Tag: centrale banken

  • ‘Goud zal uitblinken in 2019’

    De goudprijs steeg van $1.250 per troy ounce medio december 2018 tot bijna $1.350 per troy ounce halverwege februari 2019. Hoewel de goudprijs de afgelopen weken licht is gedaald tot $1.300 per troy ounce, lijkt het er volgens Nitesh Shah, grondstoffenhandelaar bij WisdomTree, op dat het negatieve sentiment waarmee goud in het laatste kwartaal van 2018 werd geconfronteerd, is afgenomen. Hij verwacht dat de goudprijs tegen het einde van dit jaar rond de $1.410 per troy ounce zal staan.

    Posities in goudfutures – een maatstaf voor het sentiment ten opzichte van het goud – is hersteld van een netto-negatieve positie in oktober 2018 tot bijna 100.000 contracten netto long posities. Dat ligt ongeveer op het langetermijngemiddelde. De katalysator achter het herstel was de herinnering dat er zowel financiële als geopolitieke risico’s aanwezig zijn. Eind 2018 en begin 2019 stagneerden de aandelenmarkten en andere cyclische activa. Dat was een steun in de rug voor goud, dat van oudsher wordt gezien als een defensief en veilig toevluchtsoord.

    Toen de leden van de Open Market Committee van de Federal Reserve in december 2018 bijeenkwamen, verwachtten ze dat de rentevoeten in 2019 minstens tweemaal zouden stijgen. Gezien hun recente dovish commentaar en zwakkere economische data, lijkt het erop dat hun plannen in de ijskast zijn gezet. Dat heeft de opwaartse druk op de Amerikaanse dollar- en staatsobligatierendementen enigszins weggenomen. Dat is uiteindelijk ook positief voor goud.

    Zwakte goud is tijdelijk

    Een opleving van de cyclische activa heeft de afgelopen weken het positieve sentiment bij goud weggehaald. Shah is echter van mening dat de zwakte waarschijnlijk van tijdelijke aard is. De markt is er het afgelopen jaar vaak genoeg aan herinnerd dat de volatiliteit op de financiële markten snel kan terugkeren. De financiële stabiliteitsverslagen van alle grote centrale banken vestigen de aandacht op de talrijke risico’s waarmee de markten worden geconfronteerd. Elke uitwerking van een risico kan een opwaarts potentieel voor goud opleveren.

    Op het moment van schrijven lijkt het erop dat een periode van langdurige onzekerheid rond Brexit voor de deur staat, ook al was de exit van het Verenigd Koninkrijk gepland voor het einde van de maand. Er is geen specifieke deadline voor de handelsbesprekingen tussen de VS en China. Hoewel Shah ervan uitgaat dat er in april een overeenkomst wordt gesloten, is het zinvol om toch ook rekening te houden met een ongunstig scenario. Ook als er wordt uitgegaan van een verder herstel van cyclische activa.

    ‘Goudprijs stijgt dit jaar naar $1.410’

    Shah denkt dat de goudprijs nog steeds ondergewaardeerd is en verwacht dat het edelmetaal tegen het einde van het jaar rond de $1.410 per troy ounce zal opleven. Aangezien de Fed aan het einde van zijn renteverkrappingscyclus is gekomen, kunnen de rendementen van de Amerikaanse dollar en de schatkist een hoogtepunt hebben bereikt.

    Als de posities in goudfutures rond het huidige niveau blijven, geven de modellen van WisdomTree aan dat het goud dit jaar zal stijgen tot boven de $1.400 voor een troy ounce.

    Volg Marketupdate nu ook via Telegram

    Waardeert u de artikelen en analyses op onze site, steun ons dan met een eenmalige of periodieke donatie. Met uw donatie kunnen we mooie artikelen blijven schrijven en worden we minder afhankelijk van inkomsten uit advertenties. Klik hier om te doneren!




  • BIS ziet risico in afwaardering bedrijfsobligaties

    De Bank for International Settlements waarschuwt in haar nieuwste rapport voor de gevolgen van een plotselinge afwaardering van bedrijfsobligaties. Mocht de economie in een neerwaartse spiraal komen, dan zal het voor veel bedrijven moeilijker worden om geld te lenen. Dat kan leiden tot meer afwaarderingen, waardoor de economie in een nieuwe recessie belandt.

    De bank der centrale banken merkt op dat bedrijven in de Verenigde Staten sinds de crisis van 2008 op grote schaal geld hebben geleend tegen zeer gunstige voorwaarden. De Federal Reserve hield de rente laag, waardoor het voor bedrijven goedkoper was om geld te lenen dan om nieuwe aandelen uit te geven.

    Risicovolle bedrijfsobligaties

    Deze vloedgolf aan krediet ging niet naar de meest kredietwaardige bedrijven, want cijfers van de BIS laten zien dat vooral de markt voor leningen met een ‘BBB’ kredietstatus de laatste jaren groeide. Dat zijn leningen met een middelmatige kredietscore, tussen het risicovolle high-yield schuldpapier en de meest veilige obligaties met een A-score.

    Dat de markt voor dit soort middelmatige leningen de afgelopen jaren sterk is toegenomen mag geen verrassing heten. Het meest veilige schuldpapier levert amper rendement op, waardoor veel beleggingsfondsen zijn uitgeweken naar beter renderende leningen met een BBB-kredietscore.

    Toename van minder kredietwaardige bedrijfsobligaties brengt risico’s met zich mee (Bron: BIS)

    Verkoopgolf mogelijk

    Zowel in de Verenigde Staten als in Europa is de markt voor het BBB-schuldpapier inmiddels groter dan de markt voor het obligaties met een kredietscore hoger dan ‘A’. Dat is een gevaarlijke situatie, omdat veel institutionele beleggers verplicht zijn een bepaald gedeelte van hun vermogen in veilige leningen te beleggen.

