Blog

  • Stijgende rente op staatsschuld Italië zet banken onder druk

    De stijgende rente op de Italiaanse staatsschuld lijkt ook effect te hebben op de bankensector. De volgende grafiek laat namelijk zien dat er de laatste maanden een bijzonder sterke correlatie bestaat tussen de Italiaanse 10-jaars rente en de index van Italiaanse bankaandelen. Dat suggereert dat er een sterke verwevenheid bestaat tussen banken en de overheid en dat problemen met de overheidsfinanciën kunnen overslaan naar de bankensector.

    Volgens de ECB heeft de Italiaanse bankensector voor ongeveer €375 miljard aan staatsobligaties van hun eigen overheid op de balans staan. Dat is een risico als de rente nog verder oploopt en kredietbeoordelaars een afwaardering geven voor het schuldpapier van de Italiaanse overheid. De beurswaarde van de Italiaanse bankensector is sinds het begin van dit jaar al met 35% gedaald en staat op het laagste niveau sinds eind 2016.

    Volg Marketupdate nu ook via Telegram

    Waardeert u de artikelen en analyses op onze site, steun ons dan met een eenmalige of periodieke donatie. Met uw donatie kunnen we mooie artikelen blijven schrijven en worden we minder afhankelijk van inkomsten uit advertenties. Klik hier om te doneren!




  • Grieken wijken uit naar goedkoper Bulgarije

    Grieken die amper rond kunnen komen in eigen land wijken steeds vaker uit naar buurtland Bulgarije, waar de kosten van levensonderhoud aanzienlijk lager zijn. Bloomberg doet verslag van gepensioneerde Grieken die hun geboorteland achter zich laten en zich vestigen in de Bulgaarse hoofdstad Sofia, waar je met een pensioen van €800 per maand uitstekend rond kunt komen. Er blijft zelfs geld over om met enige regelmaat terug te gaan naar Griekenland.

    De lagere inkomens in Griekenland zijn misschien nog wel het hardst getroffen door de Europese schuldencrisis. Onder druk van het IMF, de ECB en de Europese Commissie moest het land flink snijden in de overheidsuitgaven, waaronder de lonen en de pensioenvoorzieningen. De situatie is voor sommigen zo schrijnend dat er niet genoeg geld meer overblijft om rond te komen.

    Goedkoop leven in Bulgarije

    Uitwijken naar Bulgarije wordt daarom door steeds meer Grieken overwogen. Het land kwam in 2007 bij de Europese Unie en is daarna met gemiddeld 2,4% per jaar gegroeid. Desondanks is het nog steeds mogelijk om voor heel weinig geld rond te komen. Zo kost een brood omgerekend maar 60 eurocent, betaal je in een restaurant zelden meer dan €10 voor een complete maaltijd en kun je voor €200 een appartement met twee kamers huren. Ook zijn de prijzen van benzine en van het openbaar vervoer er veel lager.

    Bloomberg sprak met een gepensioneerde die zijn pensioenuitkering in Griekenland met 45% zag dalen als gevolg van de crisis. Hij moet nu rondkomen van €1.100 per maand, maar kan door de lagere prijzen in Bulgarije nog steeds een comfortabel leven leiden. Of die prijzen gaan stijgen als Bulgarije over een paar jaar de euro invoert is nog maar de vraag, maar tot die tijd is het een goedkoop alternatief voor Griekenland.

    De kosten van levensonderhoud in Bulgarije zijn de helft van het Europese gemiddeld (Bron: Bloomberg)

    Volg Marketupdate nu ook via Telegram

    Waardeert u de artikelen en analyses op onze site, steun ons dan met een eenmalige of periodieke donatie. Met uw donatie kunnen we mooie artikelen blijven schrijven en worden we minder afhankelijk van inkomsten uit advertenties. Klik hier om te doneren!




  • Spaarder in de knel

    De aanhoudend lage rente en voortdurende inflatie doen spaarders omzien naar alternatieven. Van de bank naar de oude sok?

    Sinds het uitbreken van de financiële crisis in 2008 hebben centrale banken de rente drastisch verlaagd om de economie weer op gang te krijgen. Bijna tien jaar later staat de rente nog steeds op een dieptepunt, wat betekent dat er in een nieuwe crisis weinig speelruimte is om de rente verder te verlagen. Zou er op korte termijn een nieuwe crisis uitbreken, dan zullen we waarschijnlijk geconfronteerd worden met een negatieve rente.

