Categorie: Columns

  • Onevenwichtige wereldbalans voorspelt einde van een tijdperk

    De economie is onderdeel van iets dat groter is, namelijk de biosfeer. En die biosfeer is eindig. Vele problemen van vandaag zijn terug te voeren op dit harde feit. Eindeloze groei op een eindige planeet is biofysisch gewoonweg onmogelijk.

    De financiële crisis van 2008 werd – en wordt – niet goed begrepen. Want die had in de eerste plaats een fundamenteel energetische achtergrond. In juli van 2008 bereikte de olieprijs een historisch maximum van $147 en dat was de ultieme trigger die het kaartenhuis van de Amerikaanse huizenmarkt en van de gezwollen bankbalansen ongenadig blootlegde. Het financieel-economische stelsel kon een dergelijk hoge olieprijs niet meer verwerken.

    Megarampen zoals het oliedebacle in de Golf van Mexico (2010) en het nucleaire drama van Fukushima (2011) zijn signalen dat ons systeem tegen zijn biofysische grenzen aanbotst. Drie voor de wereldeconomie levensbelangrijke processen worden – ook in hun onderlinge samenhang – onvoldoende ernstig genomen :

    • Uitputting van de biosfeer door broeikasgassen, drinkwatertekorten, overbevissing, oceaanvervuiling, bodemerosie, verlies aan biodiversiteit enz.
    • Uitputting van goedkope olie (lees hier en hier)
    • Uitputting van kapitaal; vooral dit gegeven willen we verder uitdiepen en in het juiste perspectief plaatsen

    Opgeblazen virtuele rijkdom

    Om de wereldeconomie overeind te houden na de crash van 2008, werden er grote schulden aangegaan. Onderstaande grafiek toont aan dat de wereldschuld sneller gegroeid is dan de onderliggende waarde (GDP = bruto binnenlands product). Sinds het begin van de jaren ’80 is die stijging ronduit spectaculair geweest.

    global-debt-gdp

    ‘Post GFC’ wil zeggen ‘na de grote financiële crisis’ (van 2008) (Bron: Business Insider)

    Schuldverplichtingen kan men beschouwen als financiële bezittingen, die aanspraken zijn op toekomstige reële activa. Die toekomstige rijkdom is in essentie gebaseerd op verwachtingen van toekomstige economische groei. Maar die financiële bezittingen zijn feitelijk abstracties want die toekomstige groei is niet concreet. Ons gehele systeem is gegrondvest op de verwachting van permanente groei die voor het inkomen zal zorgen om de aangegane schulden terug te betalen.

    De kern van de zaak is dat we te veel financiële vorderingen op onderliggende goederen en diensten – zoals energie, voedsel, arbeid, industriële producten, infrastructuur en natuurlijke hulpbronnen – op elkaar hebben gestapeld. Deze vorderingen bestaan in de vorm van schulden en derivaten (lees over derivaten hier en hier).

    wereldbalansgrafiek

    Bovenstaande grafische voorstelling is een ruwe – geen exacte – weergave van de huidige wanverhouding tussen virtuele – en reële activa. Op zeker moment zal duidelijk worden dat de enorme oceaan van uitstaande vorderingen nooit meer kan gehonoreerd worden, met als resultaat een vloedgolf van wanbetalingen en faillissementen die een belangrijk deel van de economie zal wegspoelen.

    Meer economische groei onrealistisch

    Steeds weer kiezen de beleidsmakers voor de schijnbaar enig mogelijke oplossing voor al onze problemen (armoede, werkloosheid, milieuschade, begrotingstekorten, handelstekorten, bail-outs, bedrijfssluitingen enz) : meer economische groei ! Onze besluitvormers lijken tegenwoordig geen ander mantra meer te kunnen opdreunen.

    We hebben de hoeveelheid financiële activa vermeerderd, praktisch zonder limiet, om in de illusie te blijven leven dat iedere vorm van economische groei goed is en ons rijker maakt. Terwijl we al te gemakkelijk ‘vergeten’ dat deze zogenaamde activa niets anders zijn dan aanspraken op de toekomstige groei van reële rijkdom, waarvan het onrealistisch is dat dergelijke groei ooit zal plaatsvinden. Want de toename van reële rijkdom wordt beperkt door drie onontkoombare limieten : de uitputting van grondstoffenreserves die nodig zijn om de globale economie draaiende te houden, de oplopende schade aan de biosfeer en de groter wordende schuldverplichtingen.

    Het volgende beeld toont de evolutie van het bbp in de OESO-landen (een groep van 35 overwegend welvarende naties) en in de wereld tussen 1961 en 2011. Het valt op dat de economische langetermijnontwikkeling van de OESO een fluctuerende maar consistent dalende groeiratio laat zien.

    weltbipworldgroupoecdengl

    Wereldwijde bbp (Bron: Wikipedia)

    Geavanceerde kapitalistische beschavingen zitten in een fase van gelijkblijvende of dalende opbrengsten. Neem het volgende eens in overweging: vergeleken met die dalende rendementen, steeg in dezelfde periode de energieconsumptie, de globale schuld (zie eerste grafiek), de bevolkingsgroei, de broeikasgasuitstoot en het uitsterven van diersoorten exponentieel.

    Nadenken over de toekomst

    Het hierboven geschetste grote onevenwicht tussen virtuele – en reële rijkdom – kan onmogelijk standhouden. De fundamentele problemen van het monetaire systeem werden niet aangepakt, enkel verdoezeld of zelfs verergerd.

    Binnen afzienbare tijd krijgen we een enorme crash op de financiële markten die heel wat ernstiger zal zijn dan hetgeen in het najaar van 2008 is gebeurd. Daarna zal er, allicht op het niveau van de G20 (een groep van 19 landen en de Europese Unie), een grote schuldenconferentie plaatsvinden waarbij beslist zal worden om een groot deel van de globale schuldverplichtingen af te schrijven.

    Meer en meer economen hebben begrepen dat ons huidig economisch paradigma van eindeloze groei onhoudbaar is. Verschillende specialisten hebben zich – vroeger en nu – over deze problematiek gebogen, maar hun ideeën en voorstellen zijn nog lang geen ‘mainstream’ geworden.

    Hun gedachtegoed kan als volgt worden samengevat:

    • De economie dient terug binnen haar biofysieke grenzen te worden gebracht.
      Er is nood aan een economisch model dat rekening houdt met de assimilatie- en regeneratieve mogelijkheden van het ecosysteem.
    • We moeten anders leren groeien. We dienen de overstap te maken van groei naar ontwikkeling, namelijk van een groeimodel dat inteert op ons kapitaal en
      het milieu naar een gezonde evolutie waarbij de biosfeer kan worden gerepareerd en ons consumptiegedrag teruggeschroefd. Een systeem dat meer aandacht besteedt aan welzijn en aan een evenwichtiger levensritme.
    • Zonder groei is er maar een enkele mogelijkheid om armoede te bestrijden en dat is door te delen. De klemtoon verschuift dan van een systeem waar het
      verwerven van bezit voorop staat naar een goed georganiseerde deeleconomie.
    • Een monetaire hervorming waarbij fiatgeld (geld dat uit het niets wordt gecreëerd) en rente worden afgeschaft en vervangen door een systeem van complementaire munten
    • Een nieuw politiek model dat de burger meer inspraak geeft, waarbij een langetermijnstrategie wordt gehanteerd en dat de inmenging van allerlei belangengroepen inperkt

    Conclusies

    Weldra vliegt de wereld tegen een zelf opgetrokken monetaire muur aan wat het einde van een tijdperk zal inluiden. Om het grote onevenwicht tussen virtuele welvaart en reële activa te herstellen, is het noodzakelijk dat er een nieuw energetisch – en financieel stelsel in het leven wordt geroepen.
    Echter, afgezien van het gebrek aan inzicht in de samenhang van de wereldproblemen, vormt de enorme invloed van onwrikbare machtsgroepen een levensgroot struikelblok.

    Diegenen die het grootste voordeel hebben bij het bestaande paradigma, namelijk grote lobbies zoals Wall Street (de grootbanken in de Verenigde Staten én in Europa), Big Oil (de grote oliebedrijven) en het militair-industrieel complex (ondernemingen actief in de militaire industrie), zullen de meeste weerstand bieden tegen verandering.