    In een situatie waarin bedrijfsleningen met een BBB-score een afwaardering krijgen zullen veel beleggingsfondsen deze leningen moeten verkopen. Volgens BIS-economen Sirio Aramonte en Egemen Eren kan dat ingrijpende gevolgen hebben op de obligatiemarkt. Daarover zeggen ze het volgende:

    “Een op kredietstatus gebaseerd beleggingsmandaat kan leiden tot een uitverkoop. Als, door toedoen van economische zwakte, genoeg verstrekkers van bedrijfsobligaties worden afgewaardeerd van BBB naar junk status, dan zullen beleggingsfondsen en andere marktparticipanten met een ‘investment grade’ beleggingsmandaat gedwongen worden in korte tijd grote hoeveelheden obligaties te verkopen.

    […]

    Het is een redelijke aanname dat de terugkeer naar een afwaardering als die van 2009 een herbalancering van de beleggingsportefeuilles kan veroorzaken die groter is dan het dagelijkse handelsvolume in de markt voor bedrijfsobligaties.”

    Schulden blijven een probleem

    Beleggingsfondsen in de Verenigde Staten en in Europa hebben volgens de BIS vandaag de dag een veel grotere blootstelling aan deze categorie van BBB-obligaties dan vlak na de kredietcrisis van 2008. Komt er weer een jaar als 2009, waarin het aantal faillissementen sterk toeneemt, dan zal dat een zeer negatieve impact hebben op het beheerd vermogen van beleggingsfondsen.

    De Federal Reserve besloot begin dit jaar de rente niet verder te verhogen. Mogelijk deed ze dat om de druk op de obligatiemarkt te verlichten. Een stijgende rente kan bedrijven in de problemen brengen die leningen met een lage rente moeten doorrollen. Niet alleen in de Verenigde Staten, maar ook in de rest van de wereld. Het is een wereldwijd probleem, omdat ook bedrijven in andere landen in dollars geleend hebben.

    We kunnen er bijna niet onderuit. Onze economie is verslaafd aan schulden en iedere poging om de geldkraan dicht te draaien lijkt acuut stress te veroorzaken op de financiële markten. Een verontrustende conclusie, zeker nu de grenzen van conventioneel monetaire beleid zijn bereikt. De ECB start een nieuwe ronde van liquiditeitssteun voor banken, de Federal Reserve durft de rente niet meer te verhogen en de Bank of Japan overweegt zelfs meer stimuleringen. We hebben de problemen van 2008 enkel voor ons uit geschoven…

    Deze column verscheen eerder op Goudstandaard




  • Centrale banken weten het niet meer

    Centrale banken weten het niet meer

    Centrale banken hebben het er de laatste jaren maar druk mee. Zo is het aantal toespraken dat ze jaarlijks geven in de periode van 1998 tot 2014 verzesvoudigd. Sinds de financiële crisis communiceren ze niet alleen over hun monetaire beleid, maar proberen ze de markt ook met woorden in een bepaalde richting te sturen. Denk aan centraal bankiers die zeggen dat ze de rente nog lang laag zullen houden of dat ze zullen ingrijpen, mocht dat ooit weer nodig zijn. ‘Forward guidance’ noemen we dat.

    Forward guidance wordt door centrale banken uitgelegd als een nieuw beleidsinstrument, maar eigenlijk betekent het dat de bodem van de gereedschapskist van centrale banken in zicht is. Het is alsof je een centraal bankier vraagt om een hamer en hij een papiertje geeft met daarop een tekening van een hamer.

    Centrale banken geven steeds meer toespraken

    Centrale banken praten steeds meer, maar zeggen steeds minder

    In 2017 publiceerde de Zwitserse centrale bank nog een onderzoek over dit onderwerp. Daaruit bleek dat een toename van het aantal persconferenties van centrale banken helemaal niet zorgde voor meer duidelijkheid bij het publiek. Integendeel, de markt kreeg juist meer tegenstrijdige geluiden te horen, waardoor het moeilijker werd om het beleid van centrale banken te voorspellen. Uit de conclusie van het onderzoek van Thomas Lustenberger en Enzo Rossi:

    “Meer communicatie produceert voorspellingsfouten en vergroot de spreiding. Dit inzicht was voorzien door Simon (1971), die zei dat “een overvloed aan informatie een armoede van aandacht creëert.” Het sluit ook aan bij de conclusies getrokken door bijvoorbeeld Morris & Shin (2002), Sims (2003), Kahneman (2003) en Blinder (2004). Zij stellen dat ongecoördineerde communicatie de signaal-ruisverhouding juist kan verlagen in plaats van verhogen, en daarmee de effectiviteit van het monetaire beleid kan belemmeren.

    Anders gezegd, een centrale bank die spreekt met een kakofonie van stemmen heeft in feite misschien helemaal geen stem. Minder spreken kan dus gunstig zijn voor centrale banken die de voorspelbaarheid en homogeniteit tussen financiële en macro-economische voorspellingen willen vergroten. We leveren enig bewijs dat dit in het bijzonder waar voor kan zijn centrale banken waarvan het transparantieniveau al hoog is.

    Nog minder succesvol op het gebied van het voorspellen is het beleid van forward guidance, zoals nagestreefd na de financiële crisis. Het beïnvloedde noch de fouten noch de spreiding van de rente en opbrengstprognoses.”

    Terug bij af?

    De laatste jaren zit de wereldeconomie weer in een opwaartse trend. Dat herstel hebben we voor een belangrijk deel te danken gehad aan het ingrijpen van centrale banken. Met structurele opkoopprogramma’s en liquiditeitssteun voor banken werd het vertrouwen in schuldpapier hersteld. Daardoor kwam ook de kredietverlening aan consumenten en bedrijven weer op gang.

    We kunnen onszelf op de borst kloppen voor de economische groei van de laatste jaren, maar de vraag is of de economie ook zo goed blijft draaien zonder al die stimulering door centrale banken. De Federal Reserve zette haar geplande renteverhoging begin dit jaar niet door, omdat de vooruitzichten voor de economie te onzeker werden. De ECB is nog maar net gestopt met het opkopen van staatsobligaties en er wordt alweer gesproken over een nieuwe ronde van liquiditeitssteun aan banken. Ondertussen overweegt de Bank of Japan extra monetaire stimulering om een waardestijging van de munt te voorkomen.

