Tag: inflatie

  • Oekraïners halen spaargeld van de bank

    De bevolking van Oekraïne haalt steeds meer spaargeld van de bank, zo blijkt uit de laatste cijfers van de Oekraïense centrale bank. Volgens de officiële cijfers daalden de totale spaartegoeden in maart met 5,9%, wat gelijk staat aan ongeveer 26 miljard hryvnia.

    Omgerekend naar euro’s is dat net geen €1,5 miljard, waaruit we kunnen concluderen dat de bevolking van het Oost-Europese land sowieso weinig spaargeld heeft. Het land telt bijna drie keer zoveel inwoners als Nederland, maar heeft veel minder spaartegoeden. Volgens cijfers van het CBS beschikten Nederlanders in augustus 2013 gezamenlijk over €330 miljard aan spaargeld.

    Politieke instabiliteit

    Als gevolg van de politieke instabiliteit in het land kiezen steeds meer spaarders eieren voor hun geld, door hun geld van de bank te halen. Indien de banken hun deuren om wat voor reden dan ook sluiten kan men in elk geval nog over het spaargeld beschikken. Het is uiteraard niet vrij van risico om veel spaargeld in huis te halen, maar blijkbaar schatten steeds meer mensen het risico van een banktegoed hoger in. Bankiers in Oekraïne verwachten dat de uitstroom van spaartegoeden ook in april nog zal aanhouden. Uit de cijfers van de centrale bank blijkt ook dat veel van het geld dat spaarders opnemen niet meer wordt teruggebracht naar de bank. De voorkeur verschuift naar het gebruik van contant geld, omdat er minder vertrouwen is in de banken. Ondanks de zwakke munt daalde ook het aantal leningen dat banken verstrekten. Blijkbaar is er geen behoefte aan meer krediet onder deze onzekere omstandigheden.

    Hogere spaarrente

    In een poging de uitstroom van spaartegoeden te stoppen verhogen de banken hun spaarrente. Die staat nu gemiddeld op 19,5%, maar er waren eerder deze maand ook uitschieters naar 26%. De hoge rente klinkt aantrekkelijk, maar het compenseert nog steeds niet voor de schrikbarende waardedaling van de munt. De hryvnia verloor gisteren meer dan 8% tegenover de euro en sinds het begin van dit jaar is de valuta al met bijna 37% in waarde gekelderd. De volgende grafiek laat goed zien dat de waardedaling van de munt vanaf februari in een stroomversnelling kwam.

    Waardedaling hryvnia versus de euro

    Waardedaling hryvnia versus de euro (Bron: XE.com)

  • Grafiek: Voedselprijzen schieten omhoog

    De voedselprijzen zijn sinds het begin van dit jaar al met 19% gestegen, zo blijkt uit de volgende grafiek op Zero Hedge. We zien de CRB Foodstuff Index, een index van grondstoffen als mais, boter, sojabonen, cacao, tarwe, graan, varkensbuiken en suiker. Schommelde deze index vorig jaar een lange tijd rond de 400 tot 410, sinds het begin van dit jaar is dezelfde index gestegen van ongeveer 365 naar 432 punten.

    Voedselprijzen zijn dit jaar al met 19% gestegen

    De CRB Foodstuff Index bestaat uit een groot aantal soft commodities

    De explosieve stijging van de CRB Foodstuff Index wordt voornamelijk gedreven door hogere prijzen voor koffie en varkensbuiken. Deze 'soft commodities' stegen dit jaar al met respectievelijk 60 en 41 procent. De prijsontwikkeling van andere grondstoffen ziet u in de tweede grafiek van Finviz.

    Vooral koffie en varkensbuiken werden fors duurder

    Vooral koffie en varkensbuiken werden fors duurder (Bron: Finviz)

    Voedselprijzen en sociale onrust

    De hoge voedselprijzen zijn problematisch, omdat de bevolking in heel veel landen relatief veel geld kwijt is aan voesel. Stijgen de prijzen, dat kan dat ontaarden in demonstraties en rellen. In 2011 zagen we de voedselprijzen ook razendsnel stijgen, met als gevolg sociale onrust in grote delen van Noord-Afrika en het Midden-Oosten. Daar hebben we eerder al over geschreven op Marketupdate, zie dit artikel. Ook dit jaar blijft de prijsstijging van grondstoffen niet zonder gevolgen. We zagen al onrusten in Oekraïne, demonstraties in SpanjeArgentinië en Thailand en voedselrellen in Venezuela. Waarschijnlijk vergeten we dan nog veel landen, maar wat bijna al deze protesten met elkaar gemeen hebben is dat ze gedreven worden door economische motieven. De bevolking verzet zich tegen bezuinigingen, een hoge inflatie en stijgende kosten van levensonderhoud.

