Tag: inflatie

  • Grafiek: Inkomen Amerikaanse huishoudens daalt

    Het inkomen van Amerikaanse huishoudens zit al vanaf de eeuwwisseling in een dalende trend. Uit onderstaande grafiek blijkt dat de mediaan van het inkomen van huishoudens gezakt is van $55.000 in 1999 naar minder dan $51.000 in 2011. Het cijfer is gecorrigeerd voor de officiële inflatie, het cijfer dat volgens velen geen correcte weerspiegeling geeft van de werkelijke prijsontwikkeling in de VS.

    Uit deze gegevens kunnen we concluderen dat de koopkracht van een gemiddeld huishouden de laatste jaren is afgenomen. Door de hoge werkloosheid in Amerika blijven de lonen onder druk staan, terwijl de inflatie de koopkracht van de burger uitholt. En dan hebben we het nog niet eens over de stijgende huur in de VS. Ook spaargeld wordt door inflatie minder waard, maar sparen is iets waar steeds meer Amerikanen niet aan toe komen.

    Het is tekenend voor de verarming van de VS. Bedrijfswinsten blijven weliswaar op peil, maar die winsten komen steeds minder ten goede aan de middenklasse. De inkomensongelijkheid neemt al jaren toe, zoals we eind vorig jaar ook al schreven op Marketupdate.

    Gemiddeld inkomen Amerikaans huishouden daalt
    Gemiddeld inkomen Amerikaans huishouden daalt
    Inkomen Amerikaanse huishoudens daalt weer
    Inkomen Amerikaanse huishoudens daalt weer (Bron: Mybudget360.com)
  • DNB: “Hoge inflatie is tijdelijk”

    Volgens de Nederlandsche Bank (DNB) moeten we ons niet al teveel zorgen maken om de hoge inflatie in ons land. De afgelopen tien maanden kwam de inflatie bijna stelselmatig boven de 3% uit, maar dat is volgens de DNB het gevolg van overheidsmaatregelen die de laatste tijd zijn doorgevoerd. Denk bijvoorbeeld aan de extra huurverhoging en de verhoging van het BTW-tarief van 19 naar 21 procent.

    Sinds oktober 2012 is de inflatie in Nederland hoger dan het gemiddelde van het Eurogebied. Daarvoor zaten we jarenlang onder het gemiddelde van alle Eurolanden. De Nederlandsche Bank denkt dat we dit najaar een veel lagere inflatie zullen zien, omdat de verhoging van de BTW dan uit de cijfers valt. De ontwikkeling van de inflatie wordt gemeten als een percentage ten opzichte van dezelfde maand van vorig jaar, waardoor een eenmalige BTW-verhoging een jaar lang doorwerkt in het cijfer. Valt de BTW-verhoging uit de cijfers, dan zakt het inflatiecijfer weer ver onder de 2%. De Nederlandsche Bank rekent op een inflatie van gemiddeld 1,6% in 2014 en 1,5% in 2015.

    ‘Eenmalige maatregelen’

    De centrale bank benadrukt dat de hoge inflatie het gevolg was van eenmalige maatregelen, maar dat valt nog te bezien. Waarschijnlijk zijn er de komende jaren meer lastenverzwaringen nodig om het begrotingstekort onder de drie procent te houden. Een deel van die lastenverzwaringen kan doorwerken in de inflatiecijfers, waardoor we opnieuw boven het Europees gemiddelde uit kunnen komen.

    Deflatoire krachten zijn er natuurlijk ook. Zo daalden de energieprijzen in 2008 en 2009 substantieel door de lagere prijzen van olie en gas en dalende prijzen van importgoederen als elektronica. Daarnaast geeft de crisis op de Nederlandse huizenmarkt een deflatoire druk op de Nederlandse economie. Consumenten houden de hand meer op de knip en lossen naar verhouding meer schuld af. Daardoor daalt de omloopsnelheid van het geld en komen prijzen onder druk te staan.

