Blog

  • Wat betekent het Zwitserse referendum over geld?

    In Zwitserland wordt op 10 juni een referendum gehouden over een drastische hervorming van het geldstelsel, waarmee de functie van geldcreatie wordt overgedragen van commerciële banken naar de Zwitserse centrale bank. De rol van de commerciële banken zou daarmee beperkt worden tot tussenpersoon die de tegoeden van burgers en bedrijven bewaart en geldstromen faciliteert. De centrale bank beslist in dit model hoeveel geld er in de economie wordt gebracht.

    Dit alternatieve geldsysteem, ook wel Full Reserve banking genoemd, werd dat in de jaren dertig door de de Amerikaanse econoom Irving Fisher bedacht. Het was een reactie op de Grote Depressie van begin jaren dertig, toen de geldhoeveelheid kromp en veel leningen niet meer terugbetaald konden worden. Daardoor kwamen ook banken in de problemen.

    Aanhangers van de Full Reserve banking denken dat banken veel stabieler zijn als ze geen krediet kunnen verlenen, zoals dat binnen een fractioneel geldsysteem gebruikelijk is. Critici zetten vraagtekens bij de uitvoerbaarheid van dit alternatieve geldsysteem en zijn van mening dat de onafhankelijkheid van de centrale bank in het geding komt. We hebben een aantal vragen over dit alternatieve geldsysteem op een rij gezet.

    Hoe werkt geldcreatie in Full Reserve banking?

    Vandaag de dag komt geldcreatie voor rekening van commerciële banken. Wordt er een lening verstrekt, dan komt er nieuw geld in omloop. Wordt deze lening afgelost, dan verdwijnt dit geld weer uit circulatie. Binnen dit systeem is de geldhoeveelheid zeer flexibel en in principe vraaggestuurd. Het voordeel van dit systeem is dat huishoudens en bedrijven relatief gemakkelijk geld kunnen lenen, maar het nadeel is dat de geldhoeveelheid de neiging heeft om voortdurend te groeien, waardoor er over de lange termijn sprake is van een structurele inflatie. Ook kunnen banken in een fractioneel systeem in de problemen komen, indien veel spaarders tegelijkertijd hun geld ophalen of hun schulden niet meer kunnen aflossen.

    Binnen het Full Reserve Banking model is een bankrun in theorie niet mogelijk, omdat de bank de tegoeden van haar spaarders altijd beschikbaar heeft. Een bank heeft in dit systeem volledige dekking met reserves, waardoor alle spaarders altijd bij hun geld kunnen. De geldcreatie komt in dit systeem voor rekening van de centrale bank. Volgens voorstanders kan de centrale bank zo beter de geldhoeveelheid sturen dan via de rente, maar critici waarschuwen dat de centrale bank in dit systeem teveel macht krijgt. Hoe moet ze bepalen wie er geld mag lenen en hoeveel geld er geleend mag worden? Deze rol lijkt niet te combineren met die van een onafhankelijke centrale bank, zeker niet als ze ook aan de overheid uitleent.

    Hoe zit het met de inflatie?

    Een van de nadelen van een fractioneel geldsysteem en de bijbehorende structurele geldcreatie is dat de waarde van het geld na verloop van tijd steeds verder wordt uitgehold. Het is echter nog maar de vraag of dat probleem met een Full Reserve geldsysteem verholpen kan worden, want ook in dat systeem is er dus geldcreatie mogelijk. De vraag moet dan zijn hoeveel geld de centrale bank in dit alternatieve systeem in omloop kan brengen en wie dat gaat bepalen.

    De waarde van het geld wordt natuurlijk ook bepaald door het vertrouwen in de munt. Een drastische verandering van het geldsysteem brengt onzekerheid met zich mee, waardoor spaarders mogelijk de voorkeur geven aan een andere valuta of aan goud. In dat geval is er een wisselkoersrisico dat ervoor kan zorgen dat de prijzen van geïmporteerde goederen stijgen.

    Zijn er meer landen met Full Reserve banking?

    Op dit moment is er geen enkel land in de wereld dat afwijkt van het fractioneel bankieren, waarbij commerciële banken nieuw geld in omloop brengen op het moment dat er krediet verstrekt wordt. Wel zijn er meer landen waar – net als in Zwitserland – initiatieven zijn opgestart om Full Reserve Banking in de praktijk te brengen. Voorbeelden daarvan zijn ‘Positive Money’ in het Verenigd Koninkrijk, het ‘Vollgeld’ initiatief in Duitsland en natuurlijk burgerinitiatief ‘Ons Geld’ in eigen land.

    Het is niet eenvoudig om een geldsysteem en het verdienmodel van banken zo drastisch om te gooien. Volgens de gouverneur van de Zwitserse centrale bank, Thomas Jordan, is een centralisering van de kredietverlening om verschillende redenen niet wenselijk. Hij vreest een gebrek aan concurrentie, valse prikkels en mogelijke politieke beïnvloeding. Ook is het plan nog niet eerder getest, waardoor de uitkomst zeer onzeker is.

    In de aanloop naar het referendum organiseert het Swiss Finance Institute op 16 mei een evenement voor bankiers over het Full Reserve initiatief. Bij dit evenement zullen de Thomas Jordan en Jean-Charles Rochet, hoogleraar Finance aan de Universiteit van Genève, toelichting geven op het initiatief. Ook is er een informatieve brochure uitgebracht.