    Dirk Bauwens

    (Dit artikel verscheen eerder op mijn blog systeemcrisis.blogspot.nl)

    Lees ook eerdere columns van Dirk Bauwens:

  • Column: Eindelijk voorbij

    Ze zijn eindelijk voorbij deze verkiezingen… Ik heb van verschillende lezers commentaar gekregen dat ik te veel op de hand was van Trump. Het enige wat ik tijdens mijn stukjes probeer te doen is meer achtergrondinformatie te geven, door belangrijke nieuwsfeiten te brengen die door grote media niet óf zeer summier zijn gepubliceerd.

    Naar mijn mening zijn de slechte punten van Trump door alle media uitvoerig aan bod gekomen. Hillary daarentegen had de totale steun van de nationale en internationale media. En de bankiers. En de gevestigde politieke orde. En vele miljardairs, popsterren, celebrities, buitenlandse leiders en zelfs de huidige president van de VS. Toch bleek deze steun niet genoeg voor de winst (overigens blijft het een gek systeem, ze haalde de meerderheid van alle stemmen). De burger op straat heeft het blijkbaar gehad met de status quo.

    Ik denk dat alle verkiezingen van de afgelopen tijd en in de nabije toekomst gewonnen zullen worden door partijen/mensen die niet tot de gevestigde orde behoren. Michael Moore typeerde een overwinning van Trump als een grote “Fuck you” tegen de gevestigde orde.

    voorbij



    Italië

    De volgende zéér belangrijke verkiezing (in dit geval een referendum) zal begin december plaatsvinden in Italië. Deze stemming kan eventueel grote schade toebrengen aan de EU. Premier Renzi heeft namelijk zijn lot verbonden aan de uitslag. Nieuwe verkiezingen kunnen weer voor onzekerheid zorgen en eventueel resulteren in een referendum over het Italiaanse EU-lidmaatschap. Volgend jaar zijn Frankrijk en Duitsland aan de beurt. Mijn voorspelling is dat dit wederom grote nederlagen gaan worden voor de gevestigde orde. Nadat de overwinning van Trump werd bekendgemaakt kwamen er zeer bizarre uitspraken. Zoals Nobelprijs winnaar Paul Krugman; “Financial markets will never recover from this”. Hij bleek maar liefst 49 minuten gelijk gehad te hebben, want zo lang duurde het voordat de S&P 500 weer in de plus stond na opening. Blijkbaar beseffen beleggers dat - ondanks de overwinning van Trump - Disney gewoon superhero films zal blijven maken, Facebook uw privé informatie blijft verkopen aan adverteerders en Coca-Cola wereldwijd ongezonde drankjes blijft distribueren.

    Onzekerheid

    Wat nu? Het is duidelijk dat de verkiezing van Trump veel onzekerheid gebracht heeft voor de financiële markten. Onzekerheid zorgt voor gevaar, maar ook voor kansen! Wij mensen maken tijdens dit soort periodes vaak hele slechte beslissingen, gebaseerd op onze emoties. Het is erg moeilijk om je gevoel uit te schakelen, maar probeer het de komende tijd voor wat betreft uw financiële beslissingen. En terwijl de gehele wereld gefixeerd was op de verkiezingen, gebeurde er ondertussen in India iets zeer belangrijks. De overheid van India maakte vrijwel van de ene op de andere dag de briefjes van 500 en 1.000 rupees ongeldig. Stelt u zich eens voor dat de Nederlandse overheid opeens alle biljetten van 20 en 50 euro ongeldig verklaart... De officiële reden is dat de Indiase overheid witwassen wil tegengaan, maar dat is natuurlijk nonsens. Het versterkt mijn overtuiging dat de cashloze maatschappij eraan komt. Privacy, naar mijn mening één van de belangrijkste grondrechten, zal er niet meer zijn. Mijn mening vat ik als volgt samen: “Ik heb niets te verbergen, maar dat gaat niemand iets aan”. Sander Noordhof

    gs-logo-breed

    Deze column van Sander Noordhof verscheen afgelopen weekend op GoudstandaardGoudstandaard is gespecialiseerd in de verkoop en opslag van fysiek edelmetaal. Wilt u meer informatie over beleggen in edelmetalen? Bel ons op +31(0)88 46 88 488 of mail naar [email protected].

  • Column: Geen eurocrisis, maar een schuldencrisis!

    Hoe is het mogelijk dat de euro ondanks alle problemen in de zuidelijke landen nog steeds opvallend stabiel is ten opzichte van de Amerikaanse dollar? En hoe kan het dat steeds meer landen zich de afgelopen jaren bij de muntunie hebben aangesloten?

    Op die vragen blijven de eurosceptici vaak een antwoord schuldig. Misschien dat het antwoord op deze vraag vanzelf duidelijk wordt als je de fundamenten van de euro bestudeert, want daarin schuilt misschien wel de verklaring waarom de euro nog steeds niet gevallen is.

    In 2002 zei de toenmalig ECB-president Wim Duisenberg (1935-2005) dat de euro de eerste valuta ter wereld is die niet gekoppeld is aan goud en ook niet aan de natiestaat. Waarom zijn deze eigenschappen voor een munt eigenlijk zo belangrijk?

    Euro ontkoppeld van goud

    Het feit dat de euro niet gekoppeld is aan goud betekent dat het vertrouwen in de euro niet gebroken kan worden door een run op de goudvoorraad, want de munt is simpelweg niet bij de centrale bank inwisselbaar voor goud. Een run op het Amerikaanse goud zoals in het Bretton Woods systeem is met de euro dus niet mogelijk.

    Wil je euro’s inwisselen voor goud, dan kan dat op de vrije markt tegen een prijs die door vraag en aanbod tot stand komt. Dat is ook de reden dat de goudreserves van het Eurosysteem tegen de actuele marktprijs op de balans van de ECB staan. Waarom is dat belangrijk?

    Stel je een scenario voor waarbij de centrale bank haar munt tegen een vaste koers koppelt aan goud. Neemt de geldhoeveelheid toe zonder dat er meer goud aan de kluis wordt toegevoegd, dan daalt de ‘dekkingsgraad’ in goud. Zo kan een centrale bank veel meer geld in omloop brengen dan wat ze feitelijk aan goud heeft liggen. En aangezien de geldhoeveelheid van nature de neiging heeft om te groeien komt er vanzelf een moment waarop het vertrouwen in de inwisselbaarheid van goud getest gaat worden.

    Dit zagen we bijvoorbeeld in de loop van de jaren zestig in het Bretton Woods systeem, toen verschillende Europese landen op grote schaal dollars omwisselden voor goud. Om de belofte van een troy ounce goud tegen $35 per troy ounce te kunnen verdedigen moest de Amerikaanse centrale bank voortdurend goud op de markt brengen. Nadat 2/3 deel van de totale Amerikaanse goudvoorraad uit de kluis verdwenen was kon Nixon eigenlijk niets anders doen dan de inwisselbaarheid van de dollar opgeven.

    Een centrale bank die zijn munt aan goud koppelt moet bereid zijn deze koppeling te verdedigen door voortdurend goud te verkopen. Bij een stijging van de goudprijs moet de centrale bank goud verkopen en daalt dus de waarde van de goudvoorraad als percentage van de totale reserves.

    valuta-goudreserve-eurosysteem-percentage

    De stijging van de goudprijs maakt de balans van de ECB sterker

    Precies het omgekeerde gebeurt bij een centrale bank die haar munt niet koppelt aan goud. Mocht er om wat voor reden dan ook een run op goud ontstaan, dan stijgt de goudprijs en stijgt ook de totale waarde van het goud op de balans van de centrale bank. De ‘dekkingsgraad’ van de euro wordt dus alleen maar beter bij een stijging van de goudprijs, terwijl de ‘dekkingsgraad’ van een dollar in dat geval juist slechter wordt.

    Dat verklaart ook de volgende passage van Aerdt Houben in een interview met het Financieel Dagblad.

    Rond de oprichting van de Nederlandsche Bank in 1814 werd goud gekoppeld aan de bankbiljetten. ‘Waardeloze’ stukjes papier werden vertrouwd omdat de centrale bank goud onder de grond had liggen.

    Door de koersstijging van goud hebben we de feitelijke waarde die de bankbiljetten in Nederland vertegenwoordigen, nagenoeg in bezit in goud.

