Categorie: Valutacrisis

  • Aankondiging: Sustainable Finance Lab over geldschepping

    Aankondiging: Sustainable Finance Lab over geldschepping

    Op dinsdagavond 22 november organiseert het Sustainable Finance Lab een nieuw debat over het thema geldschepping. Tijdens deze avond zullen experts uit Nederland en uit het Verenigd Koninkrijk dit onderwerp vanuit verschillende invalshoeken belichten. Martin Wolf van de Financial Times zal een pleidooi houden voor een systeem op basis van publieke geldschepping. Daarover publiceerde Wolf eind vorig jaar het boek ‘The Shifts and Shocks‘.

    Tijdens de avond van het Sustainable Finance Lab zullen ook verschillende Nederlandse experts een bijdrage leveren aan het debat, zoals hoogleraar Klaas van Egmond van de Universiteit Utrecht, hoogleraar Arnoud Boot van de Universiteit van Amsterdam en bankiers Wim Boonstra (Rabobank) en Teunis Brosens (ING).

    De avond vindt plaats in de Concertzaal van Felix Meritis in Amsterdam van 20.00 tot 22.00, de voertaal is Engels. Kaarten kunnen worden besteld via de website van Felix Meritis en kosten 15 euro. Vanwege de grote belangstelling wordt aangeraden uw kaarten snel te bestellen.

    logo Sustainable Finance Lab

    Sustainable Finance Lab over geldschepping in Felix Meritis op 22 november 2016

  • Britse pond speelbal van Brexit debat

    Britse pond speelbal van Brexit debat

    Op vrijdag 7 oktober verloor het Britse pond in twee minuten tijd 6,1% van zijn waarde ten opzichte van de Amerikaanse dollar in de Aziatische handel. Het pond daalde naar een waarde van $1,1841, het laagste niveau in 31 jaar. De snelle tuimeling is waarschijnlijk het gevolg van een elektronisch falen in combinatie met een zeer beperkte liquiditeit in de markt. Veel hedge funds hadden grote short posities ingenomen en namen hun winst.

    Het kleine drama in Azië staat wel symbool voor de moeilijke tijden die het Britse pond doormaakt sinds de Britten in juni voor de Brexit stemden. Sinds die memorabele dag heeft het Britse pond 18% verloren ten opzichte van de dollar. In de eerste tien dagen van oktober verloor het maar liefst 5%. Het Britse is met deze neergang verreweg de zwakste van de internationale valuta.

    Brexit

    pound-bond-yieldDe spectaculaire daling is te wijten aan de aanhoudende onzekerheid over het hoe en waarom van de Brexit. De recente harde toon van de nieuwe Eerste Minister, Theresa May, over het komende afscheid verhoogt alleen maar de druk op het pond. De markt is bang voor harde, slepende onderhandelingen met een onzekere uitkomst. Financiële markten haten onzekerheid. Verschillende partijen hebben daarom hun verwachtingen voor het Britse pond neerwaarts bijgesteld. Rabobank verwacht dat het Britse pond medio 2017 nog slechts $1,18 waard is. Met $1,20 is Goldman Sachs iets minder negatief.

    Hoezeer de markt in de ban is van het Brexit debat in het Verenigd Koninkrijk, bleek op woensdag 11 oktober. Theresa May bezweek voor de eis van het parlement om zich te mogen uitspreken over haar koers om het Verenigd Koninkrijk uit de Europese Unie te halen. Het pond won 0,7% ten opzichte van de dollar. Die concessie betekent volgens de markt dat mevrouw May niet al te agressief te werk zal gaan tijdens de onderhandelingen die waarschijnlijk al in de eerste helft van 2017 beginnen.

