Tag: eurozone

  • Column: Italië moet de eurozone verlaten

    Italië moet de euro opgeven, omdat toetreding tot de eurozone zeer schadelijk is geweest voor zijn economie. Terugkeer naar de lire, met een eigen monetair beleid, kan de economie van het land redden.
    Onder leiding van premier Massimo d’Alema, van de partij Democratisch Links, trad Italië in 1999 toe tot de eurozone. Deze deelname bleek uiterst nadelig en bracht het totale verlies van een onafhankelijk monetair beleid met zich mee. Het is de belangrijkste oorzaak van de teleurstellende prestaties van de Italiaanse economie.

    Het bruto binnenlands product (bbp) van Italië bedraagt momenteel 1,94 biljoen dollar. De economie groeit nauwelijks, in januari schatte de centrale bank van het land dat die dit jaar slechts met 0,6 procent zou groeien. Tussen 1969 en 1998 steeg daarentegen het reële bbp per hoofd van de bevolking met 104 procent. Toen beschikte Italië over een monetaire beleidsautonomie dankzij de lire. De monetaire autoriteiten grepen vaak in door de munt te devalueren.

    Met de toetreding tot de eurozone is de devaluatieoptie van tafel gegaan. Het monetaire beleid van Italië wordt nu bepaald door de Europese Centrale Bank. Tijdens de periode 1999-2016 daalde het reële bbp per hoofd van de bevolking van Italië met 0,75 procent. Tegelijkertijd groeide het reële bbp per hoofd van de bevolking van Duitsland met 26,1 procent. Dus sinds de lancering van de euro verloren de Italianen, maar wonnen de Duitsers.

    Staatsschuld

    Zelfs bij krimp van de Italiaanse economie nam de schuld van het land toe. Het heeft nu de derde grootste staatsschuld in de wereld, na de VS en Japan. De schuldenberg van 2,7 biljoen dollar (132 procent van het bbp) is veel te hoog. Redding van de Italiaanse economie is onmogelijk; deze gaat de capaciteiten van de Europese staten te boven.

    Sinds 1999 is het in alle opzichten steil bergafwaarts gegaan. Fiat domineert niet langer de Europese automarkt en Italië heeft zijn leidende positie als producent van witte huishoudelijke apparaten verloren. Veel fabrieken zijn gesloten en verschillende grote bedrijven zijn naar andere landen verhuisd.

    Arbeidsmarktproblemen, geringe publieke en private investeringen in onderzoek en ontwikkeling, een grote en inefficiënte bureaucratie, een slecht functionerend en kostbaar rechtssysteem, grootschalige corruptie en belastingontduiking zijn enkele van de hardnekkige problemen van Italië. Nu devaluatie geen optie meer is, zijn de Italianen niet in staat om hun huis op orde te brengen, te beginnen met hun economie.

    De werkloosheid ligt rond de 11 procent, het op drie na hoogste percentage in de Europese Unie, na Griekenland, Spanje en Cyprus. De werkloosheid onder jongeren tussen 15 en 24 jaar is toegenomen tot een alarmerende 30,8 procent. Uit de jongste cijfers blijkt dat sinds 2017 vijf miljoen mensen in absolute armoede leven. Het gaat om 6,9 procent van de Italiaanse huishoudens. Als gevolg hiervan waart er een diepe economische en sociale crisis rond in dit mediterrane land.

    Als gevolg hiervan wordt een diepe economische en sociale crisis door dit mediterrane land van het Europese Zuiden gesleurd als een orkaan.

    Zelfs nu schulden, werkloosheid en armoede stijgen, heeft Italië de maximale bankfilialen per inwoner in Europa. Deze branches overleven vooral door het verstrekken van rente en zakelijke leningen, een arm en kortzichtig bedrijfsmodel. Gezien het feit dat de rentetarieven in de eurozone nul zijn, verliezen banken verliezen. Hun verplichtingen bedragen $290 miljard, ongeveer 15% van het Italiaanse bbp. Italiaanse banken zitten in grote problemen en spitten meer problemen voor de economie die voor hen ligt.

    De Italiaanse economie is de derde grootste in de eurozone. Niettemin is ze in de slecht ontworpen monetaire unie als een moe paard, beladen met onhandelbare schulden. Ze moet bergopwaarts marcheren over de stenen van een ongelooflijk rigide eurozonesysteem.

