Tag: winst

  • Zwitserse centrale bank boekt winst van 30 miljard

    Zwitserse centrale bank boekt winst van 30 miljard

    De Zwitserse centrale bank heeft het afgelopen kwartaal een winst van 30,7 miljard Zwitserse frank gerealiseerd. De grootste winst werd behaald op de valutareserves, die grotendeels uit staatsobligaties en aandelen bestaan. Ook profiteerde de bank van een waardestijging van de goudvoorraad en de negatieve rente op bankreserves. De goudreserve werd bijna 900 miljoen meer waard, terwijl de valutareserves met 29,3 miljard in waarde stegen. De negatieve rente die commerciële banken betalen aan de centrale bank leverde bijna 600 miljoen op.

    De financiële resultaten van de Zwitserse Nationalbank zijn sterk afhankelijk van ontwikkelingen op de kapitaalmarkt, valutamarkt en goudmarkt. In het eerste kwartaal herstelde de aandelenmarkt, terwijl ook de obligaties meer waard werden. Door de hogere goudprijs steeg ook de waarde van de Zwitserse goudvoorraad van 1.040 ton.

    Zwitserse centrale bank realiseerde een winst van 30 miljard Zwitserse frank (Bron: SNB)

    Centrale bank profiteert van valutareserves

    De Zwitserse centrale bank heeft sinds het uitbreken van de financiële crisis op grote schaal bezittingen in vreemde valuta gekocht om de waarde van de eigen munt te onderdrukken. Als gevolg van deze interventies is het balanstotaal in tien jaar tijd opgezwollen van 200 naar 800 miljard Zwitserse frank. Deze bezittingen bestaan voor ongeveer 80% uit obligaties en 20% uit aandelen, die voor het grootste gedeelte in euro’s en dollars genoteerd staan.

    In eerste instantie kocht de bank alleen obligaties, maar de laatste jaren heeft ze ook steeds meer aandelen aan haar balans toegevoegd. De aandelenportefeuille, waar onder meer aandelen van Apple, Microsoft, Amazon, Facebook en Google in zijn opgenomen, heeft inmiddels een waarde van ruim $100 miljard. Deze aandelen zijn de afgelopen maanden sterk in waarde gestegen door het wereldwijde herstel van de aandelenmarkten.

    Vlucht naar Zwitserse frank

    Vermogende particulieren en beleggingsfondsen zien de Zwitserse munt als een veilige haven, met als gevolg dat de waarde van de munt begon te stijgen. Een sterke munt lijkt gunstig voor de Zwitserse consument, maar kent ook een aantal nadelen. Zo wordt het voor toeristen steeds duurder om naar Zwitserland op vakantie te gaan. Ook wordt het voor Zwitserse bedrijven lastiger concurreren in het buitenland, omdat hun producten daar duurder worden.

    Om een vlucht naar Zwitserse frank te ontmoedigen hanteert de centrale bank een negatieve depositorente van -0,75%. Dat betekent dat banken jaarlijks 0,75% rente moeten betalen over hun reserves. Deze kosten berekenen ze door aan klanten in de vorm van negatieve rente. Dit leverde de centrale bank in het eerste kwartaal bijna 600 miljoen Zwitserse frank op.

    Balanstotaal Zwitserse centrale bank is de laatste tien jaar explosief gestegen

    De laatste jaren koopt de Zwitserse centrale bank steeds meer aandelen

    De valutareserves bestaan voornamelijk uit euro’s en dollars

    Dit artikel verscheen eerder op Holland Gold




  • Analisten somber over eerste kwartaal 2019

    Analisten somber over eerste kwartaal 2019

    Het lag min of meer in de lijn der verwachtingen, maar nu is het officieel. Een meerderheid van analisten op Wall Street is van mening dat de winstgevendheid van bedrijven onder druk komt. In december van 2018 gingen ze nog uit van een verbetering met iets meer dan 3%, maar amper een maand later resteert er een achteruitgang met 0,8%. Als ze gelijk krijgen, dan is dat de eerste verslechtering sedert het tweede kwartaal van 2016.

    Een achteruitgang kon ook niet uitblijven. Daarvoor zijn meer dan voldoende factoren aan te wijzen. Zo heeft de belastingverlaging de bedrijfscijfers behoorlijk opgeleukt in 2018, maar dat opleuken is eenmalig. Ook het barre weer van de laatste weken helpt niet, evenmin als de sluiting van de overheid. Dat is de langste in de geschiedenis.

    Lagere marges

    Analisten gaan er echter vooral vanuit dat de marges zullen krimpen. Ze verwachten nog steeds een behoorlijke groei van de omzet. Die zal gemiddeld 5,7% bedragen. Daar staat tegenover dat de loonkosten behoorlijk aan het oplopen zijn. De voortslepende handelsoorlog frustreert de supply chains en ook dat werkt kostenverhogingen in de hand. Daar komen nog bij een ongunstige ontwikkeling van de prijzen voor grondstoffen en de onmiskenbare groeivertraging in China bij. Alles bij elkaar genomen hebben een reeks van sectoren last van ongunstige externe omstandigheden.

    Een bedrijf als DowDupont gaat ervan uit dat onderdelen van het bedrijf de marges tot wel 20% zien verslechteren in het lopende kwartaal. Ook de oliemaatschappijen krijgen het moeilijk door de aanhoudend lage prijzen. Analisten denken dat de winst per aandeel voor die bedrijven met wel 6% kan dalen. Aan het einde van 2018 gingen ze nog uit van een stijging met ruim 16%. Zelfs de techsector ontkomt niet aan een verslechtering. Een bedrijf als Apple gaat uit van een daling van de winst per aandeel en dat doen ook een reeks van producenten van halfgeleiders in alle soorten en maten.

    Mogelijk ook omzetdaling

    Bijzonder voor de techsector is ook dat sommige grote namen zelfs een daling van de omzet niet voor onmogelijk houden. Apple toont zich erg bezorgd over de afnemende koopkracht/koopbereidheid in China en is ook niet blij met de geringere aantrekkingskracht wereldwijd van de iPhone.

