Blog

  • Achtergrond: Nederland verkocht in 1992 goud aan China

    In de aanloop naar de introductie van de euro hebben verschillende Europese centrale banken een aanzienlijk deel van hun goudvoorraad verkocht. Vooral de landen die veel goud hadden in verhouding tot het aantal inwoners en de omvang van hun economie, brachten achter de schermen gecoördineerd honderden tonnen van het gele metaal op de markt. Dat gebeurde vaak via de Bank voor Internationale Betalingen in Basel, de bank waar centrale banken vertrouwelijk goud kunnen kopen en verkopen.

    Via het Goudstudieforum werden we geattendeerd op een artikel dat op 27 maart 1993 verscheen in de NRC. Het stuk is al meer dan 22 jaar oud, maar het bevat zoveel interessante stukjes informatie dat we het graag nog eens onder de aandacht willen brengen. Het geeft ons inzicht in hoe de goudtransacties tussen centrale banken verlopen en in de manier waarop de centraal bankiers van die tijd naar hun goudreserve keken. We lichten een aantal fragmenten uit het artikel en voorzien deze van een korte toelichting.

    Vorig jaar zomer wist de president van De Nederlandsche Bank, dr. W. Duisenberg, minister Kok van Financiën van de noodzaak te overtuigen om een kwart van de goudreserve op de markt te brengen: “De tijd is rijp.’ Een deel van het Nederlandse goudoverschot is hoogstwaarschijnlijk eind vorig jaar verkocht aan de Volksrepubliek China.

    De totale goudreserve van Nederland had begin jaren negentig een omvang van ongeveer 1.750 ton, bijna drie keer zoveel als de 612 ton waar Nederland nu over beschikt. In de jaren zestig heeft de Nederlandsche Bank onder leiding van Jelle Zijlstra grote hoeveelheden dollars tegen de kunstmatig lage goudprijs van $35 per troy ounce omgewisseld voor goudstaven. Nederland verkocht voor de introductie van de euro een groot deel van haar goudreserve, omdat ze na de toetreding tot de Europese Muntunie de controle over de goudvoorraad uit handen zou geven. Centrale banken die zijn aangesloten bij het Eurosysteem mogen alleen met goedkeuring van de ECB goud kopen of verkopen. De DNB had dus tot 1999 de tijd om een deel van haar goudreserve op de markt te brengen.

    goudvoorraad dnb

    “Het staat voor 99 procent vast dat de Volksbank van China een van de kopers van het Nederlandse goud is geweest”, zegt Philip Klapwijk van Gold Fields Mining Services, een met de Zuidafrikaanse goudmijnen verbonden instituut in Londen dat gespecialiseerd is in onderzoek naar de goudmarkt. Ook andere Londense goudhandelaren hebben sterke vermoedens dat China bij de goudtransactie van De Nederlandche Bank betrokken was. “We hebben opgemerkt dat de Chinese centrale bank de afgelopen maanden goud heeft gekocht”, zegt John Coley van de Londense goudhandelaar Sharp Pixley en woordvoerder van de London Bullion Market Association.

    We denken dat China pas de laatste jaren begonnen is met goud kopen, maar niets is minder waar. De Chinese goudaankopen begonnen al aan het begin van de jaren negentig, toen het land in economisch opzicht nog maar een dwerg was in vergelijking met het China van nu. Ook is opvallend dat de goudaankopen in het geheim plaatsgevonden, want de centrale bank rapporteerde ook toen niet aan het IMF over haar goudreserve.

    Op 29 september stuurde Duisenberg een brief aan Kok waarin hij uiteenzette dat de de verkoop bedoeld was om de omvang van de goudreserves “”meer in overeenstemming te brengen met die van andere belangrijke goudhoudende landen”. De verkoop mocht niet tot vertrouwensverlies in de gulden leiden, niet dienen om de staatskas met de opbrengst te spekken en mocht niet leiden tot verstoring van de goudmarkt. “”Een zeer hoge mate van geheimhouding is daarom geboden”, schreef Duisenberg.