    Tegenstrijdige belangen

    De eurozone van vandaag is niets anders dan een combinatie van tegenstrijdige belangen onder de lidstaten die er deel van uitmaken. Wat voor Italië van groot belang is, is niet interessant voor Duitsland. En verzoening tussen de tegengestelde belangen in het tijdperk van de gemeenschappelijke munt is onmogelijk gebleken. Dit komt omdat Duitsland, de dominante economische macht van de eurozone, erin is geslaagd om te regeren en te domineren. Het gebruikt de euro in zijn voordeel en andere landen buigen en gehoorzamen, in plaats van zich te verzetten of bezwaar te maken.

    Het is voor Italië tijd om de eurozone te verlaten. Tot nu toe hebben Italiaanse politici gevreesd voor de negatieve effecten op korte termijn van een dergelijke exit. Toch zullen de kosten van het uitstellen van de uitstap van Italië uit de eurozone uiteindelijk veel groter blijken te zijn dan de kosten van een breuk.

    Industriële vermogen

    Het besluit van de coalitieregering van de Five Star Movement en de Lega om bij Brussel een begroting voor 2019 in te dienen met een tekort van 2,4 procent, was duidelijk een stap in de goede richting. Italiaanse beleidsmakers moeten de economie versterken door de binnenlandse vraag te vergroten en de welvaart van de mensen te beschermen. In een crisis kunnen ze de strikte fiscale (door Duitsland voorgeschreven) regels van Brussel niet volgen.

    Italië moet ophouden met dansen op de bevelen van Berlijn en de euro vaarwel zeggen. Door terug te keren naar de lire zal het land zijn politieke, economische en institutionele soevereiniteit terugwinnen. Want Italië heeft nog steeds het op een na grootste industriële vermogen (na Duitsland) in de eurozone, met een bbp van 19 procent. Het land produceert vliegtuigen, auto’s, wapens, elektronische systemen, parfums, schoenen en kleding. Het exportpotentieel is nog steeds omvangrijk.

    Er is nog een reden om de euro te verlaten. Italië heeft energie nodig in de vorm van goedkope olie en gas. Door de euro te verlaten, kan het olie uit Libië en gas uit Gazprom krijgen. Dit zou zijn productiekosten verlagen. Combineer dat met een flexibele nationale valuta en de Italiaanse economie zou extreem concurrerend worden.

    Kortom, als Italië blijft varen in de turbulente zee van de eurozone, zullen krachtige winden het land tot zinken brengen. Maar als op basis van politiek leiderschap wordt besloten om van koers te veranderen en terug te keren naar de nationale munt, zal Italië nog steeds in staat blijken zichzelf te redden.

    Karderinis Isidoros

    Over de auteur:

    Isidoros Karderinis werd geboren in 1967 in Athene. Hij is romanschrijver, dichter en columnist. Hij studeerde economie en heeft postdoctorale studies afgerond in de toeristische economie. Zijn artikelen zijn wereldwijd gepubliceerd in kranten, tijdschriften en websites. Zijn gedichten zijn vertaald in het Engels, Frans en Spaans en gepubliceerd in poëzie bloemlezingen, in literaire tijdschriften en in literaire bladen van kranten. Hij heeft zeven poëzieboeken en drie romans gepubliceerd. Zijn boeken zijn gepubliceerd in de VS, Groot-Brittannië, Spanje en Italië.

    Facebook: Karderinis Isidoros
    Twitter: isidoros Karderinis
    Email: [email protected]

    Voetnoot: Deze column is op persoonlijke titel geschreven door Karderinis Isidoros. Zijn standpunten hoeven dan ook niet de visie van Marketupdate te vertegenwoordigen. Dit artikel verscheen eerder in de Fair Observer.




  • Groeivertraging Italië toont aan dat risico’s eurozone volop aanwezig zijn

    Deze analyse is geschreven door Bart Hordijk, valuta-analist bij Monex Europe

    De Italiaanse groeiverwachting voor 2019 die deze week door de Italianen zelf naar beneden werd bijgesteld, illustreert eens te meer dat risico’s voor de euro(zone) uit vele hoeken kunnen komen. De Italianen stelden hun groeiverwachting bij naar 0,1% voor 2019, flink lager dan de 1,0% die in het najaar nog verwacht werd.