    Lees ook:

    Volg Marketupdate nu ook via Telegram

  • Wonen in de Randstad wordt onbetaalbaar

    Wonen in de Randstad wordt door de stijgende huizenprijzen voor steeds minder mensen bereikbaar. Ben je een starter op de woningmarkt en kun je maximaal €130.000 lenen, dan heb je binnen de ring van Amsterdam momenteel geen enkele keuze. Buiten de ring is het aanbod in deze prijsklasse op twee handen te tellen. Maar ook in andere steden als Haarlem, Leiden en Utrecht is er voor de starter op dit moment bijna niets meer te koop, tenzij je een bovenmodaal inkomen hebt of eigen geld kunt meenemen.

    Kenmerkend voor de krapte op de woningmarkt is dat er steeds meer kamers te koop worden aangeboden, waarbij je de woonkamer, badkamer, keuken en een eventuele tuin moet delen met een andere bewoner. Voor de prijs waarvoor je twee jaar geleden in de Randstad nog een appartement van ongeveer 40 m² kon kopen moet je nu genoegen nemen met een kamer van hooguit 20 m² met gedeelde voorzieningen, tenzij je uitwijkt naar een minder aantrekkelijke locatie.

    Onbetaalbare woningen

    Het zijn niet alleen de starters die moeite hebben om een betaalbare woning te vinden in de Randstad. Ook voor huishoudens waarbij zowel de man als de vrouw fulltime werken voor een modaal inkomen (leencapaciteit van €370.000) kom je in Haarlem of Utrecht niet veel verder dan een rijtjeshuis met een woonoppervlak van ongeveer 100 m². In Amsterdam krijg je voor dat geld slechts een appartement met hooguit 60 m² aan woonoppervlak of een opgeknapte zolder.

    Arbeiderswoningen die vroeger voor de lagere inkomens gebouwd werden zijn op dit moment zelfs voor tweeverdieners amper te betalen. Hoe lang kan dit nog goed gaan? En hoe verstandig is het om op dit moment nog geld in vastgoed te investeren?

    Binnen de ring van Amsterdam staat geen woning (of kamer) te koop voor minder dan €125.000 (Bron: Funda)

    Volg Marketupdate nu ook via Telegram

  • Geen reden voor paniek over de obligatiemarkt

    Als het misgaat op de aandelenmarkten, dan trekt dat de aandacht van heel de wereld. Maar als de beren de obligatiemarkten binnenvallen dan gaat dat vrijwel ongemerkt. Dat gebeurt vandaag de dag. De yield op de 10-jaars Treasury leunde in september 2017 nog tegen 2%, maar was in februari opgelopen naar 2,95% om daarna weer terug te zakken naar 2,75%. Dat betekent over een periode van zes maanden een verlies van total return van 4,5% als het om de prijs gaat. Dat verlies mag er zijn.

    Daar staat tegenover dat historisch gesproken een stijging van de yield met 75 basispunten niet bijzonder is. Tussen het midden van 1979 en de eerste helft van 1980 steeg de yield op de treasury met 400 basispunten. Dat was te wijten aan de inflatie en de daarmee samenhangende komst van Paul Volcker als eerste man bij de Fed. Van hem was bekend dat hij alles zou doen om de inflatie de nek te breken.

    Negatieve stemming

    Is het huidige negatieve sentiment op de obligatiemarkten gerechtvaardigd? Daar lijkt weinig reden toe. Wereldwijd bedraagt de schuld meer dan $230 biljoen, zo heeft het Institute voor International Finance berekend. De schuldenberg is inmiddels hoger dan aan het begin van de crisis van 2008. Volgens de Fed past daar een Fed Funds Rate bij van bijna 3%.

    Dat is heel andere koek dan het gemiddelde van meer dan 5% sinds het begin van de jaren ’70 van de vorige eeuw. Er spelen waarschijnlijk andere sentimenten. Het gaat goed met de wereldeconomie. In alle regio’s is sprake van een gezonde groei. Als gevolg daarvan neemt de bereidheid om risico’s te nemen toe. Dat zou kunnen betekenen dat er einde komt aan het zeer ruime beleid van centrale banken sinds de val van Lehman Brothers.

    Als er een einde komt aan negatieve rentes in landen als Zwitserland en Japan en de monetaire verruiming heeft zijn tijd gehad, dan geldt dat ook voor de extreem lage yield van dit moment. Er komt nog iets bij. Het lopend jaar 2018 zal het eerste jaar sinds tijden zijn dat er een positieve netto uitgifte van overheidsschuld is van de VS, de Eurozone en Japan samen. In de afgelopen drie jaren was er door opkoopprogramma’s van centrale banken per saldo een negatieve uitgifte van overheidsschulden ter waarde van $100 – $500 miljard.

    Aanbod obligaties neemt toe

    In 2018 zal de positieve netto uitgifte uitkomen op een waarde van $500 miljard en in 2019 op $1 biljoen. Een gebrek aan overheidspapier is daarmee niet langer een rechtvaardiging voor de huidige extreem lage yields. Centrale banken in Europa en in Japan hebben afgelopen tijd hun opstelling jegens monetaire verruiming geleidelijk gewijzigd. Monetaire verkrapping lijkt nog slechts een kwestie van tijd. Als dat gebeurt dan gaan de kosten omhoog voor overheden. Een stijgende yield betekent op den duur meer kosten voor het financieren van schulden. Dat geldt ook voor huishoudens en voor het bedrijfsleven, die beide zwaar in de schulden zitten.

