Blog

  • Grafiek: Huizenprijzen in goud vanaf 1969

    De huizenprijzen in Nederland stijgen de laatste jaren weer, maar hoeveel kilo goud kost een gemiddeld huis eigenlijk? We verzamelden de cijfers en maakten daar de volgende grafiek van, die in één oogopslag laat zien hoeveel goud je vanaf 1969 tot en met nu moet neerleggen om een huis te kopen. Door de huizenprijzen niet in euro’s, maar in een edelmetaal uit te drukken dat al duizenden jaren als waardevol beschouwd wordt, krijgen we een heel andere kijk op de ontwikkeling van de huizenprijzen in Nederland.

    Toen de huizenmarkt in 2008 naar een recordniveau steeg, was de prijs uitgedrukt in goud al vier jaar aan het dalen. Betaalde je in 2004 omgerekend meer dan 23 kilo goud voor een gemiddelde woning, acht jaar later was dat gezakt tot minder dan 6 kilo goud. Dat is een waardedaling van meer dan 70%. Sindsdien zijn de huizenprijzen dankzij de extreem lage rente weer wat gestegen, waardoor je vandaag de dag 7,5 kilogram goud moet neertellen voor een gemiddelde woning.

    We zien dat de koopkracht van goud de afgelopen jaren sterk is toegenomen. In de jaren ’80 waren woningen in Nederland naar verhouding nog goedkoper, vooral omdat de hypotheekrente in die periode richting de dubbele cijfers steeg. Daardoor kon men simpelweg minder geld lenen om een huis te kopen en waren meer mensen gedwongen te gaan huren. De goudprijs begon in 1980 te dalen en bereikte rond de eeuwwisseling een bodem van minder dan $300 per troy ounce.

    huizenprijzen-nederland-goud

    Huizenprijzen Nederland in kilo goud

    Huizenprijzen versus goud

    Als aanvulling op bovenstaande grafiek hebben we ook de prijsontwikkeling van goud en huizen in euro’s doorgerekend. De goudprijs voor de introductie van de euro heeft de World Gold Council berekend op basis van de belangrijkste Europese valuta. Sinds 1969 is de prijs van het edelmetaal met een factor vijftig gestegen, terwijl de huizenprijzen ‘slechts’ dertien keer zo hoog zijn als 47 jaar geleden. Is goud daarmee een betere belegging dan vastgoed?

    huizenprijzen-goud-grafiek-gs

    Goudprijs versus huizenprijzen sinds 1969

    hollandgold-logo

    Deze bijdrage wordt u aangeboden door Hollandgold

  • Column: Geldcreatie wordt ‘salonfähig’

    Column: Geldcreatie wordt ‘salonfähig’

    De discussie over ons geldstelsel wordt steeds opener en veelzijdiger. Recentelijk heeft de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid (WRR) een boeiend rapport uitgebracht met een flink aantal zinnige aanbevelingen, met als rode draden:

    • Vergis je niet in de financiële instabiliteit van dit moment, die blijft zorgwekkend.
    • Zorg dat het financieel stelsel beter verankerd en minder dominant wordt door verandering van leidende waarden (minder winstmaximalisatie, meer dienstbaarheid), en strakkere beleidsregels als hogere eisen aan het eigen financieel vermogen van banken,
    • Beperk verleidingen als de hypotheekaftrek om schulden aan te gaan.

    wrr-rapportFinanciële instabiliteit

    De zorgen van de WRR worden gevoed door inderdaad donkere wolken aan het financiële firmament. Zie bijvoorbeeld de zwakke positie van de Deutsche Bank en van diverse Italiaanse en Griekse banken, lees het recente boek van Joseph Stiglitz over de euro. Stiglitz gaat in zijn aanbevelingen over de euro verder dan menigeen in de wereld van economen en politici. Hij bepleit stevige hervormingen. Ofwel komt er een veel verder gaande integratie van de EU-landen op financieel-economische gebied, dan wel gaat de euro, zeker in zijn huidige vorm, op de helling.

    Terechte zorgen en conclusies. Tegelijkertijd valt mij op dat in beide publicaties geen aandacht is voor een ander aspect van het vigerende financiële stelsel. Dat is het onderwerp van de geldcreatie, zie ook mijn eerdere column hierover. Dat is vreemd. Op verschillende andere plekken en momenten wordt hierover een stevige discussie gevoerd. Een discussie waarbij dit onderwerp steeds meer geoperationaliseerd wordt.

    De kernvraag daarbij is: gaan wij door met het vigerende stelsel waarbij het overgrote deel van het geld gecreëerd wordt door private banken, geleid door het principe van de winstmaximalisatie? Of wordt het monopolie van alle geldcreatie bij de overheid gelegd en dan geleid door principes van maatschappelijk nut en noodzaak?

    KPMG rapport

    hpmg-money-issuanceZoals bekend is de omvang van de (digitale) geldcreatie door de private banken veel omvangrijker dan de totale geldcreatie door de centrale banken. Dat is een van de oorzaken van de financiële kwetsbaarheid zoals die zichtbaar werd bij de Lehman crisis van 2008. Dit probleem heeft geleid tot allerlei aanscherpingen van de bankregels, voornamelijk op het gebied van de aan te houden buffers.

    Terecht acht de WRR ‘een hoger eigen vermogen dan de huidige (ongewogen) 4 % ratio noodzakelijk en wenselijk’. Maar, in het licht van de discussie over geldcreatie is deze aanbeveling nauwelijks meer dan een doekje voor het bloeden. Eigenlijk wordt een meer fundamentele discussie over het financieel stelsel ontlopen. Het lijkt er haast op dat in de kringen die er toe doen in Nederland, waaronder de WRR, de durf ontbreekt – en ook de legitimatie – om het daar wel over te hebben.