    Uit deze passage halen we een aantal belangrijke elementen. Duisenberg zegt dat de verkoop van goud bedoeld is om de goudvoorraad meer in overeenstemming te brengen met andere landen. Vervolgens blijkt dat (een deel van) het goud verkocht werd aan China, een land dat toen over relatief weinig goud beschikte. Niet alleen Nederland verkocht veel goud, want onder het Washington Agreement deden ook veel andere Europese centrale banken grote hoeveelheden goud in de verkoop…

    gold-sales-european-central-banks

    Goudverkopen door centrale banken sinds 2000 (Bron: Victor the Cleaner)

    Ook blijkt uit bovenstaande passage de onafhankelijkheid van de Nederlandsche Bank. De opbrengst van het goud mocht onder geen beding terugvloeien in de staatskas, omdat dat uitgelegd zou kunnen worden als een vorm van directe monetaire financiering. Dat was ten strengste verboden en dat zou ook het imago van de Nederlandse gulden als 'harde valuta' aantasten. Ook blijkt uit de passage dat centraal bankiers de goudmarkt niet willen beïnvloeden met hun transacties. Daarom spraken verschillende centrale banken in 1999 in het Washington Agreement een plafond af voor de jaarlijkse verkoop van goud.

    De Nederlandsche Bank schakelde de Bank voor Internationale Betalingen in om de goudtransactie zo geheimzinnig mogelijk te laten verlopen. Daardoor zou het voor marktpartijen lastiger te traceren zijn wie de koper en verkoper van het goud is. Ook werd een deel van de verkoop volgens Philip Klapwijk (ook toen al werkzaam in de goudmarkt) buiten de markt om gedaan, omdat de goudprijs ten tijde van de transactie veel minder bewoog dan je zou mogen verwachten als een centrale bank opeens 400 ton goud op de markt brengt. Dat roept de vraag op hoeveel meer goud er sindsdien buiten de markt om verhandeld is door centrale banken, want de BIS doet wereldwijd zaken...

    Het voordeel van de BIB is dat deze als "centrale bank van de centrale banken' anonimiteit garandeert en rechtstreeks toegang geeft tot de centrale banken van de aangesloten landen in Oost- en West-Europa, alsmede Australië, Canada, Japan en Zuid-Afrika. Een Londense handelaar oppert dat De Nederlandsche Bank de centrale bank van een andere lidstaat van de BIB heeft gebruikt om het goud op de markt te brengen. Dat zou de centrale bank van Zuid-Afrika kunnen zijn geweest, waarvan goudhandelaren niet verrast opkijken als deze grote partijen aanbiedt. Zuid-Afrika is heel actief op de termijnmarkt voor goud. De BIB heeft daarbij als "sluis' gefungeerd. "Een deel van de verkoop is buiten de markt omgegaan'', meent Philip Klapwijk van Goldfield Mining Services. Hij zegt tot deze conclusie te zijn gekomen omdat de goudprijs eind vorig jaar weliswaar iets daalde, maar veel grotere fluctuaties zou hebben vertoond als 400 ton zou zijn verkocht - ook als het aanbod gesplitst zou zijn in kleine partijen.
    Waarom uitgerekend China het Nederlandse goud kocht? Het NRC schreef daar in 1993 al het volgende over...
    Via de BIB is waarschijnlijk ook het contact gelegd met de Volksbank van China als afnemer. Waarom uitgerekend de Volksrepubliek China? Chinezen houden van goud, zegt een deskundige en hij verwijst naar de enorme Taiwanese goudaankopen in 1987. Ten tweede beschikt de Volksrepubliek als gevolg van de spectaculaire economische groei over grote dollaroverschotten. En ten derde is van China bekend dat het bezig is zijn reserves op te bouwen om deze meer in overeenstemming te brengen met de omvang van het bruto nationale produkt.
    Wat China vandaag de dag doet (goud kopen en dollarreserves afbouwen) speelde dus ook twintig jaar geleden al. Als opkomende economische supermacht had China goud nodig, terwijl Nederland meer dan genoeg goudreserves in de kluis had liggen. Toen bekend werd dat Nederland bijna een kwart van haar goudreserve voor een relatief lage goudprijs verkocht had volgden natuurlijk Kamervragen. De Nederlandsche Bank gaf hierop de volgende verklaring af...
    Het verweer van De Nederlandsche Bank - zoals verwoord in antwoorden van de minister van financiën op Kamervragen - is dat een centrale bank geen beleggingsfonds is. De goud- en deviezenreserves zijn niet bedoeld om een maximaal rendement te behalen, maar om een deugdelijk wisselkoersbeleid te voeren en om het vertrouwen in de gulden zeker te stellen. Daardoor is het noodzakelijk om ook valuta aan te houden die een laag rendement opleveren. Ook het goud wordt niet aangehouden voor speculatie, maar het vormt een hoeksteen van het monetaire beleid van Nederland als grote goudhoudende natie. Bij de beslissing over het moment waarop een deel van het goud verkocht werd, speelde de hoogte van de goudprijs dan ook geen enkele rol.
    Centrale banken zijn geen beleggingsfondsen en hun besluiten worden dan ook niet uitsluitend op economische gronden genomen. Dat de goudprijs zelfs geen enkele rol speelde zegt in feite al genoeg. Er was een andere reden waarom er goud op de markt werd gebracht...