    De meeste banken berekenen de negatieve rente nog niet door, omdat ze vrezen voor slechte publiciteit of een situatie waarbij spaarders geld van de bank gaan halen. Maar als centrale banken in een volgende crisis gecoördineerd de rente onder nul brengen, dan zullen veel banken geen andere optie meer hebben dan om deze tarieven door te berekenen aan spaarders.

    Eind 2015 introduceerde de Alternative Bank Schweiz al een negatieve rente op spaartegoeden boven de 100.000 Zwitserse frank. De kleine Beierse spaarbank Raiffeisenbank Gmund am Tegernsee rekende in 2016 als eerste Duitse bank een rente van -0,4% voor spaartegoeden boven de € 100.000. Dat is niet geheel toevallig precies de rente die banken moeten afdragen over de reserves die ze bij de Europese Centrale Bank (ECB) parkeren.

    Dit jaar is ook in Nederland de negatieve rente al een feit geworden. Sinds februari moeten rekeninghouders met een Triodos ‘Zaken Rekening’ en een Triodos ‘Rendement Rekening’ een rente van 0,5% betalen over het deel boven de € 500.000.

    Contant geld

    Contant geld Door de lage spaarrente en twijfels over de stabiliteit van het financiële systeem besluiten steeds meer spaarders om hun geld van de bank te halen en thuis in de vorm van bankbiljetten te bewaren. De totale hoeveelheid bankbiljetten in de Eurozone neemt nog ieder jaar toe, ondanks het feit dat we steeds vaker met elektronische middelen betalen.

    In Duitsland steeg de vraag naar bankbiljetten vorig jaar zelfs met 7%, twee keer zo snel als de groei van de economie daar. Eerder dit jaar maakte de Bundesbank in Duitsland bekend dat maar liefst negen van de tien bankbiljetten die ze in omloop brengt nooit in het dagelijkse betalingsverkeer gebruikt worden. Contant geld wordt dus al gezien als alternatief spaarmiddel.

    Inflatie

    Dat geld over de lange termijn waarde verliest is algemeen bekend, maar de snelheid waarmee dat gebeurt is moeilijk te onderschatten. Neem als voorbeeld het bankbiljet van honderd gulden met het portret van Michiel de Ruyter, dat tot 25 juli 2016 nog bij De Nederlandsche Bank kon worden omgewisseld voor euro’s. Circa honderd biljetten werden op het laatste moment nog ingewisseld voor het schamele bedrag van € 45,38 per stuk. Daarmee levert het briefje anno 2016 nog maar een fractie van de koopkracht die het een kleine vijftig jaar geleden leverde. Gaan we uit van de officiële inflatiecijfers in Nederland, dan blijkt dat je in 1970 met een briefje van honderd gulden evenveel kon kopen als met € 196,23 in 2015. Dat is meer dan vier keer zoveel als het bedrag dat je kreeg als je het bankbiljet zou omwisselen bij de Nederlandsche Bank. Tussen 1970 en 2015 is dus 75% van de waarde van dit bankbiljet verdampt.

    Geldcreatie

    Door de lage rente zijn huishoudens, bedrijven en overheden de laatste jaren meer geld gaan lenen, met als gevolg dat de geldhoeveelheid weer groeit. Dat extra geld gaat rond in de economie en drijft de prijzen van goederen en diensten op, waardoor de inflatie oploopt.

    Hoe zorgen leningen voor een groei van de geldhoeveelheid? Wanneer je naar de bank gaat voor een hypotheek wordt er een nieuwe schuld gecreëerd en mag de bank dat bedrag als ‘nieuw geld’ in omloop brengen. Die voortdurende geldgroei zorgt ervoor dat de koopkracht van de euro steeds verder wordt uitgehold, zeker als het nieuwe geld wordt gebruikt voor zaken die nauwelijks bijdragen aan de productiviteit van de economie. Zie de grafiek van de Rabobank en DNB, die laat zien dat de geldhoeveelheid in Nederland de laatste decennia sterk is toegenomen.

    Ontwikkeling geldhoeveelheid in Nederland (Bron: Rabobank, DNB)

    Vlucht uit valuta

    Door de combinatie van een lage spaarrente en aanhoudende inflatie wordt het steeds minder interessant om geld op een spaarrekening te laten staan. Wil je je vermogen daar tegen beschermen, dan is het verstandig om een deel daarvan om te zetten in aandelen en tastbare bezittingen als grond, vastgoed of edelmetalen. Dit soort tastbare bezittingen weten op de lange termijn hun waarde beter te behouden dan papiergeld.