    En dan is het verheugend dat recentelijk een nuttig rapport is verschenen van een instelling die in de gevestigde financiële kringen er misschien wel toe doet, namelijk de KPMG. Tot mijn verbazing heeft het in Nederland voor zover ik kan nagaan in de pers geen aandacht gekregen.

    Dat rapport is gemaakt op verzoek van de premier van IJsland en is getiteld: Money Issuance – Alternative Monetary Systems. Het geeft een helder overzicht van de kenmerken van het huidige dominante systeem van geldcreatie. En stelt daar tegenover een eveneens helder overzicht van een alternatief model dat ‘Sovereign Money System’ wordt genoemd, afgekort als SM. In dat laatste model is geldcreatie de uitsluitende bevoegdheid van de publieke overheid. Die bevoegdheid ligt dan, aldus veronderstelt KPMG, bij een Monetary Policy Committee. De uitvoering van die bevoegdheid vindt plaats via de centrale bank.

    Modaliteiten van geldcreatie

    In het rapport komen verschillende modaliteiten aan de orde om geld in de samenleving te brengen. Bijvoorbeeld door opkoping van schuldpapier van de overheid. Of door directe verruiming van de financiële middelen van de overheid als gevolg waarvan belastingen verlaagd kunnen worden en dus consumenten en bedrijven meer kunnen spenderen. Of, een andere mogelijkheid: dat aan de overheid geld verschaft wordt om extra inspanningen te verrichten via uitbreiding van overheidsprogramma’s en investeringen.

    Ook kan geld in omloop gebracht worden via de particuliere banken, doordat zij gebruik kunnen maken van extra voor hen gecreëerde tegoeden bij de centrale bank. Interessant is ook de mogelijkheid van het zogeheten helikoptergeld, bijvoorbeeld rechtstreekse verstrekking van gelden aan de gezinshuishoudingen en consumenten, om zo de economie te stimuleren. Deze variant wordt ook en steeds meer genoemd als mogelijkheid voor de ECB om meer geld in de economie te brengen.

    Het rapport geeft handige overzichten van de kernbegrippen en van de overeenkomsten en verschillen tussen het huidige stelsel en het SM stelsel. Het maakt duidelijk dat de overgang naar een SM stelsel verregaande gevolgen heeft voor de particuliere banken. Zo zal voor hen het beginsel van Full Reserve Banking gelden, de bij hen ondergebrachte gelden moeten volledig gedekt en dus oproepbaar zijn. Ook zal nauwelijks ruimte zijn om nog als zakenbank te functioneren. Een dergelijk stelsel maakt buffers als 4% (of hoger) tot peanuts.

    De politiek

    Het rapport van KPMG bevat een helder overzicht van de politieke gremia waarbinnen de discussie over het SM systeem, of elementen daaruit gevoerd is. Daaronder het Amerikaanse congres, het Britse parlement, het parlement van IJsland, de Nederlandse Tweede Kamer, en de Zwitserse regering en parlement naar aanleiding van een mogelijk te houden referendum. De discussie in de Nederlandse Tweede Kamer vloeide voort uit een zogenoemd Burgerinitiatief Ons Geld. Het leidde o.a. tot het besluit om de WRR te vragen een standpunt hieromtrent te ontwikkelen.

    In Reykjavik vond n.a.v. het KPMG rapport een discussie plaats met deelname van de gouverneur van de centrale bank van IJsland, Már Guðmundsson. Deze liet zich nogal kritisch uit over het SM stelsel, o.a. met het argument dat geldcreatie door de overheid leidt tot inflatie. Hij werd weersproken door Martin Wolf van de Financial Times. De discussie leidde tot de conclusie dat het tijd wordt om een experiment met het SM stelsel te starten. IJsland zou daarvoor volgens sommigen een handige plek zijn. Maar de gouverneur gaf er de voorkeur aan om die eer aan het Verenigd Koninkrijk te laten, daarmee van de Brexit nood een deugd makend.




    De academische literatuur

    De positieve stemming op de bijeenkomst in Reykjavik was mede te danken aan een indrukwekkend overzicht in het KPMG rapport van wat genoemd wordt de academische discussie over dit onderwerp. Daaruit blijkt, ook tot mijn verrassing, dat al heel wat auteurs en onderzoekers zich met het onderwerp hebben bezig gehouden. Blijkt ook dat in de geraadpleegde literatuur er zich een overeenstemming lijkt af te tekenen dat het goed zou zijn om over te gaan op een SM stelsel. Tot de voordelen wordt gerekend dat het tot scherpe vermindering zo niet het verdwijnen van zeker de publieke schulden - maar ook waarschijnlijk private schulden - zal leiden. Daarnaast dat SM zou leiden tot lagere inflatie. Ook zou de kans op systeemcrises zoals wij die gekend hebben en kennen als gevolg van de dreigende ondergang van systeembanken voorkomen kunnen worden. Daarentegen zijn uit de literatuur ook kritische conclusies te trekken. Het SM systeem zou bijvoorbeeld kunnen leiden tot een afname van private besparingen en daarmee ook van private investeringen. Daarnaast is een zekere huiver te vinden omtrent de inrichting van het transitieproces. Dat proces zou immers tot grote onzekerheden kunnen leiden. Die kritiekpunten nemen niet weg dat volgens het KPMG rapport uit de academische literatuur een overwegend positieve beoordeling van de noodzaak en het belang van een SM stelsel valt af te leiden.

