De ECB moet zich serieus afvragen of de doelstelling van 2% inflatie vandaag de dag nog wel realistisch is. Dat zegt Luc Coene, oud-bestuurslid van de ECB en voormalig hoofd van de Belgische centrale bank, in een interview met de Belgische krant De Tijd. Ook zei hij dat de centrale bank nog maar beperkte ruimte heeft om de rente verder onder nul te brengen.
“De twee – groei en inflatie – gaan hand in hand. De ECB moet zichzelf de vraag stellen of een doelstelling van twee procent inflatie realistisch is. We moeten niet vergeten dat de omstandigheden veranderd zijn. We kunnen geleidelijk afscheid nemen van het idee van twee tot drie procent economische groei per jaar. Dat komt omdat de lage groei in de populatie en arbeidsproductiviteit tegenwerken”, zo verklaarde Coene.
Wat de ECB ook niet moet vergeten is dat de daling van de olieprijs de mogelijkheden van de centrale bank beperkt om de inflatie terug naar twee procent te brengen. Meer negatieve rente is volgens het oud-bestuurslid van de ECB niet de juiste oplossing. Daarover zegt hij het volgende:
“Op een zeker moment wordt het, ondanks de opslagkosten, aantrekkelijker contant geld aan te houden. Dat beperkt de manoeuvreerruimte van de centrale bank.”
Luc Coene was eind 2014 de eerste ECB-bestuurder die het voorstel deed om staatsobligaties op te kopen.
Luc Coene: “ECB moet inflatiedoelstelling loslaten”
Woensdag 16 maart debatteerde de Tweede Kamer over ons geldstelsel. Dit vanwege burgerinitiatief ‘Ons Geld’, een samenwerking tussen theatergroep De Verleiders en Stichting Ons Geld.
Deze samenwerking ontstond in het kader van de voorstelling ‘Door de bank genomen’. In deze voorstelling wordt het geldstelsel aan de kaak gesteld, en de rol die banken daarin spelen. Volgens acteur en bedenker van dit theaterstuk, George van Houts, was het voor veel mensen een eerste kennismaking met het onderwerp. Dat verbaasde Van Houts: “Waarom weet 99% van de bevolking niet hoe het geldstelsel werkt? Bijna alle bezoekers van onze voorstelling, veelal hoogopgeleid, denken dat de staat over het geld gaat, en dat de staat de geldhoeveelheid creëert en beheert. Dat wordt ook als logisch en rechtvaardig beschouwd.”
‘Door de bank genomen’ leert het publiek dat banken de spreekwoordelijke geldpers exploiteren. Dat maakt het geldstelsel instabiel en onstuurbaar. Het dient vooral de belangen van banken en financiers. Samen met de Stichting Ons Geld brachten De Verleiders dit onder de aandacht van de Tweede Kamer. Ze inventariseerden de gebreken van het huidige geldstelsel en formuleerden een voorstel ter verbetering ervan. Met meer dan 100.000 steunbetuigingen werd dit vorig jaar bij de Tweede Kamer ingediend.
Centraal in dit voorstel staat de ontvlechting van de geldomloop en het bankbedrijf. De geldhoeveelheid ziet Ons Geld als een publieke aangelegenheid, die de overheid direct onder haar hoede zou moeten nemen. Kredietverlening ziet het daarentegen als een private zaak, die aan de markt moet worden overgelaten. Na ontvlechting van de geldomloop en het bankbedrijf slepen banken het spaargeld en de betaalinfrastructuur niet meer mee als ze omvallen. Banken kunnen dan failliet gaan, net als gewone bedrijven. De overheid hoeft insolvente banken dan niet meer overeind te houden. De markt kan dan zijn werk gaan doen, zodat alleen solvente banken overblijven.
De voorstellen van Ons Geld hebben ook invloed op de rente. Deze wordt thans centraal aangestuurd door de centrale bank. Dit ‘rentebeleid’ staat in de belangstelling omdat het niet (meer) blijkt te werken. Ons Geld stelt voor om het monetaire beleid om te vormen. De kredietmarkt zou daarbij moeten worden geliberaliseerd. De rente zou niet het gevolg moeten zijn van centrale sturing, maar de weerspiegeling van risico, vraag en aanbod van krediet. Meer marktwerking dus, met een overheid die zich richt op een gelijk speelveld. Dat doet ze door de geldpers bij de banken weg te halen. De banken gaan dan opereren op bestaand geld, dat de overheid daartoe aan de maatschappij beschikbaar stelt.