    Is dit alles voldoende om een einde aan de stierenmarkt in obligaties te veronderstellen? Dat is waarschijnlijk niet het geval. Dat zal pas gebeuren als de inflatie in de ontwikkelde landen een overtuigende comeback maakt. Of dat staat te gebeuren? De US TIPS markt verwacht dat de consumentenprijsindex de komende vijf jaar ongeveer 2% zal bedragen. Dat is een behoorlijke stijging vergeleken met het niveau van het midden van 2017. Maar het verwachte niveau is wel in lijn met de lange termijnverwachtingen van de Fed.

    Dat de consumentenprijsindex een zo gematigde stijging laat zien, heeft grotendeels te maken met het doorsnijden van de traditionele relatie tussen de ontwikkeling van de werkloosheid en de prijzen. Technologische ontwikkelingen, globalisering van de arbeidsmarkt en een tanende vakbondsmacht zijn er de oorzaak van dat lonen in de hele Westerse wereld amper stijgen. De spiraal van loon- en prijsinflatie behoort daarmee tot het verleden. Als dat zo blijft dan blijft ook de obligatiemarkt interessant, zeker als er tijdelijk op grote schaal verkocht is!

    Cor Wijtvliet

    corwijtvliet-logo

    Deze bijdrage is afkomstig van www.corwijtvliet.nl

    Tot slot:

    • Hebt u opmerkingen en/of vragen? Mail ze gerust aan: [email protected]
    • Of via mijn twitteraccount: @wijtvliet
    • Voor meer door mij geschreven artikelen bezoekt u mijn website: www.corwijtvliet.nl
    • Of bezoek www.Beurshalte.nl      
    • Ontvangt u het Cor Wijtvliet Journaal niet rechtstreeks? Abonneert u zich dan hier!

    Deze column verscheen eerder in het CorWijtvlietJournaal en wordt u gratis aangeboden door Marketupdate. Vindt u deze columns interessant, dan kunt voor €25 per jaar donateur worden van het CorWijtvlietJournaal. Ook kunt u een geheel vrijwillige bijdrage overmaken naar NL14RABO0156073676, ten name van Wijtvliet Research.

    Donateurs krijgen niet alleen zonder vertraging het CorWijtvlietJournaal in hun mailbox, maar kunnen ook rekenen op een wekelijkse extra nieuwsbrief met vijf beleggingstips van Cor Wijtvliet. Neem voor meer informatie contact op met Cor Wijtvliet via het hierboven genoemde mailadres.

  • Uitbraak Amerikaanse rente sleept dollar mee

    De valutamarkten schudden vorige week eindelijk de recente loomheid een beetje van zich af. De koers van de Amerikaanse dollar steeg ten opzichte van de meeste van zijn tegenhangers, gesteund door de uitbraak naar boven van de Amerikaanse rendementen. Het belangrijke tarief van 10-jarige staatsobligaties kwam in de buurt van de 3% en het traditionele verband tussen hoge Amerikaanse rendementen en een hogere dollarkoers leek terug: de koers van de greenback steeg ten opzichte van elke G10-valuta, behalve de Zweedse kroon.

    Alle belangrijke opkomende markten eindigden de week lager, behalve de Russische roebel, die steeg door het nieuws dat er geen verdere sancties in het verschiet liggen, en de Turkse lira, die gesteund werd door Erdogan’s aankondiging van nieuwe verkiezingen.

    Aanstaande donderdag staat de bijeenkomst van de ECB centraal. Wij verwachten geen beleidswijzigingen of richtinggevende uitspraken en voorzitter Draghi zal waarschijnlijk in het algemeen een voorzichtige toon aanslaan. Dit alles zou neerwaartse druk op de euro kunnen opleveren. Ook de bijeenkomsten van de Bank of Japan en de Riksbank in Zweden zijn deze week belangrijk. Hieronder de belangrijkste valuta in detail.

    Euro

    Een teleurstellende neerwaartse bijstelling van het inflatiecijfer van maart haalde de euro begin vorige week omlaag. Afgelopen vrijdag laat kwam het bericht dat mededelingen van de ECB over het einde van de activa-aankopen pas vanaf het midden van de zomer zullen volgen. Dit deed de gemeenschappelijke munt geen goed.

    De reeks van teleurstellende cijfers uit de eurozone van de afgelopen weken kan bij de ECB niet onopgemerkt zijn gebleven. Hoewel tijdens de bijeenkomsten deze week de prognoses niet formeel bijgesteld zullen worden, verwachten we wel dat voorzitter Draghi op de persconferentie deze zwakte zal erkennen.

    Britse pond

    Het Britse pond kreeg vorige week een dubbele klap te verwerken: de economische cijfers waren zwakker en de gouverneur van de centrale bank, Mark Carney, deed dovish uitspraken die twijfel deden rijzen over de mogelijkheid van een renteverhoging door de Bank of England in mei. De inflatiecijfers en de detailhandelsverkopen stelden beide teleur. De markten prijzen nu nog maar net een kans van 50% op een renteverhoging in mei in, terwijl dit vorige week nog 85% was.

