve’ handel in de goud- en zilvermarkt en het zogeheten naked short gaan, met als doel om de prijzen van goud en zilver te onderdrukken.

    Het rapport vervolgt met verschillende beleggingsvormen van (papieren) goud en zilver, zoals ETF’s, certificaten, ‘gold pools’ en derivaten. Ook hier wijst de auteur van het rapport correct op de risico’s die verbonden zijn aan papieren instrumenten die de goudprijs volgen en die gedekt zouden zijn door een zekere hoeveelheid edelmetaal. Het volgende wordt geschreven over de certificaten voor goud, die uitgegeven kunnen worden door banken.

    “Banks may issue gold certificates for gold which is allocated (non-fungible) or unallocated (fungible). Unallocated gold certificates are a form of fractional reserve banking and do not guarantee an equal exchange for metal in the event of a run on the tank’s gold on deposit. Allocated gold certificates should be correlated with specific numbered bars, however it is difficult to prove whether a bank is improperly allocating a single bar to more than one investor.

    Ook de derivaten van goud en zilver worden in het rapport kritisch belicht. We lezen en quoten het volgende stuk over de werking van de COMEX. Het wordt steeds leuker…

    “As of 2009 holders of COMEX gold futures have experienced problems taking delivery of their metal. Along with the chronic delivery delays, some investors have received delivery of bars not matching their contract in serial number and weight. Because of these problems, there are conces that COMEX may not have the gold inventory to back its existing warehouse receipts.

    De auteur van het rapport twijfelt dus openlijk aan de betrouwbaarheid en degelijkheid van de papierhandel op de COMEX. De genoemde risico’s zijn dusdanig groot dat het rapport een negatief advies geeft voor deze beleggingsvorm!

    In de conclusie schrijft het rapport dat goud en zilver al significant in prijs zijn gestegen en in de toekomst opgeblazen zouden kunnen worden tot een bubbel. Volgens het rapport moet er met publiek geld anders worden omgegaan dan met private beleggingen, waardoor riskante en speculatieve beleggingsvormen niet in aanmerking komen. De beleggingen in verschillende afgeleide financiële producten van goud en zilver kennen de nodige risico’s, waardoor men uiteindelijk een negatief advies geeft ten aanzien van beleggen in goud en zilver.

    Fysiek goud en zilver ook afgewezen

    De mogelijkheid om het goud en zilver fysiek te kopen en op te slaan is nauwelijks onderzocht, want deze optie wordt zonder behoorlijke toelichting als volgt afgeschoten…

    South Carolina does not have the capacity to store or funding to secure gold and silver bullion. For these reasons the State Treasurer’s Office does not advise investing in gold and silver bars and coins.”

    Het rapport sluit af met grafieken van de goud- en zilverprijs over de afgelopen vijftig jaar. Hierin worden de nominale en de voor inflatie gecorrigeerde historische koersen weergegeven. Voor zowel goud als zilver staan we nog onder de piek van 1980, na correctie voor de inflatie (CPI-U). Ook geeft het rapport een interessante tabel met historische prijzen voor zowel goud als zilver tot het jaar 1840.

    Historische goud- en zilverprijzen uit het rapport

  • Goud en zilver daily report (03-04-2012)

    Goud noteert op het moment van schrijven een verlies van 0,29% op $1672,20  per troy ounce. Uitgedrukt in euro’s noteert goud een verlies van 0,42% op €1253,63 per troy ounce.

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Zilver noteert op het moment van schrijven een winst van 0,16% op $33,04 per troy ounce. Uitgedrukt in euro’s noteert zilver een winst van 0,01% op €24,76 per troy ounce. 

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Na de winsten van gisteren doen goud en zilver het rustig aan vandaag, dit in tegenstelling tot de meeste beurzen die vandaag forse verliezen tonen. De verliezen op de inteationale beurzen zijn vooamelijk het gevolg van de toenemende onrust rondom Spanje. De Spaanse staatschuld loopt dit jaar op tot 79,8% van het BBP, de Europese unie heeft echter een schuldplafond van 60% van het BBP. Dit gegeven en het feit dat er voorlopig geen verbetering aankomt heeft beleggers zorgen opgeleverd. Tevens was er ook wat negatief nieuws uit Wall Street. Vanavond om 8 uur Nederlandse tijd zal de Fed met een persconferentie komen waarin het de ontwikkelingen van maart bespreekt. Er bestaat een kans dat de Amerikaanse centrale bank dan iets meer loslaat over een eventuele nieuwe ronde van monetaire verruiming. Wanneer dat gebeurt zal dat een positieve invloed hebben op de prijzen van goud en zilver. Daaaast zijn de goud en –zilverprijs de laatste tijd erg gevoelig voor uitspraken van de Fed.

    Opvallend was vandaag het feit dat de goudprijs wederom weerstand rond het $1680 niveau zag, oftewel het 200-daagse gemiddelde. Even ging de goudprijs door dit niveau heen maar als snel schoot de prijs naar beneden tot $1665 per troy ounce. Vorige week maandag deed zich een soortgelijke situatie voor. Voor zilver ligt het 200-daagse gemiddelde relatief gezien wat hoger, op ongeveer $34,50 per troy ounce. Wanneer zilver hier doorheen breekt is dat ook een positief signaal voor het edelmetaal.

    De euro won vandaag ongeveer 0,15% tegenover de dollar. Dit is gunstig voor de prijzen van goud en zilver uitgedrukt in dollars, in euro’s zijn de verliezen echter wat groter. De prijs van ruwe olie daalde vandaag lichtelijk wat overeenkomt het negatieve sentiment onder beleggers vandaag.

    Update [23:10 – Frank Knopers]: FED statement brengt markten in beweging

    Zoals aangegeven kwam de FED om 8 uur met de toelichting van haar beleid. In deze zogeheten 'FOMC meeting' beargumenteerde de Amerikaanse centrale bank opnieuw dat de werkloosheid aan het dalen is en dat de economische activiteit weer wat opkrabbelt. Wel zegt de FED zich zorgen te maken over de snel gestegen olieprijzen. Concluderend stelde de FED dat er geen nieuwe (monetaire) stimuleringsmaatregelen nodig zijn, zo lang de economische groei geen vertraging laat zien.