    Om een lang verhaal kort te maken, het economische herstel van de afgelopen jaren is voor een belangrijk gedeelte te danken aan het ruime monetaire beleid van centrale banken. De gewenste ‘normalisering’ blijkt een moeizaam en pijnlijk proces, waarbij een nieuwe recessie gemakkelijk kan worden uitgelokt.

    Hoe nu verder?

    Centrale banken balanceren op een smal pad tussen deflatie en inflatie. Dat maakt dat ze heel weinig speelruimte hebben om effectief beleid te voeren. Een onvoorzichtige stap in de verkeerde richting – en die hoeft niet per se van centrale banken te komen – kan een keten van gebeurtenissen veroorzaken die leidt tot een nieuwe crisis.

    Mario Draghi zei laatst tijdens een hoorzitting in het Europees Parlement dat groei de beste manier is om uit de schulden te komen. In dit scenario worden schulden door inflatie makkelijker te betalen, maar de keerzijde is dat ook de waarde van het geld verder wordt uitgehold. En dat betekent verlies van koopkracht, zeker voor de lagere inkomens. En dat voedt het wantrouwen van de bevolking ten aanzien van overheden en centrale banken.

    Centrale banken moeten in deze onzekere tijden rekening houden met verschillende scenario’s. Dat betekent dat ze ook moeten anticiperen op de negatieve effecten van meer protectionisme en economische oorlogsvoering in de wereld. Als centrale banken wereldwijd besluiten meer goud te kopen en in toenemende mate goudvoorraden terughalen naar eigen land, dan is dat wat mij betreft zeker een teken aan de wand. We zouden wat meer moeten kijken naar wat centrale banken doen en minder moeten luisteren naar wat ze zeggen.

    Deze column verscheen eerder bij Goudstandaard




  • Rusland voegt 6,2 ton goud aan reserves toe

    Rusland heeft de afgelopen maand 6,2 ton goud aan haar reserves toegevoegd, zo blijkt uit de laatste cijfers van de centrale bank. Daarmee komt de totale goudvoorraad uit op 2118,2 ton, goed voor de vijfde plaats in de ranglijst van landen met de grootste goudreserves. Door de stijging van de goudprijs is de marktwaarde ook verder toegenomen, namelijk tot $89,5 miljard. Daarmee vertegenwoordigt het edelmetaal 18,8% van de totale reserves van de Russische centrale bank.

    Vorig jaar kochten centrale banken een recordhoeveelheid goud, waarbij Rusland met 272 ton de grootste afnemer was. Het land breidt haar goudvoorraad uit om minder afhankelijk te worden van de dollar. Het edelmetaal wordt in eigen land opgeslagen en kent geen tegenpartij risico, in tegenstelling tot reserves in vreemde valuta. Dmitry Tulin van de centrale bank zei in 2015 dat het edelmetaal 100% vrij staat van wettelijke en politieke risico’s.

    ‘Genoeg reserves om alle schulden te dekken’

    De totale reserves van de centrale bank stegen in januari naar $475 miljard, het hoogste niveau sinds juli 2014. Daarmee zijn de reserves van het land voor het eerst groter dan alle schulden aan het buitenland, zo merkte president Poetin op tijdens zijn jaarlijkse ‘State of the Union’. De valutareserves van het land bestaan sinds afgelopen jaar voornamelijk uit euro’s, dollars en Chinese yuan.

    Centrale banken zijn sinds het uitbreken van de crisis netto kopers van goud. Ondanks het feit dat de wereldeconomie de laatste jaren wat beter draait blijven diverse landen hun voorraad uitbreiden. Vorig jaar werden onder andere Polen, Hongarije, India en China weer actief op de goudmarkt. Rusland koopt al jaren goud en doet dat sinds 2014 in een verhoogd tempo. Mogelijk heeft dat te maken met de verslechterde relatie met het Westen en de dreiging van economische en financiële sancties.

    Valutareserves bereiken hoogste niveau sinds juli 2014

    Goudreserve Rusland gestegen tot een waarde van bijna $90 miljard

    Goud als percentage van totale reserves is sterk toegenomen sinds 2008

    Dit artikel verscheen eerder op Goudstandaard




  • Terug naar de tekentafel

    De Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid (WRR) kwam op 17 januari met een aanbeveling voor de regering, waarin het pleit voor het opzetten van een publieke depositobank. De WRR stelt expliciet dat dit een oplossing is binnen de bestaande internationale monetaire en financiële kaders. Dat is jammer, het advies doet daardoor wat provinciaals aan. Had de WRR de huidige staat van deze kaders en de rol die centrale banken spelen bij het bewaken ervan meegenomen in haar analyse, dan zou ze tot de slotsom zijn gekomen dat een depositobank onvoldoende soelaas biedt.

    Centrale banken zijn in onze tijd gerespecteerde instituten. In weerwil van de gangbare zienswijze hebben ze echter geen grip op financiële markten en hebben ze geen centrale plaats in onze geglobaliseerde financiële economie. Verlies van grip op financiële markten begon al in 1955. In dat jaar ontstond de zogenaamde eurodollar markt in de City of London, een interbancaire geldmarkt in claims op dollars. Deze geldmarkt, die opereert buiten jurisdictie en toezicht van het Amerikaanse stelsel van centrale banken (Fed), is in latere jaren sterk gegroeid in samenhang met voormalige koloniën van Groot-Brittannië (offshore) en andere belastingparadijzen.

    Eurodollar markt

    Eurodollars waren een financiële innovatie in reactie op renteverschillen in dollars en pond sterling, aanvankelijk om bankliquiditeit aan te vullen. Al snel werden eurodollars echter gebruikt ter financiering van handelsstromen, om kredietverlening in andere sectoren te faciliteren en voor speculatieve doeleinden. Het rentetarief dat banken elkaar berekenen is Libor (London Interbank Offered Rate). Banken en hun dochterondernemingen uit diverse landen tuigden met elkaar een winstgevende private geldmarkt op en transformeerden zo van verdelers van depositospaargeld in geldvermeerderaars.