    De nieuwe guidance voor het eerste kwartaal van 2019 bleef achter bij die van analisten. Ook bij Amazon hebben ze geen hoge verwachtingen. Dat wijten ze vooral aan beperkende maatregelen van de Indiase overheid. Bovendien heeft Amazon aangegeven fors te gaan investeren in 2019 en dat zal weer ten koste gaan van de marges.

    Beurzen weer omhoog

    Tot dusverre hebben beleggers het groeiende pessimisme onder analisten genegeerd. Koersen stegen in de afgelopen maand januari met bijna 8% en dat was de beste start van een nieuw jaar sinds 1987. Beleggers gewagen van een zich wijzigende opstelling van de Fed en van een overdreven correctie aan het einde van 2018.

    Analisten en beleggers zijn echter eensgezind in hun hoop dat met het verstrijken van het eerste kwartaal ook een deel van de huidige problemen verdwenen zal zijn. Daardoor zal de rest van 2019 weer in het teken staan van groei. Is hier de wens de vader van de gedachte? Financiële markten bewegen zich immers altijd tussen gevoelens van angst en van hebzucht. Beide zijn slechte raadgevers.

    Cor Wijtvliet

    corwijtvliet-logo

    Deze bijdrage is afkomstig van www.corwijtvliet.nl

    Tot slot:

    • Hebt u opmerkingen en/of vragen? Mail ze gerust aan: [email protected]
    • Of via mijn twitteraccount: @wijtvliet
    • Voor meer door mij geschreven artikelen bezoekt u mijn website: www.corwijtvliet.nl
    • Of bezoek www.Beurshalte.nl      
    • Ontvangt u het Cor Wijtvliet Journaal niet rechtstreeks? Abonneert u zich dan hier!

    Vindt u deze columns van Cor Wijtvliet interessant, dan kunt voor €25 per jaar donateur worden van het CorWijtvlietJournaal. Ook kunt u een geheel vrijwillige bijdrage overmaken naar NL14RABO0156073676, ten name van Wijtvliet Research.

    Donateurs krijgen niet alleen zonder vertraging het CorWijtvlietJournaal in hun mailbox, maar kunnen ook rekenen op een wekelijkse extra nieuwsbrief met vijf beleggingstips van Cor Wijtvliet. Neem voor meer informatie contact op met Cor Wijtvliet via het hierboven genoemde mailadres.




  • Belastingverlaging ondersteunt winstgroei S&P 500

    De winstcijfers over het eerste kwartaal van de bedrijven in de S&P 500 waren buitengewoon sterk. Volgens Reuters steeg de winst met gemiddeld 25% en dat was de snelste groei sinds 2010. De winstmarges gingen met 165 basispunten omhoog van 10,48% naar 12,13%. Hoewel de dreiging van een escalerende handelsoorlog reëel is, blijft de Amerikaanse economie boven verwachting presteren. Beleggers kijken dan ook hoopvol naar de cijferregen over het tweede kwartaal die nu goed op gang aan het komen is.

    Die hoop is misschien iets minder gerechtvaardigd dan het op het eerste gezicht lijkt. Althans dat is de mening van Zion Research Group. Die onderzoekers zijn met een fijn kammetje door de winstcijfers over het eerste kwartaal gegaan en hebben zo organische groei weten te scheiden van mee- en tegenvallers. Grosso modo luidt de uitkomst van die exercitie dat beleggers president Trump op hun blote knieën mogen danken.

    Belastingvoordeel Trump

    De president verlaagde de belastingdruk van 35% naar 21%. Hij staat hiermee in een lange Amerikaanse traditie van belastingverlagingen van meer dan 50 jaar. Op zich is het geen nieuws dat de belastingverlaging gunstig zou uitpakken voor de corporates. Het Congres had al becijferd dat het bedrijfsleven in 2018 een belastingdouceurtje mocht incasseren van $32,5 miljard. In sommige gevallen was de bijdrage aan de winstontwikkeling echter veel groter dan eerder verwacht werd, zo blijkt uit de bevindingen van Zion Research. Het onderzoeksbureau de cijfers van 351 van de 500 bedrijven.

    Gemiddeld daalde de belastingdruk voor die bedrijven met 588 basispunten ten opzichte van het eerste kwartaal van 2017. Geaggregeerd droeg die verlaging 9% bij aan de winstgroei. Anders gezegd, de onderzochte 351 bedrijven in de S&P mochten dankzij de belastingverlaging $18,3 miljard bijschrijven op hun rekening. Dat was bijna de helft van het totale bedrag van $37 miljard aan winstgroei.

    Dat is echter niet het hele verhaal. Ongeveer 80% van de onderzochte bedrijven genoten een duidelijk voordeel van de verlaging, maar 63 bedrijven ervoeren dat de verlaging negatief uitpakt. Dat had echter een puur belastingtechnische oorzaak.

    Winstgroei

    Zion Research keek ook in het bijzonder naar bedrijven die zowel in het eerste kwartaal van 2017 en 2018 winstgroei zagen. Van de groep van 351 voldeden er 258 aan die criteria. Van die groep waren er 98 die voor hun winstgroei voor meer dan de helft afhankelijk waren van de belastingverlaging. Een groep van 35 bedrijven was voor groei volledig aangewezen op de belastingverlaging. Daar staat een groep van 41 bedrijven tegenover die om belastingtechnische redenen hun winstgroei zagen verdampen. De 35 bedrijven mogen president Trump wel heel dankbaar zijn voor zijn kerstcadeautje uit 2017!

    Starbucks is een typisch voorbeeld. Het noteerde een winst van $660 miljoen over het eerste kwartaal, een stijging van 1,1% ten opzichte van een jaar eerder. De belastingaanslag over dezelfde periode daalde echter van $328 miljoen naar $156 miljoen. De effectieve belastingdruk daalde van 33% naar 19%. Zonder die verlaging zou de winst met 18% gedaald zijn, ofwel een bedrag van $110 miljoen. Zion Research heeft ook gecalculeerd dat voor de hele sector waarin Starbucks acteert (consumer discretionary) de winst zonder de belastingverlaging gedaald zou zijn.