    Dat laatste was blijkbaar niet ingecalculeerd door de financiële markten, want de aandelenmarkt zakte weg op het nieuws en de rente op staatsobligaties liep wat op. Het vertrouwen in de dollar (ten opzichte van andere valuta) werd wel iets sterker, getuige de stijgende US Dollar index. Goud en zilver gingen scherp naar beneden op het nieuws, de edelmetalen verloren respectievelijk 1,97% en 1,43% van hun waarde op de termijnmarkt. Gek genoeg zakte de olieprijs niet, terwijl die normaal mee beweegt met andere grondstoffen. Hieronder de grafieken die de goud- en zilverprijs op moment van schrijven weergeven. Goud staat onder de $1650 en zilver noteert $32,61.

    Goud en zilver moesten er opnieuw aan geloven, rood op de borden

  • Guest post: ‘Geen kattenpis in het derivat’

    Stel je voor – en jou kennende, hoe moeilijk kan het zijn – je bent zo’n liefhebber van Belgisch bier, dat je naar onze zuiderburen afreist voor een proeverij nabij Houfalize. Meer precies de brouwerij van Chouffe.

    Je raakt aan de praat met Louis d’Ivre, Chouffe’s verkoopmanager. Bij uitzondering neemt Louis je mee naar de ondergrondse opslag alwaar naast de ‘gewone’ Chouffe, ook nog enkele bijzondere Chouffe’s liggen te rijpen. Ze zijn nog van de receptuur van voor de oveame door Duvel-Moortgat. Louis tapt een pint voor je… en je bent verkocht!

    Beter gezegd: Je handelsgeest is nog juist nuchter genoeg, en voor een prijs van €45.500 kun je jezelf even later eigenaar noemen van 120 vaten Chouffe Doré. De prijs is inclusief transport. Voor de opslag bel je mij, beseffend dat je de partij nooit thuis kwijt kan, maar dat ik – laat je fantasie nu even helemaal de vrije loop – ruimte zat heb.

    We maken een deal en een week later staan de 120 vaten bij mij in de fantastische schuur opgeborgen. Opgeborgen als een (gegist) appeltje voor de dorst. Met de prijsbewegingen in de horeca in het achterhoofd voelt het als een goudmijntje voor je.

    En dan, op een zomerdag, met weersvoorspellingen die veel goeds beloven, klim je in de telefoon. Je handelsgeest laat je ook nu niet in de steek en al snel heb je – voor een goede prijs – voldoende afnemers. Tsjakkah! Nu nog ff mij bellen…

    Met het: ‘ik… euh…’, en de stilte die dan valt, bekruipt je plots een naar gevoel. ‘Hoezo heb je de sleutels van de schuur niet meer?’, vraag je nog beleefd.

    Een eerste aap komt uit de mouw: ik is failliet. De tweede aap: ik is niet meer de eigenaar van de schuur, dat is ene Abdul bin Razichy al Aziz, wonende te Al Wakrah, Qatar.

    Je zou willen dat je nog zo’n oude bakelieten telefoon had gehad, want je smartphone op de keukentegels te zien uiteenspatten is toch wat minder als de hoo op de haak gooien.

    Na de aankoop van een nieuwe ‘foon’ heb je inmiddels tot ruim voorbij tien kunnen tellen, en op beheerste toon stel je je voor aan een man die opneemt met: ‘Gello… Yes I’am Abdul… and yes, I geffe die kie’.

    De Nederlandse vertegenwoordiger van Bin Razichy Al Aziz Inteational ontvangt je op zijn kantoor op de Amsterdamse Zuid-as. Een statige man, gehuld in een hagelwit gewaad en tulband laat je plaats nemen in het pluche van het smetteloze airconditioned kantoor. Hij wil met je meedenken. Een gevoel van opluchting gaat er door je heen.

    Als je zelf voor het transport zorgt, kun je your merchandise al de volgende dag naar het Utrechtse trucken. ‘Deal!’, flap je er uit, bang dat de man zich anders zou bedenken. ‘Deal’, antwoord de man rustig en knipt in zijn vingers. Een officeboy verschijnt. Even later hef je met Abdul’s neef het glas op de transactie. Jij hebt je handel terug en de man is duidelijk in zijn nopjes met zijn onlangs verworven handelsvehicle… de schuur. Je neemt een slok en bent verrast. ‘Niet slecht’, gaat het door je hoofd en het heeft zelfs wel wat weg van Chouffe. De man – nu ook met wit schuim op zijn bovenlip – ziet je reactie en glimlacht en vervolgt: ‘Brewing beer was invented in the Middle-East, you know, and it keeps me happy, much to the joy of my habibi’.

    De volgende dag opent een medewerker van Bin Razichy Al Aziz Inteational de deuren van de schuur en vol goede moed stap je de ruimte binnen, waaa… die moed je meteen in de schoenen zakt. Schots en scheef opgestapeld staan – zo ver als het oog reikt – plastic zakken van de… Aldi, gevuld met de derde aap: Blikken Schultenbräu (onder zeelieden noemt men dat ook wel Uilenzeik).

    Na weken leuren – het weer is inmiddels ‘Nederlands’ omgeslagen – ben je er vanaf. Al met al hou je er € 13.500 aan over… O ja, en een hele fikse kater. Maar ja, dat hoort nu eenmaal bij ontnuchteren.

    Kon je het je voorstellen? Ja, neem ik aan. Dat gevoel zou de (Britse) belastingbetaler nu minstens ook moeten hebben; zeker na het lezen van dit artikel:

    • UK govement held talks about RBS stake sale with Abu Dhabi (Telegraph)

    Aan het leeuwendeel van de Schultenbräu-drinkers gaat dit artikel helaas ongelezen voorbij. Hun kater komt wel, maar pas als zal blijken dat men de uilenzeik heeft vervangen door ongezuiverd rioolwater.

    Katers… leeuwen… dompteurs… 1793 revisited.

    En die dag nadert. En rap! Want de belastingbetaler zal weldra door hebben dat zij – niet als jij je deel van €13.500 nog hebt weten te vangen – het door hun opgehoeste bedrag van £ 45.500.000.000,- kwijt zijn en al die andere honderden miljarden die uit hun zak zijn geklopt. Of is dat geld verdampt? Een heus nadeel van “thin air” in dat geval.