  • Het monster van deflatie bedreigt economisch herstel


    Christine-lagard-world-economic-forum

    Figuur 1 Lagarde blijft waarschuwen voor deflatie in Europa

    De afgelopen weken heeft de directeur van het Internationaal Monetair Fonds bij herhaling de kat de bel aangebonden. Ook tijdens het World Economic Forum in het Zwitserse Davos waarschuwde ze ervoor. Het fragiele economische herstel in de Westerse wereld wordt bedreigd door het monster van de deflatie. Voor Lagarde is vooral Europa kwetsbaar voor deflatie. Tot december van 2013 bedroeg de inflatie 0,8% en dat is ver onder het gewenste niveau van 2%. Maar ook in de VS is er met een inflatieniveau van 1,5% sprake van disinflatie. Dat is min of meer de laatste stap op weg naar deflatie. Als afschrikwekkend voorbeeld noemde de directeur Japan. Daar tiert deflatie al 20 jaar welig en is de economie in een soort coma is beland. Van enige dynamiek is amper meer sprake.

     japanse inflatie
    Figuur 2 Meer dan 20 jaar in de ban van deflatie

    Van deflatie is sprake wanneer lonen en prijzen in een neerwaartse spiraal terecht komen. Voor de korte termijn hoeft dit patroon niet schadelijk te zijn. Vooral de werknemer, wiens inkomen onder druk staat, kan profijt hebben van dalende prijzen. Zo blijft zijn koopkracht op peil. Ook landen kunnen profijt hebben van korte periodes van deflatie. Een land als Spanje heeft er voordeel van. Door de daling van lonen en prijzen heeft het land aan concurrentiekracht gewonnen.

    Op de wat langere termijn is de neerwaartse spiraal dodelijk voor een economie. Consumenten en bedrijven stellen hun aankopen steeds maar weer uit in de bijna zekerheid, dat prijzen alleen nog maar verder zullen dalen. Bedrijven zullen daarom hun investeringen ook steeds verder de tijd in verschuiven. Voor schuldenaars betekent een dalend inkomen, dat hun schulden feitelijk steeds hoger worden. Dat geldt ook voor staten die hun belastinginkomsten zien teruglopen.

    In een reactie op de woorden van mevrouw Lagarde sprak de president van de ECB, Mario Draghi, sussende woorden. Hij achtte de kans op deflatie in de eurozone niet zo heel groot. Het huidige zeer lage niveau was volgens hem te wijten aan enkele eenmalige statistische bijzonderheden in Duitsland.

    Niettegenstaande deze geruststellende woorden, ging de bankpresident uitvoerig in op de mogelijkheden die de ECB ter beschikking staan om het monster van de deflatie te bestrijden. Daarbij verwees hij naar de mogelijkheid van een Europese variant van Quantitative Easing, als middel om de inflatie aan te wakkeren, naar het rijk der fabelen. Het is de ECB niet toegestaan schuldpapier van staten rechtstreeks op te kopen. Het opkopen van schuldpapier van grote bedrijven heeft evenmin zin volgens Draghi.

    Inflatie in VS en eurozone
    Figuur 3 Geen inflatie maar disinflatie in het Westen

     Het is in Europa een relatief kleine markt, die bovendien goed functioneert. De enige mogelijkheid, die hem wel aan staat is het grootschalig opkopen van gebundelde leningen van het MKB en consumenten. Voorwaarde is echter wel, dat de markt voor deze zogeheten asset backed securities in Europa weer tot leven komt. Nu is die zo dood als een pier. Dat hoeft niet zo’n groot probleem te zijn voor banken als ze beseffen, dat er zich wel een heel grote klant voor dit soort papier meldt.