    Wil dit alles zeggen, dat het tweede kwartaal weleens op een deceptie kan uitlopen? Het belastingvoordeel komt nu te vervallen. Analisten blijven optimistisch en zien de winstmarge uitdijen van 10,1% naar 12,3%, zo leert Bloomberg. Dat is misschien wat erg optimistisch. De arbeidsmarkt was in het tweede kwartaal erg krap en de dollar was aan de dure kant. De eerste uitkomsten doen vermoeden dat de analisten over het tweede kwartaal van 2018 nog wel gelijk kunnen krijgen. De grote vraag is hoe bedrijven naar de toekomst kijken nu er ook nog eens een handelsoorlog opdoemt.

    Cor Wijtvliet

    corwijtvliet-logo

    Deze bijdrage is afkomstig van www.corwijtvliet.nl

    Tot slot:

    • Hebt u opmerkingen en/of vragen? Mail ze gerust aan: [email protected]
    • Of via mijn twitteraccount: @wijtvliet
    • Voor meer door mij geschreven artikelen bezoekt u mijn website: www.corwijtvliet.nl
    • Of bezoek www.Beurshalte.nl      
    • Ontvangt u het Cor Wijtvliet Journaal niet rechtstreeks? Abonneert u zich dan hier!

    Vindt u deze columns van Cor Wijtvliet interessant, dan kunt voor €25 per jaar donateur worden van het CorWijtvlietJournaal. Ook kunt u een geheel vrijwillige bijdrage overmaken naar NL14RABO0156073676, ten name van Wijtvliet Research.

    Donateurs krijgen niet alleen zonder vertraging het CorWijtvlietJournaal in hun mailbox, maar kunnen ook rekenen op een wekelijkse extra nieuwsbrief met vijf beleggingstips van Cor Wijtvliet. Neem voor meer informatie contact op met Cor Wijtvliet via het hierboven genoemde mailadres.

  • Stijgende rente pakt goed uit voor de financiële sector

    Het is onmiskenbaar dat er een duidelijk verband is tussen het stijgen van de rente en een verbetering van de winstgevendheid van banken. Dat althans is de uitkomst van een zeer uitvoerig onderzoek door drie researchers van de Federal Reserve Board. In hun onderzoek Low-interest rates and banks’ net interest margins uit 2016 hebben ze maar liefst 3.418 banken uit 47 landen over de periode 2005 – 2013 kritisch bekeken om tot bovenstaande conclusie te komen.
    Veel beleggers zijn het eens met de conclusie.

    Vooral aandelen van Amerikaanse banken hebben het goed gedaan sinds de Fed is begonnen de rente in kleine stapjes te verhogen. Europese banken blijven duidelijk achter bij hun Amerikaanse concullega’s, deels omdat renteverhogingen in dit deel van de wereld nog wel even op zich zullen laten wachten. Het effect van een renteverhoging mag er zijn, zo denken ze bij Morgan Stanley. Een verhoging met 10 basispunten kan de winst van Europese banken met 5% – 6% verbeteren. Europese banken met belangen in de VS trekken ook profijt van de renteverhogingen in de VS. Een bank als het Zwitserse UBS is daar duidelijk over.

    Winstmarge

    De verhoging van de winstgevendheid is vooral te danken aan het verbeteren van de marges. Dankzij de renteverhoging groeit het verschil tussen wat banken aan de kredietvrager in rekening kan brengen en wat ze betalen voor hun funding. De impact is het grootst wanneer de rente voor banken over een lange periode erg laag is geweest, wat het geval is in Europa. Europese banken hebben zich altijd genoodzaakt gevoeld hun depositohouders een vergoeding te betalen. Dat ging duidelijk ten koste van de winstontwikkeling. Volgens Morgan Stanley kunnen vooral banken met veel leningen met een variabele rente in de boeken hun winstgevendheid het snelst verbeteren. Ze hebben zodoende de flexibiliteit die rentes snel te verhogen als een officiële renteverhoging eenmaal een feit is. In Europa betekent dit dat vooral banken in Italië, Spanje en Duitsland zodoende het best gepositioneerd zijn hun winstgevendheid snel op te voeren. In de VS gaat het om banken als Bank of America, Citigroup en JP Morgan.

    Overigens is een stijgende rente niet louter een bron van goed nieuws voor banken. Een stijgende rente kan de waarde van de obligatieportefeuille aantasten. Sommige Europese banken met omvangrijke portefeuilles en langlopende obligaties zijn in het bijzonder kwetsbaar. Ook de economie speelt een rol. Als de rente stijgt, omdat de economie goed draait, dan is dat goed nieuws voor banken. Een te snel stijgende rente kan echter als gevolg hebben dat leningen niet meer afbetaald worden. Dat kan een probleem worden voor banken. Een ander punt is of banken de afgelopen jaren hun portefeuilles wel voldoende opgeschoond hebben. Als dat onvoldoende gebeurd is, dan kan een rentestijging de kredietwaardigheid van klanten aantasten. Klanten op hun beurt kunnen schrikachtig reageren op rentestijgingen, gewend als ze zijn aan een heel lage rente. Banken op hun beurt kunnen hierop reageren door minder gemakkelijk leningen te verstrekken, omdat ze bang zijn voor de kredietwaardigheid van deze klanten. In de VS is dit proces zichtbaar.

    Er zijn naast voordelen ook duidelijk nadelen als de rente omhooggaat. Die vallen echter in het niet bij de nadelen van een aanhoudend zeer lage rente. Die vreet aan de winstgevendheid, omdat bijvoorbeeld consumenten en masse hun hypotheken zijn gaan herfinancieren tegen gunstigere voorwaarden.