    De markt hoopt nu, dat het toeziend oog van het parlement oog voldoende is om een vechtscheiding te voorkomen, zodat de banden met de Europese Unie niet volledig doorgesneden worden. De Brexit blijft echter een fact of life. Theresa May heeft immers nadrukkelijk gesteld dat het parlement mag meekijken en meepraten, maar in ieder geval niet de Brexit mag herroepen.

    gbp-usd-excahngerate

    Britse pond hard onderuit na Brexit

    Britse pond blijft zwak

    Ondanks de zogeheten relief rally van woensdag 11 oktober blijven markten negatief gestemd. Handelaren die het pond op termijn willen verkopen tegen de dollar zijn duurder uit dan de kopers van het pond! Handelaren zijn niet alleen ongerust over de onderhandelingen, maar ook nog eens over de oplopende overheidstekorten en het rentebeleid van the Bank of England. Met andere woorden, de rust rondom het Britse pond zal voorlopig niet terugkeren!

    Cor Wijtvliet

    Deze bijdrage is mogelijk gemaakt door Beurshalte

    beurshalte-logoOver Beurshalte:

    Dagelijks publiceert Beurshalte nieuwsbrieven en columns van leden van de redactie en van gastauteurs over de wereld van beleggen en alles wat ermee samenhangt. Daarnaast publiceert beurshalte wekelijks een nieuwsbrief met unieke inhoud over relevante beleggingsthema’s. Belangstellende lezers kunnen een gratis abonnement nemen. Als u geïnteresseerd bent, kunt u zich hier aanmelden!

    Disclaimer: Bovenstaand artikel is geen professioneel beleggingsadvies en het is ook geen uitnodiging om te gaan beleggen. Beleggen brengt kosten en risico’s met zich mee. In het verleden behaalde resultaten bieden geen garantie voor de toekomst. Het artikel is louter de persoonlijke mening van de auteur.

  • Euro verzwakt door focus op ECB en Fed beleid

    Rentewijzigingen komen opnieuw op de voorgrond in de valutamarkten. Een pijnstillende ECB-vergadering afgelopen week diende vooral om investeerders er aan te herinneren dat er in de nabije toekomst geen verkrapping van het monetair beleid zal aankomen. Intussen maakt de Federal Reserve zich klaar om de rente in de VS te verhogen voor het einde van dit jaar. Hierdoor daalde de euro naar de bodem van de range van 2016. Het Britse pond bouwt verder op haar recente stabilisatie en kon zelfs bescheiden stijgen tegenover de dollar. Tegenover de euro ging het zelfs om meer dan dat.

    De sterren van de week waren ongetwijfeld opnieuw de valuta van opkomende markten. De Braziliaanse real, de Mexicaanse peso en de Zuid-Afrikaanse rand stegen tussen 1% en 3% tegenover de grote G10-valuta. We verwachten dat de meeste valuta in deze categorie beter zullen blijven presteren tegenover zowel de euro als het pond dankzij goede inflatiecijfers en hoge rentes die investeerders aantrekken.

    Euro

    Tijdens de ECB-vergadering van vorige week gebeurde er weinig. Het afbouwen van aankopen van activa na maart 2017 werd zelfs niet vermeld. Voorzitter Draghi verwees alle substantiële vragen dan ook door naar de bijeenkomst in december.

    ecb-teaserDeze week worden de PMI indicatoren van het ondernemersvertrouwen gepubliceerd. Er worden geen wijzigingen verwacht, maar zelfs een kleine daling van de samengestelde index zou een derde daling betekenen in drie maanden tijd. Dit zou zorgen in verband met het afbouwen van economische stimulusmaatregelen moeten doen verdwijnen.

    Het uitblijven van een reactie van de markten op de twee positieve ontwikkelingen in Europa dit weekend (mogelijke vorming van een regering in Spanje en het behouden van de DBRS rating in Portugal) bewijst opnieuw dat investeerders zich concentreren op het beleid aan de andere kant van de oceaan.

    Amerikaanse dollar

    De sombere prestaties van Trump tijdens het derde en laatste debat lijken duidelijk te maken dat hij geen president zal worden. De focus wijzigt dan ook terug naar economisch nieuws. Komende vrijdag verwachten we de eerste publicatie van de economische groei in het derde kwartaal.

    Wij verwachten groei en een stijging van arbeidskosten tussen 2% en 2,5%. Dit is precies wat de Federal Reserve nodig heeft om de rente te verhogen tijdens de vergadering van november of december. We geloven daarom ook in een sterkere dollar de komende maanden.

