Auteur: Redactie

  • Zweedse centrale bank wil definitie van inflatie veranderen

    De Zweedse centrale bank wil haar definitie van inflatie veranderen door de kosten van de hypotheek niet meer mee te nemen in het mandje van goederen en diensten waarmee de prijsontwikkeling bepaald wordt. Een opmerkelijk besluit, aangezien wonen juist de belangrijkste kostenpost is voor de meeste Zweedse huishoudens en de kosten van wonen de laatste jaren in Zweden sterk zijn toegenomen.

    Hoewel de centrale bank het zelf nooit zal toegeven lijkt het erop alsof ze met deze nieuwe berekening van de inflatie meer speelruimte wil creëren om haar ruime monetaire beleid voort te kunnen zetten. Dat blijkt ook uit het feit dat de centrale bank een nieuwe ‘variatieband’ van één procent rondom de inflatiedoelstelling van 2% wil introduceren. Op die manier kan de centrale bank in principe langer doorgaan met haar ruime monetaire beleid, dat bestaat uit het opkopen van staatsobligaties en een negatieve rente van -0,5%.

    sweden-inflation-target

    Zweedse centrale bank wil definitie inflatie aanpassen na behalen van doelstelling (Bron: Bloomberg)

    Sweden-housing-prices

    Huizenprijzen in Zweden zijn de laatste jaren sterk gestegen (Bron: Reuters)

    Inflatie

    “Alles bij elkaar zijn deze maatregelen een kleine stap richting meer flexibiliteit, maar op dit moment heeft de uitdaging om de inflatie rond de twee procent te stabiliseren de overhand”, zo verklaarde analist Torbjorn Isaksson van Nordea eerder dit jaar tegenover Bloomberg. De nieuwe inflatieberekening (afgekort als de CPIF) stond namelijk al langer op de agenda van de Zweedse centrale bank, maar nu lijkt deze ook werkelijk ingevoerd te gaan worden. De timing is opvallend, want vorige maand kwam de inflatie voor het eerst sinds 2011 weer boven de doelstelling van 2% uit.

    Het is niet ongebruikelijk dat autoriteiten de inflatiecijfers manipuleren om prijsstijgingen te maskeren. Zo werd naast inflatie ook de term ‘kerninflatie’ geïntroduceerd, een inflatiecijfer waarin de kosten van voedsel en brandstof niet zijn meegenomen. Een inflatiecijfer waarin de belangrijke producten worden weggelaten is voor niemand relevant, behalve voor centrale banken en overheden die er belang bij hebben om de prijsstijgingen zo laag mogelijk weer te geven.

    Ook in de Verenigde Staten worden inflatiecijfers al langer gemanipuleerd, bijvoorbeeld door substitutie en door de samenstelling van het mandje van goederen en diensten van tijd tot tijd te veranderen. Op die manier wordt de inflatie veel lager weergegeven dan wat consumenten in werkelijkheid ervaren. De website Shadowstats laat zien dat de inflatie vandaag de dag drie tot vier procentpunt hoger zou uitvallen, indien men de traditionele rekenmethode zou gebruiken.

    gs-logo-breed

    Dit artikel wordt u aangeboden door Goudstandaard, uw adres voor de aankoop en verzekerde opslag van edelmetalen. Wilt u goud kopen? Neem dan contact op door te mailen naar [email protected] of door te bellen naar +31(0)88-4688488.

  • ‘Overheden brengen het meeste nepnieuws’

    Overheden zijn door de geschiedenis heen altijd onbetrouwbaar gebleken en hebben er daarom alle belang bij informatie naar buiten te brengen die niet met de werkelijkheid overeenkomt. Dat zegt Cees Hamelink, emeritus hoogleraar Internationale Communicatie aan de Universiteit van Amsterdam en emeritus hoogleraar Media, Religie en Cultuur aan de Vrije Universiteit in een gesprek met Café Weltschmerz.