    Dit betekent dat het begrotingstekort niet op de geplande 2,04% gaat uitkomen, maar waarschijnlijk eerder rond de 2,5%. Dit kan, zeker als de Italianen in het najaar hun budget voor 2020 door de Europese Commissie goedgekeurd moeten krijgen, gaan leiden tot nieuwe spanningen op de markten voor Italiaanse staatsschulden, die op hun beurt snel kunnen overslaan op de euro (zie onderstaande grafiek).

    Macro-economische risico’s nemen toe

    Eerder werd al waargenomen dat macro-economische risico’s zich opstapelen in de eurozone, wat bijvoorbeeld goed te zien was in de Duitse fabrieksorders die hun laagste punt bereikten sinds de financiële crisis. Daar komen de Italiaanse risico’s nog bovenop. Deze vormen een combinatie van een politiek en een economisch risico, aangezien de keuzes van de huidige regering als onverstandig worden gezien door markten, wat wordt versterkt nu de groei in Europa lijkt te zijn vertraagd.

    Ook is het een reëel risico dat de regering van President Trump achter de Europeanen aan komt wanneer hij klaar is met de handelsoorlog met China. Dit is iets waar dinsdag al een voorproefje van werd geserveerd toen de Amerikaanse regering aankondigde importheffingen ter waarde van $11 miljard te overwegen op Europese goederen naar aanleiding van de EU-subsidies voor het Europese Airbus. Dit werd onlangs als illegaal geclassificeerd door de WTO.

    Uitstel Brexit

    Tenslotte lijkt ook de Brexit af te stevenen op een lange extensie, wat ervoor zorgt dat de onzekerheid in het Verenigd Koninkrijk blijft voortduren, dat ook zo zijn weerslag heeft op de economieën van landen die veel met de Britten handelen, zoals Nederland, Duitsland en Ierland.

    Zelfs als de macro-economische condities in de eurozone verbeteren, dan zijn er nog genoeg scenario’s te bedenken waarbij de euro afzwakt. Deze breed verspreide risico’s zijn reden om het komende halfjaar terughoudend te zijn met het innemen van longposities in de euro tegenover bijvoorbeeld de Amerikaanse dollar.

    Markten prijzen het renteverschil tussen de Italiaanse en de Duitse 10-jarige staatsobligaties momenteel redelijk laag in. Hier kan komende maanden gemakkelijk verandering in komen, wat net als in het najaar 2018 zal wegen op de euro.

    Disclaimer: Marketupdate geeft geen beleggingsadvies en dit artikel moet dan ook niet als zodanig gelezen worden. Beleggen brengt risico met zich mee en resultaten uit het verleden bieden geen garantie voor de toekomst.

  • Donkere wolken pakken zich samen boven Eurozone

    In het derde kwartaal van 2018 begonnen de cijfers er al minder uit te zien. De economische groei viel met 0,2% terug naar het laagste niveau in vier jaar. Volgens de ECB zou de inzinking slechts tijdelijk zijn en was het groeicijfer een eenmalige vertekening van de economische werkelijkheid in de Eurozone.

    Aan het begin van 2019 is steeds duidelijker geworden dat het optimisme van de ECB op weinig tot niets gestoeld was. De groeivertraging neemt structurele vormen aan. Althans, dat doen de talrijke economische data vermoeden die in de loop van het vierde kwartaal en ook in januari naar buiten zijn gebracht. De meest recente, die van de inkoopmanagers, kwam in januari met een telling van 50,7 uit op het laagste niveau in 66 maanden. De Duitse industrie lijkt met een telling van 49,9 op de rand van een recessie te balanceren. De uitslag over januari is de laagste in meer dan vier jaar.

    Eurozone onder druk

    Er zijn nog meer zeer ongunstige signalen. Zo zakt de euro weg tegen de dollar naar een niveau dat we sinds juli 2017 niet meer hebben gezien. Ook de gang van zaken rondom Bunds, de 10-jarige staatsleningen van Duitsland, is weinig geruststellend. Het rendement is tot onder 0,2% gedaald. Als dat tot onder 0,15% zakt, dan is de nood echt aan de man, zo denkt de markt.