    Door de geschiedenis heen zijn er al honderden valuta waardeloos geworden, terwijl goud nog steeds het vertrouwen geniet van spaarders en centrale banken over de hele wereld. Zoals de Franse filosoof Voltaire bijna drie eeuwen geleden al constateerde: ‘Papiergeld keert uiteindelijk terug naar haar intrinsieke waarde: nul.’

    Dit artikel van Geotrendlines verscheen in september in de tweede editie van De Andere Krant.

    Volg Marketupdate nu ook via Telegram

    Waardeert u de artikelen en analyses op onze site, steun ons dan met een eenmalige of periodieke donatie. Met uw donatie kunnen we mooie artikelen blijven schrijven en worden we minder afhankelijk van inkomsten uit advertenties. Klik hier om te doneren!




  • Waarom kopen meer centrale banken goud?

    De afgelopen maanden hebben Hongarije en Polen goud aan hun reserves toegevoegd. Ook andere centrale banken zoeken hun toevlucht in het edelmetaal als vorm van diversificatie en als veilige haven voor onzekere tijden. Daniela Cambone van Kitco sprak met analist Jeffrey Christian over de laatste ontwikkelingen op dit gebied. Wat motiveert centrale banken om goud te kopen?

    “Het valt op dat ook andere centrale banken dan Rusland, China en Kazachstan belangstelling beginnen te tonen voor goud. Turkije begon vorig jaar voor het eerst in iets van 27 jaar weer goud te kopen. Ook beginnen andere centrale banken meer naar goud te kijken. Wat we de afgelopen maand zagen met de aankopen door de Poolse en Hongaarse centrale bank is een signaal dat dit een gunstig moment is om goud te kopen, ook gezien de goudprijs en de wisselkoers.

    Deze ontwikkeling is niet zo zeer tekenend voor een valutacrisis. Het is meer een teken dat veel mensen denken dat de dollar overgewaardeerd is en dat de wisselkoers veel hoger staat dan velen verwachten. Voor centrale banken die 75 tot 80 procent van hun reserves in dollars hebben is dat een vrij grote blootstelling. Met een dollar die relatief hoog staat wil je de blootstelling aan deze munt verminderen. Tegelijkertijd wil je niet meer euro’s hebben.

    Wat je ook ziet is dat centrale banken meer prijsgevoelig zijn en dus kopen bij zwakte, terwijl veel private beleggers juist goud kopen als de prijs stijgt.”

    Volg Marketupdate nu ook via Telegram

    Waardeert u de artikelen en analyses op onze site, steun ons dan met een eenmalige of periodieke donatie. Met uw donatie kunnen we mooie artikelen blijven schrijven en worden we minder afhankelijk van inkomsten uit advertenties. Klik hier om te doneren!




  • Shell betaalt zijn schone toekomst met olie

    Het kon eigenlijk niet anders gelet op de ontwikkeling van de olieprijs in dit jaar. Evenals zijn concullega’s presenteerde ook Shell mooie cijfers over het derde kwartaal. De winst steeg met meer dan 35% naar een waarde van $5,6 miljard. Beleggers, rupsjes nooit genoeg, reageerden teleurgesteld. Ze hadden gerekend op een resultaat van $5,7 miljard.

    Voor Shell was er echter alle reden voor tevredenheid. Sinds de heftige prijsdalingen in 2014 is het bedrijf erin geslaagd om haar vaste kosten fors omlaag te brengen, zodat een vat olie nu al winstgevend is bij een prijs tussen $40 – $50. Juist de grote kostendiscipline vormt de basis van de almaar groeiende winstgevendheid. Die discipline vertaalt zich ook in aanzwellende kasstromen. Die stegen in het derde kwartaal naar $12 miljard, tegen $7,6 miljard in 2017. Die kasstromen stellen de oliegigant in staat om zijn dividend te betalen evenals zijn rentelasten. Daarnaast is er nog geld over om eigen aandelen in te kopen, de schuldenlast te verlagen en te investeren in een schonere toekomst weg van de olie!

