Tag: eurozone

  • Onbalans Eurozone niet kleiner door stimulering ECB

    Toen Europa in 2002 de euro lanceerde was de hoop dat de economieën van verschillende landen langzaam naar elkaar toe zouden groeien en dat de Zuidelijke landen zich zouden aanpassen aan het economische model van landen als Duitsland en Nederland. Maar ruim veertien jaar later kunnen we de concluderen dat die ambities te hoog gegrepen waren.

    Weliswaar heeft de euro een zeer gunstige bijdrage geleverd aan de economische samenwerking tussen de lidstaten, maar de fundamentele onbalans die al bestond voor de invoering van de gemeenschappelijke munt is nooit weggegaan.

    Divergentie

    Landen als Griekenland, Italië, Spanje en Portugal die in het verleden hun munt konden devalueren om de handelsbalans te herstellen hebben door de jaren heen en steeds groter handelstekort opgebouwd. De zuidelijke landen in Europa konden door de goede monetaire reputatie van de noordelijke landen heel goedkoop lenen, maar dat geld werd lang niet altijd op een verstandig manier gebruikt.

    Sinds de Europese schuldencrisis in 2011 is de onbalans tussen noord en zuid niet kleiner geworden. Konden de zuidelijke landen in het verleden hun munt devalueren om de export te stimuleren, nu is het vooral Duitsland dat als exporteconomie profiteert van de goedkoper munt. Hoe kunnen we deze onbalans herstellen?

    target-2-imbalance

    Onbalans Eurozone wordt niet kleiner door QE (Grafiek via @Schuldensuehner)




  • Het echte probleem is de euro

    Dat de Britten onlangs stemden voor een vertrek uit de Europese Unie – een Brexit – is u onmogelijk ontgaan. Aanvankelijk leidde deze keuze tot paniek op de aandelenmarkten, maar inmiddels zijn de verliezen alweer grotendeels goedgemaakt. Enigszins verrassend vinden we het wel dat het juist de Britten zijn die uit de Europese Unie willen. Vergeleken met de eurozone draait de Britse economie namelijk prima.

    De werkloosheid in het Verenigd Koninkrijk bedraagt 5% en was in jaren niet zo laag. In de eurozone daarentegen is de werkloosheid met ruim 10% meer dan dubbel zo hoog. Om over de werkloosheid in Zuid-Europa nog maar te zwijgen. Voor de eurozone is het niet zozeer de Brexit die het probleem vormt maar juist de euro zelf. Wij achten de kans heel reëel dat de landen in de eurozone daar nog decennialang last van ondervinden.

    De euro als goudstandaard

    Even terug in de tijd… Cruciaal aan het ontsnappen aan de Grote Depressie in de jaren dertig was voor veel landen simpelweg het loslaten van de goudstandaard. De Engelsen deden dat in 1931, de Amerikanen in 1933 en Nederlanders in 1936.

    Door het loslaten van de goudstandaard konden centrale banken eindelijk de benodigde maatregelen nemen om groei en inflatie aan te zwengelen. De positieve effecten van het verruimen van de geldhoeveelheid werden al vlot zichtbaar in oplopende inflatie en aantrekkende economische groei.

    Voor de landen in de eurozone is de euro als het ware te beschouwen als de goudstandaard van deze tijd. Maar anders dan een relatief eenvoudige ontkoppeling van goud is het uittreden uit de eurozone een stuk complexer. Volgens sommigen zou dat voor een uittredend land financiële zelfmoord zijn. Toetreden tot de euro kan wel, uittreden bijna niet.




    Structureel geld overhevelen

    Een andere denkbare oplossing die een antwoord biedt op de nu al tien jaar aanhoudende economische malaise in de eurozone is het vormen van een soort Verenigde Staten van Europa. Cruciaal hierbij is dan dat belastingen voor een groot deel via Brussel lopen zodat geld van Noord-Europa naar Zuid-Europa overgeheveld kan worden. Bovenstaand is te vergelijken met de Duitse eenwording. Als gevolg van communistisch mismanagement was Oost-Duitsland ten tijde van de Duitse eenwording een stuk armer dan West-Duitsland. Gevolg was dat West-Duitsland genoodzaakt werd jaarlijks honderden miljarden marken naar Oost-Duitsland over te hevelen, en dat decennialang. Wat de eurozone betreft lijkt de haalbaarheid van een eenwordingsbeleid zoals toegepast in Duitsland niet bepaald groot. Kiezers in de rijkere eurolanden in het noorden zijn immers maar weinig geneigd om jaar in jaar uit koopkracht in te leveren om dat vervolgens in Zuid-Europa uitgedeeld te zien worden.

