Categorie: Grondstoffen

  • Verenigde Staten exporteren steeds meer olie naar Azië

    De Verenigde Staten exporteren steeds meer olie en dat gaat voor een groot gedeelte naar Azië. Van de totale export van Amerikaanse olie gaat dit jaar zelfs een derde deel naar Aziatische landen. Dat is opmerkelijk, gezien de afstand die olietankers moeten afleggen om van de Golf van Mexico naar bestemmingen als China, Japan en Zuid-Korea te komen.

    Olietankers moeten een afstand van meer dan 20.000 kilometer afleggen om deze landen te bereiken, dat is ruim twee keer zo ver als de belangrijkste Europese havens.

    De Amerikaanse export richting Azië vervangt niet alleen een dalende olieproductie in de Aziatische regio, maar neemt ook steeds meer marktaandeel over van leveranciers uit West-Afrika.

    Verenigde Staten exporteren steeds meer olie naar Azië (Bron: Bloomberg)

    Olie naar Azië

    Eind 2015 schrapte de Amerikaanse regering het exportverbod op olie dat de afgelopen veertig jaar van kracht is geweest. Sindsdien verkopen Amerikaanse producenten hun olie over de hele wereld, onder meer in Zwitserland, Israël en China.

    In de eerste helft van dit jaar hebben de Verenigde Staten ongeveer 316.000 vaten olie per dag naar Aziatische landen geëxporteerd, tegenover slechts 5.000 vaten per dag in 2014. De verwachting is dat de stroom van Amerikaanse olie richting Azië de komende jaren nog kan verdrievoudigen tot bijna een miljoen vaten olie per dag.

    Dollars voor olie

    De import van olie uit de Verenigde Staten is voor Aziatische landen een effectieve manier om overtollige dollarreserves om te zetten in tastbare waarde. Tegelijkertijd biedt het de Verenigde Staten de mogelijkheid haar handelstekort met Azië terug te brengen, een tekort dat de afgelopen decennia naar onhoudbare proporties is gestegen.

    Met de uitbreiding van de Amerikaanse olieproductie wordt de wereld niet alleen minder afhankelijk van olie uit het Midden-Oosten, ook kan het een bijdrage leveren aan het balanceren van de problematische handelsbalans tussen de twee grootste economieën ter wereld.


  • Grafiek: Grondstoffen extreem ondergewaardeerd

    Grondstoffen zijn sinds het begin van de jaren zeventig niet meer zo goedkoop geweest ten opzichte van de Dow Jones aandelenindex. De volgende grafiek laat de verhouding zien tussen de Goldman Sachs Commodity Index (GSCI) en de aandelenindex van dertig grote Amerikaanse bedrijven.

    De laatste keren dat grondstoffen in verhouding zo goedkoop waren was aan het begin van de jaren dertig, het begin van de jaren zeventig en rond het millennium. Dat waren toevallig ook de momenten waarop de dollar veel koopkracht verloor ten opzichte van goud.

    In 1934 werd de dollar gedevalueerd van $20,67 naar $35 per troy ounce, terwijl de goudprijs in 1971 een grote inhaalslag maakte toen Nixon de belofte verbrak om dollars tegen een vaste prijs in te wisselen voor goud.

    Grondstoffen relatief goedkoop ten opzichte van Dow Jones index (Via twitter)

  • Goldman Sachs: “Olieprijs gaat naar $40 per vat”

    Heel even heeft het er dit jaar naar uitgezien dat de prijs voor een vat olie structureel boven het niveau van $50 per vat zou komen liggen. De vreugde is echter van korte duur geweest. De prijs schommelt behoorlijk, maar heeft de neiging eerder te dalen dan te stijgen, ondanks pogingen van OPEC en Rusland om door productiebeperkingen de prijs juist omhoog te stuwen.

    Die pogingen zijn gedoemd te mislukken en de voornaamste verklaring daarvoor zijn de ontwikkelingen op de Amerikaanse oliemarkt. De productie blijft daar stijgen en dat zal de VS de komende jaren ook nog tot een factor van belang maken op de exportmarkten. Volgens het gerespecteerde Texaanse consultancybureau PIRA Energy zullen de Verenigde Staten tegen 2020 om en nabij de 2,25 miljoen vaten per dag exporteren. Een belangrijke producent als Koeweit exporteert vandaag 2,1 miljoen vaten per dag. Als PISA gelijk heeft, dan is het nog maar de vraag of OPEC erin zal slagen om de prijzen omhoog te krijgen.