    De dreigende structurele groeivertraging komt voor de ECB op een uiterst ongelukkig moment. De centrale bank staat aan de vooravond van een belangrijke monetaire beleidswijziging. De bank gaat stoppen met haar programma van monetaire verruiming. Er worden geen nieuwe obligaties meer opgekocht. Vooralsnog houdt de ECB de moed erin. Bij monde van voorzitter Mario Draghi laat de centrale bank weten geen aanleiding te zien om af te zien van het voorgenomen beleid. Wel belooft de voorzitter de vinger aan de pols te houden.

    Weinig speelruimte voor de ECB

    De vraag is uiteraard of de centrale bank veel ruimte heeft voor nieuw beleid. De rente is nagenoeg 0%. Wellicht dat in maart op basis van nieuwe data besloten wordt de rente te verlagen. Sommige politici en beleidsmakers hebben gesuggereerd dat het misschien tijd is voor een ronde van goedkope leningen aan banken, de zogeheten Targeted Longer-Term Refinancing Operations (TLTRO). Op die manier kan er goedkoop krediet voor de economie beschikbaar komen.

    Volgens Draghi is het daarvoor nog te vroeg en ook in dat opzicht is het wachten op de uitkomst van het bankiersoverleg in maart. De enige concrete toezegging van de ECB is dat de opgekochte obligaties met een waarde van €2,6 biljoen doorgerold worden en niet in de markt gezet worden. Dat gaat pas gebeuren als de rente verhoogd wordt. En het is helemaal de vraag of dat nog in 2019 gaat gebeuren, gelet op het ongunstige tij. Door ze niet van de balans te halen blijven de leenkosten voor bedrijven laag, zo stelt de ECB geruststellend.

    Externe factoren

    De terughoudendheid om echt handelend op te treden is wel te begrijpen. De mogelijkheden om echt op te treden lijken beperkt en de bank is daarbij afhankelijk van factoren waar het zelf weinig greep op heeft. Hoe ontwikkelt de tarievenoorlog tussen de VS en China zich? Hoe gaat de Brexit verlopen? Gaat de Chinese overheid wel of niet stimuleren en wat gaat de Fed doen? Gaat die inderdaad stoppen met het verder verhogen van de rente. Als de Amerikanen dat doen, dan leggen ze bijna automatisch een vloer onder de prijzen van de diverse assets.

    Het is allemaal weinig geruststellend. De Eurozone vertraagt economisch, zonder dat de ECB daar veel tegen kan doen. De vrees dat het monetaire verruimingsbeleid van de afgelopen jaren de ECB machteloos zou maken bij een nieuwe economische recessie, lijkt bewaarheid te worden. Dat is geen prettige vaststelling.

    Cor Wijtvliet

    corwijtvliet-logo

    Deze bijdrage is afkomstig van www.corwijtvliet.nl

    Tot slot:

    • Hebt u opmerkingen en/of vragen? Mail ze gerust aan: [email protected]
    • Of via mijn twitteraccount: @wijtvliet
    • Voor meer door mij geschreven artikelen bezoekt u mijn website: www.corwijtvliet.nl
    • Of bezoek www.Beurshalte.nl      
    • Ontvangt u het Cor Wijtvliet Journaal niet rechtstreeks? Abonneert u zich dan hier!

    Vindt u deze columns van Cor Wijtvliet interessant, dan kunt voor €25 per jaar donateur worden van het CorWijtvlietJournaal. Ook kunt u een geheel vrijwillige bijdrage overmaken naar NL14RABO0156073676, ten name van Wijtvliet Research.

    Donateurs krijgen niet alleen zonder vertraging het CorWijtvlietJournaal in hun mailbox, maar kunnen ook rekenen op een wekelijkse extra nieuwsbrief met vijf beleggingstips van Cor Wijtvliet. Neem voor meer informatie contact op met Cor Wijtvliet via het hierboven genoemde mailadres.




  • Euro wint aan populariteit in Italië

    De Italiaanse bevolking meer vertrouwen gekregen in de euro dan een jaar geleden, zo blijkt uit de nieuwste Eurobarometer die al in handen is van Politico. Van alle respondenten in Italië sprak 57% zich positief uit over de gemeenschappelijke munt, terwijl dat vorig jaar slechts 45% was. De eurosceptische Italianen zijn volgens het onderzoek van de Europese Commissie sterk in de minderheid, want slechts 30% blijkt negatief te zijn over de euro. Dat was een jaar eerder nog 40%. De resultaten van dit onderzoek zijn opvallend, omdat de nieuwe regering een eurosceptisch standpunt inneemt. Blijkbaar is het draagvlak voor de euro onder de bevolking een stuk groter dan bij de regeringspartijen.