    Extreem ruim monetair beleid

    Nog een andere optie, waarbij op een wat meer indirecte wijze welvaart van Noord- naar Zuid-Europa wordt overgeheveld, is denkbaar via de Europese Central Bank (ECB). Deze zou in theorie namelijk best een extreem ruim monetair beleid kunnen voeren - nog veel ruimer dan nu - om de geldhoeveelheid te vergroten en de inflatie te stuwen. Vanuit de eurozone in zijn geheel bezien lijkt bovenstaande zo'n gek idee nog niet. Immers, de inflatie en rente zijn uiterst laag terwijl de werkloosheid juist erg hoog is. Toch lijkt de kans op dit scenario niet groot. Met name Duitsland zou van zo'n beleid via inflatie veel nadeel hebben terwijl het juist de Duitsers zijn die veel invloed hebben bij de ECB, welke in Frankfurt is gevestigd. Het meest waarschijnlijk is misschien nog wel het scenario waarin er eigenlijk niets verandert. Maar dat stemt weinig hoopvol. Voor de eurozone betekent dit dat de economische malaise nog tot in lengte van jaren aanhoudt. De media mogen afgelopen week dan wel uitvoerig hebben stilgestaan bij de nadelen van een Brexit maar het grootste probleem van de eurozone is (en blijft) de euro zelf... Hendrik Oude Nijhuis hendrik-oude-nijhuisOver de auteur: Hendrik Oude Nijhuis is een expert op het gebied van value investing en medeoprichter van Kingfisher Capital, een op value investing principes gebaseerde business model & investment research boutique. Hij heeft uitgebreid onderzoek verricht naar de investeringsstrategieën van value investors als Warren Buffett. Zijn publicaties zijn verschenen in zowel Nederlands- als Engelstalige media, waaronder Het Financieele Dagblad, Z24.nl en Gurufocus.com. Eerder is hij als bestuurslid actief geweest voor onder andere de beleggingsstudieclubs HCC Beleggen en B.S.C. Duitenberg. Hendrik heeft Management, Economics & Law aan de Universiteit Twente gestudeerd en is auteur van de Nederlandstalige bestseller over Warren Buffett: 'Leer beleggen als Warren Buffett - zijn beleggingsstrategie in theorie & praktijk'. Van dit boek is in 2014 een derde druk uitgebracht en is tevens als audioboek beschikbaar. Online hebben al meer dan 100.000 beleggers een exemplaar van ‘Leer beleggen als Warren Buffett’ aangevraagd. Lees meer over value-investing op www.beterinbeleggen.nl.

  • Grafiek: Sterke toename contant geld in Eurozone en Zwitserland

    Grafiek: Sterke toename contant geld in Eurozone en Zwitserland

    Het aantal bankbiljetten in omloop in de Eurozone is sinds 2012 met 23% toegenomen, terwijl de hoeveelheid contant geld in Zweden in dezelfde periode juist met 30% daalde. De volgende grafiek van uit het laatste kwartaalrapport van de BIS laat zien dat met name in de Eurozone de hoeveelheid contanten sterk is toegenomen.

    De grafiek geeft een vertekend beeld, omdat de geldhoeveelheid in de Eurozone op een andere schaal wordt weergegeven dan die van Zweden, Zwitserland en Denemarken. De geldgroei in Zwitserland lijkt in deze grafiek mee te vallen, maar procentueel is die met 27% het grootst van alle vier. In Denemarken was begin dit jaar 9,6% meer cash geld in circulatie dan vier jaar geleden.

    De beweging richting een ‘cashless society’ is in Zweden al in gang gezet, maar in andere gebieden van Europa neemt de vraag naar contant geld nog steeds toe. Het is de vraag of die toename het gevolg is van een voorkeur voor contant betalen of dat spaarders de voorkeur geven aan bankbiljetten boven een spaarrekening die bijna geen rente meer oplevert.