    In de onderstaande afbeelding is een glimpse te zien uit welk vat men tapte vóór 1793, het… ahum… ‘derivat’.

    Shouf shouf habibi
    Cheers!

    – Mono Satuus

  • Investeringsfonds Noorse overheid wil minder blootstelling aan Europa

    Het Noorse beleggingsfonds, dat de taak heeft om de opbrengsten uit de olie-export van het land te investeren, beheert een aanzienlijk vermogen van omgerekend ongeveer €450 miljard. De Noorse minister van Financiën deed afgelopen vrijdag een voorstel om de beleggingen in Europese aandelen, obligaties en vastgoed af te bouwen van de huidige 54% naar 41% van het totaal belegde vermogen. Het vermogen dient vervolgens belegd te worden in Aziatische en Noord- en Zuid-Amerikaanse markten. Die eerstgenoemde categorie zal moeten groeien van 11% naar 19%, terwijl laatstgenoemde zal worden uitgebreidt van 35% naar 40%. Het fonds moet volgens de plannen van de minister ook meer geld gaan beleggen in de zogeheten 'emerging markets', economieën die in opkomst zijn. Dit onderdeel van de totale beleggingsportefeuille zal groeien van 6% naar 10%.

    Omdat het Noorse fonds een groot vermogen beheert zullen de bestaande beleggingen in Europese markten op een zeer geleidelijke manier worden afgebouwd. Hoe lang het zal duren voordat de nieuwe weging van het fonds tot stand gekomen is durft de Noorse staatssecretaris Hilde Singsaas niet te zeggen. Dat zal afhankelijk zijn van de marktomstandigheden. Volgens de Noorse minister van Financiën, Sigbjoe Johnsen, nam de vorige herbalancering van de beleggingsportefeuille van het fonds twee jaar in beslag. Door de herinvesteringen uit te spreiden over een langere termijn tracht het fonds grote koersbewegingen in de markt te voorkomen.

    'Europese crisis speelde geen rol'

    De Noorse staatssecretaris Hilde Singsaas verklaarde in een persconferentie dat “de Europese schuldencrisis geen rol speelde” in het besluit om de blootstelling aan Europese markten terug te brengen. Ze blijft positief, door te stellen dat het Noorse fonds in 2020 naar schatting voor in totaal €900 belegd zal hebben, waarvan een aanzienlijk gedeelte in Europese markten.

    De geplande reductie in de positie van Europese staatsobligaties wordt onderbouwd met een nieuw beoordelingsmodel.  Dit model wijkt af van de bestaande rekenmodellen, die de voorkeur uitspreken voor staatsobligaties van landen met een hoge staatsschuldquote. Voorbeelden daarvan zijn de V.S, Italië en Japan. Het Noorse beleggingsfonds zal tevens voor het eerst beleggen in obligaties in opkomende markten, daar waar het zich voorheen alleen beperkte tot aandelen. Het fonds wil ook meer aandelen opkopen in deze opkomende markten.

    Matig rendement in 2011

    Het Noorse beleggingsfonds heeft geen best jaar achter de rug, want het rendement voor heel 2011 kwam uit op -2,5%. Het vierde kwartaal was in zekere zin een opsteker, want toen steeg de marktwaarde van de beleggingen van het fonds met 4%. Het fonds heeft nog altijd de grootste blootstelling aan de Europese aandelenmarkt, want 47% van alle aandelen die het fonds bezit zijn genoteerd aan Europese beursindices. Van de totale beleggingen in obligaties zal de weging in Europees schuldpapier worden teruggeschroefd van 60 naar 40 procent.

  • South Carolina staat goud en zilver toe in betalingsverkeer

    De voorstanders van de nieuwe wet stellen dat de waarde van goud en zilver stabieler zijn dan die van de dollar en dat het daarom goed is als mensen kunnen kiezen welke vorm van geld ze gebruiken. Voordat de wet kon worden aangenomen moest er één onderdeel uit worden geschrapt, namelijk dat iedereen de gouden en zilveren munten moet accepteren als betaalmiddel. Deze regel werd zodanig aangepast dat nu de vrijwillige medewerking van de ontvangende partij nodig is en dat de muntstukken geweigerd kunnen worden. Dit geeft bedrijven de gelegenheid om zelf te bepalen of ze betaling in gouden of zilveren muntstukken accepteren of niet. Omdat de waarde van gouden en zilveren munten onderhevig is aan een dagkoers moeten bedrijven ook telkens deze koersen in de gaten houden en de administratie bijwerken, extra handelingen waar niet ieder bedrijf op zit te wachten.

    Bewustwording

    De wetgeving die het gebruik van goud en zilver moelijk maakt in het betalingsverkeer is een stap in de goede richting (namelijk de bewustwording van de waarde van goud en zilver als betaalmiddel door de bevolking en het bedrijfsleven), maar is absoluut nog geen oplossing voor de fundamentele problemen die ons geldsysteem kent. In het beste geval zorgt de nieuwe wetgeving ervoor dat goud en zilver meer onder de mensen komen en dat er meer gedachten worden uitgewisseld over de waarde van goud en zilver. We kunnen ons goed voorstellen dat iemand die een tweedehands auto wil kopen met een paar gouden en zilveren muntstukken eerst de verkoper van de auto zal moeten overtuigen van de waarde die deze edelmetalen hebben. Deze discussie alleen al – ongeacht de uitkomst – wordt naar onze mening nog te weinig gevoerd, ook in ons land.

    Belastingen op goud en zilver geen obstakel meer

    In het wetsvoorstel wordt ook de zogeheten 'sales tax' afgeschaft voor de gouden en zilveren muntstukken die gebruikt mogen worden als betaalmiddel (dus muntstukken geslagen door de U.S. Mint). Door de belastingen op het edelmetaal af te schaffen wordt een significante barrière verbroken die het ruilen van gouden en zilveren muntstukken in de weg stond. Daarmee volgt South Carolina de staat Utah, die eerder al wetgeving invoerde om goud en zilver terug te brengen in het betalingsverkeer naast de dollar. Ook in andere staten, waaronder North Carolina, wordt inmiddels de discussie gevoerd om gouden en zilveren muntstukken terug te brengen in het betalingsverkeer en de belastingen te schrappen die normaal van toepassing zouden zijn als iemand zijn goud of zilver met winst verkoopt.