    Meer olie uit de zeebodem

    Dat klinkt gemakkelijker dan gedaan! De energiesector breekt zich er het hoofd over hoe en hoeveel in schone energie te investeren, terwijl de onzekerheid over de toekomstige vraag naar olie alleen maar stijgt. Bovendien is duidelijk dat de opbrengsten van al die investeringen waarschijnlijk lager uitvallen dan de opbrengst van het traditionele vat olie. Ook Shell worstelt met deze vraag en denkt vooralsnog een oplossing gevonden te hebben om de energietransitie te betalen. Dat denkt het bedrijf te kunnen betalen door op grote diepte op zee naar olie te gaan boren. Dat zijn veelal kapitaalintensieve projecten, maar door de technische vooruitgang zijn ze minder complex en dus ook minder duur geworden.

    Daar komt nog bij dat het bij de stijgende olieprijs steeds lucratiever wordt om deze projecten op te starten. Op grote diepte zijn de mooie, grote velden te vinden. Het mooie is ook, dat deze projecten op zee maar voor een handvol bedrijven is weggelegd. Shell hoort bij dit groepje dat slechts acht leden telt. Het heeft de kennis in huis en het bulkt van het geld!

    Shell gaat daarom komende jaren fors investeren in Deepwater. Het gaat om $5 tot $6 miljard tot 2020. Dat is veel meer dan de investeringen in schalie of new energies. De inzet is niet voor niets hoog. Shell verwacht dat Deepwater in 2020 voor vrije kasstromen kan zorgen ter waarde van $6 – $7 miljard bij een olieprijs van $60 per vat. Deze enorme kasstromen moeten ervoor zorgen dat Shell de energietransitie probleemloos doorkomt. Tegelijkertijd moeten die mooie kasstromen beleggers geruststellen. Die voelen weinig voor kostbare investeringen in langlopende projecten, terwijl de toekomst van olie ongewis is.

    Die zorgen zijn volgens Shell overdreven, want de vraag naar olie zal de komende jaren hoog blijven en de productie van bijvoorbeeld schalie zal absoluut onvoldoende zijn om aan die vraag te voldoen. Ook wijst de groep van acht erop dat de kosten voor de projecten zo laag zijn dat ze zelfs bij een prijs van $35 winstgevend kunnen produceren. Dat neemt allemaal niet weg, dat ook bij Shell de overtuiging leeft dat de gouden jaren voor olie nagenoeg voorbij zijn. Het is echter wel moeilijk in te schatten wanneer dat precies zal zijn en dus blijven hoge investeringen nodig. Het zijn vooralsnog wel goed renderende investeringen!

    Cor Wijtvliet

    corwijtvliet-logo

    Deze bijdrage is afkomstig van www.corwijtvliet.nl

    Tot slot:

    • Hebt u opmerkingen en/of vragen? Mail ze gerust aan: [email protected]
    • Of via mijn twitteraccount: @wijtvliet
    • Voor meer door mij geschreven artikelen bezoekt u mijn website: www.corwijtvliet.nl
    • Of bezoek www.Beurshalte.nl      
    • Ontvangt u het Cor Wijtvliet Journaal niet rechtstreeks? Abonneert u zich dan hier!

    Vindt u deze columns van Cor Wijtvliet interessant, dan kunt voor €25 per jaar donateur worden van het CorWijtvlietJournaal. Ook kunt u een geheel vrijwillige bijdrage overmaken naar NL14RABO0156073676, ten name van Wijtvliet Research.

    Donateurs krijgen niet alleen zonder vertraging het CorWijtvlietJournaal in hun mailbox, maar kunnen ook rekenen op een wekelijkse extra nieuwsbrief met vijf beleggingstips van Cor Wijtvliet. Neem voor meer informatie contact op met Cor Wijtvliet via het hierboven genoemde mailadres.




  • Marketupdate is vernieuwd!

    Zoals u ziet hebben we de website van Marketupdate in een nieuw jasje gestoken. Na zes jaar vonden we het tijd voor een nieuw thema, dat beter aansluit op de manier waarop jullie onze site gebruiken. We merken dat steeds meer lezers de artikelen op onze site via een smartphone of tablet lezen, waardoor het tijd werd voor een nieuwe interface die ook op mobiele apparaten prettig te gebruiken is. Tegelijkertijd maakt de website beter gebruik van de ruimte op een breedbeeldscherm, met grotere afbeeldingen en een ruimere layout.

    Ook onder de motorkap hebben we de site onder handen genomen, waardoor deze sneller en veiliger is geworden. Ook hebben we voor het eerst de mogelijkheid toegevoegd om donaties te doen. Waardeert u de artikelen en analyses op onze site, steun ons dan met een eenmalige of periodieke donatie. Met uw donatie kunnen we ons werk voortzetten en kunnen we mooie stukken blijven schrijven.