    Overproductie

    Volgens PIRA, maar ook volgens het Internationaal Energie Agentschap (IEA) gaat de schalieproductie in de VS zowel dat jaar als in 2018 verder omhoog. In 2018 zal de productie naar verwachting 9,9 miljoen vaten per dag bedragen. Die hoge productie maakt van de VS in de komende jaren een van de grootste exporteurs ter wereld. Omdat het land geen lid is van OPEC heeft het ook geen behoefte om zijn productie en export te beperken. De enige hinderpaal is dat de exportcapaciteit nu nog beperkt is, maar daar komt razendsnel een einde aan. Volgens PIRA kunnen de Verenigde Staten nu al 2,7 miljoen vaten per dag exporteren. Daar komt voor het einde van 2018 nog eens 600 duizend vaten per dag bij.

    Problemen te over voor OPEC en zijn bondgenoten, zo lijkt het. Die mening is ook Goldman Sachs toegedaan. In een zeer recent rapport komt de bank tot de conclusie dat zonder aanvullend beleid de prijs voor een vat olie op korte termijn tot onder $ 40 per vat kan dalen. Goldman adviseert OPEC daarom om nog dieper te snijden in de productie dan nu het geval is. In realiteit is er van productiebeperking geen sprake. Landen als Libië en Nigeria zijn vrijgesteld van productiebeperkingen en deze landen slagen er steeds beter in om hun productie verder op te voeren. Met als gevolg dat steeds meer olie beland op de exportmarkten, zo stelt Goldman nuchter vast.

    Olieprijs blijft onder druk

    De aanwas van olie maakt het onmogelijk dat het aanbod op korte termijn gaat verkrappen en dat is nodig om beleggers ervan te overtuigen dat ergens in 2018 er een evenwicht ontstaat tussen vraag en aanbod. Nog niet zolang geleden was Goldman hiervan overtuigd, mede omdat ze veronderstelden dat de schalieproductie in de VS op korte termijn zou gaan vertragen. Vooralsnog zijn deze veronderstellingen nergens op gebaseerd. Eind juni lag de schalieproductie op het hoogste niveau in dit jaar. Ook sloegen de Amerikanen meer putten na een lichte vertraging in de afgelopen weken.

    Het heeft allemaal niet zo mogen zijn en dat zal eveneens in de nabije toekomst zo zijn. Goldman denkt dat OPEC en zijn bondgenoten de wereld moeten verrassen met een plotselinge Shock and Awe aankondiging dat de productie fors gaat beperkt worden. De kans op shock & awe is op korte termijn niet groot, zo erkennen de bankiers.

    Cor Wijtvliet

    corwijtvliet-logo

    Deze bijdrage is afkomstig van www.corwijtvliet.nl

    Disclaimer: Bovenstaand artikel is geen professioneel beleggingsadvies en het is ook geen uitnodiging om te gaan beleggen. Beleggen brengt kosten en risico’s met zich mee. In het verleden behaalde resultaten bieden geen garantie voor de toekomst. Het artikel is louter de persoonlijke mening van de auteur.

  • Poetin: “Ons aardgas is goedkoper dan dat van Amerika”

    Poetin maakt zich geen zorgen over de komst van een nieuwe concurrent op de Europese markt voor aardgas, omdat het aardgas uit Rusland veel goedkoper is dan het vloeibare aardgas uit de Verenigde Staten. Hij ziet de plannen van president Trump om aardgas te verkopen in Polen en in centraal Europa daarom ook niet als een bedreiging voor het Nord Stream 2 project. Zo lang er geen politieke middelen of motieven achter dit project zitten heeft Rusland geen enkel bezwaar. Poetin zei daar het volgende over tijdens het laatste G-20 overleg in Duitsland.

    “Het is overduidelijk een feit – iedere expert kan dat bevestigen – dat de kosten voor de productie en levering van vloeibaar aardgas uit de Verenigde Staten veel hoger zijn dan de kosten voor ons vloeibare aardgas. Die kosten zijn zelfs niet te vergelijken met die van aardgas uit Russische pijpleidingen.”