    Historie

    De VS hanteerde vroeger met de 'Coinage Act' een geldsysteem dat was gebaseerd op gouden en zilveren muntstukken. De waarde van de dollar was gelijk aan de intrinsieke waarde, namelijk een zilveren muntstuk met een gewicht van 27 gram en een zilvergehalte van ongeveer 24,1 gram. Sinds 1971 is de laatste koppeling tussen goud en de Amerikaanse dollar verbroken en hebben de oude zilveren en gouden muntstukken een veel hogere intrinsieke dan nominale waarde gekregen. Deze munten verdwenen dan ook snel uit circulatie.

    De Amerikaanse munt bleef nog wel speciale 1 troy ounce muntstukken slaan om te voldoen aan de behoefte van goud en zilver als onderdeel in een beleggingsportefeuille. Deze munten hebben een hoge zuiverheid en zijn eigenlijk niet bedoeld voor gebruik als geld. Dat men deze rol er toch graag weer aan toe wil kennen heeft alles te maken met de manier waarop de ongedekte dollar (en andere valuta) aan waarde verliezen door slecht beleid van overheden en centrale bankiers.

    Amerikaanse gouden en zilveren beleggingsmunten mogen in South Carolina gebruikt worden in het betalingsverkeer

  • Nieuwe video’s op Marketupdate

    Als u op de video's pagina terugbladert ziet u nog meer video's die we zeer recent hebben toegevoegd, waaronder de complete Money As Debt serie, een presentatie van Chris Martenson, de 'Debt Collapse' presentatie van Mike Maloney en een aantal andere documentaires en korte video's. Uiteraard is het huidige aanbod maar een fractie van wat er op YouTube te vinden is aan interessant en informatief materiaal. Daarom moedigen we onze lezers aan om mee te denken en interessante video's naar ons toe te sturen. Mail daarvoor naar:

    [email protected] of [email protected]

    Mike Maloney met zijn presentatie 'Debt Collapse', één van de filmpjes die u ook in ons overzicht van video's kunt vinden

  • Chris Martenson over manipulatie van de goudprijs

    Het volledige artikel van Chris Martenson, dat hier en hier te lezen is, legt uit waarom het zeer aannemelijk is dat de goudprijs wordt onderdrukt. Een argument dat de manipulatie van de goudprijs moet weerleggen is het gegeven dat de prijs over de afgelopen elf jaar met 590% gestegen is, waarmee goud het toch aanmerkelijk beter heeft gedaan dan veel andere beleggingscategorieën in grote delen van de wereld, zoals aandelen, obligaties en vastgoed. Hierop brengt Martenson in dat de goudprijs zeer stabiel en geleidelijk is gestegen en dat er geen succesvolle uitbraak is geweest van de goudprijs die de aandacht van het grote publiek blijvend heeft weten te trekken. Als de goudprijs in zeer korte tijd zou verdubbelen van het huidige niveau, dan zou er zeker paniek uitbreken en zouden meer mensen ervan overtuigd raken dat er echt iets mis is met de economie of met de valuta. Dat is vooralsnog niet gebeurd, omdat de prijsstijging zeer geleidelijk is geweest.

    Verder wijst Martenson op een analyse van SK Options Trading die ook wij eind vorig jaar al op onze site publiceerden. Deze analyse laat zien dat de goudprijs, hoewel die over de afgelopen elf jaar behoorlijk is gestegen, toch stelselmatig slecht heeft gepresteerd gedurende de Amerikaanse handelsuren..Wie fictief elke handelsdag goud kocht op de AM fix en verkocht op de PM fix zou over de afgelopen elf jaar 70% van zijn vermogen hebben verloren (transactiekosten buiten beschouwing gelaten). Dit is statistisch op geen enkele wijze te verantwoorden als zijnde een natuurlijke marktbeweging.

    Manipulatie van de goudprijs: in een sterk stijgende markt leverde de intraday long strategie een fors verlies op!

    'Goud wordt gemanipuleerd om vertrouwen in papiergeld te bewaken'

    Chris Martenson is van mening dat ons huidige geldsysteem, dat niet meer gedekt is door goud of iets anders van waarde, alleen bestaansrecht kan hebben als de illusie van waarde in stand wordt gehouden. Om dat doel te bereiken zijn er centrale banken in het leven geroepen, die de prijs van geld kunnen bepalen met een kunstmatige rente. Een lage rente moedigt consumenten en bedrijven aan om veel te lenen, weinig te sparen en risico's te nemen die ze anders niet hadden genomen.

    Maar niet alleen de rente wordt gemanipuleerd, want volgens Martenson worden ook de prijzen van olie en voedsel enigszins gestuurd door respectievelijk strategische voorraden van olie van tijd tot tijd vrij te geven en het subsidiebeleid op voedselproductie bij te sturen. Daaaast wijst Martenson op de statistieken die worden gepubliceerd over inflatie, economische groei, werkloosheid en dergelijke. Deze statistieken worden aantoonbaar gemanipuleerd, om de werkelijkheid wat rooskleuriger weer te kunnen geven dan dat die in werkelijkheid is. Met de gekunstelde statistieken wordt de perceptie van de bevolking gemanipuleerd, zo meent Martenson.

    Om het gevoel van waarde van een ongedekte valuta in stand te houden moet de perceptie van de bevolking worden gemanipuleerd en moeten indicatoren die deze perceptie ondermijnen worden gemanaged, daar komt de boodschap van Martenson op neer. Ook goud is een essentiële barometer, die net als de aandelen- en de obligatiemarkt nauwlettend wordt gevolgd door de centrale banken. Een hoge goudprijs is in de wereld van papiergeld ongewenst, omdat het laat zien hoe weinig het geld eigenlijk waard is. In het verleden werd de prijs van het edelmetaal ook al openlijk gemanipuleerd (of beheerd), namelijk ten tijde van het Bretton Woods systeem na WO II. Verschillende landen, aangevoerd door de VS, spraken af om de munt te koppelen aan de dollar en die weer te koppelen aan fysiek goud tegen een koers van $35 per troy ounce. Op deze manier waren alle valuta gedekt door goud en waren ook de wisselkoersen tussen de aan elkaar gekoppelde valuta constant.