    Britse pond

    Het belangrijkste nieuws uit het Verenigd Koninkrijk vorige week waren de stijging van de inflatie en het arbeidsmarktrapport dat geen effect van die inflatie toonde. De valutamarkten concentreren zich echter enkel op de politiek en vooral op de post-Brexit overeenkomst. Gouverneur Carney van de Bank of England zal op dinsdag een toespraak geven en Brexit-minister David Jones op woensdag. De markten zullen letten op een verzwakking van de toon van de regering, wat voor een verder herstel van het pond zou kunnen zorgen.

    Geschreven door Enrique Díaz-Álvarez (Ebury)

    Over Ebury:

    Ebury maakt internationale markten toegankelijker met valutadiensten op maat en flexibel handelskrediet voor ondernemingen. Ebury werkt samen met ruim 12.000 organisaties en verricht 12 miljard euro aan valutatransacties in 140 verschillende valuta. Het bedrijf heeft kantoren in het Verenigd Koninkrijk, Nederland, Spanje en Polen. De speerpunten van Ebury:

    • Financiële diensten die normaal zijn voorbehouden aan grote multinationals
    • Financiering van uw aankopen
    • Marktkennis en valutadiensten op maat
    • Ons netwerk van liquidity providers en intermediaire banken
    • Transacties in ruim 140 verschillende valuta

    Meer informatie op www.ebury.nl

  • China ruilt dollars voor Japanse yen

    China heeft in de eerste acht maanden van dit jaar voor omgerekend $86,6 miljard aan Japanse staatsobligaties gekocht, ruim drie keer zoveel als in dezelfde periode van vorig jaar. Dat schrijft de Nikkei Asian Review op basis van cijfers van het Japanse ministerie van Financiën. De centrale bank van China wil meer diversificatie en ruilt daarom dollarreserves in voor goud en andere valuta. Zo verkocht de People’s Bank of China in de eerste acht maanden van dit jaar ongeveer $48 miljard aan Amerikaanse staatsobligaties.

    Deze trend verklaart mogelijk waarom de Japanse munt dit jaar zo sterk in waarde gestegen is ten opzichte van de dollar. Kreeg je begin dit jaar nog 120 yen voor een Amerikaanse dollar, nu is dat nog maar 104. Volgens cijfers van het Japanse Ministerie van Financiën begon China in de tweede helft van vorig jaar op grote schaal yen’s te kopen. Opvallend is dat de Chinese centrale bank kiest voor staatsleningen met een korte looptijd, want het grootste deel wordt binnen één jaar alweer afgelost.

    japanese-yen-flickr-banner

    China koopt voor $86,6 miljard aan Japanse staatsobligaties

    China herziet valutareserves

    Eind 2013 liet de gouverneur van de Chinese centrale bank weten dat ze de valutareserves niet meer verder wilden uitbreiden. Een jaar later bereikte de totale valutareserve van China een recordniveau van omgerekend $4 biljoen, waarvan bijna één derde deel op dat moment bestond uit Amerikaanse staatsobligaties. Sindsdien heeft de centrale bank haar valutareserves met 20% verkleind tot in totaal $3,2 biljoen.

    De valutareserves van China bestaan nog steeds voor het grootste gedeelte uit Amerikaanse staatsobligaties, maar ten opzichte van een jaar geleden zakte het totaal met $85 miljard naar $1.185 miljard. Mogelijk anticipeert China op een renteverhoging door de Federal Reserve, waardoor de waarde van staatsobligaties zal dalen.

    De centrale bank van China wil de impact daarvan verkleinen door meer reserves in andere valuta en in fysiek goud aan te houden. Sinds het begin van dit jaar heeft het land 60 ton goud aan haar reserves toegevoegd, waarmee de totale goudreserve op 1.838 ton uitkomt.

    china-foreign-exchange-reserves-max

    China bouwt valutareserves af en zoekt diversificatie richting andere valuta en goud (Grafiek via Trading Economics)

    gs-logo-breed

    Deze bijdrage is afkomstig van Goudstandaard, uw adres voor aankoop, verkoop en verzekerde opslag van fysiek edelmetaal

  • Column: Negatieve rente nieuw? Niet in Nederland!

