Categorie: Nieuws

  • Britse pond speelbal van Brexit debat

    Britse pond speelbal van Brexit debat

    Op vrijdag 7 oktober verloor het Britse pond in twee minuten tijd 6,1% van zijn waarde ten opzichte van de Amerikaanse dollar in de Aziatische handel. Het pond daalde naar een waarde van $1,1841, het laagste niveau in 31 jaar. De snelle tuimeling is waarschijnlijk het gevolg van een elektronisch falen in combinatie met een zeer beperkte liquiditeit in de markt. Veel hedge funds hadden grote short posities ingenomen en namen hun winst.

    Het kleine drama in Azië staat wel symbool voor de moeilijke tijden die het Britse pond doormaakt sinds de Britten in juni voor de Brexit stemden. Sinds die memorabele dag heeft het Britse pond 18% verloren ten opzichte van de dollar. In de eerste tien dagen van oktober verloor het maar liefst 5%. Het Britse is met deze neergang verreweg de zwakste van de internationale valuta.

    Brexit

    pound-bond-yieldDe spectaculaire daling is te wijten aan de aanhoudende onzekerheid over het hoe en waarom van de Brexit. De recente harde toon van de nieuwe Eerste Minister, Theresa May, over het komende afscheid verhoogt alleen maar de druk op het pond. De markt is bang voor harde, slepende onderhandelingen met een onzekere uitkomst. Financiële markten haten onzekerheid. Verschillende partijen hebben daarom hun verwachtingen voor het Britse pond neerwaarts bijgesteld. Rabobank verwacht dat het Britse pond medio 2017 nog slechts $1,18 waard is. Met $1,20 is Goldman Sachs iets minder negatief.

    Hoezeer de markt in de ban is van het Brexit debat in het Verenigd Koninkrijk, bleek op woensdag 11 oktober. Theresa May bezweek voor de eis van het parlement om zich te mogen uitspreken over haar koers om het Verenigd Koninkrijk uit de Europese Unie te halen. Het pond won 0,7% ten opzichte van de dollar. Die concessie betekent volgens de markt dat mevrouw May niet al te agressief te werk zal gaan tijdens de onderhandelingen die waarschijnlijk al in de eerste helft van 2017 beginnen.

    De markt hoopt nu, dat het toeziend oog van het parlement oog voldoende is om een vechtscheiding te voorkomen, zodat de banden met de Europese Unie niet volledig doorgesneden worden. De Brexit blijft echter een fact of life. Theresa May heeft immers nadrukkelijk gesteld dat het parlement mag meekijken en meepraten, maar in ieder geval niet de Brexit mag herroepen.

    gbp-usd-excahngerate

    Britse pond hard onderuit na Brexit

    Britse pond blijft zwak

    Ondanks de zogeheten relief rally van woensdag 11 oktober blijven markten negatief gestemd. Handelaren die het pond op termijn willen verkopen tegen de dollar zijn duurder uit dan de kopers van het pond! Handelaren zijn niet alleen ongerust over de onderhandelingen, maar ook nog eens over de oplopende overheidstekorten en het rentebeleid van the Bank of England. Met andere woorden, de rust rondom het Britse pond zal voorlopig niet terugkeren!

    Cor Wijtvliet

    Deze bijdrage is mogelijk gemaakt door Beurshalte

    beurshalte-logoOver Beurshalte:

    Dagelijks publiceert Beurshalte nieuwsbrieven en columns van leden van de redactie en van gastauteurs over de wereld van beleggen en alles wat ermee samenhangt. Daarnaast publiceert beurshalte wekelijks een nieuwsbrief met unieke inhoud over relevante beleggingsthema’s. Belangstellende lezers kunnen een gratis abonnement nemen. Als u geïnteresseerd bent, kunt u zich hier aanmelden!

    Disclaimer: Bovenstaand artikel is geen professioneel beleggingsadvies en het is ook geen uitnodiging om te gaan beleggen. Beleggen brengt kosten en risico’s met zich mee. In het verleden behaalde resultaten bieden geen garantie voor de toekomst. Het artikel is louter de persoonlijke mening van de auteur.

  • Door een lage rente bent u sneller van uw lening af

    Door een lage rente bent u sneller van uw lening af

    Veel mensen lenen geld, bewust of onbewust. Door de lage rente vraagt men zich af of het mogelijk is een persoonlijke lening of doorlopend krediet tegen een lagere rente te herfinancieren. In veel gevallen is dat mogelijk.

    Wij merken dat mensen goed weten hoeveel rente zij aan hun doorlopend krediet of persoonlijke lening betalen. Wat mensen vaak niet weten is dat de rente die zij betalen voor roodstaan, koop op afbetaling zoals een verzendhuiskrediet en een creditcard hoog is. Deze rente loopt zelfs op tot de maximaal toegestane rente van 14%!