    Op dit onderdeel verschilt de ECB fundamenteel van de Federal Reserve. De Amerikaanse centrale bank bezit slechts goudcertificaten, die bovendien nog steeds gewaardeerd worden tegen een historische koers van $42,22 per troy ounce. Deze certificaten worden niet meer waard bij een stijging van de goudprijs, in tegenstelling tot de goudvoorraad van de ECB en van andere centrale banken die hun edelmetaal waarderen tegen de actuele marktprijs. Interessant detail: Ook China en Rusland gebruiken de waarderingsmethode van de ECB.

    Euro_Gold_Bar

    Euro is niet gekoppeld aan goud

    Euro ontkoppeld van de natiestaat

    Met de komst van de euro hebben alle lidstaten hun monetaire soevereiniteit overgedragen naar een onafhankelijke centrale bank voor alle landen. Dat betekent dat landen hun begrotingstekorten en schulden niet langer kunnen verdoezelen door de munt te devalueren of door een eigen centrale bank opdracht te geven geld bij te drukken.

    Zou een land als Griekenland, Spanje of Italië een eigen munt hebben, dan was het heel aantrekkelijk geweest om de munt te devalueren of om de eigen centrale bank de opdracht te geven de geldpers aan te zetten. Het feit dat landen dat binnen de eurozone dat niet meer kunnen maakt de staatsobligaties van de lidstaten meer risicovol en de euro als munt juist minder risicovol. De ECB voorkomt immers dat politici in de verschillende lidstaten voor hun eigen gewin de waarde van het geld kunnen uithollen.

    In een recente toespraak in Cambridge legde ECB bestuurslid Benoit Coeuré uit wat dit betekent.

    In de meeste ontwikkelde economieën, en ook in de meeste macro-economische modellen, worden staatsobligaties altijd als veilig gezien. Er is in feite een volledige consolidatie tussen de balans van de centrale bank en die van de fiscale autoriteit, waardoor staatsschuld in nominale termen altijd risicovrij is. De centrale bank kan altijd garanderen dat er in cash terugbetaald wordt. Daarom kleeft er geen kredietrisico aan staatsobligaties, ook al dragen ze het risico van inflatie als de centrale bank door de overheid onder druk wordt gezet om inflatoire tekorten te financieren.

    In de Eurozone geldt echter niet dezelfde relatie. Er is één centrale bank en er zijn negentien verschillende fiscale autoriteiten en de lidstaten zijn niet verantwoordelijke voor elkaars schulden. De ECB heeft – om goede redenen – een verbod op ‘monetaire financiering’, dat is het rechtstreeks opkopen van schulden of het rechtstreeks geld uitlenen aan overheden.

    Hiermee is verzekerd dat fiscale overdrachten niet kunnen plaatsvinden via de centrale bank. Ook voorkom je op deze manier fiscale dominantie over het monetaire beleid, wat het nastreven van prijsstabiliteit ondermijnt. Het betekent ook dat staatsobligaties van landen uit de Eurozone in bepaalde opzichten equivalent zijn aan andere obligaties van niet-overheden, omdat de verschillende fiscale autoriteiten en de centrale banken niet geconsolideerd kunnen worden in één federale balans.

    Duitse en Griekse staatsobligaties worden door geen enkele Europese autoriteit gegarandeerd, net zoals obligaties die door Californië of Arkansas zijn uitgegeven niet door de federale overheid of door de Federal Reserve gegarandeerd worden. Daarmee zijn staatsobligaties in de Eurozone blootgesteld aan een kredietrisico dat andere ontwikkelde economieën [met een eigen centrale bank] niet hebben.

    En dit is met opzet gedaan. De constructie van de Eurozone – het verbod op monetaire financiering in het EU verdrag, de no-bailout clausule – is opzettelijk bedoeld om de financiële markten aan te moedigen een onderscheid te maken tussen de verschillende landen in de Eurozone, op basis van de fiscale houdbaarheid van hun beleid. Het idee hierachter is dat marktdiscipline de acties van overheden voortdurend zal beoordelen, wat uiteindelijk zal leiden tot een beter beleid.

    Net zoals bij de verschillende staten in de VS met hun begrotingsregels is de mogelijkheid dat schuldeisers verliezen lijden cruciaal om geloofwaardigheid te geven aan het fiscale raamwerk. In andere woorden: Het is belangrijk dat staatsobligaties niet ’te veilig’ zijn in de eurozone (lees: dat er geen risico is van een default), omdat anders de volledige verantwoordelijkheid voor een duurzaam fiscaal beleid komt te liggen in fiscale regels. Regels waarvan de geschiedenis heeft aangetoond dat ze niet geloofwaardig zijn of waarvan men verwacht dat de centrale bank uiteindelijk de overheden te hulp zal schieten. En dat is in het Europese verdrag expliciet verboden.

    benoit-coeureBenoit Coeuré maakt hier een interessante vergelijking tussen de lidstaten van de Eurozone en de verschillende staten in de VS. Beide hebben geen eigen centrale bank en kunnen dus niet de geldpers aanzetten om de tekorten te financieren.

    Dat betekent ook dat Europese landen, net als de verschillende Amerikaanse staten, in het slechtste geval hun schulden niet kunnen betalen en in ‘default’ kunnen treden. Dat betekent ook dat staatsobligaties van de lidstaten van de Eurozone geen risicovrije assets zijn zoals staatsobligaties van landen die wél een eigen centrale bank hebben.

    Een land als Griekenland kan binnen de Eurozone in ‘default’ gaan, zonder dat de waarde van de euro daardoor ter discussie komt te staan. Vergelijk het met het faillissement van de Amerikaanse staat Detroit. Die gebruikt nog steeds dollars en kan gewoon weer geld lenen door nieuwe obligaties uit te schrijven.

    Juist dit gegeven maakt de euro als munt sterk. Zo lang de verdragen gerespecteerd worden zal de ECB de stabiliteit van de euro niet opofferen om de veiligheid van staatsobligaties te garanderen. De euro blijft op veilige afstand van spilzuchtige politici en dat maakt de munt sterk. Niet alleen binnen de Eurozone, maar ook daarbuiten.

  • Column: Gebakken peren…

    Het blijft verbazingwekkend wat er allemaal naar buiten komt over hoe de politiek in de VS er werkelijk aan toe gaat. Dit is dan het land wat allerlei andere landen met veel wapengekletter binnenvalt om zogenaamd vrijheid en democratie te brengen. Kijk alleen al naar de hedendaagse situatie in Libië om te bepalen of deze operaties op menselijk gebied enigszins zinvol zijn geweest. Wat wel zinvol is geweest voor de VS, dat waren de economische belangen die op deze manier veilig gesteld werden. U heeft hier in de reguliere media destijds waarschijnlijk bijna niets over gehoord.

    Al weken wordt Rusland beticht van (onder andere, niet beperkt tot) het hacken van de Democratische partij en de privé server van de Clintons om de verkiezingen te beïnvloeden. Het enige ‘bewijs’ hiervoor was het feit dat er zeer complexe technieken gebruikt zijn en dat de hacks plaatsvonden tijdens kantooruren in Rusland (waarbij de activiteiten van de hackers tijdens de lokale lunchtijd voor een uurtje stopten).