    Het voordeel van deze werkwijze is, dat het voor banken gemakkelijker wordt kredieten te verlenen, wat rechtstreeks aan de economie ten goede komt.

    Er hoeft dus geen vuiltje aan de lucht te zijn. Toch is voorzichtigheid geboden. Het beleid van de ECB is de afgelopen jaren er vooral een geweest van veel praten en beloven. Dat is nu duidelijk weer de inzet. Het gevaar daarbij is reëel, dat de ECB te lang wacht met actie. In dat geval kan 2014 wel eens het jaar worden van heel onconventionele maatregelen van de Bank, die veel verder gaan dan in Davos gesuggereerd.

    veel woorden geen daden
    Figuur 4 Veel woorden, weinig daden

    Cor Wijtvliet

    Vragen en Opmerkingen kunt u richten aan [email protected]

  • Boeren in Argentinië hamsteren soja door hoge inflatie

    Argentinië wordt geplaagd door een hoge inflatie en dat heeft haar weerslag op de economie. De Financial Times schrijft dat sojaboeren een steeds kleiner deel van de oogst direct naar de markt brengen, omdat de pesos waarin ze betaald worden steeds minder waard worden. Door de zwakke peso is het voor de boeren die soja verbouwen veel verstandiger om hun product wat langer achter de hand te houden als voorraad.

    "Pesos zijn waardeloos"

    "Pesos zijn waardeloos, het domste wat je kunt doen is pesos aanhouden", Alfredo Rodes van de Argentijnse landbouwvereniging tegenover de Financial Times. Hij doelt op de extreem hoge inflatie in Argentinië, die nog hoger is dan de officiële statistieken doen vermoeden. Argentinië is verantwoordelijk voor ongeveer tien procent van de wereldwijde export van sojabonen en voor bijna de helft van de bewerkte soja levensmiddelen. Men verwacht dat het hamstergedrag van de boeren in Argentinië op termijn effect zal hebben op de wereldwijde sojaprijs, omdat de boeren een deel van hun productie achter de hand houden. Boeren zien hun oogst als een vorm van bescherming tegen een mogelijke devaluatie van de Argentijnse peso, zo verklaart Juan Luciano tegenover de Financial Times. Luciano werkt voor een bedrijf dat landbouwproducten verhandelt en verwerkt.

    Voorraden soja

    Eind vorig jaar begonnen boeren al een kleiner deel van hun oogst te verkopen, vanwege zorgen over een verdere waardedaling van de valuta. De laatste tijd is de prijs van soja in Argentijnse peso met 20% gestegen, terwijl de prijs van een future op de grondstoffenbeurs van Chicago in dezelfde periode met slechts 1,6% steeg. Argentijnse boeren hebben volgens de laatste cijfers van Macquarie  nog maar 6% van hun oogst op de markt gebracht. Vorig jaar om dezelfde tijd was dat 11% en het jaar daarvoor zelfs 25%. "Normaal gesproken is dit de tijd van het jaar waarop de oogst grotendeels verkocht is en er bijna geen voorraden meer zijn", zo merkt analist Paula Savanti van de Rabobank in Buenos Aires op. Volgens analist Chris Gadd van Macquarie uit Londen zullen de Argentijnse boeren in pas in april weer een substantiële voorraad soja op de markt brengen, omdat ze dan inkopen moeten doen voor zaadjes en kunstmest. Doordat boeren in Argentinië voorraad achter de hand houden zullen de sojavoorraden in de VS verder dalen tot 4,5% van de jaarlijkse Amerikaanse consumptie. De Argentijnse regering laakt het gedrag van de sojaboeren om voorraden achter de hand te houden, maar als je de volgnede grafiek gezien hebt weet je ook waarom ze dat doen.

    Inflatie in Argentinië blijkt veel hoger dan wat de overheid voorspiegelt

    Inflatie in Argentinië blijkt veel hoger dan wat de overheid voorspiegelt (Bron: FT)

  • Steve Keen: “QE is niet hetzelfde als geld drukken”

    Veel economen zagen de financiële crisis van 2008 niet aankomen. Dat kwam omdat er in veel gangbare economische modellen geen rekening werd gehouden met het effect van schulden in ons geldsysteem en omdat veel modellen zich baseerden op de gedachte dat de economie een evenwicht kan bereiken.