    Deze bijdrage is afkomstig van Geotrendlines

  • Palladiumprijs bijna op hoogste niveau in 16 jaar

    De prijs van palladium steeg begin deze week naar $893 per troy ounce en staat daarmee bijna weer op het hoogste niveau sinds 2001. De prijs van het edelmetaal is sinds begin vorig jaar sterk gestegen door een sterk toegenomen belangstelling van beleggers.

    Vorig jaar was palladium ook al het best presterende edelmetaal. Het edelmetaal bereikte in februari een bodem van $480 per troy ounce, om het jaar af te sluiten op een koers van $678 per troy ounce. Sinds het begin van dit jaar is de prijs van het edelmetaal in dollars gemeten al met meer dan 28% gestegen.

    Tekort aan palladium?

    Palladium wordt vooral gebruikt in de auto-industrie, omdat het edelmetaal door haar unieke eigenschappen zeer geschikt is voor gebruik in katalysatoren. Het edelmetaal wordt voornamelijk in Rusland en Zuid-Afrika gewonnen, maar de productie uit deze landen is onvoldoende om de groeiende vraag van beleggers tegemoet te komen.

    Volgens TD Securities moet de markt dit jaar rekening houden met een tekort van 600.000 troy ounce palladium, een verdubbeling van het tekort ten opzichte van vorig jaar. Dat komt omdat de productie van mijnen dit jaar niet stijgt, terwijl de vraag naar het metaal wel toeneemt. Zij verwachten voor dit jaar een gemiddelde prijs van $740 per troy ounce, die volgend jaar verder zal oplopen naar gemiddeld $790.

    palladium-bars

    Palladium nadert hoogste niveau sinds 2001 (Foto via Flickr)

    Auto-industrie blijft belangrijk

    Analist James Steel van HSBC denkt dat de palladiumprijs door het verwachte tekort verder zal oplopen. Hij verhoogde zijn koersdoel voor het edelmetaal voor dit jaar daarom van $760 naar $790 per troy ounce. Ook Citi Research heeft hoge verwachtingen van palladium en voorspelde eind vorig jaar dat het edelmetaal ook dit jaar beter zal presteren dan goud en zilver.

    De CPM Group ziet binnen de auto-industrie substitutie van platina naar palladium als component voor in de katalysatoren van auto’s. Tegelijkertijd stijgt de vraag naar auto’s weer door de beschikbaarheid van goedkopere kredieten en de relatief lage olieprijs.

    Niet alle analisten zijn van mening dat palladium dit jaar opnieuw goed zal presteren. Volgens analist Carsten Menke van de bank Julius Baer wordt het tekort dat er op dit moment is vooral veroorzaakt door beleggers en niet door industriële vraag. Dat betekent volgens hem dat de palladiumprijs op termijn weer zal dalen.

    gs-logo-breed

    Dit artikel wordt u aangeboden door Goudstandaard, uw adres voor de aankoop en verzekerde opslag van edelmetalen. Wilt u goud kopen? Neem dan contact op door te mailen naar [email protected] of door te bellen naar +31(0)88-4688488.

  • De olieproducenten zijn nog lang niet uit de zorgen

    Op het eerste gezicht ziet het er allemaal goed uit. De resultaten van de grote olieproducenten over het eerste kwartaal van 2017 dragen de vruchten van het prijsherstel in vergelijking met een jaar geleden en van het diep snijden in de kosten. Er lijkt een einde gekomen aan de neerwaartse spiraal waar de sector in 2014 in terecht is gekomen. Bedrijven als Shell waren in het eerste kwartaal in staat om hun Capex en hun dividendbetalingen te financieren uit de kasstromen.

    net-income-oil-producers-ft

    Herstel olieprijs goed voor winsten van de grote olieproducenten (Bron: Financial Times)

    Ondanks de mooie resultaten beseffen de grote olieproducenten dat de vooruitzichten voor de sector fundamenteel veranderd zijn. Zowel op de korte termijn als op de lange termijn blijven de uitdagingen groot. Misschien zijn de vooruitzichten recentelijk nog verder verslechterd. De prijs voor een vat olie is weer tot onder $50 gedaald en de markt begint steeds meer te betwijfelen of de productiebeperkingen door OPEC en enkele non-OPEC landen een einde gaan maken aan de bestaande overproductie. Bij BP gaan ze er veiligheidshalve maar van uit dat de olieprijs dit jaar tussen $50 en $55 per vat zal blijven schommelen.