    Hamelink legt uit hoe overheidsinstanties met behulp van woordvoerders, spindokters en communicatiewetenschappers het vertrouwen van het publiek weten te winnen, terwijl de boodschap die ze brengen niet altijd waar is. De media nemen deze berichten vaak gewoon over, omdat veel journalisten volgens hem onvoldoende kritisch zijn. Goede journalistiek vergt weliswaar tijd, intelligentie en onderzoeksvermogen, maar dat is de enige manier waarop de media haar taak als ‘vierde macht’ kan vervullen, zo concludeert Hamelink.

    Een interessant gesprek over de rol van de media naar aanleiding van een artikel dat eerder dit jaar verscheen op de website Novini. Professor Cees Hamelink gaf eerder ook al een minicollege voor de Universiteit van Nederland met als titel “Waarom moet je niet geloven wat in de krant staat”.

    Deze bijdrage is afkomstig van Geotrendlines

  • “Goudprijs kan verder stijgen tegenover olieprijs”

    De goudprijs nadert de $1.300 per troy ounce en staat daarmee op het hoogste niveau in negen maanden. Zorgen over de groei van de Amerikaanse economie en opgelopen geopolitieke spanningen met Noord-Korea hebben de prijs van het edelmetaal een impuls gegeven, maar volgens sommige experts kan de goudprijs nog veel verder stijgen.

    Kijken we bijvoorbeeld naar de historische relatie tussen goud en olie, dan zitten we volgens Bloomberg nog steeds in een opwaartse trend die nog enige tijd kan aanhouden. Sinds het begin van dit jaar is de goudprijs met 11% gestegen, terwijl de olieprijs dit jaar juist tien procent gedaald is. De afgelopen drie jaar is goud al twee keer zo duur geworden ten opzichte van olie, maar veel speculanten verwachten dat deze ratio de komende tijd verder zal stijgen.

    Goud versus olie

    Alleen deze maand voegden beleggers $321 miljoen toe aan het SPDR Gold Trust (GLD), terwijl ze $540 miljoen weghaalden uit de SPDR Energy Select Sector fonds dat vooral geld in de energiesector investeert. Beleggers geven momenteel dus duidelijk hun voorkeur aan het edelmetaal, dat goed presteert bij een negatieve reële rente en toenemende geopolitieke spanningen.

    “De goudprijs is gestegen door recent gepubliceerde tegenvallende cijfers en test nu het weerstandsniveau van $1.300 per troy ounce. Dit is het niveau waarop de rallies zowel in april als in juni gestopt werden. Als we daar deze keer significant doorheen kunnen breken, dan is dat zeer positief voor het edelmetaal”, zo verklaarde analist Matt Maley van Miller Tabak & Co tegenover Bloomberg.

    gold-oil-rally

    Goud/olie ratio opnieuw in opwaartse trend (Bron: Bloomberg)

  • Amerikaanse minister van Financiën inspecteert goud Fort Knox

    Amerikaanse minister van Financiën inspecteert goud Fort Knox

    De Amerikaanse minister van Financiën Steven Mnuchin heeft onlangs een bezoek gebracht aan Fort Knox, de militaire basis waar 60% van de nationale goudvoorraad opgeslagen ligt. Het bezoek is opmerkelijk, omdat er sinds de opening van de goudkluis in 1936 nog maar twee keer eerder een minister van Financiën op bezoek is geweest om de goudvoorraad te inspecteren.

    Na afloop van het bezoek verklaarde Mnuchin op twitter dat al het goud er nog ligt. De laatste keer dan een minister van Financiën de goudkluis van Fort Knox bezocht was in 1948, toen John Snyder de minister van Financiën was.

    Goudvoorraad in Fort Knox

    Met de invoering van de Gold Reserve Act in 1934 kwam er een einde aan de goudstandaard en werd het voor de Amerikaanse bevolking verboden om een substantiële hoeveelheid goud te bezitten. De bevolking werd door Executive Order 6102 van president Roosevelt op straffe van een grote geldboete of een gevangenisstraf verplicht gouden munten in te wisselen voor papiergeld.