    De Australische econoom Steve Keen heeft uitvoerig onderzoek gedaan naar bestaande economische modellen en heeft er zijn werk van gemaakt om de zwakheden en tekortkomingen hiervan aan te tonen. Ook bouwt hij alternatieve economische modellen, die gebaseerd zijn op de aanname dat de economie cyclisch beweegt en niet naar een zogenaamd evenwicht terugkeert.

    In deze context kunnen we het volgende college van Steve Keen u van harte aanbevelen. In deze video van iets meer dan een half uur legt Keen uit waar de tekortkomingen zitten bij veel economische modellen en legt hij zijn alternatieve modellen uit. Ook legt Steve Keen in deze video uit waarom het QE programma van de Amerikaanse centrale bank niet gelijk staat aan 'geld drukken'. Door simpelweg de geldstromen en de mutaties in de bankbalansen te volgen kan iedereen binnen een paar minuten tot dit inzicht komen. Dit hebben we ook al eens uitvoerig behandeld in het artikel "Banken lenen geen reserves uit!"

  • ECB houdt rente op 0,25%

    ECB houdt rente op 0,25%

    De ECB heeft de rente ongewijzigd gelaten op 0,25%. Daarmee geeft de centrale bank een gehoor aan de toenemende druk om monetaire stimulering toe te passen. Ook weerhoudt de centrale bank zich van een negatieve depositorente voor geld dat commerciële banken bij de ECB parkeren, een voorstel dat hoofdeconoom Peter Praet vorig jaar deed. De inflatie in de Eurozone zit al sinds begin 2012 in een dalende trend. Momenteel is de inflatie slechts 0,7%, ver beneden het streven van ongeveer 2% inflatie op jaarbasis.

    In tegenstelling tot de balans van de Amerikaanse centrale bank laat de balans van de ECB een sterke krimp zien. Dat komt voor een deel door de afwikkeling van het LTRO-programma en voor een deel door de daling van de goudprijs. De ECB waardeert de goudreserve van het Eurosysteem (ruim 10.000 ton) ieder kwartaal opnieuw naar de marktwaarde. Om die reden is het balanstotaal van de ECB het afgelopen jaar met tientallen miljarden euro's gezakt. Om 14:30 geeft Draghi vanuit Frankfurt een toelichting van het rentebesluit. Na afloop van deze livestream kunt u via de onderstaande video de hele persconferentie ook terugkijken.

  • Turkse centrale bank verhoogt rente met 4,25%

    De Turkse centrale bank heeft dinsdag tijdens een ingelaste bijeenkomst de rente met 4,25% verhoogd. In plaats van 7,75% wordt de korte rente nu vastgesteld op 12%, een maatregel die de waardedaling van de Turkse lira een halt toe moet roepen. In de afgelopen twee maanden verloor de lira 14% van haar waarde en afgelopen maandag zakte de koers naar een dieptepunt ten opzichte van de dollar. Door het rentebesluit zakte de wisselkoers van 2,25 naar 2,17 Turkse lira per dollar, een daling van 3,5%. Helaas is het effect van de renteverhoging slechts van korte duur, want op het moment van schrijven is de wisselkoers alweer opgelopen naar 2,23.




    Rente naar 12%

    De plotselinge verhoging van de rente komt ook voor de Turkse premier als een verrassing, want Erdogan heeft zich onlangs nog tegen een interventie middels de rente uitgesproken. Dat de centrale bank van Turkije desondanks toch de rente verhoogt illustreert dat de ernst van de huidige situatie.

    Een rente van 7,75% is voor Westerse begrippen uitzonderlijk hoog, maar in Turkije compenseert dat percentage amper voor de inflatie. Door de rente naar 12% te brengen hoopt de centrale bank het vertrouwen in de munt terug te winnen. De rente moet veel hoger liggen dan de inflatie, wil het mensen weer vertrouwen geven in de waarde van de munt.

    Effect van de hogere rente slechts van korte duur?