    Vrijdag verschijnt het groeicijfer van het eerste kwartaal. Wij verwachten dat dit rond de marktverwachting van 0,3% zal liggen. We verwachten in mei nog steeds een renteverhoging door het Monetary Policy Committee en denken daarom dat de recente fascinatie van de markt voor het Britse pond een koopkans is.

    Amerikaanse dollar

    De Amerikaanse rendementen lijken op het punt te staan om uit hun meerjarige bandbreedte te breken, geholpen door de hoge olieprijzen en de verwachte stroom van nieuwe leningen bij de Amerikaanse federale regering. De markt heeft zijn verwachtingen voor de bbp-cijfers van het eerste kwartaal, die deze week verschijnen, omlaag geschroefd. Wij denken dat ons hiermee een opwaartse verrassing te wachten staat die het cruciale rendement van 10-jarige staatsobligaties eindelijk boven het psychologische niveau van 3% kan brengen. Zo’n ontwikkeling zou de koers van de dollar vrijwel zeker omhoog brengen, en misschien wordt ook de bodem van de recente bandbreedte van de cross rate EUR/USD wel getest.

    Door: Enrique Díaz-Álvarez (Ebury)

    Enrique Diaz-Alvarez is chief risk officer en staat aan het hoofd van het analistenteam van Ebury in New York. Vanwege zijn gedrevenheid, passie en gedegen kennis, wordt Enrique door Bloomberg erkend als een van de meest accurate voorspellers van de marktbewegingen.

    Over Ebury:

    Ebury maakt internationale markten toegankelijker met valutadiensten op maat en flexibel handelskrediet voor ondernemingen. Ebury werkt samen met ruim 12.000 organisaties en verricht 12 miljard euro aan valutatransacties in 140 verschillende valuta. Het bedrijf heeft kantoren in het Verenigd Koninkrijk, Nederland, Spanje en Polen. De speerpunten van Ebury:

    • Financiële diensten die normaal zijn voorbehouden aan grote multinationals
    • Financiering van uw aankopen
    • Marktkennis en valutadiensten op maat
    • Ons netwerk van liquidity providers en intermediaire banken
    • Transacties in ruim 140 verschillende valuta

    Meer informatie op www.ebury.nl

  • ‘Turkije haalde in 2016 al haar goud weg uit VS’

    De centrale bank van Turkije zou in 2016 al haar goud bij de Amerikaanse centrale bank hebben opgehaald en overgebracht naar de goudkluizen van de Bank of England en de Bank for International Settlements (BIS). Dat schrijft columnist Uğur Gurses in de Turkse krant Hurriyet. Hij baseert zich op een rapport van de Turkse centrale bank.

    Volgens de cijfers uit dat rapport lag er in 2016 nog 28,7 ton van de Turkse goudvoorraad bij de Federal Reserve, maar een jaar later rapporteerde de centrale bank geen goud meer op deze locatie. In plaats daarvan werd er 18,7 ton opgegeven in de kluis van de Bank for International Settlements in Basel. De resterende 10 ton zou naar Londen zijn overgebracht.

    Verandering goudvoorraad Turkije

    Uitbreiding goudvoorraad

    Turkije heeft volgens deze cijfers niet alleen goud weggehaald uit de Verenigde Staten, ook heeft ze meer edelmetaal aan de reserves toegevoegd. Bij de Bank of England kwam er in een jaar tijd in totaal 94 ton goud bij, terwijl er bij de kluis in Istanbul in dezelfde periode 103,5 ton werd toegevoegd.

    Niet al het edelmetaal is eigendom van de centrale bank. Het grootste gedeelte van het totaal van 564,7 ton is in bezit van commerciële banken in Turkije en wordt sinds een paar jaar tot de nationale reserves gerekend. Tellen we deze voorraden van commerciële banken niet mee, dan komen we uit op een eigen goudvoorraad van 199,4 ton.

    Sancties

    Volgens de Turkse minister van Economische Zaken Nihat Zeybekci speelden de Amerikaanse sancties tegen Iran een rol in het terughalen van het goud. Door de sancties kon Iran maar beperkt gebruik maken van het internationale betalingsverkeer, waardoor de export van goederen in goud betaald moest worden. Iran wil sindsdien geen dollars meer gebruiken voor het internationale handelsverkeer en gebruikt zoveel mogelijk alternatieve valuta.

    Door het edelmetaal weg te halen uit de Verenigde Staten geeft Turkije een belangrijk signaal af naar de Verenigde Staten. Het edelmetaal vervult op dit moment geen rol van betekenis in het handelsverkeer tussen landen, waardoor het in theorie niet veel uitmaakt waar het opgeslagen ligt.

    De laatste jaren zijn er steeds meer landen die hun voorraad uitbreiden en een groter deel weer in eigen land willen bewaren. Verschillende Europese landen hebben een deel gerepatrieerd, terwijl opkomende economieën als Rusland en China honderden tonnen aan hun voorraad hebben toegevoegd.

    Dit artikel wordt u aangeboden door Goudstandaard, uw adres voor de aankoop en verzekerde opslag van edelmetalen. Wilt u goud kopen? Neem dan contact op door te mailen naar [email protected] of door te bellen naar +31(0)88-4688488.