    Regulering en toezicht is uit zowel praktische als opportunistische redenen achterwege gebleven. Praktisch omdat deze markt al snel te groot en complex werd om nog te kunnen reguleren. Opportunistisch omdat Europese centrale banken de markt konden gebruiken voor management van hun dollarreserves en overheden, financiële instellingen en multinationals de markt gingen gebruiken om meer te kunnen (uit)lenen en handelen. Groei van internationale kapitaalstromen in de eurodollar markt noopten de VS in 1971 tot het ontkoppelen van de dollar en goud. Vanaf dat moment opereerden financiële markten voor het eerst in de geschiedenis zonder monetair anker.

    “Groei van internationale kapitaalstromen in de eurodollar markt noopten de VS in 1971 tot het ontkoppelen van de dollar en goud. Vanaf dat moment opereerden financiële markten voor het eerst in de geschiedenis zonder monetair anker.”

    Vanaf 1980 kregen financiële markten een flinke duw in de rug door opeenvolgende rondes van de- en re-regulering. In het verlengde van de eurodollar markt kreeg de zogenaamde repo-markt een belangrijke impuls. Het is een marktpraktijk waarbij financiële partijen gebruik maken van kwalitatief hoogwaardig schuldpapier (voornamelijk staatsobligaties) als onderpand bij financiële transacties. Het is een transactie waarbij cash voor een afgebakende periode (meestal een dag) wordt omgeruild voor een obligatie. Na de contactperiode volgt een omgekeerde transactie (repo wil dus zeggen ‘sale & repurchase’). Omdat niet hetzelfde financiële onderpand hoeft te worden geretourneerd en een equivalent volstaat, is er een levendige handel ontstaan in dit onderpand.

    Schuld als onderpand

    Het meest veilige en meest gebruikte onderpand bestaat uit staatsleningen van de VS, omdat het de hoogste kredietstatus heeft en er veel leningen beschikbaar zijn. Duitse staatsleningen zijn echter ook erg gewild. Verschillende partijen in de financiële markten hebben er baat bij en opereren in deze markt: banken als kredietverleners en transactie begeleiders, pensioenfondsen en verzekeraars die lang papier liquide willen maken, custodians als transactiebegeleiders en beleggers, geldmarktfondsen die hun cash veilig kunnen beleggen, hedgefondsen die liquiditeit nodig hebben, multinationals die hun cash veilig kunnen parkeren en over kredietlijnen kunnen beschikken, overheden die een stabiele vraag naar hun schuldpapier willen zien, centrale banken die monetair beleid willen kunnen toepassen.

    Eurodollar en repo vormen tezamen belangrijke pijlers in het wereldwijde op krediet gebaseerde geldsysteem en staan aan de basis van Global Finance en Globalisering. Centrale banken spelen hun rol erin, maar vormen niet meer de kern ervan. Het is een markt die onder stabiele omstandigheden aan de eisen van veiligheid en liquiditeit voldoet, en juist hierdoor is deze volgens gezaghebbende betrokkenen buitensporig in omvang toegenomen.

    “Eurodollar en repo vormen tezamen belangrijke pijlers in het wereldwijde op krediet gebaseerde geldsysteem en staan aan de basis van Global Finance en Globalisering.”

    Met name sinds 1995 is groei van deze markt geholpen. Niet alleen door regulering die schulden stimuleert, maar ook door de ICT-revolutie en toegenomen economisch vertrouwen door de val van het communisme. Er was sprake van een wereldwijde toename van de welvaart, maar tegelijkertijd namen schulden bij overheden, financiële instellingen, bedrijven en consumenten snel toe.

    Weeffout in het financiële systeem

    In dit padafhankelijk geëvolueerde financiële systeem bleek een kapitale weeffout te zitten: de aanname en het vertrouwen dat er onder alle omstandigheden voldoende liquiditeit (eurodollars) aanwezig is om schulden (waaronder repo onderpand) te kunnen aflossen of doorrollen. De gebeurtenissen rondom de kredietcrisis van 2007/2008 (en daarna de eurocrisis van 2011/2012) waren illustratief.

    Europese banken waren spil in een belangrijk segment in de Amerikaanse hypotheekmarkt. Via de eurodollar markt trokken ze geld aan om het (ook via derden) uit te zetten in Amerikaanse hypotheekleningen. Toen in 2007 bleek dat de huizenprijzen konden dalen, brak paniek uit. Onderpand bestaande uit opgeknipte en her-verpakte hypotheekleningen daalde in waarde. Banken moesten meer kapitaal opzij zetten om aan hun kapitaalverplichtingen te kunnen voldoen. Om aan geld te komen waren ze gedwongen onderpand te verkopen, met een verdere daling van waarde tot gevolg.

    Dit zorgde voor een neerwaartse spiraal. Banken leenden elkaar geen geld meer uit door groeiend wantrouwen, onderpand ging in de uitverkoop, financiële markten droogden op. De kredietcrisis was tegelijkertijd een onderpandcrisis en een geldmarktcrisis. Centrale banken bleken de crises niet te hebben voorzien en waren onmachtig om het tij te keren. Uiteindelijk moest de belastingbetaler garant staan voor de verliezen en toekomstige tegenvallers, het bleek een systeem van geprivatiseerde winst en gesocialiseerd verlies.

    Fundamentele problemen niet aangepakt

    Nu, tien jaar na de crisis, is de problematiek van het simultaan opdrogen van eurodollar markt en repomarkt niet geadresseerd. We zijn we nog steeds opgezadeld met hetzelfde financiële systeem. In die periode namen centrale banken de interbancaire geldmarkt over, werden banken ondersteund en werd staatsschuld opgekocht om rentes te verlagen en de economie aan te jagen. Dit alles deden ze om schulddeflatie te voorkomen.

    Ondanks deze crisismaatregelen en de immer optimistische woorden van centrale banken is de economische groei sterk achtergebleven, terwijl de wereldwijde schulden flink zijn toegenomen. De taak van centrale banken is verschoven naar het borgen van de waarde en liquiditeit van schulden in het algemeen en staatsschuld in het bijzonder. Dit resulteert in hogere schulden, te ambitieuze overheden, te grote (semi-publieke) banken en een inherent instabiel financieel systeem dat aan de basis staat van seriële bubbels, een scheve verdeling van de welvaart en sociale onvrede.