    Julian Assange van Wikileaks heeft altijd ontkend dat Rusland er iets mee te maken had. Nu komen er via verschillende bronnen berichten binnen dat de inlichtingendiensten in de VS zelf verantwoordelijk zijn voor de hacks en publicatie hiervan. Een organisatie als de FBI lijkt het niet meer te kunnen aanzien dat de Clintons overal mee wegkomen. Vergeet niet dat dit e-mail schandaal de laatste is van een zeer lange lijst verdenkingen tegen de Clintons. Eerlijk gezegd vind ik het allemaal zo schokkend wat er naar buiten komt, dat ik er helemaal genoeg van heb dat de wereld blijkbaar zo in elkaar steekt. U waarschijnlijk ook. Het lijkt volgens mij nog het meeste op een zeer slecht geschreven soap.

    julian-assange-hillary-leaks

    Zinloos monetair beleid

    Uit commentaren van verschillende centrale bankiers van de afgelopen tijd kunnen we de conclusie trekken dat ze eindelijk in beginnen te zien dat het gevoerde beleid contraproductief heeft gewerkt. De Bank of Japan heeft inmiddels laten weten dat ze doelstelling van 2% inflatie in 2018 met het huidige beleid niet gaan halen. Het zou dus weleens goed kunnen dat het beleid van centrale banken rigoureus omgegooid gaat worden. Dit zal ongetwijfeld gepaard gaan met de nodige schokken. Hadden we maar de moed gehad die IJsland heeft getoond. Niet alleen besloten ze bankiers celstraffen te geven in plaats van bonussen, ook verhoogden ze de rente juist in tegenstelling tot de gehele Westerse wereld. IJsland heeft inmiddels relatief veruit de sterkste economie van Europa, sinds 2009 is deze in omvang verdubbeld! In Europa zijn de economieën tijdens deze periode met 14% gegroeid, maar tijdens deze periode zijn ook de schulden enorm gestegen. We hadden moeten accepteren dat er na een periode van hoogconjunctuur altijd een periode van laagconjunctuur volgt. Dit is een historisch gegeven en het hoort er nu eenmaal bij. Sterker nog; tijdens zo’n laagconjunctuur ontstaan vanzelf weer kansen voor de volgende opleving en overleven slecht geleide bedrijven niet. Nu worden deze slecht geleide bedrijven met goedkoop geld kunstmatig in leven gehouden. De genomen maatregelen laten zich het beste typeren aan de hand van het spreekwoord "zachte heelmeesters maken stinkende wonden". De hoogte van de rente reflecteert normaal gesproken de inflatieverwachtingen en toekomstmogelijkheden. Een rente op of onder nul geeft naar mijn idee juist aan dat er geen enkel vertrouwen is in de toekomstmogelijkheden. De vraaguitval is zo groot dat er nauwelijks nog geïnvesteerd wordt, vandaar die lage rente. Deze situatie had, na een aantal moeilijke jaren, nu heel anders kunnen zijn. We zitten nu met de gebakken peren... Sander Noordhof

    gs-logo-breed

    Deze column van Sander Noordhof verscheen afgelopen weekend op GoudstandaardGoudstandaard is gespecialiseerd in de verkoop en opslag van fysiek edelmetaal. Wilt u meer informatie over beleggen in edelmetalen? Bel ons op +31(0)88 46 88 488 of mail naar [email protected].

  • Column: Wie niet groot en sterk is, moet slim zijn

    U weet het natuurlijk wel: sinds de jaren ’90 zijn er in Nederland door de financiële sector veel producten verkocht die niet waar konden maken wat ze beloofden. Onder welluidende namen als Winstverdriedubbelaar, Koerswinststapelaar of Beursversneller werden ons plannen verkocht die later een fiasco bleken te zijn. En dat is natuurlijk een kwalijke zaak. Maar nu dit eenmaal een feit is, is de vraag wat u daar (nog) aan kunt doen.

    Ik verbaas mij bij herhaling over de apathie van gedupeerden, die vaak als lammeren ter slachting stil blijven zitten en zich niet verroeren. Schades variërend van duizend tot wel honderdduizend euro worden in stilte geaccepteerd. Zeker 80% van de gedupeerden doet helemaal niets, 16% kiest de verkeerde methode en maar 4% van de gedupeerden zet wel goede stappen. In de praktijk zien we deze laatste 4% als winnaars uit de lange strijd komen.

    En daarmee komen de grote financiële bedrijven als banken en verzekeraars weg met de miljarden die zij aan rommelhypotheken, aandelenleaseproducten, woekerpolissen en woekerpensioenen hebben verkocht.

    Successtory’s

    Als voorbeeld het dossier ‘Koersplan’. Van de ruim 700.000 verzekerden met een woekerpolis van Aegon hadden zich er in de periode tot 2013 ruim 30.000 aangemeld bij de Stichting Koersplandewegkwijt. Deze stichting heeft ruim tien jaar geprocedeerd en uiteindelijk de zaak gewonnen. In 2013 heeft de Hoge Raad uitspraak gedaan en werden de verzekerden die zich bij deze stichting hadden aangesloten gecompenseerd. De overige 670.000 gedupeerden kregen niets of heel weinig.

    Een ander voorbeeld is de groep van 700.000 mensen met een aandelenleaseproduct. Slecht 12.000 mensen kregen vorige maand het gelijk aan hun zijde door een uitspraak van de Hoge Raad. Zij hadden zich aangesloten bij de claimorganisatie ConsumentenClaim, die 13 jaar voor haar klanten heeft geprocedeerd en de zaak uiteindelijk heeft gewonnen. Het gaat daarbij om een gemiddelde compensatie van € 30.000 per gedupeerde. En ook hier zien we dat 688.000 gedupeerden achter het net vissen omdat ze zich niet of niet tijdig hebben aangesloten bij de juiste organisatie. Nog 100.000 gedupeerden maken kans op schadevergoeding.

    Les

    Wat u uit deze voorbeelden kunt leren is dat het niet verstandig is om zelf ‘in gevecht’ te gaan met de grote bedrijven in de financiële branche. Verstandiger is het om uw energie te stoppen in het zoeken van een integere en betrouwbare claimorganisatie. Belangrijk daarbij is om erop te letten of deze organisatie de claimcode heeft ondertekend. In deze code zijn namelijk regels opgesteld voor ondermeer onafhankelijk en goed bestuur en financiële transacties. Nog geen 10% van de claimorganisaties heeft deze code onderschreven. Wanneer de claimorganisatie naast het hanteren van de claimcode ook nog eens geen verplichte entreefee vraagt, weet je dat je het maximale hebt gedaan om je recht te halen. Het enige wat nu nog nodig is, is GEDULD!

    Haast

    En voor degenen die nog geen stappen hebben ondernomen: haast u voordat het te laat is en er wederom een gerechtelijke uitspraak komt in het nadeel van de bank of verzekeraar en in het voordeel van hen die tijdig hun maatregelen hebben genomen.

    Ab Flipse

    abflipse

    Over Ab Flipse: Ab is in 1955 geboren in Middelburg. Tot 1987 is hij werkzaam geweest bij defensie en van 1987 tot 1993 bij een grote bank-verzekeraar. Vanaf 1993 heeft hij directiefuncties bekleed bij diverse intermediairbedrijven en was hij directeur van SmartOffice. Dit bedrijf begeleidde intermediairs naar het nieuwe werken. Hij is voorzitter van de Vereniging Woekerpolis.nl.

    Ab staat bekend om zijn visie op- en vroegtijdige signalering van trends en ontwikkelingen in de financiële branche, zijn grote rechtvaardigheidsgevoel en doorzettingsvermogen, en is een groot voorstander van het vergroten van de zelfredzaamheid van de consument, met name op financieel gebied.

    www.abflipse.nl

  • Waarom is de rente op staatsobligaties zo laag?

    De rente op staatsobligaties is sinds mensenheugenis niet zo laag geweest. In grote delen van de (westerse) wereld is de yield zelfs negatief. Dat roept vragen op! Kan de yield nog lager? Wat gebeurt er als die yield plotsklaps begint te stijgen? Het antwoord op de eerste vraag is ja, de yields kunnen waarschijnlijk nog lager. Het antwoord op vraag twee is niet eenduidig. Een geleidelijke correctie zou een gezonde uitwerking op de markt hebben, maar een snelle correctie kan uitmonden in een ramp.

    De eerste vraag die we horen te stellen is natuurlijk waarom beleggers bereid zijn om te betalen voor het privilege hun spaarcentjes uit te lenen aan de overheid. Dat is het wezenskenmerk van een negatieve yield! Bij die beslissing spelen verschillende factoren een rol. Sommige spelen op de korte termijn, andere op de lange.

    Natuurlijk speelt de economie een rol. Dalende yields op staatsobligaties zijn geen nieuws. Die trend dateert al van het begin van de jaren ’80 van de vorige eeuw, toen Paul Volcker van de Fed de rente agressief verhoogde in een poging de uit de hand gelopen inflatie te beteugelen. Zijn inspanningen werden beloond en sindsdien nemen beleggers genoegen met een alsmaar dalende yield! Steeds minder betrokkenen weten nog van de tijd dat de yield niet als vanzelfsprekend omlaag ging.

    falling-yields

    Rente obligaties daalt al sinds jaren tachtig (Grafiek via Financial Times)

    Lage economische groei

    Nu wil het geval, dat lage inflatie vaak hand in hand gaat met lage economische groei. Voorstanders van de samenhang tussen yield en economische groei wijzen erop dat we door de schuldenberg beland zijn in een periode van secular stagnation. Onder deze omstandigheden houdt het geld zijn waarde, zijn alternatieve beleggingen amper aantrekkelijk en dus kun je als belegger gewoon staatsobligaties blijven kopen. De enige logische oplossing lijkt dan om de economische groei te stimuleren om zo weer inflatie te krijgen.