    Sinds de invoering van de euro in 1999 bedroeg de gemiddelde inflatie in de eurozone en Nederland iets minder dan 2 procent per jaar. Daarmee is de ECB succesvol, immers de bank streeft naar een jaarlijkse inflatie van onder, maar dicht bij twee procent. Om de feestvreugde niet te vergallen zal ik maar niet noemen dat de totale inflatie sinds 1999 in Nederland zo’n 37 procent bedraagt. In de moderne monetaire wereld van de ECB heet dat prijsstabiliteit!?

    Maar ik dwaal af. Wat ik wilde opmerken is dat die periode van na 1999 daarmee enigszins te vergelijken is met de jaren na de Tweede Wereldoorlog in Nederland. Ook toen was de inflatie laag, gemiddeld stegen de prijzen tussen 1950 en 1958 met twee procent per jaar.

    Te lage rente

    Als we die periode vergelijken met de periode 1945-1950, dan leren we een wijze les. Tussen 1945 en 1950 was de inflatie in Nederland namelijk juist zeer hoog. Waarom? Door veel te lage rente. De les is niet alleen dat langdurig te lage rente uiteindelijk tot hoge inflatie leidt, maar ook dat het een slechte zaak is als de overheden zich bemoeien met het monetaire beleid. Tussen 1945 en 1950 ging in Nederland de regering namelijk feitelijk over de rente en niet De Nederlandsche Bank (DNB). edin-mujagicToen de bank vanaf 1950 de monetaire teugels naar zich toe trok, begon de inflatie rap te dalen (dit is één van de vele redenen waarom ik in mijn boek ‘Boeiend en geboeid: een monetaire geschiedenis van Nederland sinds 1814/1816’ per saldo concludeer dat we trots kunnen zijn op onze centrale bank, ondanks alle mitsen, maren en vraagtekens die bij sommige acties van DNB te plaatsen zijn). Cruciaal voor die goede prestatie in de jaren vijftig was dat de geldhoeveelheid met iets meer dan 4 procent per jaar steeg, wat alleszins redelijk is, zeker in de wetenschap dat de reële economische groei toen hoger lag.

    Neutraal monetair beleid

    Kortom, DNB was heel goed bezig, het uitgangspunt voor DNB in die periode, onder President Holtrop, was dat het monetaire beleid neutraal moest zijn om de economie niet te verstoren. Dat beleid moest de voorwaarden scheppen voor de economie om te groeien, maar mocht geen invloed hebben op hoeveel en waar bedrijven investeren en huishoudens lenen. Dit betekende dus ook dat DNB niets moest hebben van het kunstmatig oppeppen van de economie via lage rente en veel geld in omloop brengen. Ziedaar overigens nog een wijze les. Niet dat de ECB zich iets van de monetaire geschiedenis aantrekt helaas. Wat ook een rol speelde, was de opstelling van de vakbonden die zoveel mogelijk mensen aan het werk helpen belangrijker vonden dan de loonstijgingen op te voeren. De lonen stegen minder hard dan de productiviteit. Dat zorgde inderdaad niet alleen voor veel nieuwe banen leidde, ook betekende het dat er geen inflatoire druk kwam uit die hoek.

    Oplopende inflatie

    Vanaf 1958 veranderde dat echter. Doordat inmiddels velen een baan hadden, nam het ongenoegen over de relatief trage stijging van de lonen toe. In 1958 werden de loonstijgingen gekoppeld aan de, rap stijgende, productiviteit. Daarmee kwam de naoorlogse periode van de feitelijke loonmatiging ten einde en bouwde zich in de loop van de jaren zestig inflatoire druk in de Nederlandse economie. In 1964 stegen de lonen bijvoorbeeld met bijna 15 procent (ja, 15 procent, ik ben geen komma vergeten), nadat ze een jaar eerder al flink waren geklommen. Na enige tijd werd dat zichtbaar in de inflatiecijfers, de koopkracht van de gulden. Vanaf 1967 begonnen de prijzen namelijk behoorlijk rap te stijgen. DNB veroordeelde dit beleid van de regering keer op keer. De bank waarschuwde voor de gevolgen, namelijk hogere inflatie in latere jaren (wat dus inderdaad is gebeurd, met name sinds 1967) en noemde het inflatoire beleid een gevaar voor het vertrouwen in de gulden. De bank vond dat de negatieve aspecten van inflatie niet makkelijk of zelfs helemaal niet te compenseren zijn. Om met President Holtrop te spreken: "Er bestaat geen techniek om de gevolgen van inflatie voor alle bevolkingsgroepen te compenseren. Het is onredelijk om te gaan zoeken naar ingewikkelde maatregelen om te herstellen hetgeen fout is gegaan. Voorop moet staan dat er geen fouten gemaakt moeten worden."