    Effect van de hogere rente slechts van korte duur? (Bron: XE.com)

    Turkse lira onder druk

    Met deze forse renteverhoging laat de centrale bank zien dat ze de waardedaling van de munt niet accepteert. Een goedkopere munt kan weliswaar een gunstige exportpositie opleveren, maar als de waarde van de munt te snel onderuit gaat kunnen er ook meer negatieve effecten optreden. Denk bijvoorbeeld aan investeerders die hun kapitaal terugtrekken uit de Turkse markt, aan speculanten die op een devaluatie van de lira speculeren en aan huishoudens die hun spaargeld gaan omzetten van lira naar buitenlandse valuta zoals de Amerikaanse dollar. En dan hebben we het nog niet eens over de stijgende importkosten (Turkije heeft een structureel tekort op de betalingsbalans)…

    Turkije heeft meer dan $100 miljard aan dollarreserves, maar die kunnen bij een verdere waardedaling van de lira snel opraken. Investeerders trekken zich al terug uit Turkije, want cijfers van het Institute of International Finance (IIF) laten zien dat ze sinds mei vorig jaar voor een bedrag van $3,9 miljard aan obligaties in Turkse lira hebben verkocht.

    “Fragile Five”

    Een nieuwe term die u de komende tijd wellicht vaker zult horen is “Fragile Five”, een term die betrekking heeft op vijf opkomende markten met een zwakke valuta. Dat zijn Brazilië, Zuid-Afrika, Indonesië, India en Turkije. Deze landen zijn zeer afhankelijk van buitenlandse investeerders om hun groeiambitie waar te maken. Sinds de Federal Reserve begonnen is met tapering geven beleggers weer de voorkeur aan schuldpapier dat in dollars wordt uitgedrukt dan aan risicovolle beleggingen in opkomende markten die mogelijk een hoger rendement opleveren.

    De Fragile Five zijn de landen die op dit moment zwaar onder druk staan. Turkije wordt volgens Barclays misschien nog wel het zwaarst getroffen, omdat dit land van de vijf het meest afhankelijk is van korte-termijn leningen. Dit jaar moet het land $200 miljard lenen uit het buitenland, ongeveer een kwart van het bbp. Een groot deel van dat bedrag leent het land van bedrijven en banken. Zodra die geen kredieten meer willen verlenen zal Turkije door haar buitenlandse valutareserve heen raken en hulp moeten vragen aan het IMF.

    Bron: New York Times

    Turkse lira onder druk

    Turkse lira onder druk (Afbeelding via Bloomberg)

  • Video: Edin Mujagic over inflatie

    Econoom Lex Hoogduin sprak met Edin Mujagic over de impact van een hoge inflatie. In zijn jeugd heeft Mujagic de hyperinflatie in Joegoslavië meegemaakt, waardoor dit onderwerp hem extra aangrijpt. Mujagic wist op de middelbare school al dat hij monetaire economie wilde studeren. Hij schreef in 2010 het boek Het Inflatiespook en in 2012 het boek Geldmoord.

    Bron: Lexhoogduin.com

  • Nieuwe inflatie berekening in de VS

    Met ingang van dit jaar gaat de Amerikaanse overheid de inflatie op een andere manier berekenen. In de nieuwe rekenmethode krijgen de prijzen van goederen een minder zware weging en wordt er meer gewicht toegekend aan dienstverlening. In een economie die gedomineerd wordt door dienstverlenende activiteiten moet er blijkbaar op een andere manier naar inflatie gekeken worden. Voortaan worden ook de prijzen van gezondheidszorg, financieel advies, kinderopvang, transport en bezorgdiensten meegenomen in de nieuwe ‘Producer Price Index’ (PPI).

    De nieuwe PPI zal ook rekening houden met export, de uitgaven van de overheid en met de kosten van woningbouw, zo schrijft Marketwatch. Onder de oude rekenmethode keken investeerders en economen vaak naar de kerninflatie, het cijfer waarin de prijsontwikkeling van voedsel en brandstof buiten beschouwing wordt gelaten. Dit cijfer is minder volatiel en zou om die reden beter in staat zijn de trend weer te geven. Critici stellen dat de kerninflatie juist de belangrijkste component weglaat, omdat voedsel en brandstof de meest essentiële uitgaven zijn van ieder huishouden.

    In het nieuwe inflatiecijfer veranderen ook de begrippen inflatie en kerninflatie. Zo wordt het inflatiecijfer vervangen door twee varianten van de 'producer price index for final demand', waarvan één voor goederen en één toegespitst op diensten. De kerninflatie zal voortaan door het leven gaan als de 'final demand less food, energy and trade'. In dit document worden alle details van de nieuwe inflatiecijfers uit de doeken gedaan.