    Lees ook:

    bankbiljetten-in-omloop-bis

    Bankbiljetten in omloop groeit snelst in Eurozone (+23%) en Zwitserland (+27%) (Bron: BIS)

  • Deflatie in Eurozone, ondanks stimulering ECB

    Ondanks het stimuleringsprogramma van de ECB slaagt de centrale bank er niet in de inflatie naar de gewenste 2% te brengen. Sterker nog, in februari zakten de prijzen in de Eurozone met 0,2% op jaarbasis. Deflatie dus, terwijl de centrale bank nu al een jaar lang €60 miljard per maand in de markt pompt door middel van het opkopen van staatsobligaties.

    “Niet alleen de normale inflatie, maar ook de kerninflatie, is veel lager dan waar de ECB op rekende. Het is dus niet slechts de lage olieprijs, er is ook een breder probleem met tweede ronde effecten en en een zwakke vraag”, zo verklaarde analist Nick Kounis van de ABN Amro tegenover Bloomberg. “Dit geeft de centrale bank een extra zetje om meer agressieve monetaire stimulering aan te kondigen tijdens de ECB bijeenkomst in maart.”

    Centrale banken proberen met een nog ruimer monetair beleid de inflatie aan te jagen, maar hun pogingen worden teniet gedaan door de daling van de olieprijs. Daardoor zijn veel producten goedkoper te produceren en daalt het algemene prijsniveau. Maar ook de kerninflatie, waarin de prijsontwikkeling van voedsel en energie niet zijn meegenomen, blijft al enige tijd opvallend laag.

    Vraaguitval leidt tot deflatie

    Centrale banken als de ECB en de Bank of Japan proberen met quantitative easing de inflatie aan te jagen, maar tot op heden zonder succes. Zowel in Japan als in de Eurozone worstelt de centrale bank met een inflatie van bijna nul procent, die soms zelfs omslaat in een milde deflatie. Ondanks een zeer ruim monetair beleid met negatieve rente en het maandelijks opkopen van staatsobligaties weten beide centrale banken de kredietverlening nog niet op gang te brengen.

    Het grote probleem lijkt dus niet aanbod gedreven te zijn, maar juist vraag gedreven. Er is meer dan genoeg liquiditeit beschikbaar, maar er is simpelweg geen vraag naar. Bedrijven zijn door de onzekere economische situatie terughoudend met het doen van investeringen. Ze lenen nog wel geld, maar dat wordt in veel gevallen gebruikt om eigen aandelen terug te kopen. Consumenten willen door de lage rente nog wel geld lenen, maar worden vaak tegengehouden omdat banken minder risico willen nemen. Ze verstrekken niet meer zo makkelijk een hypotheek als voor de crisis.

    inflation-eurozone

    Deflatie in de Eurozone, kunnen we meer stimulering van de ECB verwachten? (Grafiek via Bloomberg)

    Meer stimulering?

    Het is dus maar de vraag of meer stimulering gaat helpen. Het opkopen van staatsobligaties heeft zowel in Japan als in de Eurozone nog niet het gewenste effect gehad. Sterker nog, door staatsobligaties uit de markt te halen wordt het tekort aan kwalitatief goed onderpand alleen maar groter gemaakt! Vandaar dat verschillende landen tegen een negatieve rente kunnen lenen en dat u steeds minder rente over uw spaargeld krijgt…

    De ECB kan de effectiviteit van haar stimuleringsprogramma veel groter maken als ze ook slechte leningen van banken opkoopt. In landen als Italië, Spanje, Portugal en Griekenland stijgt het percentage slechte leningen in rap tempo. Dat maakt banken erg terughoudend bij het verstrekken van nieuwe leningen. Door deze slechte leningen over te nemen zullen banken gemakkelijker kredieten verstrekken. Het nadeel van deze aanpak is dat de ECB veel meer risicovolle leningen op haar balans krijgt en dat het ‘moral hazard’ bij de bankensector in de hand werkt.

    Een alternatief dat steeds vaker geopperd wordt is ‘QE for the people’, waarbij de centrale bank rechtstreeks geld overmaakt naar de burgers. Zij kunnen het geld naar eigen inzicht gebruiken om schulden af te lossen of te consumeren, een directe vorm van stimulering die waarschijnlijk veel sneller leidt tot een stijging van het prijspeil.