    Dat is iets wat centrale banken de afgelopen jaren met de moed der wanhoop geprobeerd hebben. Eerst hebben ze de rente naar 0% verlaagd en vervolgens zijn ze in het kader van de zogeheten monetaire verruiming op grote schaal obligaties gaan opkopen met de bedoeling de yield omlaag te drukken. Ze zijn in hun opzet zeer zeker geslaagd!




    Vergrijzing

    Dat succes geldt voor de korte termijn, maar er speelt ook nog een lange termijnfactor en dat is de demografie. Overal in de ontwikkelde wereld zien we het proces van vergrijzing en ontgroening. Er komen steeds meer ouderen, die langer leven, en steeds minder jongeren. Het aantal werkenden neemt langzaam maar zeker af. Daarmee daalt het tempo van de groei en dus kan de rente omlaag. Uit onderzoek van Fed komt naar voren dat het natuurlijke groeitempo in een land als de VS sinds 1980 door de wijzigende demografische verhoudingen 1,25% lager is komen te liggen. Het vervelende is dat er geen gemakkelijke oplossing is. Het duurt lang, erg lang, voordat demografische verhoudingen weer verbeteren!

    Vraag en aanbod

    Problemen rondom pensioenen vallen samen met problemen rond vergrijzing. Pensioenfondsen worstelen met het probleem van een steeds ouder wordende bevolking. In een aantal landen hebben toezichthouders de pensioenfondsen gedwongen meer obligaties te kopen om zo op termijn aan hun verplichtingen jegens de gepensioneerden te kunnen voldoen. Naarmate de vraag naar staatsobligaties stijgt, daalt de yield verder. Het gevaar van een vicieuze cirkel is onmiskenbaar! Dalende yields maken het voor pensioenfondsen steeds moeilijker om hun verplichtingen jegens de gepensioneerden na te komen. Dat kan er toe leiden dat bedrijven en overheden te kampen krijgen met een tekort aan middelen om te investeren. Het kan er ook toe leiden, dat pensioenen fors gaan dalen of zelfs totaal verdampen! Het zou daarom om meerdere redenen heilzaam zijn als yields geleidelijk gaan herstellen. Alles draait om een geleidelijk herstel, maar recente ervaringen stellen amper gerust. Toen de Fed in 2013 suggereerde dat het zou gaan stoppen met het beleid van monetaire verruiming, schoten yields omhoog! Vooral de financieel minder gezonde opkomende markten werden zwaar getroffen en even leek de wereld weer op een nieuwe crisis af te stevenen. Met andere woorden, een snel herstel van de yield mag dan misschien gunstig zijn voor pensioenfondsen, maar zij zijn zo ongeveer de enigen! Cor Wijtvliet Deze bijdrage is mogelijk gemaakt door Beurshalte beurshalte-logoOver Beurshalte: Dagelijks publiceert Beurshalte nieuwsbrieven en columns van leden van de redactie en van gastauteurs over de wereld van beleggen en alles wat ermee samenhangt. Daarnaast publiceert beurshalte wekelijks een nieuwsbrief met unieke inhoud over relevante beleggingsthema’s. Belangstellende lezers kunnen een gratis abonnement nemen. Als u geïnteresseerd bent, kunt u zich hier aanmelden! Disclaimer: Bovenstaand artikel is geen professioneel beleggingsadvies en het is ook geen uitnodiging om te gaan beleggen. Beleggen brengt kosten en risico’s met zich mee. In het verleden behaalde resultaten bieden geen garantie voor de toekomst. Het artikel is louter de persoonlijke mening van de auteur.

  • Column: Vreemde tijden…

    Het is werkelijk bizar wat er de afgelopen week voor informatie naar buiten is gekomen door de gehackte privé emailserver van Hillary Clinton. Zij heeft 33.000 emails verwijderd die volgens haar alleen privé informatie bevatten. Deze e-mails zijn dus weer boven water gekomen en bevatten informatie die ongeveer gelijk staat aan 33.000 Watergate schandalen.

    Het is echt onvoorstelbaar en ik kan moeilijk geloven dat de wereld vandaag de dag blijkbaar zo in elkaar steekt. Eigenlijk wil ik er verder weinig woorden aan vuil maken, maar ik kan niet begrijpen dat de grote kranten hier maar mondjesmaat over schrijven/praten.

    CNN (heeft inmiddels wereldwijd de bijnaam Clinton’s News Network) maakte het helemaal bont. Ze vertelden dat het verboden is deze gehackte e-mails te lezen (onwaar) en dat de media de inhoud zal communiceren naar het publiek (ook onwaar).

    “It’s illegal to possess these stolen documents, it’s different for the media. So everything you are learning from this, you are learning from us.”

    Syrië

    Het is momenteel werkelijk zo belangrijk dat de media objectief alle kanten van een conflict belichten, zodat de lezer zijn eigen afgewogen keuze kan maken op basis van de waarheidsgetrouwe feiten. Nergens lees ik over pijpleidingen die zowel Rusland als de VS door Syrië (er is vrijwel geen andere mogelijkheid) willen laten lopen naar Europa.

    Met deze informatie is het conflict in Syrië veel beter te begrijpen, net als de vraag waarom de VS Assad zo graag weg willen hebben en de Russen hem zo graag in het zadel willen houden. De economische belangen zijn immens, net als bij eerdere oorlogen die werden gevoerd onder het mom van ‘het brengen van democratie’ aldaar. Ik kom hier de komende tijd nog uitgebreid op terug.

    China

    Verder viel me een bericht op uit China. De autoriteiten daar willen het internetgedrag van hun burgers gedetailleerd volgen en beoordelen. Ik denk dat George Orwell, schrijver van het boek ‘1984’, zich zou omdraaien in zijn graf…

    Flashcrash AEX?

    Vanochtend ging de AEX index kort na opening in luttele seconden met ruim 5% omlaag. Een paar seconden later stond deze index weer rond de beginstand. Een zogenaamde ‘Flash crash’ dus, die voornamelijk wordt veroorzaakt door high-frequency trading. Dat zijn computeralgoritmes die ervoor zorgen dat er vliegensvlug gehandeld kan worden door grote banken of instituten.

    Ook las ik dat de ‘insider buying’ (wanneer het management van een bedrijf haar eigen aandelen koopt) op het laagste niveau staat van de afgelopen vijf jaar. Al dit nieuws geeft duidelijk aan dat de financiële markten onder hoogspanning staan. De gemoedstoestand onder beleggers wereldwijd is zeer nerveus te noemen.

    Inflatie

    Ondertussen loopt de inflatie in de VS op. Het bijzondere hiervan is dat dit in een tijdsbestek gemeten werd waarin grondstoffen (zoals bijvoorbeeld olie) flink daalden. Anders gezegd: de inflatie kwam al boven de 2% uit, terwijl olie onder de $40 stond. Inmiddels staat olie op $50 en zijn ook de prijzen van andere grondstoffen substantieel hoger.

    Nu wil de Federal Reserve ook inflatie hebben, maar dit kan natuurlijk ook totaal uit de hand gaan lopen. Een naar mijn mening rake opmerking hierover leest u hieronder:

    “However, as someone recently noted, trying to create inflation is a lot like trying to get ketchup out a bottle… you keep trying and nothing happens, but once it hits, you usually get a lot more than you intended”.

    Het lijkt er dus op dat we binnenkort een periode van stagflatie gaan krijgen. Dat is een combinatie van stagnerende groei en hoge inflatie (inflatie hoger dan de groei). Om dit probleem aan te pakken, dient de Fed de rente flink te verhogen. Schulden zullen daardoor wereldwijd weleens onbeheersbaar kunnen gaan worden…

    Sander Noordhof

    gs-logo-breed

    Deze column van Sander Noordhof verscheen afgelopen weekend op GoudstandaardGoudstandaard is gespecialiseerd in de verkoop en opslag van fysiek edelmetaal. Wilt u meer informatie over beleggen in edelmetalen? Bel ons op +31(0)88 46 88 488 of mail naar [email protected].