    PPI versus CPI

    Het PPI cijfer heeft betrekking op de producentenprijzen en moet dus niet verward worden met de Consumer Price Index, ook wel de CPI genoemd. Waar de CPI de prijsverandering meet vanuit het oogpunt van de consument neemt het PPI cijfer de producent als referentiepunt. Deze cijfers kunnen met elkaar in de pas lopen, maar het BLS merkt op dat er ook periodes zijn waarin de PPI en de CPI uit elkaar lopen. Zo worden de kosten voor huur, dienstverlening en belastingen wel meegenomen in de CPI, maar niet in de PPI.

    Nieuwe PPI berekening is opgesplitst in goederen en diensten

    Nieuwe PPI berekening is opgesplitst in goederen en diensten (Afbeelding via Marketwatch)

  • Op de lange termijn worden alle valuta waardeloos

    Bij Goldsilver.com hebben ze een overzicht gemaakt van de waardeontwikkeling van goud in vrijwel alle denkbare valuta sinds het begin van deze eeuw. We hebben deze cijfers in een grafiek gezet, zodat u een beter overzicht krijgt van de gemiddelde prijsontwikkeling van het gele metaal. De tien zwakste valuta hebben we voor de leesbaarheid van de grafiek apart gezet, klik hier.

    Stijging goudprijs in verschillende valuta

    In onderstaande tabel ziet u de goudkoers in de betreffende valuta op 1 januari 2000 en op 1 januari 2014. Over deze periode steeg de goudprijs in de meeste valuta met honderden procenten. Uitgedrukt in de zwakste valuta steeg de goudprijs zelfs met duizenden procenten. U begrijpt waarom de inwoners van landen met een zeer zwakke valuta geen geld op een spaarrekening zetten en liever fysiek goud kopen om hun vermogen veilig te stellen…