    Rood staan is een manier om tijdelijk wat extra bestedingsruimte te creëren. Niets mis mee, alleen staan veel Nederlanders structureel rood. Het bedrag dat u dan aan rente betaalt loopt snel op. Wanneer u regelmatig rood staat is het raadzaam dit bedrag te herfinancieren in een doorlopend krediet of persoonlijke lening.

    Hoge rente

    Dat geldt ook voor het verzendhuiskrediet. Voorbeelden van verzendhuiskredieten zijn Wehkamp, Neckermann en Otto. In deze webwinkels doen mensen vaak voor duizenden euro’s aan aankopen. Deze aankopen lijken voordelig, maar worden behoorlijk duurder wanneer deze in delen worden terugbetaald. Dit komt door de hoge rente die u verschuldigd bent bij deze kredieten.

    geld-pixabay-teaserBij creditcards is een veel gehoord argument dat klanten deze niet in willen lossen, omdat deze zo handig is. Handig om te gebruiken op vakantie. Handig om te gebruiken bij online aankopen. Ook daarvoor heeft Postkrediet een oplossing. Bij Postkrediet sluit je een creditcard af met gemiddeld 2% lagere rente dan andere creditcards.

    Bij Postkrediet bekijken wij graag of uw (verborgen) leningen goedkoper overgesloten kunnen worden. Dagelijks doen wij dit succesvol voor vele klanten. Bij postkrediet leent u al vanaf 4,50%. Dit betreft een vaste rente. U heeft dus de garantie dat de rente niet gaat stijgen. Door deze lagere rente houdt u iedere maand geld over om uw lening sneller af te lossen. Omdat Postkrediet het versneld aflossen van leningen wil stimuleren mag u bij alle leningen via Postkrediet kosteloos extra aflossen. Bent u geïnteresseerd in een vrijblijvende offerte van Postkrediet? Klik dan hier.

  • Goldman Sachs terughoudend over aandelen

    Het cijferseizoen is weer officieus van start gegaan. Alcoa bracht eerder deze maand als eerste grote naam de resultaten over het derde kwartaal 2016 en die vielen de financiële markt rauw op het dak. Veel marktvorsers zijn nog steeds de mening toegedaan dat Alcoa richting gevend is voor de hele industriële sector. Tegenvallende cijfers impliceert dat de financiële markten er serieus rekening mee moeten houden, dat winst- en omzetcijfers voor het zesde kwartaal op rij gaan tegenvallen. De S&P daalde 1,2%!

    goldman-sachs-hedge-fundVoor Goldman Sachs is het al een uitgemaakte zaak dat de bedrijfsresultaten gaan tegenvallen en dat de winstontwikkeling negatief zal zijn ten opzichte van het derde kwartaal van 2015. Natuurlijk zullen er bedrijven zijn die aan de bovenkant verrassen. Veel bedrijven zijn er meester in om de verwachtingen omlaag te praten om dan vervolgens de markt positief te verrassen. Goldman Sachs gaat ervan uit dat ‘slechts’ 43% van de bedrijven de verwachtingen zal overtreffen. Normaal is dat tenminste 46%.

    Tegenvallende groei

    De oorzaken voor de mindere resultaten zijn onderhand bekend. Tegenvallende groei in de VS, de rente en de dure dollar. De belangrijkste oorzaak voor de tegenvallende gang van zaken bij bedrijven is de wankele economie in de VS. Voor de financiële sector, die zwaar mee weegt in de diverse indices, pakt bovendien de extreem lage rente negatief uit. Goldman Sachs is niet alleen somber over het derde kwartaal, maar zeer zeker ook over het vierde kwartaal. De strategen van de bank zijn bang dat het neerwaartse bijstellingen gaat regenen voor het vierde kwartaal. Analisten zijn al langer doende om hun winstverwachting voor het huidige kwartaal omlaag te brengen, maar nu zullen bedrijven zelf er niet langer aan kunnen ontkomen.

    Het schaarse goede macro-economische nieuws voor bedrijven is de aanhoudende daling van de olieprijs. Een lage energieprijs is traditie getrouw een steuntje in de rug. Maar die lage prijzen hebben ook een keerzijde. Die lage prijzen drukken de resultaten van de energiesector. Evenals de financiële sector weegt de energie zwaar mee in bijvoorbeeld de S&P 500. Daardoor zal de winstgroei voor het zesde kwartaal op rij een negatieve groei laten zien. Het bureau Factset rekent op een teruggang van 2% en vermeldt dat de energiesector de grootste jaar-op-jaar daling zal laten zien.

    estimated-earnings-growth

    Goldman Sachs somber over aandelen

    Gelet op het bovenstaande zal niemand verbaasd zijn, dat Goldman Sachs ook negatief is over de S&P 500. Deze index zal in de visie van de bankiers geleidelijk dalen naar een niveau tot onder 2100. Voor de Europese Stoxx 600 is Goldman evenmin positief. Goldman wijst erop dat beleggers met de voeten stemmen als het om Europa gaat. Dit jaar bedraagt de uitstroom uit aandelenfondsen gebaseerd op Europa al $93 miljard.

