Categorie: Columns

  • Centrale banken zijn bankiers voor de rijken

    Het is al een tijdje duidelijk dat de markten de koers van de Fed bepalen. Dat is het geval sinds het beleid van de Fed vooral gericht werd op het verhogen van de waarde van financial assets en pas in tweede instantie gericht werd op het verbeteren van de reele economie.

    Markten hebben dit keer waarschijnlijk heel weinig moeite hoeven doen de Fedbankiers te overtuigen van hun gelijk. De economische data zijn er in de VS de laatste tijd niet beter op geworden. De dienstensector laat de grootste vertraging van de groei zien sinds 2010. Die vertraging is zo mogelijk nog groter in de industriële sector. De groei van de economie over 2016 zal eerder op 1% uitkomen dan op de gehoopte 3%. De ontwikkelingen op de arbeidsmarkt stellen evenmin gerust en de inkomensgroei stagneert al sinds jaar en dag. Met de consumptie, toch een peiler onder groei, dreigt het ook de verkeerde kant op te gaan. De detailhandelsverkopen over augustus lieten een min zien.

    centrale-banken-herverdeling

    Centrale banken helpen voora de rijken

    Centrale banken helpen alleen de rijken

    Al deze negatieve data geven steeds vaker voedsel aan het idee, dat de meeste Amerikanen niet of amper geprofiteerd hebben van het beleid van de Fed. Sterker nog, ze zouden zelfs slachtoffer kunnen blijken van het monetaire beleid van de centrale bankiers. Een recente studie van Merrill Lynch wijst in die richting. Amerikanen hebben evenals de meeste Europeanen hun inkomen amper of niet zien groeien. Dat beetje loonsverbetering dat er was, is geen gevolg van het krachtenspel op de vrije markt maar van overheidsingrijpen.

    Veel Amerikaanse staten hebben recentelijk het verplichte minimumloon verhoogd. Bedrijven als McDonald’s of Wall Mart, waar de slechtst betaalde banen te vinden zijn, zagen zich gedwongen de lonen te verhogen. Bedrijven met veel laag betaalde werknemers zijn toch al geneigd de lonen iets te verhogen, omdat het reservoir van jonge laagopgeleide werknemers begint op te drogen. Dat is echter amper een basis voor een zeer brede loonsverhoging over alle sectoren van de economie.

    Obligatiehouders profiteren

    Obligatiehouders kunnen geruster adem halen. De rente op een Treasury met een looptijd van 2 jaar is alweer aan het dalen. Deze Treasury is zeer gevoelig voor verwachte veranderingen in het beleid van de Fed. De yield was recentelijk opgelopen naar 0,8%. Minder dan 50% verwacht nog dat de centrale bank in december de rente zal verhogen.

    Het is uiteraard niet helemaal eerlijk de Fed de groeiende ongelijkheid in de schoenen te schuiven. De pogingen van de centrale bankiers om de economie er bovenop te helpen waren oprecht. Zoals zo vaak traden er de nodige onverwachte bijverschijnselen op. Het royale monetaire beleid gaf grote bedrijven een sterke impuls om aandelen in te kopen en om te herfinancieren, om te investeren. Het beleid had eveneens als bijverschijnsel dat spaargelden van de doorsnee Amerikaan niets meer opleverden en dat pensioenfondsen steeds meer moeite hebben hun verplichtingen na te komen.

    Het zou zomaar kunnen dat de levensstandaard in de VS de komende jaren gaat dalen als de huidige werkenden met pensioen gaan. Het is derhalve niet zo vreemd dat steeds meer Amerikanen de Fed als de bank voor de rijken beschouwen. Die bevoordeling van de rijken gaat ten koste van Joe Sixpack/Jan Modaal.

    Binnen de Fed begint het besef door te dringen, dat het instituut snel aan geloofwaardigheid verliest bij grote delen van de Amerikaanse bevolking. Als er nieuw beleid uitgestippeld moet worden, dan zal dat waarschijnlijk niet langer automatisch goed uitpakken voor de beleggers in de S&P 500. Zo ver is het nog lang niet. Nog steeds profiteren vooral de rijken. Het zijn echter diezelfde rijken die op hun beurt steeds meer het vertrouwen in de Fed verliezen, omdat het in hun ogen toch nog slechts een kwestie van tijd is voordat de Fed de rente echt gaat verhogen. Het zijn en blijven verwarrende tijden. Overigens kun je de Fed gerust vervangen door de ECB. In dit deel van de wereld zijn de uitkomsten van het monetair beleid niet fundamenteel anders!

    Cor Wijtvliet

    Deze bijdrage is mogelijk gemaakt door Beurshalte

    beurshalte-logoOver Beurshalte:

    Dagelijks publiceert Beurshalte nieuwsbrieven en columns van leden van de redactie en van gastauteurs over de wereld van beleggen en alles wat ermee samenhangt. Daarnaast publiceert beurshalte wekelijks een nieuwsbrief met unieke inhoud over relevante beleggingsthema’s. Belangstellende lezers kunnen een gratis abonnement nemen. Als u geïnteresseerd bent, kunt u zich hier aanmelden!

    Disclaimer: Bovenstaand artikel is geen professioneel beleggingsadvies en het is ook geen uitnodiging om te gaan beleggen. Beleggen brengt kosten en risico’s met zich mee. In het verleden behaalde resultaten bieden geen garantie voor de toekomst. Het artikel is louter de persoonlijke mening van de auteur.

  • Pensioenfondsen besturen als een succesvolle voetbalclub?

    Voetbalclubs en voetbalbonden met teveel bureaucraten en te weinig voetbalkennis halen het allemaal niet. Bij pensioenfondsen is dit niet anders…..daar moet de echte revolutie nog beginnen. NA een slecht beleggingsjaar zullen (dure) directies van de te grote fondsen geen spijkers met koppen slaan om hun visie om te gooien. Dan gaat er toch wat fout???

    Als ik steeds de klaagverhalen van de pensioenfondsen zie langs komen bekruipt mij toch echt het gevoel dat deze vaak nog te zware en logge bedrijfstak niet heel kritisch is op zichzelf is. Natuurlijk kruipen ze graag bij elkaar in hun verhalen over negatieve rentes, het ouder worden van hun deelnemers om zo hun eigen mindere beleggingsprestaties te verdedigen.

    Gebrek aan kennis

    Uit eigen ervaring weet ik inmiddels dat vele pensioenfondsbeheerders gewoon te weinig kennis hebben van het profiteren van dalende beurzen en het beleggen met opties, turbo’s en grondstoffen. Het eerste pensioenfonds dat eens profiteert van een daling moet nog opgericht worden. Waarom geen actieve long /short strategie waar gewoon wel rendement te behalen is. De meeste fondsen leven nog in “gulden“ tijdperk met hun strategie en beleggingsvisie. Wat te denken van de kostenstructuur en de omvang van personeel en dure onervaren directie. De KNVB is het voorbeeld in voetballand hoe het niet moet, de pensioensector is op dezelfde weg. Tijd voor een spiegel en een radicaal ander beleid om wel rendement te maken!

    Volgens mij ligt de oplossing voor de pensioenproblemen vooral bij de pensioensector zelf. Welke opleidingseisen zijn er daar ? Welke kennis is aanwezig over mondiale ontwikkelingen en trends? Zetel verplaatsen naar minder grote en dure panden en eens echt actief (long en short) gaan beleggen zal een hoop ellende voor hun hardwerkende deelnemers schelen.