    oil-discoveries-ft

    Door de lage olieprijs zijn er minder nieuwe ontdekkingen gedaan (Bron: Financial Times)

    Grote olieproducenten letten beter op de kosten

    De grote uitdaging voor de Oilmajors en de grote vraag voor beleggers is of de sector in staat zal blijven om de Capex – evenals het dividend – op peil te houden. De grote olieproducenten worden niet moe de markt te bezweren dat de begrotingsdiscipline groot en intact is. Shell heeft zijn beleggers bezworen dat de Capex dit jaar naar $25 miljard gaat, een daling van $4 miljard ten opzichte van 2016.

    De sector is erg terughoudend geworden als het om investeringen gaat. Die hebben meestal een korte horizon, zodat er binnen enkele jaren een rendement behaald kan worden. Van investeringen met een lange doorlooptijd – bijvoorbeeld tien jaar – zien ze liever af. Toch is er op dit terrein weer een voorzichtig herstel te bespeuren. De consultants van Wood Mackenzie schatten dat er dit jaar toestemming komt voor misschien wel 20 langlopende projecten. Dat is een hele verbetering ten opzichte van 2016. Toen kwamen er maar negen nieuwe projecten in de markt. Tussen 2010 en 2014 kwamen er gemiddeld 40 projecten op stoom!

    Te lage investeringen in grote projecten met een lange doorlooptijd kan op de langere termijn voor problemen gaan zorgen. Bij het Internationaal Energie Agentschap (IEA) zijn ze bang, dat de huidige trend al kort voor 2020 of kort hierna voor tekorten kan zorgen met als gevolg een sterke prijsstijging. Er is nu echter een groot verschil met eerdere cycli en dat is de schalie-industrie in de VS. Die is weer nagenoeg hersteld van de dreun als gevolg van de aanhoudende prijsdalingen in de afgelopen jaren. Volgens ceo Scott Sheffield van het bedrijf Natural Resources kunnen er alleen al in Permian Basin dagelijks 8 à 9 miljoen vaten per dag opgepompt worden als de prijs rond $50 blijft schommelen. Nu komen er dagelijks 2,4 miljoen vaten omhoog. Als deze ceo het gelijk aan zijn kant heeft, dan zullen olieprijzen nog jarenlang laag blijven!

    oil-wells-decline-ft

    Lage olieprijs blijvend?

    De echte sombermannen denken dat het er sowieso somber uitziet voor de grote olieproducenten van buiten de VS. Als de schalie-industrie zijn beloftes inlost, dan zal de sector voor een lange periode gebukt gaan onder lage prijzen. Krijgt de IEA gelijk, dan kunnen prijzen tegen 2025 al zo hoog zijn dat het zeer aantrekkelijk wordt om massaal uit te wijken naar alternatieven als renewable energy! Geen van beide scenario’s zijn erg aantrekkelijk voor de Shell’s van deze wereld!

    Cor Wijtvliet

    Deze bijdrage is mogelijk gemaakt door Beurshalte

    beurshalte-logoOver Beurshalte:

    Dagelijks publiceert Beurshalte nieuwsbrieven en columns van leden van de redactie en van gastauteurs over de wereld van beleggen en alles wat ermee samenhangt. Daarnaast publiceert beurshalte wekelijks een nieuwsbrief met unieke inhoud over relevante beleggingsthema’s. Belangstellende lezers kunnen een gratis abonnement nemen. Als u geïnteresseerd bent, kunt u zich hier aanmelden!

    Disclaimer: Bovenstaand artikel is geen professioneel beleggingsadvies en het is ook geen uitnodiging om te gaan beleggen. Beleggen brengt kosten en risico’s met zich mee. In het verleden behaalde resultaten bieden geen garantie voor de toekomst. Het artikel is louter de persoonlijke mening van de auteur.

  • Wordt palladium weer duurder dan platina?