    goud-kluis

    Met de komst van de Euro kreeg goud een andere rol op de balans van centrale banken. Anders dan de Federal Reserve, die het nog steeds waardeert op $42,22 per troy ounce, waardeert de ECB haar goudvoorraad al sinds 1999 ieder kwartaal naar de actuele marktprijs. Het idee erachter heb ik in eerdere artikelen al eens besproken, maar het komt er kort gezegd op neer dat voor een transitie van dollarreserves naar goudreserves er een breed draagvlak nodig is. Een land als China zou een dergelijke transitie nooit ondersteunen als ze niet zelf over een significante goudvoorraad beschikte. De goudvoorraden van centrale banken zijn misschien nog wel het beste te vergelijken met de fiches op een pokertafel. Het aantal fiches is in zekere zin constant, maar wisselt eens in de zoveel tijd van eigenaar. Begin jaren negentig waren de goudvoorraden vrij ongelijkmatig verdeeld. De Verenigde Staten en Europa beschikten over zeer grote goudreserves, terwijl de centrale banken van opkomende economieën in Azië maar heel weinig goud op de balans hadden staan. China beschikt op dit moment officieel over een goudreserve van 1.743 ton en blijft maand in maand uit goud kopen. Met ingang van afgelopen zomer is de People's Bank of China ook begonnen haar goudreserve naar marktprijs te waarderen. Het is echter niet met honderd procent zekerheid te zeggen of de goudvoorraad van 1.743 ton wel de volledige Chinese goudvoorraad is. In de laatste alinea van het artikel van de NRC lezen we de volgende passage...
    Vermoedelijk zal de stijging van de goudreserves van China nooit zichtbaar worden. In de statistieken die het Internationale Monetaire Fonds hierover bijhoudt, staat voor China al tien jaar dezelfde hoeveelheid goud genoteerd, toevalligerwijs ongeveer 400 ton. China-deskundigen weten evenwel dat de Volksbank over een tweede, geheime goudvoorraad beschikt, die als "niet-monetair goud' buiten de statistieken wordt gehouden. Als een deel van de goudreserves van De Nederlandsche Bank daaraan is toegevoegd, zoals men vermoedt, zal niemand dat officieel ooit te weten komen.

  • Amerika wil meer militaire bases om ISIS te bestrijden

    Het Amerikaanse ministerie van Defensie heeft een voorstel ingediend om in verschillende landen in Afrika, Zuidwest Azië en het Midden-Oosten nieuwe militaire bases te bouwen. Volgens het Pentagon, het hoofdkwartier van de Amerikaanse defensie, is dat nodig om terreurbeweging ISIS effectiever te kunnen bestrijden. Met deze nieuwe bases verspreid over de regio kan het Amerikaanse leger effectiever informatie verzamelen over de vijand en gerichte bombardementen uitvoeren.