    Inflatie Nederland versus Eurozone
    Inflatie Nederland versus Eurozone (Bron: Eurostat)
    Opbouw inflatiecijfer Nederland
    Opbouw inflatiecijfer Nederland (Bron: Eurostat)
  • Nederlandse spaarders verliezen €1 miljard aan koopkracht

    Nederlandse spaarders verliezen elk jaar €1 miljard koopkracht door de combinatie van een lage rente en een oplopende inflatie, zo blijkt uit een onderzoek dat The Choice in opdracht van vermogensbeheerder Oxby uitvoerde onder een aantal Nederlandse huishoudens. Ze keken naar 266 huishoudens met een spaarvermogen van minimaal €15.000 en concludeerden dat Nederlandse spaarders gezamenlijk een miljard euro aan koopkracht verliezen door het verschil tussen de rente en de inflatie. Eerder kwam uit Duits onderzoek naar voren dat de Duitse spaarders €14 miljard aan koopkracht inleveren op hun spaarcentjes.

    Inflatie

    Vandaag werd bekend dat de inflatie gestegen is naar 3,1%, het hoogste punt sinds het najaar van 2008. De inflatie loopt volgens het CBS op door een forse huurstijging van gemiddeld 4,5%, de grootste toename sinds juli 1995. De forse stijging van de huur is het gevolg van nieuwe wetgeving, waarin verhuurders meer ruimte krijgen om de huur te verhogen. Daarnaast stegen de prijzen van telefoon- en internetdiensten en van kleding. Ook de BTW-verhoging van 19% naar 21%  werkt nog steeds door in de inflatiecijfers. Door de hoge inflatie verliest spaargeld meer koopkracht.

    Rente

    De inflatie kan gecompenseerd worden met rente, maar daar is al lang geen sprake meer van. De gemiddelde spaarrente daalt en was volgens onderzoeksbureau The Choice gemiddeld 1,5%. Het onderzoeksbureau becijfert dat bijna een kwart (24%) van de huishoudens al het vermogen op een spaarrekening of deposito heeft staan, in totaal minimaal €80 miljard. Deze groep van spaarders verliest jaarlijks €1,1 miljard aan koopkracht, ondanks het feit dat ze rente ontvangen.

    De lage spaarrente is voor veel spaarders geen reden om minder geld naar de bank te brengen. Uit het onderzoek blijkt dat 29% meer is gaan sparen dan een half jaar geleden. Een kwart is minder gaan sparen dan een half jaar geleden. Vooral huishoudens met een inkomen tot twee keer modaal hebben last van de lage spaarrente, omdat huishoudens met een hoger inkomen relatief meer geld beleggen.

    Spaarders laten geld liggen

    Enerzijds verliezen spaarders €1 miljard aan koopkracht, maar aan de andere kant laten ze ook veel rente liggen. Uit eerder onderzoek van Sparen.nl blijkt dat er nog veel Nederlanders zijn die bij dezelfde bank sparen die hun een betaalrekening aanbiedt. Daardoor lopen ze de hogere rente mis die sommige kleinere banken kunnen bieden. De drie grootste banken van Nederland, ABN Amro, ING en de Rabobank, bezitten gezamenlijk 86% van het Nederlandse spaargeld. Dat terwijl deze drie banken tussen 2011 en 2013 gemiddeld 0,7 procentpunt minder rente gaven dan de top drie aanbieders.

    Een simpele rekensom leert dat spaarders die bij deze banken zitten gezamenlijk €1,48 tot €1,73 miljard aan rente links laten liggen door niet over te stappen naar een bank die een hogere spaarrente geeft. Kleine banken hebben doorgaans minder vaste kosten aan personeel en kantoorpanden, waardoor ze een hogere rente kunnen bieden aan spaarders.

    Spaarders verliezen door inflatie, maar laten ook hoge rente liggen
    Spaarders verliezen door inflatie, maar laten ook een hogere rente liggen
  • Spaarders betalen rekening crisis?

    Spaarders worden door het deposito garantiestelsel beschermd tegen het omvallen van een bank. Maar wie beschermt ze tegen de inflatie? Uit een studie van de Duitse Postbank blijkt dat spaarders in Duitsland dit jaar naar schatting €14 miljard aan koopkracht zullen verliezen, ondanks de rente die aan het eind van het jaar op de spaarrekeningen wordt bijgeschreven. De spaarrente in daar is gemiddeld 1,5%, terwijl de inflatie er in juli op 1,9% uitkwam. Spaarders krijgen de rekening gepresenteerd voor de extreem lage rente, die laag wordt gehouden om de economie te stimuleren.