Om prijsstabiliteit te bewaren zou de overheid regelmatig nieuw geld moeten scheppen. Dit zou de schatkist jaarlijks vele miljarden opleveren, die bijvoorbeeld zijn te gebruiken voor belastingverlaging en duurzame infrastructuur. Bovendien geeft het ruimte om schulden af te betalen. Dat adresseert een belangrijk probleem van het huidige geldstelsel: de schuldenlasten. De geldomloop wordt nu ‘geleend’ van de banken, die hem belasten met rente. Voor Nederland gaat het om circa €700 miljard waarover jaarlijks zo’n €30 miljard rente wordt afgedragen. Als de overheid deze €700 miljard zelf aan de maatschappij beschikbaar zou stellen, betekent dat een schuldreductie van €700 miljard. Dat zou de economie bevrijden van schuldenlasten, en in staat stellen om tot volle bloei te komen. Dat zou de schade die de financiële crisis de maatschappij heeft berokkend kunnen compenseren.
Het huidige geldstelsel heeft haar grenzen bereikt. Het is een last geworden voor de maatschappij. Het dwingt de samenleving aanhoudend tot hervorming en versobering. Ons Geld ziet een natuurlijk moment om dit geldstelsel te herzien. De samenleving moet zich niet aanpassen aan een geldstelsel dat niet goed werkt. Ze moet dit geldstelsel verbeteren.
Door het stimuleringsprogramma van de ECB kan zelfs de Spaanse overheid inmiddels bijna gratis lenen. Op de laatste obligatieveiling wist Spanje €1,16 miljard op te halen tegen een rente van 0,11%, een nieuw laagtepunt voor de 3-jaars leningen van Spanje. Tijdens de Europese schuldencrisis van een aantal jaar geleden betaalde Spanje nog een rente van meer dan 5% voor een soortgelijke lening.
We zijn heel benieuwd in hoeverre de Spaanse pensioenfondsen getroffen worden door de lage rente. In 2013 schreven we nog over een pensioenfonds dat maar liefst 97% van haar vermogen in staatsobligaties had belegd…
Thank you, Mario! #Spain secures record-low 3y funding cost at auction. Sold €1.160bn Jan2019 bond at 0.11%. pic.twitter.com/X0bjnUHPQc
De ECB pleegt met haar monetaire beleid een aanslag op de integriteit van het financiële systeem. Dat zei Nout Wellink, voormalig president van de Nederlandsche Bank, in een gesprek met Willem Middelkoop voor Café Weltschmerz. Volgens Wellink rammelt het beleid van de ECB aan alle kanten en is het stimuleringsprogramma uitermate disproportioneel.
Naast het beleid van de ECB bespreken de heren ook de geopolitieke ontwikkelingen in de wereld, de opkomst van China als nieuwe economische grootmacht, de nieuwe Zijderoute en de veranderingen in het monetaire en financiële systeem. Ook geeft Wellink in de laatste tien minuten twee mooie anekdotes over goud. De video duurt ruim 53 minuten en is hieronder te bekijken. Onder de video hebben we het interview in hoofdlijnen uitgeschreven.
Over geopolitiek
“Wat ik een van de meest fascinerende dingen vindt is dat China zich aan het herhalen is. Je ziet dat de Chinezen bewust bezig zijn de oude zijderoute te herstellen. Ze steunen de opbouw van infrastructuur in landen rondom de oude zijderoute. Ze gaan daardoor een economische zone creëren van 3, 4, 5 miljard mensen. Wat ze in China zelf doen is de knooppunten van de zijderoute aansluiten op ontwikkelingsplannen in het Chinese binnenland. Dat is het strategische denken van China.