    “De taak van centrale banken is verschoven naar het borgen van de waarde en liquiditeit van schulden in het algemeen en staatsschuld in het bijzonder.”

    Signalen in de eurodollar en repo-markt wijzen weer op toenemende spanningen in het financieel systeem. Chinese banken hebben handelsactiviteiten gefinancierd via de eurodollar markt. Met name de Chinese economie staat hierdoor onder druk. Mogelijk staan we aan de vooravond van een nieuwe financiële crisis en een economische recessie. Het gevaar van schulddeflatie is niet geweken.

    Waar de WRR kiest voor kleuren binnen de lijntjes, pleitte Angela Merkel eind januari in Davos voor aanpassen van de monetaire kaders. Dat is hoognodig, er moet serieus worden nagedacht over fundamentele aanpassingen. De meest effectieve manier om instabiliteit van het financiële systeem door overkreditering te voorkomen, begint bij een financieel stelsel waar risico’s weer neerslaan daar waar ze worden genomen: geen impliciete of expliciete garanties meer door de belastingbetaler. Een belangrijk element hierin is een nieuw monetair anker. De grote vraag is of overheden en centrale banken de handschoen op zullen pakken voor of na een crisis.

    Deze column van Sander Boon verscheen eerder in het magazine ‘Vermogen’ van het Beleggingsinstituut.




  • Rogoff: “Verdwijnen contant geld is gunstig voor goud”

    Rogoff: “Verdwijnen contant geld is gunstig voor goud”

    Het verdwijnen van contant geld zal een positieve impact hebben op goud. Dat zegt econoom Kenneth Rogoff in een interview met de World Gold Council. Hij verwacht dat de rol van contant geld in de economie steeds kleiner zal worden, waarbij met name de grote bankbiljetten uit het straatbeeld zullen verdwijnen. Als gevolg daarvan wordt het minder interessant om contant geld te bewaren en zal men vaker uitwijken naar goud.

    Econoom Rogoff hield eerder al een pleidooi voor het afschaffen van grote bankbiljetten. Hij is van mening dat deze vooral voor niet legitieme doeleinden worden gebruikt, zoals belastingontduiking en witwassen. Daar zei hij het volgende over.

    “Contant geld raakt uit de mode, maar het aanbod blijft toenemen. Dat zijn bijna allemaal grote coupures, die hoofdzakelijk gebruikt worden voor belastingontduiking en misdaad. Uiteindelijk zullen deze biljetten zo weinig gebruikt worden voor legitieme transacties dat men niet meer in staat zal zijn om ze wit te wassen. Centrale banken moeten de biljetten dan innemen, maar ik denk dat dat proces versneld moet worden.

    De belastingdienst schat in dat 15% van alle verschuldigde belastingen nooit geïnd wordt. Bedrijven die veel met contant geld werken vertegenwoordigen ongeveer de helft daarvan. In Europa zijn de cijfers nog veel hoger, vooral in Italië, Spanje, Griekenland en Duitsland. En het probleem is dat hierdoor de belastingen voor de rest van ons hoger worden.”

    Financiële repressie

    Het afschaffen van grote bankbiljetten en het ontmoedigen van contant geld dient volgens Rogoff ook en ander doel. Centrale banken kunnen makkelijker een negatieve rente invoeren als consumenten geen mogelijkheid hebben om in contant geld te vluchten. In een tijdperk waarin de rente al bijna op nul procent staat is het belangrijk om ook een effectieve negatieve rente te kunnen hanteren, aldus concludeert de econoom.

    Volgens Rogoff kunnen virtuele munten in de toekomst een grotere rol gaan spelen, maar op een andere manier dan veel mensen denken. Hij verwacht dat overheden en centrale banken er alles aan zullen doen om deze markt te reguleren. Het idee dat techneuten virtuele munten uitbrengen waar overheden geen controle over hebben is volgens hem uitermate naïef. Hij verwacht dat centrale banken deze technologie zullen overnemen en in een gecentraliseerd model zullen uitgeven.

    “De geldhoeveelheid zal in toenemende mate digitaal worden. Over pakweg twintig jaar zullen vrijwel alle centrale banken virtuele munten uitgeven. Je kunt dan op zijn minst een digitale spaarrekening aanhouden bij de centrale bank.

    Cryptocurrency adepten praten over permissieloze en gepermitteerde systemen. Blockchain is een permissieloos systeem omdat het geen centrale vertrouwde autoriteit nodig heeft. Ik denk dat de digitale munten van de toekomst zullen werken via een gepermitteerd systeem met een centrale tegenpartij. Ze zullen wel encryptie hebben, maar niet anoniem zijn.”

    Grotere rol voor goud

    In tegenstelling tot contant geld en decentrale virtuele munten ziet Rogoff wel een toekomst voor goud. Het edelmetaal zal meer gewaardeerd gaan worden als alternatief spaarmiddel. Ook zullen vermogensbeheerders en centrale banken volgens hem meer goud kopen als vorm van diversificatie.

    “Als je naar de geschiedenis van geld kijkt, dan zie je dat goud een unieke rol heeft. Ik denk dat dat geen toeval is. Sommige mensen zeggen dat als goud duizenden jaren geleden niet was gekozen als geld, dat het vandaag dan geen rol had gespeeld. Ik ben het daar niet mee eens. Goud heeft veel nuttige eigenschappen en ik denk niet dat haar status op welke manier dan ook toevallig is. Het is een monetair instrument. Ik denk dat als je de geschiedenis opnieuw zou afspelen, dat je dan opnieuw bij goud zult uitkomen.

    Ondanks dat we minder papiergeld hebben is er behoefte aan een vorm van waardeopslag. Niet alleen vanwege privacy, maar ook om transacties te kunnen doen tussen twee partijen die elkaar niet vertrouwen. Goud vervult deze rol. Het is waarschijnlijk de beste vervanger voor contant geld, dus ik kan me lastig voorstellen dat de waarde in de loop der jaren niet zal toenemen. En er zijn allerlei toepassingen voor goud in nieuwe technologie waar niemand jaren geleden aan gedacht heeft. Dus al met al zie ik de rol van goud niet afnemen.”