    Spaarders versus schuldenaren

    Een daling van de rente is gunstig voor mensen met schulden. De hypotheekrente daalt, consumptieve kredieten worden goedkoper en autoleningen kunnen ook tegen lagere kosten afgesloten worden. De lage rente moet consumenten en bedrijven aanmoedigen om meer te investeren en te consumeren. Daarom hebben centrale banken wereldwijd de rente sterk omlaag gebracht.

    De spaarder krijgt er de rekening van gepresenteerd, zo blijkt uit het onderzoek van de Duitse Postbank. Voor 2014 wordt het koopkrachtverlies van de Duitse spaarders geschat op €21 miljard, de helft meer dan dit jaar. Die berekening is gebaseerd op de aanname dat de spaarrente laag blijft, terwijl de inflatie zal toenemen.

    Ook in Nederland dragen spaarders de verliezen van het rentebeleid. De spaarrente blijft maar dalen, terwijl de inflatie al bijna een jaar lang boven de 2,5% staat. De rente compenseert al lang niet meer voor het verlies aan koopkracht van iedere euro. Daar komt nog een vermogensrendementsheffing bij voor alle spaarders die meer dan €20.000 op een spaarrekening hebben staan. Niet alleen spaarders betalen de rekening voor de lage rente, ook pensioenfondsen komen steeds meer in het nauw. Ze worden min of meer gedwongen om meer risico’s te nemen, omdat de rente op staatsobligaties van ‘sterke’ landen niet meer kan compenseren voor de inflatie.

    Geld sparen kost geld
    Geld sparen kost geld

  • Marc Faber: “Crisis zal eindigen met financiële ramp of oorlog”

    Marc Faber verwacht dat de huidige crisis zal eindigen in een financiële ramp. Zelfs een oorlog is volgens hem niet uit te sluiten. Door de onbeperkte geldcreatie door centrale banken stevenen we af op een vertrouwenscrisis die gepaard zal gaan met een deflatoire depressie of hyperinflatie. Door de extreem lage rente is het niet meer lucratief om geld op een spaarrekening te zetten. In plaats daarvan stopt men geld in obligaties, aandelenmarkten, vastgoed, grondstoffen en goud. Dat levert de financiële bubbels op die zoveel schade toebrengen aan de economie.

    “Het geld dat Amerikanen bijdrukken hoeft niet per se de Amerikaanse economie te stimuleren en de inflatie aan te wakkeren in de VS. Omdat we een internationaal monetair systeem hebben kunnen de extra dollars ook de economie van China, Vietnam of een ander land stimuleren en in die landen de inflatie opjagen”, aldus Faber.


    Inflatie

    Marc Faber legt nog eens uit dat er een verschil is tussen de officiële inflatie (CPI) en de inflatie die de gewone man ervaart. In de officiële cijfers wordt een andere weging toegekend aan verschillende kosten, een weging die door de jaren heen steeds kan worden aangepast. Het gevolg is dat de werkelijke uitgaven van een doorsnee Amerikaan veel sterker stijgen dan het inflatiecijfer doet vermoeden. Faber schat de jaarlijkse inflatie in de VS op 5% en denkt dat het percentage in veel Aziatische economieën ongeveer even hoog is. Een jaarlijkse inflatie van 5% is over een periode van tien jaar een prijsstijging van bijna 63%, of een koopkrachtvermindering van 38,5%.

    De meeste inflatie is volgens Faber geëxporteerd naar de opkomende economieën van Azië. Bijvoorbeeld in Thailand, waar de grondprijzen in drie jaar tijd met een factor vijf zijn gestegen. Ook in India zijn de prijzen van bijvoorbeeld vastgoed de afgelopen jaren sterk gestegen.