    Ook in de eurozone als geheel geniet de euro het vertrouwen van een meerderheid van de bevolking. In de gehele muntunie werden 17.000 mensen ondervraagd, waarvan 64% de euro als iets positiefs beschouwde. Een kwart van de respondenten was negatief, terwijl 11% het nog niet weet of er geen uitgesproken mening over heeft. Nederland scoort bovengemiddeld in dit lijstje met 69% positief en 21% negatief. Lijstaanvoerder is Ierland, waar de euro het vertrouwen geniet van 85% van de bevolking.

    Volg Marketupdate nu ook via Telegram

    Waardeert u de artikelen en analyses op onze site, steun ons dan met een eenmalige of periodieke donatie. Met uw donatie kunnen we mooie artikelen blijven schrijven en worden we minder afhankelijk van inkomsten uit advertenties. Klik hier om te doneren!




  • ECB: ‘Italië geen bedreiging voor eurozone’

    ECB: ‘Italië geen bedreiging voor eurozone’

    Ondanks de grote volatiliteit op de financiële markten als gevolg van de politieke situatie in Italië is er geen sprake van een bedreiging voor de eurozone. Dat zei Vitas Vasiliauskas van de Algemene Raad van de ECB tegenover Reuters.

    De afgelopen weken was het door de ontwikkelingen in Italië erg onrustig op zowel de obligatiemarkt als de valutamarkt. De euro ging onderuit vanwege de eerdere geruchten over een mogelijk Italiaans vertrek uit de muntunie, terwijl de obligatiemarkt nerveus werd van de plannen om een deel van de staatsschuld weg te strepen.

    Rente Italië blijft hoog

    De nieuwe Italiaanse regering heeft deze extreme standpunten ingetrokken, maar daarmee is de rust nog niet teruggekeerd. Beleggers richten hun aandacht nu op de ECB, die sinds de laatste ontwikkelingen in Italië meer vaart lijkt te zetten achter het beëindigen van haar stimuleringsprogramma.

    Volgens Vasiliauskas vormt Italië geen bedreiging meer voor de Eurozone, nu het land weer een regering heeft. Dat wil overigens niet zeggen dat Italië nog steeds een enorm schuldenprobleem heeft, dat alleen maar groter zal worden als de rente weer gaat stijgen. En die is in korte tijd opgelopen tot meer dan drie procent, het hoogste niveau in vier jaar.

  • Drie armste landen van de EU willen bij de euro

    De drie armste landen van de Europese Unie willen graag meedoen aan de muntunie en hebben deelname aan de euro op de agenda gezet. Eerder al werd duidelijk dat ook Bulgarije en Kroatië hun monetaire soevereiniteit willen inwisselen voor de euro, maar nu heeft ook Roemenië haar intentie uitgesproken om deel te nemen.

    De drie landen worden niet alleen gelokt door de voordelen die de euro kan brengen ten aanzien van handel en buitenlandse investeringen, maar dat er met deelname aan de gemeenschappelijke munt mogelijk ook meer Europees geld in deze landen geïnvesteerd zal worden. Uit de laatste EU-begroting blijkt namelijk dat er veel meer nadruk ligt op de Eurolanden dan op de EU-landen die aan hun eigen munt vasthouden.

    Nieuwe kandidaten zijn minder rijk dan andere eurolanden (Bron: Bloomberg)

    Steeds meer landen gaan over op de euro

    Het aantal deelnemers van de gemeenschappelijke munt is door toetreding van diverse oost-Europese landen sinds de invoering gestegen van 12 naar 19 landen. Maar ook in verschillende Oost-Europese landen die nog steeds een eigen munt hanteren wordt de euro al steeds meer gebruikt, een fenomeen dat ook wel euroisatie genoemd wordt.

    Om de handel met andere eurolanden in goede banen te leiden proberen veel niet-eurolanden in de Europese Unie de waarde van hun munt stabiel te houden te opzichte van de euro. Een voorbeeld daarvan in Bulgarije, dat haar eigen munteenheid gekoppeld heeft aan de euro als voorbereiding op deelname aan het wisselkoersmechanisme later dit jaar. Als de munt twee jaar lang stabiel blijft ten opzichte van de euro mag het land toetreden tot de muntunie.