    Salonfähig

    Het KPMG rapport kan wat mij betreft de volle vijf sterren krijgen. Het is helder geschreven, met handige schema’s en andere overzichten van de verschillende onderwerpen. Het maakt de discussie over geldcreatie salonfähig. Het rapport kan ook zó, in deze vorm dus, als lesmateriaal gebruikt worden. Dat neemt niet weg dat verschillende andere onderwerpen, ook relevant voor deze discussie, nog te weinig aandacht krijgen. Een daarvan is dat de overgang naar een SM stelsel nauwelijks geoperationaliseerd wordt. Dat is een terecht kritiekpunt vanuit sommige academische publicaties. Een ander zeer relevant onderwerp is dat van de inkrimping van de geldhoeveelheid. Geldcreatie krijgt ruime aandacht, krimp niet. En dat terwijl de noodzaak van krimp zeer relevant kan zijn, zoals wij in Nederland hebben ervaren met de geldzuivering na de Tweede Wereldoorlog doorgevoerd door toenmalig minister van financiën Piet Lieftinck. In het rapport blijft onduidelijk op welke gronden de geldhoeveelheid moet worden uitgebreid of ingekrompen. Het rapport suggereert een beleid op traditionele gronden als voorkomen van te hoge inflatie dan wel deflatie, en het stimuleren van verdere bbp-groei. Ik zou zeggen dat de overgang naar een SM stelsel op zich natuurlijk positief kan zijn. Echter, het moet vooral gericht zijn op het vergemakkelijken van de transitie van de samenleving richting minder armoede en ongelijkheid en ecocide.

    Flankerend sociaal beleid

    Tot slot, de overgang naar een SM-stelsel zal ongetwijfeld impliceren dat de financiële sector, de banken voorop, wordt ingekrompen. Dat betekent o.a. een verdere daling van de werkgelegenheid. Het is van groot belang, alleen al vanwege redenen van politieke opportuniteit maar ook uit oogpunt van rechtvaardigheid, om ook dat vraagstuk te operationaliseren en oplossingen aan te dragen. Op zijn minst moet een sociale paragraaf worden ontwikkeld, gericht op het opvangen van de ergste sociale problemen voortvloeiend uit de groeiende werkloosheid in de sector. Daarnaast moet een structureel beleid ontwikkeld worden gericht op algemene verkorting van de (betaalde) arbeidsweek en op brede herverdeling van de arbeid. Voor meer teksten van Lou Keune, zie www.loukeune.nl of www.platformdse.org.

  • Noam Chomsky veegt vloer aan met CETA en TTIP

    Noam Chomsky veegt vloer aan met CETA en TTIP

    Het TTIP handelsverdrag met de Verenigde Staten is er nog niet door, maar het soortgelijke CETA handelsverdrag tussen de Europese Unie en Canada is al bijna rond. Dit verdrag geeft nog meer macht aan grote bedrijven, zoals de mogelijkheid om overheden aan te klagen voor misgelopen inkomsten. Volgens de Amerikaanse filosoof en media-criticus Noam Chomsky is dat reden om dit soort verdragen niet te vertrouwen. In de volgende video van twee minuten legt hij uit waarom.

    Noam Chomsky: “Deze zogenaamde vrijhandelsakkoorden zijn geen vrijhandelsakkoorden. Voor een groot deel zijn het zelfs geen handelsakkoorden, het zijn akkoorden over rechten van investeerders. Er is een reden waarom ze geheim worden gehouden voor het publiek. Zodra je ze gezien hebt begrijp je waarom. Maar deze handelsverdragen zijn geen geheim voor de advocaten van grote bedrijven en voor de lobbyisten die de gedetailleerde regulering schrijven.

    Natuurlijk is dit in het belang van diegene waarvoor ze werken en dat is niet voor het grote publiek. Het zijn dus zeer protectionistische verdragen, in het belang van private partijen. De zogenaamde intellectuele eigendomsrechten en patenten, die effectief de prijzen verhogen, hebben een enorme impact op economieën. Het is fantastische voor de grote farmaceutische bedrijven, de media-conglomeraten en anderen.

    Investeerders en bedrijven krijgen met deze verdragen het recht om overheden aan te klagen. Dat is iets wat jij en ik niet kunnen doen, maar een bedrijf dus wel. Zij kunnen overheden aanklagen voor het schaden van potentiële toekomstige winsten. Je kunt je voorstellen wat dat betekent.”

  • China ruilt dollars voor Japanse yen

    China heeft in de eerste acht maanden van dit jaar voor omgerekend $86,6 miljard aan Japanse staatsobligaties gekocht, ruim drie keer zoveel als in dezelfde periode van vorig jaar. Dat schrijft de Nikkei Asian Review op basis van cijfers van het Japanse ministerie van Financiën. De centrale bank van China wil meer diversificatie en ruilt daarom dollarreserves in voor goud en andere valuta. Zo verkocht de People’s Bank of China in de eerste acht maanden van dit jaar ongeveer $48 miljard aan Amerikaanse staatsobligaties.