In Afrika zie je bijvoorbeeld veel Chinezen die betrokken zijn bij infrastructurele projecten. In wezen doen zij hetzelfde wat wij in het verleden gedaan hebben. En het is ook in het belang van die landen, als je de plannen ziet die ze hebben ten aanzien van de zijderoute, dan zie je dat daar inderdaad bruggen bouwen en wegen aanleggen, waardoor die landen zich ook versneld kunnen ontwikkelen.”
Middelkoop: Maar voor de Zijderoute moet je ook Rusland erbij betrekken en dat willen de Verenigde Staten niet…?
“Uiteindelijk is het beter als we allemaal met elkaar samen gaan werken. Maar dan praat je over geopolitiek en dat is niet helemaal mijn vak… Wat ik wel waarneem is dat je aan de ene kant de samenwerking ziet tussen de Russen en de Chinezen, maar dat aan de andere kant weten we ook dat de Russen niet de grootste vrienden van de Chinezen zijn. Ze kunnen elkaar nu goed gebruiken, maar je hoeft maar terug te gaan tot voor de voor de Tweede Wereldoorlog, toen de Russische vloot in de Chinese wateren lag.
Wat er eigenlijk aan het gebeuren is, en wat ik zeer betreur, is dat de Amerikanen niet aan de Aziatische investeringsbank willen meewerken. De Chinezen wilden ze er bij hebben en de Amerikaanse regering volgens mij ook, maar het Congres heeft het geblokkeerd. Nu gaat China een economisch gebied creëren dat zo groot is ze de Amerikanen in de verdere toekomst maar in betrekkelijke mate nodig hebben.
Wat je ook ziet is dat de Chinezen zich richten op Latijns-Amerika. Vanuit de Westerse kant bekeken denk ik dat het niet zo verstandig is geweest van de Amerikanen om zich hier te isoleren, want uiteindelijk is het zo dat de omvang van een economie op de lange termijn wordt bepaald door de omvang van je bevolking. Dat zijn de Chinezen op een gegeven moment vijf keer zo groot als de Amerikanen.”
“Het grote bezwaar van China is dat ze geen evenredig stem hebben in het monetaire stelsel, als we kijken naar het IMF dan is het nog steeds zo dat Amerika met haar veto alles kan blokkeren. China komt daar nauwelijks aan de bak.
Als je dan kijkt naar de omvang van dit land… Ik was voorzitter van de BIS in Basel, komende uit een land dat maar 1% van de wereldeconomie vertegenwoordigde. In de Raad van Bestuur van de BIS was China niet vertegenwoordigd!
Ik heb me er in die periode sterk voor gemaakt, en dat lag politiek moeilijk in de Verenigde Staten, voor een lidmaatschap van China. Uiteindelijk is dat met veel moeite gelukt. Naderhand heb ik me sterk gemaakt voor het lidmaatschap van China in het Basels comité, daar waren ze ook geen lid van.
Het is te gek voor worden dat als je in een (financieel) integrerende wereld zit je zo’n belangrijke partner niet een stem wilt geven. Daar hebben de Chinezen groot gelijk in.”
Over de SDR
“Het is onbegrijpelijk dat de VS niet aanwezig waren bij een belangrijk SDR overleg vorig jaar. Het valutamandje moet alle munten bevatten die relevant zijn voor de wereldeconomie, munten moeten vrij verhandelbaar zijn. China is stap voor stap die richting op gegaan, maar het duurde heel lang voordat ze erkenning kregen in de SDR. Voor China is het belangrijk serieus genomen te worden.
Op het moment dat de Chinese valuta in de SDR werd opgenomen had de hele wereld kunnen weten dat de Chinezen zouden ophouden met het koppelen van de munt aan de dollar. Anders ga je niet in dat mandje zitten, dat zou een beetje dom zijn. Toch kwam het voor de financiële wereld als een enorme verrassing dat ze meer flexibiliteit in de wisselkoers willen. Het hoort allemaal bij een modernere aanpak.”
“Focus je op Europa, daar werd ook alles geglobaliseerd. We hebben in Europa gezien dat de financiële infrastructuur daarvoor niet aanwezig was. In Europa ontbrak de infrastructuur om het financiële systeem te beheersen. Dat hebben we uiteindelijk aangepakt met een bankenunie.