    Mogelijke vragen voortaan bij iedere sollicitatie moeten zijn:

    • Weet u wat een put optie is?
    • Weet u wat short gaan is?
    • Weet u wel dat onze premier zijn huidige economische groei gebouwd heeft op een mega schuldenberg?
    • Weet u wat grondstoffen kunnen doen om uw portefeuille te beschermen?
    • Heeft u zelf wel eens aandelen gekocht en verloren op de beurs? Is uw vrouw toen bij u gebleven?

    Bij één of meerdere NEE antwoorden deze kandidaat meteen via de achteruitgang weer naar huis sturen. Resultaten kunnen dan niet meer uitblijven wat ons aangaat. Zal even wennen worden al die nieuwe gezichten de eerste weken maar dan komen de groene cijfers vanzelf.

    dagboekvaneenbelegger-banner

    Bart Hoogakker (1966) begon al op zijn zestiende met beleggen en maakte onder andere de crash in 1987, de campinghausse van 1997 en de internetcrash van 2000 mee. Sinds 1992 geeft hij ook beleggingstrainingen en seminars, waarin hij zijn kennis en ervaring deelt met andere beleggers. U kunt Bart ontmoeten bij de diverse door hem en zijn partners georganiseerde beurscafés. Meer info daarover vindt op www.dagboekvaneenbelegger.nl

  • Italië is de moeder van alle systeemcrises

    George Friedman, de bekende geopolitieke specialist en – voorspeller, geeft in dit stuk zijn mening over de evolutie van de systeemcrisis waar de wereldeconomie mee kampt: Italië is al minstens acht maanden in crisis, maar de massamedia hebben dit niet eerder dan in juli uitgebracht. Deze crisis heeft geen enkel verband met de Brexit, ook al beweert de Brexit-oppositie het tegenovergestelde. Zelfs al had Groot-Brittannië vóór gestemd, dan nog zou de Italiaanse crisis in omvang toegenomen zijn.

    Het hoge aantal slechte leningen op de bankbalansen was al voor de Brexit een probleem. Alleen een spectaculaire verbetering van de economie zou het mogelijk maken om deze leningen af te lossen. En de Europese economie kan niet voldoende groeien om hierin behulpzaam te kunnen zijn.

    Italiaanse banken hebben op hun balans niet-presterende kredieten die eigenlijk reeds moesten afgeschreven zijn. Maar liefst zeventien procent van alle leningen zullen naar verwachting niet terugbetaald worden. De te verwachten schade zal niet alleen in de laars worden gevoeld. Italiaanse leningen worden verpakt en herverkocht en Italiaanse banken schrijven in op leningen van andere Europese banken. Die instellingen hebben op hun beurt leningen aangegaan met Italiaans staatspapier als onderpand. Italië is de vierde economie van Europa en in tegenstelling met Griekenland kan men gerust stellen dat het ‘la mamma’ is van alle systemische bedreigingen.




    Bail-ins, geen bail-outs

    De enige uitweg bestaat uit een bail-out door de regering. Italië maakt echter deel uit van de eurozone en dus is de mogelijkheid om zich 'uit de crisis te printen' beperkt. De regels van de Europese Unie (EU) maken het bovendien moeilijk voor overheden om banken te redden met belastinggeld (bail-out). De EU hanteert nu een bail-in strategie wat inhoudt dat schuldeisers en depositohouders van een falende bank hun geld dreigen kwijt te raken. Dat is hetgeen de EU aan Cyprus oplegde. In Cyprus werden deposito's van meer dan 100.000 euro in beslag genomen om de schulden van de lokale banken te delgen. Een deel van deze sommen werd teruggestort, het grootste gedeelte niet. De bail-in is een formule die tot bankruns aanzet. Het in Cyprus geconfisqueerde geld was afkomstig van pensioenfondsen en lonen. Rome wil er zeker van zijn dat depositohouders hun deposito's niet kwijtraken, want een run op de banken staat garant voor een heuse meltdown. En een ineenstorting zou de regering doen vallen en de weg vrijmaken voor de eurosceptische 'Vijfsterrenbeweging' van Beppe Grillo. De bail-in regel is in voege omdat Duitsland geen belastinggeld wil gebruiken om financiële instellingen te redden via een bail-out. De groeiende populariteit van de nationalistische partij 'Alternative für Deutschland' bewijst dat het anti-Europese sentiment bij onze oosterburen sterk toeneemt. De Duitsers zitten met het gevoel dat vooral zij de fiscale verantwoordelijkheid dragen voor de eurozone en wensen niet meer te blijven betalen voor het onverantwoordelijke gedrag van anderen (Zuid-Europa). De Duitse regering is dus gebonden en kant zich bewust tegen een Europees depositogarantiesysteem omdat dit 'Heimatgeld' op het spel zou zetten. En Duitsland zal ook niet toelaten dat er zomaar eurogeld zal worden gedrukt, daarvoor is de herinnering aan de hyperinflatie van de twintiger jaren van vorige eeuw nog te levendig. De Italianen kunnen dus hun problemen alleen aanpakken door de EU-regels te veronachtzamen, wat ze momenteel ook doen.

    Crisis deint uit

    En er broeit een andere Europese crisis. Duitsland haalt bijna de helft van haar bruto binnenlands product (bbp) uit export. Ondanks alle discipline en soberheid die de Duitsers zo kenmerken, blijft er het feit dat hun welvaart goeddeels afhangt van hun bekwaamheid om te exporteren. Maar die exportkracht hangt uiteindelijk ook af van de behoeften en de financiële gezondheid van hun buitenlandse klanten. Duitsland voert veel uit naar de EU en de Italiaanse crisis zou een Europese bankencrisis kunnen veroorzaken. Dat zou de Duitse export behoorlijk pijn doen, het bbp naar beneden halen en de werkloosheid doen oplopen. Het is dus niet meer dan logisch dat de Duitsers er alles aan zouden doen om een Italiaanse faling af te wenden. Maar kanselier Merkel voelt er niet veel voor om haar landgenoten te vertellen dat hun economie afhankelijk is van de gezondheidstoestand van Italië. De productie van Duitse kapitaalgoederen viel met 4% terug ten opzichte van de maand ervoor. De productie van consumptieproducten steeg met slechts 0,5%. Het staat vast dat de Duitse consumentenmarkt mogelijke exportverliezen op geen enkele manier kan opvangen. Het zakenleven bij onze oosterburen is zich bewust van dat gevaar. Daarbij komt nog dat het Internationaal Monetair Fonds (IMF) onlangs verklaarde dat Deutsche Bank, de grootste bank van Duitsland, het belangrijkste systeemrisico vormt voor de wereldeconomie. Een faillissement zoals dat van Italië zou in Europa een kettingeffect tot gevolg hebben dat ook Deutsche Bank zou raken.

    Het Amerikaanse puzzelstuk

    Toch vormt een Amerikaanse recessie de echte bedreiging voor Duitsland. Recessies zijn een normaal fenomeen, het zijn cyclische gebeurtenissen die nodig zijn om de economische efficiëntie te behouden en die inefficiënte bedrijven doen verdwijnen. De Verenigde Staten worden gemiddeld om de zes à zeven jaar geconfronteerd met een recessie. Momenteel huist er in het monetair beleid en in de economie een hoop irrationaliteit. De rentecurve begint af te vlakken. Normaal gesproken wordt een recessie drie à zes maanden voorafgegaan door een grote neergang van de financiële markten. Dat betekent dat we dit jaar allicht geen recessie zullen krijgen, maar mogelijk wel in 2017. Omdat er stagnatie is in Europa, heeft Duitsland haar exportactiviteiten verlegd naar andere landen en in het bijzonder naar de Verenigde Staten. Als in Amerika de economie terugvalt, zal ook de vraag naar Duitse goederen afnemen. Voor Duitsland echter betekent een exportdaling van 1% dat het bbp met een half procent terugvalt. Gezien de huidige minimale groei, zou de val van enkele procenten de Duitse economie in een recessie brengen en hoge werkloosheid veroorzaken. Een Amerikaans conjunctuurprobleem zou niet alleen Duitsland raken, maar ook de rest van Europa. Vele landen voeren uit naar de VS, hetzij rechtstreeks of via het produceren van componenten voor Duitse en Britse producten. De VS zijn enigszins blootgesteld aan buitenlandse wanbetalingen, maar niet voldoende om het Amerikaanse financieel-economische systeem neer te halen. Amerika is, meer dan Europa, een tamelijk zelfvoorzienende economie en minder afhankelijk van export.

