Categorie: Economie

Economisch Nieuws

  • Wie betaalt rekening van oplopend handelsconflict?

    Wie betaalt rekening van oplopend handelsconflict?

    De laatste ontwikkelingen in het handelsconflict tussen de VS en China wijzen erop dat de spanningen langer zullen aanhouden dan verwacht. De VS hebben onlangs aangekondigd dat zij de importheffingen op $200 miljard invoer uit China verhogen van 10% naar 25% en China heeft hierop gereageerd door de tarieven op $60 miljard invoer uit de VS te verhogen.

    De VS hadden China gewaarschuwd om niet op de tariefverhoging te reageren. Het Chinese besluit om tegenmaatregelen te nemen lijkt erop te wijzen dat China de kans op een gunstig resultaat van de handelsbesprekingen klein acht, in ieder geval op korte termijn.

    Wat het effect op het bbp betreft verwacht Keith Wade, hoofdeconoom van Schroders, dat dit voor beide landen ongunstig zal uitpakken. Het bbp in de VS en China zal in 2020 in vergelijking met een basisscenario zonder tariefverhogingen lager uitvallen. De gevolgen voor China zullen groter zijn, gezien de grotere afhankelijkheid van de handel. Het bbp van Japan en Europa zal ook een tik krijgen.

    Laat Trump het handelsconflict verder escaleren?

    Hoewel het er op het eerste gezicht niet op lijkt, verwacht Wade dat president Trump het handelsconflict niet verder laat oplopen door een algemeen tarief van 25% in te stellen. Een uitbreiding van de tarieven zou betekenen dat de prijzen van een breed scala aan consumptiegoederen worden opgedreven, wat zal doorwerken in de Amerikaanse inflatie. Trump heeft altijd gezegd dat “China zal betalen” voor de importheffingen, maar de data wijzen uit dat de bedrijven de hogere kosten doorberekenen aan de Amerikaanse consument.

    Wanneer importheffingen voor Chinese goederen worden opgelegd, moeten de Amerikaanse importeurs hogere kosten betalen die zij ofwel in hun marges kunnen absorberen ofwel aan de consument kunnen doorberekenen. De inflatie in de VS is sinds de invoering van de heffingen relatief laag gebleven. Dit wekt de indruk dat bedrijven de heffingen met hun winstmarges hebben verrekend.

    Maar dit is moeilijk aan te tonen, aangezien de heffingen vooral betrekking hebben op halffabricaten die in productieprocessen worden aangewend en in kapitaalgoederen worden gebruikt. Slechts 25% van de importheffingen wordt op consumptiegoederen geheven. Hoewel de Amerikaanse invoer uit China is gedaald, was het voor de Amerikaanse importeurs in veel gevallen moeilijk om alternatieven te vinden, omdat de meeste van de ingevoerde producten zeer gespecialiseerde producten zijn.

    Amerikaanse bedrijven verhogen prijzen, consument betaalt

    Amerikaanse bedrijven klagen nu over hogere kosten. De CEO van autofabrikant Ford zei bijvoorbeeld dat de importheffingen op staal een extra $1 miljard aan kosten zouden veroorzaken. En dit is ondanks het feit dat Ford een groot deel van zijn benodigde metaal van binnenlandse producenten betrekt. Wat er gebeurd lijkt te zijn, is dat binnenlandse leveranciers hun prijzen hebben verhoogd omdat de invoerheffingen het concurrentievermogen van de Chinese leveranciers hebben verzwakt. Zij hebben hun prijzen niet verlaagd. In het algemeen rekenen de bedrijven deze hogere kosten door aan de consument.

    Als de VS de resterende $325 miljard aan invoer uit China zou belasten, dan zouden de Amerikaanse huishoudens nog meer worden getroffen, vooral omdat consumptiegoederen dan een groter deel voor hun rekening nemen. Met de presidentsverkiezingen die in 2020 snel naderen, zal Trump willen voorkomen dat de Amerikaanse consument door de invoerheffingen wordt getroffen.

    Daarom verwacht Wade aan het eind van dit jaar een handelsakkoord en het terugdraaien van een aantal van de recente tariefverhogingen. De inflatie zal op korte termijn hoger zijn en de economische groei iets zwakker. Het gevaar is dat de handelsspanningen en -volatiliteit zullen toenemen voordat een akkoord wordt bereikt, waardoor de groei en de inflatie zwaarder geraakt zullen worden.

    Lees meer in het artikel ‘Who will pay as US-China trade wars intensify?’ van Keith Wade, hoofdeconoom Schroders.




  • Britse pond daalt scherp na mislukken Brexit overleg

    Britse pond daalt scherp na mislukken Brexit overleg

    Het Britse pond deed het vorige week het slechtst van alle G10-valuta, want de handelaren maakten zich opnieuw zorgen over de Brexit. Theresa May kondigde aan dat ze deze zomer vertrekt, en Labour-leider Corbyn brak de Brexit-onderhandelingen daarop af.

    Ook is er nog steeds geen oplossing voor de spanningen in de handelsbetrekkingen tussen de VS en China, maar elders gaf de mededeling van de regering-Trump dat eventuele invoerheffingen op auto’s zes maanden worden uitgesteld, wel wat verlichting.

    Oplopende spanningen

    De valuta van de opkomende markten kregen het moeilijk toen, bovenop het handelsconflict, de spanningen tussen de VS en Iran opliepen. Alle belangrijke munten van opkomende markten gingen in de uitverkoop, behalve de roebel, die gesteund werd door de hogere olieprijzen. De Braziliaanse real deed het vorige week het slechtst: de koers van de munt kreeg klappen door de slechte binnenlandse economische cijfers.