    De regering zocht een plek om dat goud op te slaan en besloot daarom een nieuwe goudkluis te bouwen op de legerbasis van Fort Knox. Alle ingeleverde munten werden direct omgesmolten tot goudbaren, wat ook verklaart waarom veel goudstaven in Fort Knox een zuiverheid van ongeveer 90% hebben. Dat is namelijk hetzelfde percentage goud als in de gouden dollarmunten.

    De goudkluis van Fort Knox spreekt bij veel mensen tot de verbeelding. Niet alleen omdat er zoveel goud ligt, maar ook vanwege de geheimzinnigheid waarmee deze omgeven is. De laatste keer dat andere mensen dan het personeel van Fort Knox de goudkluis van binnen zagen was in 1974, toen Amerikaanse congresleden een bezoek brachten aan de militaire basis. De laatste keer dat alle goudbaren ook daadwerkelijk geteld werden was in 1953. Sindsdien heeft er geen volledige ‘audit’ meer plaatsgevonden, al werd een aantal jaar geleden wel een ruim 1.200 pagina’s tellende lijst van goudbaren openbaar gemaakt.

    Bij het grote publiek werd Fort Knox bekend door de James Bond film Goldfinger uit 1964. In deze film weet James Bond, gespeeld door Sean Connery, te voorkomen dat de Amerikaanse goudvoorraad besmet wordt door een radioactieve bom.

    gs-logo-breed

    Dit artikel wordt u aangeboden door Goudstandaard, uw adres voor de aankoop en verzekerde opslag van edelmetalen. Wilt u goud kopen? Neem dan contact op door te mailen naar [email protected] of door te bellen naar +31(0)88-4688488.

  • Column: Euforie over Nederlandse economie

    Eerder deze week kopten de kranten met het nieuws dat de economie in ons land weer op volle toeren draait. In het tweede kwartaal van dit jaar werd een groei van 1,5% gemeten, een groei die de afgelopen zeventien jaar nog maar twee keer eerder werd waargenomen. Ten opzichte van een jaar geleden groeide de economie met 3,3%, wat na correctie voor het aantal werkdagen zelfs 3,8% bleek te zijn.

    Volgens het CBS wordt de economische groei breed gedragen, aangezien zowel de consumptie, de investeringen als de export toenamen. Dat klinkt als goed nieuws, maar is natuurlijk niet het volledige verhaal…

    Wat is economische groei?

    Stel je voor dat mensen in uw omgeving opeens weer huizen gaan kopen of een nieuwe auto voor de deur zetten… dan krijg je de indruk dat hun persoonlijke economische situatie verbeterd is. Maar als vervolgens blijkt dat het huis gekocht is met een maximale hypotheek bij de bank en dat die auto pas over een paar jaar afgelost hoeft te worden, dan kijk je opeens heel anders naar hun economische situatie.

    Dit voorbeeld klinkt misschien heel logisch, maar als het gaat over de groei van de Nederlandse economie als geheel verliezen we dit totaalplaatje al snel uit het oog. Dan gebruiken we economische modellen waarin de factor schuld niet in de vergelijking wordt meegenomen.

    Dat is opmerkelijk, aangezien het vermogen dat wij als Nederlanders hebben voor een aanzienlijk deel bepaald wordt door de waarde van de eigen woning. Het zijn de schommelingen van de huizenprijzen die ervoor zorgen dat we in crisistijd massaal de hand op de knip houden en dat we ons in tijden van stijgende huizenprijzen te snel rijk rekenen. Met tienduizenden euro’s overwaarde op je huis geef je nou eenmaal makkelijker geld uit aan een vakantie of een nieuwe badkamer dan wanneer je huis onder water staat of de waarde gelijk is aan de hoogte van de hypotheek.

    Schuld gedreven economische groei

    Ik durf de bewering aan dat een groot deel van de groei van de Nederlandse economie, waar de media deze week euforisch over bericht hebben, te herleiden valt naar de stijgende huizenprijzen en het positieve sentiment dat daaruit voortkomt.