    Palladium zou wel eens duurder kunnen worden dan platina, zo beweert analist Jeff Christian van consultancybureau CPM Group. De prijs van palladium bereikte onlangs het hoogste niveau in vijftien jaar, terwijl de prijs van platina het laagste niveau in meer dan zes jaar tijd nadert. De afgelopen twintig jaar was het prijsverschil tussen beide edelmetalen gemiddeld $555 per troy ounce, maar op het moment van schrijven is dat verschil teruggelopen tot slechts $114 per troy ounce.

    De laatste jaren is de prijs van palladium steeds dichter bij die van platina gekomen. Ook dit jaar kwam palladium sterk uit de startblokken, terwijl de platinaprijs bleef liggen. Volgens analist Jeff Christian heeft dat te maken met het feit dat het eerstgenoemde edelmetaal gebruikt wordt in auto’s die op benzine lopen, terwijl laatstgenoemde juist veel wordt toegepast in dieselauto’s. In de belangrijkste automarkten – de Verenigde Staten en China – worden naar verhouding steeds meer auto’s met een benzinemotor verkocht, waardoor de vraag naar palladium stijgt ten kosten van platina.

    Palladium duurder dan platina?

    Als deze trend aanhoudt zou palladium wel eens duurder kunnen worden dan platina. Dat zou overigens niet voor het eerst zijn, want ook in de periode van 1999 tot 2001 was palladium de duurste van de twee. De ratio tussen deze edelmetalen kan overigens zeer sterk fluctueren, want vlak voor het uitbreken van de crisis was platina in verhouding meer dan vijf keer zo duur als palladium.

    Op het moment van schrijven kost een troy ounce palladium $805, maar als het aan Jeff Christian ligt kan de prijs dit jaar nog verder stijgen tot $865 per troy ounce. Ook verwacht hij dat de prijs in 2018 boven de $800 per troy ounce zal blijven. De vraag naar auto’s in de belangrijkste afzetmarkten is nog steeds zeer robuust, alhoewel de verkopen naar voren worden gehaald door een ruime beschikbaarheid van zeer goedkope kredieten.

    Speculanten

    De prijsontwikkeling van beide edelmetalen wordt versterkt door speculanten. Zo is het sentiment ten aanzien van beleggen in platina momenteel vrij negatief, terwijl er rondom palladium juist een zeer positief sentiment hangt. Het is dus mogelijk dat palladium na 16 jaar weer het duurdere edelmetaal wordt, al is dat natuurlijk ook afhankelijk van de productie van platina en palladium. Deze edelmetalen worden vooral gewonnen in Zuid-Afrika en Rusland.

    platinum-palladium-ratio

    Palladium weer bijna even duur als platina (Bron: Infomine.com)

    gs-logo-breed

    Dit artikel wordt u aangeboden door Goudstandaard, uw adres voor de aankoop en verzekerde opslag van edelmetalen. Wilt u goud kopen? Neem dan contact op door te mailen naar [email protected] of door te bellen naar +31(0)88-4688488.

  • De markt voor olie en gas wordt een kopersmarkt

    Op de energiemarkten vindt bijna ongemerkt een kleine revolutie plaats. Het gaat niet om de geleidelijke verschuiving van fossiele brandstof naar renewables of de keuze voor gas in plaats van kernenergie. Het gaat om een machtsverschuiving tussen producenten en consumenten. De afgelopen vijftig jaar werd de markt gedicteerd door de producenten van energie en in het bijzonder door OPEC.

    Daar lijkt nu een einde aan te komen. Het is meer en meer de consument die de prijzen dicteert en zijn handelspartners selecteert. Zo ondertekenden in maart drie importeurs van LNG (vloeibaar aardgas) een memorandum waarin ze overeenkwamen samen te werken bij de aankoop van LNG. Het waren het Koreaanse Kogas, het Japanse JERA en het Chinese Cnooc. Het zijn drie bedrijven uit drie verschillende landen die tot voor kort met elkaar concurreerden om in de eigen energiebehoefte te voorzien.

    Onderlinge concurrentie is niet langer noodzakelijk. Prijzen voor LNG zijn al drie jaar in beweging en daar zal niet snel een einde aan komen. Op zich ziet de markt er goed uit. Er komt de komende twee jaren een hele reeks aan nieuwe LNG-projecten op de markt. The International Gas Union telt er maar liefst 28, waarvan sommige heel groot zijn. Het gaat dan om Cove Point in de VS en Yamal in Rusland. In beide gevallen gaat het om capaciteit voor het vloeibaar maken van aardgas, van meer dan 5 miljoen ton per jaar.