Maar zo ontbreekt op wereldschaal ook de infrastructuur om in een geglobaliseerde wereld de zaken onder controle te houden. De wereld heeft een sterkere internationale financiële autoriteit is nodig. Het grote probleem is dat je soevereiniteit moet overdragen. Dat moet je dan op mondiaal niveau gaan doen. Het IMF heeft een poging gedaan grip te krijgen op de wisselkoersen. Maar dan geef je opnieuw autoriteit op. Dit is een dilemma op elk niveau.
Zonder crisis lukt niet niet, maar met een crisis weet je niet zeker of je een duurzaam systeem creëert als er achterliggend niet het gevoel is dat het zo moest en niet dat het alleen maar afgedwongen is door een crisis.
Er zijn twee wegen: Of veel meer samenwerking, of veel minder. De weg terug is om de wereld weer op te splitsen in delen. Je ziet ook het aantal protectionistische maatregelen weer toenemen. Het meest waarschijnlijke is de middenweg, waarin we wat door rommelen en af en toe een crisis hebben.
Het grote probleem is dat grote veranderingen gedragen moeten worden. We hebben nog steeds een discussie over de euro, dat heeft van doen met het feit dat het draagvlak voor de euro is nog niet 100% is.
Je raakt steeds aan twee dingen: De overdracht van soevereiniteit en het verdelen van de lasten. Dat zijn twee belangrijke dingen waar alle Europese problemen steeds op terugvallen. Of Europa het gaat redden? Ik weet het niet, maar ik hoop van wel. Europa gaat door een buitengewoon ingewikkelde periode.
Het grootste probleem is de vluchtelingencrisis, dat is misschien onderdeel van een nog groter probleem. Uit niet gepubliceerde cijfers van de VN heb ik ramingen gehoord van een miljard vluchtelingen in 2050 die op zoek zijn naar een betere toekomst.”
“Ik ben bezorgd over een Brexit, veel meer dan over de Griekse problemen. Binnenkort is het referendum. De verwachte opkomst ligt nog beneden de vijftig procent, maar er hoeft maar één ongeluk te gebeuren in de komende maanden… Dit is niet zo bedreigend voor Engelsen, die redden zich wel. Maar het is het besmettingsgevaar op het vasteland van Europa. In de vraag of Europa uit elkaar valt of niet, daarin is de Brexit een belangrijk element.”
Over de ECB
“Ik zie een ECB die heeft gezegd: We moeten koste wat koste de inflatie naar 2% brengen. Dat is een ECB die zich niet wil realiseren – of er zich niets van aantrekt – dat er vele factoren zijn die inflatie kunnen beïnvloeden. Die factoren kunnen zo sterk zijn dat als je aan die twee blijft vasthouden je een kamikazepiloot wordt. Dat je dat allemaal niet meer ziet. Uiteindelijk lukt het, maar dan zie je pas alle schade die je hebt aangericht. De ECB is disproportioneel bezig.
Wat ik vind is dat men het doel verabsoluteerd heeft. Neem als voorbeeld de Engelse centrale bank, die hebben ook een inflatietaak. Maar als het niet lukt, dan kunnen ze naderhand aan de minister van financiën uitleggen dat er bepaalde factoren waren die een rol speelden. Het doel heiligt nu alle middelen.
Maar hier is de formulering van de ECB dat het een verplichting is om het inflatiedoel te halen. Dat is onzin, het is nooit hun taak geweest om de hele wereld op te kopen!
Het kan niet waar zijn dat je door de dosis van het medicijn almaar te vergroten je een controleerbare uitkomst krijgt.”
“Dan komen we aan het tweede punt: Waarom doen we dit? We willen geen deflatie, dat is het verhaal van de ECB. Dat de schuldenlast dan toeneemt is een deel van het verhaal, maar de gedachte is ook dat de consument denkt: Dan wacht ik even, want alles wordt goedkoper.