    Harde gulden

    Hij en zijn opvolger Jelle Zijlstra namen regelmatig een afwijkend standpunt binnen de SER, dat het monetaire beleid neutraal moest zijn, was heilig. Zij streden daarmee ook voor een harde gulden. Dit is dé les waarvan ik hoop dat DNB en Klaas Knot zich aan houden nu ze onderdeel zijn van het Europese stelsel van de centrale banken. De noodzaak dat íemand in het ECB-bestuur dit keer op keer herhaalt is vooral groot omdat dat ECB-bestuur juist daarop haaks staande opvattingen heeft. DNB bekritiseerde het beleid van de opeenvolgende regeringen. Daar bleef het echter niet bij, de bank probeerde ook tegenmaatregelen te nemen. In 1962 bepaalde DNB dat de banken hun kredietverlening met vier procent per jaar mochten uitbreiden. Met name door de invloeden vanuit het buitenland werd die norm behoorlijk overschreden.

    cover-boek-resizedKapitaalvlucht naar gulden

    In 1969 legde DNB daarom kredietverlening verder aan banden. Om de instroom van kapitaal uit het buitenland voerde de bank in 1973 zelfs een beleid van negatieve rente. Het is dus feitelijk onjuist om anno 2016 te stellen dat Nederland voor het eerst ooit te maken heeft met een negatieve rente. Wie de moeite neemt zich een beetje te verdiepen in onze monetaire geschiedenis – uiteraard spoor ik u als auteur van een boek erover dat vooral te doen – weet het beter.

    Negatieve rente werkte niet

    Die negatieve rente van DNB in 1973 mocht overigens niet baten. De permanenten inflatoire druk vanuit het buitenland en overheidsbeleid in Nederland waren te sterk. Negatieve rente werkte toen niet en dat is een overeenkomst met het heden. De negatieve rentes van de ECB werken namelijk ook niet. Er zou niets aan de hand zijn als hiervoor zou gelden ‘baat het niet, dan schaadt het niet’. Helaas geldt er eerder ‘baat het niet, dan schaadt het wél’. Nu al, maar ik vrees dat het allemaal nog veel erger zal worden in de toekomst. Waarom? Ik sluit af met de wijze woorden van een andere DNB-President, Jelle Zijlstra, die ooit zei: "Gij kent dag nog uur, maar uiteindelijk zal liquiditeitsverruiming altijd tot inflatie leiden." En als ik toch al DNB-Presidenten citeer: met de woorden van Klaas Knot, geuit bij de presentatie van mijn boek, onder toeziend oog van de portretten van zijn voorgangers als Holtrop en Zijlstra, kan ik het alleen maar volledig mee eens zijn. “Die les (verwijzend naar de uitspraak van Zijlstra) en dat nadrukkelijk onder het voetlicht brengen is zeer belangrijk. We moeten die les nooit vergeten. Het menselijk geheugen is kort, die les mag nooit vergeten worden." Hear hear.

  • Zimbabwe wil nieuwe munt introduceren

    Zimbabwe wil nieuwe munt introduceren

    Zimbabwe probeert zeven jaar na de hyperinflatie weer een eigen munt in omloop te brengen, zo schrijft Bloomberg. De centrale bank wil nieuwe biljetten van $2 en $5 uitgeven, waarvan de waarde gekoppeld is aan de Amerikaanse dollar. Het nieuwe geld, dat alleen in Zimbabwe de status van wettig betaalmiddel heeft, is gedekt door een lening van $200 miljoen van een niet nader genoemde geldschieter.