    De 'big picture'

    De EU dient de Italiaanse en Duitse problemen aan te pakken, maar haar regelgeving maakt het vinden van oplossingen heel moeilijk. Wat er in Europa gebeurt, is in de eerste plaats een politieke en bestuurlijke crisis. Het Europese stelsel werd gecreëerd om vrede en welvaart te bevorderen, niet om een complexe economie te beheren. De argumentatie van diegenen die gekant zijn tegen internationalisme is simpel. Soms falen de grote internationale systemen. Des te minder men verstrikt in -en afhankelijk is - van deze systemen, des te minder schade men zal ondervinden. En vermits deze systemische ongelukken in het verleden geleid hebben tot politieke conflicten en crisissen, krijgt het pleidooi voor nationalisme meer wind in de zeilen. Het is evident dat een systeemcrisis hoe dan ook zal leiden tot toenemend nationalisme. Bron: Mauldin Economics (Dit artikel verscheen eerder op het blog systeemcrisis.blogspot.nl)

  • Column: Besluiteloosheid

    Afgelopen vrijdag kwam Federal Reserve bestuurslid Rosengren met een waarschuwing die we naar mijn mening zeer serieus moeten nemen. In een column op de website van de Boston Fed schrijft hij dat het nu echt tijd is voor de Amerikaanse centrale bank om de rente te verhogen. Wacht men daar te lang mee, dan zou dat wel eens zeer nadelige gevolgen kunnen hebben voor het herstel van de economie.

    Houdt de centrale bank te lang vast aan de extreem lage rente, dan riskeren we volgens Rosengren een oververhitting van de economie, die gepaard zal gaan met het uit de hand lopen van de inflatie en met bubbels in de financiële markten. Dat is in het verleden al meerdere keren voorgekomen en Rosengren vreest dat de centrale bank nu precies dezelfde fout maakt door te wachten met een renteverhoging.

    Centraal bankiers kunnen wel zeggen dat ze streven naar een ‘zachte landing’ van de economie, maar de praktijk leert ons dat het bijna altijd uitdraait op een harde landing. En die gaat gepaard met faillissementen, oplopende werkloosheid en grote verliezen voor onze pensioenfondsen.

    Rente blijft laag

    Ik vind het onbegrijpelijk dat er binnen de Federal Reserve zo weinig geluisterd wordt naar deze kritische geluiden. De centrale bank besloot afgelopen week voor de zoveelste keer de rente ongewijzigd te laten, terwijl ze begin dit jaar nog haar voornemen uitsprak om de rente dit jaar met een paar stappen te verhogen.

    De besluiteloosheid van de Federal Reserve doet het vertrouwen in de centrale bank en in de Amerikaanse dollar geen goed. Na drie monetaire stimuleringsprogramma’s en acht jaar van nul rente is de economie volgens Yellen nog steeds niet klaar voor een minimale een verhoging van de rente. Mag je dan nog wel van economisch herstel spreken??

    yellen-wikipedia

    Federal Reserve verliest geloofwaardigheid door rente niet te verhogen

  • Column: Euro als alternatief voor de petrodollar

    Na de ontkoppeling van de dollar aan goud in 1971 ontstond er binnen de organisatie van olieproducerende en exporterende landen (OPEC) de discussie of het nog wel verstandig was om olie in dollars af te rekenen of dat er gekeken moest worden naar een alternatieve munt. Deze discussie kwam op gang door de aanhoudende daling in de waarde van de dollar ten opzichte van andere wereldmunten zoals de Duitse mark en de Japanse yen.

    De belangrijkste thema’s van het debat waren de stabiliteit van de olieprijs enerzijds en de koopkracht van de olie-opbrengsten van de olieproducerende landen anderzijds. Dit blijkt ook uit diverse Wikileaks cables uit 1974:

    “Er zal spoedig een Arabisch topoverleg gehouden worden waarin de kwestie van olie besproken wordt. De betaling van olie vindt niet meer plaats in dollars die converteerbaar zijn in goud, maar in gedevalueerd papiergeld. Koning Feisal observeerde dat olievoorraden in de grond meer waard zijn dan tegoeden bij de Chase Manhattan Bank.” (Bron: Wikileaks)

    “Het financiële team van Saoedi-Arabië zette vraagtekens bij de wenselijkheid om olie te verkopen voor papieren bezittingen, zonder middelen om die papieren bezittingen te beschermen tegen inflatie en depreciatie. De VS moet nu de leiding nemen en een systeem van geïndexeerde obligaties opzetten om de overschotten van olieproducerende landen te beschermen tegen inflatie of een devaluatie, zodat de druk op de [opwaartse] olieprijs verlicht kan worden.” (Bron: Wikileaks)

    Door de devaluatie van de dollar en het vooruitzicht van een verdere waardedaling van de munt kwam de vraag naar voren of de olieprijs niet beter in een mandje van valuta uitgedrukt kon worden, zodat de koopkracht van olieproducerende landen beter op peil zou blijven. Maar de beperkte liquiditeit van andere valuta was op dat moment de grootste belemmering om olie in een andere munt af te rekenen. Het zou leiden tot excessieve fluctuaties in de wisselkoersen van verschillende valuta. Alleen de dollar was op dat moment liquide genoeg om wereldwijd olie in af te rekenen.

    global_reserve_currenciesMaar door de komst van de euro werd dit debat nieuw leven ingeblazen. De euro werd door een groot aantal landen ingevoerd en was daarmee opeens een liquide munt die tegenwicht kon bieden aan de dollar. Een ander voordeel was dat de eurolanden samen al een substantiële handelsrelatie onderhielden met de olieproducerende landen van de OPEC. Met de euro kwam er een alternatieve munt op het wereldwijde toneel die geschikt was om alle olie in te verhandelen.




    Petrodollar

    Begin jaren '70 werd de olie door OPEC landen nog uitsluitend in dollars verhandeld. Maar toen de Amerikaanse munt tussen 1971 en 1973 onder druk kwam te staan en twee keer gedevalueerd werd besloten de OPEC landen hun productie te verlagen en uit protest de olieprijs te verhogen van $3 naar $12 per vat. euro-dollar-teaserSindsdien is er veel discussie geweest over de waardedaling van de dollar, omdat olieproducerende landen door de waardedaling van de dollar een deel van hun opbrengst zagen verdampen. Dat gebeurde ook in het voorjaar van 2002, toen de dollar flink in waarde daalde ten opzichte van de Japanse yen (-19,3%), de euro (-28,8%), de Zwitserse frank (-25,4%) en het Britse pond (-18,6%). Iedere waardedaling van de dollar ten opzichte van andere valuta betekende een rechtstreeks verlies voor de olieproducerende landen, omdat hun koopkracht daardoor daalde. De instabiliteit van de dollar zorgde voor een oneerlijke situatie, omdat deze sommige landen veel slechter uitpakte dan voor andere. Vooral landen met een overschot op de handelsbalans werden benadeeld, omdat ze vooral dollars als reserve aanhielden. Dat waren industriële landen als Duitsland en Japan, maar ook olieproducerende landen. De grote vraag waar olieproducerende landen zich tot op de dag van vandaag mee bezighouden is of de dollar nog wel de meest geschikte munt is om olie in af te rekenen. Want waarom zou je als olie exporterend land nog dollars willen ontvangen, als je de meeste handel drijft met Europese landen? De volgende twee grafiek uit het artikel 'Euro Pricing of Crude Oil: An OPEC's Perspective' laten achtereenvolgens zien waar de OPEC-landen de meeste olie naartoe exporteren en uit welke economische zone ze de meeste goederen importeren.