    Deze trend verklaart mogelijk waarom de Japanse munt dit jaar zo sterk in waarde gestegen is ten opzichte van de dollar. Kreeg je begin dit jaar nog 120 yen voor een Amerikaanse dollar, nu is dat nog maar 104. Volgens cijfers van het Japanse Ministerie van Financiën begon China in de tweede helft van vorig jaar op grote schaal yen’s te kopen. Opvallend is dat de Chinese centrale bank kiest voor staatsleningen met een korte looptijd, want het grootste deel wordt binnen één jaar alweer afgelost.

    japanese-yen-flickr-banner

    China koopt voor $86,6 miljard aan Japanse staatsobligaties

    China herziet valutareserves

    Eind 2013 liet de gouverneur van de Chinese centrale bank weten dat ze de valutareserves niet meer verder wilden uitbreiden. Een jaar later bereikte de totale valutareserve van China een recordniveau van omgerekend $4 biljoen, waarvan bijna één derde deel op dat moment bestond uit Amerikaanse staatsobligaties. Sindsdien heeft de centrale bank haar valutareserves met 20% verkleind tot in totaal $3,2 biljoen.

    De valutareserves van China bestaan nog steeds voor het grootste gedeelte uit Amerikaanse staatsobligaties, maar ten opzichte van een jaar geleden zakte het totaal met $85 miljard naar $1.185 miljard. Mogelijk anticipeert China op een renteverhoging door de Federal Reserve, waardoor de waarde van staatsobligaties zal dalen.

    De centrale bank van China wil de impact daarvan verkleinen door meer reserves in andere valuta en in fysiek goud aan te houden. Sinds het begin van dit jaar heeft het land 60 ton goud aan haar reserves toegevoegd, waarmee de totale goudreserve op 1.838 ton uitkomt.

    china-foreign-exchange-reserves-max

    China bouwt valutareserves af en zoekt diversificatie richting andere valuta en goud (Grafiek via Trading Economics)

    gs-logo-breed

    Deze bijdrage is afkomstig van Goudstandaard, uw adres voor aankoop, verkoop en verzekerde opslag van fysiek edelmetaal

  • Video: Zo volgt Rusland de Amerikaanse verkiezingen

    Video: Zo volgt Rusland de Amerikaanse verkiezingen

    Ook in Rusland wordt de verkiezingscampagne in de Verenigde Staten op de voet gevolgd. Het volgende fragment werd prime-time uitgezonden op de Russische televisie en geeft ons inzicht in hoe de Russen de verkiezingen beleven. De uitgelekte emails van Clinton, de publieke lastercampagne tegen Donald Trump en de agressieve toon die de Democratische presidentskandidate aanslaat over Rusland. Een opmerkelijk debat, waarin vooral politiek wetenschapper Vyacheslav Nikonov van zich laat horen.


  • Column: Zilver rechtstreeks van de mijn…

    Wat gebeurde er weer een hoop in de wereld de afgelopen week. En zoals we inmiddels helaas gewend zijn; de grote Westerse media besteedden er vrijwel geen aandacht aan. De meeste aandacht ging naar de roof van juwelen van een realityster en het verketteren van Donald Trump.

    De laatste keer dat er Duitse tanks verschenen voor de grens met Rusland (de voormalige Sovjet-Unie) was in 1941, toen Operatie “Barbarossa” van start ging. Hitler besloot toen om bondgenoot Stalin te verraden en Rusland met 3 miljoen soldaten, 3.000 tanks, 7.000 stuks artillerie en 2.500 vliegtuigen aan te vallen. Dat was nog altijd de grootste militaire operatie in de menselijke geschiedenis, maar wel één die uiteindelijk faalde. De Sovjet-Unie won uiteindelijk, maar aan het einde van de Tweede Wereldoorlog hadden ze wel meer dan 20 miljoen mensen verloren en volgens sommige schattingen nog vele miljoenen meer.




    anaconda-2016Ter vergelijking: Aan de kant van de Verenigde Staten waren ‘slechts’ 400.000 dodelijke slachtoffers te betreuren. Het is naar mijn mening niet zo vreemd dat de Russen gespannen raken, nu tanks van de NAVO (dus o.a. Duitse) opnieuw aan de grenzen worden gestationeerd. Ook de in Oost-Europa gelanceerde NAVO operatie ‘Anaconda 2016’, de grootste Westerse oorlogsoefening sinds het einde van de Koude Oorlog, doet bepaald geen goed in Moskou. Zo’n 31.000 NAVO soldaten oefenen in onder andere Polen op een snelle overwinning op Rusland, mocht het tot een oorlog komen. Voor de beeldvorming: Een anaconda is een grote slang die zijn prooi doodt door deze plat te drukken/wurgen...

    Oplopende spanningen

    Hillary Clinton vergeleek het optreden van Poetin in Oekraïne al eens met dat van Hitler eind jaren dertig, erg gevaarlijke taal allemaal. Ze heeft ook de gewoonte om alles wat fout gaat in deze wereld in de schoenen van de Russen te schuiven, kijk bijvoorbeeld naar haar e-mails die via Wikileaks uitlekten. Daar staan bizarre dingen in. Zonder enig bewijs wordt het openbaar maken van deze vertrouwelijke e-mails aan de Russen toegeschreven. De Duitse minister van BuZa Franz-Walter Steinmeier is één van de zeer weinige politici die een goed besef lijkt te hebben van de gevaren van deze operatie: ‘Wie gelooft dat een symbolische tankparade aan de oostelijke grens van de alliantie veiligheid zal brengen, heeft het mis. We zouden er goed aan doen om geen voorwendselen te creëren voor het hernieuwen van een oude confrontatie.’ Ik ben het volledig met hem eens. Beide kanten halen momenteel vreemde capriolen uit. Ik wil ook helemaal geen partij kiezen, maar laten we alsjeblieft in gesprek met elkaar blijven en begrip proberen te tonen voor elkaars standpunten,zodat we tot een vreedzame oplossing kunnen komen. Ik maak me er grote zorgen over. Albert Einstein zei ooit: “Ik weet niet welke wapens men zal gaan gebruiken in de Derde Wereldoorlog, maar de Vierde Wereldoorlog zal worden uitgevochten met stokken en stenen”.