Maar deflatie in deze mate is zeer zeldzaam in de geschiedenis. We zagen het voor het laatst vóór de Tweede Wereldoorlog, in de jaren dertig. De economie heeft nu een heel andere structuur. Wat ze bij de ECB aan het doen zijn rammelt naar mijn gevoel aan alle kanten. Nog los van alle neveneffecten…
De ECB is de verkeersborden in het systeem aan het verwijderen. Benchmarks waar beleggers zich normaal aan vasthouden, zoals inschattingen van risico’s en de rentestanden die daar bij horen, dat systeem ben je in wezen aan het vernielen. Dat zie je meer en meer komen. Mensen raken hun houvast kwijt. Je bent de integriteit van het financiële stelsel aan het aantasten.
Het ‘point of no return’ komt wel erg dichtbij.
In alle jaren dat ik in de financiële wereld werk heb ik het nooit zo zichtbaar zien geworden is het verschil van standpunten tussen de BIS en de centrale banken. Claudio Borio van de BIS zei dat we fundamenteel moeten nadenken over de uitgangspunten van ons monetaire beleid.”
“Goud heeft bij mij wel een voorgeschiedenis. Tijdens een van mijn colleges zij mijn professor P. B. Kreukniet met groot enthousiasme dat goud geen fluit waard was. Dat is altijd bij mij blijven hangen, het contrast tussen hoe goud in de perceptie van de mensen leefde en deze hoogleraar die zei dat we al het goud van de wereld naar een eiland in de Stille Zuidzee moeten brengen. Dat was het voorbeeld dat hij ons gaf.
In zijn voorbeeld zouden alle centrale banken hun goud daar in de kluis opslaan. En er was in die tijd geen telegraaf of telefoon of wat dan ook. En dat we dan ééns in de tien jaar gaan kijken of al dat goud er nog lag. En dan zou het goud zijn weggezonken!
Zo is mijn interesse in goud begonnen. Ik ben me gaan verdiepen in de goudpolitiek van de centrale banken. In de jaren dertig hebben wij een enorme deceptie aan centrale banken overgehouden door het feit dat we vasthielden aan het Britse pond en het goud. Wij en de Engelsen zaten allebei aan het goud gekoppeld, maar op een gegeven moment werd de directie ongerust, omdat we wel erg veel ponden in de reserves hadden. Toen is de toenmalige bankpresident Vissering naar Engeland afgereisd om van de Engelsen de verzekering te krijgen dat de koppeling aan goud heilig was en dat onze ponden dus ook volstrekt safe waren. Maar hij was de haven nog niet uit en toen ontkoppelden de Engelsen. Vanaf dat moment is er interesse bij de bank ontstaan voor goud. Dat gaat verder dan Zijlstra.”
Middelkoop: Maar waarom is dan later toch het besef ten aanzien van goud veranderd?
“Ik denk dat het uit een andere hoek kwam. Alternatieven voor goud konden grote opbrengsten opleveren. Als je het goud zou verkopen, dan kon je dat beleggen en dan zouden de opbrengsten voor de staat groter zijn.
Dit gebeurde bij de Nederlandsche Bank uit eigen overweging. Het werd zo uitgelegd dat goud een dode asset is en we zoveel konden verkopen tot we voldoende zouden overhouden voor een land als het onze. Daarom hebben we zeshonderd ton gehouden en de rest aan de samenleving verkocht.
Je kunt goud altijd als onderpand gebruiken als je als land in de problemen komt. Maar toch moet je de rendementsafweging maken, ergens moet je een grens trekken. We zijn geen beleggingsfondsen en hoeven het rendement niet te maximaliseren, maar je hebt toch de maatschappelijke verplichting je taak te vervullen met een zo goed mogelijk rendement.”
De vraag naar staatsobligaties is zo groot dat beleggers al enige tijd genoegen nemen met een negatieve rente. Maar hoeveel procent van al het schuldpapier heeft nu al een negatief rendement? De Duitse krant Die Welt maakte een overzicht van verschillende Europese landen. Duitsland scoort even goed als Japan, dat al jaren worstelt met deflatie en een zeer lage rente. Ook de Nederlandse staat kan al bijna gratis lenen, want 69% van al het schuldpapier heeft nu al een negatieve rente. De koploper is echter Zwitserland, waar 83% van alle uitstaande staatsobligaties een negatief rendement heeft.