    Verzekeraars

    Ook verzekeraars zijn over het algemeen blij met de renteverhogingen in de VS. Ze gaan er bovendien van uit dat ook in Europa de rente op afzienbare termijn weer omhooggaat. Een lage rente impliceert een aanslag op hun beleggingsinkomsten, de belangrijkste bron van winst. Zeker voor levensverzekeraars was de lage rente welhaast een ramp, omdat ze in tijden van een hogere rente langlopende verplichtingen waren aangegaan. Zij waren dus blij met het rentebeleid van de Fed, evenals de belegger. Koersen van verzekeraars zijn in de VS in 2017 behoorlijk gestegen en hetzelfde is in Europa het geval. Al zijn ze in 2017 in Europa omhooggegaan, zij het minder snel.

    De lage rente in de afgelopen jaren heeft verzekeraars gedwongen om hun businessmodel aan te passen aan die nieuwe werkelijkheid. Zo zijn ze gaan afzien van het aanbieden van garantieproducten. Die leggen verhoudingsgewijs beslag op veel middelen, maar bij een lage rente zijn ze amper aantrekkelijk voor klanten. Verzekeraars zijn hun beleggingsportefeuille gaan aanpassen aan de langdurig lage rente. Ooit bestond die portefeuille voornamelijk uit overheidsobligaties en hoogwaardige bedrijfsobligaties. In hun zoektocht naar rendement hebben ze gekozen voor een strategie van diversificaties. Dat betekende soms beleggen in meer illiquide assets, zoals infrastructuur, of in minder kredietwaardige assets. Ook is de belangstelling voor kredietverlening bij verzekeraars sterk toegenomen, evenals de belangstelling voor onroerend goed, ook al laat de kwaliteit van deze nieuwe inkomstenbronnen wel te wensen over. Het rendement vergoedt echter de twijfel.

    Die nieuwe aanpak bevalt zo goed, dat die ondanks een stijgende rente gehandhaafd blijft. Diversificatie kent echter beperkingen. Schadeverzekeraars moeten wel laag renderende assets aanhouden, omdat ze vaak in kort bestek moeten uitkeren. Een tweede beperking is kennis van zaken. Het gevolg van diversificatie is ook, dat verzekeraars meer kennis in huis moeten halen van de verschillende aandachtsgebieden.

    Cor Wijtvliet

    Voetnoot: ER Capital is in de bankensector uitgesproken positief over ABN Amro en ING Groep. Onze favorieten onder de verzekeraars zijn Aegon, Axa en NN Group.

  • Woningen dit jaar met gemiddeld €32.000 winst verkocht

    Het jaar 2017 blijkt zeer gunstig voor de woningverkoper, want driekwart van de woningen werd dit jaar met winst verkocht. Hun verkoopsom lag gemiddeld namelijk €32.000 boven de oorspronkelijke aankoopsom. Amsterdamse huizenbezitters kunnen rekenen op een nog hogere winstmarge: woningen werden hier met gemiddeld €131.000 winst verkocht. Dat blijkt uit het nieuwste kwartaalrapport van Calcasa over de Nederlandse woningmarkt.

    Calcasa onderzocht ook hoeveel woningen op papier in prijs zijn gestegen sinds hun aanschaf. Voor de helft hiervan geldt dat ze bij verkoop minstens 20% meer waard zouden zijn. Dit komt neer op een virtuele winst van gemiddeld €43.000. Bij dit onderzoek is overigens geen rekening gehouden met inflatiecorrectie en overdrachtsbelasting.

    Percentage van de in 2017 verkochte woningen waarvan de verkoopprijs hoger is dan de aankoopprijs, gesplitst naar winstmarge (Bron: Calcasa)

    Woningverkopers in Noord-Holland zijn het beste af, want zij realiseerden gemiddeld €75.000 winst bij de verkoop van een huis. In Flevoland is de waardestijging het kleinst, daar was de overwaarde bij verkoop van de woning dit jaar gemiddeld ‘slechts’ €14.000.

    Het slechtste jaar om een huis te kopen was 2008, zo blijkt uit cijfers van Calcasa. Slechts de helft van de woningen die in 2008 werd gekocht en in 2017 weer in de verkoop ging werd met winst verkocht. Mensen die in 2008 een woning kochten in Gelderland zijn het slechtste af, want die kregen dit jaar gemiddeld €13.000 minder voor hun huis dan wat ze er negen jaar geleden voor betaalden.

    Gemiddelde gerealiseerde winst per provincie totaal en met aankoopjaar 2008 (Bron: Calcasa)

    Helft woningen is bij verkoop minstens 20% meer waard

    Bijna alle woningen (96%) zijn op papier in prijs gestegen sinds hun aanschaf en staan daarmee op virtuele winst, zo berekende Calcasa. De helft hiervan zou bij verkoop tenminste 20% meer waard zijn, dat is gemiddeld €43.000. Bij een kwart van de woningen is de virtuele winst zelfs meer dan €100.000. De gemiddelde waardestijging op papier is met €89.000 het hoogst in Noord-Holland. Huiseigenaren in Limburg zagen de minste waardestijging voor hun woningen met gemiddeld ‘slechts’ €17.000.

    Het aantal huishoudens dat bij verkoop van de woning verlies zou lijden is teruggelopen van 340.000 in het eerste kwartaal naar 213.000 in het derde kwartaal van 2017.

    Gemiddelde virtuele winst naar aankoopjaar per provincie (Bron: Calcasa)

    Ongeveer 3,5 miljoen woningen zouden bij verkoop minstens 10% meer waard zijn. Deze woningen staan vooral in de provincies Noord-Holland (89%), Utrecht (86%) en Zuid-Holland (81%). Bijna 2 miljoen woningen zijn op papier 40% of meer in waarde gestegen. In Noord-Holland geldt dit voor meer dan de helft van de woningen. Limburg en Flevoland blijven achter: in beide provincies is ongeveer een kwart van de woningen 40% of meer in prijs gestegen. De volgende grafiek laat zien dat de waardestijging in de Westelijke provincies duidelijk hoger is dan in de rest van het land.