    Deze week komen in de belangrijke valutazones weinig cijfers uit. We verwachten dat het politieke nieuws de koersen zal blijven bepalen: het handelsconflict, de Brexit en de uitslag van de Europese parlementsverkiezingen. De belangrijkste macro-economische publicatie vormen de flash PMI-indicatoren voor economische activiteit, die donderdag in de eurozone verschijnen. Hieronder de belangrijke valuta in detail.

    Euro

    Het economische nieuws uit de eurozone was opnieuw een opwaartse verrassing. Dit keer werd de kerninflatie bijgesteld naar 1,3%. Dat is nog steeds lager dan de streefwaarde van de ECB, maar het is wel de hoogste stand sinds begin 2017.

    Het ECB-bestuur zal heel blij zijn met deze opwaartse trend en de voortzetting van belangrijke stimuleringsmaatregelen in de EU is waarschijnlijk verre van vanzelfsprekend. Dit is zonder twijfel een positieve ontwikkeling voor de gemeenschappelijke munt. Toch werd vorige week heel rustig in de euro gehandeld: de koers bleef in het midden van de huidige nauwe bandbreedte.

    Deze week komen de PMI-rapporten over de zakelijke activiteit uit, die de rebound van de Europese indicatoren en de opwaartse verrassing zouden moeten bevestigen. Als ze dat doen, gaan we ervan uit dat de koers van de euro omhoog schiet richting de $1,13.

    Britse pond

    Uit het Verenigd Koninkrijk kwamen redelijk goede economische cijfers, maar die werden volledig overschaduwd door de knal waarmee de Brexit weer bovenaan de agenda kwam te staan. De arbeidsmarkt blijft op stoom: in de eerste drie maanden van het jaar zijn bijna 100.000 banen gecreëerd.

    De markten reageerden hier niet op, omdat bekend werd dat premier May van plan is om deze zomer te vertrekken. Er is een grote kans dat zij wordt vervangen door een harde Brexiteer en de Brexit-gesprekken tussen May en Corbyn zijn vervolgens mislukt. Dit alles raakte het pond hard: de munt eindigde de week 2% lager ten opzichte van elke andere G10-valuta.

    Amerikaanse dollar

    Er waren in de VS vorige week weinig cijfers die invloed op de markt hadden. De dollar reageerde vooral op het nieuws over het handelsconflict tussen de VS en China en op de toegenomen spanningen met Iran. Dit laatste was positief voor de greenback. De koers van de dollar klom de hele week gestaag omhoog ten opzichte van alle belangrijke valuta – met uitzondering van de Russische roebel, die sterk afhankelijk is van de olieprijzen.

    Ook deze week zijn er weinig belangrijke cijfers. Wel krijgen we woensdag de notulen van de laatste bijeenkomst van de Federal Reserve, die duidelijk zouden moeten maken of er – zoals de markt verwacht – een neerwaartse bijstelling van rentes aankomt. Wij denken van niet.

    Door: Enrique Diaz-Alvarez

    Enrique Diaz-Alvarez is chief risk officer en staat aan het hoofd van het analistenteam van Ebury in New York. Vanwege zijn gedrevenheid, passie en gedegen kennis, wordt Enrique door Bloomberg erkend als een van de meest accurate voorspellers van de marktbewegingen.

    Over Ebury:

    Ebury maakt internationale markten toegankelijker met valutadiensten op maat en flexibel handelskrediet voor ondernemingen. Ebury werkt samen met ruim 12.000 organisaties en verricht 12 miljard euro aan valutatransacties in 140 verschillende valuta. Het bedrijf heeft kantoren in het Verenigd Koninkrijk, Nederland, Spanje en Polen. De speerpunten van Ebury:

    • Financiële diensten die normaal zijn voorbehouden aan grote multinationals
    • Financiering van uw aankopen
    • Marktkennis en valutadiensten op maat
    • Ons netwerk van liquidity providers en intermediaire banken
    • Transacties in ruim 140 verschillende valuta

    Meer informatie op www.ebury.nl




  • ECB dringt aan op Eurobonds

    ECB dringt aan op Eurobonds

    De ECB heeft deze week opnieuw een pleidooi gehouden voor de introductie van Eurobonds. De vice-president van de centrale bank, Luis de Guindos, sprak tijdens een conferentie met de Europese Commissie over de noodzaak van een nieuw ‘risicovrije’ financieel instrument dat beleggers kunnen aanhouden als alternatief voor staatsobligaties van landen. Het voorstel is omstreden, omdat de noordelijke landen van de muntunie vrezen voor een transferunie.

    Als Europese landen gezamenlijk staatsobligaties uitschrijven zijn ze minder kwetsbaar voor de grillen van de financiële markten. Problemen zoals tijdens de Europese schuldencrisis van een aantal jaar geleden zouden dan minder snel voorkomen. Omdat landen gezamenlijk garant staan voor de schulden zullen beleggers niet meer massaal schuldpapier van minder kredietwaardige landen in de verkoop doen. Zo kan voorkomen worden dat een land als Griekenland haar toegang tot de kapitaalmarkt verliest.