    Deze nieuwe Zimbabwaanse dollars moeten het tekort aan geld in de economie verlichten en als aanvulling dienen op alle buitenlandse valuta die in het betalingsverkeer gebruikt worden. Sinds de hyperinflatie gebruikt men onder meer Amerikaanse dollars, euro’s, Britse ponden, Zuid-Afrikaanse randen en Chinese yuan om betalingen te verrichten. Dat zijn buitenlandse valuta die het land alleen kan bemachtigen door meer goederen te exporteren dan te importeren of door geld te lenen in een vreemde valuta.




    Tekort aan geld

    Door de daling van de export komt er vandaag de dag te weinig buitenlands geld in de economie en dreigt de liquiditeit op te drogen. Daardoor worden salarissen steeds later betaald en wordt het geld dat er nog is steeds meer gehamsterd. De Zimbabwaanse regering probeert dit probleem op te lossen door nieuw geld in omloop te brengen. Het in omloop brengen van geld is één ding, maar het geaccepteerd krijgen van het geld is een ander verhaal. Voor de Zimbabwanen ligt de hyperinflatie van minder dan tien jaar geleden nog vers in het geheugen. Het geld werd zo waardeloos dat men met het grootste bankbiljet alleen nog maar drie eieren kon kopen. De economie kwam door een hyperinflatie compleet tot stilstand, want al het spaargeld verloor in een mum van tijd haar koopkracht. Het is dus maar de vraag of men het nieuwe geld zal accepteren. Het voorbeeld van Zimbabwe bewijst dat geld boven alles vertrouwen is. Is de tegenpartij die het geld in omloop brengt niet kredietwaardig, dan zal men het geld niet accepteren.

    zimbabwe_100_trillion_2009_obverse

    De herinneringen aan de waardeloze Zimbabwaanse dollar ligt nog vers in het geheugen (Afbeelding via Wikipedia)

  • Draghi: “Tapering is niet besproken”

    Draghi: “Tapering is niet besproken”

    De ECB heeft niet gesproken over het afbouwen van het stimuleringsprogramma, zo verklaarde Draghi tijdens de persconferentie van de ECB. Ook ziet de centraal bankier nog geen reden om de markt voor te bereiden op een einde van het QE-programma, omdat er volgens hem nog geen sprake is van bubbels in de economie. Ook liet hij weten dat nog genoeg staatsobligaties en bedrijfsobligaties op de markt te vinden zijn om het stimuleringsprogramma voort te zetten.

    Volgens Draghi werkt het monetaire beleid van de centrale bank naar behoren, omdat de lage rente zorgt voor een versoepeling van de kredietverlening. Sinds 2014 heeft de lage rente gezorgd voor 1,4% meer inflatie en 1,3% meer economische groei. Hij verwees daarbij naar de resultaten van het laatste kwartaalrapport van de centrale bank over de kredietverlening in de Eurozone. Dat is opvallend, want uit datzelfde rapport blijkt ook dat banken steeds meer hinder ondervinden van de negatieve rente.

    ‘Hervormen en stimuleren’

    Volgens de ECB ligt er ook voor overheden een taak weggelegd om het herstel van de economie te bespoedigen. Met structurele hervormingen en fiscale stimulering moet een gunstiger klimaat ontstaan voor bedrijven om te investeren. Wel moeten overheden daarbij de Europese begrotingsregels in het oog houden.

    De Europese Commissie publiceerde in 2014 een rapport met een stappenplan om de monetaire unie te versterken. In dat plan staat beschreven hoe de monetaire unie versterkt zal worden met oprichting van een fiscale en financiële unie.

    draghi

    Draghi: “Tapering is niet besproken”

  • ECB laat rente ongewijzigd op 0%

    De Raad van Bestuur van de ECB heeft besloten dat de rente voor de basisherfinancieringstransacties en de rentetarieven voor de marginale beleningsfaciliteit en de depositofaciliteit onveranderd zullen blijven op respectievelijk 0,00%, 0,25% en -0,40%. De Raad van Bestuur handhaaft zijn verwachting dat de basisrentetarieven van de ECB voor langere tijd, en ruim voorbij de periode van de netto activa-aankopen, op het huidige of een lager niveau zullen blijven.