    Natuurlijk is het prettig dat het economisch weer beter gaat, de werkloosheid daalt en minder mensen naar de voedselbank gaan. Maar laten we deze gunstige omstandigheden ook gebruiken om lastige hervormingen door te voeren, zoals het versneld afbouwen van onze extreem hoge hypotheekschuld. En laten we deze kans ook aangrijpen om vaart te maken met het hervormen van ons pensioenstelsel, dat door de jongere generatie werknemers vaak als een ‘zwart gat’ wordt gezien waar alleen maar geld in verdwijnt.

    Het gezegde gaat dat je het dak moet repareren als de zon schijnt. Het is dan ook diep bedroevend om te zien dat de vier formerende partijen in politiek Den Haag zich in deze lastige tijden meer bezighouden met de vraag of het Wilhelmus wel of niet gezongen moet worden in de klas…

    Frank Knopers

    gs-logo-breed

    Deze column van Frank Knopers verscheen eerder op GoudstandaardGoudstandaard is gespecialiseerd in de verkoop en opslag van fysiek edelmetaal. Wilt u meer informatie over beleggen in edelmetalen? Bel ons op +31(0)88 46 88 488 of mail naar [email protected].




  • Centrale banken financieren 20% van de staatsschulden

    De vier meest prominente centrale banken in de wereld hebben op dit moment al een vijfde deel van de totale staatsschuld van hun eigen overheid in handen, zo meldt de Financial Times. De Federal Reserve, ECB, Bank of Japan en Bank of England hebben sinds het uitbreken van de financiële crisis op grote schaal staatsobligaties opgekocht, met als doel de financiële markten te kalmeren en de rente verder omlaag te brengen.

    Deze vier centrale banken – plus de centrale banken van Zweden en Zwitserland – hebben gezamenlijk ongeveer $15 biljoen aan bezittingen op hun balans staan, waarvan $9 biljoen in de vorm van staatsobligaties van hun eigen land. Dat is omgerekend bijna 20% van de totale staatsschuld van $46 biljoen die deze landen hebben.

    central-banks-chart-2-en

    Balanstotaal centrale banken is afgelopen tien jaar explosief gestegen (Bron: Credit Suisse)

    central-banks-chart-1-en

    Balansen centrale banken bestaan voor groot deel uit staatsobligaties (Bron: Credit Suisse)

    Centrale banken als laatste redmiddel

    De ECB heeft met $4,9 biljoen het grootste balanstotaal van alle centrale banken, waarvan bijna $2 biljoen uit staatsobligaties bestaat. De balans van de Federal Reserve is door verschillende rondes van monetaire verruiming opgezwollen tot een totaal van $4,47 biljoen, waarvan ongeveer 50% uit Amerikaanse staatsobligaties en nog eens 40% uit hypotheekleningen bestaat. Ook Japan heeft de spreekwoordelijke geldpers de laatste jaren in een hogere versnelling gezet, want hun balanstotaal is met $4,53 biljoen nu al groter dan dat van de Federal Reserve. En daarvan bestaat zelfs 85% uit staatsobligaties.

    Het opkopen van staatsobligaties was ooit bedoeld als een tijdelijke maatregel om de financiële markten tot kalmeren te brengen, maar het instrument werkte zo goed dat alle grote centrale banken er verslaafd aan zijn geraakt. De grote vraag is hoe we nu verder moeten, want vroeg of laat zullen centrale banken hun monetaire beleid moeten normaliseren om te voorkomen dat de inflatie uit de hand loopt. Toen de Federal Reserve in 2013 haar stimuleringsprogramma afbouwde ging dat gepaard met meer volatiliteit op de financiële markten. Vooral opkomende economieën kwamen toen onder druk te staan, omdat deze erg kwetsbaar bleken voor een waardestijging van de dollar.