  • Erdogan wil internationale leningen op basis van goud

    Volgens de Turkse president Erdogan zouden internationale leningen niet op Amerikaanse dollars, maar op goud gebaseerd moeten worden. Zo kunnen landen volgens hem voorkomen dat ze door het wisselkoersrisico hun schulden niet kunnen aflossen en daardoor in de problemen raken.

    De Turkse president bracht dit voorstel eerder al naar buiten tijdens een G20 bijeenkomst, maar tijdens een congres voor ondernemers in Istanbul op 16 april maakte hij zijn plannen ook voor het eerst aan het publiek bekend. Hij zei daar het volgende over:

    “Ik heb een suggestie gedaan tijdens de ontmoeting van de G20. Ik vroeg: Waarom sluiten we alle leningen af in dollars? Laten we een andere valuta gebruiken. Ik stelde voor dat leningen op goud gebaseerd zouden moeten zijn.

    Met de dollar staat de wereld altijd onder druk van wisselkoersrisico. We zouden landen en staten moeten beschermen tegen dit wisselkoersrisico. Goud is door de geschiedenis heen nooit gebruikt als een middel om anderen onder druk te zetten.”

    De uitspraken van Erdogan komen op het moment dat de waarde van de Turkse lira een nieuw dieptepunt bereikte ten opzichte van de Amerikaanse dollar. De afgelopen maand was de valuta van Turkije de op één na zwakste van alle opkomende economieën. Alleen de Russische roebel deed het met een waardedaling van 7% tegenover de dollar in één maand nog iets slechter.

    Erdogan kritisch over IMF

    De Turkse president sprak tijdens het congres ook zijn onvrede uit over de werkwijze van het Internationaal Monetair Fonds (IMF). Hij beschuldigde de organisatie van het beïnvloeden van de politieke richting van Turkije.

    “Er zit een vorm van ouderlijk gezag in de geest van het IMF. De meeste arme en miserabele landen in de wereld zuchten verbitterd, omdat ze zich niet konden bevrijden van deze benadering van ouderlijk gezag.”

    Erdogan liet weten dat Turkije inmiddels al haar leningen aan het IMF heeft afgelost en daarmee geen schulden meer heeft aan het IMF.

    Deze bijdrage is afkomstig van Geotrendlines

  • Enorme stijging grondstoffenvaluta door hogere olieprijs; roebel daalt

    De wisselkoers euro-dollar zat vorige week vast binnen een steeds nauwere bandbreedte en bij de belangrijke cross-valutaparen was niet veel te beleven, maar elders wél. Door de geopolitieke ontwikkelingen stegen de grondstoffenprijzen enorm en de koersen van de valuta van landen die grondstoffen exporteren gingen hierin mee.

    Bij de G10 gingen de Australische, Canadese en Nieuw-Zeelandse dollar hierdoor aan kop. Maar de grootste bewegingen zagen we de afgelopen week de Colombiaanse peso, die profiteerde van de sterke stijging van de olieprijzen door de spanningen tussen de VS en Rusland, en de Russische munt, die bijna 7% daalde na het nieuws dat de sancties van de VS harder waren dan verwacht.

    Deze week krijgen we enkele belangrijke gegevens voor het Britse pond, waaronder dinsdag de arbeidsinkomens en woensdag de inflatie in maart. Elders wordt het waarschijnlijk een vrij stille week, dus in de valutahandel zal alle aandacht uitgaan naar de geopolitieke ontwikkelingen. Hieronder de belangrijkste valuta in detail:

    Euro

    De daling van de industriële productie in de eurozone voor de maand mei haalde de euro iets omlaag en vormde de laatste van een serie negatieve verrassingen uit de economie van de eurozone. Wij vinden het nog te vroeg om onze voorspellingen te veranderen, omdat deze verrassingen volgen op een periode van uitzonderlijk sterke cijfers. Toch is het zeker de moeite waard deze ontwikkeling in de gaten te houden. Deze week verschijnen er in Europa weinig cijfers, dus zolang we wachten op de cruciale ECB-bijeenkomst van 26 april zal de euro waarschijnlijk op ontwikkelingen elders reageren.

    Britse pond

    Het Britse pond presteerde vorige week het sterkst van de belangrijke G10-valuta’s. De koers van de munt werd gesteund door het feit dat de politieke onzekerheid rond de Brexit steeds verder afneemt. Ook de toenemende overtuiging dat de Bank of England de rente in mei weer zal verhogen droeg bij aan de positieve toon.

    De rapporten over de inflatie en de arbeidsmarkt die deze week verschijnen leveren de laatste belangrijke gegevenspunten op voorafgaand aan de besluitvorming door het MPC. Wij denken dat de renteverhoging zeker is, onder voorbehoud van hele schokkende negatieve verrassingen, en dat de opwaartse trend van het pond ten opzichte van de euro zal aanhouden.

    Amerikaanse dollar

    De notulen van de bijeenkomst van de Federal Reserve van maart, die vorige week verschenen, waren in het algemeen hawkish. Het lijkt erop dat de meeste leden van de Fed hun verwachtingen over zowel de toestand op de Amerikaanse arbeidsmarkt als het tempo van de noodzakelijke renteverhogingen hebben opgeschroefd. In het inflatierapport van de maand maart kwam de kerninflatie (die de volatiele voedsel- en energieprijzen uitsluit) voor het eerst sinds 2016 boven de 2%-doelstelling van de Federal Reserve uit.