    Percentage woningen met virtuele winst per provincie (Bron: Calcasa)

    Grote verschillen in virtuele winst tussen gemeenten

    In figuur 5 links is te zien dat in 20 Nederlandse gemeenten de woningen op papier gemiddeld meer dan 100 duizend euro in waarde zijn gestegen. Deze gemeenten liggen allen rond Amsterdam en Utrecht. Utrecht zelf valt net buiten deze categorie met een gemiddelde virtuele winst van 85 duizend euro. In figuur 5 rechts is voor elke gemeente weergegeven welk percentage woningen op minimaal 10% virtuele winst staat. Voor 40 gemeenten geldt dat 80% van de woningen op minimaal 10% virtuele winst staat. Deze 40 gemeenten bevinden zich vooral in de Randstad.

    Gemiddelde waardestijging per gemeente (links) / Percentage woningen met minstens 10% waardestijging per gemeente (rechts) (Bron: Calcasa)

    €131 duizend euro gerealiseerde winst in Amsterdam

    Huizenbezitters in Amsterdam verkochten dit jaar hun woning voor gemiddeld €131.000 boven de oorspronkelijke aankoopprijs. Ook in het slechtere aankoopjaar 2008 wordt in Amsterdam nog altijd gemiddeld €85.000 winst gemaakt. Na de vorige piek in 2008 zijn woningen gekocht tijdens het dieptepunt van de crisis in 2013 met €150.000 het meest winstgevend. Maar ook een recentere aankoop uit 2015 leverde nog altijd gemiddeld €116.000 waardestijging op.

    Gemiddelde winst naar aankoopjaar in Amsterdam (Bron: Calcasa)

  • Pas op voor de Wall Street wolf in schaapskleren

    De toon is duidelijk veranderd. De brief die Dan Loeb, eigenaar van het hedgefund Third Point, richtte aan het topmanagement van het Zwitserse Nestlé was allesbehalve polemisch. Hij maande het topmanagement niet om zich maar zo snel mogelijk uit zaken terug te trekken om de rest van hun leven door te brengen met golven. Integendeel, de toon was vriendelijk en opbouwend. Natuurlijk, er waren verwijten. Nestlé heette een bedrijf te zijn dat in het verleden was blijven steken, maar Loeb beloofde zich te gedragen als een belegger met een lange termijnvisie. In die hoedanigheid bood hij zijn constructieve steun aan aan ceo Mark Schneider om samen het bedrijf gereed te maken voor de 21ste eeuw.

    Het sterke economische herstel in Europa heeft de belangstelling gewekt van Amerikaanse hedgefunds. In de VS gaat het allemaal wat minder en dan oogt het oude Europa een beetje als het beloofde land. Activistische aandeelhouders als Dan Loeb weten echter maar al te goed, dat de traditioneel agressieve toonzetting in Europa op weinig waardering kan rekenen en dus passen ze zich aan en spelen de rol van de constructieve en meedenkende aandeelhouder in plaats van een partij die niet terugdeinst voor desnoods vijandige overnames. Die constructieve houding blijkt in de Europese praktijk ook beter te werken.

    nestle-stock

    Koers van het aandeel Nestlé

    Activistische aandeelhouders

    Activistische beleggers als het Europese Cevian Capital of het Amerikaanse ValueAct hebben er succes mee geboekt. Ze hebben een aanzienlijk belang gekocht in respectievelijk Thyssen Krupp en Rolls-Royce en hebben plaats genomen in de Raad van Commissarissen. Vanuit die positie bestoken ze het management met hun opvattingen en research en pleiten ze voor aanpassingen in de bedrijfsstrategie.

    Dat hoeft niet verkeerd te zijn. Activistische beleggers doen hun huiswerk goed. Vaak hebben ze ook meer kennis van de sector dan het zittend management, dat daarvoor vaak op zijn sub management steunt. Ze hebben ook vaak een eigen, onafhankelijke mening die niet hoeft samen te vallen met de heersende opinies. Anders gezegd, een constructieve belegger met een activistische inslag kan wel degelijk oog hebben voor de langere termijn en minder voor het komende kwartaal.

    Het klinkt bijna te mooi om waar te zijn en dat is het waarschijnlijk ook. Bedrijven als Nestlé doen er goed aan om het aanbod van activistische aandeelhouders zorgvuldig te wegen, zeker als op de achtergrond een mogelijk overnamebod schemert, gesteund door 3G Capital, de Braziliaanse private equity partij berucht om zijn snijden in de kosten. Bedrijven moeten zich afvragen of ze te maken hebben met een heuse constructieve partij of met een wolf in schaapskleren.

    Verbeteren bedrijfsstrategie of snelle winst?

    Met andere woorden, is de activistische belegger waarlijk geïnteresseerd in het verbeteren van de bedrijfsstrategie of is hij uit op een snelle winst? Vraagt hij om meer schuld op de balans en om een extra dividend of het inkopen van eigen aandelen? In zijn brief vraagt Dan Loeb om de schuldenlast te verdubbelen en om met dat geld een grootschalig programma van inkoop van eigen aandelen te financieren. Het zou gaan om een bedrag van SFr 20 miljard. Ook dringt hij aan op de verkoop van het belang van 23% in L’Óreal met een geschatte waarde van $25 miljard. Ook die opbrengst zou geheel of gedeeltelijk aangewend kunnen worden om beleggers tegemoet te komen.

    Wat overnamedoelwitten zich ook moeten afvragen of voorgestelde kostenbesparingen het bedrijf inderdaad ‘fitter’ maken zoals de activisten vaak claimen of dat het mooie en beloftevolle projecten in de kiem smoren. Wat dat betreft, gaat Loeb veel minder ver dan de geijkte aanpak van een partij als 3G met zijn wel zeer rigoureuze afslanking van Kraft Heinz. Het snijden in het teveel aan vet op de botten kan verkeerd uitpakken voor een beloftevol initiatief. Al in 1986 lanceerde Nestlé Nespresso, maar het duurde tien jaar voordat het het succes van vandaag de dag werd.