    Volgende week staat de jaarlijkse bijeenkomst van Jackson Hole op de agenda, waar centrale bankiers en vooraanstaande economen overleg zullen voeren over de stand van de wereldeconomie en het gewenste monetaire beleid. Volgens de laatste berichtgeving zal de ECB hier geen grote beleidsverandering aankondigen.

  • Aandelen zelden zo duur als nu

    De Amerikaanse aandelenmarkt is sinds 1881 maar op twee momenten duurder geweest dan nu, namelijk in de aanloop naar de beurscrash van 1929 en tijdens de internetbubbel van eind jaren negentig. Dat is de conclusie die je kunt trekken als je de waarde van aandelen bepaalt op basis van de gemiddelde koers/winst verhouding over de afgelopen tien jaar, de waarderingsmethode die beleggers kennen als de Shiller PE Index.

    Op dit moment staat de lange termijn koers/winst verhouding met 29,72 weer bijna net zo hoog als tijdens het hoogtepunt van de aandelenbubbel die in 1929 uiteen spatte. De volgende grafiek laat zien dat aandelen op dit moment relatief duur zijn ten opzichte van de winstgevendheid van de onderliggende bedrijven, maar dat de aandelenkoersen nog veel verder kunnen stijgen. Zo bereikte de Shiller PE ratio in december 1999 een all-time high van meer dan 44. Hieronder een grafiek met data die teruggaat tot het jaar 1881.

    stock-market-shiller-pe-ratio

    Aandelen zijn relatief duur op basis van koers/winst verhouding (Bron: Multpl.com)

    This time is different?

    De Federal Reserve begint zich wel meer zorgen te maken over de waardering van aandelen. Stanley Fisher, de vice-voorzitter van de centrale bank, zei onlangs tijdens een conferentie van het IMF in Washington dat waakzaamheid op zijn plaats is nu de activaprijzen en de schuldposities weer toenemen.

    Volgens Fisher zijn de records op Wall Street voor een deel te verklaren door optimistische verwachtingen over de economie, maar ook door een hogere risicobereidheid van beleggers. Tot op heden heeft dat volgens de vice-voorzitter van de Federal Reserve niet geleid tot meer leverage in het financiële systeem, maar dat is wel iets wat hij nauwlettend in de gaten houdt.

    Ook Fed-voorzitter Yellen heeft haar zorgen uitgesproken over de stijgende prijzen van financiële activa, terwijl dat onder leiding van haar voorganger Bernanke juist het doel was van het ruime monetaire beleid. “Waarderingen van financiële activa zijn ietwat verhoogd als je traditionele waarderingsmethoden zoals de koers/winst ratio gebruikt”, aldus Yellen.

    Geen alternatief?

    Op basis van de koers/winst verhouding zou je tot de conclusie kunnen komen dat de Amerikaanse aandelenmarkt op dit moment overgewaardeerd is, maar er zijn ook argumenten aan te voeren die de huidige waardering van aandelen rechtvaardigen. Zet je het rendement van aandelen bijvoorbeeld tegenover dat van obligaties, dan zijn aandelen door de extreem lage rente nog steeds de meest interessante optie van de twee. Staatsobligaties leveren vrijwel niets meer op, waardoor beleggers rendement zoeken in alternatieven als aandelen en vastgoed.

    Opvallend genoeg hebben edelmetalen veel minder geprofiteerd van de extreem lage rente en het stimulerende beleid van centrale banken. Sinds 2016 is de goudprijs weliswaar weer wat gestegen, maar met een koers van ongeveer $1.300 per troy ounce staat het edelmetaal ruim 30% lager dan het all-time high van 2011. Zien beleggers edelmetalen over het hoofd? Of zijn aandelen echt de nieuwe veilige haven in een tijdperk van extreem lage rente?

    fed-model-stock-valuation

    Door de extreem lage rente zijn aandelen nog steeds interessanter dan obligaties (Bron: Voya, via twitter)

  • Zuid-Korea ziet risicopremie obligaties stijgen

    Vanwege de oplopende spanningen met Noord-Korea betalen beleggers een steeds hogere risicopremie voor Zuid-Koreaanse obligaties. Persbureau Yonhap schrijft dat de risicopremie voor bepaalde obligaties die in een vreemde valuta zijn uitgeschreven sinds februari 2016 niet meer zo hoog zijn geweest als nu.