    Uitbreiding eurozone

    Deelname aan de euro is een proces wat enkele jaren in beslag neemt, omdat er zowel op fiscaal als monetair beleid de nodige voorbereidingen gedaan moeten worden. Kroatië heeft als doel gesteld binnen vijf tot zeven jaar de euro in te kunnen voeren, terwijl Roemenië nog geen deadline op de agenda heeft gezet. Het land wil in 2020 een bruto binnenlandse product per hoofd van de bevolking van tenminste 70% van het gemiddelde van alle eurolanden. Een ambitieus streven, want het bbp per hoofd van de bevolking ligt daar nu op ongeveer 60% van het gemiddelde van de Eurozone.

    Wanneer EU-landen voldoen aan de gestelde criteria kunnen ze de euro invoeren, ook als de landen op andere criteria minder goed scoren. Denk bijvoorbeeld aan het toezicht op en de stabiliteit van de binnenlandse bankensector. Door de Europese schuldencrisis van een aantal jaar geleden werd duidelijk dat sommige Spaanse banken er heel slecht voor stonden en dat er in Italië veel slechte leningen op de bankbalansen stonden. Ook Bulgarije staat relatief hoog op de ranglijst van landen waar de bankensector veel slechte leningen op de balans heeft staan.

    De uitbreiding van de euro is ook een politiek project, waarin iedere nieuwe toetreding wordt uitgelegd als een succes voor de muntunie. De tijd zal uitwijzen of het ook voor de Oost-Europese landen de moeite waard is om hun eigen monetaire soevereiniteit op te geven voor deelname aan de euro en of het ook voor de relatief sterke landen van de muntunie voordelen oplevert.

    Volg Marketupdate nu ook via Telegram

    Dit artikel wordt u aangeboden door Goudstandaard, uw adres voor de aankoop en verzekerde opslag van edelmetalen. Wilt u goud kopen? Neem dan contact op door te mailen naar [email protected] of door te bellen naar +31(0)88-4688488.

  • Wie maakt zich nog zorgen over uiteenvallen euro?

    De kans dat de euro valt is nog nooit eerder zo klein geweest als nu. Dat suggereert althans de Sentix Euro Break-up Index, die maandelijks het sentiment onder ongeveer duizend professionele beleggers meet. Volgens de laatste peiling van 31 januari gelooft nog maar 6,9% van de respondenten dat de muntunie binnen twaalf maanden uit elkaar zal vallen, het laagste niveau ooit gemeten. Ter vergelijking, tijdens het hoogtepunt van de Europese schuldencrisis in de zomer van 2012 hield maar liefst 73% van de respondenten rekening met het uiteenvallen van de eurozone.

    De angst voor het uiteenvallen van de muntunie werd destijds weggenomen door ingrijpen van de ECB-president Draghi. In zijn persconferentie op 26 juli van dat jaar zei hij dat hij alles zou doen wat nodig is om de euro te redden, zo lang dat binnen het mandaat valt. Vijf jaar later en verschillende liquiditeitsprogramma’s en opkoopprogramma’s verder is hem dat inderdaad gelukt, al vragen verschillende economen zich af of de centrale bank daarmee niet buiten haar mandaat is getreden.

    Beleggers hebben weer veel vertrouwen in de euro (Bron: Bloomberg)

    Vertrouwen in de euro weer terug

    De beruchte “Whatever it takes” toespraak bleek een keerpunt te zijn, want sindsdien zijn de zorgen over het voortbestaan van de muntunie als sneeuw voor de zon verdwenen. In 2015 steeg de index weer, omdat er meer onzekerheid was of Griekenland nog wel uit haar schuldenproblematiek kon ontsnappen. Maar nu Griekenland weer een overschot op de begroting heeft zijn ook deze zorgen voorlopig naar de achtergrond verdwenen.

    Vorig jaar is het vertrouwen in de munt verder toegenomen, omdat de verkiezingen in Nederland, Duitsland en Frankrijk niet tot grote veranderingen hebben geleid in het beleid ten aanzien van de euro. Verschillende eurosceptische partijen stegen in populariteit, maar nog niet voldoende om de gevestigde orde uit te kunnen dagen. Mogelijk heeft ook dat bijgedragen aan de sterke opmars van de euro ten opzichte van de dollar. De wisselkoers staat op het moment van schrijven op bijna $1,25, het hoogste niveau in drie jaar tijd.