    Valuta 1 januari 2000 1 januari 2014 Stijging goudprijs
    Emirati Dirham 1,057.25 4,427.88 319%
    Albanian Lek 37,941.12 122,671.84 223%
    Dutch Guilder 480.96 2,136.96 344%
    Australian Dollar 440.23 1,352.63 207%
    Barbadian or Bajan Dollar 570.24 2,411.24 323%
    Bangladeshi Taka 14,567.04 93,556.11 542%
    Bahraini Dinar 104.26 454.52 336%
    Burundian Franc 175,936.32 1,844,598.60 948%
    Bermudian Dollar 271.30 1,205.62 344%
    Bruneian Dollar 477.79 1,522.45 219%
    Bolivian Boliviano 1,704.96 8,270.55 385%
    Brazilian Real 535.68 2,847.49 432%
    Bahamian Dollar 288.00 1,205.62 319%
    Botswana Pula 1,324.80 10,511.07 693%
    Belizean Dollar 573.12 2,399.18 319%
    Canadian Dollar 416.42 1,280.65 208%
    Congolese Franc 1,224.86 1,086,263.62 88584%
    Swiss Franc 459.07 1,076.55 135%
    Chilean Peso 152,438.40 633,336.31 315%
    Chinese Yuan Renminbi 2,384.50 7,296.41 206%
    Colombian Peso 515,520.00 2,313,584.78 349%
    Costa Rican Colon 84,833.28 596,793.97 603%
    Cuban Peso 6,048.00 31,948.93 428%
    Cape Verdean Escudo 30,269.66 95,063.14 214%
    Czech Koruna 10,308.96 23,979.54 133%
    Djiboutian Franc 49,608.00 212,128.84 328%
    Danish Krone 2,126.02 6,543.76 208%
    Dominican Peso 4,556.16 51,058.01 1021%
    Algerian Dinar 19,257.12 94,146.86 389%
    Egyptian Pound 979.72 8,377.25 755%
    Ethiopian Birr 2,296.51 22,982.13 901%
    Euro 286.48 877.27 206%
    Fijian Dollar 576.00 2,288.14 297%
    British Pound 178.25 727.98 308%
    Gibraltar Pound 178.36 727.98 308%
    Gambian Dalasi 3,217.82 45,331.31 1309%
    Guinean Franc 389,836.80 8,171,692.36 1996%
    Guatemalan Quetzal 2,183.04 9,453.27 333%
    Guyanese Dollar 51,724.80 244,692.64 373%
    Hong Kong Dollar 2,238.91 9,348.46 318%
    Honduran Lempira 4,184.64 24,413.81 483%
    Croatian Kuna 2,188.63 6,680.34 205%
    Haitian Gourde 5,028.48 52,637.37 947%
    Hungarian Forint 72,763.20 260,668.31 258%
    Indonesian Rupiah 2,030,400.00 14,660,942.01 622%
    Israeli Shekel 1,195.49 4,182.30 250%
    Indian Rupee 12,510.72 74,608.38 496%
    Iranian Rial 501,480.00 29,868,029.88 5856%
    Icelandic Krona 20,805.12 138,296.67 565%
    Jamaican Dollar 11,865.60 127,373.75 973%
    Jordanian Dinar 203.90 852.37 318%
    Japanese Yen 29,416.32 126,936.72 332%
    Kenyan Shilling 20,908.80 103,924.44 397%
    Comoran Franc 139,115.52 431,587.34 210%
    South Korean Won 326,102.40 1,272,652.47 290%
    Kuwaiti Dinar 87.55 339.98 288%
    Caymanian Dollar 361.36 988.64 174%
    Lao or Laotian Kip 2,462,400.00 9,644,960.00 292%
    Lebanese Pound 432,288.00 1,808,430.00 318%
    Sri Lankan Rupee 20,563.20 157,466.03 666%
    Liberian Dollar 288.00 97,594.94 33787%
    Basotho Loti 1,771.20 12,622.81 613%
    Lithuanian Litas 1,146.24 3,029.03 164%
    Latvian Lat 168.28 614.87 265%
    Moroccan Dirham 2,896.42 9,835.57 240%
    Burmese Kyat 1,800.49 1,186,330.08 65789%
    Mongolian Tughrik 302,227.20 1,977,216.80 554%
    Macau Pataca 2,293.34 9,628.92 320%
    Mauritanian Ouguiya 62,588.16 347,218.56 455%
    Mauritian Rupee 7,277.76 36,349.44 399%
    Maldivian Rufiyaa 3,121.92 18,361.59 488%
    Malawian Kwacha 13,305.60 508,289.40 3720%
    Malaysian Ringgit 1,094.11 3,952.63 261%
    Nigerian Naira 28,627.20 192,778.63 573%
    Nicaraguan Cordoba 3,490.56 30,170.64 764%
    Norwegian Krone 2,306.30 7,320.57 217%
    Nepalese Rupee 19,903.68 119,718.07 501%
    New Zealand Dollar 551.20 1,466.30 166%
    Omani Rial 110.79 463.92 319%
    Panamanian Balboa 288.00 1,205.62 319%
    Peruvian Nuevo Sol 1,010.02 3,369.11 234%
    Papua New Guinean Kina 759.89 3,021.59 298%
    Philippine Peso 11,586.24 53,529.53 362%
    Pakistani Rupee 14,918.40 126,951.79 751%
    Paraguayan Guarani 944,216.64 5,527,767.70 485%
    Qatari Riyal 1,047.74 4,389.78 319%
    Rwandan Franc 96,301.44 811,382.26 743%
    Saudi Arabian Riyal 1,080.00 4,521.62 319%
    Solomon Islander Dollar 1,432.80 8,673.54 505%
    Seychellois Rupee 1,545.12 14,396.31 832%
    Swedish Krona 2,444.54 7,762.25 218%
    Singapore Dollar 479.29 1,522.45 218%
    Saint Helenian Pound 178.36 727.98 308%
    Sierra Leonean Leone 545,322.24 5,169,698.56 848%
    Somali Shilling 732,205.44 1,469,650.78 101%
    Sao Tomean Dobra 664,427.52 21,411,811.20 3123%
    Salvadoran Colon 2,505.60 10,549.18 321%
    Syrian Pound 12,322.08 136,174.24 1005%
    Swazi Lilangeni 1,771.20 12,622.81 613%
    Thai Baht 10,800.00 39,411.72 265%
    Tunisian Dinar 358.93 1,981.44 452%
    Tongan Pa’anga 448.10 2,245.94 401%
    Trinidadian Dollar 1,778.89 7,691.86 332%
    Taiwan New Dollar 9,039.46 36,028.15 299%
    Tanzanian Shilling 228,096.00 1,907,290.84 736%
    Ukrainian Hryvna 1,501.78 9,922.25 561%
    Ugandan Shilling 426,974.40 3,038,162.40 612%
    US Dollar 288.00 1,205.62 319%
    Uruguayan Peso 3,329.28 25,438.58 664%
    Vietnamese Dong 4,015,296.00 25,408,441.50 533%
    Ni-Vanuatu Vatu 36,777.60 114,955.87 213%
    Samoan Tala 890.21 2,831.42 218%
    Central African CFA Franc BEAC 187,358.40 575,449.78 207%
    East Caribbean Dollar 771.84 3,255.17 322%
    IMF Special Drawing Rights 209.45 782.51 274%
    CFP Franc 33,744.96 104,685.86 210%
    Yemeni Rial 45,702.72 258,967.18 467%
    South African Rand 1,771.34 12,622.81 613%
  • Grafieken: Deflatie versus inflatie