    Toenemende inkomensongelijkheid

    “Die mensen die het land (of het vastgoed) bezitten profiteren in zekere zin van de stijgende prijzen, maar de mensen die van de universiteit af komen en die een stuk land of een huis willen kopen kunnen dat steeds vaker niet meer veroorloven. Het schept een onwenselijke sociaal klimaat. Maar het gaat te ver om te zeggen dat Bernanke verantwoordelijk kan worden gehouden voor de sociale onrust in Libië, Tunesië, Egypte, Turkije enzovoort. Maar over het algemeen kun je stellen dat er een toenemende ongelijkheid is ontstaan tussen rijk en arm. Het ruime monetaire beleid heeft vooral de mensen met bezittingen geholpen. En de financiële sector.”

    [vsw id=”gLrKrheuZ7o” source=”youtube” width=”560″ height=”315″ autoplay=”no”]

  • Venezuela op het randje van hyperinflatie?

    De waardedaling van de Venezolaanse munt begint zorgwekkende vormen aan te nemen. Het jaarlijkse inflatiecijfer kwam uit op een astronomische 39,6%, dicht bij de grens van 40% inflatie die Goldman Sachs gebruikt voor de definitie van hyperinflatie. Venezuela heeft alle stadia van een valutacrisis doorlopen…

    We hebben alle klassieke kenmerken van een valutacrisis voorbij zien komen…

    En nu begint de situatie echt uit de hand te lopen. Volgens analisten zal de Venezolaanse economie dit jaar met 1% krimpen, nadat ze in het eerste kwartaal een groei van slechts 0,7% liet zien. Maatregelen om de prijsinflatie onder de duim te houden hebben averechts gewerkt, want door de prijscontrolers zijn producten alleen maar schaarser en duurder geworden.

    De regering heeft maximumprijzen opgelegd, prijzen die in veel gevallen lager liggen dan de productiekosten. Daardoor zijn bedrijven veel minder gaan produceren, met als gevolg een schaarste met nog hogere prijzen. Nicolas Maduro, de president van Venezuela, geeft de bevolking de schuld van het tekort aan bloem, mais, suiker en toiletpapier. Hij beschuldigde de bevolking ervan teveel te eten (echt waar!).

    Olie

    De economie van Venezuela bleef lang overeind door de export van olie. Die export leverde Amerikaanse dollars op, harde valuta waarmee het land haar import kon financieren. Maar omdat er jarenlang onvoldoende werd geinvesteerd in de infrastructuur en de installaties is de olieproductie sterk teruggelopen. De situatie is zelfs zo slecht dat Venezuela olie moet importeren om aan de binnenlandse vraag te voldoen.

    President Maduro zei dat de huidige crisis in Venezuela van tijdelijke aard is. Elias Eljuri van het Venezolaanse Bureau voor de Statistiek zei dat de inflatie in juli weer gaat dalen en dat er geen structureel probleem is met de economie van het land. Het is de vraag of er nog iets te redden valt. De vicieuze cirkel van een valutacrisis is moeilijk te doorbreken, zeker als de overheid blijft vasthouden aan een beleid van loon- en prijscontroles.

    Inflatie in Venezuela, grafiek van Quartz

  • Grafiek: Monetaire doping stuwt aandelenkoersen de lucht in

    De grafiek geeft nog meer aanwijzingen dat aandelenmarkten in sterke mate door de rente gestuurd worden. In 2008 verlaagde de Federal Reserve de rente al een half jaar eerder dan de ECB, met als gevolg dat de Dow Jones index het in de eerste helft van 2008 veel beter deed dan de DAX. In 2011 deed de ECB een poging de rente te verhogen, met als gevolg een zware correctie op de Duitse aandelenmarkt. De Amerikaanse Dow Jones leed er ook onder, maar zakte veel minder hard weg.

    Met deze grafiek wordt meteen duidelijk hoe belangrijk het rentebeleid van centrale banken is. De ECB en de Federal Reserve willen het feestje van goedkoop geld niet bederven en zullen naar verwachting de rente nog heel lang laag houden. Zeker nu de officiele inflatie in zowel de VS als de Eurozone aan het dalen is hoeft u niet te rekenen op een stijging van de rente.