    Zilver rechtstreeks van de mijn

    Nu over naar een onderwerp waar we allemaal interesse in hebben, namelijk edelmetaal. Een groot mijnbouwbedrijf dat hoofdzakelijk zilver uit de grond haalt, kwam met het nieuws naar buiten dat een grote Japanse producent van elektrische auto’s rechtstreeks contact met ze had opgenomen voor de levering van zilver. De reden daarvoor? De autofabrikant maakt zich zorgen over de toekomstige levering van het edelmetaal via de ‘gewone’ markt. silverbars-sprottmoney-teaserDit is volgens de CEO van het mijnbouwbedrijf een belangrijke ontwikkeling. Hieronder volgt een stuk uit het artikel wat naar mijn mening voor zich spreekt: “Silver is not a precious metal, it’s a strategic metal,” Neumeyer said in an interview in Vancouver, where the company is based. “Silver is the most electrically conductive material on the planet other than gold, and gold is too expensive to use in circuit boards, solar panels, electric cars. As we electrify the planet, we require more and more silver. There’s no substitute for it.”Industrial demand is set to increase, driven by rising incomes and growing penetration of technology in populous, developing nations, as well as thanks to new uses being found for silver’s anti-bacterial and reflective properties in everything from hospital paints to Band-Aids to windows. Dus naast de waarde als beleggingsobject heeft zilver naar de toekomst toe ook een enorm industrieel potentieel. De voorraad op deze wereld is maar beperkt… Sander Noordhof

    gs-logo-breed

    Deze column van Sander Noordhof verscheen afgelopen weekend op GoudstandaardGoudstandaard is gespecialiseerd in de verkoop en opslag van fysiek edelmetaal. Wilt u meer informatie over beleggen in edelmetalen? Bel ons op +31(0)88 46 88 488 of mail naar [email protected].

  • Hier zijn Amerikanen het meest bang voor…

    Hier zijn Amerikanen het meest bang voor…

    Waar vrezen de Amerikanen vandaag de dag het meest voor? Is dat een terreurdreiging? Een nieuwe financiële crisis? Klimaatverandering? Een onzekere financiële toekomst? Allemaal fout… Uit een recente onderzoek van onderzoeksbureau Statista onder ruim 1.500 willekeurig gekozen volwassenen in de Verenigde Staten blijkt dat deze zorgen weliswaar in de top tien staan, maar dat ze bij lange na niet door zoveel mensen gedeeld worden als de grootste zorg.

    De grootste angst die Amerikanen hebben is corruptie onder ambtenaren en politici. Maar liefst 60% van de respondenten zegt hier ‘bezorgd’ of ‘zeer bezorgd’ over te zijn. Dit bevestigt dat het vertrouwen van de Amerikaanse bevolking ten aanzien van de regering op een absoluut dieptepunt staat. Wat betekent dit voor de verkiezingen?

    chartoftheday_6353_americans_top_fears_in_2016_n

    Amerikanen meest bezorgd over corrupte ambtenaren en politici (Bron: Statista)




  • Column: Negatieve rente nieuw? Niet in Nederland!

    Sinds de invoering van de euro in 1999 bedroeg de gemiddelde inflatie in de eurozone en Nederland iets minder dan 2 procent per jaar. Daarmee is de ECB succesvol, immers de bank streeft naar een jaarlijkse inflatie van onder, maar dicht bij twee procent. Om de feestvreugde niet te vergallen zal ik maar niet noemen dat de totale inflatie sinds 1999 in Nederland zo’n 37 procent bedraagt. In de moderne monetaire wereld van de ECB heet dat prijsstabiliteit!?

    Maar ik dwaal af. Wat ik wilde opmerken is dat die periode van na 1999 daarmee enigszins te vergelijken is met de jaren na de Tweede Wereldoorlog in Nederland. Ook toen was de inflatie laag, gemiddeld stegen de prijzen tussen 1950 en 1958 met twee procent per jaar.

    Te lage rente

    Als we die periode vergelijken met de periode 1945-1950, dan leren we een wijze les. Tussen 1945 en 1950 was de inflatie in Nederland namelijk juist zeer hoog. Waarom? Door veel te lage rente. De les is niet alleen dat langdurig te lage rente uiteindelijk tot hoge inflatie leidt, maar ook dat het een slechte zaak is als de overheden zich bemoeien met het monetaire beleid. Tussen 1945 en 1950 ging in Nederland de regering namelijk feitelijk over de rente en niet De Nederlandsche Bank (DNB). edin-mujagicToen de bank vanaf 1950 de monetaire teugels naar zich toe trok, begon de inflatie rap te dalen (dit is één van de vele redenen waarom ik in mijn boek ‘Boeiend en geboeid: een monetaire geschiedenis van Nederland sinds 1814/1816’ per saldo concludeer dat we trots kunnen zijn op onze centrale bank, ondanks alle mitsen, maren en vraagtekens die bij sommige acties van DNB te plaatsen zijn). Cruciaal voor die goede prestatie in de jaren vijftig was dat de geldhoeveelheid met iets meer dan 4 procent per jaar steeg, wat alleszins redelijk is, zeker in de wetenschap dat de reële economische groei toen hoger lag.