    Tekort aan veilig schuldpapier

    Sinds het uitbreken van de financiële crisis is er een structureel tekort aan veilig schuldpapier. Dat is een probleem, omdat staatsleningen met een triple A kredietstatus als onderpand gebruikt worden voor financiële transacties. Voor de crisis was er een groter aanbod van hoogwaardig schuldpapier, omdat meer landen toen een hoge kredietstatus hadden. Ook werden herverpakte hypotheekleningen tot het uitbreken van de kredietcrisis nog als veilig onderpand gezien.

    De lancering van Eurobonds kan het tekort aan ‘veilig’ onderpand verlichten en beleggers een liquide instrument geven om vermogen in te parkeren. Volgens ECB bestuurslid Benoit Coeuré kunnen gezamenlijke obligaties ook de monetaire unie en de internationale rol van de euro versterken. Toch heeft een dergelijk besluit ingrijpende gevolgen. Gezamenlijk schulden uitgeven betekent namelijk ook dat landen samen verantwoordelijkheid dragen voor een degelijk fiscaal beleid.

    De introductie van Eurobonds zal dus gepaard moeten gaan met meer Europees toezicht op het begrotingsbeleid van landen. Ervaringen uit het verleden zijn weinig hoopgevend, want onder het Stabiliteits- en Groeipact hielden verschillende grote landen zich ook al niet aan de begrotingsregels. Ook probeerde Italië zich vorig jaar te onttrekken aan de Europese begrotingsregels. Zo lang er geen garantie is dat landen zich allemaal aan de regels houden blijft het risico van een transferunie bestaan.

    Eurobonds

    Volgens de vicepresident van de ECB moet er een open discussie plaatsvinden over Eurobonds. Hij zei daar het volgende over.

    “We zouden niet bang moeten zijn voor een open discussie over de noodzaak van een Europese veilige obligatie. Mits goed ontworpen kan een dergelijke Europese obligatie een referentiepunt worden voor investeerders in de Europese kapitaalmarkt. Daarmee verminder je het risico van een kapitaalvlucht tussen nationale staatsobligaties binnen de Eurozone. Ook verminder je het risico op de bankbalansen.”

    De ECB krijgt er volgende maand met Philip Lane een nieuwe voorstander van Eurobonds bij. Hij zal Peter Praet opvolgen als hoofdeconoom van de centrale bank. Lane heeft vorig jaar al een opzetje gemaakt over hoe een dergelijke lening eruit kan zien.

    Eerder deze maand hield ook Vítor Constâncio, voormalig vice-president van de Europese Centrale Bank, een pleidooi voor gezamenlijke uitgifte van schuldpapier. Zie ook dit artikel voor meer informatie.

    Dit artikel verscheen eerder op Goudstandaard




  • Aantal hypotheekaanvragen sterk gedaald

    Aantal hypotheekaanvragen sterk gedaald

    Het aantal hypotheekaanvragen en het totaal verstrekte hypotheekbedrag is in het eerste kwartaal van dit jaar met 14% gekrompen. Het was de grootste daling in zes jaar. Er waren zowel minder starters als doorstromers actief op de woningmarkt, waardoor het aantal aanvragen daalde. Dat meldt consultancybureau IG&H in haar driemaandelijkse rapport over de hypotheekmarkt.

    Door de stijging van de huizenprijzen is de gemiddelde hypotheeksom opnieuw gestegen. Gemiddeld werd er een bedrag van €316.000 geleend voor een hypotheek, een stijging van ruim 5% ten opzichte van een jaar geleden. Deze stijging komt deels voor rekening van mensen die hun hypotheek oversluiten, aangezien deze groep een relatief hoge hypotheekschuld heeft. Dat stuwt het gemiddelde verder op.

    Minder hypotheekaanvragen

    Er zijn verschillende verklaringen te vinden voor de daling van het aantal hypotheekaanvragen. Door de stijgende huizenprijzen is een eigen huis voor steeds meer mensen niet te financieren. Ook is er nog altijd relatief weinig aanbod, waardoor potentiële huizenkopers geen woning kunnen vinden en dus geen hypotheek afsluiten. Hieronder een video van RTL-Z.

    Volg Marketupdate nu ook via Telegram

    Waardeert u de artikelen en analyses op onze site, steun ons dan met een eenmalige of periodieke donatie. Met uw donatie kunnen we mooie artikelen blijven schrijven en worden we minder afhankelijk van inkomsten uit advertenties. Klik hier om te doneren!




  • Draghi: “Bitcoin is riskant, maar een euro blijft een euro”

    Virtuele munten als de Bitcoin zijn zeer riskante beleggingen, omdat de waarde sterk fluctueert en omdat er geen centrale bank achter staat. Dat zei ECB-president Mario Draghi vorige week tijdens een ‘Youth Dialogue‘ bijeenkomst, waar hij vragen van jongeren beantwoordde. Met de uitspraak ‘een euro blijft altijd een euro’ suggereerde de centraal bankier dat de Europese munt stabiliteit biedt.

    “Virtuele munten, Bitcoins en dergelijke, zijn niet echt valuta. Het zijn bezittingen. Een euro is een euro, vandaag, morgen, over een maand. Het is altijd een euro. En de ECB staat achter de euro. Wie staat er achter virtuele munten? Het zijn dus zeer, zeer riskante bezittingen, waarvan de waarde heftig heen en weer schommelt. Op dit moment zijn ze niet significant genoeg in hun entiteit dat ze onze economieën kunnen beïnvloeden.

    Wij zijn geneigd ze te zien als speculatieve belegging. Zeer risicovol, maar de taak van monitoren en reguleren is niet iets wat betrekking heeft op de centrale bank. Het is meer iets dat onder de verantwoordelijkheid valt van consumentenbescherming, waar je ervoor wilt zorgen dat de mensen die Bitcoins kopen weten wat ze doen en bewust zijn van het risico dat ze lopen.”