    ‘Centrale banken moeten goud kopen’

    Ook in internationaal perspectief voorziet Rogoff een grotere rol voor goud. Hoewel de dollar nog steeds belangrijkste valuta is voor de internationale handel staat de positie van de Verenigde Staten steeds meer ter discussie. Met name de centrale banken van opkomende economieën zouden daarop moeten anticiperen door meer goud te kopen.

    “Centrale banken in opkomende economieën zouden minder dollars en meer goud moeten aanhouden als een manier om hun portefeuille te diversifiëren. Het is simpelweg een kwestie van diversificatie. Op dit moment bezitten de meeste centrale banken van opkomende markten 1 a 2% van hun reserves in goud, met 70 tot 80% in dollars en de rest in euro’s en andere valuta’s. Ik denk dat een toewijzing van 5% een natuurlijke positie is als onderdeel van een effectief diversificatiebeleid, hoewel het hoger zou kunnen zijn. Het Amerikaanse aandeel van de wereldeconomie krimpt immers, de macht wordt gecentraliseerd en we weten niet wat de toekomst brengt.

    De dollar wordt meer dan ooit gebruikt. Een groeiend deel van de Europese bedrijfsobligaties is in dollars, niet in euro’s. Wanneer Aziatische landen schulden in het buitenland schuldpapier uitgeven doen ze dat in dollars. De reserves zijn in dollars en veel goederen zijn geprijsd in dollars. De dollar is vandaag de dag dominanter dan onder Bretton Woods, maar dat betekent niet dat het stabiel is.

    We hebben nu al tekorten van biljoenen dollars en ze zijn beheersbaar. Maar als zakelijke, lokale, staats- en federale schulden groeien, dan zal er een moment komen waarop de VS onder stress komt te staan. En als de tekorten tegen die tijd verdubbeld of verdrievoudigd zijn, zal de inflatie onvermijdelijk volgen. Ons systeem is niet gebouwd voor hoge inflatie, dus het zou ongelooflijke financiële onrust en stress veroorzaken. Het kan tientallen jaren duren, maar deze dingen hebben altijd de neiging op een bepaald moment op te blazen. Naarmate de Amerikaanse economie evenredig kleiner wordt en de dollarisering van de wereldeconomie groter wordt, wordt het evenwicht steeds fragieler.”

    Diversificatie

    Tegen deze achtergrond wordt het volgens Rogoff steeds rationeler om goud te bezitten. De komende jaren zullen Amerikaanse staatsobligaties nog wel veilig zijn, maar het is nog maar de vraag of ze dat op de langere termijn ook zullen blijven. Als je een portefeuille wilt inrichten voor de komende veertig jaar, dan moet je daar de nodige diversificatie in aanbrengen. En daar hoort volgens Rogoff ook een gedeelte in goud bij. Dat geldt voor zowel vermogende particulieren als voor beleggingsfondsen en centrale banken.

    Disclaimer: Marketupdate geeft geen beleggingsadvies en dit artikel moet dan ook niet als zodanig worden beschouwd. Uitspraken over de toekomst gaan gepaard met onzekerheid, wat betekent dat de verwachtingen kunnen veranderen. Resultaten uit het verleden bieden geen garantie voor de toekomst.

    Dit artikel verscheen eerder op Goudstandaard




  • ‘Negatieve rente zorgt voor sneller economisch herstel’

    Een negatieve rente kan een nuttige bijdrage leveren aan sneller economisch herstel. Dat schrijft econoom Vasco Cúrdia van de Federal Reserve in de laatste nieuwsbrief van de Federal Reserve van San Francisco. Hij concludeert dat de Amerikaans economie eerder was hersteld als de centrale bank een negatieve rente had ingevoerd. Met een beleidsrente van -0,25% of zelfs -0,75% had de economie sneller uit een deflatoire crisis kunnen ontsnappen, met als enige bijwerking dat de inflatie wat verder zou oplopen.

    De Federal Reserve besloot in 2008 de beleidsrente te verlagen naar een bandbreedte van 0 tot 0,25 procent. Pas aan het einde van 2015 werd de rente weer verhoogd, omdat de economie toen pas voldoende was hersteld. Had de centrale bank direct na de crisis een negatieve rente ingevoerd, dan had de centrale bank een paar jaar eerder de rente al kunnen verhogen. Bij een rente van -0,75% zou het verlies aan productiecapaciteit van de economie kleiner zijn, waardoor het herstel eerder komt.

    Negatieve rente zorgt voor sneller economisch herstel’ (Bron: Federal Reserve Bank of San Francisco)

    Negatieve rente

    Sinds de financiële crisis van 2008 worstelen centrale banken met de vraag in hoeverre ze de rente kunnen verlagen. De conventionele opvatting was dat een rente van nul procent het minimum is, omdat een negatieve rente ongewenste effecten met zich mee zou brengen. Men vreesde dat spaarders in dat geval hun geld van de bank zouden halen. Centrale banken besloten daarom een andere weg in te slaan, namelijk die van het opkopen van schuldpapier. Daarmee kunnen ze de lange rente omlaag brengen, waardoor de kredietverlening sneller op gang komt.

    Later besloten sommige centrale banken alsnog de rente onder nul te brengen. De ECB verlaagde de depositorente voor banken naar -0,4%, terwijl de Zwitserse centrale bank dit tarief zelfs tot -0,7% verlaagde. De vrees dat spaarders massaal hun geld van de bank zouden halen bleek uiteindelijk onterecht, omdat de meeste spaarders het geld gewoon op de bank lieten staan. Mensen vinden het blijkbaar teveel gedoe om daadwerkelijk geld weg te halen en elders te bewaren. De bereidheid om een negatieve rente te accepteren bleek dus veel groter dan centrale banken hadden gedacht.

    Meer financiële repressie

    Het lijkt erop dat econoom Cúrdia met dit onderzoek de geesten rijp probeert te maken voor een toekomst waarin negatieve rente het nieuwe normaal wordt. Tien jaar na de kredietcrisis hanteren veel centrale banken nog steeds een uitzonderlijk lage rente. Breekt er weer een nieuwe crisis uit zoals die van 2008, dan hebben ze weinig andere mogelijkheden dan om de rente tot ver onder nul te brengen.