    In maart komt de ECB weer bijeen om het monetaire beleid te bespreken. Met het uitblijven van een hogere inflatie is de kans groot dat de centrale bank besluit meer van hetzelfde te doen, bijvoorbeeld door het maandelijkse bedrag te verhogen van €60 miljard naar €80 of €90 miljard per maand.

  • Flight to cash in the Eurozone

    Each year we use less cash in daily transactions, but at the same time the amount of banknotes in circulation inside the Eurozone is increasing at a rapid rate. Last year, the total value of all banknotes in circulation reached €1,08 trillion, an increase of 6,5% compared to the year before. The total value of all banknotes in circulation in fact doubled in ten years, in increase that could only partially be explained by inflation and the entrance of new member states to the Eurozone.

    banknotes-total-eurozone

    More than €1 billion of banknotes inside the Eurozone

    More cash in circulation

    What explains the increasing demand for banknotes? It could be the result of a growing black market economy, in which goods and services are paid for in cash and cannot be traced afterwards. But in recent years, distrust towards banks and the extremely low interest rate could also explain the flight to cash. Persistent rumors of a possible tax on savings, the new ‘bail-in’ scheme for European banks and the fact that you earn almost no interest on bank deposits make it more attractive to keep savings in the form of cash. We can also imagine people wanting to get out of the financial system by holding cash and buying gold.

    Savings

    The ECB publishes the number of banknotes in circulation inside the Eurozone, so we collected the data since the introduction of the euro in 2002. The graphs show that there has been a substantial increase in the €500 denomination, which confirms our view that there has been in increasing number of savers taking money out of banks and holding physical banknotes instead. Banknotes of €500 are not suitable for daily transactions, because most stores simply do not accept them. The increase of the largest denomination suggests that savings are already moving out of the banking system in increasing amounts.

    banknotes-increase-eurozone

    The €500 banknotes appear to be in strong demand

    composition-banknotes-eurozone

    Almost 30% of all cash in circulation (in value) is a €500 note

  • Gastcolumn: Het kernprobleem van de Europese muntunie

    Afgelopen woensdag was ik aanwezig bij een lezing van Edin Mujagic over het succes van de niet-eurolanden. Na afloop volgde een levendige discussie waarbij ingenieur Theo Wolters uitleg gaf over de Matheo Solution. Dit is een alternatief model waarbij de euro blijft bestaan als de Europese munteenheid, maar waarin landen de ruimte krijgen om hun munt te devalueren of te revalueren. Door deze aanpassingen gecoördineerd door te voeren voorkom je de chaos van het uiteenvallen van de muntunie en geef je de zwakkere landen de ruimte om hun economie weer opnieuw op te starten.

    Met toestemming van Theo Wolters publiceren we op Marketupdate twee artikelen die eerder verschenen zijn op Climategate. We beginnen met een inleiding van het kernprobleem van de Europese Muntunie.

    Het kernprobleem van de Europese muntunie

    Door: Theo Wolters

    Moet de Europeaan plichtsgetrouw tot zijn 67e jaar 40 uur in de week hard werken, in de hoop een mooi huis te kunnen kopen en een fraaie nieuwe auto? Maar niet te vroeg, want hij dient toch eerst een appeltje voor de dorst op te bouwen? Dus kan hij maar beter pas na zijn pensionering over de wereld gaan reizen, als beloning voor 50 jaar hard werken? En zijn kinderen een paar ton nalaten, als hij die niet nodig heeft gehad tijdens zijn brave, productieve leven? Of moet hij dagelijks een lange siësta nemen, ’s avonds op een terrasje genieten van de intredende koelte, met familie of vrienden en een glas goede wijn, terend op een staatsbaantje van een familielid dat niet echt veel om het lijf heeft, en een zeer bescheiden eigen inkomen uit zijn tomatenkasje? Moet hij bijtijds met pensioen op zijn 55e om nog ruim van zijn oude dag te kunnen genieten? Waarbij een flinke auto, een mooi huis in een goede buurt, reizen naar China, en een flinke nalatenschap niet binnen bereik komen? Iedereen herkent hierin natuurlijk de wat aangescherpte cultuurverschillen tussen noord en zuid Europa. De vraag wat de Europeaan moet willen is uiteraard een verkeerde. Want dat mag die Europeaan natuurlijk gewoon zelf weten, zult u zeggen. Daarbij: er is veel te zeggen voor beide levenswijzen, maar de tweede lijkt toch meer met “leven” te maken hebben dan de eerste. Wie zijn wij om die keuze voor anderen te maken?! Maar dat idee over een vrije keuze is een grote misvatting. Binnen de Eurozone leggen de Noord-Europese landen op dit moment dwingend hun levenswijze op aan de zuidelijke landen. Met voorspelbaar dramatische gevolgen.

