Categorie: Economie

Economisch Nieuws

  • “Nederlandse huizenverkoper wil geen verlies nemen”

    De problemen op de Nederlandse huizenmarkt zijn voor een deel te wijten aan ‘verlies-aversie’, zo schrijft het CPB in een nieuwsupdate. Huizenverkopers vertikken uit irrationele motieven verlies te nemen op de verkoop van het huis, zelfs als ze daarbij geen restschuld overhouden.

    Het CPB haalt hard uit naar huizenbezitters die de prijzen niet willen verlagen. Niet alleen de afwachtende en onzekere kopers zorgen voor de problemen op de Nederlandse woningmarkt, ook de verkopers hebben aan de huidige situatie bijgedragen. “Zij weigeren te accepteren dat ze hun woning voor minder zullen moeten verkopen dan zij er ooit zelf voor betaald hebben”, zo schrijft het CPB maandag. “Omdat ze de vraagprijs niet verlagen naar een marktconform niveau ontstaat er een groot gat tussen vraag- en biedprijzen. Mede daardoor raakt de woningmarkt op slot.”

    Restschuld

    Niet alle verkopers op de Nederlandse woningmarkt zijn in een positie om de vraagprijs te verlagen. Voor huizenkopers die ‘onder water’ staan en geen NHG-hypotheek hebben doet iedere prijsverlaging veel pijn. In plaats van vermogen bouwen ze een restschuld op, één die al snel in de duizenden of tienduizenden euro’s kan lopen. Het CPB erkent dat er huizenverkopers zijn die niet verder kunnen zakken zonder een restschuld te aanvaarden, maar uit onderzoeken in andere landen blijkt dat huizenbezitters sowieso moeite hebben om een lagere prijs voor hun woning te accepteren.

    Het CPB schrijft in de conclusie van haar onderzoek naar de woningmarkt het volgende:

    De verhuismobiliteit zou verder bevorderd kunnen worden als huizenverkopers hun reserveringsprijs sneller neerwaarts zouden aanpassen. Dit kan wellicht worden bereikt door huishoudens beter te informeren over de waardeontwikkeling van hun woning of van recent verkochte woningen in hun buurt. De verlies-aversie blijkt af te nemen als ook andere mensen in de directe omgeving hun huis met verlies hebben verkocht.”

  • Grafieken: Amerika bezwijkt onder schuldenlast

    De Amerikaanse economie is sinds 2010 onafgebroken gegroeid met ongeveer 2% per jaar. Voor beleggers en vermogensbeheerders reden om positief te zijn over Amerikaanse aandelen. Maar gaat het wel zo goed in de VS? Er zijn genoeg cijfers te vinden die het tegendeel bewijzen. Deze twee grafieken laten zien dat Amerika alleen maar dieper wegzakt in het schuldenmoeras.

    1. Schulden versus GDP

    De eerste grafiek laat zien dat de totale omvang van de schulden in de VS veel harder is gestegen dan het GDP. Met andere woorden: tegenover iedere dollar extra schuld staat een alsmaar afnemende productiviteit in de reële economie. Die ontwikkeling begon al enkele decennia geleden, maar escaleerde pas echt na 1971. Dat was het jaar waarin Amerika brak met haar belofte om dollars in te wisselen voor goud. Sindsdien is er geen ‘anker’ meer en kan de VS bijna onbeperkt geld lenen, zo lang de geldschieters van Amerika daarmee akkoord gaan. Ook in de private sector werden voor de financiële crisis steeds meer leningen verstrekt.

    Totale schuld VS en GDP
    Totale schuld VS en GDP

    2. Onproductieve schulden

    Maar men roept al jaren dat de VS bankroet is en dat de dollar gaat bezwijken onder de schuldenlast. Waarom gebeurt dat nog steeds niet?