    Aandelenkoersen vliegen omhoog door goedkoop geld (Bron: Thomson Reuters, h/t: Goudstudieforum)

  • Grafiek: Beurs Venezuela wordt vluchthaven voor spaarders

    Onderstaande grafiek weerspiegelt vooral het waardeverlies van de Venezolaanse bolivar. In februari werd de munt voor het laatst gedevalueerd ten opzichte van de dollar, maar op de zwarte markt hanteert men een veel lagere koers voor de munt. De aandelenmarkt is een populaire vluchthaven voor spaarders die zich zorgen maken over een negatieve reële rente. Toch bieden ook aandelen geen goede hedge tegen een valutacrisis. In Zimbabwe steeg de aandelenmarkt in nominale zin, maar werden aandelen steeds minder waard na correctie voor de inflatie.

    De zwakte van de Venezolaanse bolivar zorgt de laatste tijd voor praktische problemen. Zo was er onlangs een tekort aan WC-papier in Venezuela. De overheid hanteert maximumprijzen voor basisgoederen, maar omdat winkels die niet zo goedkoop kunnen inkopen worden de schappen niet bijgevuld. Het is een fenomeen dat past bij zeer hoge inflatie.

    Venezolaanse aandelenmarkt steeg met 600% sinds begin 2012 (Grafiek via Zero Hedge)

  • Video: Sustainable Finance Lab over geldschepping en schuld

    Het Sustainable Finance Lab is een initiatief dat in 2010 werd opgestart door Herman Wijffels en Klaas van Egmond van het Utrecht Sustainability Institute (USI) en Peter Blom van Triodos Bank. In 2011 en 2012 organiseerde het Sustainable Finance Lab een serie discussieavonden. Deze video met het thema geldschepping en schuldenlast is van 26 november 2012, maar is nog steeds de moeite van het kijken waard. Onderstaande presentatieslides geven een impressie van de onderwerpen die besproken worden.

    >> Klik op deze link om het college van 2 uur te starten <<

    Grafieken van het Sustainable Finance Lab

  • Grafiek: Aandelenrally gesteund door monetaire stimulering Fed

    Onderstaande grafiek laat er weinig twijfel over bestaan dat de beurs monetaire stimulering nodig heeft gehad om het oude record uit 2007 te doorbreken. Met diezelfde kennis zou je kunnen concluderen dat de aandelenkoersen veel verder kunnen stijgen, zo lang Beanke de geldpersfinanciering maar handhaaft op tenminste $85 miljard per maand. Beleggers die alleen tijdens QE-programma’s in de aandelenmarkt zaten pakten tussen 2009 en nu een groot gedeelte van het totale koersrendement mee.

    Hoe negatief men ook kan zijn over de toestand van de werkelijke economie (zie hier de ontkoppeling van macro-economische indicatoren en de aandelenkoers), zo lang Beanke de geldpers laat draaien blijft er meer liquiditeit naar de financiële markten stromen. In de slipstream van stijgende koersen worden ook steeds meer particuliere beleggers meegezogen, waardoor de koersen blijven stijgen.

    De geldpers van de Federal Reserve stuwt de aandelenmarkt omhoog (Bron: Streettalklive.com)

  • Tekort aan toiletpapier in Venezuela

    Volgens Associated Press geeft de Venezolaanse regering de oppositie de schuld van de tekorten aan toiletpapier en primaire levensmiddelen. De regering heeft inmiddels toegezegd 50 miljoen extra rollen toiletpapier beschikbaar te maken. De schaarste aan toiletpapier en levensmiddelen is volgens economen volledig toe te schrijven aan de prijscontroles van de regering. Door een verkoopprijs af te dwingen die lager is dan de inkoopprijs kan men tekorten verwachten.

    “De door de staat vastgestelde prijzen – die lager liggen dan de marktprijs – zorgen altijd voor tekorten. Het probleem zal alleen nog maar erger worden, net zoals in de Sovjetunie”, aldus professor Steve Hanke van de John Hopkins University. Het socialistische bewind van Venezuela, dat  na het overlijden van Hugo Chavez is voortgezet door Nicolas Maduro, heeft de economie van het land veel schade berokkend. De valuta is meerdere malen gedevalueerd, maar is volgens economen nog steeds overgewaardeerd ten opzichte van de dollar. Bedrijven betalen veel hogere prijzen voor hun import, omdat ze toegewezen zijn op een zwarte markt waar men een veel hogere prijs rekent voor buitenlandse valuta.