    Een euro blijft een euro?

    De uitspraken van Draghi komen niet als een verrassing, want vorig jaar sprak hij zich al eens op vergelijkbare wijze uit over de virtuele munt. Toch valt er het één en ander aan te merken op de stelligheid waarmee Draghi zegt dat een euro altijd een euro blijft. Het is waar dat de euro als rekeneenheid door de jaren heen hetzelfde blijft, maar dat kan zeker niet gezegd worden van de koopkracht. Door inflatie heeft een euro vandaag de dag niet meer zoveel waarde als tien jaar geleden.

    De waarde van de euro is op de korte en middellange termijn inderdaad vrij stabiel, maar dat geldt niet voor de lange termijn. Die tegenstrijdigheid blijkt ook uit de handelswijze van de ECB. Het mandaat van de centrale bank is om te streven naar prijsstabiliteit, terwijl het monetaire beleid juist gericht is op het benaderen van 2% inflatie over de middellange termijn. Door dit beleid kan de centrale bank wel de nominale waarde van een euro garanderen, maar niet de daadwerkelijke koopkracht.

    Kijken we naar de koopkracht van valuta over de lange termijn, dan zien we dat ze allemaal aan waarde verliezen ten opzichte van goud. De volgende grafiek uit een rapport van de World Gold Council laat goed zien hoe alle ongedekte valuta op de langere termijn aan waarde verliezen ten opzichte van het edelmetaal. Als Draghi zegt dat een euro altijd een euro blijft, denk dan ook eens aan onderstaande grafiek.

    Alle valuta verliezen aan koopkracht ten opzichte van goud (Bron: World Gold Council)

    Dit artikel verscheen eerder op Holland Gold




  • Levert een 60/40-beleggingsstrategie nog altijd een beter rendement?

    De afgelopen twee decennia zijn tumultueus verlopen voor beleggers. In de afgelopen twintig jaar hebben beleggers twee van de grootste crashes op de aandelenmarkt meegemaakt. Zij willen daarom rendementen veiligstellen en verliezen voorkomen. Dat is de reden waarom veel beleggers een 60/40 portefeuille hebben, waarbij 60% van de beleggingen in risicovollere assets – met een doorgaans hoger rendement – en 40% in staatsobligaties wordt belegd. Maar levert een 60/40-strategie nu ook nog voordelen op, vraagt Claire Walsh, Personal Finance Director bij Schroders, zich af.

    Rendementen uit het verleden…

    Uitgangspunt is dat een 60/40-strategie vergelijkbare rendementen oplevert als aandelen, maar met een lagere volatiliteit. Walsh heeft onderzoek gedaan naar de rendementen over de laatste dertig jaar, gebaseerd op een 60/40-strategie. Daarbij keek de Britse vermogensbeheerder naar volatiliteit en rendement. Het blijkt dat inderdaad de volatiliteit beperkt blijft, terwijl er met een dergelijke strategie een superieur rendement behaald is.

    Een belegger die eind 1988 voor $1.000 belegde in drie verschillende strategieën, zou na dertig jaar verschillende rendementen hebben behaald.

    • $1.000 in uitsluitend aandelen, levert een rendement op van 7,2% per jaar ($7.554)
    • $1.000 in staatsobligaties, levert een rendement op van 6,2% per jaar ($5.806)
    • $1.000 in een 60/40 portefeuille, levert een jaarlijks rendement op van 7,5% ($8.091)

    Een 60/40-strategie kan betere rendementen opleveren. Aandelen is MSCI World en obligaties is de Amerikaanse 10-jaars rente (Bron: Schroders)

    Het geheim van een succesvolle 60/40-strategie: jaarlijks herbalanceren

    Om de strategie goed te laten werken moet minimaal eenmaal per jaar de portefeuille worden aangepast, zodat de verhouding op 60/40 blijft. Dit noemt men herbalanceren. In de praktijk komt het neer op verkopen van goed presterende assets en herbeleggen in de achterblijvers. In het ideale geval maken dan de minder presterende assets een inhaalslag en verbeteren zij het rendement, terwijl de volatiliteit beperkt blijft.

    Werkt de 60/40 strategie nog altijd?

    De ultra lage rentestanden van de laatste jaren en het monetaire beleid hebben echter de rendementen verstoord. Dit beleid heeft geleid tot een laag rendement op staatsobligaties. Een belegging in staatsobligaties in 2008 zou slechts een rendement van 2,5% hebben opgeleverd, terwijl aandelen over dezelfde periode 10,3% gerendeerd hebben. Op dit moment levert een 60/40 portefeuille niet het rendement op zoals historisch gebruikelijk was.

    In 2013 pleitte Warren Buffett voor een 90/10 strategie. Die zou sindsdien zeker goed hebben gepresteerd, omdat de MSCI World index sinds het dieptepunt in 2009 met 242% gestegen is. Maar een dergelijke overwogen positie in aandelen is zeer risicovol.

    Psychologisch voordeel

    Walsh ziet vooral een psychologisch voordeel in een strikte 60/40-strategie, al is die momenteel minder effectief dan in het verleden het geval was. Het regelmatig herbalanceren voorkomt enkele klassieke beleggersfouten, zoals het verkopen op de bodem en kopen op de top van de markt. Herbalanceren biedt beleggers een zekere rust.