    Bij het uitbreken van de financiële crisis in 2008 was het de Amerikaanse centrale bank er alles aan gelegen om deflatie te voorkomen. Met de ervaring van de Grote Depressie zou de Federal Reserve voorkomen dat er opnieuw een alles verwoestende schulddeflatie zou optreden, die het gevolg is van het opdrogen van de kredietverlening. Om deflatie te bestrijden werd er een grootschalig stimuleringsprogramma opgestart, later gevolgd door verschillende rondes van Quantitative Easing (QE). Een groeiende monetaire basis om de vraaguitval van kredieten in de private markt op te vangen…

    De volgende grafieken uit een rapport van Incrementum illustreren hoe de krachten van inflatie en deflatie elkaar op dit moment in evenwicht houden. Een wankel evenwicht dat ieder moment door kan slaan richting inflatie of deflatie. Volgens Incrementum werken de inflatoire en deflatoire krachten tegen elkaar in als twee aardplaten die tegen elkaar schuiven. Ze onderscheiden daarbij de volgende inflatoire en deflatoire krachten…

    Deflatie

    • Totale omvang kredietmarkt als percentage van het GDP daalt al sinds 2007 (dit noemt men ook wel debt deleveraging)
    • Bankkredieten van alle commerciële banken in de VS stagneert, net als in de periode 2007/2008.
    • De groei van de geldhoeveelheid in de VS en in de Eurozone neemt af
    • Consumentenbestedingen lopen terug
    • De goud/zilver ratio loopt op. In het verleden deed goud het vaak beter dan zilver tijdens periodes van desinflatie en deflatie
    • De CCI grondstoffenindex laat sinds 2011 al een scherpe daling zien

    Inflatie

    • Explosieve groei van de monetaire basis in de VS
    • Amerikaanse huishoudens bouwen niet langer hun gemiddelde schuldpositie af
    • De hoeveelheid geld in circulatie neemt toe
    • Commerciële banken hebben grote hoeveelheden overtollige reserves bij de centrale bank. Zodra banken voor deze reserves rente moeten betalen zullen ze meer geneigd zijn kredieten te verstrekken (bij dit punt moeten we u erop wijzen dat banken geen reserves uitlenen)

    Monetaire inflatie versus schulddeflatie

    Monetaire inflatie versus schulddeflatie

    Kredietgroei heeft haar maximum bereikt?

    Kredietgroei heeft haar maximum bereikt?

    Banken verstrekken steeds minder kredieten

    Banken verstrekken steeds minder kredieten

    Geldhoeveelheid in de VS en Eurozone groeit steeds minder

    Geldhoeveelheid in de VS en Eurozone groeit steeds minder

    Ratio goud versus langlopende obligaties

    Ratio goud versus langlopende obligaties

    Explosieve groei monetaire basis door QE

    Explosieve groei monetaire basis door QE

    Huishoudens in de VS bouwen geen schulden meer af

    Huishoudens in de VS bouwen geen schulden meer af

    Inflatie en deflatie onder verschillende monetaire regimes

    Inflatie en deflatie onder verschillende monetaire regimes

    Is er een exit strategie??

    Is er een exit strategie??