    Dit artikel wordt u aangeboden door Goudstandaard, uw adres voor de aankoop en verzekerde opslag van edelmetalen. Wilt u goud kopen? Neem dan contact op door te mailen naar [email protected] of door te bellen naar +31(0)88-4688488.

  • Bulgarije wil euro invoeren

    Bulgarije wil euro invoeren

    Bulgarije wil binnen een half jaar de procedure in gang zetten om toe te treden tot de eurozone. Dat zei de Bulgaarse Minister van Financiën Vladislav Goranov donderdag tegenover een groep journalisten in de hoofdstad Sofia. Nog voor de zomer wil het voormalige Oostblokland het Exchange Rate Mechanism (ERM II) in gang zetten, een verplichte procedure voor landen die de euro willen invoeren.

    Bulgarije werd op 1 januari 2007 lid van de Europese Unie en kreeg daarmee de mogelijkheid om op termijn ook de euro in te voeren. Het land heeft nu nog haar eigen munt, maar die is al jaren tegen een vaste wisselkoers aan de euro gekoppeld. Volgens Goranov zijn er geen goede redenen meer te bedenken om Bulgarije buiten de muntunie te houden. Door de koppeling met de euro volgt de centrale bank het beleid van de ECB en is er geen mogelijkheid meer om de munt te devalueren. Bulgarije heeft een staatsschuld van minder dan 30% van het bruto binnenlands product en een evenwicht op de begroting, waarmee ze haar financiën beter op orde heeft dan de meeste eurolanden.

    Uitbreiding eurozone

    Van de 28 landen in de Europese Unie hebben 19 landen hun eigen valuta al ingewisseld voor de euro. De overige landen zijn ook verplicht om op termijn de euro in te voeren, zodra deze voldoen aan alle voorwaarden. Het Verenigd Koninkrijk en Denemarken zijn vrijgesteld van de verplichting om de gemeenschappelijke munt over te nemen. Zweden hield in 2003 een referendum, waar de bevolking in meerderheid zich uitsprak tegen invoering van de euro.

    Bulgarije is klaar om euro in te voeren

  • Video: Hoe werkt het TARGET2 betalingssysteem?

    In deze aflevering van Café Weltschmerz praten Paul Buitink en Thomas Bollen over de rol van het TARGET2 systeem binnen de Eurozone. Dit interbancaire betalingssysteem is ontworpen om de geldstromen binnen de muntunie te optimaliseren, omdat het banken in de hele Eurozone in staat stelt real-time time geld naar elkaar over te maken.

    Waarom is dit systeem bedacht en hoe komt het dat Nederland en Duitsland zoveel overschotten op hun TARGET2 balans hebben? En moeten we ons als Nederland zorgen maken dat we de ruim €100 miljard aan vorderingen binnen TARGET2 niet meer terug krijgen? Een interessant gesprek dat ons meer inzicht geeft in de werking van ons monetaire systeem.

    Meer weten over TARGET2? Hieronder een video van de Banque de France, dat samen met de Duitse Bundesbank en de Italiaanse centrale bank de initiatiefnemers waren van dit betalingssysteem.

    Deze bijdrage is afkomstig van Geotrendlines

  • Column: De euro is niet het probleem

    Column: De euro is niet het probleem

    Er gaat bijna geen week voorbij dat er geen kritiek is op de euro, maar ondanks dat groeit de populariteit van de gemeenschappelijke munt. Sinds de invoering van de euro is het aantal landen dat de munt gebruikt van 12 naar 19 toegenomen. Ook zijn er steeds meer landen buiten de muntunie die de euro inmiddels gebruiken als betaalmiddel.

    Deze week waarschuwde de ECB verschillende Balkanlanden zelfs voor een te grote afhankelijkheid van de euro. In deze landen wordt steeds meer in euro’s geleend en gespaard, omdat de lokale bevolking een groter vertrouwen heeft in de waardevastheid van de euro dan in die van hun eigen valuta.