    Overschot aan aardgas?

    Dat klinkt allemaal goed en veelbelovend, maar het is een niet te negeren feit dat de vraag naar gas kleiner is dan het aanbod ondanks de groeiende populariteit van het goedje. Volgens the International Gas Union steeg de handel in LNG in 2016 met 5% naar 258 miljoen ton. De capaciteit om aardgas vloeibaar te maken groeide naar 339 miljoen ton. Die overcapaciteit veroorzaakt prijsdruk. Er is eenvoudigweg te veel gas en het aanbod lijkt de komende jaren alleen maar toe te nemen. De markt is zo overvoerd dat bedrijven zich wel tweemaal bedenken om nieuwe winningsprojecten op stapel te zetten. Dat is bijvoorbeeld het geval in Egypte, waar recentelijk nieuwe voorraden aangeboord zijn, maar daar is het tot dusverre bij gebleven. Het overschot is terug te zien in de prijsontwikkeling. Kostten Aziatische importen in 2013 nog $20 per mmbtu, nu is dat gedaald naar $6 per mmbtu. De prijsval kan nog wel even aanhouden als de Amerikanen hun schaliegas naar de markt brengen! De macht lijkt naar de consument te vloeien. Gas mag niet meer als een waardeloos bijproduct afgefakkeld worden, terwijl LNG-projecten kostenintensief zijn en kunnen niet zomaar gesloten kunnen worden. Voor producenten is de enige uitweg contracten voor de lange termijn af te sluiten, waarbij de voorwaarden door de afnemer gedicteerd worden. Het is niet gezegd dat de machtsverschuiving beperkt zal blijven tot de markt voor (vloeibaar) aardgas. Het is beslist niet ondenkbaar dat de genoemde verschuiving ook op de oliemarkt gaat plaatsvinden.

    oil-supplies-retreat

    Olieproductie stijgt weer (Bron: Bloomberg)

    Vraag en aanbod

    De balans tussen vraag en aanbod is nog steeds ver te zoeken op de oliemarkt. Het is nog maar de vraag of die balans er wel komt, ondanks de huidige overeenkomst tot productiebeperking tussen OPEC en enkele non-OPEC-landen. Het is onmiskenbaar dat lansen als Rusland, Venezuela en Nigeria om extra inkomsten zitten te springen. Voor sommige grote oliebedrijven is het al niet veel anders. Zij zullen waarschijnlijk gaan kiezen voor de zekerheid van verkoop om zo in ieder geval de kosten van de hoge investeringen terug te kunnen verdienen. De eerste tekenen van een kopersmarkt zijn al te zien. Een land als Iran blijft, ondanks de huidige sancties, olie exporteren. De Iraniërs zijn tuk op bilaterale overeenkomsten, waarbij ze olie met forse kortingen aanbieden. Het is bovendien een goed bewaard geheim in de markt dat de officiële prijs voor olie en gas vaak weinig meer van doen heeft met de werkelijke prijs. Een verschuiving van de macht van producent kan niet zonder gevolgen blijven. OPEC verliest in sneltreinvaart zijn vermogen om prijzen vast te stellen. Beleggers zullen daarom het rendement op hun investeringen zien teruglopen en staten hun inkomsten. Bilaterale overeenkomsten verminderen de toestroom naar de internationale markten. Die kunnen daardoor volatieler worden bij een verminderend en onzekerder aanbod. Marktbewegingen hebben de neiging van de ene naar de andere kant te bewegen. Dat is normaal. De afgelopen vijftig jaar maakten de producenten de dienst uit. Nu lijkt het evenwicht te verschuiven ten faveure van de afnemer. Sommige beleggers en bedrijven zullen dat als iets tijdelijks, als iets cyclisch beschouwen. Dat lijkt een riskante strategie, want ook buiten de traditionele energiemarkten is volop beweging en vernieuwing. Het is misschien verstandiger de huidige verschuiving als structureel te beschouwen en daar de strategie op af te stemmen. Cor Wijtvliet Deze bijdrage is mogelijk gemaakt door Beurshalte beurshalte-logoOver Beurshalte: Dagelijks publiceert Beurshalte nieuwsbrieven en columns van leden van de redactie en van gastauteurs over de wereld van beleggen en alles wat ermee samenhangt. Daarnaast publiceert beurshalte wekelijks een nieuwsbrief met unieke inhoud over relevante beleggingsthema’s. Belangstellende lezers kunnen een gratis abonnement nemen. Als u geïnteresseerd bent, kunt u zich hier aanmelden! Disclaimer: Bovenstaand artikel is geen professioneel beleggingsadvies en het is ook geen uitnodiging om te gaan beleggen. Beleggen brengt kosten en risico’s met zich mee. In het verleden behaalde resultaten bieden geen garantie voor de toekomst. Het artikel is louter de persoonlijke mening van de auteur.