    Marketupdate wordt maandelijks door bijna 30.000 mensen gelezen. We zijn dan ook heel benieuwd wat jullie vinden van de nieuwe site. Op- en aanmerkingen zijn altijd welkom! Wilt u op de hoogte blijven van het laatste nieuws, meld u dan aan voor onze nieuwsbrief of stuur een mailtje naar [email protected]. Ook kunt u ons volgen via Facebook, Twitter en Telegram.

    Waardeert u de artikelen en analyses op onze site, steun ons dan met een eenmalige of periodieke donatie. Met uw donatie kunnen we mooie artikelen blijven schrijven en worden we minder afhankelijk van inkomsten uit advertenties. Klik hier om te doneren!




  • De wereld is niet plat maar vol pieken en dalen

    Het is alweer bijna 15 jaar geleden dat het boek ‘The World is Flat’ van Thomas Friedman verscheen. De boodschap van het boek was dat dankzij de technologische vooruitgang het economisch belang van de geografie steeds verder zou afnemen. Dat was eerst en vooral te danken aan het internet. Onderzoek van de Amerikanen George Mason en Tim Gulden datzelfde jaar kwam echter tot een tegenovergestelde conclusie.

    De wereld is in hun ogen absoluut niet vlak maar vol pieken en dalen. Sterker nog, als het om puur economische slagkracht gaat en om pure innovatieve kracht, dan spelen slechts een ‘handvol’ regio’s een zeer vooraanstaande rol in de wereldeconomie. Juist de regio’s die de wereldeconomie stuwen groeien ook nog eens het snelst, terwijl de dalen steeds meer verkommeren.

    Urbanisatie versterkt innovatie

    Van vitaal belang voor al deze trends is de explosieve groei van de steden over heel de wereld. Ongeveer 50% van de wereldbevolking leeft in een stedelijk gebied. In de ontwikkelde landen is dat zelfs ongeveer 75%. De economische kracht van een aantal van de grote stedelijke agglomeraties of metropolen is op zijn zachts gezegd verbazingwekkend. De economie van een stad als New York is bijna even groot dan die van landen als Rusland en Brazilië. Volgens de onderzoekers zijn de economisch sterkste stedelijke agglomeraties vooral te vinden in de Verenigde Staten en in mindere mate in Europa. In Azië waren er in 2005 nog maar een handjevol te vinden.

    Metropolen zijn niet alleen magneten voor mensen en derhalve bronnen van economische groei. Het zijn ook de plaatsten waar innovatie groeit en bloeit. Statistieken uit die jaren leren dat 85% van alle patenten toebehoren aan inwoners van vijf landen, te weten Japan, de Verenigde Staten, Duitsland, Zuid-Korea en Rusland. Binnen die landen zijn het weer steden die bronnen zijn van innovaties. Innovatieve koplopers zijn Tokyo, Seoul, New York en San Francisco. De subtop wordt gevormd door steden als Boston, Seattle, Austin, Toronto, Vancouver, Berlijn, Stockholm, Helsinki, London, Osaka, Taipei en Sydney. Als het om diepgravende innovatie gaat, dan eisen slechts een of twee dozijn steden wereldwijd de hoofdrol op. Dat was toen zo en dat is nog steeds zo, zij het dat de rol van steden als Shanghai of Bombay sinds 2005 fors vergroot is.

    Het patroon is duidelijk. Stedelijke agglomeraties trekken creatieve en getalenteerde mensen aan. Ideeën vinden daardoor sneller weerklank en kunnen bovendien sneller in de praktijk gebracht worden. Het ligt immers voor de hand dat in steden ook veel financiers te vinden zijn. Die maar wat graag het gezelschap van de creatievelingen opzoeken. Talent prefereert niet alleen de stad, omdat daar veel ander talent zit of omdat de voorzieningen van hoog niveau zijn. Talent doet dat ook, omdat in een stedelijke agglomeratie ook de voordelen van economies of scale biedt, maar ook die van knowledge spillovers. Het is geen wet dat je naar een stedelijke agglomeratie moet verhuizen om echt innovatief te zijn, het helpt echter wel om in een omgeving te verkeren met een kritische massa aan creativiteit.

    Globalisering

    Het proces van globalisering maakt de vruchten van innovatie alleen nog maar zoeter. Dankzij die trend kunnen innovatieve producten en diensten elke consument ter wereld in een oogwenk bereiken. Dat feit verhoogt weer de aantrekkelijkheid van de innovatieve centra met als resultaat dat welvaart en economische productie zich meer en meer in die centra samenballen.