    London Gold Pool

    Om de goudprijs op $35 te kunnen handhaven moest de wil van de vrije markt worden bestreden, waarvoor in 1961 de 'London Gold Pool' werd opgericht. Dit was een grote berg goud, die centrale bankiers konden gebruiken om de prijs van goud te stabiliseren. Steeg de prijs tot boven de $35 per troy ounce, dan werd een gedeelte van het goud uit de London Gold Pool op de markt gedumpt om de prijs terug te brengen naar $35. Was de prijs lager, dan kregen centrale bankiers de taak om goud op te kopen uit de markt. Iedereen die wist hoe het geldsysteem werkte en die inzicht had in de geldcreatie van dollars en ponden wist dat de prijs van $35 veel te laag was. Ook Frankrijk kwam tot het inzicht dat het goud veel te goedkoop was en begon stelselmatig grote hoeveelheden aan dollarreserves om te ruilen voor goud tegen de koers van $35 per ounce. De London Gold Pool ging kapot in maart 1968 en de koppeling van de dollar aan goud werd in 1971 losgelaten door Nixon.

    'Manipulatie is niet erg'

    Martenson zegt dat de manipulatie van de goudprijs ook een groot voordeel heeft, namelijk dat de prijs van het edelmetaal kunstmatig laag wordt gehouden en dat de kopers van goud dus een soort korting krijgen op de hogere prijs die goud zou moeten hebben. Dit is niet alleen gunstig voor particulieren die goud kopen, maar ook voor opkomende markten die hun goudreserves aanzienlijk uit willen breiden, zoals Rusland, China en India.

    Concluderend stelt Martenson dat de toekomstige herwaardering van goud, die er ongetwijfeld zal komen, zal aantonen dat het jarenlang onderdrukken van de prijs een grote fout is geweest. Een fout die op de korte termijn gunstig uitpakte voor politici en centrale bankiers die onverantwoord beleid hebben gevoerd, maar die over de langere termijn voordeel heeft gegeven aan iedereen die goedkoop goud heeft gekocht.

  • Eric Sprott over de papieren handel in goud en zilver

    De verschillende dingen die gebeurden op die laatste dag van februari lijken in tegenspraak met elkaar, want normaal gesproken stjgen de goud- en zilverprijzen juist op dagen dat centrale banken opnieuw acties ondeemen om de economie en de bankensector aan te jagen. Dat gebeurde niet op 29 februari, toen goud $72 verloor en zilver ruim $2 moest inleveren. De prijsdaling werd in gang gezet door grootschalige verkoopgolven van beloftes op goud en zilver via de termijnmarkt. De reguliere media greep het verhaal van Beanke over het voorlopig uitblijven van 'QE3' aan om de grote koersdaling van goud en zilver te verklaren, maar deze verklaring is volgens Sprott niet de juiste.

    Contracten dumpen

    Zo wijst Eric Sprott op het gegeven dat er in één uur tijd voor 173 miljoen troy ounce aan beloftes op zilver werd aangeboden op de papieren termijnmarkt, terwijl de mijnproductie van zilver wereldwijd over heel 2011 uitkwam op ongeveer 730 miljoen ounces. Van die jaarlijkse productie gaat de helft al rechtstreeks naar de industrie, voor verwerking in tal van verschillende producten. De rest wordt in veel gevallen verwerkt tot munten en baren, die vooamelijk hun weg vinden naar beleggers wereldwijd. Het is dan ook hoogst onwaarschijnlijk dat de partijen die deze enorme hoeveelheid zilver opeens dumpten op de termijnmarkt ook echt zoveel metaal hadden liggen. Omdat het gaat om futures kan een partij in de zilvermarkt dingen beloven die het op dat moment niet heeft, met als gevolg zulke extreme koersbewegingen die totaal niet in verhouding staan tot de handel in het fysieke edelmetaal wereldwijd.

    Papieren zilverhandel 143x zo groot als fysieke productie

    Eric Sprott zocht samen met David Baker uit hoe de termijnmarkten in goud en zilver, maar ook die van koper, aluminium en olie, zich verhouden tot de fysieke markt. Hoeveel keer wordt de onderliggende waarde op papier verhandeld? De uitkomst van deze studie wijst uit dat van de handel in de vijf genoemde grondstoffen die van zilver het meest uit de hand is gelopen. De zilvermarkt is erg klein, waardoor deze veel makkelijker te manipuleren is door partijen met 'diepe zakken'. De dagelijkse handel in contracten op zilver vertegenwoordigt volgens de berekening van Sprott Asset Management 143x de dagelijkse productie van fysiek zilver, uitgedrukt in troy ounces. Rondom goud en koper is ook een levendige handel ontstaan in papieren beloftes, want hier worden volumes verhandeld die de productie van de onderliggende waarde met een factor 70 tot 75x overtreffen.

    Handel in papieren zilver is 143x zo groot als dagelijkse productie, voor goud is de ratio bijna 70x

    De markt voor olie is heel erg groot en kent relatief gezien een kleinere markt voor termijncontracten, want hier overtreft de papieren handel de fysieke productie van olie met een factor van 14,3. De manipulatie van de goud- en zilverprijzen zijn met deze gegevens aantoonbaar, vooral als we daarbij opvoeren dat veel contracten voor goud en zilver juist in een zo kort mogelijk tijdsbestek worden aangeboden om een zo sterk mogelijke daling van de spotprijs in gang te zetten. Zo lang de biedingen de vraag overspoelen daalt de prijs, totdat er op een lager prijspunt weer een evenwicht wordt bereikt tussen vraag en aanbod.