    De tweede grafiek van Incrementum Lichtenstein laat zien dat het voor Amerika nog steeds loont om meer te lenen. Tussen 1947 en 1952, de jaren na de Tweede Wereldoorlog, leverde het verstrekken van kredieten een multipliereffect op. Voor iedere dollar aan publieke en private kredieten kwam er zoveel economische activiteit op gang dat het GDP met een vermenigvuldigingsfactor van 4,61x steeg. Maar hoe groter de schuldenlast op de economie, hoe minder effectief het toevoegen van extra schulden wordt. Dat zien we op de grafiek hieronder mooi terug. Tussen 2001 en 2012 leverde iedere geleende dollar slechts $0,08 stijging in het GDP op.

    gdp-versus-debt
    Steeds minder productiviteit door schulden

    Wat de vier balkjes in deze grafiek laten zien is een proces van verzadiging. Verzadiging van schulden in een economie. We komen steeds dichter bij het punt waarop het toevoegen van meer schulden niets meer oplevert voor de reële economie. En dát is het kritieke punt waar we waakzaam voor moeten zijn. Zodra de economie niet meer groeit met extra schulden lopen we tegen de muur op. Al die schulden moeten met rente terugbetaald worden, rente die de economie niet meer kan voortbrengen door een hogere productiviteit. Het is dat moment waar we langzaam maar zeker naartoe kruipen.

    Het proces van schuldverzadiging is steeds meer zichtbaar: Eerst verlaagden centrale banken de rente. Toen bleek dat dat niet genoeg was werden er stimuleringsprogramma’s uit de kast getrokken. In de VS wordt stilzwijgend iedere maand $85 miljard aan hypotheekleningen en staatsobligaties uit de markt gehaald. Het zijn allemaal symptoombestrijdingen van een veel groter probleem.

  • Europese schulden blijven stijgen

    De schulden van Europese overheden stijgen hard. De gepubliceerde schuldcijfers van het eerste kwartaal van 2013 laten zien dat de gemiddelde schuld voor de eurozone als percentage van het BBP is gestegen naar een nieuw record.

    De aanhoudende stijging van de Europese overheidsschulden is niet onverwacht. Desalniettemin is het opvallend aangezien afgelopen week de G20, waar de Europese Unie als geheel deel van uitmaakt, uitspraken deed over toekomstige schuldratios. De belangrijkste economieën ter wereld zijn bereid specifieke (lagere) schuldratios na te streven. Na de vergadering van de G20 maakte officials bekend dat de grootste economieën ter wereld na 2016 deze verplichting zullen aangaan. Ook maakten individuele landen concrete doelen bekend.

    De gemiddelde schuld van de Europese Unie (EU) steeg na het eerste kwartaal naar 85,9%. Een jaar eerder was de gemiddelde schuld nog 83,3%. Na de G20 top van afgelopen week maakte de EU bekend voor 2016 en 2017 respectievelijk een schuldpercentage van 85% en 82,7% van het BBP na te streven.  Onder de koplopers binnen de eurozone vallen Griekenland (+24,1%), Italië (+6,6%) , Portugal (+14,9%), Ierland (+18,3%) en Spanje (+15,2%). Overigens steeg ook de schuld van Nederland aanzienlijk met 5,3%.

    Niet alle Europese overheden zagen hun schuld toenemen. Denemarken, Letland  en Litouwen zagen hun schuldratios over een jaar tijd met respectievelijk 0,2%, 5,1% en 1,9% afnemen. Daarnaast hebben drie landen een schuldratio waar andere Europese landen alleen van kunnen dromen. Luxemburg heeft een schuldratio van 22,4%, Bulgarije een ratio van 18% en Estland heeft 10% schuld ten opzichte van haar BBP.