  • Column: Raakt de olie wel op?

    Op school hebben we altijd geleerd dat olie ooit ontstaan is uit de ontbinding van plantenresten en prehistorische zeedieren, vandaar de naam fossiele brandstof.

    Gekoppeld aan deze theorie is de theorie dat de olie binnen afzienbare tijd opraakt (peak oil) en dat we daarom versneld moeten overschakelen naar alternatieve en duurzame energiebronnen. Doen we dat niet, dan gaat de wereld aan onbetaalbare olie of aan klimaatverandering ten onder.

    Maar loopt het allemaal echt zo’n vaart? En zijn onze veronderstellingen ten aanzien van de herkomst van olie wel correct? Ik heb mij onlangs eens verdiept in een radicaal andere theorie, die stelt dat olie bij hoge temperaturen ontstaat in de kern van de aarde.

    Volgens deze theorie is er binnenin de aarde een gigantische hoeveelheid koolstof aanwezig, die door de hoge temperatuur verandert in olie en vervolgens door de scheurtjes in de aardlagen zijn weg naar boven vindt. De olie komt tot vlak boven het aardoppervlak, waar het zich ophoopt en een olieveld vormt. Dat verklaart misschien ook wel waarom olie meters omhoog gespoten wordt bij het aanboren van een nieuw veld.

    oil-gusher

    De vondst van een olieveld in 1910

    Abiotische olie

    De theorie van deze zogeheten abiotische olie werd in de jaren vijftig nieuw leven ingeblazen door de Russische geoloog Nikolai Alexandrovitch Kudryavtskev en de Oekraïense professor Emmanuïl Bogdanovych Chekaliuk. Zij documenteerden de theorie die door een minderheid van de Russische en Oekraïense geologen nog steeds onderschreven wordt.

    Onderzoekers hebben de omstandigheden in het binnenste van de aarde proberen na te bootsen, waaruit naar voren kwam dat er inderdaad olie kan ontstaan bij de hoge druk en hoge temperatuur die op 10 kilometer diepte te vinden zijn. Hieronder een Duitse documentaire met meer uitleg. Helaas is er geen ondertiteling voor beschikbaar, maar de video is over het algemeen goed te volgen.

    Raakt de olie echt op?

    Op het internet zijn verschillende bronnen en video’s te vinden waarin deze alternatieve theorie over olie verder wordt uitgelegd. Ik kan u ten zeerste aanraden om hier eens wat over te lezen of te bekijken, want de implicaties van deze theorie zouden wel eens enorm kunnen zijn.

    Er zijn al aanwijzingen te vinden die deze theorie van abiotische olie bevestigen, want in oude olievelden die al lang geleden als uitgeput werden beschouwd is vele jaren later opnieuw olie gevonden. Zou dat olie zijn die vanuit het binnenste van de aarde weer naar boven komt en in de lege reservoirs stroomt?

    Peak oil?

    Wereldwijd wordt nog steeds aangenomen dat olie een fossiele brandstof is die over een aantal generaties niet meer zo ruim voorhanden is als nu. Juist in dat kader is het interessant om te luisteren naar de woorden van de directeur van Saudi Aramco, het grootste oliebedrijf van Saoedi-Arabië.

    Hij zei deze week nog het volgende over ‘peak oil’ en de voorspelling dat de vraag naar olie door de komst van alternatieve energiebronnen ook een piek zal bereiken:

    De wereldeconomie zal in 2050 volgens schattingen in omvang verdubbeld zijn, dus de vraag naar olie zal dan ook groter zijn. Het idee van de vraag naar olie dicht bij een maximum ligt is minstens zo misleidend als de inmiddels ontkrachtte theorieën over ‘peak oil’.