    Op 29 februari verkocht één partij in 10 minuten tijd zoveel papieren beloftes op goud, dat de goudprijs met $40 zakte. Deze transactie omvatten in totaal 1,8 miljoen ounces aan goud met een waarde van ongeveer $3 miljard. Geen enkele ervaren handelaar zou in een dergelijk kort tijdsbestek zoveel goudcontracten op de markt dumpen, omdat de gemiddelde prijs dan veel lager uitvalt en de opbrengst dus ook lager is. Er is dus opzet in het spel, waarbij de verkopende partij als doel had om de prijs zo veel mogelijk omlaag te brengen. Eric Sprott zet zijn argument kracht bij door te wijzen naar de Dennis Gartman's Letter van 2 maart, waarin een niet nader genoemde handelaar in goud stelt dat er op 29 februari ''geen vrije markt was in het edelmetaal''.

    De harde klap die op 29 februari werd uitgedeeld was goed voelbaar in de markten, want de open interest voor goudcontracten met levering in maart was vrijwel volledig uitgeroeid. Voor april staan er nog wel veel contracten open, blijkbaar komt het enthousiasme in het papieren goudcasino langzaam weer terug. We staan echter nog steeds onder het prijsniveau van voor de daling op schrikkeldag.

    Lange termijn

    Op de lange termijn blijven goud en zilver interessant voor iedereen die denkt dat het experiment met onbeperkt geld drukken door centrale banken en de manipulatie van de goud- en zilverprijs een keer ten einde zal komen. Tot die tijd geeft de manipulatie van de edelmetalen ons de gelegenheid om fysiek goud en zilver te verzamelen tegen onderdrukte prijzen. Dat is de positieve draai die Eric Sprott aan zijn lezers wil geven. De volatiliteit zal blijven bestaan, maar zo lang de fundamenten die de goudprijs omhoog stuwen intact blijven is de bull market nog niet voorbij.

  • DNB: ‘ECB maatregelen geen oplossing schuldencrisis’

    Uit het persbericht van De Nederlandsche Bank over het jaarverslag van 2011:

    2011 Is in economisch opzicht een onstuimig jaar geweest. Grote onzekerheid, volatiele markten en tegenvallende groei kenmerken het afgelopen jaar. Kortom, alle ingrediënten voor financiële instabiliteit. Vooral na de zomer was sprake van heieuwde onrust als gevolg van de Europese schuldencrisis die DNB in al haar ketaken heeft geraakt.

    In de beleidsreactie op de crisis is in 2011 onmiskenbaar veel bereikt, maar wel in een te traag tempo. Tekortlanden hebben aanpassingsprogramma’s ingevoerd, Europese afspraken voor strakkere beleidsdiscipline zijn in de steigers gezet, een Europese financieringsfaciliteit is opgericht en banken werken aan herkapitalisaties.  

    De urgentie om deze beleidsinspanningen tot een goed einde te brengen, wordt er niet minder om nu de markten zich in iets rustiger vaarwater lijken te bevinden.

    Tot zo ver is er niet veel op of aan te merken. Dat verandert in de volgende passage (zwart gedrukte passages MU):

    Dat laatste kan voor een deel op het conto van de ECB worden geschreven. De ECB is tot het uiterste gegaan om de aanpassingsprocessen binnen de muntunie te ondersteunen met onconventionele monetaire instrumenten. Maar laat er geen misverstand over bestaan: de ECB maatregelen kunnen de schuldencrisis niet oplossen. Er is enkel tijd gekocht, tijd die nu moet worden gebruikt om met voorrang de overheidsfinanciën op orde te brengen, het groei- en concurrentievermogen van de Europese landen te vergroten, en het bankwezen te herkapitaliseren.

    Het is altijd fijn om een bevestiging te krijgen van centrale planners want de LTROs zijn inderdaad géén oplossing zoals we bij herhaling hebben benadrukt: de noodliquiditeiten kopen slechts tijd en voorkomen een systeemimplosie. Bovendien blijft een systeemherstructurering met geherwaardeerd goud mogelijk, ook al zal DNB dat nooit letterlijk schrijven of bij monde van Klaas Knot zeggen.

    Saillanter is de laatste opmerking: het bankwezen moet herkapitaliseren. Zodra het op het bankwezen aankomt durft DNB het woord insolvabel nogs steeds niet in de mond te nemen. Dat komt omdat DNB daarmee een “self-fulfilling prophecy” kan uitlokken en dat is wat zij juist tracht te voorkomen. Desalniettemin zinspeelt deze zin daar wel op: banken komen kapitaal te kort.

    Deze zinsnede gaat ook een heel stuk verder dan wat DNB stelde onder de leiding van Nout Wellink. Er werd namelijk altijd gesteld dat er slechts sprake was van een liquiditeitsprobleem bij banken. Dat een liquiditeitsprobleem dat zich via de interbancaire leenmarkt verspreidt (lees: de basismarkt voor fractioneel bankieren), samenhagt met insolvabiliteit op systeemniveau werd echter altijd onbenoemd gelaten. Door te stellen dat het bankwezen meer eigen kapitaal moet gaan aanhouden wordt het accent van de analyse verschoven van liquiditeit naar solvabiliteit. En dat dekt het probleem veel nauwkeuriger.

    De noodzaak tot drastische aanpassingen verschilt van land tot land. Maar deze is zeker geen exclusieve Zuid-Europese aangelegenheid. Ook Nederland, dat nog steeds kan bogen op relatief goede economische prestaties, staat voor grote uitdagingen. Met de hoogste status van kredietwaardigheid en een relatief lage werkloosheid hebben we veel te verliezen.

    Doordat de groei van de beroepsbevolking langzamerhand tot stilstand komt, moeten we de komende jaren rekening houden met structureel lagere groeicijfers. Vooral tegen die achtergrond is de ontwikkeling van de overheidsfinanciën zorgwekkend. Zelfs als het overheidstekort volgend jaar tot 3% van het bruto binnenlands product wordt beperkt, blijft de overheidsschuld stijgen. De schuldquote verwijdert zich daarmee steeds verder van de vereiste norm van 60%. Wil Nederland blijven profiteren van een lage rente, dan is het zaak om nu est te maken met tekortreductie.