    Schulden van de Europese Unie

    Schuld van BBP

    Verandering van schulden EU

    Verandering schuld ten opzichte van een jaar eerder in %

    Bron: Eurostat

  • “Banencijfer VS is misleidend”

    Keith Hall, een voormalig werknemer van het BLS, heeft zich kritisch uitgelaten over de berekening van het werkloosheidscijfer. Keith Hall werkte van 2008 tot en met 2012 bij het Bureau of Labor Statistics (BLS), de instantie die maandelijks het officiële werkloosheidscijfer publiceert. We hebben ons op Marketupdate al vaker kritisch uitgelaten over het Amerikaanse werkloosheidscijfer, maar nu wordt dat ook door een insider bevestigd. Het officiële cijfer houdt geen rekening met werklozen die niet meer actief naar werk zoeken, waardoor de feitelijke werkloosheid veel groter is dan wat het percentage van 7,6% suggereert. In werkelijkheid zou dat percentage volgens Hall boven de 10% moeten liggen.

    Hij wijst op de employment-to-population ratio, een alternatief cijfer waarin ook de inactieve werklozen zijn meegenomen. Het is het percentage van de totale beroepsbevolking met een baan, een percentage dat nog steeds veel lager ligt dan voor de crisis. Het percentage is zelfs lager dan toen Amerika officieel uit een recessie kwam, namelijk 58,7%. “Dat niveau vertelt ons dat de werkelijke werkloosheid ongeveer drie procentpunt hoger ligt dan het cijfer van de BLS”, zo licht Keith Hall toe.

    Van 2009 tot en met nu is de employment-to-population ratio vrijwel onveranderd gebleven, terwijl de officiële werkloosheid gedurende deze periode van 10% naar 7,6% zakte. De oud-werknemer van het BLS zegt dat de U-6 werkloosheid (de ruimste definitie) in juni was gestegen tot 14,3%. Dat was een aanzienlijke toename ten opzichte van de 13,8% in de maand mei. Een toename als deze zien we niet terug in de meestgebruikte definitie van de werkloosheid.

    Langzaam en zwak herstel

    Keith Hall zei het volgende over de werkloosheidscijfers en de manier waarop die gecommuniceerd worden: “Het is een heel langzaam en zwak herstel geweest. Ik denk dat de cijfers daarom ook wat achterblijven. Eigenlijk ben ik zeer teleurgesteld door de berichtgeving over de werkloosheidscijfers”

    De voormalig werknemer van het BLS is ervan overtuigd dat ook de Federal Reserve op de hoogte is van de werkelijke toestand van de economie. Desondanks spraken de FED en het BLS nooit met elkaar over de cijfers. Hall verbaast zich erover dat Bernanke nu al praat over de afbouw van het stimuleringsprogramma. De Fed-voorzitter wijst op verbetering in de huizenmarkt en op de beurs, maar dat zijn volgens Keith Hall geen sterke indicatoren. De aandelenmarkt stijgt door het stimuleringsbeleid van de centrale bank en de huizenprijzen stijgen omdat vermogende beleggers en investeringsfondsen steeds meer vastgoed opkopen.

    Keith Hall geeft de Federal Reserve als advies mee om beleid niet af te stemmen op cijfers die door een andere organisatie samengesteld worden.

    Bron: New York Post

    EMRATIO_Max_630_378

  • Detroit vraagt faillissement aan

    Detroit, de bakermat van de Amerikaanse auto-industrie, heeft faillissement aangevraagd. De stad groeide in de eerste helft van de 20e eeuw nog razendsnel en was op een gegeven moment zelfs de vierde grootste van de Verenigde Staten. Zo snel als de stad groeide door de auto-industrie, zo snel werd ook de neergang ingezet. Amerikanen gingen steeds meer Europese en Aziatische auto’s rijden, terwijl de ‘Big Three’ uit Amerika vasthielden aan verouderde modellen en productieprocessen. De stad die in de jaren ’50 nog 1,8 miljoen inwoners telde heeft vandaag de dag nog maar 700.000 inwoners. Dat betekent veel leegstand en relatief hogere kosten voor infrastructuur en publieke voorzieningen.