    Dit voorbeeld voert vanzelf naar de derde vraag. Welke tijdshorizon hanteert de constructieve belegger? Voor een doorsnee private equity partij is de lange termijn drie tot vijf jaar, maar dat is kort voor een bedrijf als Nestlé. Een nieuwe ceo kan wellicht de effectiviteit binnen Nestlé verhogen, maar het ontwikkelen en in de markt zetten van zelfs maar één nieuw merk kost tijd, veel tijd. Dat besef zou tot enige nederigheid moeten leiden in de opstelling van activistische beleggers. Als ze echter inderdaad de rol willen spelen die ze voorspiegelen, dan kan hun nalatenschap hen overleven!

    Cor Wijtvliet

    corwijtvliet-logo

    Deze bijdrage is afkomstig van www.corwijtvliet.nl

    Disclaimer: Bovenstaand artikel is geen professioneel beleggingsadvies en het is ook geen uitnodiging om te gaan beleggen. Beleggen brengt kosten en risico’s met zich mee. In het verleden behaalde resultaten bieden geen garantie voor de toekomst. Het artikel is louter de persoonlijke mening van de auteur.

  • Het gaat weer goed met de bedrijven

    Het cijferseizoen is goed op stoom gekomen en de resultaten mogen er zijn. Dat is niet in de laatste plaats te danken aan de oliemaatschappijen. Die geven het totaalbeeld een flinke steun in de rug in plaats van het beeld negatief te vertroebelen zoals een jaar geleden het geval was. De olieprijs is de afgelopen maanden omhoog gekropen en dat is dus ook het geval met de winsten van de oliemaatschappijen. Over het eerste kwartaal van 2017 dragen ze drie procentpunt bij aan de verbetering van de S&P 500. Schattingen gaan ervan uit dat de groei nu uitkomt op 10% in plaats van de eerder genoemde 7%. Thomson Reuters schat de winstgroei voor de S&P 500 voor het eerste kwartaal op 11,4%. Als je daar de oliemaatschappijen vanaf trekt, dan valt de groei 3,6% lager uit.

    stocksNiet alleen de olieprijs steeg, maar ook de prijs van veel andere commodities is omhoog gegaan. Ook daar gaat een positief effect van uit. De verzwakkende dollar heeft de winst buiten de VS voor veel bedrijven ook nog eens geflatteerd. Alles bijeengenomen schat Thomson de groei van de omzet van bedrijven gemiddeld op bijna 7%. Dat cijfer is eenvoudigweg onhaalbaar als er geen sprake is van werkelijke groei bij bedrijven. Die gedachte wordt nog eens gestaafd door prestaties van bedrijven in bijvoorbeeld Europa en Japan. Daar is er geen voordeel van een zwakke munt, maar de afgelopen maanden zijn de verwachtingen over de winstgevendheid voortdurend opwaarts bijgesteld.

    Cyclische sectoren profiteren

    Het optimisme is daarom breed gedeeld en bijna voelbaar. Vooral cyclische sectoren zullen profiteren van het hernieuwde optimisme. Dat optimisme geldt dan in het bijzonder de semiconductor industrie, misschien wel de beste graadmeter van de moderne economie. Winsten voor deze industrie zullen volgens Société Générale dit jaar met bijna 10% groeien en volgend jaar met iets meer dan 7%. Als dit optimisme terecht is, dan betekent dat tegelijkertijd dat andere producenten van computerapparatuur van plan zijn hun voorraden verder op te bouwen.

    Niet alleen de cijfers zijn tot dusverre goed, ook de guidance is positief van toon. Positieve en negatieve bijstellingen houden elkaar volgens Thomson Reuters min of meer in evenwicht. Normaal is de verhouding tussen negatief en positief 2,8 om 1. Het is immers een gegeven dat het management graag verwachtingen tempert om ze in dan in tweede instantie met verve te overtreffen. Managers lopen blijkbaar over van zelfvertrouwen.

    Retail sector heeft het moeilijk

    Niet elke sector baadt overigens in zonneschijn. In de sector retail is het kommer en kwel. Wereldwijd gaan de verwachtingen voor de omzet- en winstgroei in deze sector gestaag omlaag. De winkel in de straat legt het in hoog tempo af tegen de online winkelier. Dat heeft nu al vervelende consequenties in de vorm van ontslagen, faillissementen en verliezen op onroerend goed. Die zeer ongunstige gang van zaken kan een rem gaan vormen op de economische groei.

    Hoe het ook zij, het heeft er alle schijn van dat aan de winstrecessie een eind is gekomen. Die begon alweer twee jaar geleden, toen winsten in absolute termen begonnen te dalen. Toevallig of niet, maar de periode van dalende winstgevendheid viel in de VS samen met het afbouwen van het programma van monetaire verruiming. Het was ook de periode dat beurskoersen min of meer naar rechts bewogen. Ook daar is nu een einde aan gekomen. Koersen stijgen weer en dat laat zich – los van de politieke commotie – alleen maar verklaren door de verbetering van de winstgevendheid van bedrijven. Er lijkt alle reden voor beleggers om met vertrouwen de nabije toekomst af te wachten!

    Cor Wijtvliet

    Deze bijdrage is mogelijk gemaakt door Beurshalte

    beurshalte-logoOver Beurshalte:

    Dagelijks publiceert Beurshalte nieuwsbrieven en columns van leden van de redactie en van gastauteurs over de wereld van beleggen en alles wat ermee samenhangt. Daarnaast publiceert beurshalte wekelijks een nieuwsbrief met unieke inhoud over relevante beleggingsthema’s. Belangstellende lezers kunnen een gratis abonnement nemen. Als u geïnteresseerd bent, kunt u zich hier aanmelden!