    Het verhaal van innovatie in de vorige eeuw was vooral een Amerikaans verhaal. In de 21ste eeuw lijkt er een einde te komen aan die dominantie. Regio’s in Europa en Zuidoost-Azië beginnen hun plaats in de eregalerij op te eisen. Dat is misschien mede te danken aan het kleiner worden van de wereld. Sociale maar ook economie afstanden zijn kleiner geworden. Een sterk verbeterde mobiliteit maakt het voor de getalenteerden mogelijk om zich gemakkelijk van het ene centrum naar het andere centrum te bewegen.

    Naar schatting zijn meer dan 150 miljoen mensen onderdeel van deze wereldwijde arbeidsmarkt. Ook in dit opzicht neemt een beperkt aantal steden de koppositie in. Het gaat om steden als Londen, New York, Parijs, Tokyo, Hong Kong, Singapore, Chicago, Los Angelos en San Francisco. Deze steden hebben onderling de nauwste betrekkingen. Bewoners van deze agglomeraties voelen zich vaker met elkaar verbonden en verwant dan met de bewoners in hun spreekwoordelijke achtertuin.

    Dat is dan ook precies de schaduwzijde van een wereld vol pieken en dalen. De slag om talent, investeringen en goed betaalde banen vergroot de ongelijkheid tussen landen maar ook binnen landen. Dat verklaart ook ten dele de sterke anti-globaliseringsgolf die nu over de wereld rolt. Dat stelt beleidsmakers voor misschien wel een onoplosbaar probleem. Die pieken, de succesvolle stedelijke agglomeraties moeten blijven groeien om de economische vooruitgang op peil te houden. Om ervoor te zorgen dat de politieke reacties niet te scherp worden, mogen de belangen van de dalen niet veronachtzaamd worden. Het is aan de politiek om beide doelstellingen succesvol aan elkaar te koppelen! Dat was de conclusie van het onderzoek uit 2005. Die conclusie moet iedereen verrassend bekend in de oren klinken!

    Cor Wijtvliet

    Bron: Richard Florida, the World is spiky. Globalization has changed the economic playing field, but hasn’t levelled it. The Atlantic Monthly, October 2005

    corwijtvliet-logo

    Deze bijdrage is afkomstig van www.corwijtvliet.nl

    Tot slot:

    • Hebt u opmerkingen en/of vragen? Mail ze gerust aan: [email protected]
    • Of via mijn twitteraccount: @wijtvliet
    • Voor meer door mij geschreven artikelen bezoekt u mijn website: www.corwijtvliet.nl
    • Of bezoek www.Beurshalte.nl      
    • Ontvangt u het Cor Wijtvliet Journaal niet rechtstreeks? Abonneert u zich dan hier!

    Vindt u deze columns van Cor Wijtvliet interessant, dan kunt voor €25 per jaar donateur worden van het CorWijtvlietJournaal. Ook kunt u een geheel vrijwillige bijdrage overmaken naar NL14RABO0156073676, ten name van Wijtvliet Research.

    Donateurs krijgen niet alleen zonder vertraging het CorWijtvlietJournaal in hun mailbox, maar kunnen ook rekenen op een wekelijkse extra nieuwsbrief met vijf beleggingstips van Cor Wijtvliet. Neem voor meer informatie contact op met Cor Wijtvliet via het hierboven genoemde mailadres.




  • “Beleggers moeten niet doorschieten in hun negatieve sentiment”

    Het is onrustig op de financiële markten. Bedrijven komen met wisselende kwartaalcijfers, op wereldniveau speelt nog steeds een handelsoorlog en in Europa liggen er met de Brexit en de Italiaanse begroting twee dossiers op tafel die ook veel invloed hebben op de economie.

    In oktober zorgden al die ontwikkelingen voor lagere aandelenmarkten. “Beleggers hebben misschien ook wel veel aan hun hoofd”, constateert Luc Aben, hoofdeconoom van Van Lanschot. “Maar: ze moeten niet doorschieten in hun negatieve sentiment. Dat is helemaal niet nodig naar onze mening.”

    Bedrijfscijfers zijn nog steeds goed

    De recente kwartaalcijfers van bedrijven lijken de oorzaak te zijn van terughoudendheid bij beleggers. Maar zijn die bedrijfscijfers dan zo matig? “Nee, absoluut niet”, stelt Aben. “Maar bedrijven die de afgelopen jaren de verwachtingen altijd ruim overtroffen en nu ‘slechts’ gewone prognoses halen zijn het haasje. Kwartaalcijfers die van ‘great to good’ gaan zijn blijkbaar niet voldoende meer voor beleggers. We zijn te verwend.”