    Schulden

    Het is zeldzaam dat een stad met de omvang van Detroit faillissement moet aanvragen. Volgens experts heeft de gemeente van Detroit geen andere optie dan om verder te snijden in de kosten. Voor ambtenaren en gepensioneerden blijft er nog minder geld over. Ook moet het mes gezet worden in de publieke voorzieningen. De industriestad heeft veel schulden die zullen vervallen na een faillissement. Dat geeft het stadsbestuur weer ruimte om de begroting op orde te brengen.

    De situatie is Detroit wordt op de voet gevolgd op de obligatiemarkt. In de VS schrijven steden obligatieleningen (municipal bonds) uit om kostbare projecten te financieren. Het is de vraag hoeveel de obligatiehouders daar nog van terug zullen zien. Ook de pensioenen in Detroit lopen gevaar, want die hebben waarschijnlijk ook obligaties van de stad in de boeken staan.

    Volgens James Spiotto, expert op het gebied van faillissementen bij gemeentes, moet er in Detroit meer gebeuren dan alleen het afschrijven van schulden. “Uiteindelijk moet er een heel herstelplan op tafel liggen, anders beginnen de problemen gewoon weer van voor af aan”. De afwikkeling van het faillissement van Detroit kan op zichzelf al maanden of zelfs jaren gaan duren.

    Fisher_Body_plant_21_-_Detroit_Michigan

    De minder mooie kant van Detroit

  • Werkloosheid Nederland stijgt naar 8,5%

    De werkloosheid in Nederland is in juni gestegen naar 8,5%. In totaal zijn er 675.000 mensen die geen baan hebben of die minder dan twaalf uur per week kunnen werken, maar die wel actief op zoek zijn naar een parttime of fulltime baan. In het afgelopen half jaar groeide het aantal werklozen met 100.000.

    Een maand geleden was het werkloosheidspercentage nog 8,3%. Volgens de definitie van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) waren er toen 659.000 mensen werkloos. In juni kwamen er 16.000 werklozen bij en groeide het totaal aantal WW-uitkeringen met 4.000 mensen. De werkloosheid steeg daardoor naar 8,5%. De afgelopen drie maanden raakten gemiddeld 11.000 mensen per maand hun baan kwijt, een ongekend hoog aantal.

    Het CBS schrijft dat de werkloosheid de laatste drie maanden vooral bij de 45-plussers sterk is toegenomen. Van de 11.000 nieuwe werklozen behoren er 7.000 tot deze leeftijdscategorie. De stijging is voor een deel toe te schrijven aan het feit dat steeds meer 45-plussers zich weer melden op de arbeidsmarkt en op zoek gaan naar werk. In de statistieken vertaalt zich dat naar een stijging van het aantal werkenden én het aantal werkzoekenden met een leeftijd van 45 jaar en ouder.

    WW-uitkeringen

    Het aantal WW-uitkeringen is in juni netto met 4.000 gestegen naar een totaal van 382.000. In juni werden er 43.000 nieuwe uitkeringen verstrekt, maar werden er slechts 39.000 beeindigd. Ongeveer de helft daarvan werd vanwege werkhervatting stopgezet.

    Werkloosheid blijft stijgen (Bron: CBS)

    Ontwikkeling werkloosheid naar geslacht en leeftijd (Bron: CBS)

  • Toespraak Bernanke maakt weinig indruk

    De financiële markten waren niet onder de indruk van de toespraak die Beanke gisteren hield voor het Congres. De aandelenmarkt veerde iets op en de rente op Amerikaans schuldpapier ging wat omlaag, terwijl goud en zilver respectievelijk 1 en 2,5 procent goedkoper werden. Beanke zei dat de centrale bank nog steeds de intentie heeft om de stimulering af te bouwen, maar dat het tempo niet vast ligt.

    In feite zegt Beanke weinig nieuws, want tijdens zijn vorige toespraak hintte hij ook al naar een afbouw van het stimuleringsprogramma. Gisteren voegde de Fed-voorzitter eraan toe dat het tempo waarin dat gebeurt afhankelijk zal zijn van het economische herstel en de inflatie. Dat wisten we vorig jaar ook al, toen de QE3 en QE4 programma’s werd aangekondigd. Sindsdien haalt de centrale bank iedere maand $85 miljard aan schuldpapier uit de markt.