    Valuta als instrument: externe devaluatie

    Tot de komst van de euro stond het elk land vrij om zijn eigen ontwikkelingstempo te kiezen. Aangezien de productiviteit in het noorden steevast sterker steeg dan in het zuiden, en de producten hier dus goedkoper werden, werden de zuidelijke producten voortdurend minder concurrerend en liep de economie daar vast. In dat geval werd gewoon de zuidelijke munt gedevalueerd, en waren de producten voor het buitenland opeens weer een stuk goedkoper, waardoor de economie opbloeide. Op hetzelfde moment werden wel de buitenlandse producten in dat land duurder, en de spaartegoeden en pensioenen internationaal gezien minder waard, maar dat is de prijs voor de lagere productiviteit die voortkomt uit het prettigere leven. Prima keuze als je dat wilt. Deze zogenaamde externe devaluatie wordt beperkt gevoeld door de burgers omdat prijzen en lonen ongemerkt met hetzelfde percentage dalen. Hij heeft ook weinig gevolgen voor de koopkracht. Maar voor de exportpositie werkt het fantastisch, dus bloeit de economie snel op.

    De Euro als vernietigend machtsmiddel: interne devaluatie

    Sinds de komst van de Euro is deze optie van tafel. Voor landen die het niet lukt om de noordelijke productiviteit bij te benen, resteert er binnen de Eurozone bij gebrek aan de optie om de munt te devalueren, alleen nog het mechanisme van de interne devaluatie om de concurrentiepositie te herstellen. Interne devaluatie is geen gecontroleerde ingreep door de overheid, maar een mechanisme dat ontstaat door het gebrek aan concurrentievermogen. Daarbij dalen onder druk van de ontstane crisis de lonen, en op enig moment ook sommige huren en prijzen, in een chaotisch en oncontroleerbaar proces. Het grote verschil met de externe devaluatie is dat bij interne devaluatie sterk de nadruk ligt op het verlagen van de lonen en daarmee het herstellen van de internationale concurrentiepositie. Voor wie in de harde marktwerking gelooft zullen dan de huren en de prijzen ook volgen, maar in de praktijk duurt dat jaren. In tegenstelling tot de relatief pijnloze externe devaluatie gaat de interne devaluatie dus gepaard met een drastische koopkrachtdaling, die desastreus is voor de binnenlandse economie. Maar ook enorme sociale gevolgen heeft: hele bevolkingsgroepen die zich redelijk wisten te redden, raken opeens aan de bedelstaf. De middenstand gaat failliet, de woningmarkt stort in, de bouw komt tot stilstand, de werkloosheid vliegt omhoog. Ik neem aan dat u wel eens naar het nieuws kijkt: dit is exact wat op dit moment in Zuid-Europa gebeurt. Dit proces van interne devaluatie sleept zich continu voort, zolang de productiviteit van een Euro-land achter blijft bij die van ons. Oplevingen zijn schijn, en zullen tijdelijk blijken te zijn. Dit resulteert in een eindeloze crisis, die voor de bevolking voelt als een uitzichtloze teloorgang. De huidige crisis in de zuidelijke landen is dus geen dramatische en onvoorspelbare tegenvaller, maar gewoon het mechanisme van interne devaluatie dat de voorstanders van de one-size -fits-all Euro als gewenst zien! Met de eenheids-Euro vernietigen de noordelijke Europese landen niet alleen de economie en de werkgelegenheid van de zuidelijke landen, maar uiteindelijk ook – en dat is kennelijk de inherente bedoeling – de zuidelijke cultuur. Door het massaal pompen van belastinggeld van de noordelijke naar de zuidelijke landen wordt dit nog een beetje verdoezeld, maar dat lost niets op. De rampzalige gevolgen van de Euro zijn niet langer te ontkennen. Een ingebakken cultuur heeft vele generaties nodig om te veranderen. De nadrukkelijke eis aan de zuidelijke landen om per direct ons overheidsmodel over te nemen en ons productiviteitsniveau bij te gaan houden is even irreëel als ridicuul. Toch houden de pro-Europese partijen hier keihard aan vast. Ook onze eigen VVD-top eist gewoon permanente interne devaluatie van de zuidelijke landen, tot die hun lesje geleerd hebben. Hoe naïef, asociaal en onmenselijk kun je zijn.