    De koersdalingen van de afgelopen maand zijn het resultaat van de terughoudendheid bij beleggers. En die koerscorrecties raken iedereen. “Niet alleen de minder presterende bedrijven maar ook de uitstekend presterende bedrijven krijgen nu de kous op de kop,” zo merkt de hoofdeconoom van Van Lanschot op. “Dat is niet reëel, maar het bevestigt wel de negatieve stemming onder beleggers.”

    Ruimte om andere keuzes te maken

    Zowel Evi als Van Lanschot zien het negatieve beleggerssentiment van de afgelopen periode echter niet als een structurele bedreiging, maar eerder als een instapmoment. Als ruimte om andere keuzes te maken. “Want wij zien geen fundamentele verslechtering van de economische data,” legt Aben uit. Niet in de cijfers die tot nu toe zijn verschenen, en ook niet in de verwachtingen van de economische cijfers die de komende periode nog gaan verschijnen.

    “Er waren de afgelopen periode voldoende goede bedrijfscijfers. En samen met het in onze ogen overdreven negatieve sentiment onder beleggers was dat voor ons juist reden om de aandelenpositie in onze modelportefeuilles eind oktober licht op te hogen.” En ook Evi volgde die lijn en kocht Amerikaanse en Europese aandelen bij.

    Volg Marketupdate nu ook via Telegram

    Waardeert u de artikelen en analyses op onze site, steun ons dan met een eenmalige of periodieke donatie. Met uw donatie kunnen we mooie artikelen blijven schrijven en worden we minder afhankelijk van inkomsten uit advertenties. Klik hier om te doneren!




  • Beleggers laten Amerikaanse staatsleningen links liggen

    Beleggers lieten het deze week massaal afweten bij een veiling van $37 miljard aan Amerikaanse staatsleningen. De vraag naar de Treasuries met een looptijd van 3 jaar kwam in verhouding tot het aanbod zelfs uit op het laagste niveau sinds 2009. Iets minder dan 48% van het totale aanbod van schuldpapier werd via banken verkocht aan beleggers, terwijl partijen die rechtstreeks op de obligatieveiling bieden slechts 3% voor hun rekening namen. Dat is veel minder dan het gemiddelde van 10,5% die normaal op deze manier wordt gekocht.

    De tegenvallende resultaten van deze obligatieveiling zijn het gevolg van een combinatie van factoren, zo schrijft de Financial Times. De tussentijdse verkiezingen in de Verenigde Staten en het relatief grote bedrag dat de Amerikaanse regering in korte tijd probeert op te halen droegen bij aan de tegenvallende opkomst op de obligatieveiling. Na de slecht verlopen veiling van 3-jaars leningen volgt vandaag een veiling van $27 miljard aan staatsleningen met een looptijd van 10 jaar en woensdag een veiling van $19 tot $30 miljard aan obligaties met een looptijd van 30 jaar.

    Stijgende rente

    De afgelopen twee jaar is de rente op Amerikaanse staatsleningen sterk gestegen. Beleggers maken zich meer zorgen over de houdbaarheid van de staatsschuld en vragen een hogere vergoeding door de renteverhogingen van de Federal Reserve. Zo is de rente op de Treasuries met een looptijd van drie jaar sinds de zomer gestegen van 1,5% naar 3%. In 2012 en 2013 kon de regering in Washington zelfs voor minder dan 0,4% geld lenen op de obligatiemarkt.

    De rente op Amerikaanse staatsobligaties is de laatste jaren sterk gestegen, maar staat nog niet zo hoog als tien of twintig jaar geleden. Toch is dat geen reden om je minder zorgen te maken, want de totale staatsschuld is in die periode ook flink opgelopen. Dat betekent dat een procentpunt rentestijging nu veel harder aankomt dan toen. De rente die de regering betaalt over haar staatsschuld van meer dan $21 biljoen bedraagt nu al meer dan $500 miljard, maar kan volgens schattingen binnen tien jaar verder oplopen tot $900 miljard. Dat is volgens de New York Times meer dan wat het land momenteel uitgeeft aan defensie.