    De centrale bank heeft geen einddatum gegeven voor het aankoopprogramma. Alles wat we weten is dat de Fed de intentie heeft de werkloosheid naar 6,5% te brengen, zo lang de inflatie dicht bij de 2% blijft. Dat was ook de kevan de toelichting die Beanke gisteren gaf. Hij zei dat de arbeidsmarkt en de huizenmarkt al weer wat herstel laten zien, maar dat de economie als geheel nog steeds maar langzaam aantrekt.

    Werkloosheid

    De werkloosheid is nog te hoog en de inflatie ligt nog ruim beneden de doelstelling van 2%, waardoor de centrale bank van Amerika voorlopig blijft stimuleren. De president van de centrale bank wil in 2014 het stimuleringsprogramma afbouwen, maar garanties worden niet gegeven.

    Vooral de volgende passage uit zijn verklaring is opmerkelijk:

    “Als de daling van de gemeten werkloosheid voor een aanzienlijk gedeelte een weerspiegeling is van de cyclische daling van de participatiegraad en niet van een verbeterde arbeidsmarkt, dan is een daling van de werkloosheid naar 6,5% waarschijnlijk niet voldoende voor het comité om de rente te verhogen.”

    Ook Beanke weet dat het werkloosheidspercentage weinig zegt over de gezondheid van de Amerikaanse arbeidsmarkt. Op Marketupdate hebben we in het verleden al vaker geschreven over de zorgelijke ontwikkeling van de participatiegraad. Steeds meer Amerikanen die werkloos zijn en die niet meer naar werk zoeken vallen buiten de statistieken. Dat zien we terug aan de participatiegraad, die in de afgelopen jaren is weggezakt naar het laagste punt in ruim dertig jaar.

    Fed blijft stimuleren

    De prijsdaling van goud en zilver is moeilijk te begrijpen als we de volgende passage van Beanke’s toespraak nog eens nalezen:

    “We vertrouwen op een korte rente van bijna nul procent en een intentieverklaring om de rente langdurig op een uitzonderlijk laag niveau te houden  – ons tweede beleidsinstrument – om het soepele monetaire beleid gedurende een lange periode vast te kunnen houden. Zelfs als de economie herstelt en de werkloosheid daalt richting meer normale niveaus. In een juiste samenstelling kunnen deze twee beleidsinstrumenten het grote mate van verruiming bieden die nodig is voor een sterker economisch herstel met prijsstabiliteit”

    De Federal Reserve heeft al een aantal dingen gezegd die eigenlijk heel positief zijn voor edelmetalen. Als eerste geeft Beanke aan dat een werkloosheid van 6,5% niet genoeg is om het monetaire beleid te verkrappen, indien de daling het gevolg is van een verslechtering van de participatiegraad. Verderop in zijn toespraak laat Beanke weten dat de korte rente extreem laag zal blijven, ook na het afbouwen van het stimuleringsprogramma.

    Van een ruim monetair beleid zullen we voorlopig geen afstand nemen, dat moet inmiddels duidelijk zijn. Dat is genoeg reden om in fysiek edelmetaal te blijven zitten.

    Bernanke HH Speech

    bernanke

  • Crisis op de huizenmarkt: 50% minder woningen verkocht in juni

    Het is volop crisis op de Nederlandse woningmarkt, zo blijkt uit de laatste cijfers van het Kadaster. In juni wisselden slechts 7.224 woningen van eigenaar, ruim een halvering ten opzichte van dezelfde maand van vorig jaar. Toen werden er nog 16.210 woningen verkocht in juni. Een verdere prijsdaling lijkt onvermijdelijk…

    De cijfers worden licht vertekend door het feit dat er in juni relatief veel huizen gekocht werden. De overdrachtsbelasting zou aanvankelijk weer van 2 naar 6 procent gaan, waardoor veel aankopen naar voren werden gehaald. Deze verhoging ging uiteindelijk niet door, maar zorgde in deze maand wel voor een sterke piek in de verkopen.