    Disclaimer: Bovenstaand artikel is geen professioneel beleggingsadvies en het is ook geen uitnodiging om te gaan beleggen. Beleggen brengt kosten en risico’s met zich mee. In het verleden behaalde resultaten bieden geen garantie voor de toekomst. Het artikel is louter de persoonlijke mening van de auteur.

  • Zwitserse centrale bank profiteert van negatieve rente en goud

    De Zwitserse centrale bank heeft in de eerste helft van dit jaar mede dankzij de negatieve rente een winst van 21,3 miljard frank gerealiseerd. De centrale bank zag de waarde van haar goudvoorraad in deze periode met 7,6 miljard stijgen, terwijl haar posities in buitenlandse valuta omgerekend 13 miljard frank meer waard werden.

    De Swiss National Bank (SNB) verdiende in de eerste helft van dit jaar omgerekend 4,1 miljard Zwitserse frank aan rente en 1,7 miljard aan dividend over haar posities in buitenlandse valuta. Ook realiseerde ze een waardestijging op staatsobligaties vanwege de alsmaar dalende rente.

    Stijging goudprijs

    Zwitserland beschikt over een goudvoorraad van 1.040 ton, die sinds 2000 periodiek opnieuw gewaardeerd wordt naar de marktwaarde. Door de stijging van de goudprijs van meer dan 20% staat het edelmetaal nu tegen een veel hogere waarde op de balans dan eind 2015. De centrale bank waardeerde haar goud eind juni tegen een koers van 41.408 Zwitserse frank per kilo goud.

    snb-gold-revaluation

    Goudvoorraad Zwitserse centrale bank werd €7,6 miljard meer waard

    Negatieve rente

    De Zwitserse centrale bank verdient ook goed aan de negatieve depositorente. Commerciële banken betalen op jaarbasis 0,75% rente over de tegoeden die ze parkeren bij de centrale bank en dat leverde in de eerste helft van dit jaar 691,9 miljard frank op. Vorig jaar verdiende de centrale bank van Zwitserland 1,16 miljard frank aan de negatieve rente.

    De negatieve rente werd ingevoerd om een kapitaalvlucht in de Zwitserse frank te ontmoedigen. Door de negatieve rente is het minder aantrekkelijk geworden om je spaargeld in Zwitserse franken aan te houden, maar sommige spaarders betalen daar graag wat extra voor.

    snb-negatieve-rates

    Negatieve rente levert Zwitserse centrale bank 692 miljard op

    swiss-national-bank

    Zwitserse centrale bank profiteert van negatieve rente en stijging goudprijs

  • Winstmarge hypotheken bijna verdubbeld

    De winstmarges die Nederlandse banken maken op hypotheken is het afgelopen half jaar sterk toegenomen, ondanks een verdere daling van de rente. Voor een hypotheek van €200.000 betaalt de Nederlandse burger gemiddeld €75 per maand ’teveel’, in vergelijking met de gemiddelde marge die banken de afgelopen jaren hanteerden. De hypotheekrente in Nederland behoort inmiddels zelfs tot de hoogste van alle omliggende Europese landen.

    Volgens de Vereniging Eigen Huis (VEH) is het gebrek aan concurrentie op de Nederlandse hypotheekmarkt de voornaamste reden waarom de winstmarges zo hoog blijven. Tijdens de kredietcrisis werden ABN Amro en SNS Bank genationaliseerd en kreeg de ING staatssteun. Om concurrentievervalsing te voorkomen mochten de banken die steun kregen van de overheid niet te hard concurreren met de banken die geen steun nodig hadden, met als gevolg dat alle banken geleidelijk hun winstmarges verhoogden.

    Meer winst op hypotheken

    De rente op de kapitaalmarkt is door het stimulerende beleid van de ECB en door de vlucht van vermogen richting langlopend schuldpapier sterk gedaald, maar die daling wordt vrijwel niet doorberekend aan de consument. Tussen juni en november bleef de gemiddelde hypotheekrente ongeveer gelijk op gemiddeld 2,86%, terwijl banken de kosten voor het verkrijgen van het geld met 0,3 procentpunt zagen dalen. Vooral de hypotheken met een vaste renteperiode van 10 jaar zijn voor de banken interessant, want daarop weten ze de hoogste marges te behalen. Tussen juni en november 2015 steeg de winstmarge van de banken van 0,25 procentpunt naar 0,46 procentpunt. Dat is bijna een verdubbeling van de winstmarge. De hypotheekmarkt heeft volgens de VEH behoefte aan meer concurrentie. En die komt al steeds meer van Nederlandse pensioenfondsen en verzekeraars. Zij zien hypotheken als een zeer lucratieve en veilige belegging en verstrekken inmiddels al de helft van alle nieuwe hypotheken via aanbieders als Munt Hypotheken, Tellius en Attens. Voor deze institutionele beleggers zijn hypotheken een interessant alternatief voor langlopende staatsleningen, die bijna geen rente meer opleveren. BronVereniging Eigen Huis

    huis

    Banken verdienen nog steeds goud geld met hypotheken

  • Deutsche Bank waarschuwt voor miljardenverlies

    Deutsche Bank waarschuwt voor miljardenverlies

    Deutsche Bank houdt voor het derde kwartaal van dit jaar rekening met een verlies van €6,2 miljard, het grootste verlies in tien jaar tijd. Een deel van het verlies is volgens de bank het resultaat van hogere kapitaaleisen. Ook heeft de grootste bank van Duitsland een bedrag van €1,2 miljard gereserveerd voor schadeclaims en boetes. Deutsche Bank is verwikkeld in het Libor schandaal en wordt door de Zwitserse toezichthouder verdacht van het manipuleren van de prijzen van edelmetalen.

    Voordat deze waarschuwing naar buiten kwam gingen analisten nog uit van een kwartaalwinst van ongeveer €1 miljard. Nu blijkt dat er een groot verlies geleden wordt is ook de dividenduitkering onzeker geworden. En dat terwijl de bank al sinds 1957 onafgebroken dividend heeft uitgekeerd. Vorig jaar kregen aandeelhouders nog 75 cent per aandeel.