    Lees meer in het artikel “Can a 60/40 split portfolio deliver better outcomes?“, van Claire Walsh, Personal Finance Director bij Schroders




  • Is de huizenmarkt over haar hoogtepunt heen?

    Is de huizenmarkt over haar hoogtepunt heen?

    De huizenprijzen stijgen nog wel, maar het gaat niet meer zo hard als de afgelopen jaren. Ook hebben potentiële huizenkopers weer wat meer te kiezen, omdat het aanbod toeneemt. Indicatoren van de Vereniging Eigen Huis en van RTL-Z wijzen inmiddels op een lichte afkoeling van de woningmarkt. Is dit een kleine correctie in een opwaartse trend of is de gekte op de woningmarkt nu echt voorbij? Hoogleraar woningmarkt Peter Boelhouwer geeft bij RTL-Z uitleg over de huidige situatie op de Nederlandse woningmarkt.

    Volg Marketupdate nu ook via Telegram

    Waardeert u de artikelen en analyses op onze site, steun ons dan met een eenmalige of periodieke donatie. Met uw donatie kunnen we mooie artikelen blijven schrijven en worden we minder afhankelijk van inkomsten uit advertenties. Klik hier om te doneren!




  • Crypto en Bitcoin als een geopolitieke machtsfactor?

    In het begin van mei hebben verschillende prominente mensen zich publiek uitgesproken over cryptocurrency, uitspraken die mogelijk niet zonder gevolgen zullen blijven. Ze geven de onmacht en onzekerheid weer van de gevestigde orde ten aanzien van virtuele munten zoals Bitcoin. De uitspraken helpen in feite om virtuele munten als een geopolitieke asset verder op de kaart te zetten en ondermijnen op termijn de hegemonie van de Verenigde Staten.

    Tijdens de laatste hoorzitting van de Financial Services Committee, die op 9 mei plaatsvond, deed congreslid Bradley Sherman een oproep om het gebruik van cryptocurrency als Bitcoin in de Verenigde Staten te verbieden, omdat hij van mening is dat deze de macht van de Verenigde Staten ondermijnt. Hij gaf te kennen dat Amerikaanse dollar wordt gebruikt bij internationale betalingen voor olie en dat deze betalingen worden verwerkt door het Amerikaanse banksysteem. Dit staat bekend als petrodollar recycling en is volgens Sherman het fundament voor de Amerikaanse hegemonie in de wereld.

    Virtuele munten zoals Bitcoin staat buiten het financiële systeem en kunnen worden gebruikt om de Amerikaanse dollar voor internationale transacties te vermijden. Vooral in het geval van handelssancties en financiële sancties is dit voor de Verenigde Staten uiterst problematisch. Iran kan met behulp van cryptocurrency de Amerikaanse sancties makkelijk vermijden, aldus het Amerikaanse congreslid.

    ‘Iran kan sancties omzeilen met virtuele munten’

    Iran wordt op dit moment geteisterd door sancties en is van het SWIFT-netwerk afgesloten. Iran is daarmee in feite genoodzaakt alternatieven te zoeken. De regering van Iran werkt al aan een goud afgedekte cryptocurrency “PayMon”. Deze wordt ontwikkeld door vier Iraanse banken – Bank Mellat, Bank Melli Iran, Bank Pasargad en Parsian Bank – in samenwerking met het blockchain bedrijf Kuknos.

    Inderdaad. Iran werkt al aan een eigen cryptocurrency voor het omzeilen van sancties. De vraag is in hoeverre deze nieuwe cryptomunt in de toekomst ook kan worden ingewisseld voor Bitcoin, om zo een globale dimensie te krijgen waarbij de Verenigde Staten in feite niet meer de geldstromen van de Iraanse oliehandel kan stoppen. Het openhartige betoog van congreslid Sherman en zijn oproep tot een verbod is een duidelijk teken van onmacht. Deze impliciete erkenning zal meer mensen nieuwsgierig maken om meer te leren over cryptocurrency.

    Bekende economen negatief over Bitcoin

    Bradley Sherman was de vorige week niet alleen in zijn oproep. Joseph Stiglitz, de beroemde Nobelprijs winnende econoom, sprak zich tijdens een CNBC-interview ook publiekelijk uit tegen cryptocurrency. Hij verdedigde de Amerikaanse dollar als wereldmunt. Hij vindt dat het nergens voor nodig is om cryptocurrency te gebruiken. Ze beschikken volgens hem niet over de attributen die het een goede valuta maken, terwijl de Amerikaanse dollar wel deze eigenschappen heeft.

    Cryptocurrency zijn niet transparant en worden verder massaal gebruikt worden volgens Stiglitz vooral gebruikt voor illegale praktijken zoals het witwassen van geld. Verder gaf hij te kennen dat virtuele munten niet de juiste manier zijn om een efficiënte wereldeconomie te creëren. “Ik denk eigenlijk dat het verstandig is te stoppen met cryptocurrencies”, zo vertelt Stiglitz de CNBC-reporter.

    Charlie Munger, de vice-voorzitter van Berkshire Hathaway, is een bekende Bitcoin hater. Hij gaf tijdens een recente jaarlijkse vergadering (4 mei) te kennen dat hij walging voelt voor Bitcoin beleggers die volgens hem in drollen (turts) handelen. Bitcoiners zijn allemaal aanhangers zijn van de waarden van Judas Iscariot. Wie is dan de Jesus die de Bitcoin beleggers verraden? Wie wordt er aan het kruis genageld? Wie wordt er vergiftigd?