    oil-exports-opec

    Waar exporteren de OPEC landen de meeste olie naartoe?

    import-opec-countries

    OPEC landen importeren meer goederen uit Europa dan uit de VS

    Uit deze grafieken kunnen we in één oogopslag zien dat er grote verschillen zijn tussen de OPEC-landen. Nigeria en Venezuela blijken veel meer olie naar de VS exporteren dan naar de EU, terwijl landen als Algerije, Libië en Iran juist veel meer olie naar de EU exporteren. Voor landen als Indonesië, Qatar, Koeweit en de Verenigde Arabische Emiraten blijkt Azië een belangrijke afzetmarkt te zijn.

    Wanneer olieproducerende landen hun goederen uit de Verenigde Staten importeren kunnen zij die dollars direct weer gebruiken. Maar als ze veel meer handel drijven met landen buiten de dollarzone, dan moeten ze hun oliedollars eerst omwisselen. En een dollar die in waarde fluctueert betekent dus ook dat de koopkracht van de dollaropbrengsten onzeker is. Olieproducerende landen die vooral handel drijven met Europa worden in het huidige systeem benadeeld door een waardedaling van de dollar, zelfs als de prijzen in euro's stabiel blijven.

    In het artikel 'Euro Pricing of Crude Oil: An OPEC's Perspective' lezen we dat de OPEC landen in de periode van 1981 tot en met 2002 ongeveer 37% van hun import uit de Europese Unie haalden, tegenover slechts 14% uit de Verenigde Staten. Daardoor worden veel landen die olie exporteren en importeren benadeeld, omdat ze door het petrodollar systeem een onnodig wisselkoersrisico lopen.

    Zoektocht naar alternatieven

    De OPEC heeft verschillende alternatieven bekeken om te compenseren voor een waardedaling van de Amerikaanse dollar. Al in januari 1972, slechts enkele maanden na het loslaten van de koppeling tussen de dollar en goud, werd het plan besproken om de olieprijs aan te passen op de waardedaling van de dollar ten opzichte van goud. Uiteindelijk werd er toch een andere oplossing gekozen, namelijk om de olieprijs te baseren op een mandje van negen verschillende valuta van grote ontwikkelde economieën.

    Vanaf 1973 werden daar twee valuta aan toegevoegd en werd tevens besloten dat de berekening van de olieprijs voortaan iedere maand in plaats van eens per kwartaal uitgevoerd zou worden. Maar ook dit systeem hield niet lang stand, het werd al in oktober 1973 weer losgelaten.

    Een derde plan kwam in 1975, toen de Special Drawing Rights (SDR) van het IMF naar voren werd geschoven om de dollar te vervangen als rekeneenheid voor olie. De SDR zou oorspronkelijk bestaan uit 16 verschillende munten, maar uiteindelijk werden het er in 1981 slechts vijf: de Amerikaanse dollar, de Duitse mark, de Franse franc, de Japanse yen en het Britse pond.

    Ook de SDR bleek geen werkbare oplossing voor de olieproducerende landen, omdat het niet zeker was dat de SDR haar waarde zou behouden ten opzichte van de dollar en omdat het voor landen problematisch zou worden om alle valuta uit dit valutamandje te kunnen bemachtigen. Ook was er destijds onvoldoende coördinatie tussen de geïndustrialiseerde landen om de waarde van de SDR stabiel te houden.

    Euro als alternatief voor de petrodollar?

    Met de euro kwam er eindelijk een alternatief voor de Amerikaanse dollar. Al vanaf de oprichting werd de munt neergezet als een breed gedragen project, waar vanaf het begin twaalf verschillende landen aan deelnamen. De regio die de euro invoerde vertegenwoordigde op dat moment 16% van de wereldeconomie, terwijl de VS op dat moment met een aandeel van 21% de grootste economie was. Ook had de eurozone al vanaf het begin een solide fundament, vanwege het evenwicht op de betalingsbalans en de omvangrijke goudvoorraad van alle deelnemende landen. Ook beschikten de landen van de Eurozone over een zeer liquide kapitaalmarkt.

    world_share_of_nominal_gdp_imf_weo_2015

    Daarmee is de euro misschien wel de valuta die men in de jaren '70 en '80 in gedachten had als alternatief voor de Amerikaanse dollar. Sinds 2002 is het draagvlak van de euro alleen maar verder toegenomen. Werd de euro bij de lancering nog door twaalf landen ingevoerd, inmiddels zijn er achttien landen die de munt gebruiken. De Eurozone vertegenwoordigt inmiddels een economisch blok van 330 miljoen inwoners, vergelijkbaar met de Verenigde Staten.

    Rusland en Iran willen dollar verbannen

    Sinds de invoering van de euro hebben verschillende landen al pogingen ondernomen om olie niet langer in dollars af te rekenen. Saddam Hussein wilde voor de Amerikaanse inval van Irak de olie in euro's afrekenen, terwijl Iran in 2008 een beurs opzette om olie in andere valuta te kunnen verhandelen, waaronder euro's. Iran vraagt al sinds 2007 euro's voor de olie die ze aan China verkoopt en sinds begin dit jaar wordt ook de export van olie naar India en Europa in euro's afgerekend. Ook Rusland, een van de grootste olieproducenten ter wereld, heeft ook al verschillende hints gegeven om olie in een andere valuta af te rekenen. Vorig jaar zei president Poetin op de Iraanse televisie dat hij olie niet langer in dollars wil afrekenen. Het land had toen al met verschillende handelspartners gesprekken gevoerd om olie en andere grondstoffen in andere valuta af te rekenen. Al in 2010 suggereerde Poetin dat Rusland op een dag de euro zal gebruiken. Hij beschouwde de euro als een 'stabiele wereldmunt' en constateerde dat een toenadering van Rusland en Europa onvermijdelijk is. Het overweldigende monopolie van de dollar maakt de wereld kwetsbaar, zo concludeerde Poetin destijds. Ook zijn politieke rechterhand Medvedev liet een aantal jaar geleden al weten dat hij de euro wel ziet zitten als alternatieve wereldmunt. Lees ook: Rusland zal de dollar verlaten (2011)

    Conclusie

    Met de komst van de euro is er eindelijk een alternatief gekomen voor de Amerikaanse dollar, waarmee de dominantie van de Verenigde Staten ingeperkt kan worden. Na de Tweede Wereldoorlog werd al er snel gesproken over een Europese muntunie, omdat dat vrede en veiligheid in Europa zou bevorderen. Maar pas toen de dollar werd losgekoppeld van goud en de waarde van de dollar kelderde werd er vaart gemaakt met het ontwikkelen van een alternatieve wereldmunt. Ruim vijftien jaar na de introductie van de euro kunnen we constateren dat het draagvlak voor de munt sterk is toegenomen en dat de euro een belangrijke rol kan spelen in de transitie van een dollarsysteem naar een monetair systeem waarin verschillende munten gebruikt worden in het internationale handelsverkeer.