    Neutraal monetair beleid

    Kortom, DNB was heel goed bezig, het uitgangspunt voor DNB in die periode, onder President Holtrop, was dat het monetaire beleid neutraal moest zijn om de economie niet te verstoren. Dat beleid moest de voorwaarden scheppen voor de economie om te groeien, maar mocht geen invloed hebben op hoeveel en waar bedrijven investeren en huishoudens lenen. Dit betekende dus ook dat DNB niets moest hebben van het kunstmatig oppeppen van de economie via lage rente en veel geld in omloop brengen. Ziedaar overigens nog een wijze les. Niet dat de ECB zich iets van de monetaire geschiedenis aantrekt helaas. Wat ook een rol speelde, was de opstelling van de vakbonden die zoveel mogelijk mensen aan het werk helpen belangrijker vonden dan de loonstijgingen op te voeren. De lonen stegen minder hard dan de productiviteit. Dat zorgde inderdaad niet alleen voor veel nieuwe banen leidde, ook betekende het dat er geen inflatoire druk kwam uit die hoek.

    Oplopende inflatie

    Vanaf 1958 veranderde dat echter. Doordat inmiddels velen een baan hadden, nam het ongenoegen over de relatief trage stijging van de lonen toe. In 1958 werden de loonstijgingen gekoppeld aan de, rap stijgende, productiviteit. Daarmee kwam de naoorlogse periode van de feitelijke loonmatiging ten einde en bouwde zich in de loop van de jaren zestig inflatoire druk in de Nederlandse economie. In 1964 stegen de lonen bijvoorbeeld met bijna 15 procent (ja, 15 procent, ik ben geen komma vergeten), nadat ze een jaar eerder al flink waren geklommen. Na enige tijd werd dat zichtbaar in de inflatiecijfers, de koopkracht van de gulden. Vanaf 1967 begonnen de prijzen namelijk behoorlijk rap te stijgen. DNB veroordeelde dit beleid van de regering keer op keer. De bank waarschuwde voor de gevolgen, namelijk hogere inflatie in latere jaren (wat dus inderdaad is gebeurd, met name sinds 1967) en noemde het inflatoire beleid een gevaar voor het vertrouwen in de gulden. De bank vond dat de negatieve aspecten van inflatie niet makkelijk of zelfs helemaal niet te compenseren zijn. Om met President Holtrop te spreken: "Er bestaat geen techniek om de gevolgen van inflatie voor alle bevolkingsgroepen te compenseren. Het is onredelijk om te gaan zoeken naar ingewikkelde maatregelen om te herstellen hetgeen fout is gegaan. Voorop moet staan dat er geen fouten gemaakt moeten worden."

    Harde gulden

    Hij en zijn opvolger Jelle Zijlstra namen regelmatig een afwijkend standpunt binnen de SER, dat het monetaire beleid neutraal moest zijn, was heilig. Zij streden daarmee ook voor een harde gulden. Dit is dé les waarvan ik hoop dat DNB en Klaas Knot zich aan houden nu ze onderdeel zijn van het Europese stelsel van de centrale banken. De noodzaak dat íemand in het ECB-bestuur dit keer op keer herhaalt is vooral groot omdat dat ECB-bestuur juist daarop haaks staande opvattingen heeft. DNB bekritiseerde het beleid van de opeenvolgende regeringen. Daar bleef het echter niet bij, de bank probeerde ook tegenmaatregelen te nemen. In 1962 bepaalde DNB dat de banken hun kredietverlening met vier procent per jaar mochten uitbreiden. Met name door de invloeden vanuit het buitenland werd die norm behoorlijk overschreden.

    cover-boek-resizedKapitaalvlucht naar gulden

    In 1969 legde DNB daarom kredietverlening verder aan banden. Om de instroom van kapitaal uit het buitenland voerde de bank in 1973 zelfs een beleid van negatieve rente. Het is dus feitelijk onjuist om anno 2016 te stellen dat Nederland voor het eerst ooit te maken heeft met een negatieve rente. Wie de moeite neemt zich een beetje te verdiepen in onze monetaire geschiedenis – uiteraard spoor ik u als auteur van een boek erover dat vooral te doen – weet het beter.

    Negatieve rente werkte niet

    Die negatieve rente van DNB in 1973 mocht overigens niet baten. De permanenten inflatoire druk vanuit het buitenland en overheidsbeleid in Nederland waren te sterk. Negatieve rente werkte toen niet en dat is een overeenkomst met het heden. De negatieve rentes van de ECB werken namelijk ook niet. Er zou niets aan de hand zijn als hiervoor zou gelden ‘baat het niet, dan schaadt het niet’. Helaas geldt er eerder ‘baat het niet, dan schaadt het wél’. Nu al, maar ik vrees dat het allemaal nog veel erger zal worden in de toekomst. Waarom? Ik sluit af met de wijze woorden van een andere DNB-President, Jelle Zijlstra, die ooit zei: "Gij kent dag nog uur, maar uiteindelijk zal liquiditeitsverruiming altijd tot inflatie leiden." En als ik toch al DNB-Presidenten citeer: met de woorden van Klaas Knot, geuit bij de presentatie van mijn boek, onder toeziend oog van de portretten van zijn voorgangers als Holtrop en Zijlstra, kan ik het alleen maar volledig mee eens zijn. “Die les (verwijzend naar de uitspraak van Zijlstra) en dat nadrukkelijk onder het voetlicht brengen is zeer belangrijk. We moeten die les nooit vergeten. Het menselijk geheugen is kort, die les mag nooit vergeten worden." Hear hear.