    Wat de buitengewone monetaire beleidsmaatregelen betreft, bevestigt de Raad van Bestuur dat het de bedoeling is dat de maandelijkse activa-aankopen ten bedrage van €80 miljard tot eind maart 2017 of zo nodig langer zullen lopen, en in ieder geval totdat de Raad van Bestuur bewijs ziet van een aanhoudende verandering in het beloop van de inflatie in overeenstemming met zijn inflatiedoelstelling.

    Volg de toelichting op het rentebesluit vanaf 14:30 via deze link.

  • ECB rentebesluit om 14:30 (LIVE)

    De ECB zal vanmiddag om 14:30 vanuit het hoofdkantoor in Frankfurt een toelichting geven op het rentebesluit. Er worden geen grote veranderingen in het monetaire beleid verwacht, maar we zijn wel benieuwd naar de toelichting van ECB-president Draghi. Zal hij de geruchten over een mogelijke afbouw van het stimuleringsprogramma de kop in drukken?

    Ook zijn we benieuwd naar de toelichting van Draghi op het handelsoverschot van de Eurozone. Tijdens de vorige persconferentie in september sprak de ECB-president zich voor het eerst uit over het feit dat de Eurozone structureel meer exporteert dan ze importeert. Hij suggereerde tot twee keer toe dat een structureel handelsoverschot in de Eurozone niet wenselijk is.

    Vanuit die redenering is het mogelijk dat de ECB aanstuurt op een stijging van de euro, omdat het overschot op de handelsbalans daarmee verkleind kan worden. Hieronder kunt u de livestream van de persconferentie volgen, klik hier voor onze vooruitblik op het rentebesluit.


  • Deutsche Bank verwacht daling euro

    Deutsche Bank verwacht dat de euro de komende maanden zal dalen ten opzichte van de dollar. De bank voorziet tegen het einde van dit jaar een wisselkoers van $1,05 tegenover de Amerikaanse dollar, terwijl de meeste analisten volgens een peiling van Bloomberg rekening houden met $1,10.

    Deutsche Bank verwijst naar een belangrijk Italiaans referendum over de aanpassing van de constitutie, dat op 4 december gehouden zal worden. Draait dat referendum uit op een ‘nee’, dan kan dat volgens de bank een negatieve impact hebben op de euro. Een renteverhoging door de Federal Reserve zal de wisselkoers verder omlaag drukken richting het koersdoel van $1,05.

    Wisselkoers euro stabiel

    De laatste maanden beweegt de wisselkoers tussen de euro en de dollar in een zeer smalle bandbreedte van $1,10 tot $1,14. In september zakte de volatiliteit van de EUR/USD zelfs naar het laagste niveau in twee jaar tijd. De euro is opvallend stabiel gebleven door het uitblijven van nieuwe monetaire stimulering in Europa en een renteverhoging in de Verenigde Staten.

    In september werd de euro iets sterker vanwege geruchten over het afbouwen van het stimuleringsprogramma door de ECB. De centrale bank heeft deze geruchten nog niet weerlegd, maar zal daar vanmiddag ongetwijfeld iets over zeggen tijdens de persconferentie.

    eur-usd-wisselkoers

    Wisselkoers tussen euro en dollar beweegt in smalle bandbreedte (Grafiek van Bloomberg)

    Euro ondergewaardeerd?

    UBS is van mening dat de euro momenteel ondergewaardeerd is en dat de wisselkoers de komende twaalf maanden zal stijgen tot $1,20 of $1,25. De dollar is volgens de Zwitserse bank overgewaardeerd ten opzichte van de andere tien belangrijkste valuta en zal daarom op termijn gaan dalen.

    “Europa heeft genoten van een lange periode met een ondergewaardeerde munt. De euro zal uiteindelijk weer gaan stijgen, gedreven door een oplopende inflatie en/of signalen dat de Europese Centrale Bank de afbouw van het stimuleringsprogramma gaat bespreken”, aldus Thomas Flury van de afdeling vermogensbeheer bij UBS.