  • Column: Stand rente is écht belangrijk

    De afgelopen jaren is er beleid gevoerd door centrale banken met als doel het creëren van inflatie. Deze inflatie zou alle economische problemen als sneeuw voor de zon doen verdwijnen. Men ging er daarbij van uit dat er door het aanbod van geld te verhogen er vanzelf inflatie zou ontstaan. Op zich is dit, als je kijkt naar het economische principe van vraag en aanbod, logisch.

    interest-ratesEr is echter met één belangrijke variabele geen rekening gehouden; menselijke emotie. Het enige wat namelijk belangrijk is voor de vraag naar geld (en dus het aankopen van producten en diensten) is het vertrouwen in het geldsysteem en de economische omstandigheden in de toekomst. Consumenten voelen aan dat de onconventionele maatregelen die genomen zijn onzekerheid met zich meebrengen, grote onzekerheid zelfs. De consument reageert hierop door het geld juist op te potten in plaats van uit te geven, zelfs met negatieve rentes. Hierdoor is het al jaren lang kommer en kwel met economieën wereldwijd, ondanks gigantische stimuleringsmaatregelen van overheden.

    Nadat in 2008 – na jaren van kredietexpansie – de kredietcrisis uitbrak ging de rente eerst flink naar beneden en werden de inmiddels bekende stimuleringsprogramma’s en bail-outs opgezet. Dit is vergelijkbaar met het geven van meer drugs aan een drugsverslaafde in de hoop dat de verslaving voorbij zou gaan, zeer naïef op z’n zachtst gezegd.

    central-bank-interest-rates

    Centrale banken verlaagden de rente na uitbreken kredietcrisis (Grafiek via Reuters)

    Meer schulden, meer mis-allocatie

    Deze extreem lage rentestand heeft gezorgd voor totale mis-allocaties van kapitaal. Landen, bedrijven en consumenten (hypotheken) konden zó goedkoop lenen dat achterliggende problemen kortstondig achter de horizon verdwenen. Enorme bedragen gingen naar bijvoorbeeld de huizenmarkten en de aandelenmarkten, obligaties stegen tot nooit geziene hoogtes. Landen moesten flink lenen om deze stimuleringsprogramma’s en bail-outs te kunnen betalen. De Nederlandse staatsschuld verdubbelde deze periode, terwijl die van een land als Spanje zelfs verdrievoudigde. Bedrijven gingen enorme schulden aan omdat het nu zo goedkoop was. Vrijwel al dit geld werd door bedrijven gebruikt om eigen aandelen in te kopen, er waren namelijk bijna geen interessante projecten om in te investeren vanwege de economische malaise.

    Het gevolg is nu, acht jaar na het uitbreken van de kredietcrisis, dat de economie maar mondjesmaat groeit, ondanks allerlei stimulering (beschikbare cijfers worden ook nog eens altijd op de meest positieve manier uitgelegd). Maar ondertussen zijn de schulden wereldwijd exponentieel gestegen. Dit wordt momenteel gemaskeerd door de lage rente, waardoor de rentelasten nog wel gedragen kunnen worden. Maar er komt een moment dat de rente ooit weer gaat stijgen. De rente is namelijk niet iets wat de centrale banken bepalen, maar de markt.

    En nu komt het woord vertrouwen weer om de hoek kijken. Hoe lang verwacht de markt nog dat acties van centrale banken ook daadwerkelijk leiden tot een verbetering? Dit kunnen we alleen maar afwachten, maar de voortekenen zijn niet goed. Centrale banken hebben gegokt en verloren en hebben in de (nabije) toekomst bijna geen instrumenten meer.

    Een stijging (normalisering) van de rente zal vooral enorme negatieve gevolgen hebben voor de obligatiemarkt. Vergis u niet, dit is veruit de grootste en belangrijkste markt van de wereld! Vele malen groter dan de aandelenmarkt. In de obligatiemarkt zit het geld wat u op een spaarrekening heeft staan, daar zit het geld wat voor uw pensioen bedoeld is. Ik heb geen idee hoe dit geschapen ‘monster’ opgelost kan worden. Wel weet ik dat we in het verleden vergelijkbare problemen gehad hebben en het daarna nooit goed afgelopen is. Bent u voorbereid?

    Sander Noordhof

    gs-logo-breed

    Deze column van Sander Noordhof verscheen afgelopen weekend op GoudstandaardGoudstandaard is gespecialiseerd in de verkoop en opslag van fysiek edelmetaal. Wilt u meer informatie over beleggen in edelmetalen? Bel ons op +31(0)88 46 88 488 of mail naar [email protected].

  • Er is teveel olie en dat blijft voorlopig zo

    Heel even leek het erop dat er definitief betere tijden waren aangebroken voor de olieprijs. De Russen en de Saudi’s lieten in een gezamenlijke verklaring weten dat ze plannen gingen maken om de productie van olie te gaan beperken. In april van dit jaar liep een dergelijk plan mis, omdat initiatiefnemer Saoedi-Arabië van Iran eiste dat het ook zijn productie zou beperken. Dat was een onmogelijke eis, omdat Iran nog druk bezig was en is om de negatieve gevolgen van de Westerse olieboycot te boven te komen.

    De Russen vermeden dit keer de Iraanse valkuil door toe te zeggen dat het land eerst weer zijn oude positie op de wereldmarkt moet innemen, voordat het verzoek zal komen de productie te beperken. Dat betekent in concreto dat Iran weer minimaal 4 miljoen vaten per dag moet oppompen voordat er over beperking gesproken kan worden. De Iraniërs denken overigens dit niveau aan het einde van dit jaar te kunnen bereiken.

    iran-crude-oil-production

    Olieproductie Iran herstelt terug oude niveau van 4 miljoen vaten per dag (Grafiek via Tradingeconomics)

    Olieprijs omhoog

    De gezamenlijke verklaring van Russen en Saoedi’s gaf uiteraard een impuls aan de olieprijs. Er kwam nog meer positief nieuws voor de olieprijs naar buiten. De olievoorraden in de VS, die in april een recordniveau van 543 miljoen vaten hadden bereikt, daalden met maar liefst 14,5 miljoen vaten. Een gestage daling van olievoorraden is een absolute voorwaarde voor het laten groeien van een gezonde balans tussen vraag en aanbod waardoor prijsherstel mogelijk is.

    oil-well-pixabay-teaserDe euforie was van korte duur. De daling was niet toe te schrijven aan een grotere vraag naar olie, maar aan een verstoring in de aanvoer. Een tropische storm, Hermine, maakte het onmogelijk olie aan te landen via de Golf van Mexico. De daling kan wel eens een eenmalig gebeuren zijn. Hoe concreet en hoe reëel zijn de plannen van Rusland en Saoedi-Arabië? Zal Saoedi-Arabië in staat zijn alle lidstaten van OPEC in het gareel te houden? Het verleden stelt wat dat betreft teleur. Bij eerdere productiebeperkingen ontdoken steevast een aantal lidstaten de afspraken. Het kind van de rekening was Saoedi Arabië dat als grootste partij het boegbeeld moest zijn. Uiteindelijk verloren de Saoedi’s marktaandeel aan de zwakke broeders.

    De kans dat dit opnieuw gaat gebeuren is reëel. Niet alleen Iran wil graag meer produceren om zijn economie weer op poten te zetten. Dat geldt ook voor landen als Irak, Nigeria en Libië. Die landen hebben om uiteenlopende redenen hun productie zien dalen. Ze willen die om voornamelijk economische redenen zo snel mogelijk weer opvoeren. In dat streven past voorlopig geen productiebeperking.