    Het belangrijkste motief voor de uitstroom is de groeiende twijfel over het vermogen van de Europese centrale bank, de ECB. Dankzij de soap rondom Deutsche Bank raken steeds meer beleggers bovendien verontrust over de gezondheid van de Europese bankensector. Voor de VS wijst Goldman Sachs op de hoge waarderingen voor aandelen.

    De koers-winstverhouding (K/W) voor de S&P 500 bedraagt 18. Dat is boven het vijfjarig gemiddelde van 15,6. Die hoge K/W maakt de index kwetsbaar voor heftige schommelingen, bijvoorbeeld als winstcijfers tegenvallen. Uiteindelijk vormen die cijfers een belangrijke steunpilaar onder de aandelenbeurzen. De heftige reactie op de cijfers van Alcoa onderstrepen het gelijk van Goldman Sachs. Wie toch in aandelen wil beleggen kan beter terecht in de MSCI Asia ex-Japan index, zo adviseren de bankiers!

    Cor Wijtvliet

    Deze bijdrage is mogelijk gemaakt door Beurshalte

    beurshalte-logoOver Beurshalte:

    Dagelijks publiceert Beurshalte nieuwsbrieven en columns van leden van de redactie en van gastauteurs over de wereld van beleggen en alles wat ermee samenhangt. Daarnaast publiceert beurshalte wekelijks een nieuwsbrief met unieke inhoud over relevante beleggingsthema’s. Belangstellende lezers kunnen een gratis abonnement nemen. Als u geïnteresseerd bent, kunt u zich hier aanmelden!

    Disclaimer: Bovenstaand artikel is geen professioneel beleggingsadvies en het is ook geen uitnodiging om te gaan beleggen. Beleggen brengt kosten en risico’s met zich mee. In het verleden behaalde resultaten bieden geen garantie voor de toekomst. Het artikel is louter de persoonlijke mening van de auteur.

  • Oostenrijk schrijft obligatie van 70 jaar uit

    Oostenrijk schrijft obligatie van 70 jaar uit

    Oostenrijk profiteert van de extreem lage rente door een nieuwe staatsobligatie met een looptijd van 70 jaar uit te schrijven. Daarmee volgt ze het voorbeeld van België, Ierland, Frankrijk, Italië en Spanje, andere Europese landen die ook al obligaties met een extreem lange looptijd hebben uitgegeven. Het is nog niet duidelijk hoeveel geld de Oostenrijkse regering met deze lening zal ophalen, die in november 2086 afgelost zal worden.

    austria-parlementRegeringen profiteren van de historisch lage rente door staatsobligaties met looptijden van 50, 70 of zelfs 100 jaar uit te geven. En anders dan je misschien zou denken vinden deze langlopende lening gretig aftrek, vooral onder institutionele beleggers als pensioenfondsen en verzekeraars. In een zoektocht naar rendement telt elke procent en een obligatie met een langere looptijd levert een hoger rendement op.

    De nieuwe Oostenrijkse obligatie met een looptijd van 70 jaar zal ongeveer 60 basispunten (0,6 procentpunt) meer rendement opleveren dan een obligatie die in februari 2047 afloopt, aldus Bloomberg. Een staatslening met een looptijd van dertig jaar levert momenteel 1,01% op, tegenover 1,19% voor een lening die begin 2062 afgelost zal worden.

    Extreem lage rente

    Steeds meer landen geven obligaties uit met een looptijd langer dan dertig jaar. Dat is voor een gedeelte toe te schrijven aan het stimuleringsprogramma van de ECB, dat bestaat uit het maandelijks opkopen van tientallen miljarden aan staatsobligaties. Door de aankopen van de centrale bank is de zogeheten ‘yield curve’ (de gemiddelde rente voor alle looptijden) verder omlaag gedrukt, waardoor er bijna geen rendement meer te halen valt op staatsobligaties met een looptijd van minder dan tien jaar.

    Sinds het uitbreken van de financiële crisis schrijven landen naar verhouding veel meer obligaties met een langere looptijd uit. Dit jaar werd er zelfs een recordbedrag van $733 miljard uit de markt gehaald met langlopende leningen (met een looptijd van 10 jaar of langer). Vergeleken met 2009 is het totaalbedrag aan staatsleningen met een dergelijk lange looptijd meer dan verdubbeld tot $6 biljoen, zo blijkt uit cijfers van Bloomberg en Bank of America.

    Risico

    Langlopende staatsobligaties lijken veilige beleggingen, omdat het zelden voorkomt dat een land failliet gaat. Voor landen met een eigen munt is wanbetaling zelfs helemaal geen onderwerp van discussie, omdat de centrale bank dan altijd geld bij kan drukken om schuldeisers te betalen. En juist daarin schuilt precies het gevaar van langlopende staatsobligaties, want hoeveel is je geld over vijftig, zeventig of honderd jaar nog waard? Is een rente van hooguit twee a drie procent per jaar dan wel genoeg om de inflatie voor te blijven?