    germany-hardens-line-on-greece

    Hoe nemen we de spanningen tussen Duitsland en Griekenland weg?

    Resumé

    Door de invoer van één munt in de hele Eurozone is het relatief pijnloze instrument van de externe devaluatie vervangen door het rampzalige mechanisme van de interne devaluatie, dat op dit moment de zuidelijke economieën vernietigt. De aanstichters hiervan eisen van de zuidelijke landen dat ze onze productiviteit en onze op een sterk arbeidsethos gebaseerde cultuur overnemen, en zolang ze dat niet doen worden ze gestraft met een permanente crisis. In zijn blog over Portugal geeft Jean Wanningen inzicht in de dramatische situatie in de landen die we aan het “redden” zijn.

    De oplossing?

    Steeds meer economen die geen banden met het Brusselse circuit en de politieke elite hebben, zijn het inmiddels met ons eens: de one-size-fits-all Euro is een ramp voor Europa en is niet langer houdbaar. Het meest uitgesproken daarover in de media is Frits Bolkestein, nota bene zelf medeschuldig aan de invoering ervan. Een feit waar hij overduidelijk (Buitenhof 4 mei, 13e minuut) flink moeite mee heeft, wat zijn openlijke draai alleen maar meer betekenis geeft. Er worden in Euro-kritische kringen meerdere oplossingen geopperd waarbij weer verschillende munten worden ingevoerd, in zones, en al dan niet parallel aan de Euro, waardoor externe devaluatie weer mogelijk wordt. Maar die zijn geen van allen snel in te voeren en op langere termijn houdbaar, behalve The Matheo Solution (TMS), die op climategate.nl al drie jaar geleden aan u werd gepresenteerd. TMS handhaaft de Euro als enige betaalmiddel in de Eurozone en dus blijft één handelszone bestaan, maar maakt wel externe devaluatie mogelijk. Zo wordt een muntunie mogelijk met daarin landen met verschillende cultuur en dus verschillend groeitempo. Een muntunie die deze optie niet heeft is in Europa niet in stand te houden. Inmiddels is er een brede beweging van experts die deze denkrichting delen. Dat is hoopvol: vier jaar lang discussiëren en medestanders winnen, en niemand die een fout in je redenering blootlegt, dat is een enorme opsteker voor de bedenker van TMS, ingenieur en jurist André ten Dam.

    De afloop

    Toch is niemand in onze groep optimistisch. De politieke elite heeft te kennen gegeven dat ze geen enkel alternatief voor de euro wenst te overwegen: er is maar één weg en dat is de Euro, en daar moet alles voor wijken. Wij vrezen dat dit hen menens is: ze storten liever (zuid-) Europa in een onvermijdelijke diepe permanente crisis dan hun dwaze droom los te laten. Voor de meer kwaadaardigen onder hen is die crisis overigens stiekem juist het machtsmiddel waarmee ze een federale Europese staat hopen af te dwingen, als enige uitweg uit de door henzelf veroorzaakte ellende. Ze hebben elkaar aangepraat dat dat gaat werken en nog goed is voor Europa ook. Ook al moet daarvoor de bevolking voortdurend schandelijk voorgelogen worden over hun ware bedoelingen en hun genadeloze werkwijze, en nodeloos door een uiterst pijnlijke jarenlange crisis gejaagd worden. De geschiedenisboeken zullen over hen weinig vriendelijks te melden hebben. Dit artikel verscheen op 6 mei 2014 op Climategate.