    Volgens het Korea Center for International Finance is de risicopremie voor dit soort obligaties met een looptijd van vijf jaar inmiddels opgelopen tot 70 basispunten. Ook de aandelenmarkt reageert op de Noord-Koreaanse dreiging, want de Kospi index zakte vijf dagen op rij en staat op het moment van schrijven vijf procent lager dan het hoogste niveau van de maand juli.

    Het Zuid-Koreaanse ministerie van Financiën en de centrale bank van het land hebben al laten weten dat ze alle noodzakelijke stappen zullen zetten om de Zuid-Koreaanse munt te ondersteunen, mocht deze ten opzichte van de Amerikaanse dollar in waarde kelderen.

    Deze bijdrage is afkomstig van Geotrendlines

  • “Sancties tegen China vanwege Noord-Korea zijn onacceptabel”

    Het gevaar van een mogelijke raketlancering door Noord-Korea heeft niets te maken met de handelsrelaties tussen China en de Verenigde Staten te maken. Daarom zijn economische sancties tegen China met als doel het land onder druk te zetten in de kwestie van Noord-Korea onacceptabel. Dat zei de woordvoerster van het Chinese ministerie van Buitenlandse Zaken afgelopen maandag in reactie op eerdere uitspraken van president Trump.

    De Amerikaanse president is van mening dat China te weinig druk zet op buurland Noord-Korea en dat ze meer moet doen om de regering in Pyongyang tot de orde te roepen. China reageerde daar eerder al op door te zeggen dat ze niet verantwoordelijk is voor de acties van de Noord-Koreaanse regering en dat een dialoog de voorkeur heeft boven het opleggen van eenzijdige sancties.

    Handelsoorlog?

    President Trump heeft tijdens zijn verkiezingscampagne veel kritiek geuit op de Chinese regering, omdat die de munt kunstmatig goedkoop houdt en daardoor steeds meer banen uit de Verenigde Staten verdwijnen. Sinds Trump president is heeft hij zijn toon tegenover China wat gematigd, maar door de situatie in Noord-Korea dreigt de relatie tussen de twee grootmachten opnieuw te verslechteren. Trump deed zijn beklag zoals we inmiddels gewend zijn ook op twitter.

    Volgens China wordt de dreiging van economische sancties door de Verenigde Staten gemotiveerd door een economische agenda. De Chinese woordvoerster van het Ministerie van Buitenlandse Zaken, Hua Chunying, zei daar het volgende over.

    “De samenwerking tussen China en de Verenigde Staten moet gebaseerd zijn op het respect voor de belangen en zorgen van beide partijen. De nucleaire kwestie op het Koreaanse schiereiland en de handel en economische zaken zijn twee verschillende zaken. China en de Verenigde Staten moeten op beide gebieden de samenwerking versterken. Het is voor ons volstrekt onacceptabel om de ene kwestie te gebruiken als instrument om druk uit te oefenen op de andere kwestie.

    Rekening houdend met het belang van de relaties tussen China en de Verenigde Staten is Beijing bereid samen met Washington de stappen te zetten die nodig zijn voor een normale en stabiele economische relatie, die gebaseerd is op wederzijds respect, gelijke rechten en voordelen.”

    Afgelopen zaterdag berichtte de Amerikaanse site Politico dat Trump bereid zou zijn een onderzoek te starten naar mogelijke diefstal van intellectuele eigendomsrechten van Amerikaanse bedrijven door China. Of hij dat echt gaat doen is nog maar de vraag, maar dat zou een manier kunnen zijn om China te verdenken van een schending van de internationale handelsverdragen.