    Een ander risico is dat hoe langer de looptijd van een obligatie is, hoe groter de waardedaling is bij een stijging van de rente. Als de rente met één procentpunt stijgt, dan verdampt er wereldwijd ongeveer $2,1 biljoen aan ‘waarde’ uit staatsobligaties. Als belegger moet je haast wel een blind vertrouwen in de valuta én in de regering hebben, wil je er voor meer dan een halve eeuw je geld aan uitlenen…

    oostenrijk-rente

    Oostenrijk profiteert van extreem lage rente door 70-jaars obligatie uit te geven (Bron: Bloomberg)

  • Euro verzwakt door focus op ECB en Fed beleid

    Rentewijzigingen komen opnieuw op de voorgrond in de valutamarkten. Een pijnstillende ECB-vergadering afgelopen week diende vooral om investeerders er aan te herinneren dat er in de nabije toekomst geen verkrapping van het monetair beleid zal aankomen. Intussen maakt de Federal Reserve zich klaar om de rente in de VS te verhogen voor het einde van dit jaar. Hierdoor daalde de euro naar de bodem van de range van 2016. Het Britse pond bouwt verder op haar recente stabilisatie en kon zelfs bescheiden stijgen tegenover de dollar. Tegenover de euro ging het zelfs om meer dan dat.

    De sterren van de week waren ongetwijfeld opnieuw de valuta van opkomende markten. De Braziliaanse real, de Mexicaanse peso en de Zuid-Afrikaanse rand stegen tussen 1% en 3% tegenover de grote G10-valuta. We verwachten dat de meeste valuta in deze categorie beter zullen blijven presteren tegenover zowel de euro als het pond dankzij goede inflatiecijfers en hoge rentes die investeerders aantrekken.

    Euro

    Tijdens de ECB-vergadering van vorige week gebeurde er weinig. Het afbouwen van aankopen van activa na maart 2017 werd zelfs niet vermeld. Voorzitter Draghi verwees alle substantiële vragen dan ook door naar de bijeenkomst in december.

    ecb-teaserDeze week worden de PMI indicatoren van het ondernemersvertrouwen gepubliceerd. Er worden geen wijzigingen verwacht, maar zelfs een kleine daling van de samengestelde index zou een derde daling betekenen in drie maanden tijd. Dit zou zorgen in verband met het afbouwen van economische stimulusmaatregelen moeten doen verdwijnen.

    Het uitblijven van een reactie van de markten op de twee positieve ontwikkelingen in Europa dit weekend (mogelijke vorming van een regering in Spanje en het behouden van de DBRS rating in Portugal) bewijst opnieuw dat investeerders zich concentreren op het beleid aan de andere kant van de oceaan.

    Amerikaanse dollar

    De sombere prestaties van Trump tijdens het derde en laatste debat lijken duidelijk te maken dat hij geen president zal worden. De focus wijzigt dan ook terug naar economisch nieuws. Komende vrijdag verwachten we de eerste publicatie van de economische groei in het derde kwartaal.

    Wij verwachten groei en een stijging van arbeidskosten tussen 2% en 2,5%. Dit is precies wat de Federal Reserve nodig heeft om de rente te verhogen tijdens de vergadering van november of december. We geloven daarom ook in een sterkere dollar de komende maanden.

    Britse pond

    Het belangrijkste nieuws uit het Verenigd Koninkrijk vorige week waren de stijging van de inflatie en het arbeidsmarktrapport dat geen effect van die inflatie toonde. De valutamarkten concentreren zich echter enkel op de politiek en vooral op de post-Brexit overeenkomst. Gouverneur Carney van de Bank of England zal op dinsdag een toespraak geven en Brexit-minister David Jones op woensdag. De markten zullen letten op een verzwakking van de toon van de regering, wat voor een verder herstel van het pond zou kunnen zorgen.

    Geschreven door Enrique Díaz-Álvarez (Ebury)

    Over Ebury:

    Ebury maakt internationale markten toegankelijker met valutadiensten op maat en flexibel handelskrediet voor ondernemingen. Ebury werkt samen met ruim 12.000 organisaties en verricht 12 miljard euro aan valutatransacties in 140 verschillende valuta. Het bedrijf heeft kantoren in het Verenigd Koninkrijk, Nederland, Spanje en Polen. De speerpunten van Ebury:

    • Financiële diensten die normaal zijn voorbehouden aan grote multinationals
    • Financiering van uw aankopen
    • Marktkennis en valutadiensten op maat
    • Ons netwerk van liquidity providers en intermediaire banken
    • Transacties in ruim 140 verschillende valuta

    Meer informatie op www.ebury.nl

  • Grafiek: Huizenprijzen in goud vanaf 1969

    De huizenprijzen in Nederland stijgen de laatste jaren weer, maar hoeveel kilo goud kost een gemiddeld huis eigenlijk? We verzamelden de cijfers en maakten daar de volgende grafiek van, die in één oogopslag laat zien hoeveel goud je vanaf 1969 tot en met nu moet neerleggen om een huis te kopen. Door de huizenprijzen niet in euro’s, maar in een edelmetaal uit te drukken dat al duizenden jaren als waardevol beschouwd wordt, krijgen we een heel andere kijk op de ontwikkeling van de huizenprijzen in Nederland.