  • Analyse: Turkije wordt belangrijk voor Europese energiemarkt

    Analyse: Turkije wordt belangrijk voor Europese energiemarkt

    Turkije zal in de toekomst een belangrijke rol gaan spelen in de Europese energievoorziening. Met de aanleg van diverse nieuwe pijpleidingen ontstaat er een zuidelijke transportroute om aardgas uit Rusland en Azerbeidzjan naar de Europese markt te brengen.

    De aanleg van een zuidelijke transportroute maakt de energievoorziening naar Europa minder afhankelijk van bestaande routes door potentiële ‘risicogebieden’ als Oekraïne en de Baltische Staten. In dit artikel vatten we de laatste ontwikkelingen samen en beschrijven we kort welke pijpleidingen er allemaal op de planning staan.

    Turkish Stream

    Russia's President Putin shakes hands with Turkey's President Erdogan after a news conference at the Presidential Palace in AnkaraOp 10 oktober ondertekenden Poetin en Erdogan een overeenkomst over de aanleg van de Turkish Stream. Deze nieuwe transportroute bestaat uit twee gasleidingen die beide een capaciteit hebben van 15,75 miljard m³ gas per jaar. De eerste leiding zal rechtstreeks aardgas leveren aan Turkije, terwijl de tweede bedoeld is voor transport van aardgas richting de Europese markt. De pijpleiding door de Zwarte Zee wordt door Gazprom aangelegd en zal tegen het einde van 2019 gereed zijn. De Turkish Stream begint met twee pijpleidingen, maar in de toekomst kan de capaciteit verdubbeld worden door het aantal uit te breiden naar vier.
    "We zijn getuige van de ondertekening van het een overeenkomst tussen twee landen voor de bouw van de Turkish Stream. Als onderdeel van dit project en onze verdere samenwerking hebben we overeenstemming bereikt over een korting op aardgas voor Turkije. Op deze manier komen we dichterbij de realisering van het plan van de Turkse president om een belangrijk energieknooppunt in Turkije te bouwen", aldus Poetin.
    De aanleg van de Turkish Stream is dus niet alleen bedoeld om meer aardgas naar Turkije te exporteren, maar ook om een extra transportroute te hebben om de Europese gasmarkt te kunnen bedienen. Econoom Mark Thornton van het Ludwig von Mises Instute zei daar het volgende over tegenover Russia Today:
    "Europa is altijd al van Rusland afhankelijk geweest voor haar energievoorziening, vooral voor olie. Maar de laatste jaren is ook de afhankelijkheid van aardgas steeds groter geworden. Rusland is een van de weinige landen die voor een lange termijn energie kan exporteren. Natuurlijk is er de laatste decennia ook aanbod van energie uit het Verenigd Koninkrijk en Noorwegen. Maar de afhankelijkheid van Rusland voor energie gaat al een eeuw terug."
    De Turkse president Erdogan zei dat Turkije een belangrijke doorvoerhaven moet worden voor Europa en dat hij met Rusland wil samenwerken om dat doel te bereiken. Tijdens het World Energy Congress in Istanbul zei hij daar het volgende over:
    "Turkije wil een transportroute worden voor Europa en heeft de intentie om samen met Rusland een aanvoerroute te maken voor energietransport richting Europa. We kijken positief naar de Turkish Stream, die door Rusland ontwikkeld zal worden. Via deze pijpleiding kan het gas rechtstreeks door de Zwarte Zee naar de Balkan stromen."

    turkish-stream

    Turkish Stream levert gas richting Turkije en Europa (Bron: Gazprom)

    South Stream (gestopt in 2014)

    De aanleg van een zuidelijke transportroute richting Europa ging niet zonder slag of stoot. De Turkish Stream kwam namelijk pas op de agenda toen duidelijk werd dat Bulgarije geen medewerking wilde verlenen aan de aanleg van de South Stream. De South Stream was een initiatief van Rusland en Italië dat in 2007 werd aangekondigd. Het project werd in december 2014 gestaakt vanwege Europese bezwaren en de Westerse sancties die werden opgelegd na de ontwikkelingen in de Krim. Kort daarna kwamen Turkije en Griekenland in beeld voor de aanleg van een alternatieve route.

    south-stream-map-en

    In 2014 werd een streep gezet door het South Stream project (Bron: Gazprom)

    Trans Adriatic Pipeline (TAP)

    Op 30 september werd officieel het startschot gegeven voor de aanleg van de Trans Adriatic Pipeline (TAP), een 878 kilometer lange pijpleiding door Griekenland en Albanië. Via deze pijpleiding, die op het netwerk van Turkije aangesloten zal worden, kan aardgas uit Rusland en Azerbeidzjan verder gedistribueerd worden richting verschillende Zuid-Europese landen als Bulgarije, Bosnië-Herzegovina, Montenegro en Kroatië. Aan het andere uiteinde loopt de Trans Adriatic Pipeline door tot onder de Adriatische Zee richting het Italiaanse vasteland. Daarmee realiseert Italië op de lange termijn wat met de South Stream niet lukte, namelijk een nieuwe transportroute om de energievoorziening veilig te stellen. Deze nieuwe pijpleiding heeft een capaciteit van 10 miljard m³ gas per jaar, voldoende om 7 miljoen huishoudens van energie te voorzien. Het project moet in 2020 gereed zijn. Meer informatie over dit project is hier te vinden.

    tap-2

    Trans Adriatic Pipeline (TAP) brengt aardgas richting Europa (Bron: TAP-AG)

    Italië wil haar energievoorziening voor de toekomst veilig stellen en ziet Rusland daarin als een belangrijke handelspartner. Begin deze maand lieten verschillende Italiaanse energiebedrijven weten dat ze willen deelnemen in zowel de Nord Stream 2 als in projecten die aan de Turkish Stream verbonden zijn. "Italiaanse partners hebben belangstelling getoond. Het is geen geheim dat Saipem [onderdeel van het Italiaanse energiebedrijf Eni] deelneemt in de relevante procedures die Gazprom implementeert met betrekking tot de Nord Stream en de Turkish Stream", zo verklaarde Arkady Dvorkovich, plaatsvervangend vice-premier van Rusland tegenover persbureau TASS.