    Deze bijdrage is afkomstig van Geotrendlines

  • EU wil imago verbeteren met promotiecampagne van €3 miljoen

    Brussel heeft bijna €3 miljoen opzij gezet om het negatieve sentiment ten aanzien van de Europese Unie te bestrijden. Met in totaal 84 nieuwe campagnes in het Verenigd Koninkrijk en in de rest van de Europese Unie willen men het sentiment ten aanzien van het Europese samenwerkingsproject verbeteren.

    De Europese Commissie is van mening dat het negatieve sentiment ten aanzien van de EU het gevolg is van een gebrek aan kennis over de geschiedenis en de diversiteit van Europa. Ook is men van mening dat de voordelen van het Europese samenwerkingsproject onvoldoende gecommuniceerd worden naar de Europese burger.

    ‘Gebrek aan kennis’

    In het 23 pagina’s tellende beleidsdocument lezen we dat er de komende jaren actief moet worden stilgestaan bij een aantal belangrijke historische gebeurtenissen, zoals het ondertekenen van het Verdrag van Rome (1957), het einde van de Eerste Wereldoorlog (1918), het begin van de Tweede Wereldoorlog (1939), de eenwording van Duitsland (1990) en de eerste verkiezingen van het Europees Parlement (1979).

    Het geld dat de Europese Unie ter beschikking stelt voor deze projecten wordt verspreid over enkele tientallen denktanks, die de pro-Europese boodschap in alle uithoeken van de Europese Unie zullen uitdragen. Van het totale budget van bijna €3 miljoen is bijna €540.000 toegewezen aan in totaal tien projecten in Groot-Brittannië. De volgende passage uit het document van de Europese Commissie verschaft ons meer inzicht in de plannen van de Europese Commissie.

    Deelnemers worden uitgenodigd debatten of activiteiten te organiseren over de opkomst van de scepsis ten aanzien van Europa en de gevolgen die dat kan hebben voor de toekomst van de Europese Unie. Dergelijke debatten en activiteiten moeten deelnemers in staat stellen hun kennis van de Europese instituten en haar beleid te verbeteren en de prestaties en voordelen van de EU beter te begrijpen. Ook moet men beter begrijpen wat het kost om geen onderdeel uit te maken van de Europese Unie.

    Zonder de moeilijkheden en uitdaging waar we voor staan te ontkennen moeten de deelnemers de Europa-sceptische redenering en argumentatie ontleden, de relevantie daarvan beoordelen en de mogelijke gevolgen duidelijk maken.

    Solidariteit

    Naast het ‘beter informeren’ van de Europese bevolking wil de EU ook de beeldvorming ten aanzien van vluchtelingen veranderen. De Europese Commissie schrijft in haar beleidsdocument over een opkomst van populistische politieke bewegingen die minderheden en migranten aanwijzen als belangrijke oorzaak van allerlei problemen. Hieronder een passage uit het document.

    “Vandaag de dag zijn er veel populistische bewegingen die ‘anderen’, ‘vreemden’, ‘migranten’ en ‘minderheden’ stigmatiseren. Ze maken gebruik van de ontevredenheid en angst van het electoraat ten aanzien van werkloosheid, sociale onzekerheid, globalisering en terrorisme. Vluchtelingen worden verantwoordelijk gehouden voor deze bedreigingen of worden neergezet als een bedreiging voor de nationale levensstandaard, de sociale samenhang en de interne veiligheid.

    Die stigmatisering gebeurt via propaganda, haat zaaien en misleidende retoriek, die los van elkaar staande onderwerpen (crisis en migratie; terrorisme en migratie) laat samensmelten om de nationale bevolking op te zetten tegen een zondebok.”

    Propaganda?

    De Europese Unie trekt bijna €3 miljoen uit om de publieke opinie ten aanzien van Europa en de vluchtelingencrisis te manipuleren. Europese burgers die kritisch zijn over de Europese Unie krijgen dus eerst het verwijt ‘niet goed geïnformeerd’ te zijn, om vervolgens de rekening te betalen voor projecten die hen op andere gedachten moeten brengen.