  • Column: Geeft DNB een koopsignaal voor goud?

    Column: Geeft DNB een koopsignaal voor goud?

    Angstige particulieren hoeven geen goud te kopen, zo verklaarde Aerdt Houben van De Nederlandsche Bank tegenover het Financieel Dagblad. In het interview zei hij dat particulieren geen goud hoeven te kopen, omdat de centrale bank dat al voor ons geregeld heeft. Hier de betreffende passage uit het artikel:

    Tegen die mensen zou ik willen zeggen: jullie hoeven dat niet te doen, DNB doet dat voor jullie. Heb vertrouwen in ons. Het is veel efficiënter als één organisatie het voor iedereen doet.

    Eerlijk gezegd was ik nog al verbaasd om dit te lezen. Waarom raadt hij particulieren opeens af goud te kopen, terwijl hij eerder dit jaar in een reportage voor RTL-Z nog het volgende antwoordde op de vraag of particulieren ook zoveel goud moesten hebben als de centrale bank:

    De Nederlandsche bank geeft nooit beleggingsadviezen, dus op deze vraag zou ik willen zeggen: Spreken is zilver, zwijgen is goud.

    Goud niet belangrijk?

    In dezelfde reportage vertelde Houben dat de Nederlandsche Bank nog steeds een aanzienlijk deel van haar reserves in goud bewaart. Met €21 miljard in goud en een kleine €30 miljard in obligaties en aandelen heeft de centrale bank ongeveer 40% van haar reserves in edelmetaal.

    We hebben daar vele analyses op toegepast en zijn tot de slotsom gekomen dat uit het oogpunt van waardebehoud en diversificatie – en de kernrol van de centrale bank – dat dit een goede spreiding is.

    De centrale bank zelf heeft 40% in edelmetaal, maar vindt het dus niet nodig dat particulieren en pensioenfondsen dat voorbeeld volgen. Als argument voert Houben aan dat je als particulier “geen briefjes hoeft uit te geven aan anderen dat je je verplichtingen zult nakomen”.

    Ook daar valt het een en ander op af te dingen, want onze eurobiljetten en banktegoeden zijn al lang niet meer gekoppeld aan goud. In september 1999, toen verschillende centrale banken besloten gecoördineerd een deel van hun goud te verkopen, had De Nederlandsche Bank nog een goudreserve van 1.012 ton. Vandaag de dag hebben we nog 612 ton goud, wat betekent dat er in die periode 400 ton goud uit de kluis verdwenen is. En al die tijd functioneerde de munt naar behoren…

    Waardebehoud en diversificatie

    Aerdt Houben merkt terecht op dat het edelmetaal een belangrijke rol speelt als waardebehoud en diversificatie. Waarom zou dat wél voor de centrale bank van toepassing zijn, maar niet voor ons spaargeld en ons pensioen?

    Uit onderzoek is gebleken dat de toevoeging van goud aan een beleggingsportefeuille zorgt voor minder volatiliteit. Vooral in onzekere tijden blijkt het edelmetaal een negatieve correlatie te hebben met andere beleggingscategorieën, wat betekent dat een deel van je vermogen in goud in crisistijd kan compenseren voor de verliezen op andere beleggingen.

    Daar komt bij dat fysiek goud een bezitting is zonder tegenpartij risico. Spaargeld op een bankrekening wordt weliswaar gegarandeerd door het depositogarantiestelsel, maar die dekking is beperkt tot maximaal €100.000. En wat gebeurt er als er net als in 2008 weer een grote bank omvalt? Blijft het garantiestelsel dan nog steeds overeind? Kun je dan nog wel bij je spaargeld?

    goudstaven-dnb-public

    Goudstaven in de kluis van De Nederlandsche Bank (Bron: DNB)

    Bescherming van je vermogen

    De hierboven genoemde scenario’s zijn extreem, maar niet onvoorstelbaar. Wie had in 2008 tenslotte gedacht dat een grote bank als Lehman Brothers zou omvallen? Of dat een bank als ABN Amro genationaliseerd zou worden? Of dat er strenge kapitaalcontroles zouden komen in landen als Griekenland en Cyprus, waardoor mensen opeens niet of slechts beperkt bij hun spaargeld konden?

    Het zijn dit soort extreme scenario’s waar je je als verstandige spaarder tegen wilt wapenen. We spreken ook niet over ‘angstige particulieren’ die een inboedelverzekering of reisverzekering afsluiten. Waarom ben je dan opeens wel een ‘angstige particulier’ als je een deel van je vermogen wilt beschermen door het buiten het financiële systeem te bewaren in de vorm van goud?

    Ik denk dat goudbezitters over het algemeen weldenkende mensen zijn, die voorzichtig omgaan met vermogen, die vooruit kijken en zich willen indekken tegen de onvoorziene risico’s van ons financiële systeem. En als de centrale bank dan zegt dat ‘angstige particulieren’ geen goud hoeven te kopen, dan is dat voor mij een ongekend koopsignaal…

  • Britse pond speelbal van Brexit debat

    Britse pond speelbal van Brexit debat

    Op vrijdag 7 oktober verloor het Britse pond in twee minuten tijd 6,1% van zijn waarde ten opzichte van de Amerikaanse dollar in de Aziatische handel. Het pond daalde naar een waarde van $1,1841, het laagste niveau in 31 jaar. De snelle tuimeling is waarschijnlijk het gevolg van een elektronisch falen in combinatie met een zeer beperkte liquiditeit in de markt. Veel hedge funds hadden grote short posities ingenomen en namen hun winst.

    Het kleine drama in Azië staat wel symbool voor de moeilijke tijden die het Britse pond doormaakt sinds de Britten in juni voor de Brexit stemden. Sinds die memorabele dag heeft het Britse pond 18% verloren ten opzichte van de dollar. In de eerste tien dagen van oktober verloor het maar liefst 5%. Het Britse is met deze neergang verreweg de zwakste van de internationale valuta.

    Brexit

    pound-bond-yieldDe spectaculaire daling is te wijten aan de aanhoudende onzekerheid over het hoe en waarom van de Brexit. De recente harde toon van de nieuwe Eerste Minister, Theresa May, over het komende afscheid verhoogt alleen maar de druk op het pond. De markt is bang voor harde, slepende onderhandelingen met een onzekere uitkomst. Financiële markten haten onzekerheid. Verschillende partijen hebben daarom hun verwachtingen voor het Britse pond neerwaarts bijgesteld. Rabobank verwacht dat het Britse pond medio 2017 nog slechts $1,18 waard is. Met $1,20 is Goldman Sachs iets minder negatief.

    Hoezeer de markt in de ban is van het Brexit debat in het Verenigd Koninkrijk, bleek op woensdag 11 oktober. Theresa May bezweek voor de eis van het parlement om zich te mogen uitspreken over haar koers om het Verenigd Koninkrijk uit de Europese Unie te halen. Het pond won 0,7% ten opzichte van de dollar. Die concessie betekent volgens de markt dat mevrouw May niet al te agressief te werk zal gaan tijdens de onderhandelingen die waarschijnlijk al in de eerste helft van 2017 beginnen.

    De markt hoopt nu, dat het toeziend oog van het parlement oog voldoende is om een vechtscheiding te voorkomen, zodat de banden met de Europese Unie niet volledig doorgesneden worden. De Brexit blijft echter een fact of life. Theresa May heeft immers nadrukkelijk gesteld dat het parlement mag meekijken en meepraten, maar in ieder geval niet de Brexit mag herroepen.

    gbp-usd-excahngerate

    Britse pond hard onderuit na Brexit

    Britse pond blijft zwak

    Ondanks de zogeheten relief rally van woensdag 11 oktober blijven markten negatief gestemd. Handelaren die het pond op termijn willen verkopen tegen de dollar zijn duurder uit dan de kopers van het pond! Handelaren zijn niet alleen ongerust over de onderhandelingen, maar ook nog eens over de oplopende overheidstekorten en het rentebeleid van the Bank of England. Met andere woorden, de rust rondom het Britse pond zal voorlopig niet terugkeren!

    Cor Wijtvliet

    Deze bijdrage is mogelijk gemaakt door Beurshalte

    beurshalte-logoOver Beurshalte:

    Dagelijks publiceert Beurshalte nieuwsbrieven en columns van leden van de redactie en van gastauteurs over de wereld van beleggen en alles wat ermee samenhangt. Daarnaast publiceert beurshalte wekelijks een nieuwsbrief met unieke inhoud over relevante beleggingsthema’s. Belangstellende lezers kunnen een gratis abonnement nemen. Als u geïnteresseerd bent, kunt u zich hier aanmelden!