    Wat DNB hier stelt en aan de Nederlandse politiek meegeeft, is iets waar ik mij volledig bij aansluit: ga bezuinigen. De overheidsbegroting is al uit het lood geslagen en als gevolg van de beperkte vooruitzichten op economische “groei”, neemt de zwaarte van de staatsschuld toe. Een hogere rente zal dit probleem alleen maar vergroten en dat kan voorkomen worden met bezuinigingen. Bezuinigingen nu kunnen bovendien de groeiverwachtingen op de middellange termijn positief beïnvloeden. Met een lager saldo aan inkomsten op de korte termijn neemt de schuldenlast toe en dat betekent dat de bulk van de uitstaande schulden gedragen moet worden met lagere toekomstige inkomsten. Het vergroten van de schuldenlast in plaats van het terugbrengen ervan, verkrapt de capaciteit om toekomstige inkomsten productief aan te wenden en daardoor wordt de schuldenlast steeds zwaarder om te dragen. Bezuinigen is daarom de beste remedie.

    Ook de Nederlandse concurrentiepositie is minder goed dan vaak wordt gedacht. Sinds 1999 zijn de Nederlandse arbeidskosten per eenheid product met ruwweg 25% gestegen. Dit terwijl het arbeidskostenniveau van bijvoorbeeld Duitsland over die jaren nauwelijks is gestegen. De groei van de Nederlandse uitvoer blijft al anderhalf jaar achter bij de groei van de relevante wereldhandel. Nederland verliest dus marktaandeel. Behalve een gematigde loonontwikkeling zijn hier structurele hervormingen op de arbeidsmarkt de aangewezen manier om het aanpassingsvermogen en de arbeidsproductiviteit van de Nederlandse economie te vergroten. Specifiek voor Nederland is de hypotheekschuld een bron van zorg. De in inteationaal verband hoge schuld maakt huishoudens en de overheid gevoelig voor de ontwikkelingen op de huizenmarkt, en confronteert banken met een financieringsprobleem. Een integrale aanpak is nodig, waarbij op geleidelijke en voorspelbare wijze de maximale hypotheeksom en de fiscale renteaftrek worden beperkt.

    Het punt van te hoge arbeidskosten en de inteationale concurrentiepositie is er één die veel breder is dan doorgaans belicht wordt. Nederland heeft zich met een gigantische huizenmarktzeepbel uit de markt geprijst. Immers, al die hypotheeklasten moeten betaald worden en dat kan alleen via hogere salarissen. Dit is in een zekere zin een kip en ei discussie, want hogere salarissen maken hogere hypotheken mogelijk, terwijl tegelijkertijd geldt dat de hogere huizenprijzen de gemiddelde Nederlander dwingen om salarisverhoging te vragen om de woonlasten te kunnen blijven betalen. De economische beweging omhoog werkt in die zin generiek door in alle prijzen in een economie en dat is nadelig voor de intenrationale concurrentiepositie.

    Hetzelfde geldt voor bijvoorbeeld het wagenpark aan geleasede auto's. Al die kosten worden doorberekend in de prijzen voor goederen en diensten en worden uiteindelijk afgewenteld op de finale eindgebruiker: de consument. Of dat nu een Nederlander is of een buitenlandse partij. In een inteationale context levert dat op een gegeven moment een probleem op want de kosteneffectiviteit in de economie is er door afgenomen. We prijzen ons collectief uit de markt.

    De vergelijking met Duitsland is terecht. Duitsland heeft namelijk als één van de weinige Europese landen dit probleem niet. Dat komt omdat zij door middel van beperkingen op de kredietverstrekking zeepbellen heeft weten te voorkomen. Er gelden in Duitsland strengere regels. Zo is de zogenaamde loan-to-value (LTV) ratio bij hypotheken in Duitsland altijd onder de aanschafwaarde van een woning gebleven. Duitsers begrijpen nog steeds niets van het Nederlandse beleid dat het toestond om meer geld te lenen dan de waarde van de woning. DNB is wat mij betreft aan dit beleid debet; zij deden veel te weinig tegen de veranderingen onder Paars. Toen werden de beleningsvoorwaarden (denk aan de tweeverdiener hypotheken (lees: loan-to-income ratio) en de hogere LTV-ratio) opgerekt en daarmee werd de private kredietkraan wagenwijd opengezet.

    Een integrale aanpak is noodzakelijk. Halleluja. Dat is wat ik al vanaf 2007-2008 roep. Beter laat dan nooit zullen we maar denk. Ter illustratie, een aanzet tot een integrale aanpak uit 2008: Redt de Nederlandse woningmarkt! Maar hoe? Plan B (jcaschipper.nl).

    DNB vervolgt met een open deur en de beleidslijn vis-a-vis het Nederlandse bankwezen en de bredere financiële sector. Het Calvinisme keert terug (de omschrijving van Max Weber onder het kopje “Calvinisme en kapitalisme” is van toepassing)..

    Dit alles om een einde te maken aan de huidige praktijk van maximaal lenen en minimaal aflossen.

    Het weerstandsvermogen van de Nederlandse banken is de afgelopen jaren aanzienlijk versterkt. Verder bufferherstel door kostenreducties, winstinhoudingen, en een zeer terughoudend beloningsbeleid blijft echter noodzakelijk. Dit geldt niet alleen voor de banken, maar evenzeer voor verzekeraars en pensioenfondsen. De waarde van adequate buffers kan niet worden overschat, zo hebben we als belangrijkste les van de kredietcrisis geleerd.

    In de bovenstaande passage is er geen woord Spaans bij: kostenreducties; winstinhoudingen; zeer terughoudend beloningsbeleid en noodzaak. De financiële sector wordt als het ware verordonneerd om de broekriem aan te halen.

    Tot slot. Als DNB hebben we in 2011 onze toezichttaken op een breed front aangescherpt en versterkt. Werkwijze, organisatie en cultuur zijn aangepakt met als doel tot een meer risicogeoriënteerde en vooral een meer resultaatgerichte toezichtaanpak te komen. Wij maken ons onverminderd sterk voor financiële stabiliteit, stabiliteit die onontbeerlijk is voor een duurzame welvaart in Nederland. Herstel van vertrouwen heeft voor ons als directie dan ook de hoogste prioriteit.

    DNB verdient op de merites beoordeeld te worden en wat tussen de regels is te lezen getuigt van een goede wil. Waarvan akte en ook hulde.