  • Waarom Finland nog steeds in een recessie zit…

    Finland is nog altijd niet hersteld van de financiële crisis, want ruim zes jaar later ligt het bbp nog altijd 6% onder het niveau van voor de crisis. En dat terwijl het land eigenlijk best goede papieren heeft. Het land scoort goed op de ranglijst van meest concurrerende economieën in de EU, de bevolking is relatief hoog opgeleid en het onderwijssysteem scoort beter dan dat van veel andere Europese landen. Er is relatief weinig corruptie en eigendomsrechten staan in het Scandinavische land hoog in het vaandel. En ook de kosten van de verzorgingsstaat vallen mee, want de staatsschuld is met 62% lager dan die van landen als Duitsland en Nederland.

    FinlandHoe kan het dan toch dat Finland maar niet uit die aanhoudende depressie raakt? Het land heeft weliswaar een aantal schokken heeft moeten verwerken, zoals de recessie in buurland Rusland, de daling van de grondstofprijzen en de neergang van technologiebedrijf Nokia, maar dat deze ontwikkelingen uit zichzelf niet genoeg zijn om de aanhoudende crisis in Finland te verklaren.

    In zijn nieuwste marktcommentaar voor de Telegraph maakt Ambrose Evans Pritchard de vergelijking met Zweden. Dat land is in veel opzichten vergelijkbaar met Finland, met als verschil dat zij wel uit de crisis wisten te komen. Zweden behoort niet tot de eurozone en kon haar munt dus in waarde laten dalen, waardoor de schulden minder waard werden en de concurrentiepositie van het land verbeterde. Finland had deze mogelijkheden niet als lid van de muntunie, met als gevolg dat het land niet veel meer opties heeft dan bezuinigen en intern devalueren. Dat laatste komt neer op het verlagen van de lonen, wat de deflatoire depressie in Finland alleen maar erger zal maken.

    finland_imf_3504433b

    Finland zit nog steeds in een recessie (Bron: IMF)

    Finland kent hoge private schulden

    Een interne devaluatie wordt in Finland bemoeilijkt door de hoge schulden van huishoudens. Was de private schuld in 2000 nog 60% van het bbp, inmiddels is dat verdubbeld tot een niveau van 120%. Dat maakt het verlagen van de lonen nog moeilijker, omdat daarmee ook het aflossen van de schulden moeilijker wordt. Het is niet moeilijk om je voor te stellen welke impact dat zal hebben op de bankbalansen en de huizenprijzen in Finland…

    Evans Pritchard haalt een recent rapport van het IMF aan, waarin beargumenteerd wordt dat bezuinigen en intern devalueren in Finland de depressie alleen maar erger maakt. Door vast te houden aan een procyclische fiscaal beleid (lees: bezuinigen in crisistijd) wordt het alleen maar lastiger om uit de crisis te raken. De schuldenlast van huishoudens zal door de krimp van de economie als een steeds zwaardere last worden ervaren.

    In de goede jaren kon Finland als lid van de Eurozone goedkoop lenen. Daardoor werd er teveel geïnvesteerd in de grondstoffensector en raakte de economie oververhit. De lonen stegen veel te snel, dat in combinatie met een lage rente zorgde voor een sterke toename in private schulden.

    finland_imf_ulc_3504438a

    Loonkosten in Finland zijn veel te snel gestegen (Bron: IMF)

    Goudstandaard

    Evans Pritchard trekt in zijn analyse een parallel met het begin van de jaren dertig. Ook toen was er sprake van een economie depressie, die versterkt werd door de deflatoire druk die de goudstandaard oplegde. Verschillende landen besloten toen de koppeling met goud los te laten, waaronder ook Finland in 1931. Toen pas kwam er een einde aan de aanhoudende deflatoire crisis. Toen was de goudstandaard het probleem, nu is dat volgens Evans Pritchard de gemeenschappelijke munt. Daardoor kunnen landen geen zelfstandig monetair beleid uitvoeren om de deflatoire spiraal te doorbreken.