    Rente op Amerikaanse staatsobligaties is de laatste maanden sterk gestegen (Bron: CNBC)

    Volg Marketupdate nu ook via Telegram

    Waardeert u de artikelen en analyses op onze site, steun ons dan met een eenmalige of periodieke donatie. Met uw donatie kunnen we mooie artikelen blijven schrijven en worden we minder afhankelijk van inkomsten uit advertenties. Klik hier om te doneren!




  • Franse minister wil grotere rol voor de euro

    Europese landen moeten in reactie op nieuwe Amerikaanse sancties tegen Iran maatregelen treffen om de rol van de euro als internationaal betaalmiddel te versterken. Dat ze de Franse minister van Financiën Bruno Le Maire maandag in Brussel tegenover de pers. Volgens hem moet de euro één van de belangrijkste internationale valuta worden.

    “Het is noodzakelijk de positie van de euro op het wereldtoneel te versterken. Besluiten die Frankrijk, Duitsland en het Verenigd Koninkrijk hebben genomen in reactie op de eenzijdige Amerikaanse sancties zijn een manier om te laten zien dat we streven naar het versterken van onze universele gedeelde munt. We willen namelijk soeverein en vrij zijn. Om dit doel te bereiken zijn meer solidariteit en meer investeringen in Europa noodzakelijk.”

    Amerikaanse sancties tegen Iran

    De Europese Unie bracht afgelopen vrijdag een gezamenlijke verklaring naar buiten, waarin de Europese landen de Amerikaanse sancties tegen Iran streng veroordelen. Ook herhaalden grote Europese landen als Frankrijk, Duitsland en het Verenigd Koninkrijk hun voornemen om samen te werken met China en Rusland om de financiële banden met Iran in stand te kunnen houden.

    Eerder dit jaar kondigde de Amerikaanse regering onder leiding van president Trump nieuwe sancties aan tegen Iran. Deze week werd de tweede ronde van sancties ingevoerd, die gericht zijn op het blokkeren van geldstromen en de export van olie. Onder zware internationale druk besloot de Amerikaanse regering op het laatste moment acht landen een vrijstelling te geven. China, India, Italië, Griekenland, Japan, Zuid-Korea, Taiwan en Turkije mogen nog wel olie uit Iran blijven importeren.

    Volg Marketupdate nu ook via Telegram

    Waardeert u de artikelen en analyses op onze site, steun ons dan met een eenmalige of periodieke donatie. Met uw donatie kunnen we mooie artikelen blijven schrijven en worden we minder afhankelijk van inkomsten uit advertenties. Klik hier om te doneren!

  • VVD wil maximum van €500 voor contante betaling

    Als het aan de VVD ligt moet het in de toekomst niet meer mogelijk zijn om aankopen boven de €500 met contant geld af te rekenen. Volgens VVD-Kamerlid Foort van Oosten is dit een effectieve manier om criminelen dwars te zitten, omdat die vaak over grote hoeveelheden contant geld beschikken. Door alleen nog maar pinbetalingen voor grote aankopen toe te staan wordt het voor criminelen veel moeilijk om geld wit te wassen, aldus van Oosten.

    Volgens het Kamerlid is contant geld erg belangrijk binnen het criminele circuit. Volgens nieuw onderzoek van de Universiteit van Utrecht wordt er in Nederland ieder jaar voor €16 miljard witgewassen, geld dat voor 90% afkomstig zou zijn van drugshandel in fraude. Dat geld komt in de samenleving terecht wanneer criminelen dure spullen kopen en deze met cash afrekenen.

    Ontmoedigen contant geld

    Het beperken en ontmoedigen van contant geld kan inderdaad een bijdrage leveren aan het bestrijden van witwaspraktijken. Maar tegelijkertijd is contant geld ook een vertrouwd spaarmiddel voor mensen die niet al hun geld op een bankrekening willen zetten. Zeker met een spaarrente van bijna nul procent valt er wat voor te zeggen om wat extra contant geld in huis te houden.

    In heel Europa zien we een ontmoedigingsbeleid voor contant geld, in het bijzonder waar het gaat om grotere bedragen. In Spanje geldt al een limiet van €1.000 voor contante betalingen, terwijl je in Italië maximaal €1.000 per dag aan contant geld kunt opnemen bij de bank.

    Volg Marketupdate nu ook via Telegram

    Waardeert u de artikelen en analyses op onze site, steun ons dan met een eenmalige of periodieke donatie. Met uw donatie kunnen we mooie artikelen blijven schrijven en worden we minder afhankelijk van inkomsten uit advertenties. Klik hier om te doneren!