    Tenslotte heeft ook ECB-president Mario Draghi zich uitgesproken over Bitcoin. Tijdens een gesprek met studenten werd zijn mening gevraagd over virtuele munten als Bitcoin. Mario Draghi hield zijn hoofd koel, marginaliseerde de mogelijke impact van Bitcoin en cryptocurrency, maar gaf wel stof tot nadenken voor degenen die het nog niet in de gaten hebben. De juiste vragen en vervolgvragen leiden tot interessante antwoorden. Volgens Draghi:

    “Cryptocurrencies or bitcoins or anything like that is not really currencies or assets. A Euro is a Euro, today, tomorrow, is always a Euro, and the ECB is behind the Euro, who is behind the cryptocurrencies?’’

    Decentraal geld

    De mensheid heeft nog nooit globaal gedecentraliseerd geld zonder muntheren, koningen of banken gehad. Bitcoin verwezenlijkt een nieuwe scheiding der machten, namelijk een scheiding van het bankwezen en de overheid van het geld. Het introduceert een nieuwe financiële orde die in opbouw diametraal tegenovergesteld is aan de huidige orde. Dit zal geopolitieke gevolgen hebben, aangezien het de wereldreservemunt als machtsmiddel voor financiële repressie ondermijnt.

    Hoe meer mensen helpen met het opbouwen van deze alternatieve orde, die daarmee het netwerkeffect en het vertrouwen verder vergroten voor cryptocurrency, hoe meer en meer de status van Amerikaanse dollar verder zal worden ondermijnd. Bitcoin heeft de afgelopen tien jaar een steeds sterker netwerkeffect gekregen, is nog nooit gehackt, is 99,999% van de tijd van bestaan online geweest en wordt beveiligd door globaal verspreide Bitcoin miners. Iedereen die daar aan bijdraagt en meedoet is een Judas.

    Gerelateerde artikels op Marketupdate:

    Dit artikel is gebaseerd op verschillende artikels over de ontwikkeling van de wereld van crypto financiën. Deze informatie kun je vinden op de bestebank.org. Het artikel is geschreven door Luuk Soons, de hoofdredacteur van deze diepgravende crypto kennisbank.

    Disclaimer: Dit artikel over Bitcoin’s mogelijke geopolitieke implicaties is alleen bedoeld voor educatieve doeleinden. Het is geen beleggingsadvies.




  • Prijs van Bitcoin in minder dan twee maanden verdubbeld

    Prijs van Bitcoin in minder dan twee maanden verdubbeld

    De prijs van Bitcoin is in minder dan twee maanden tijd verdubbeld. Stond de koers in maart nog onder de $4.000, op het moment van schrijven wordt er meer dan $8.000 betaald voor de virtuele munt. Vooral de laatste dagen gaat het hard, want een week geleden stond er nog een koers van $5.700 op de borden. Dat is een stijging van ruim 40%. Door de prijsstijging staat Bitcoin weer op het hoogste niveau in negen maanden.

    Waarom de prijs van Bitcoin opeens zo hard stijgt is lastig te zeggen. Mogelijk stijgt de vraag naar de virtuele munt door geopolitieke spanningen en het oplaaien van het handelsconflict tussen de VS en China. Nieuws over Chinese vergeldingsmaatregelen op Amerikaanse importheffingen zorgde deze week voor een daling op de aandelenmarkt en een stijging van de goudprijs. Virtuele munten profiteren doorgaans ook van dit soort ontwikkelingen op de financiële markten.

    Prijs van Bitcoin is in minder dan twee maanden tijd verdubbeld (Bron: Coindesk)

    Bitcoin blijft dominant

    De aandacht voor virtuele munten verslapte na de crash van begin 2018, maar ging nooit helemaal weg. De prijs leek te stabiliseren boven de $6.000, maar ging eind vorig jaar alsnog hard onderuit. De prijs bleef daarna maandenlang in een bandbreedte tussen de $3.000 en $4.000, tot de prijs in april opeens sterk begon te stijgen. De afgelopen dagen werd een belangrijk weerstandsniveau met succes doorbroken, waarna de prijs verder omhoog schoot.

    Opvallend is dat ook de dominantie van Bitcoin in de markt voor virtuele munten weer toeneemt. De totale marktwaarde van alle virtuele munten bedraagt op het moment van schrijven $236 miljard, waarvan de Bitcoin met een marktaandeel van bijna 60% de grootste is. Dat is het hoogste percentage sinds de hoogtijdagen van Bitcoin in december 2017.

    Marktaandeel Bitcoin neemt weer toe (Bron: Coinmarketcap)

    Op Marketupdate kunt u live de cryptocurrency koersen van de twintig meest populaire virtuele munten volgen.

    Volg Marketupdate nu ook via Telegram

    Waardeert u de artikelen en analyses op onze site, steun ons dan met een eenmalige of periodieke donatie. Met uw donatie kunnen we mooie artikelen blijven schrijven en worden we minder afhankelijk van inkomsten uit advertenties. Klik hier om te doneren!




  • ‘Centrale banken zorgen voor meer vermogensongelijkheid’

    ‘Centrale banken zorgen voor meer vermogensongelijkheid’

    Het ruime monetaire beleid van centrale banken heeft de afgelopen honderd jaar bijgedragen aan de inkomensongelijkheid in de wereld. Dat is de conclusie van een nieuw wetenschappelijk onderzoek dat in opdracht van De Nederlandsche Bank werd uitgevoerd. De onderzoekers Mehdi El Herradi en Aurélien Leroy analyseerden cijfers vanaf 1920 tot en met 2015 in twaalf verschillende landen en ontdekten dat periodes met een ruim monetair beleid stelselmatig gepaard ging met een sterke toename van het inkomen van de top 1%.