    Het is niet voor het eerst dat centrale banken het onderwerp van negatieve rente ter sprake brengen. Vorig jaar april kwam ook de Chinese centrale bank al met onderzoeksrapport over de mogelijkheid van een negatieve rente. In dat rapport worden ook virtuele munten genoemd als instrument om de effectiviteit van een negatieve rente te versterken. Wanneer spaarders veel rente moeten betalen om hun spaargeld bij een bank te parkeren zullen zij alternatieven overwegen, zoals goud kopen of het oppotten van contant geld. De vraag is hoe ver centrale banken kunnen gaan voordat spaarders echt weglopen bij de banken.

    Dit artikel verscheen eerder bij Goudstandaard




  • Goudaankopen centrale banken naar hoogste niveau sinds 1967

    Centrale banken voegde in 2018 netto 651 ton goud aan hun reserves toe, het hoogste volume sinds 1967. Rusland, Turkije en Kazachstan waren vorig jaar de grootste kopers, maar ook andere landen voegden edelmetaal aan hun reserves toe. Vergeleken met een jaar geleden stegen de totale goudaankopen zelfs met 74%.

    Centrale banken kopen goud vanwege toenemende geopolitieke en economische risico’s, zo schrijft de World Gold Council in haar rapport over de goudmarkt in 2018. Verschillende landen streven naar een betere diversificatie van de reserves en besluiten daarom goud te kopen. Het edelmetaal kent immers geen tegenpartij risico.

    Meer landen kopen goud

    Rusland kocht vorig jaar een recordhoeveelheid goud, terwijl landen als Hongarije en Polen voor het eerst in lange tijd weer actief werden op de goudmarkt. Hongarije haalde haar goud terug uit het buitenland en breidde kort daarna haar voorraad uit van 3,1 naar 31,5 ton.

    India voegde het afgelopen jaar ongeveer 40 ton aan haar reserves toe, het hoogste volume sinds de aankoop van 200 ton goud van het IMF in 2009. Ook China keerde na anderhalf jaar van afwezigheid weer terug op de goudmarkt met een bescheiden aankoop van 10 ton. Ook Mongolië wil haar goudvoorraad verder uitbreiden en kocht het afgelopen jaar ongeveer 22 ton goud bij.

    Centrale banken zoeken toevlucht in goud

    Sinds het uitbreken van de kredietcrisis zijn centrale banken op grote schaal goud gaan kopen. Deden ze in de jaren negentig en aan het begin van deze eeuw nog honderden tonnen in de verkoop, nu lijkt het edelmetaal niet aan te slepen. Sinds 2011 voegen centrale banken jaarlijks gemiddeld bijna 500 ton aan hun reserves toe.

    Het is belangrijk om te vermelden dat de verkopers van de jaren negentig niet dezelfde landen zijn als de kopers van nu. Waren het toen vooral Europese landen die een deel van hun riante goudvoorraden in de verkoop deden, nu zijn het de opkomende economieën die het meeste goud kopen. De laatste jaren hebben Rusland en China met afstand het meeste edelmetaal gekocht, gevolgd door een aantal andere Aziatische en Zuid-Europese landen.

    De verwachting is dat veel landen de komende jaren edelmetaal aan hun reserves zullen blijven toevoegen. Uit een onderzoek van de World Gold Council bleek dat bijna 20% van de ondervraagde centrale banken van plan is meer goud te kopen. Met aanhoudende economische en geopolitieke onzekerheid wordt het edelmetaal weer gewaardeerd als veilige haven.

    Centrale banken kochten het afgelopen jaar 650 ton goud (Bron: World Gold Council)

    Rusland ruilt dollarreserves in voor goudreserves (Bron: World Gold Council)

    Dit artikel verscheen eerder op Goudstandaard




  • Lex Hoogduin: “Het huidige financiële systeem is eindig”

    Lex Hoogduin: “Het huidige financiële systeem is eindig”

    Sinds het uitbreken van de crisis is er teveel nadruk gelegd op het versterken van de buffers van banken, maar er is onvoldoende gekeken naar meer structurele problemen. Dat zegt voormalig centraal bankier Lex Hoogduin in een gesprek met Willem Middelkoop bij Café Weltschmerz. Volgens hem is het monetaire systeem al veel eerder haar anker kwijtgeraakt.

    Hoogduin verwijst naar de periode van begin jaren zeventig, toen de internationale goudwisselstandaard werd losgelaten. Dat heeft geleid tot een fase die hij de ‘Great Financial Expansion’ noemt. Dat is de periode waarin de geldgroei explosief is toegenomen. Ook zijn banken en financiële markten vanaf dat moment veel sneller gaan groeien dan de reële economie.

    Lex Hoogduin merkt op dat de financiële sector in Nederland begin jaren ’70 ongeveer 1,5 keer zo groot was de reële economie, maar dat die verhouding gedurende deze expansie gegroeid is tot een factor zes. En dat heeft volgens hem een grote invloed gehad op de manier waarop de economie vandaag de dag functioneert. De financiële sector is zo groot geworden dat centrale banken er hun handen vol aan hebben om deze sector in bedwang te houden.

    ‘Centrale banken kunnen balans niet onbeperkt oprekken’

    In een eerder gesprek met Café Weltschmerz zei Hoogduin dat centrale banken hun balans niet eindeloos kunnen oprekken, omdat er dan vroeg of laat sociale onrust zal ontstaan. Die sociale onrust zien we nu al met de gele hesjes in Frankrijk en een aantal andere landen. Als beleidsmakers niet luisteren naar de wensen van de bevolking kan dat de onrust verder aanwakkeren, aldus de oud-centraal bankier. Lex Hoogduin noemt de kosten van het klimaatbeleid en de mogelijkheid van een transferunie binnen Europa als potentiële bedreiging voor de stabiliteit.