    Toen de huizenmarkt in 2008 naar een recordniveau steeg, was de prijs uitgedrukt in goud al vier jaar aan het dalen. Betaalde je in 2004 omgerekend meer dan 23 kilo goud voor een gemiddelde woning, acht jaar later was dat gezakt tot minder dan 6 kilo goud. Dat is een waardedaling van meer dan 70%. Sindsdien zijn de huizenprijzen dankzij de extreem lage rente weer wat gestegen, waardoor je vandaag de dag 7,5 kilogram goud moet neertellen voor een gemiddelde woning.

    We zien dat de koopkracht van goud de afgelopen jaren sterk is toegenomen. In de jaren ’80 waren woningen in Nederland naar verhouding nog goedkoper, vooral omdat de hypotheekrente in die periode richting de dubbele cijfers steeg. Daardoor kon men simpelweg minder geld lenen om een huis te kopen en waren meer mensen gedwongen te gaan huren. De goudprijs begon in 1980 te dalen en bereikte rond de eeuwwisseling een bodem van minder dan $300 per troy ounce.

    huizenprijzen-nederland-goud

    Huizenprijzen Nederland in kilo goud

    Huizenprijzen versus goud

    Als aanvulling op bovenstaande grafiek hebben we ook de prijsontwikkeling van goud en huizen in euro’s doorgerekend. De goudprijs voor de introductie van de euro heeft de World Gold Council berekend op basis van de belangrijkste Europese valuta. Sinds 1969 is de prijs van het edelmetaal met een factor vijftig gestegen, terwijl de huizenprijzen ‘slechts’ dertien keer zo hoog zijn als 47 jaar geleden. Is goud daarmee een betere belegging dan vastgoed?

    huizenprijzen-goud-grafiek-gs

    Goudprijs versus huizenprijzen sinds 1969

    hollandgold-logo

    Deze bijdrage wordt u aangeboden door Hollandgold

  • Column: Geldcreatie wordt ‘salonfähig’

    Column: Geldcreatie wordt ‘salonfähig’

    De discussie over ons geldstelsel wordt steeds opener en veelzijdiger. Recentelijk heeft de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid (WRR) een boeiend rapport uitgebracht met een flink aantal zinnige aanbevelingen, met als rode draden:

    • Vergis je niet in de financiële instabiliteit van dit moment, die blijft zorgwekkend.
    • Zorg dat het financieel stelsel beter verankerd en minder dominant wordt door verandering van leidende waarden (minder winstmaximalisatie, meer dienstbaarheid), en strakkere beleidsregels als hogere eisen aan het eigen financieel vermogen van banken,
    • Beperk verleidingen als de hypotheekaftrek om schulden aan te gaan.

    wrr-rapportFinanciële instabiliteit

    De zorgen van de WRR worden gevoed door inderdaad donkere wolken aan het financiële firmament. Zie bijvoorbeeld de zwakke positie van de Deutsche Bank en van diverse Italiaanse en Griekse banken, lees het recente boek van Joseph Stiglitz over de euro. Stiglitz gaat in zijn aanbevelingen over de euro verder dan menigeen in de wereld van economen en politici. Hij bepleit stevige hervormingen. Ofwel komt er een veel verder gaande integratie van de EU-landen op financieel-economische gebied, dan wel gaat de euro, zeker in zijn huidige vorm, op de helling.

    Terechte zorgen en conclusies. Tegelijkertijd valt mij op dat in beide publicaties geen aandacht is voor een ander aspect van het vigerende financiële stelsel. Dat is het onderwerp van de geldcreatie, zie ook mijn eerdere column hierover. Dat is vreemd. Op verschillende andere plekken en momenten wordt hierover een stevige discussie gevoerd. Een discussie waarbij dit onderwerp steeds meer geoperationaliseerd wordt.

    De kernvraag daarbij is: gaan wij door met het vigerende stelsel waarbij het overgrote deel van het geld gecreëerd wordt door private banken, geleid door het principe van de winstmaximalisatie? Of wordt het monopolie van alle geldcreatie bij de overheid gelegd en dan geleid door principes van maatschappelijk nut en noodzaak?

    KPMG rapport

    hpmg-money-issuanceZoals bekend is de omvang van de (digitale) geldcreatie door de private banken veel omvangrijker dan de totale geldcreatie door de centrale banken. Dat is een van de oorzaken van de financiële kwetsbaarheid zoals die zichtbaar werd bij de Lehman crisis van 2008. Dit probleem heeft geleid tot allerlei aanscherpingen van de bankregels, voornamelijk op het gebied van de aan te houden buffers.