Draghi maakte tijdens het rentebesluit bekend dat de ECB later dit jaar begint met het opkopen van bedrijfsobligaties van niet-financiële instellingen. Maar welke obligaties zijn dat? Goldman Sachs maakte alvast een overzicht van alle zogeheten ‘investment grade’ obligaties die de centrale bank gaat opkopen. Laten we de obligaties van financiële instellingen achterwege, dan heeft de centrale bank een markt van €900 miljard tot haar beschikking. Dat zijn obligaties uit de energiesector, de gezondheidszorg en van nutsbedrijven, maar ook obligaties van producenten van consumentengoederen en telecommaatschappijen.
Dit zijn de bedrijfsobligaties die de ECB kan kopen (Bron: Goldman Sachs, via Zero Hedge)
De aandelenmarkt en de goudprijs schieten omhoog door de renteverlaging van de ECB. De centrale bank verlaagde de depositorente donderdag naar -0,4% en breidde het stimuleringsprogramma verder uit van €60 naar €80 miljard per maand. De AEX staat op het moment van schrijven bijna 2,2% in de plus op 445 punten, terwijl de goudprijs in euro 0,77% hoger staat op bijna €37.000 per kilogram en €1.149 per troy ounce. De verruiming van het monetaire beleid van Draghi drukt de euro met een cent omlaag tegenover van de dollar: van $1,10 naar $1,085.
De ECB verlaagt de rente en zal het stimuleringsprogramma verder uitbreiden, zo bericht Bloomberg. Welke maatregelen de centrale bank precies neemt, dat weten we om half drie als de centrale bank haar maandelijkse persconferentie geeft vanuit het nieuwe hoofdkantoor in Frankfurt. Veel analisten en beleggers hielden al rekening met nieuwe maatregelen van de ECB, bedoeld om de inflatie en de kredietverlening in de Eurozone verder aan te jagen.
Volgens de ABN Amro kan de ECB zowel de duur als de omvang van het stimuleringsprogramma verder uitbreiden en de depositorente verder in negatief territorium brengen. Ook kan de centrale bank de voorwaarden van het opkoopprogramma versoepelen. Volg het rentebesluit live op Marketupdate.
Update: De depositorente is met 10 basispunten verlaagd tot -0,4%, terwijl het stimuleringsprogramma is uitgebreid van €60 naar €80 miljard per maand. De euro zakte als gevolg van het nieuws met meer dan 1%.
Samenvatting rentebesluit ECB
We hebben de kernpunten uit de verklaring van Draghi voor u samengevat.
De ECB verlaagt alle drie de rentetarieven, met als doel de kredietverlening in de Eurozone te stimuleren. Dat moet leiden tot meer binnenlandse vraag en een inflatie die geleidelijk zal oplopen tot de gewenste 2% op de middellange termijn. De depositorente gaat naar -0,4%.
Het stimuleringsprogramma wordt verder uitgebreid van €60 naar €80 miljard per maand en loopt door tot tenminste maart 2017. Indien nodig kan het opkoopprogramma verder verlengd worden.
Draghi liet weten dat de centrale bank later dit jaar bedrijfsobligaties zal kopen van grote kredietwaardige bedrijven die gevestigd zijn in de Eurozone. Dit Corporate Sector Purchase Programme wordt aan het einde van het tweede kwartaal van dit jaar opgestart.
De centrale bank start nieuwe ronde van TLTRO, een kredietfaciliteit waar Europese banken gebruik van kunnen maken. Banken kunnen onder dit programma staatsobligaties bij de centrale bank omruilen voor nieuw geld. Deze nieuwe ronde van TLTRO heeft een looptijd van vier jaar en moet banken stimuleren meer krediet te verlenen aan consumenten en bedrijven. (Lees hier meer over TLTRO)
De ECB verwacht dat het monetaire beleid in de komende jaren zal bijdragen aan een gematigde economische groei in de eurozone. De groei wordt ondersteund door de lage olieprijs, dat een impuls geeft aan het besteedbare inkomen van huishoudens.
Volgens de ECB-president zal de rente langdurig laag blijven. Ook als het stimuleringsprogramma afloopt zal de rente op een laag niveau blijven.