    Bedrijven kunnen die kosten niet doorberekenen aan hun klanten als de regering een vaste prijs oplegt die veel te laag is. Een logisch gevolg daarvan is dat het aanbod opdroogt. En hoewel het mismanagement van de valuta het werkelijke probleem is durft de regering van Venezuela “tegenstanders van het bewind” de schuld te geven. En wie zijn die tegenstanders? Dat is de private sector, die nergens de wisselkoers krijgt die de Venezolaanse regering belooft.

    Venezolaanse bolivar is sterk overgewaardeerd tegenover de dollar

    “Excessieve vraag”

    De Venezolaanse minister van handel doet ook mee aan de propaganda en beweert dat er een excessieve vraag is naar toiletpapier. De media zouden daar volgens de minister ook een rol in spelen, omdat ze mensen in paniek brengen. “De revolutie zal het equivalent van 50 miljoen rollen toiletpapier invoeren. We gaan de markt verzadigen zodat de mensen weer rustig worden”.

    De minister van Financiën Nelson Merentes heeft de lastige taak om het valutaprobleem te verhullen. Hij zei dat de overheid bezig is om een tekort aan buitenlandse valuta op te lossen. Dat tekort heeft er volgens hem voor gezorgd dat de levering van goederen vanuit het buitenland tot stilstand gekomen is. “We boeken vooruitgang … we werken heel erg hard”, zo verklaarde Merentes afgelopen woensdag tegenover de pers.

    Fabrieken op halve kracht

    De productie is in veel Venezolaanse fabrieken teruggeschroefd vanwege de prijscontroles. Door de kunstmatig lage prijzen is het voor bedrijven moeilijker geworden om te betalen voor geïmporteerde goederen. Uit het Venezolaanse bedrijfsleven komen steeds meer geluiden dat de kredietverlening door buitenlandse leveranciers is stopgezet.

    De minister van Financiën liet weten dat ongeveer 1.500 kleine en middelgrote bedrijven al zijn geholpen door de regering. Een soortgelijk aantal grote bedrijven zullen binnenkort ook assistentie krijgen van de overheid. Ze kunnen moeilijk aan Amerikaanse dollars komen, valuta die ze nodig hebben om de rekeningen van importgoederen te kunnen betalen.

    Valutaprobleem

    Het feit dat fabrieken op halve kracht draaien zegt dat er meer dan genoeg productiecapaciteit aanwezig is. De capaciteit kan echter niet benut worden omdat de regering met prijscontroles het natuurlijke evenwicht in de economie verstoord heeft. De vaste wisselkoers geeft een veel te hoge waardering aan de Venezolaanse valuta. In werkelijkheid moeten ondeemers veel meer bolivar op tafel leggen om aan dollars te kunnen komen.

    De schaarste aan levensmiddelen, en nu ook toiletpapier, wekt steeds meer ergeis op bij consumenten. Er zijn lange wachtrijen en naast levensmiddelen zouden ook medicijnen bij de apotheek schaars zijn geworden. De schaarste-index bereikte in Venezuela het hoogste punt sinds 2009. De officiële inflatie is inmiddels opgelopen tot 30% (zie ook dit artikel). Consumenten zoeken soms dagen naar bepaalde producten en slaan extra veel in als ze het gevonden hebben. Dat maakt het voorraadbeheer voor winkels extra moeilijk.

    De Venezolaanse minister van Handel zei dat de maandelijkse consumptie van WC-papier normaal gesproken 125 miljoen rollen per maand is. Fleming zei het volgende: “Door de huidige vraag denken we 40 miljoen rollen extra nodig te hebben. We zullen 50 miljoen extra toiletrollen invoeren om te laten zien dat we niet opgeven”.

    Regering Venezuela verliest de strijd tegen het toiletpapier