    Bij gebrek aan belangrijk macro-economisch nieuws zal de aandacht gericht zijn op de Fed-toespraken, waarvan er ongebruikelijk veel gepland staan.

    Door: Enrique Díaz-Álvarez (Ebury)

    Enrique Diaz-Alvarez is chief risk officer en staat aan het hoofd van het analistenteam van Ebury in New York. Vanwege zijn gedrevenheid, passie en gedegen kennis, wordt Enrique door Bloomberg erkend als een van de meest accurate voorspellers van de marktbewegingen.

    Over Ebury:

    Ebury maakt internationale markten toegankelijker met valutadiensten op maat en flexibel handelskrediet voor ondernemingen. Ebury werkt samen met ruim 12.000 organisaties en verricht 12 miljard euro aan valutatransacties in 140 verschillende valuta. Het bedrijf heeft kantoren in het Verenigd Koninkrijk, Nederland, Spanje en Polen. De speerpunten van Ebury:

    • Financiële diensten die normaal zijn voorbehouden aan grote multinationals
    • Financiering van uw aankopen
    • Marktkennis en valutadiensten op maat
    • Ons netwerk van liquidity providers en intermediaire banken
    • Transacties in ruim 140 verschillende valuta

    Meer informatie op www.ebury.nl

  • Tikkende tijdbom op de woningmarkt

    In oktober waarschuwde de Nederlandsche Bank voor de grote hoeveelheid aflossingsvrije hypotheken die Nederlandse huishoudens hebben. Met een totale hypotheekschuld van €670 miljard zitten we al vrij hoog in vergelijking met andere landen, maar daarvan blijkt ook nog eens meer dan de helft aflossingsvrij te zijn. Dat zijn hypotheken waarover alleen rente betaald hoeft te worden en waarbij het geleende bedrag pas aan het einde van de looptijd terugbetaald moet worden.

    Tussen 2034 en 2038 lopen veel van dit soort aflossingsvrije hypotheken af, maar het is nog maar de vraag of huishoudens met dergelijke hypotheken tegen die tijd voldoende vermogen hebben opgebouwd en in staat zijn een nieuwe hypotheek aan te vragen, zeker in een scenario waarin de rente flink stijgt of de huizenprijzen dalen.

    Waarom is de aflossingsvrije hypotheek zo gevaarlijk?

    De aflossingsvrije hypotheek werd ooit in het leven geroepen als een manier om nog meer geld te kunnen lenen en nog meer profijt te kunnen halen uit de hypotheekrenteaftrek. Omdat de lening gedurende de hele looptijd niet daalt profiteer je namelijk maximaal van het belastingvoordeel. Ook los je niets af, waardoor je meer geld overhoudt om andere leuke dingen te doen.

    Tot zover de voordelen, want eigenlijk is de aflossingsvrije hypotheek een financieel wanproduct waar de samenleving als geheel niet beter van geworden is. Huishoudens bouwen er namelijk geen vermogen mee op (tenzij ze vrijwillig aflossen), waardoor ze aan het einde van de looptijd van de hypotheek voor een nare verrassing kunnen komen te staan.

    Niet alleen vervalt na dertig jaar de mogelijkheid om hypotheekrente af te trekken, ook zijn mensen met een dergelijke hypotheek dan op een leeftijd waarop ze waarschijnlijk wat minder willen gaan werken. Dat maakt het doorrollen van de hypotheek geen vanzelfsprekendheid, omdat het zowel voor de bank als voor de consument een meer risicovolle onderneming wordt.

    Een andere mogelijkheid is om aan het einde van de looptijd van de aflossingsvrije hypotheek het huis te verkopen. Door de stijging van de huizenprijzen van de laatste jaren is de waarde van het onderpand op dit moment waarschijnlijk toereikend om de schuld af te lossen, maar niemand kan voorspellen hoe de huizenmarkt er over 15 tot 20 jaar bij ligt, als veel van dit soort aflossingsvrije hypotheken aflopen. Mogelijk zijn er dan heel veel huishoudens die er niet in slagen hun hypotheek door te rollen, wat betekent dat er in korte tijd heel veel woningen op de markt zullen komen. En je kunt wel raden wat dat voor gevolgen heeft voor de huizenprijzen…

    Veel aflossingsvrije hypotheken (Bron: DNB)

    Tikkende tijdbom

    De vele aflossingsvrije hypotheken die over 10 tot 20 jaar komen te vervallen zijn een risico voor huiseigenaren, maar ook voor de financiële sector en de samenleving als geheel. Daarover schrijft de Nederlandsche Bank in haar ‘Overzicht Financiële Stabiliteit‘ het volgende:

    Zo kunnen grootschalige woningverkopen in de periode dat veel aflossingsvrije hypotheken aflopen, gevolgen hebben voor de woningmarkt en huizenprijzen. Tussen 2035 tot 2038 loopt naar verwachting voor ruim 700 duizend huishoudens de aflossingsvrije lening af en eindigt hun recht op hypotheekrenteaftrek.

    In veel gevallen zal daarbij sprake zijn van een resterende schuld (zie grafiek 16). Dit kan tijdelijk leiden tot extra aanbod op de (koop)woningmarkt, en daarmee een drukkend effect hebben op huizenprijzen.