    Terecht acht de WRR ‘een hoger eigen vermogen dan de huidige (ongewogen) 4 % ratio noodzakelijk en wenselijk’. Maar, in het licht van de discussie over geldcreatie is deze aanbeveling nauwelijks meer dan een doekje voor het bloeden. Eigenlijk wordt een meer fundamentele discussie over het financieel stelsel ontlopen. Het lijkt er haast op dat in de kringen die er toe doen in Nederland, waaronder de WRR, de durf ontbreekt – en ook de legitimatie – om het daar wel over te hebben.

    En dan is het verheugend dat recentelijk een nuttig rapport is verschenen van een instelling die in de gevestigde financiële kringen er misschien wel toe doet, namelijk de KPMG. Tot mijn verbazing heeft het in Nederland voor zover ik kan nagaan in de pers geen aandacht gekregen.

    Dat rapport is gemaakt op verzoek van de premier van IJsland en is getiteld: Money Issuance – Alternative Monetary Systems. Het geeft een helder overzicht van de kenmerken van het huidige dominante systeem van geldcreatie. En stelt daar tegenover een eveneens helder overzicht van een alternatief model dat ‘Sovereign Money System’ wordt genoemd, afgekort als SM. In dat laatste model is geldcreatie de uitsluitende bevoegdheid van de publieke overheid. Die bevoegdheid ligt dan, aldus veronderstelt KPMG, bij een Monetary Policy Committee. De uitvoering van die bevoegdheid vindt plaats via de centrale bank.

    Modaliteiten van geldcreatie

    In het rapport komen verschillende modaliteiten aan de orde om geld in de samenleving te brengen. Bijvoorbeeld door opkoping van schuldpapier van de overheid. Of door directe verruiming van de financiële middelen van de overheid als gevolg waarvan belastingen verlaagd kunnen worden en dus consumenten en bedrijven meer kunnen spenderen. Of, een andere mogelijkheid: dat aan de overheid geld verschaft wordt om extra inspanningen te verrichten via uitbreiding van overheidsprogramma’s en investeringen.

    Ook kan geld in omloop gebracht worden via de particuliere banken, doordat zij gebruik kunnen maken van extra voor hen gecreëerde tegoeden bij de centrale bank. Interessant is ook de mogelijkheid van het zogeheten helikoptergeld, bijvoorbeeld rechtstreekse verstrekking van gelden aan de gezinshuishoudingen en consumenten, om zo de economie te stimuleren. Deze variant wordt ook en steeds meer genoemd als mogelijkheid voor de ECB om meer geld in de economie te brengen.

    Het rapport geeft handige overzichten van de kernbegrippen en van de overeenkomsten en verschillen tussen het huidige stelsel en het SM stelsel. Het maakt duidelijk dat de overgang naar een SM stelsel verregaande gevolgen heeft voor de particuliere banken. Zo zal voor hen het beginsel van Full Reserve Banking gelden, de bij hen ondergebrachte gelden moeten volledig gedekt en dus oproepbaar zijn. Ook zal nauwelijks ruimte zijn om nog als zakenbank te functioneren. Een dergelijk stelsel maakt buffers als 4% (of hoger) tot peanuts.

    De politiek

    Het rapport van KPMG bevat een helder overzicht van de politieke gremia waarbinnen de discussie over het SM systeem, of elementen daaruit gevoerd is. Daaronder het Amerikaanse congres, het Britse parlement, het parlement van IJsland, de Nederlandse Tweede Kamer, en de Zwitserse regering en parlement naar aanleiding van een mogelijk te houden referendum. De discussie in de Nederlandse Tweede Kamer vloeide voort uit een zogenoemd Burgerinitiatief Ons Geld. Het leidde o.a. tot het besluit om de WRR te vragen een standpunt hieromtrent te ontwikkelen.

    In Reykjavik vond n.a.v. het KPMG rapport een discussie plaats met deelname van de gouverneur van de centrale bank van IJsland, Már Guðmundsson. Deze liet zich nogal kritisch uit over het SM stelsel, o.a. met het argument dat geldcreatie door de overheid leidt tot inflatie. Hij werd weersproken door Martin Wolf van de Financial Times. De discussie leidde tot de conclusie dat het tijd wordt om een experiment met het SM stelsel te starten. IJsland zou daarvoor volgens sommigen een handige plek zijn. Maar de gouverneur gaf er de voorkeur aan om die eer aan het Verenigd Koninkrijk te laten, daarmee van de Brexit nood een deugd makend.