    Trans Anatolian Pipeline (TANAP)

    Met de Trans Anatolian Pipeline (TANAP) bouwt Turkije aan een zuidelijke transportroute van de Kaspische Zee tot aan de Turkse grens met Griekenland. Deze 1.841 kilometer lange gasleiding begint in Azerbeidzjan en loopt via Georgië en Turkije door richting Griekenland. Dit project werd in 2011 aangekondigd en in 2015 begon men met de daadwerkelijke constructie. Men verwacht dat de pijpleiding vanaf 2018 in gebruik genomen kan worden en vanaf 2020 ook gas naar Europa kan exporteren. De TANAP zal in het begin een capaciteit hebben van 16 miljard m³ gas per jaar, maar dat kan later met sterkere turbines verder opgeschaald worden tot maximaal 60 miljard m³. De TANAP zal worden aangesloten op de hierboven beschreven Trans Adriatic Pipeline, zodat het aardgas uit Azerbeidzjan de Europese markt kan bereiken. Daarmee realiseert Turkije haar plannen voor een Zuidelijke gascorridor naar Europa en versterkt het land haar strategische positie tussen Europa en Azië.

    tanap

    TANAP brengt aardgas van Azerbeidzjan naar Turkije en Europa (Bron: Wikipedia)

    Conclusie

    Als alles volgens plan loopt liggen er over vijf jaar drie nieuwe pijpleidingen die Turkije een grotere machtspositie geven ten aanzien van de energievoorziening van Europa. Ook wordt Griekenland een belangrijke schakel in de distributie van aardgas voor Europa. Rusland krijgt een extra transportroute om haar aardgas op de Turkse en Europese markt te brengen en Zuid-Europese landen worden minder afhankelijk van de bestaande transportroutes door Oekraïne en de Baltische Staten.

  • Gerald Celente: “China is op koopjesjacht”

    Gerald Celente: “China is op koopjesjacht”

    Een trendwatcher die we al jaren volgen is Gerald Celente van de Trends Journal. In deze video haalt hij de rode draad uit het nieuws van de afgelopen weken, met onder meer de Amerikaanse verkiezingen, de chaos in het Midden-Oosten, de manipulatie in de media en China dat wereldwijd vastgoed en bedrijven opkoopt om van haar dollars af te komen. Een interessante update!





  • Zimbabwe wil nieuwe munt introduceren

    Zimbabwe wil nieuwe munt introduceren

    Zimbabwe probeert zeven jaar na de hyperinflatie weer een eigen munt in omloop te brengen, zo schrijft Bloomberg. De centrale bank wil nieuwe biljetten van $2 en $5 uitgeven, waarvan de waarde gekoppeld is aan de Amerikaanse dollar. Het nieuwe geld, dat alleen in Zimbabwe de status van wettig betaalmiddel heeft, is gedekt door een lening van $200 miljoen van een niet nader genoemde geldschieter.

    Deze nieuwe Zimbabwaanse dollars moeten het tekort aan geld in de economie verlichten en als aanvulling dienen op alle buitenlandse valuta die in het betalingsverkeer gebruikt worden. Sinds de hyperinflatie gebruikt men onder meer Amerikaanse dollars, euro’s, Britse ponden, Zuid-Afrikaanse randen en Chinese yuan om betalingen te verrichten. Dat zijn buitenlandse valuta die het land alleen kan bemachtigen door meer goederen te exporteren dan te importeren of door geld te lenen in een vreemde valuta.




    Tekort aan geld

    Door de daling van de export komt er vandaag de dag te weinig buitenlands geld in de economie en dreigt de liquiditeit op te drogen. Daardoor worden salarissen steeds later betaald en wordt het geld dat er nog is steeds meer gehamsterd. De Zimbabwaanse regering probeert dit probleem op te lossen door nieuw geld in omloop te brengen. Het in omloop brengen van geld is één ding, maar het geaccepteerd krijgen van het geld is een ander verhaal. Voor de Zimbabwanen ligt de hyperinflatie van minder dan tien jaar geleden nog vers in het geheugen. Het geld werd zo waardeloos dat men met het grootste bankbiljet alleen nog maar drie eieren kon kopen. De economie kwam door een hyperinflatie compleet tot stilstand, want al het spaargeld verloor in een mum van tijd haar koopkracht. Het is dus maar de vraag of men het nieuwe geld zal accepteren. Het voorbeeld van Zimbabwe bewijst dat geld boven alles vertrouwen is. Is de tegenpartij die het geld in omloop brengt niet kredietwaardig, dan zal men het geld niet accepteren.

    zimbabwe_100_trillion_2009_obverse

    De herinneringen aan de waardeloze Zimbabwaanse dollar ligt nog vers in het geheugen (Afbeelding via Wikipedia)