    Prijzen blijven onder druk

    De oliehandel gelooft er in ieder geval niet in. Dat bleek tijdens de Asia-Pacific Petroleum Conference in Singapore. Als prijzen echt in beweging zouden komen, dan is dat een gouden kans voor de Amerikaanse schalie-producenten. Die hebben hun productie gedeeltelijk moeten stilleggen vanwege de te lage prijzen en te hoge productiekosten. Die kosten zijn echter fors gedaald en bij een prijs van pakweg $50 dollar per vat kunnen alle kranen weer open. In tegenstelling tot het gemiddeld lid van OPEC kunnen schalie-producenten in luttele weken weer volop produceren. Het effect van de beperking door OPEC zou van heel korte duur zijn en van een echt prijsherstel zal geen sprake zijn. In Singapore denken ze dat de kans klein is dat de prijs voor een vat olie zal uitstijgen boven $55, mochten OPEC en Rusland het eens worden. Die kans lijkt niet zo heel groot, denkt de handel. Niet alleen zijn er veel potentiële dissidenten, ook hebben Rusland en Saoedi-Arabië hun woorden nog niet door daden laten volgen. Er ligt vooralsnog geen Plan de Campagne op tafel. Dat kan natuurlijk nog komen. Komende weken is er overleg in Algiers en Wenen. Ondertussen staan de daden van beide landen in schril contrast met de woorden. De productie van beide landen staat op recordniveau. In Singapore denken ze daarom dat de prijzen de komende twee jaren zullen bewegen tussen $40 - $50, met tijdelijke uitschieters naar $55 per vat. Handelaren verwachten evenmin dat prijzen nog voor langere tijd door de barrière van $40 zullen zakken. Er is nog steeds veel te veel olie, maar heel langzaam nemen voorraden af en is de markt op zoek naar een nieuw evenwicht. Cor Wijtvliet Deze bijdrage is mogelijk gemaakt door Beurshalte beurshalte-logoOver Beurshalte: Dagelijks publiceert Beurshalte nieuwsbrieven en columns van leden van de redactie en van gastauteurs over de wereld van beleggen en alles wat ermee samenhangt. Daarnaast publiceert beurshalte wekelijks een nieuwsbrief met unieke inhoud over relevante beleggingsthema’s. Belangstellende lezers kunnen een gratis abonnement nemen. Als u geïnteresseerd bent, kunt u zich hier aanmelden! Disclaimer: Bovenstaand artikel is geen professioneel beleggingsadvies en het is ook geen uitnodiging om te gaan beleggen. Beleggen brengt kosten en risico’s met zich mee. In het verleden behaalde resultaten bieden geen garantie voor de toekomst. Het artikel is louter de persoonlijke mening van de auteur.

  • Volatiele week eindigt met scherpe daling aandelenmarkten

    De vele vergaderingen van centrale banken zorgden afgelopen week voor heel wat volatiliteit op de valutamarkten. De verruimingsgezinde Bank of Canada en hawkish uitspraken van de Riksbank stuurden de respectievelijke munten in tegenovergestelde richtingen. Van de G10 valuta’s presteerde de Canadese dollar het zwakst, terwijl de Zweedse kroon als beste eindigde. Dit wijst er nog maar eens op dat beslissingen van centrale banken momenteel bijna de enige invloed op de valutamarkten zijn.

    draghi-teaserDubbelzinniger was de reactie op de vergadering van de ECB, die minder dovish was dan verwacht. Er werd geen verdere uitbreiding van het QE-programma aangekondigd en de euro sloot donderdag met verlies. Dit wijst erop dat de schommeling van afgelopen week meer te maken heeft met het corrigeren van geopende posities dan met een duidelijke wijziging van de trend. Op vrijdag werd de daling op de aandelenmarkten toegewezen aan de commentaar van de heer Rosengren, Fed-voorzitter in Boston, maar wij vinden deze verklaring niet voldoende omdat hij niets verrassend heeft vermeld.

    Ook deze week staat er weer een reeks vergaderingen van centrale banken op het programma in Zwitserland, Rusland en Taiwan. Britse inflatiecijfers en Amerikaanse detailhandelsverkopen zullen de belangrijkste macro-economische nieuwsfeiten zijn voor valutahandel. Daarnaast zal het ook interessant zijn om te zien hoe de aandelenmarkten herstellen van de verkoopgolf in de Verenigde Staten vrijdagnacht. Op maandag openden de beurzen in Azie en Europa in elk geval nog flink lager.




    Euro

    Tegen de meeste verwachtingen in stelde de ECB haar beslissing om het QE-programma na maart 2017 te verlengen uit. Verrassend genoeg verloor de euro die dag terrein tegenover de dollar en bleef dalen op vrijdag te midden van risico-aversie op de Amerikaanse markten. De afwezigheid van belangrijke gebeurtenissen buiten de eurozone betekent dat de euro waarschijnlijk zal reageren op nieuws uit de Verenigde Staten. Het gaat dan vooral over de detailhandelsverkopen en de toespraak van Fed-gouverneur Brainard op maandag.

    Amerikaanse dollar

    De dollar had het begin vorige week moeilijk toen bleek dat de diensten business survey gedaald was naar het laagste niveau sinds 2010. De gemengde reacties op de ECB-vergadering en hawkish uitspraken van Rosengren zorgden echter voor een herstel op vrijdag, zelfs bij een daling van Amerikaanse aandelen. Vandaag zullen alle ogen gericht zijn op de toespraak van de heer Brainard, wat voor de Federal Reserve de laatste kans zal worden om de toon te zetten voor de vergadering in september. Ook de cijfers over detailhandelsverkopen, die deze week worden gepubliceerd, zullen informatie geven over de staat van de Amerikaanse economie. De extreme verschillen van maand tot maand maken dit echter één van de minst betrouwbare indicatoren.

    Britse pond

    Voor het Britse pond wordt de belangrijkste gebeurtenis deze week ongetwijfeld de vergadering van de Bank of England op donderdag. De consensus (inclusief wijzelf) verwacht een stemming van 9 tegenover 0 om het beleid ongewijzigd te laten. Nieuws op korte termijn in verband met de reactie van de Britse economie op het Brexit-referendum was namelijk positiever dan verwacht. Als er geen verrassingen uit het investeerdersrapport komen dan zal dit ook volstaan om het pond voor de rest van de week in een gebied van 1,32 tot 1,34 te doen bewegen. Geschreven door Enrique Díaz-Álvarez (Ebury)

    Over Ebury:

    Ebury maakt internationale markten toegankelijker met valutadiensten op maat en flexibel handelskrediet voor ondernemingen. Ebury werkt samen met ruim 12.000 organisaties en verricht 12 miljard euro aan valutatransacties in 140 verschillende valuta. Het bedrijf heeft kantoren in het Verenigd Koninkrijk, Nederland, Spanje en Polen. De speerpunten van Ebury:

    • Financiële diensten die normaal zijn voorbehouden aan grote multinationals
    • Financiering van uw aankopen
    • Marktkennis en valutadiensten op maat
    • Ons netwerk van liquidity providers en intermediaire banken
    • Transacties in ruim 140 verschillende valuta
    Meer informatie op www.ebury.nl

  • Afhankelijkheid van elektriciteit

    Wederom een week waarbij er naar mijn mening een aantal zeer belangrijke zaken wereldwijd plaatsvonden die onderbelicht bleven in onze media.