    De laatste decennia is de inkomensongelijkheid en vermogensongelijkheid in de ontwikkelde economieën sterk toegenomen. Op dit moment is die ongelijkheid zelfs op het hoogste niveau sinds het begin van de vorige eeuw. Ondertussen stagneerde het inkomen van de lagere inkomensgroepen, zo constateerden de onderzoekers. Ze zagen dat de meest welvarende mensen gedurende periodes van ruim monetair beleid flink profiteerden door een waardestijging van hun bezittingen, terwijl de mensen met een lager inkomen zich op dat moment juist dieper in de schulden moesten steken om mee te komen. Hieronder een passage uit het onderzoek.

    “De potentiële verdelingseffecten van het monetaire beleid zijn recent een veelbesproken onderwerp geworden in het ongelijkheidsdebat als een gevolg van de onconventionele instrumenten die centrale banken na de financiële crisis hebben geïmplementeerd (zie Colciago et al. (2019) voor een volledige enquête). Dit was ongebruikelijk, omdat algemeen wordt aangenomen dat centrale banken zich niet moeten bekommeren om ongelijkheid. In feite zijn ze onafhankelijk van het politieke proces en daarom ligt het behandelen van verdelingsvraagstukken buiten hun mandaat.

    Desalniettemin wordt ervan uitgegaan dat de combinatie van een klimaat van extreem lage rente en grote opkoopprogramma’s de rente-inkomsten op bescheiden spaartegoeden van huishoudens hebben verlaagd en een prijsopdrijvend effect hebben gehad. Ondertussen zijn centrale bankiers in de eurozone en elders ervan overtuigd dat hun onconventionele monetaire beleid een bescheiden effect heeft gehad op de verdeling van inkomens en vermogens. In plaats daarvan betogen zij echter dat de gereedschapskist van het monetaire beleid na de crisis ruimte heeft gemaakt voor herstel van de groei en een hogere werkgelegenheid, die voornamelijk ten gunste is gekomen van huishoudens met een laag inkomen.

    Dit debat onderstreept, in de geest van Coibion ​​et al. (2017), dat de uitkomst van het monetaire beleid met betrekking tot inkomensongelijkheid zou worden gekanaliseerd via 1.) de samenstelling van de inkomens van huishoudens (sommige zijn voornamelijk afhankelijk van arbeidsinkomsten, terwijl andere inkomsten kunnen ontvangen uit huur of dividend), 2.) heterogene effecten van conjunctuurschommelingen met betrekking tot inkomsten (bescheiden en laaggeschoolde werknemers worden over het algemeen het meest blootgesteld aan onverwachte schokken) en 3.) de verdeling van activa en passiva tussen huishoudens (financiële activa worden voornamelijk aangehouden door rijke huishoudens, die als eerste profiteren van hogere activaprijzen).”

    ‘Wealth effect’

    De theorie van verschillende centraal bankiers is dat het verlagen van de geldkraan en het laag houden van de rente leidt tot meer werkgelegenheid. Ook heeft het een prijsopdrijvend effect, dat door voormalig Fed-voorzitter Ben. Bernanke het ‘wealth effect’ werd genoemd. Deze theorie houdt in dat mensen zich rijker gaan voelen door een prijsstijging van vastgoed en vermogenstitels, waardoor ze makkelijker geld uitgeven en de economie weer gaat draaien.

    Op deze theorie valt het een en ander aan te merken, omdat een groot deel van alle vermogenstitels en het vastgoed in handen is van een relatief kleine groep mensen. Het zijn de rijkste mensen die profiteren van het zogeheten ‘wealth effect’, terwijl de voordelen voor de lagere inkomens en de middenklasse minder uitgesproken zijn. Natuurlijk zijn er huishoudens die op papier meer vermogen hebben door een stijging van de huizenprijzen, maar daar staan ook huishoudens tegenover die zich veel dieper in de schulden moeten steken om nu nog een huis te kunnen kopen. Die profiteren dus niet van het ‘wealth effect’.

    Ook mag niet onbesproken blijven dat de pensioenfondsen last hebben van de lage rente. Zij maken al jaren minder rendement dan waar hun modellen rekening mee houden, met als gevolg dat pensioenen al een lange tijd niet meer geïndexeerd worden. Combineer dat met de snel stijgende kosten van levensonderhoud en je begrijpt waarom veel mensen met een lager inkomen er nauwelijks op vooruit gaan.

    ‘Vermogensongelijkheid neemt toe door beleid centrale banken’ (Grafiek via Statista)

    Meer vermogensongelijkheid

    Het onderzoek, dat werd uitgevoerd in Australië, Canada, Italië, Denemarken, Frankrijk, het Verenigd Koninkrijk, Japan, Nederland, Noorwegen, Zweden en de Verenigde Staten, laat zien dat de vermogensongelijkheid met name de laatste decennia sterk is toegenomen. Dat is wellicht voor een deel toe te schrijven aan de effecten van globalisering, maar het is ook zeker aannemelijk te maken dat centrale banken een rol hebben gespeeld.