    Het is niet voor het eerst dat de Europese Unie bepaalt hoe de Europese bevolking over bepaalde onderwerpen moeten denken. Zo heeft het Europees Parlement er eind vorig jaar een resolutie aangenomen om zogeheten ‘Russische propaganda’ effectiever te kunnen bestrijden. De Russische media worden ervan beschuldigd twijfel te zaaien onder de Europese bevolking en verdeeldheid te creëren tussen de EU en haar Noord-Amerikaanse partners.

    Deze nieuwe promotiecampagne van de EU bevestigt het beeld van een niet-democratisch Europa. Kritische berichtgeving moet actief bestreden worden, terwijl het pro-Europese geluid met belastinggeld gesubsidieerd wordt. Tot slot ziet u hieronder een video die met Europees belastinggeld gemaakt kon worden.

    Deze bijdrage is afkomstig van Geotrendlines

  • Schulden Amerikaanse huishoudens naar recordhoogte

    Schulden Amerikaanse huishoudens naar recordhoogte

    De totale schulden van Amerikaanse huishoudens stegen in het tweede kwartaal naar een nieuw record van $12,8 biljoen, zo blijkt uit nieuwe cijfers van de Federal Reserve Bank van New York. De toename werd mede veroorzaakt door een stijging van het aantal autoleningen en creditcardschulden. De private schulden in de Verenigde Staten stijgen daarmee voor het twaalfde kwartaal op rij, wat doet vermoeden dat Amerikanen de toekomst weer met vertrouwen tegemoet zien.

    In het tweede kwartaal van dit jaar steeg het totaalbedrag aan autoleningen naar $1,19 biljoen, de helft meer dan tijdens het uitbreken van de kredietcrisis in 2008. Ook nemen de creditcardschulden langzaam weer toe, terwijl dit een van de duurste vormen van krediet is. Huishoudens in de Verenigde Staten staan bij elkaar voor $0,78 biljoen rood bij creditcardmaatschappijen, het hoogste niveau sinds 2009. De studieschulden bleven in het tweede kwartaal weliswaar gelijk, maar zijn in de afgelopen tien jaar meer dan verdubbeld tot $1,34 biljoen.

    private-schulden-vs

    Schulden van Amerikaanse huishoudens opnieuw gestegen (Grafiek via Wall Street Journal)

    Schuld gedreven economische groei

    De toename van private schulden in de Verenigde Staten kan zowel positief als negatief worden uitgelegd. Vanuit een positieve benadering zou je kunnen stellen dat Amerikanen meer vertrouwen hebben in de economie en daarom meer bereid zijn geld te lenen voor bijvoorbeeld een huis, een auto of een studie.

    Aan de andere kant is het ook denkbaar dat bepaalde groepen Amerikanen geld lenen als aanvulling op een te laag inkomen. Ook daar zijn aanwijzingen voor te vinden, want het percentage wanbetalingen op creditcardschulden is de laatste kwartalen aanzienlijk toegenomen. Dat terwijl er tussen 2009 en 2016 nog sprake was van een duidelijke neerwaartse trend.

    wanbetalingen

    Aantal wanbetalingen op creditcardschulden stijgt weer (Grafiek via Wall Street Journal)

    Meer wanbetalingen

    In het tweede kwartaal van dit jaar was er bij 6,19% van de creditcardschulden sprake van een betalingsachterstand van meer dan dertig dagen, terwijl dat een jaar geleden bij iets meer dan 5% het geval was. Ook het aantal betalingsachterstanden van meer dan 90 dagen loopt weer op, al moeten we daarbij vermelden dat deze percentages in historisch perspectief nog steeds bijzonder laag zijn.

    De toename van het aantal wanbetalingen op creditcardschulden is een zorgelijke ontwikkeling, omdat je bij een historisch lage rente en een groeiende economie zou verwachten dat het juist makkelijker wordt om schulden terug te betalen. De laatste keer dat het percentage wanbetalers zo snel steeg was in 2006, toen de Federal Reserve de rente verhoogde om de economie af te remmen.