    De academische literatuur

    De positieve stemming op de bijeenkomst in Reykjavik was mede te danken aan een indrukwekkend overzicht in het KPMG rapport van wat genoemd wordt de academische discussie over dit onderwerp. Daaruit blijkt, ook tot mijn verrassing, dat al heel wat auteurs en onderzoekers zich met het onderwerp hebben bezig gehouden. Blijkt ook dat in de geraadpleegde literatuur er zich een overeenstemming lijkt af te tekenen dat het goed zou zijn om over te gaan op een SM stelsel. Tot de voordelen wordt gerekend dat het tot scherpe vermindering zo niet het verdwijnen van zeker de publieke schulden - maar ook waarschijnlijk private schulden - zal leiden. Daarnaast dat SM zou leiden tot lagere inflatie. Ook zou de kans op systeemcrises zoals wij die gekend hebben en kennen als gevolg van de dreigende ondergang van systeembanken voorkomen kunnen worden. Daarentegen zijn uit de literatuur ook kritische conclusies te trekken. Het SM systeem zou bijvoorbeeld kunnen leiden tot een afname van private besparingen en daarmee ook van private investeringen. Daarnaast is een zekere huiver te vinden omtrent de inrichting van het transitieproces. Dat proces zou immers tot grote onzekerheden kunnen leiden. Die kritiekpunten nemen niet weg dat volgens het KPMG rapport uit de academische literatuur een overwegend positieve beoordeling van de noodzaak en het belang van een SM stelsel valt af te leiden.

    Salonfähig

    Het KPMG rapport kan wat mij betreft de volle vijf sterren krijgen. Het is helder geschreven, met handige schema’s en andere overzichten van de verschillende onderwerpen. Het maakt de discussie over geldcreatie salonfähig. Het rapport kan ook zó, in deze vorm dus, als lesmateriaal gebruikt worden. Dat neemt niet weg dat verschillende andere onderwerpen, ook relevant voor deze discussie, nog te weinig aandacht krijgen. Een daarvan is dat de overgang naar een SM stelsel nauwelijks geoperationaliseerd wordt. Dat is een terecht kritiekpunt vanuit sommige academische publicaties. Een ander zeer relevant onderwerp is dat van de inkrimping van de geldhoeveelheid. Geldcreatie krijgt ruime aandacht, krimp niet. En dat terwijl de noodzaak van krimp zeer relevant kan zijn, zoals wij in Nederland hebben ervaren met de geldzuivering na de Tweede Wereldoorlog doorgevoerd door toenmalig minister van financiën Piet Lieftinck. In het rapport blijft onduidelijk op welke gronden de geldhoeveelheid moet worden uitgebreid of ingekrompen. Het rapport suggereert een beleid op traditionele gronden als voorkomen van te hoge inflatie dan wel deflatie, en het stimuleren van verdere bbp-groei. Ik zou zeggen dat de overgang naar een SM stelsel op zich natuurlijk positief kan zijn. Echter, het moet vooral gericht zijn op het vergemakkelijken van de transitie van de samenleving richting minder armoede en ongelijkheid en ecocide.

    Flankerend sociaal beleid

    Tot slot, de overgang naar een SM-stelsel zal ongetwijfeld impliceren dat de financiële sector, de banken voorop, wordt ingekrompen. Dat betekent o.a. een verdere daling van de werkgelegenheid. Het is van groot belang, alleen al vanwege redenen van politieke opportuniteit maar ook uit oogpunt van rechtvaardigheid, om ook dat vraagstuk te operationaliseren en oplossingen aan te dragen. Op zijn minst moet een sociale paragraaf worden ontwikkeld, gericht op het opvangen van de ergste sociale problemen voortvloeiend uit de groeiende werkloosheid in de sector. Daarnaast moet een structureel beleid ontwikkeld worden gericht op algemene verkorting van de (betaalde) arbeidsweek en op brede herverdeling van de arbeid. Voor meer teksten van Lou Keune, zie www.loukeune.nl of www.platformdse.org.

  • Noam Chomsky veegt vloer aan met CETA en TTIP

    Noam Chomsky veegt vloer aan met CETA en TTIP

    Het TTIP handelsverdrag met de Verenigde Staten is er nog niet door, maar het soortgelijke CETA handelsverdrag tussen de Europese Unie en Canada is al bijna rond. Dit verdrag geeft nog meer macht aan grote bedrijven, zoals de mogelijkheid om overheden aan te klagen voor misgelopen inkomsten. Volgens de Amerikaanse filosoof en media-criticus Noam Chomsky is dat reden om dit soort verdragen niet te vertrouwen. In de volgende video van twee minuten legt hij uit waarom.

    Noam Chomsky: “Deze zogenaamde vrijhandelsakkoorden zijn geen vrijhandelsakkoorden. Voor een groot deel zijn het zelfs geen handelsakkoorden, het zijn akkoorden over rechten van investeerders. Er is een reden waarom ze geheim worden gehouden voor het publiek. Zodra je ze gezien hebt begrijp je waarom. Maar deze handelsverdragen zijn geen geheim voor de advocaten van grote bedrijven en voor de lobbyisten die de gedetailleerde regulering schrijven.

    Natuurlijk is dit in het belang van diegene waarvoor ze werken en dat is niet voor het grote publiek. Het zijn dus zeer protectionistische verdragen, in het belang van private partijen. De zogenaamde intellectuele eigendomsrechten en patenten, die effectief de prijzen verhogen, hebben een enorme impact op economieën. Het is fantastische voor de grote farmaceutische bedrijven, de media-conglomeraten en anderen.