    Een ruim monetair beleid heeft immers een prijsopdrijvend effect en kan in sommige gevallen leiden tot bubbels, bijvoorbeeld in aandelen of in vastgoed. Dat laatste lijkt ook in Nederland te gebeuren, waar vermogende beleggers zich op de woningmarkt storten en huizen voor veel geld kunnen verhuren. In een wereld met extreem lage rente hebben vermogende mensen meer mogelijkheden om rendement te maken, terwijl de lagere inkomens en minder vermogende huishoudens die mogelijkheden niet hebben.

    De onderzoekers concludeerden op basis van hun bevindingen dat centrale banken niet alleen moeten kijken naar de monetaire effecten van hun beleid, maar ook naar de ongewenste bijwerkingen ervan. Het is echter maar de vraag in hoeverre centrale banken daar invloed op uit kunnen oefenen.

    Deze column verscheen eerder op Goudstandaard




  • Storm op markten door handelsspanningen, euro houdt goed stand

    Storm op markten door handelsspanningen, euro houdt goed stand

    De bewegingen op de financiële markten worden wereldwijd bepaald door de schokkende politieke ontwikkelingen rond de handelsbesprekingen tussen de VS en China. Wij denken dat er twee conclusies getrokken kunnen worden uit de bewegingen die de valutakoersen vorige week maakten. Ten eerste deden de valuta van de opkomende markten het vrij goed. De Turkse lira was een uitzondering, omdat die last had van specifieke binnenlandse problemen, maar de grote munten wisten hun verlies ten opzichte van de dollar tot 1% of minder te beperken.

    Een andere belangrijke ontwikkeling was dat de euro als één van de weinige munten winst boekte ten opzichte van de dollar en daarmee de traditionele veilige havens zoals de Japanse yen en de Zwitserse frank volgde. Bij de marktpositionering ten opzichte van de gemeenschappelijke munt worden uitersten opgezocht, en de feitelijke cijfers over de economie van de eurozone geven nu duidelijk een positief beeld, dus voor de euro lijkt de weg van de minste weerstand omhoog te leiden.

    Deze week verschijnen nauwelijks cijfers die de markt in beweging zouden kunnen brengen. Wij verwachten dat de handel bepaald zal worden door het nieuws over de handelsbesprekingen tussen de VS en China. De vraag of de euro verder omhoog weet te klimmen, zal centraal staan. Wij denken dat dit gaat gebeuren, vooral als dinsdag de cijfers over de industriële productie nogmaals voor een positieve verrassing zorgen. Hieronder de belangrijkste valuta in detail.

    Euro

    Het gat tussen de zwakke cijfers over de zakelijke dienstverlening en de sterkere cijfers over de reële productie en activiteit werd vorige week in de eurozone iets kleiner na de bescheiden opwaartse bijstelling van de PMI-dienstverleningsenquête. Voor de euro zal de belangrijkste vraag zijn of de VS deze week vóór de deadline heffingen op auto’s zal invoeren. In tegenstelling tot de meeste handelaren verwachten wij niet dat dit zal gebeuren. Als wij gelijk krijgen, zal de koers van de gemeenschappelijke munt later deze week nog iets meer stijgen.

    Britse pond

    De economische cijfers uit het Verenigd Koninkrijk blijven de onzekerheid over de Brexit tegenspreken. In het eerste kwartaal was er een groeiherstel van 1,4% naar 1,8%. De markten verwachten op korte termijn geen dramatische doorbraak bij de Brexit-gesprekken tussen May en Corbyn, de gestage stroom positieve economische verrassingen begint effect te hebben en droeg er vorige week aan bij dat het Britse pond – ondanks het negatieve handelsnieuws – ten opzichte van de Amerikaanse dollar nét het niveau van 1,30 wist te houden. Vandaag zullen we zien of het werkgelegenheidsrapport de gematigd positieve vooruitzichten bevestigt en de koers van het pond verder ondersteunt.

    Amerikaanse dollar

    Deze week worden in de VS alleen ‘second-tier’ gegevens, d.w.z. gegevens die de markt niet zo sterk beïnvloeden, gepubliceerd. De koers van de greenback wordt waarschijnlijk volledig bepaald door het nieuws over de spanningen in de handelsbetrekkingen en door de toespraken van vertegenwoordigers van de Federal Reserve. We willen er nog wel op wijzen dat de dollar sinds de schokkende aankondiging van de invoerheffingen van vorig weekend handelsgewogen een rally van minder dan 0,5% heeft laten zien. Dit duidt erop dat de markten zich nog niet echt zorgen maken over de onderhandelingen en niet verwachten dat de invoerheffingen die vorige week werden opgelegd, blijvend zullen zijn.

    Door: Enrique Diaz-Alvarez

    Enrique Diaz-Alvarez is chief risk officer en staat aan het hoofd van het analistenteam van Ebury in New York. Vanwege zijn gedrevenheid, passie en gedegen kennis, wordt Enrique door Bloomberg erkend als een van de meest accurate voorspellers van de marktbewegingen.

    Over Ebury:

    Ebury maakt internationale markten toegankelijker met valutadiensten op maat en flexibel handelskrediet voor ondernemingen. Ebury werkt samen met ruim 12.000 organisaties en verricht 12 miljard euro aan valutatransacties in 140 verschillende valuta. Het bedrijf heeft kantoren in het Verenigd Koninkrijk, Nederland, Spanje en Polen. De speerpunten van Ebury:

    • Financiële diensten die normaal zijn voorbehouden aan grote multinationals
    • Financiering van uw aankopen
    • Marktkennis en valutadiensten op maat
    • Ons netwerk van liquidity providers en intermediaire banken
    • Transacties in ruim 140 verschillende valuta

    Meer informatie op www.ebury.nl