    Wat denkt u? Raakt de olie echt op of is het een energiebron die voortdurend wordt aangemaakt in het binnenste van de aarde? En wat zouden implicaties hiervan kunnen zijn ten aanzien van geopolitiek, de economie en ons milieu? Kortom, voer om over na te denken!

    Frank Knopers

    gs-logo-breed

    Deze column van Frank Knopers verscheen afgelopen weekend op GoudstandaardGoudstandaard is gespecialiseerd in de verkoop en opslag van fysiek edelmetaal. Wilt u meer informatie over beleggen in edelmetalen? Bel ons op +31(0)88 46 88 488 of mail naar [email protected].

  • China wil olie futures aanbieden in Shanghai

    China wil als tweede grootste gebruiker van olie in de wereld een grotere rol spelen in de oliehandel, zo schrijft Reuters. In de tweede helft van dit jaar wil de beurs van Shanghai twee nieuwe oliecontracten op de markt brengen, zodat het voor Chinese handelaren makkelijker wordt om olie hun eigen markt te verhandelen.

    Met deze nieuwe oliecontracten kan China haar marktaandeel uitbreiden in de wereldwijde handel in oliecontracten, een markt waar jaarlijks biljoenen dollars in omgaan. De oliemarkt wordt nog steeds gedomineerd door oliecontracten op basis van West Texas Intermediate (WTI) of Brent olie, die grotendeels in dollars verhandeld worden.

    Olie in yuan?

    De ruwe olie die naar Azië gaat wordt momenteel voor het grootste deel verhandeld via de beurzen van oliestaten als de Verenigde Arabische Emiraten en Oman. Deze oliecontracten zijn gebaseerd op de prijs van een vat Brent olie en worden in dollars verhandeld. Met de komst van nieuwe oliecontracten in Shanghai kunnen olieproducenten in de toekomst makkelijker in Chinese yuan betalen.

    Van alle grondstoffen die wereldwijd verhandeld worden is olie met afstand de grootste en belangrijkste. In welke valuta die olie verhandeld wordt is erg belangrijk, omdat dat bepaalt welke valutareserves landen moeten aanhouden. Tot op heden is de dollar de belangrijkste oliemunt, maar de laatste jaren wordt deze monopoliepositie steeds meer bedreigd door andere valuta zoals de euro, de Chinese yuan en de Russische roebel. Vorig jaar besloot Iran olie niet langer in dollars, maar in euro’s te verhandelen.

    yuan-gold-banner

    China wil olie in yuan verhandelen

  • Willem Middelkoop verwacht goudprijs van $5.000

    Volgens Willem Middelkoop kan de goudprijs in een nieuwe crisis naar $5.000 per troy ounce stijgen. Hij vreest dat er ruim acht jaar na de grote crisis van 2008 opnieuw een crash zal komen, waarbij bubbels in verschillende soorten beleggingen zullen leeglopen. Middelkoop voorziet grote financiële schokken, waarbij goud opnieuw ontdekt zal worden als veilige haven. Hij verwijst naar centrale banken, die sinds het uitbreken van de crisis weer netto kopers zijn van het edelmetaal.

    In een gesprek met de Telegraaf zegt Middelkoop dat een juiste visie op de markt alleen niet genoeg is om een goed rendement te behalen. Zijn grondstoffenfonds maakte een vliegende start, maar ging na 2011 ook hard onderuit toen de prijzen van goud en grondstoffen weer in een dalende trend terechtkwamen. “Ik kan honderd procent gelijk hebben in analyse en marktvisie en honderd procent fout zitten in timing. Je kan altijd een paar jaar fout zitten in timing, maar als je visie en planning kloppen, dan kun je dat uitzitten.”

    Grondstoffen

    Middelkoop heeft naast goud ook hoge verwachtingen van grondstoffen. Metalen als koper, nikkel, kobalt en platina worden op grote schaal gebruikt in de auto-industrie. Met de opkomst van elektrische auto’s zal vooral de vraag naar kobalt en koper toenemen, omdat er voor de productie van dit soort auto’s veel meer van deze metalen nodig zijn dan voor de productie van auto’s met een traditionele verbrandingsmotor.