  • Negatieve rente wordt de norm

    Lenen tegen een negatieve rente is de norm geworden in de Eurozone. Wil je voor een looptijd van twee jaar geld uitlenen aan Duitsland, dan moet je daarvoor omgerekend 0,38% rente over betalen. Een Nederlandse obligatie met dezelfde looptijd is niet veel goedkoper, want daarvoor moet je ook al bijna 0,36% per jaar bijleggen.

    Een betere deal krijg je in landen als Spanje, Italië, Slowakije en Portugal, want daar ligt de rente nog steeds dicht bij nul. Wil je een rendement halen waar de belastingdienst vanaf volgend jaar mee rekent, dan zou je eens moeten proberen je geld voor twee jaar aan Griekenland uit te lenen. Die betalen je vandaag de dag nog 5,8%…

    2year-bond-yield-eurozone

    Afbeelding van Bloomberg

  • Meer dan €2,6 biljoen schuld met negatieve rente in Eurozone

    De hoeveelheid schuldpapier in de Eurozone dat tegen een negatieve rente verhandeld is de laatste weken toegenomen gestegen tot een recordniveau van €2,6 biljoen. Duitsland leent inmiddels voor 2 jaar tegen een rente van -0,35%, terwijl een land als Italië voor dezelfde looptijd voor het eerst in de geschiedenis tegen een negatieve rente geld kan ophalen op de kapitaalmarkt.

    De rente op staatsobligaties uit de Eurozone daalt om verschillende redenen. Natuurlijk speelt de extreem lage rente een rol, maar daarnaast wordt de rente op langlopend schuldpapier omlaag gedrukt door het stimuleringsprogramma van de ECB. De centrale bank koopt maandelijks ongeveer €60 miljard aan schuldpapier op en de markt verwacht dat de centrale bank haar opkoopprogramma eind dit jaar verder zal uitbreiden.

    Een derde factor die de rente op staatsobligaties omlaag drukt is de vlucht naar liquiditeit. Vermogens zoeken een veilige haven en schuilen daarom in het meest liquide schuldpapier van landen met een goede kredietstatus. Het aanbod van dit soort schuldpapier is kleiner dan de vraag, met als gevolg dat beleggers bereid zijn geld bij te leggen.

    h/t: @Schuldensuehner

    negative-yielding-debt

    Inmiddels wordt €2,6 biljoen aan schuldpapier in de Eurozone verhandeld tegen negatieve rente (Bron: Bloomberg, BofA Merrill Lynch)

  • Draghi ziet weer economische groei in Europa

    draghiVolgens ECB-president Draghi zit Europa weer op het pad van economische groei, nadat het jaren lang geworsteld heeft met achtereenvolgens een bankencrisis en een schuldencrisis in verschillende Zuid-Europese landen.

    “De afgelopen drie jaar hebben we tastbare vooruitgang geboekt in het stabiliseren en versterken van de Eurozone. De groei komt weer terug en de weg naar voren is duidelijk zichtbaar. We zullen niet rusten totdat de monetaire unie voltooid is”, zo verklaarde Draghi afgelopen donderdag tijdens een speech in New York.

    De topman van de ECB wilde geen commentaar geven over wat dit betekent voor het toekomstige monetaire beleid. Wel liet hij blijken dat verdere integratie in de Eurozone noodzakelijk is om alle schaalvoordelen en de potentie van de muntunie maximaal te benutten.

    Draghi neemt een Global Citizen Award in ontvangst van de Atlantic Council, een organisatie die gevestigd is in Washington. In het verleden ontving Christine Lagarde van het IMF deze prijs ook al eens.

  • Vertrouwen in economie in Eurozone omhoog

    De consumenten en de ondernemers hebben in de maand september meer vertrouwen gekregen in de economie van de Eurozone. Dit werd duidelijk nadat de Europese commissie de cijfers bekend maakte.

    De Economic Sentiment Index steeg met 1,5 punten in vergelijking met augustus, tot een stand van 105,6 punten. Het vertrouwen nam in de industrie, de dienstensector en in mindere maten de detailhandel toe, aldus de commissie. De bouw is de enige branche waar er sprake was van een daling. Onder de consumenten bleef het vertrouwen gelijk.

    Uit het onderzoek blijkt dat van de grote economieën van de eurozone het vertrouwen steeg in Italië, Duitsland, Frankrijk en Nederland. In Spanje ging het vertrouwen juist omlaag.

    aa