  • Financiële oorlogsvoering: BATS werd doelbewust aangevallen met HFT algoritme

    Financiële oorlogsvoering: BATS werd doelbewust aangevallen met HFT algoritme

    Vanochtend kwam het al uitgebreid aan bod in de Dagelijkse Kost, maar volgens de laatste update was er geen sprake van een systeemstoring bij BATS, maar werd de beurs doelbewust onder vuur genomen door een computeralgoritme afkomstig van concurrent Nasdaq. Bizarro wereld!

    Het is vrijwel niet uit te leggen vanwege de nauwelijks te vertalen terminologie, en derhalve gaan we even kort door de bocht. Wat blijkt het geval te zijn? De onderstaande twee grafieken doen één en ander vermoeden en dat komt door het vrijwel perfecte patroon:

    Wat op deze grafieken te zien is, komt neer op één algoritme dat Nanex heeft kunnen herleiden naar de Nasdaq, een concurrent van BATS. Nanex slaat alle data van alle Amerikaanse beurzen op voor analyse die zij verkopen aan individuele partijen en zodoende kan men alle handel in een virtueel nagebouwde simulatie afspelen. Nanex krijgt echter niet alle data zodat zij van elke handelaar op beurzen weet wat zij aan handelsorders verstuurd hebben. De data die Nanex opslaat (en van de beurzen kopen) zijn dus geanonimiseerd.

    Wat Nanex wel kon met de data van afgelopen vrijdag is het volgende. Nanex kon aan de hand van de data het type order vaststellen. Dat type werkt direct vanuit het systeem van Nasdaq en zou mogelijk een algoritme van de Nasdaq zelf kunnen zijn.

    Aan het patroon valt af te leiden dat dit specifieke algoritme  geprogrammeerd was om het aandeel van BATS naar $0 te bewegen. Dat het hierin glansrijk is geslaagd spreekt voor zichzelf.

    En dat maakt het wel heel erg saillant. Op de dag dat BATS naar de beurs zou gaan om kapitaal op te halen om te investeren in financiële list en bedrog, werd zij zelf keihard bedrogen met hetzelfde soort list en bedrog. Anders gezegd, de algoritme's die beleggers op beurzen wegjagen, voeren een onderlinge oorlog uit waarbij men elkaar compleet in de veieling weet te handelen. Hypersnel, hypercomplex, hyperhypocriet en zonder enige vorm van toezicht en een hypergebrek aan handhaving.

    Beurshandel anno 2012: Rest in peace.

     

  • Financiële oorlogsvoering: BATS werd doelbewust aangevallen met algoritme

    Het is vrijwel niet uit te leggen vanwege de nauwelijks te vertalen terminologie en derhalve gaan we even wat korter door de bocht om dit begrijpelijk te houden. Voor een inleiding verwijzen we u naar de berichtgeving van eerder vandaag: Dagelijkse Kost 28 maart 2012.

    De belangrijkste conclusie van het debacle met de beursgang van BATS die vrijdag j.l. op het allerlaatste moment werd teruggetrokken, is dat er sprake was van kwade opzet in de crash van het aandeel van BATS. De onderstaande twee grafieken doen één en ander vermoeden en dat komt door het vrijwel perfecte patroon: een speciaal geprogrameerd algoritme was erop uit om het aandeel van BATS naar 0 te krijgen.

    En de tweede grafiek die het patroon gestyleerd en logaritmisch weergegeeft:

    Wat op deze grafieken te zien is, komt neer op één algoritme dat Nanex heeft kunnen herleiden naar de Nasdaq, één van de concurrenten van BATS. Nanex weet dit omdat zij alle data van alle Amerikaanse beurzen opslaat voor analyse die Nanex vervolgens verkoopt aan individuele partijen die zodoende handelspatronen in een virtueel nagebouwde simulatie kunnen analyseren. Nanex krijgt echter niet alle data zodat zij van elke handelaar op beurzen weet wat zij aan handelsorders verstuurd hebben. De data die Nanex opslaat (en van beurzen koopt) zijn geanonimiseerd.

    Wat Nanex wel met de handelsdata kon vaststellen is dat er gebruik gemaakt werd van een speciaal handelsprotocol (een “intermarket swoop order”) die in principe alleen mogelijk is met directe toegang vanuit de servers van de Nasdaq. Dat zou dus kunnen betekenen dat het om een algoritme gaat van de concurrent van BATS: de Nasdaq zelf. Aan het patroon valt af te leiden dat dit specifieke algoritme geprogrammeerd was om het aandeel van BATS naar $0 te bewegen – op de dag van en voorafgaand aan de beursgang – en dat het hierin glansrijk is geslaagd spreekt voor zichzelf. Nanex merkt zelf op:

    Look at the timing! There are many quotes lasting less than 1/10,000 of a second in there! (10 quotes/millisecond). And note the almost perfect 45 degree line in log-scaled blue line below.
        
    Had to be from same algo. Way too perfect. Way. Too. Perfect.

    If BATS' system hadn't failed, this algo would have likely been obscured.

    De conclusie van Nanex maakt het erg saillant want op de dag dat BATS naar de beurs zou gaan om kapitaal op te halen om te investeren in hun beurs, werd zij zelf keihard naar beneden 'gefietst' met een zelfde soort algoritme dat zij zelf mogelijk maakt op haar beurs. Iets dat we kennen van de papieren markt van goud en zilver.

    De algoritme's jagen echte beleggers weg van beurzen en voeren meer en meer een onderlinge oorlog uit waarbij kennelijk concurrende beurzen elkaar aanvallen en elkaar compleet de veieling in weten te handelen. BATS bestaat nog, maar wie vertrouwt er nu nog op de betrouwbaarheid van hun systeem? En dat wijst op tenminste één motief om BATS aan te vallen.

    Wat u moet onthouden over High Frequency Trading? Het is hypersnel, hypercomplex, hyperhypocriet en zonder enige vorm van toezicht (de SEC doet helemaal niets, zie ons bericht van vorig jaar) en belangrijker, er is een hypergebrek aan handhaving van spelregels.

    De Amerikaanse beurshandel anno 2012: Rest In Peace.