    Centrale banken die aan de knoppen draaien zijn zich volgens Hoogduin onvoldoende bewust van hun eigen rol in de crisis. Door de rente extreem te verlagen hebben ze nieuwe bubbels gecreëerd en de voedingsbodem gelegd voor een nieuwe kredietcrisis. De voormalig centraal bankier ziet nog wel ruimte om het monetaire en fiscale beleid verder op te rekken, maar die ruimte is niet onbeperkt. Daarom moet er meer prioriteit liggen bij het handhaven van gemaakte afspraken over bijvoorbeeld het begrotingsbeleid. Europa moet eerst haar eigen problemen oplossen, aldus Hoogduin. Bekijk hier het gesprek bij Café Weltschmerz.

    Dit artikel verscheen eerder op Goudstandaard




  • Rusland zet dollarreserves om naar euro en yuan

    Rusland zet dollarreserves om naar euro en yuan

    De Russische centrale bank heeft het afgelopen jaar voor $101 miljard aan dollars omgezet naar euro en yuan. Dat blijkt uit een nieuw rapport dat woensdag door de centrale bank werd vrijgegeven. In totaal werd er voor $44 miljard aan zowel Europese als Chinese valuta aan de reserves toegevoegd. Ook werd er voor een bedrag van $21 miljard geïnvesteerd in de Japanse yen.

    Door deze aanpassingen heeft de centrale bank nu meer euro’s dan dollars in haar reserves. Het aandeel van de euro steeg in een jaar tijd van 25,1% naar 32%, terwijl dat van de dollar van 46,3% naar 21,9% daalde. De Chinese yuan is goed voor bijna 15% van de totale reserves van Rusland, tien keer zoveel als het gemiddelde van centrale banken wereldwijd. Volgens cijfers van het IMF staat een kwart van alle wereldwijde reserves in yuan bij de Russische centrale bank op de balans.

    Diversificatie

    Rusland wil minder afhankelijk worden van de Amerikaanse dollar en zoekt daarom diversificatie in andere valuta. Ook blijft het land goud kopen, als vorm van verzekering tegen politieke en economische risico’s. Was de dollar in het verleden nog de belangrijkste munt voor Rusland, nu lijkt de euro deze rol over te nemen. Ook wint de Chinese yuan aan marktaandeel in het handelsverkeer tussen Rusland en China.

    Deze koerswijziging niet alleen symbolisch, maar ook praktisch. Rusland handelt immers veel meer met Europa en China dan met de Verenigde Staten. Daar komt bij dat de Amerikaanse dollar een steeds groter risico vormt, vanwege de aanhoudende dreiging van nieuwe economische sancties. Cijfers van de centrale bank laten zien dat Rusland het afgelopen jaar al minder valutareserves in de Verenigde Staten bewaarde. Sinds maart is het gedeelte van de reserves in beheer bij Amerikaanse financiële instellingen gedaald van 29% naar slechts 10%.

    Rusland ruilt dollars in voor euro en yuan (Bron: Central Bank of Russia)

    Rusland breidt reserves uit

    De centrale bank van Rusland beschikte eind vorig jaar over ruim $460 miljard aan reserves. Daarmee behoort Rusland tot de top tien van landen met de grootste reserves. Door een diversificatie richting euro’s en yuan is de gemiddelde kwaliteit van de valutareserves op papier gedaald. Kredietbeoordelaars geven immers een lagere kredietscore aan verschillende Europese landen en China. De afweging om meer goud en andere valuta in de reserves op te nemen lijkt daarom meer een politieke dan economische afweging.

    Valutareserves in euro en yuan hebben lagere kredietscore dan dollarreserves (Bron: Central Bank of Russia)

    ‘De dollar laat ons in de steek’

    De Russische president Poetin zei vorig jaar in zijn jaarlijkse vraag en antwoordsessie met de internationale pers dat hij minder vertrouwen heeft in de stabiliteit van de dollar. Hij zei dat verschillende landen om die reden op zoek zijn naar alternatieven voor de Amerikaanse valuta. Eind vorig jaar kwam de Europese Commissie met een voorstel om olie voortaan standaard in euro’s af te rekenen. Op die manier kunnen Europese landen en Rusland hun afhankelijkheid van de Amerikaanse munt verkleinen.

    Dit artikel verscheen eerder op Holland Gold




  • ‘Federal Reserve moet inflatiedoel verruimen’

    ‘Federal Reserve moet inflatiedoel verruimen’

    De Federal Reserve zou meer ruimte moeten krijgen om de economie te ondersteunen en moet daarom haar inflatiedoelstelling versoepelen. Dat zei John Williams van het Amerikaanse stelsel van centrale banken tijdens een economische conferentie in Atlanta. In plaats van te streven naar een inflatie van dicht bij de 2% zou de centrale bank moeten streven naar een bepaald prijsniveau. Dat houdt in dat de centrale bank ook een hogere inflatie kan nastreven, zo lang het gemiddelde over de langere termijn op 2% uitkomt.

    Williams merkte op dat de inflatie in tijden van economische groei verder mag oplopen, omdat deze in tijden van crisis meestal veel lager is dan 2%. Hij pleit daarom voor een flexibele inflatiedoelstelling, die in bepaalde periodes ook de grens van 2% mag overstijgen. Deze aanpassing geeft de Federal Reserve meer ruimte om monetair beleid te voeren, aldus de centraal bankier.

    Ruimere inflatiedoelstelling

    Het loslaten van de traditionele inflatiedoelstelling stelt de Federal Reserve ook in staat langer door te gaan met monetaire verruiming. Dat maakt het beleid van de centrale bank ook minder voorspelbaar. Volgens de centraal bankier moet de Federal Reserve nu al voorbereidingen treffen voor een volgende crisis. In een crisis is het veel lastiger om veranderingen in het beleid uit te leggen.

    Ondanks de renteverhogingen van de centrale bank staat de rente nog steeds veel lager dan voor de crisis. Dat betekent dat er veel minder speelruimte is om de rente in een volgende crisis te verlagen. Met een ruimere inflatiedoelstelling kan de Federal Reserve de rente makkelijker verhogen.

    Volg Marketupdate nu ook via Telegram

    Waardeert u de artikelen en analyses op onze site, steun ons dan met een eenmalige of periodieke donatie. Met uw donatie kunnen we mooie artikelen blijven schrijven en worden we minder afhankelijk van inkomsten uit advertenties. Klik hier om te doneren!