    Vergeleken met een maand geleden daalde het aantal verkochte woningen met 13,3%. Meer representatief zijn de verkoopcijfers van het hele tweede kwartaal. Die waren dit jaar 36,1% lager dan in dezelfde drie maanden van vorig jaar. Als we het eerste half jaar van 2013 naast dat van 2012 leggen, dan zien we een daling van 22,8% in de verkopen.

    Daling transacties over hele breedte

    Het Kadaster merkt op dat de daling van het aantal transacties zich niet beperkt tot een bepaald type woningen. Van alle soorten woningen werden er in juni minder verkocht dan een maand of een jaar geleden. Bij tussenwoningen was de terugval met 60% ten opzichte van een jaar geleden het grootst. Appartementen werden 45% minder verkocht dan een jaar geleden en waren daarmee de meest liquide woningen op de Nederlandse woningmarkt.

    In Overijssel daalde het aantal transacties ten opzichte van juni vorig jaar het meest, namelijk met meer dan 61%. Drenthe was opvallend genoeg de positieve uitschieter met een daling van bijna 50% in eht aantal verkochte woningen.

    Het aantal nieuwe hypotheken blijft maar dalen. In juni 2012 waren het er nog 23.383, in mei 2013 waren dat er 12.629 en in juni 2013 bleef de teller staan op 11.244.

    Wel of geen herstel?

    De Telegraaf merkt op dat de cijfers van het Kadaster afwijken van de cijfers die de Nederlandse Vereniging van Makelaars (NVM) eerder publiceerde. Dat komt omdat het Kadaster een woningverkoop registreert bij de daadwerkelijke overdracht. De NVM beschouwt een woning als verkocht als er een koopcontract ondertekend is.

    Woningverkopen blijven dalen

  • Meer Britten na hun zestigste nog niet van hypotheek verlost

    Een onderzoek in Groot-Brittannië heeft uitgewezen dat één op de drie Britten nog tot ver in de zestig moet aflossen op de hypotheek. Dat is een behoorlijke verschuiving ten opzichte van de vorige generatie huizenbezitters. Die waren gemiddeld bij een leeftijd van 51 jaar verlost van hun hypotheek.

    Het onderzoek, uitgevoerd door Post Office, laat zien dat de huidige generatie tot op hogere leeftijd vast blijft zitten aan een hypotheek. Door de hogere huizenprijzen in Groot-Brittannië beginnen starters veel later aan een hypotheek dan hun ouders. Het zijn overigens niet alleen de hoge huizenprijzen waardoor starters langer wachten. Ook het feit dat banken terughoudender zijn geworden met het verstrekken van leningen speelt een rol.

    Steeds later hypotheekvrij

    Op dit moment is de gemiddelde leeftijd van de starter op de Britse woningmarkt 33 jaar. De kosten van een studie dragen eraan bij dat men pas later aan een eigen woning begint. Daar komt bij dat starters naar verhouding minder kunnen lenen dan voor de crisis. Steeds vaker vragen banken om de inbreng van extra spaargeld. Ook zijn er veel huizenbezitters die extra hypotheekschuld op zich nemen voor een verbouwing of voor de aankoop van een tweede huis. De leeftijd waarop Britten helemaal verlost zijn van hun hypotheek wordt hierdoor ook steeds hoger.

    John Wilcock van Post Office zegt het volgende over de resultaten van het onderzoek:

    “Een van de grote financiele veranderingen van de laatste generatie is de leeftijd waarop we onze hypotheek volledig hebben afgelost. Oudere generaties hebben een paar decennia hypotheekvrij geleefd, maar voor starters die pas na hun dertigste een hypotheek nemen ligt het eindpunt van de hypotheekaflossing veel verder in de toekomst. Maatschappelijke trends zoals het samenwonen van meerdere generaties en een hoger percentage echtscheidingen heeft ook een impact op de leeftijd waarop men eindelijk volledig eigenaar wordt van de woning”.