    Rentebesluit ECB

    We kijken vol verwachting uit naar het rentebesluit van de ECB, dat vanmiddag om 14:30 zal plaatsvinden. Door de geruchten over mogelijke tapering zijn de verwachtingen zeer verdeeld. Uit een rondvraag van Bloomberg onder 50 economen blijkt dat de meerderheid geen ’tapering’ verwacht voor de tweede helft van volgend jaar.

    “Naar verwachting houdt de ECB haar kruid droog. Wel bestaat de mogelijkheid dat Draghi gaat hinten op een verlenging van het opkoopprogramma. Dergelijke uitspraken leiden tot een verdere verzwakking van de euro/dollar, wat weer positief is voor het sentiment op de Europese aandelenmarkten”, zo verklaarde beleggingsspecialist Roy van Santen van LYNX tegenover Marketupdate.

    Volgens financieel dienstverlener eBury, gespecialiseerd in valutahandel voor het bedrijfsleven, hoeven we vandaag geen uitbreiding van het stimuleringsprogramma van de ECB te verwachten.

    “Wij verwachten vandaag geen uitbreiding van het QE-programma, maar wel duidelijke hints dat dit zou kunnen gebeuren tijdens de vergadering in december. Investeerders zullen ook letten op Mario Draghi’s communicatie in verband met een mogelijke verlaging van de maandelijkse aankopen van activa na maart 2017. Verder verwachten we dat de toon eerder bearish zal zijn gezien de zwakke economische cijfers uit de eurozone en politieke onzekerheid in Europa. Dit zal de euro deze namiddag mogelijk negatief beïnvloeden.”

    Ook Sander Noordhof van Goudstandaard verwacht dat de ECB vandaag geen maatregelen zal nemen. “Ik verwacht dat centrale banken niet meer stimulering zullen toepassen, maar dat ze meer zullen kijken naar de nationale regeringen. Centrale banken hebben door dat kun beleid niet meer werkt.”

  • ECB wil meer grip op virtueel geld

    De ECB heeft de EU gevraagd strengere regels maken ten aanzien van het gebruik van virtueel geld zoals Bitcoin. De centrale bank is bang dat ze haar grip op het monetaire beleid kwijtraakt als het gebruik van virtueel geld populair wordt. Dat schrijft Reuters op basis van deze publicatie die onlangs naar buiten werd gebracht. Het gaat bijvoorbeeld over het verscherpen van de identiteitscontrole op mensen die geld omwisselen voor Bitcoin en om een meldingsplicht voor verdachte transacties.

    ecb-logoDe ECB roept beleidsmakers in de EU op het gebruik van virtueel geld te ontmoedigen, door te benadrukken dat het geen wettig betaalmiddel is.

    “Als economische actoren meer gaan vertrouwen op virtuele munten en het gebruik daarvan in de toekomst substantieel toeneemt, dan kan dat in principe de controle van centrale banken over de geldhoeveelheid beïnvloeden… alhoewel dat risico momenteel nog klein is. In deze context zouden de wetgevende instanties in de EU een bredere acceptatie van virtuele munten niet moeten promoten.”

    Bitcoin als alternatief voor geld

    Vorig jaar bepaalde het Europese Hof van Justitie dat Bitcoin en andere virtuele munten als geld beschouwd moeten worden en dat er daarom geen btw in rekening gebracht mag worden bij het omwisselen van Bitcoins in wettig geld en vice versa.

    De erkenning van virtueel geld als alternatief betaalmiddel is bij de ECB niet goed gevallen. Virtueel geld maakt rechtstreekse betalingen zonder tussenkomst van banken mogelijk. Het is dus geen wonder dan (centrale) banken graag meer grip willen krijgen op dit betaalsysteem.

    Lees ook:

    Voor de lezer: Terwijl de ECB het gebruik van virtuele munten probeert te ontmoedigen wordt goud kopen juist gepromoot. In de hele eurozone is beleggingsgoud namelijk vrijgesteld van btw. Waarom zou men wel het bezit van goud promoten en niet het bezit van virtueel geld?