    Om de winstgevendheid van de bank te verbeteren wil directeur John Cryan de eindejaarsbonussen verlagen. Ook zijn er al plannen om een kwart van het personeelsbestand - dat zijn ongeveer 23.000 banen - te schrappen. In 2020 wil haar kosten in 2020 met 15% verlaagd hebben ten opzichte van nu. Na de bekendmaking van dit nieuws stond het aandeel op een gegeven moment 3,6% in de min.

    deutsche-bank-hoofdkantoor

    Deutsche Bank verwacht miljardenverlies door schadeclaims en afschrijvingen

  • De strijd om de winst‏

    Sinds 1980 zijn de bedrijfswinsten sterk gestegen. Door een samenloop van omstandigheden hebben vooral multinationals de wind flink in de rug gehad. Het McKinsey Global Institute, de researchtak van strategisch adviesbureau McKinsey & Company, rekent voor de komende tien jaar echter op een heel ander scenario…

    Sinds 1980 is de reële winst (dat is de winst gecorrigeerd voor inflatie) wereldwijd meer dan verdrievoudigd. De bedrijfswinst als percentage van de omzet liep op van 7,6% in 1980 tot bijna 10% in 2013. Volgens de McKinsey-onderzoekers profiteerden multinationals van een toenemende vraag naar hun producten en diensten, terwijl arbeid goedkoper werd. Ook steeg de productiviteit, werd technologie goedkoper, daalde de rente en daalde voor multinationals het belastingpercentage.

    corporate-profites-mckinsey

    Bedrijfswinsten gaan weer dalen, aldus McKinsey

    Meer omzet, lagere marge

    Voor het jaar 2025 gaan de onderzoekers ervan uit dat de gemiddelde winstmarge is gedaald tot 7,9%. Dat is dus ongeveer 20% minder dan de winstmarge nu. Ons lijkt dat niet onlogisch: de vrije markt zorgt er zelf voor dat periodes met hoge marges worden opgevolgd door periodes met lagere marges. In het rapport wordt voor de komende tien jaar rekening gehouden met een wereldwijde reële omzetgroei van circa 40%. De groei van de wereldwijde middenklasse met 1,8 miljard personen speelt hierbij een rol evenals toenemende handel.

    Een 20% lagere winstmarge in combinatie met een 40% hogere omzet impliceert dat de wereldwijde bedrijfswinsten over tien jaar zo’n 12% hoger liggen dan nu. Dat is een toename van ongeveer 1,2% per jaar. Ter vergelijking: tussen 1980 en 2013 bedroeg de groei van de reële bedrijfswinsten met 5,1% ruim vier keer zoveel.

    Strijd om de winst

    Wat betreft de strijd om de winst die de onderzoekers verwachten wordt onder meer gewezen op grote bedrijven in opkomende economieën. Veel daarvan kennen we in het Westen niet of nauwelijks, genieten reeds sterke posities op hun thuismarkt en zijn steeds meer geneigd hun vleugels wereldwijd uit te slaan. Daarnaast zijn er nog de digitale platforms die bedrijven als Alibaba en Amazon beschikbaar stellen. Deze bedrijven bieden tienduizenden kleine en middelgrote bedrijven allerlei mogelijkheden die eerder enkel voor grote bedrijven bestonden. Deze kleine en middelgrote bedrijven zijn daardoor steeds beter in staat met het grootbedrijf te concurreren, aldus de onderzoekers.

    Consument en belegger

    Voor de consument is de wereldwijde concurrentiestrijd die de McKinsey-onderzoekers verwachten vooral positief. Om de gunst van de klant zal geconcurreerd gaan worden met meer keuzeopties, betere dienstverlening en lagere prijzen. Voor beleggers vormt de strijd om de winst een ontwikkeling om extra alert op te zijn. Bedrijven met duurzame competitieve voordelen zijn tegen toenemende concurrentie het best bestand. Met het oog op de mondiale strijd om de winst lijkt het kortom verstandig vooral op dat type bedrijven te focussen...

    Hendrik Oude Nijhuis

    hendrik-oude-nijhuisOver de auteur: Hendrik Oude Nijhuis is een expert op het gebied van value investing en medeoprichter van Kingfisher Capital, een op value investing principes gebaseerde business model & investment research boutique. Hij heeft uitgebreid onderzoek verricht naar de investeringsstrategieën van value investors als Warren Buffett. Zijn publicaties zijn verschenen in zowel Nederlands- als Engelstalige media, waaronder Het Financieele Dagblad, Z24.nl en Gurufocus.com. Eerder is hij als bestuurslid actief geweest voor onder andere de beleggingsstudieclubs HCC Beleggen en B.S.C. Duitenberg. Hendrik heeft Management, Economics & Law aan de Universiteit Twente gestudeerd en is auteur van de Nederlandstalige bestseller over Warren Buffett: 'Leer beleggen als Warren Buffett - zijn beleggingsstrategie in theorie & praktijk'. Van dit boek is in 2014 een derde druk uitgebracht en is tevens als audioboek beschikbaar. Online hebben al meer dan 100.000 beleggers een exemplaar van ‘Leer beleggen als Warren Buffett’ aangevraagd. *Een aantal van onze columns over de euro bundelden wij vijf jaar geleden (april 2010) in een online-boekje getiteld 'Terug naar de Gulden?'. Dit boekje is via deze link te downloaden (PDF-bestand). Lees meer over value-investing op warrenbuffett.nl en beterinbeleggen.nl Disclaimer: De artikelen van gastschrijver Hendrik Oude Nijhuis zijn op persoonlijke titel geschreven en hoeven daarom niet altijd de visie van Marketupdate te vertegenwoordigen. Marketupdate geeft geen beleggingsadvies en de artikelen van Hendrik Oude Nijhuis moeten ook niet als zodanig worden aangemerkt. Marketupdate heeft geen geld ontvangen of betaald voor deze bijdrage.