Donderdag neemt de ECB een rentebesluit en de consensus is dat de centrale bank de depositorente verder zal verlagen om de kredietverlening van banken aan consumenten en bedrijven te stimuleren. Sinds december vorig jaar staat deze ‘boeterente’ op -0,3%, wat betekent dat banken op jaarbasis miljarden euro’s aan de ECB moeten betalen om hun reserves dar veilig te kunnen stallen.
Volgens de centrale bank is het verhogen van deze ‘boeterente’ een prikkel voor banken om meer krediet te verlenen aan huishoudens en bedrijven, maar dat blijkt in de praktijk maar mondjesmaat te gebeuren. De negatieve rente maakt lenen goedkoper, maar dat haalt niets uit als er simpelweg geen vraag is naar krediet. De meeste mensen zitten al vrij diep in de schulden en hebben niet de behoefte om nog meer geld te lenen. Sterker nog, velen zien de lage rente juist als reden om juist schulden af te lossen. Dat werkt alleen maar meer deflatie in de hand!
Is het beleid van negatieve rente dan nog wel te rechtvaardigen? Ik zal een aantal ongewenste effecten van dit monetaire (wan)beleid op een rij zetten…
1. Banken kunnen negatieve rente doorberekenen
Als gevolg van het monetaire beleid van de ECB is de rente op staatsobligaties spectaculair gedaald, tot zelfs ver onder de nul procent. Dat betekent dat banken ook steeds minder geld verdienen aan staatsobligaties die ze op de balans houden. Banken rekenen de kosten van de negatieve rente door aan spaarders in de vorm van een lagere spaarrente. Zo is er in Nederland op dit moment geen enkele bank meer te vinden die een hogere rente biedt dan 1%.
Spaarders betalen dus de rekening voor het monetaire beleid van de centrale bank. En dat gaat om grote bedragen, want volgens de laatste cijfers van het CBS hebben Nederlanders in totaal €336 miljard aan spaartegoeden uitstaan. Bij een procentpunt minder rente lopen spaarders dus meer dan €3 miljard mis!
Banken kunnen een negatieve rente kan ook op andere wijze doorberekenen aan de klant. In Zwitserland is de hypotheekrente sinds vorig jaar bijvoorbeeld gestegen, terwijl die in de rest van Europa juist daalde. Door middel van een hogere winstmarge op hypotheken proberen de banken in Zwitserland het verlies op de negatieve depositorente goed te maken. Het is denkbaar dat banken elders in Europa de hypotheekrente gaan verhogen bij een toename van negatieve rente!
2. Spaarders halen geld weg?
Voor banken zijn spaartegoeden van essentieel belang, omdat het spaargeld als de kapitaalreserve beschouwd mag worden. Daalt de spaarrente tot -0,5%, dan worden spaarders minder loyaal aan de bank en zullen ze eerder overwegen geld weg te halen bij de bank. Uit een onderzoek van ING blijkt dat bijna vier op de vijf spaarders een negatieve rente niet zal accepteren en zal besluiten (een deel van) het spaargeld van de rekening te halen. Daarmee wordt het complete fundament onder het fractioneel bankieren wankel. Er zal meer financiële repressie nodig zijn om spaartegoeden binnen de bank te houden, zoals kapitaalcontroles en het afschaffen van grote bankbiljetten.
3. Rendement pensioenfondsen daalt
Als gevolg van het monetaire beleid van centrale banken bestaat er niet meer zoiets als een risicovrij rendement. Kon je in het verleden nog makkelijker vier of vijf procent rendement halen op staatsobligaties, nu is dat vrijwel onmogelijk geworden. Wereldwijd is er al meer dan $6 biljoen aan schuldpapier met een negatieve rendement, wat wil zeggen dat de kosten over de hele looptijd hoger zijn dan de opbrengsten.
Als pensioenfondsen geen rendement meer kunnen maken op de relatief ‘veilige’ staatsobligaties, dan moet zij de premie verhogen of een meer risicovolle beleggingsstrategie volgen om aan alle toekomstige verplichtingen te kunnen voldoen. Door de negatieve rente wordt ook de zekerheid van een goed pensioen aangetast. Zit ook de aandelenmarkt tegen, dan zakt de dekkingsgraad snel onder de kritieke grens van 90%.