    Schuldenplafond verder opgerekt

    Sinds de uitbraak van de financiele crisis gaat het in veel landen slecht met de woningmarkt. Ook in Groot-Brittannië zag men een terugval in de huizenprijzen en in het aantal transacties. De Bank of England heeft de woningmarkt nieuw leven in te blazen door de rente drastisch te verlagen en door geld in de hypotheekmarkt te pompen. Door deze maatregelen is de rente op hypotheken (voor 5 jaar vastgezet) gezakt naar het laagste niveau ooit, namelijk 3,87%.

    De Britse financiële toezichthouder heeft onlangs nog gewaarschuwd voor de toenemende hypotheekschuld bij huizenbezitters ouder dan 50 jaar. Ook heeft ze haar zorgen geuit over het aantal Britten met een aflossingsvrije hypotheek, waarop alleen rente betaald wordt. Als huizenprijzen niet meer terugkomen op het niveau van voor de crisis kunnen veel starters aan het eind van de hypotheek in de problemen komen.

  • Meer voedselbonnen dan banen sinds 2008

    De Amerikaanse economie herstelt, maar dan is niet af te zien aan de arbeidsmarkt. Het gebruik van voedselbonnen daarentegen is sinds het begin van de crisis sterk toegenomen. Zonder verdere toelichting presenteren we deze voltreffer van @Not_Jim_Cramer.

    Bron: @Not_Jim_Cramer

  • Venezuela op het randje van hyperinflatie?

    De waardedaling van de Venezolaanse munt begint zorgwekkende vormen aan te nemen. Het jaarlijkse inflatiecijfer kwam uit op een astronomische 39,6%, dicht bij de grens van 40% inflatie die Goldman Sachs gebruikt voor de definitie van hyperinflatie. Venezuela heeft alle stadia van een valutacrisis doorlopen…

    We hebben alle klassieke kenmerken van een valutacrisis voorbij zien komen…

    En nu begint de situatie echt uit de hand te lopen. Volgens analisten zal de Venezolaanse economie dit jaar met 1% krimpen, nadat ze in het eerste kwartaal een groei van slechts 0,7% liet zien. Maatregelen om de prijsinflatie onder de duim te houden hebben averechts gewerkt, want door de prijscontrolers zijn producten alleen maar schaarser en duurder geworden.

    De regering heeft maximumprijzen opgelegd, prijzen die in veel gevallen lager liggen dan de productiekosten. Daardoor zijn bedrijven veel minder gaan produceren, met als gevolg een schaarste met nog hogere prijzen. Nicolas Maduro, de president van Venezuela, geeft de bevolking de schuld van het tekort aan bloem, mais, suiker en toiletpapier. Hij beschuldigde de bevolking ervan teveel te eten (echt waar!).

    Olie

    De economie van Venezuela bleef lang overeind door de export van olie. Die export leverde Amerikaanse dollars op, harde valuta waarmee het land haar import kon financieren. Maar omdat er jarenlang onvoldoende werd geinvesteerd in de infrastructuur en de installaties is de olieproductie sterk teruggelopen. De situatie is zelfs zo slecht dat Venezuela olie moet importeren om aan de binnenlandse vraag te voldoen.

    President Maduro zei dat de huidige crisis in Venezuela van tijdelijke aard is. Elias Eljuri van het Venezolaanse Bureau voor de Statistiek zei dat de inflatie in juli weer gaat dalen en dat er geen structureel probleem is met de economie van het land. Het is de vraag of er nog iets te redden valt. De vicieuze cirkel van een valutacrisis is moeilijk te doorbreken, zeker als de overheid blijft vasthouden aan een beleid van loon- en prijscontroles.

    Inflatie in Venezuela, grafiek van Quartz