    Ook internationaal wint de euro aan populariteit, omdat de euro zich bewezen heeft als een neutrale valuta die niet voor politieke doeleinden gebruikt zal worden. Dat is geen toeval, want de euro is de eerste munt die boven de lidstaten staat en die daardoor een grote mate van onafhankelijkheid heeft. Ook heeft de ECB geen enkele andere doelstelling dan prijsstabiliteit, waardoor het monetaire beleid niet beïnvloedt wordt door secundaire doelstellingen zoals het verlagen van de werkloosheid (zoals bij de Federal Reserve).

    De euro is door haar structuur (onafhankelijk van de politiek) niet alleen een stabiele, maar ook een zeer goed schaalbare valuta. Ieder land in de Europese Unie dat aan de voorwaarden voldoet kan de euro overnemen als valuta, waarmee het land toegang krijgt tot een grote kapitaalmarkt en het valutarisico met de eurolanden wegvalt. Mijn verwachting is dan ook dat meer landen in de toekomst de euro zullen overnemen als betaalmiddel of als handelsmunt.

    ‘A blessing in disguise’

    Vaak hoor ik dat sinds de invoering van de euro alles duurder is geworden of dat het besteedbare inkomen niet is toegenomen. Dat zou kunnen, maar de vraag is of het anders of beter was gegaan als alle landen hun eigen munt hadden behouden. Was er dan minder inflatie geweest? Of was Nederland dan meegezogen in een Europees kampioenschap geldontwaarding, waar bijvoorbeeld Frankrijk en Italië de aftrap voor hadden gegeven? En handelsoorlog in Europa was dan een reële optie geweest, om nog maar te zwijgen over de grote schommelingen in de onderlinge wisselkoersen, die versterkt zouden worden door speculanten. Europese landen hadden dan makkelijker uit elkaar gespeeld kunnen worden, met alle gevolgen van dien.

    Dat landen niet meer kunnen devalueren wordt vaak als een nadeel gezien, maar dat kun je natuurlijk net zo makkelijk omdraaien. Spaarders in landen als Italië, Spanje en Griekenland hoeven dankzij de euro niet langer te vrezen dat de koopkracht van het spaargeld verdampt, terwijl het wegvallen van het valutarisico een barrière voor bedrijven wegneemt om grote investeringen te doen in andere eurolanden. Ook profiteren consumenten van het feit dat ze over de grens met dezelfde munt kunnen betalen. Is de euro ondanks de felle kritiek dan toch een zegening gebleken?

    De euro functioneert uitstekend als betaalmiddel en rekenmiddel en doet daarmee wat je van een valuta mag verwachten. Dat de euro door de jaren heen aan koopkracht verliest is geen verrassing, want dat geldt voor alle valuta die gebaseerd zijn op fractioneel bankieren. Misschien dat goud om die reden al sinds de introductie van de euro is vrijgesteld van btw, om het bezit van goud als alternatief spaarmiddel te stimuleren…

    Frank Knopers

    Deze column van Frank Knopers verscheen eerder op GoudstandaardGoudstandaard is gespecialiseerd in de verkoop en opslag van fysiek edelmetaal. Wilt u meer informatie over beleggen in edelmetalen? Bel ons op +31(0)88 46 88 488 of mail naar [email protected].




  • Merkel en Macron willen Europese minister van Financiën

    Merkel en Macron willen Europese minister van Financiën

    De regeringsleiders van Duitsland en Frankrijk hebben dinsdag hun voornemen uitgesproken voor meer Europese integratie, maar wachten nog even tot na de Duitse verkiezingen in september voordat ze daar meer vaart achter zullen zetten. Tijdens een bijeenkomst in Parijs spraken Macron en Merkel zich positief uit over een Europees Monetair Fonds, waardoor Europese landen zelf effectiever kunnen optreden in tijden van crisis en minder afhankelijk zijn van het IMF.

    Ook staan beide regeringsleiders positief tegenover het idee van een Europese minister van Financiën en Economische Zaken, waarmee betere coördinatie mogelijk is ten aanzien van het begrotingsbeleid en het economische beleid van de lidstaten van de Eurozone. Op dit moment hebben landen nog steeds een grote mate van soevereiniteit, maar dat zal op termijn waarschijnlijk veranderen.

    De Europese Commissie publiceerde in 2015 een rapport getiteld ‘De voltooiing van Europa’s Economische en Monetaire Unie‘, waarin precies beschreven staat welke stappen van Europese integratie nog op de agenda staan. Als aanvulling op de monetaire unie moet er op termijn ook een financiële unie en een begrotingsunie tot stand komen.