    Dit kan ook gevolgen hebben voor financiële instellingen. Wanneer klanten in de problemen komen bij het aflopen van hun hypotheek kan dit de reputatie van banken schaden en mogelijk tot schadeclaims leiden indien klanten onvoldoende zijn geïnformeerd.

    Vooral tussen 2034 en 2038 lopen veel hypotheken af (Bron: DNB)

    Steeds meer aflossingsvrije hypotheken

    Het is goed dat de Nederlandsche Bank zich bewust is van deze risico’s en daarvoor waarschuwt, maar het is nog maar de vraag of er voldoende urgentie is om dit probleem snel en effectief aan te pakken. Uit hetzelfde rapport blijkt namelijk ook dat er nog steeds aanzienlijk veel aflossingsvrij gefinancierd wordt. Sterker nog, de laatste jaren is de populariteit van deze risicovolle leenvorm alleen maar verder toegenomen!

    Sinds 2014 worden er weer meer aflossingsvrije hypotheken verstrekt (Bron: DNB)

    Hoe kan het dat de Nederlandsche Bank aan de ene kant waarschuwt voor de risico’s van aflossingsvrije hypotheken, terwijl er aan de andere kant ieder jaar miljarden euro’s aan aflossingsvrije hypotheekschuld in de woningmarkt gepompt worden. Waarom wordt deze vorm van lenen nog toegestaan, nu de huizenprijzen in stedelijke gebieden uit de pan rijzen en overkreditering op de loer ligt?

    Frank Knopers

    Deze column van Frank Knopers verscheen eerder op GoudstandaardGoudstandaard is gespecialiseerd in de verkoop en opslag van fysiek edelmetaal. Wilt u meer informatie over beleggen in edelmetalen? Bel ons op +31(0)88 46 88 488 of mail naar [email protected].




  • ECB wil noodlijdende banken kunnen helpen

    De ECB overweegt een nieuw beleidsinstrument waarmee ze noodlijdende banken direct van noodliquiditeit kan voorzien, zodat de bank in afgeslankte vorm met alleen de gezonde onderdelen een doorstart kan maken. Dat blijkt uit vertrouwelijke documenten die in handen zijn van Bloomberg.

    Het betreffende document gaat over een presentatie van de ECB die op 21 maart heeft plaatsgevonden en waarin gesproken werd over het ondersteunen van banken die dreigen om te vallen. Onder het Eurosystem Resolution Liquidity (ERL) systeem zou de Europese Centrale Bank meer ruimte moeten krijgen om banken met een liquiditeitsprobleem te ondersteunen.

    In hoeverre mag de ECB banken ondersteunen?

    Dit nieuwe instrument wordt in het document uitgelegd als een monetair beleidsinstrument, omdat het de centrale bank meer zekerheid geeft dat commerciële banken de officiële beleidsrente doorgeven aan de economie. Toch is een dergelijke maatregel controversieel, omdat de ECB bij wet verboden is activiteiten te ondersteunen die door publieke autoriteiten ondernomen kunnnen worden.

    ECB-bestuurslid Yves Merch waarschuwde eerder dit jaar al dat het afwikkelen van banken onder het resolutiemechanisme niet beïnvloedt mag worden door de aanname dat de centrale bank met liquiditeit over de brug zal komen.

    Liquiditeit voor probleembanken

    De vraag of de ECB noodliquiditeit moet verschaffen aan de bankensector speelt al sinds juni vorig jaar, toen het Spaanse Banco Popular Espanol werd opgedoekt en bij Banco Santander werd ondergebracht. Op dat moment kon er al snel een koper gevonden worden voor de noodlijdende Spaanse bank, maar dat zal niet altijd direct het geval zijn.

    Om te voorkomen dat een bank met een onzekere toekomst geen toegang meer kan krijgen tot de normale bronnen van liquiditeit zou de centrale bank willen voorzien in noodliquiditeit. Volgens Vitor Constancio, vice-president van de ECB, hebben de Bank of England en Amerikaanse financiële autoriteiten ook al dergelijke bevoegdheden.

    Om een noodlijdende bank op de korte termijn te kunnen helpen zou de ECB de eisen aan het onderpand kunnen versoepelen. Toen de centrale bank in 2011 en 2012 met haar LTRO-programma vele honderden miljarden aan noodliquiditeit beschikbaar stelde aan de Europese bankensector vroeg ze daar onderpand in de vorm van ‘investment grade’ obligaties voor terug. Zelfs die voorwaarde zou geschrapt kunnen worden en plaats kunnen maken voor een soort Europese garantie, zo meldt Bloomberg op basis van het document.

    Meer Europese vangnetten

    Het mag duidelijk zijn dat het laatste woord over de Europese bankenunie en de rol van de Europese Centrale Bank daarin nog niet gezegd is. Achter de schermen wordt er nog steeds volop gewerkt aan vangnetten die een volgende crisis kunnen opvangen.

    Zo kwam er met het Single Resolution Mechanism (SRM) een blauwdruk om probleembanken af te wikkelen, terwijl er met het European Stability Mechanism (ESM) een noodfonds kwam dat noodleningen kan verstrekken aan ‘probleemlanden’ binnen de Eurozone. Er zijn ook al plannen om dit fonds om te zetten tot een Europees Monetair Fonds. We blijven de ontwikkelingen op dit gebied in de gaten houden.