    Vorig week kwam het nieuws naar buiten dat de Duitse overheid haar bevolking heeft geadviseerd om voor minstens 10 dagen eten en water in huis te halen. Bij dit soort berichten lopen de koude rillingen over m’n rug, zeker als vader van twee jonge kinderen. Wat weet de Duitse overheid wat wij niet weten? In navolging van Duitsland kwamen Finland en Tsjechië met soortgelijke adviezen. Sinds de Koude Oorlog zijn dergelijke oproepen niet meer voortgekomen, pas jaren later kwam in de openbaarheid hoe desastreus deze periode had kunnen aflopen. Wat de precieze reden achter de waarschuwing is, komen we in het slechtste geval alleen op hardhandige wijze te weten.

    power-outage-teaserKwetsbaar

    Onze samenleving is sterk ontwikkeld, maar tegelijkertijd zeer kwetsbaar. Iedereen weet dat onze samenleving een langdurige tijd zonder elektriciteit absoluut niet aan kan. Alles zal dan volledig in de soep lopen en volgens onderzoek zal er al na drie dagen anarchie ontstaan in de straten. Stroomuitval kan vele oorzaken hebben, want de infrastructuur van ons elektriciteit netwerk is sterk verouderd. Wat mij in het verleden bij een elektriciteit uitval van enkele uren ergens in Nederland altijd wel een glimlach bezorgd heeft is dat er negen maanden later een geboortegolf plaatsvond. Gezinnen spelen opeens weer spelletjes en praten met elkaar en een ieder is even niet bezig met een realityserie of een programma als The Voice.

    Verder viel me op dat er totaal geen aandacht geschonken is aan een ernstig ongeluk, waarbij de auto van President Poetin betrokken was. Hoewel de Russische president zelf in China zat, is zijn favoriete chauffeur bij dit ongeluk omgekomen. De omstandigheden van dit ongeluk waren op z’n minst vreemd. Als iets soortgelijks zou gebeurd zijn bij Obama, dan hadden we denk ik twee weken lang nergens anders over gehoord en gelezen.




    Hackaanval

    Verder heeft Obama een naar mijn mening een zeer gevaarlijke uitspraak gedaan; hij stelde een buitenlandse aanval van hackers op de VS gelijk aan een militaire aanval. Zeker in het licht bezien van de gehackte mailserver van Hillary Clinton is dit zeer gevaarlijk. De Democratische partij wees namelijk direct met de beschuldigende vinger naar Rusland Het kan dus zo zijn dat er een hack plaatsvindt, er een land hiervan de schuld kan krijgen en dat wij als Nederland in een oorlog verwikkeld raken. Nederland is nu eenmaal lid van de NAVO en zal daarom automatisch de kant van de Verenigde Staten kiezen. Zo’n oorlog zal dus gestoeld zijn op het feit dat er een hack is geweest waarvan vrijwel altijd niet na te gaan is wie er verantwoordelijk voor is. Dit biedt ruimte voor volledige willekeur. Ruim een week geleden kwamen er zeer matige cijfers uit de VS over de stand van zaken van de Amerikaanse economie. Beurskoersen schoten omhoog op de hoop dat de renteverhoging door de Amerikaanse centrale bank niet doorgaat. Ik kan er niet bij met m’n verstand dat slecht nieuws zo geïnterpreteerd wordt. Gisteren maakte de ECB bekend niks te veranderen aan het huidige beleid (dat reeds zéér ruim is). Koersen daalden omdat er gehoopt werd op nog meer stimulering. Er komt een moment dat centrale banken geen gereedschap meer hebben om iets te doen, ik maak me ernstige zorgen over wat dan daar de gevolgen van zullen zijn. Als laatste heb ik een leestip voor u. Er bestaan veel fabels en feiten over hoe ons geldsysteem nu precies in elkaar zit. Dit artikel heeft het naar mijn mening duidelijk uitgelegd. Ook wil ik u, in lijn met mijn stukje van vorige week, attenderen op een stukje uit de disclaimer (de kleine lettertjes..) van GLD, het grootste goud ETF ter wereld. Ik kan niet genoeg benadrukken aan beleggers; ruil dit beleggingsproduct in voor fysiek goud!

    gldprospectus

    Sander Noordhof

    gs-logo-breed

    Deze column van Sander Noordhof verscheen afgelopen vrijdag in de nieuwsbrief van GoudstandaardGoudstandaard is gespecialiseerd in de verkoop en opslag van fysiek edelmetaal. Wilt u meer informatie over beleggen in edelmetalen? Bel ons op +31(0)88 46 88 488 of mail naar [email protected].

  • Democratie en kapitalisme raken steeds meer op gespannen voet

    Staat het huwelijk tussen democratie en kapitalisme op springen? Je zou het bijna zeggen als je overal in de Westerse wereld autoritaire stromingen aan kracht ziet winnen. Het is niet ondenkbaar dat in een aantal landen deze stromingen aan de macht kunnen komen. Hoe heeft dit kunnen gebeuren?

    tny_electioncosts_optVan oudsher bestaat er een bijna natuurlijke band tussen de liberale democratie – stemrecht, persoonlijke en burgervrijheden – en kapitalisme. De laatste staat voor het recht om goederen en diensten, kapitaal en arbeid naar eigen inzicht te kopen of te verkopen. Voor beiden geldt dat de individuele persoon zijn eigen keuzes maakt.

    Er is echter ook meer dan voldoende grond voor spanningen. Democratie is egalitair, kapitalisme is dat zeker niet. Als de economie niet naar behoren functioneert, betekent dat een democratie autoritaire trekjes kan krijgen zoals in de jaren Dertig. Als de opbrengsten van een economie steeds ongelijker verdeeld worden, dan kan dat de rijken aanzetten de democratie in te ruilen voor een plutocratie.

    Gaan democratie en kapitalisme nog steeds hand in hand?

    Tot dusverre zijn de liberale democratieën en het kapitalisme meestentijds gezamenlijk opgetrokken. Daarom zijn in de rijkste landen van de wereld liberale democratieën gegrondvest op een kapitalistische economie. Breed gedeelde economische vooruitgang legitimeerde het kapitalisme en stabiliseerde de economie. Precies hier begint het mis te gaan. Het kapitalisme slaagt er steeds minder in om voor een grote meerderheid de welvaart te verhogen. Integendeel, de ongelijkheid neemt toe en de productiviteit, nodig om de welvaart te verhogen, stagneert. Dit giftig mengsel van feiten dreigt democratieën intolerant te maken en het kapitalisme illegitiem en ongewenst.

    Kapitalisme is globaal van aard. Als de kansen zich wereldwijd voordoen, dan zal het kapitalisme wereldwijde activiteiten ontplooien, los van elke jurisdictie. En dus groeien er wereldomspannende bedrijven! Hier gaat het wringen. Als individuele landen regels stellen, dan gaat dat ten koste van de vrijheid om over de grenzen heen goederen en diensten te kopen en verkopen. Als echter het omgekeerde gebeurt en barrières gesloopt en regelgeving geharmoniseerd, dan gaat dat ten koste van de wetgevende autonomie van landen. Als kapitaal vrijelijk over de wereld kan stromen dan gaat dat ten koste van het vermogen van staten om belasting te heffen en regels voor te schrijven!