    Investeerders en bedrijven krijgen met deze verdragen het recht om overheden aan te klagen. Dat is iets wat jij en ik niet kunnen doen, maar een bedrijf dus wel. Zij kunnen overheden aanklagen voor het schaden van potentiële toekomstige winsten. Je kunt je voorstellen wat dat betekent.”

  • China ruilt dollars voor Japanse yen

    China heeft in de eerste acht maanden van dit jaar voor omgerekend $86,6 miljard aan Japanse staatsobligaties gekocht, ruim drie keer zoveel als in dezelfde periode van vorig jaar. Dat schrijft de Nikkei Asian Review op basis van cijfers van het Japanse ministerie van Financiën. De centrale bank van China wil meer diversificatie en ruilt daarom dollarreserves in voor goud en andere valuta. Zo verkocht de People’s Bank of China in de eerste acht maanden van dit jaar ongeveer $48 miljard aan Amerikaanse staatsobligaties.

    Deze trend verklaart mogelijk waarom de Japanse munt dit jaar zo sterk in waarde gestegen is ten opzichte van de dollar. Kreeg je begin dit jaar nog 120 yen voor een Amerikaanse dollar, nu is dat nog maar 104. Volgens cijfers van het Japanse Ministerie van Financiën begon China in de tweede helft van vorig jaar op grote schaal yen’s te kopen. Opvallend is dat de Chinese centrale bank kiest voor staatsleningen met een korte looptijd, want het grootste deel wordt binnen één jaar alweer afgelost.

    japanese-yen-flickr-banner

    China koopt voor $86,6 miljard aan Japanse staatsobligaties

    China herziet valutareserves

    Eind 2013 liet de gouverneur van de Chinese centrale bank weten dat ze de valutareserves niet meer verder wilden uitbreiden. Een jaar later bereikte de totale valutareserve van China een recordniveau van omgerekend $4 biljoen, waarvan bijna één derde deel op dat moment bestond uit Amerikaanse staatsobligaties. Sindsdien heeft de centrale bank haar valutareserves met 20% verkleind tot in totaal $3,2 biljoen.

    De valutareserves van China bestaan nog steeds voor het grootste gedeelte uit Amerikaanse staatsobligaties, maar ten opzichte van een jaar geleden zakte het totaal met $85 miljard naar $1.185 miljard. Mogelijk anticipeert China op een renteverhoging door de Federal Reserve, waardoor de waarde van staatsobligaties zal dalen.

    De centrale bank van China wil de impact daarvan verkleinen door meer reserves in andere valuta en in fysiek goud aan te houden. Sinds het begin van dit jaar heeft het land 60 ton goud aan haar reserves toegevoegd, waarmee de totale goudreserve op 1.838 ton uitkomt.

    china-foreign-exchange-reserves-max

    China bouwt valutareserves af en zoekt diversificatie richting andere valuta en goud (Grafiek via Trading Economics)

    gs-logo-breed

    Deze bijdrage is afkomstig van Goudstandaard, uw adres voor aankoop, verkoop en verzekerde opslag van fysiek edelmetaal

  • Video: Zo volgt Rusland de Amerikaanse verkiezingen

    Video: Zo volgt Rusland de Amerikaanse verkiezingen

    Ook in Rusland wordt de verkiezingscampagne in de Verenigde Staten op de voet gevolgd. Het volgende fragment werd prime-time uitgezonden op de Russische televisie en geeft ons inzicht in hoe de Russen de verkiezingen beleven. De uitgelekte emails van Clinton, de publieke lastercampagne tegen Donald Trump en de agressieve toon die de Democratische presidentskandidate aanslaat over Rusland. Een opmerkelijk debat, waarin vooral politiek wetenschapper Vyacheslav Nikonov van zich laat horen.


  • Hier zijn Amerikanen het meest bang voor…

    Hier zijn Amerikanen het meest bang voor…

    Waar vrezen de Amerikanen vandaag de dag het meest voor? Is dat een terreurdreiging? Een nieuwe financiële crisis? Klimaatverandering? Een onzekere financiële toekomst? Allemaal fout… Uit een recente onderzoek van onderzoeksbureau Statista onder ruim 1.500 willekeurig gekozen volwassenen in de Verenigde Staten blijkt dat deze zorgen weliswaar in de top tien staan, maar dat ze bij lange na niet door zoveel mensen gedeeld worden als de grootste zorg.

    De grootste angst die Amerikanen hebben is corruptie onder ambtenaren en politici. Maar liefst 60% van de respondenten zegt hier ‘bezorgd’ of ‘zeer bezorgd’ over te zijn. Dit bevestigt dat het vertrouwen van de Amerikaanse bevolking ten aanzien van de regering op een absoluut dieptepunt staat. Wat betekent dit voor de verkiezingen?

    chartoftheday_6353_americans_top_fears_in_2016_n

    Amerikanen meest bezorgd over corrupte ambtenaren en politici (Bron: Statista)