    Disclaimer: Bovenstaand artikel is geen professioneel beleggingsadvies en het is ook geen uitnodiging om te gaan beleggen. Beleggen brengt kosten en risico’s met zich mee. In het verleden behaalde resultaten bieden geen garantie voor de toekomst. Het artikel is louter de persoonlijke mening van de auteur.

  • Goldman Sachs terughoudend over aandelen

    Het cijferseizoen is weer officieus van start gegaan. Alcoa bracht eerder deze maand als eerste grote naam de resultaten over het derde kwartaal 2016 en die vielen de financiële markt rauw op het dak. Veel marktvorsers zijn nog steeds de mening toegedaan dat Alcoa richting gevend is voor de hele industriële sector. Tegenvallende cijfers impliceert dat de financiële markten er serieus rekening mee moeten houden, dat winst- en omzetcijfers voor het zesde kwartaal op rij gaan tegenvallen. De S&P daalde 1,2%!

    goldman-sachs-hedge-fundVoor Goldman Sachs is het al een uitgemaakte zaak dat de bedrijfsresultaten gaan tegenvallen en dat de winstontwikkeling negatief zal zijn ten opzichte van het derde kwartaal van 2015. Natuurlijk zullen er bedrijven zijn die aan de bovenkant verrassen. Veel bedrijven zijn er meester in om de verwachtingen omlaag te praten om dan vervolgens de markt positief te verrassen. Goldman Sachs gaat ervan uit dat ‘slechts’ 43% van de bedrijven de verwachtingen zal overtreffen. Normaal is dat tenminste 46%.

    Tegenvallende groei

    De oorzaken voor de mindere resultaten zijn onderhand bekend. Tegenvallende groei in de VS, de rente en de dure dollar. De belangrijkste oorzaak voor de tegenvallende gang van zaken bij bedrijven is de wankele economie in de VS. Voor de financiële sector, die zwaar mee weegt in de diverse indices, pakt bovendien de extreem lage rente negatief uit. Goldman Sachs is niet alleen somber over het derde kwartaal, maar zeer zeker ook over het vierde kwartaal. De strategen van de bank zijn bang dat het neerwaartse bijstellingen gaat regenen voor het vierde kwartaal. Analisten zijn al langer doende om hun winstverwachting voor het huidige kwartaal omlaag te brengen, maar nu zullen bedrijven zelf er niet langer aan kunnen ontkomen.

    Het schaarse goede macro-economische nieuws voor bedrijven is de aanhoudende daling van de olieprijs. Een lage energieprijs is traditie getrouw een steuntje in de rug. Maar die lage prijzen hebben ook een keerzijde. Die lage prijzen drukken de resultaten van de energiesector. Evenals de financiële sector weegt de energie zwaar mee in bijvoorbeeld de S&P 500. Daardoor zal de winstgroei voor het zesde kwartaal op rij een negatieve groei laten zien. Het bureau Factset rekent op een teruggang van 2% en vermeldt dat de energiesector de grootste jaar-op-jaar daling zal laten zien.

    estimated-earnings-growth

    Goldman Sachs somber over aandelen

    Gelet op het bovenstaande zal niemand verbaasd zijn, dat Goldman Sachs ook negatief is over de S&P 500. Deze index zal in de visie van de bankiers geleidelijk dalen naar een niveau tot onder 2100. Voor de Europese Stoxx 600 is Goldman evenmin positief. Goldman wijst erop dat beleggers met de voeten stemmen als het om Europa gaat. Dit jaar bedraagt de uitstroom uit aandelenfondsen gebaseerd op Europa al $93 miljard.

    Het belangrijkste motief voor de uitstroom is de groeiende twijfel over het vermogen van de Europese centrale bank, de ECB. Dankzij de soap rondom Deutsche Bank raken steeds meer beleggers bovendien verontrust over de gezondheid van de Europese bankensector. Voor de VS wijst Goldman Sachs op de hoge waarderingen voor aandelen.

    De koers-winstverhouding (K/W) voor de S&P 500 bedraagt 18. Dat is boven het vijfjarig gemiddelde van 15,6. Die hoge K/W maakt de index kwetsbaar voor heftige schommelingen, bijvoorbeeld als winstcijfers tegenvallen. Uiteindelijk vormen die cijfers een belangrijke steunpilaar onder de aandelenbeurzen. De heftige reactie op de cijfers van Alcoa onderstrepen het gelijk van Goldman Sachs. Wie toch in aandelen wil beleggen kan beter terecht in de MSCI Asia ex-Japan index, zo adviseren de bankiers!

    Cor Wijtvliet

    Deze bijdrage is mogelijk gemaakt door Beurshalte

    beurshalte-logoOver Beurshalte:

    Dagelijks publiceert Beurshalte nieuwsbrieven en columns van leden van de redactie en van gastauteurs over de wereld van beleggen en alles wat ermee samenhangt. Daarnaast publiceert beurshalte wekelijks een nieuwsbrief met unieke inhoud over relevante beleggingsthema’s. Belangstellende lezers kunnen een gratis abonnement nemen. Als u geïnteresseerd bent, kunt u zich hier aanmelden!

    Disclaimer: Bovenstaand artikel is geen professioneel beleggingsadvies en het is ook geen uitnodiging om te gaan beleggen. Beleggen brengt kosten en risico’s met zich mee. In het verleden behaalde resultaten bieden geen garantie voor de toekomst. Het artikel is louter de persoonlijke mening van de auteur.

  • Column: Geldcreatie wordt ‘salonfähig’

    Column: Geldcreatie wordt ‘salonfähig’

    De discussie over ons geldstelsel wordt steeds opener en veelzijdiger. Recentelijk heeft de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid (WRR) een boeiend rapport uitgebracht met een flink aantal zinnige aanbevelingen, met als rode draden:

    • Vergis je niet in de financiële instabiliteit van dit moment, die blijft zorgwekkend.
    • Zorg dat het financieel stelsel beter verankerd en minder dominant wordt door verandering van leidende waarden (minder winstmaximalisatie, meer dienstbaarheid), en strakkere beleidsregels als hogere eisen aan het eigen financieel vermogen van banken,
    • Beperk verleidingen als de hypotheekaftrek om schulden aan te gaan.

    wrr-rapportFinanciële instabiliteit

    De zorgen van de WRR worden gevoed door inderdaad donkere wolken aan het financiële firmament. Zie bijvoorbeeld de zwakke positie van de Deutsche Bank en van diverse Italiaanse en Griekse banken, lees het recente boek van Joseph Stiglitz over de euro. Stiglitz gaat in zijn aanbevelingen over de euro verder dan menigeen in de wereld van economen en politici. Hij bepleit stevige hervormingen. Ofwel komt er een veel verder gaande integratie van de EU-landen op financieel-economische gebied, dan wel gaat de euro, zeker in zijn huidige vorm, op de helling.

    Terechte zorgen en conclusies. Tegelijkertijd valt mij op dat in beide publicaties geen aandacht is voor een ander aspect van het vigerende financiële stelsel. Dat is het onderwerp van de geldcreatie, zie ook mijn eerdere column hierover. Dat is vreemd. Op verschillende andere plekken en momenten wordt hierover een stevige discussie gevoerd. Een discussie waarbij dit onderwerp steeds meer geoperationaliseerd wordt.

    De kernvraag daarbij is: gaan wij door met het vigerende stelsel waarbij het overgrote deel van het geld gecreëerd wordt door private banken, geleid door het principe van de winstmaximalisatie? Of wordt het monopolie van alle geldcreatie bij de overheid gelegd en dan geleid door principes van maatschappelijk nut en noodzaak?

    KPMG rapport

    hpmg-money-issuanceZoals bekend is de omvang van de (digitale) geldcreatie door de private banken veel omvangrijker dan de totale geldcreatie door de centrale banken. Dat is een van de oorzaken van de financiële kwetsbaarheid zoals die zichtbaar werd bij de Lehman crisis van 2008. Dit probleem heeft geleid tot allerlei aanscherpingen van de bankregels, voornamelijk op het gebied van de aan te houden buffers.