4. Nieuwe huizenmarktbubbel?
Door de negatieve rente kunnen mensen meer geld lenen tegen dezelfde maandlasten. Dat werkt risicovol gedrag in de hand, zoals ook te zien is op de Nederlandse huizenmarkt. De markt trekt weer aan, omdat starters zich door de lage hypotheekrente veel dieper in de schulden kunnen steken. Of dat een positieve ontwikkeling is, dat hangt maar net van je persoonlijke situatie af. Voor huishoudens die ‘onder water’ staan is de stijging van de huizenprijzen gunstig, maar voor huurders en mensen die nog een huis moeten kopen worden de woonlasten steeds hoger. Een te lage rente kan opnieuw oververhitting in de huizenmarkt veroorzaken, met een pijnlijke correctie tot gevolg.
Sinds de lancering van het stimuleringsprogramma van de ECB een jaar geleden zijn het uitgerekend de Duitse staatsobligaties die het meest in waarde gestegen zijn, zo berekende Bloomberg. De Duitse Bunds zijn sindsdien met 1,7% in waarde gestegen, veel meer dan het schuldpapier van andere landen. Opvallend genoeg had het opkoopprogramma van de centrale bank geen positieve invloed op Portugese staatsobligaties, want die zijn momenteel 4,9% minder waard dan tijdens de start van de Europese QE.
De ECB haalt sinds maart 2015 iedere maand voor ongeveer €60 aan staatsobligaties uit de markt in een poging de inflatie aan te wakkeren en de lange rente omlaag te drukken. Niet geheel zonder resultaat, want eind vorig jaar kende meer dan €1.500 miljard aan staatsobligaties uit de Eurozone al een negatief rendement. Dat waren toen al voornamelijk Duitse en Franse staatsobligaties, maar ook schatkistpapier van landen als Nederland, België en Oostenrijk. Van een hogere inflatie is vooralsnog geen sprake, omdat de olieprijs nog steeds relatief laag staat.
Duitsland wint weer! Staatsobligaties van Duitsland zijn het meest in waarde gestegen sinds begin QE (Grafiek van Bloomberg)
Negatieve rente is volgens voormalig ECB-directeur Otmar Issing geen oplossing voor de huidige economische problemen. In een gesprek met CNN legt hij uit dat het gebrek aan investeringen in de wereld niet het gevolg zijn van een te hoge rente, maar vanwege politieke en economische onzekerheden. Zolang deze onzekerheid bestaat zullen huishoudens en bedrijven terughoudend zijn met het afsluiten van nieuwe leningen. De lage rente heeft dit probleem niet opgelost en een nog lagere rente zal daarom ook maar weinig resultaat opleveren.
Negatieve rente
Issing merkt op dat de negatieve rente vooral veel ongewenste gevolgen heeft voor onder meer pensioenfondsen, verzekeraars en banken. Deze financiële instellingen komen allemaal in de problemen door een negatieve rente, terwijl de positieve effecten verwaarloosbaar klein zijn. Als een negatieve rente niet leidt tot een sterke toename in de kredietverlening is het netto resultaat van dit beleid negatief.
Volgens de voormalig ECB-directeur wordt het gevaar van deflatie door centrale banken zwaar overdreven. Daarover zegt hij het volgende in het interview met CNN:
“Als ik deflatie hoor vraag ik me altijd af: Wat bedoelen ze daarmee? Het enige voorbeeld van deflatie uit de geschiedenis dat echt gevaarlijke gevolgen had was in de Grote Depressie, toen de prijzen in een korte tijd met dertig procent daalden. De prijzen daalden toen zo snel dat men daadwerkelijk aankopen ging uitstellen. Nergens in de wereld zie je dat nu. Zelfs niet in Japan. Er is een milde negatieve inflatie, maar ik zie geen reden waarom die deflatie snel zal toenemen.
Waarom hebben we een lage inflatie? Vooral door lage olie en grondstofprijzen, een globaal fenomeen. Maar dat is voor consumenten wereldwijd juist fantastisch. Er is geen negatieve verband tussen lage inflatie en groei. Dit is meer een fantasie dan een weerspiegeling van empirische resultaten.”