    Volg Marketupdate nu ook via Telegram

    Dit artikel wordt u aangeboden door Goudstandaard, uw adres voor de aankoop en verzekerde opslag van edelmetalen. Wilt u goud kopen? Neem dan contact op door te mailen naar [email protected] of door te bellen naar +31(0)88-4688488.

  • Wanneer wordt goud in Rusland vrijgesteld van btw?

    Beleggen in goud is sinds de introductie van de euro in de hele muntunie vrijgesteld van btw, met als doel het gebruik van goud als financieel instrument te stimuleren. Voor ons is dat inmiddels heel vanzelfsprekend, maar in veel andere landen betaal je nog wel belasting als je goud wilt kopen.

    Een voorbeeld daarvan is Rusland, een land dat zich de laatste jaren op de kaart heeft gezet als één van de grootste afnemers van het gele edelmetaal. Vorig jaar voegde de Russische centrale bank nog meer dan 200 ton goud aan de publieke goudvoorraad toe, maar door de hoge belasting van 18% op beleggingsgoud werden er de afgelopen jaren in Rusland weinig gouden munten en baren aan particulieren verkocht.

    Dat zou in de toekomst wel eens kunnen veranderen, want er gaan in Rusland steeds meer geluiden op om de aankoop van fysiek goud vrij te stellen van btw. Eind 2016 gingen vertegenwoordigers van de Russische goudsector en van de World Gold Council in gesprek over de ontwikkeling van de binnenlandse goudmarkt, waarbij een brede consensus werd bereikt over het schrappen van de btw op deze beleggingscategorie.

    Goud kopen zonder btw

    Accountantsbureau Ernst & Young onderzocht de Russische goudmarkt en concludeerde dat het schrappen van de belasting op gouden munten en baren uiteindelijk een positieve bijdrage kan leveren, omdat het via andere wegen uiteindelijk mee belastinginkomsten kan opleveren. Ook verwachten vertegenwoordigers van de Russische goudsector dat het schrappen van btw uiteindelijk meer investeringen zal uitlokken en dat het spaarders en beleggers de mogelijkheid biedt om te investeren in Russisch goud in plaats van vreemde valuta.

    De Westerse sancties tegen Rusland concentreren zich nu vooral op bepaalde invloedrijke personen en bedrijven en op de bankensector, maar het valt niet uit te sluiten dat er op termijn meer financiële sancties zullen volgen. De Russische centrale bank probeert zich daar al tegen in te dekken door haar goudvoorraad verder uit te breiden, maar het Kremlin zou de markt een extra stimulans kunnen geven door ook beleggingsgoud vrij te stellen van belasting.

    Volg Marketupdate nu ook via Telegram

    Dit artikel wordt u aangeboden door Goudstandaard, uw adres voor de aankoop en verzekerde opslag van edelmetalen. Wilt u goud kopen? Neem dan contact op door te mailen naar [email protected] of door te bellen naar +31(0)88-4688488.

  • Onrust Syrië stuwt goudprijs omhoog

    De toegenomen dreiging van een militair conflict in Syrië zorgde voor een vlucht richting veilige havens, want de goudprijs steeg woensdag met meer dan 1% tot boven de €35.300 per kilogram. In dollars gemeten kwam de prijs boven de $1.360 per troy ounce en bereikte daarmee het hoogste niveau in dollars sinds augustus 2016. De zilverprijs ging met een vergelijkbaar percentage omhoog, maar staat met een prijs van €437 per kilo nog steeds op een relatief laag niveau. Ook de olieprijs reageerde op de dreigende oorlogstaal, want de prijs van een vat WTI maakte een sprong van ruim 2% tot $66,50.

    De geopolitieke spanningen zijn het afgelopen weekend opnieuw opgelaaid door berichten over een nieuwe chemische aanval in Syrië. En hoewel er nog geen bewijs voor is wordt er reeds met de beschuldigende vinger gewezen naar de regering van Assad. Later volgde een Israëlische luchtaanval op een Syrische militaire luchtbasis, waarbij naar verluid veertien mensen om het leven zijn gekomen. De Verenigde Staten hebben al gedreigd met een mogelijke vergeldingsactie, terwijl de Russische president Poetin het voor Assad blijft opnemen door te zeggen dat zijn land alle luchtaanvallen op Syrië zal proberen af te slaan.

    Goudprijs hoger door oplopende geopolitieke spanningen (Bron: Goudstandaard)

    Stijging goudprijs

    De toenemende geopolitieke spanningen kunnen van grote invloed zijn op de goudprijs, omdat oplopende geopolitieke spanningen ook gepaard kunnen gaan met economische sancties of zelfs economische schade. Het edelmetaal vervult dan een rol van veilige haven, omdat het geen tegenpartij risico kent en buiten het financiële systeem bewaard en verhandeld kan worden. De stijging van de olieprijs betekent dat handelaren meer onzekerheid incalculeren over toekomstige leveringen van olie en daarom op korte termijn meer voorraad willen inslaan.

    Verschillende analisten verwachten dat de goudprijs dit jaar door de $1.400 per troy ounce zal breken, als gevolg van een combinatie van oplopende geopolitieke spanningen, een toenemend begrotingstekort in de Verenigde Staten en de dreiging van meer handelsbelemmeringen tussen de Verenigde Staten en China.