    Terecht acht de WRR ‘een hoger eigen vermogen dan de huidige (ongewogen) 4 % ratio noodzakelijk en wenselijk’. Maar, in het licht van de discussie over geldcreatie is deze aanbeveling nauwelijks meer dan een doekje voor het bloeden. Eigenlijk wordt een meer fundamentele discussie over het financieel stelsel ontlopen. Het lijkt er haast op dat in de kringen die er toe doen in Nederland, waaronder de WRR, de durf ontbreekt – en ook de legitimatie – om het daar wel over te hebben.

    En dan is het verheugend dat recentelijk een nuttig rapport is verschenen van een instelling die in de gevestigde financiële kringen er misschien wel toe doet, namelijk de KPMG. Tot mijn verbazing heeft het in Nederland voor zover ik kan nagaan in de pers geen aandacht gekregen.

    Dat rapport is gemaakt op verzoek van de premier van IJsland en is getiteld: Money Issuance – Alternative Monetary Systems. Het geeft een helder overzicht van de kenmerken van het huidige dominante systeem van geldcreatie. En stelt daar tegenover een eveneens helder overzicht van een alternatief model dat ‘Sovereign Money System’ wordt genoemd, afgekort als SM. In dat laatste model is geldcreatie de uitsluitende bevoegdheid van de publieke overheid. Die bevoegdheid ligt dan, aldus veronderstelt KPMG, bij een Monetary Policy Committee. De uitvoering van die bevoegdheid vindt plaats via de centrale bank.

    Modaliteiten van geldcreatie

    In het rapport komen verschillende modaliteiten aan de orde om geld in de samenleving te brengen. Bijvoorbeeld door opkoping van schuldpapier van de overheid. Of door directe verruiming van de financiële middelen van de overheid als gevolg waarvan belastingen verlaagd kunnen worden en dus consumenten en bedrijven meer kunnen spenderen. Of, een andere mogelijkheid: dat aan de overheid geld verschaft wordt om extra inspanningen te verrichten via uitbreiding van overheidsprogramma’s en investeringen.

    Ook kan geld in omloop gebracht worden via de particuliere banken, doordat zij gebruik kunnen maken van extra voor hen gecreëerde tegoeden bij de centrale bank. Interessant is ook de mogelijkheid van het zogeheten helikoptergeld, bijvoorbeeld rechtstreekse verstrekking van gelden aan de gezinshuishoudingen en consumenten, om zo de economie te stimuleren. Deze variant wordt ook en steeds meer genoemd als mogelijkheid voor de ECB om meer geld in de economie te brengen.

    Het rapport geeft handige overzichten van de kernbegrippen en van de overeenkomsten en verschillen tussen het huidige stelsel en het SM stelsel. Het maakt duidelijk dat de overgang naar een SM stelsel verregaande gevolgen heeft voor de particuliere banken. Zo zal voor hen het beginsel van Full Reserve Banking gelden, de bij hen ondergebrachte gelden moeten volledig gedekt en dus oproepbaar zijn. Ook zal nauwelijks ruimte zijn om nog als zakenbank te functioneren. Een dergelijk stelsel maakt buffers als 4% (of hoger) tot peanuts.

    De politiek

    Het rapport van KPMG bevat een helder overzicht van de politieke gremia waarbinnen de discussie over het SM systeem, of elementen daaruit gevoerd is. Daaronder het Amerikaanse congres, het Britse parlement, het parlement van IJsland, de Nederlandse Tweede Kamer, en de Zwitserse regering en parlement naar aanleiding van een mogelijk te houden referendum. De discussie in de Nederlandse Tweede Kamer vloeide voort uit een zogenoemd Burgerinitiatief Ons Geld. Het leidde o.a. tot het besluit om de WRR te vragen een standpunt hieromtrent te ontwikkelen.

    In Reykjavik vond n.a.v. het KPMG rapport een discussie plaats met deelname van de gouverneur van de centrale bank van IJsland, Már Guðmundsson. Deze liet zich nogal kritisch uit over het SM stelsel, o.a. met het argument dat geldcreatie door de overheid leidt tot inflatie. Hij werd weersproken door Martin Wolf van de Financial Times. De discussie leidde tot de conclusie dat het tijd wordt om een experiment met het SM stelsel te starten. IJsland zou daarvoor volgens sommigen een handige plek zijn. Maar de gouverneur gaf er de voorkeur aan om die eer aan het Verenigd Koninkrijk te laten, daarmee van de Brexit nood een deugd makend.




    De academische literatuur

    De positieve stemming op de bijeenkomst in Reykjavik was mede te danken aan een indrukwekkend overzicht in het KPMG rapport van wat genoemd wordt de academische discussie over dit onderwerp. Daaruit blijkt, ook tot mijn verrassing, dat al heel wat auteurs en onderzoekers zich met het onderwerp hebben bezig gehouden. Blijkt ook dat in de geraadpleegde literatuur er zich een overeenstemming lijkt af te tekenen dat het goed zou zijn om over te gaan op een SM stelsel. Tot de voordelen wordt gerekend dat het tot scherpe vermindering zo niet het verdwijnen van zeker de publieke schulden - maar ook waarschijnlijk private schulden - zal leiden. Daarnaast dat SM zou leiden tot lagere inflatie. Ook zou de kans op systeemcrises zoals wij die gekend hebben en kennen als gevolg van de dreigende ondergang van systeembanken voorkomen kunnen worden. Daarentegen zijn uit de literatuur ook kritische conclusies te trekken. Het SM systeem zou bijvoorbeeld kunnen leiden tot een afname van private besparingen en daarmee ook van private investeringen. Daarnaast is een zekere huiver te vinden omtrent de inrichting van het transitieproces. Dat proces zou immers tot grote onzekerheden kunnen leiden. Die kritiekpunten nemen niet weg dat volgens het KPMG rapport uit de academische literatuur een overwegend positieve beoordeling van de noodzaak en het belang van een SM stelsel valt af te leiden.

    Salonfähig

    Het KPMG rapport kan wat mij betreft de volle vijf sterren krijgen. Het is helder geschreven, met handige schema’s en andere overzichten van de verschillende onderwerpen. Het maakt de discussie over geldcreatie salonfähig. Het rapport kan ook zó, in deze vorm dus, als lesmateriaal gebruikt worden. Dat neemt niet weg dat verschillende andere onderwerpen, ook relevant voor deze discussie, nog te weinig aandacht krijgen. Een daarvan is dat de overgang naar een SM stelsel nauwelijks geoperationaliseerd wordt. Dat is een terecht kritiekpunt vanuit sommige academische publicaties. Een ander zeer relevant onderwerp is dat van de inkrimping van de geldhoeveelheid. Geldcreatie krijgt ruime aandacht, krimp niet. En dat terwijl de noodzaak van krimp zeer relevant kan zijn, zoals wij in Nederland hebben ervaren met de geldzuivering na de Tweede Wereldoorlog doorgevoerd door toenmalig minister van financiën Piet Lieftinck. In het rapport blijft onduidelijk op welke gronden de geldhoeveelheid moet worden uitgebreid of ingekrompen. Het rapport suggereert een beleid op traditionele gronden als voorkomen van te hoge inflatie dan wel deflatie, en het stimuleren van verdere bbp-groei. Ik zou zeggen dat de overgang naar een SM stelsel op zich natuurlijk positief kan zijn. Echter, het moet vooral gericht zijn op het vergemakkelijken van de transitie van de samenleving richting minder armoede en ongelijkheid en ecocide.

    Flankerend sociaal beleid

    Tot slot, de overgang naar een SM-stelsel zal ongetwijfeld impliceren dat de financiële sector, de banken voorop, wordt ingekrompen. Dat betekent o.a. een verdere daling van de werkgelegenheid. Het is van groot belang, alleen al vanwege redenen van politieke opportuniteit maar ook uit oogpunt van rechtvaardigheid, om ook dat vraagstuk te operationaliseren en oplossingen aan te dragen. Op zijn minst moet een sociale paragraaf worden ontwikkeld, gericht op het opvangen van de ergste sociale problemen voortvloeiend uit de groeiende werkloosheid in de sector. Daarnaast moet een structureel beleid ontwikkeld worden gericht op algemene verkorting van de (betaalde) arbeidsweek en op brede herverdeling van de arbeid. Voor meer teksten van Lou Keune, zie www.loukeune.nl of www.platformdse.org.