    Globalisering en migratie

    Een niet te vermijden onderdeel van het proces van globalisatie is immigratie. Vooral het bedrijfsleven is voorstander van massa-immigratie. Het stelt hen in staat arbeid naar willekeur in te huren. Massa-immigratie kan echter weleens de achilleshiel van de liberale democratie blijken. Dat heeft veel, zo niet alles, te maken met het falen van het hedendaags wereldwijd opererend kapitalisme. De economische prestaties stellen zonder meer teleur. De grote financiële crisis van deze eeuw heeft bovendien een verwoestend effect gehad op het vertrouwen van de burgerij in zijn politieke en economische leiders en dat vertaalt zich weer in een afnemend vertrouwen in de politieke en economische instituties! Ergo, het huwelijk tussen democratie en kapitalisme staat onder zware druk! Wat kan er gebeuren? Het is beslist niet uit te sluiten, dat we aan de vooravond staan van een wereldomspannende plutocratie. Het zou het einde betekenen van de nationale democratieën! Die zouden alleen nog in naam functioneren. Een andere mogelijkheid is de opmars van de dictatuur, vermomd als democratie. De sterke man oefent de facto controle uit over de staat en het kapitalisme. Dat zien we nu gebeuren in Rusland en Turkije en het gebeurde ook in de jaren Dertig van de vorige eeuw.

    robber-barrons-21eeeuw

    Robber barons van de 21ste eeuw

    Burger staat centraal

    Het is maar te hopen, dat de hedendaagse politieke en economische elite zich bewust wordt van deze potentiële gevaren en hiertegen een front vormen. Ze zouden zich de vraag moeten stellen of het wel wenselijk is om steeds maar weer nieuwe internationale verdragen af te sluiten die de nationale bevoegdheden steeds verder inperken en die alleen het bedrijfsleven profijt brengen. Zou het niet zo moeten zijn dat de belangen van de doorsnee burger weer meer centraal moeten komen staan bij het afsluiten van internationale verdragen? De liberale democratie ontleent zijn legitimiteit aan het bevorderen van het welzijn van velen en niet die van de enkeling. Politici moeten er weer van doordrongen worden dat ze eerst en vooral verantwoording schuldig zijn aan de burgerij en niet aan de captains of industry. Gebeurt dat niet, dan moet het huwelijk wel ontsporen met alle gevolgen van dien. Cor Wijtvliet Bron: Martin Wolf, Capitalism and democracy: the strain is showing. Financial Times Deze bijdrage is mogelijk gemaakt door Beurshalte beurshalte-logoOver Beurshalte: Dagelijks publiceert Beurshalte nieuwsbrieven en columns van leden van de redactie en van gastauteurs over de wereld van beleggen en alles wat ermee samenhangt. Daarnaast publiceert beurshalte wekelijks een nieuwsbrief met unieke inhoud over relevante beleggingsthema’s. Belangstellende lezers kunnen een gratis abonnement nemen. Als u geïnteresseerd bent, kunt u zich hier aanmelden! Disclaimer: Bovenstaand artikel is geen professioneel beleggingsadvies en het is ook geen uitnodiging om te gaan beleggen. Beleggen brengt kosten en risico’s met zich mee. In het verleden behaalde resultaten bieden geen garantie voor de toekomst. Het artikel is louter de persoonlijke mening van de auteur.

  • Beleggingsvisie Robeco (september 2016)

    Europese beleggers kijken verder dan Brexit en voorts is een belangrijke vraag: wanneer komt volgende stap van de Fed? Bedrijfsobligaties blijven vooralsnog onze favoriet. Hieronder kunt u de beleggingsvisie van Robeco lezen voor september 2016.

    Ontwikkelingen op de financiële markten

    Op de financiële markten was duidelijk te merken dat in augustus de meeste mensen van hun zomervakantie genoten. Er gebeurde vrijwel niets. De dagelijkse verandering in de stand van de Amerikaanse S&P 500 aandelenindex bijvoorbeeld was de gehele maand nooit meer dan 1% naar boven of beneden. Historisch gezien is dit vrij zeldzaam. Uiteindelijk was de index eind van de maand slechts 0,1% gestegen.

    Komkommertijd

    Er was ook weinig nieuws dat de financiële markten in beweging kon zetten. De kwartaalcijfers die bedrijven publiceerden, zorgden nauwelijks voor verrassingen en ook de macro-economische cijfers deden geen wenkbrauwen fronsen. Bij lage omzetten stegen de meeste aandelenindices in de wereld licht. De brede MSCI Wereldaandelenindex steeg 0,5%, wat vooral te danken was aan de stijging in de Aziatische markten. De Chinese beursindex steeg 7,4%, de Japanse won 2,0%.

    Opkomende markten profiteren van herstel olieprijs

    De olieprijs kwam terug van een sterke daling in juli. Een vat Brent-olie steeg in augustus 6,9%. Opkomende economieën spinnen meestal garen bij een dergelijke stijging, en afgelopen maand was dat ook het geval. Het rendement van opkomende markten was hoger dan dat van ontwikkelde markten.

    Aandelen

    Langzamerhand wordt duidelijk dat de financiële markten over de Britse uittreding uit de Europese Unie (‘Brexit’) heen zijn. Premier May van Groot-Brittannië laat keer op keer weten door te gaan met het proces, maar maakt er vooral geen haast mee. De uiteindelijke economische gevolgen staan op dit moment duidelijk in de schaduw van de politieke kwesties rondom de uittreding, zoals de beperking van immigratie.




    Niet alleen aandacht voor gevolgen Brexit

    In Europa stapelen onzekerheden zich op. De nasleep van de poging tot staatsgreep in Turkije zorgt in de EU-lidstaten voor onrust. De Italiaanse banken staan er slecht voor en in Spanje sleept de politiek zich van verkiezing naar verkiezing zonder dat er een regering kan worden gevormd. Het zal duidelijk zijn; Europa hebben we in de portefeuilles een lager dan gemiddeld gewicht gegeven.

    federal-reserve-buildingAlle ogen gericht op de Fed

    De economische cijfers in Amerika zijn over het algemeen positief, zodat de financiële markten een mogelijke renteverhoging op de agenda hebben gezet. De Fed, het Amerikaanse stelsel van centrale banken, heeft via voorzitter Janet Yellen meerdere malen laten weten dat zo’n renteverhoging ‘data-afhankelijk’ is. Analisten wegen daarom elk economisch cijfer dat uitkomt, nog zorgvuldiger dan anders. Gegeven de allerlaatste cijfers lijkt een verhoging in september niet aannemelijk. Yellen heeft de financiële markten wel vaker verrast, maar tot het moment dat de nieuwe Amerikaanse president is gekozen, lijkt een actie van de Fed onwaarschijnlijk. December lijkt voorlopig de voor de hand liggende maand voor een renteverhoging. Robeco is voor wat betreft de economische ontwikkelingen het meest positief over Amerika. Zolang we in Japan nog geen effect zien van de nieuwste ronde van stimulerende maatregelen, handhaven we voor Azië-Pacific een neutrale weging.

    Obligaties

    De Europese obligatiemarkten worden volledig gedomineerd door de steunaankopen van de Europese Centrale Bank (ECB). De ECB heeft opkoopprogramma’s voor verschillende obligatiecategorieën lopen. Beleggers liften hier op mee en richten zich vooral op de bedrijfsobligaties. Door verhoogde vraag naar bedrijfsobligaties, in combinatie met een – zeker in augustus - laag aanbod, is de risico-opslag voor deze obligaties inmiddels afgenomen tot net boven de 1% en deze bevindt zich nog steeds in een dalende trend.

    Bedrijfsobligaties blijft onze favoriete categorie

    High yield-obligaties en obligaties van banken worden niet door de ECB aangekocht. Toch staan deze in de belangstelling, omdat daar nog wat extra rendement te behalen is. Het hogere risico dat er bij deze obligaties is, lijkt van secundair belang te zijn. Wij geven bedrijfsobligaties een hoger dan gemiddeld gewicht en zijn voorzichtiger geworden met high yield-obligaties. Voor staatsobligaties vinden wij de vooruitzichten minder positief en krijgen daarom een duidelijk lager dan gemiddeld gewicht. Voor de categorie obligaties als geheel handhaven we een lichte onderweging. Belangrijke informatie: Robeco Institutional Asset Management B.V. heeft een vergunning als beheerder van ICBE’s en ABI’s van de Autoriteit Financiële Markten te Amsterdam. Robeco