    Verschillende hoge ambtenaren van het Amerikaanse ministerie van Defensie zeggen dat het bouwen van een nieuw netwerk van militaire bases in de genoemde gebieden niet alleen bedoeld is om ISIS te bestrijden, maar ook om aanvallen uit te voeren op toekomstige bedreigingen. Denk aan verschillende terreurbewegingen die sympathiseren of zelfs samenwerken met ISIS en die mogelijk een bedreiging vormen voor de stabiliteit in de regio.

    Meer militaire bases

    "We kunnen de toekomst niet voorspellen, daarom willen we alvast aanwezig zijn met bases - van Morón in Spanje tot Jalalabad in Afghanistan - zodat we kunnen reageren op een reeks van crises, terrorisme en andere dreigingen," zo verklaarde Ashton Carter van het Amerikaanse ministerie van Defensie tegenover de New York Times. Hij benadrukt dat terrorisme niet stopt bij de grens en dat het daarom van belang is om op regionaal niveau commandanten, spionnen en diplomaten te hebben die informatie kunnen doorgeven aan Washington. Een grotere militaire aanwezigheid in Afrika en Azië hoeft volgens het Pentagon niet veel te kosten. De schattingen beginnen bij 'enkele miljoenen dollars', voornamelijk kosten van personeel en materieel. Verspreid over een groot gebied wil het Amerikaanse leger een aantal kleine militaire bases van 500 tot maximaal 5.000 militairen bouwen.

    'Globale dynamiek'

    Volgens woordvoerders van het Amerikaanse leger wil het Pentagon een nieuwe strategie met vier knooppunten uitrollen, waaronder de bestaande militaire bases in Djibouti en Afghanistan. Daar worden vervolgens kleinere bases in landen als Nigeria en Kameroen aan toegevoegd, landen waar de VS nu al missies met ongewapende drones uitvoert om 'militante groeperingen' in de gaten te houden. Ook moet de militaire basis in Erbil, gelegen in het noorden van Irak, een grotere rol gaan spelen. Daar zijn momenteel 3.500 Amerikaanse troepen gestationeerd. Vanuit een nieuwe militaire basis in Zuidwest Europa wil de VS de landen in het westelijke deel van Afrika in de gaten houden. Deze hoofdbasis op Europees grondgebied zal direct communiceren met verschillende kleinere bases in Afrikaanse landen. In Afrika zorgt de aanwezigheid van ISIS op het Sinaï schiereiland en de terreurbeweging Boko Haram voor veel problemen. Daardoor heeft de strijd tegen terreur volgens de Amerikaanse generaal Joseph E. Dunford een 'globale dynamiek' gekregen. Update (11 dec 2015): Meer over dit onderwerp op The Intercept

    bases444

    Pentagon wil militaire aanwezigheid in Midden-Oosten en Afrika uitbreiden

  • Zijn centrale banken klaar met stimuleren?

    Centrale banken wisten de wereldeconomie uit het slop te trekken door voor miljarden aan schuldpapier uit de markt te halen. Het banksysteem werd opnieuw gekapitaliseerd en de kredietverlening kwam langzaam weer op gang. Maar nu de Federal Reserve gestopt is met monetaire stimulering en centrale banken van opkomende landen hun dollarreserves afbouwen dreigt de wereldeconomie opnieuw af te zinken in een deflatoire crisis. Door de groeivertraging in China zijn de grondstofprijzen hard gekelderd, terwijl de olieprijs door het uiteenvallen van de OPEC naar het laagste niveau in zeven jaar zakte. De vlucht naar veilige havens zorgt in steeds meer landen voor een negatieve rente.

    De volgende grafiek van BlackRock laat zien dat centrale banken hun balanstotaal niet langer uitbreiden. Zit hun werk erop? Of moeten ze na een korte adempauze opnieuw de geldkraan wagenwijd openzetten? We kwamen deze grafiek tegen via twitter.

    liquiditeit-droogt-op

    Zijn centrale banken klaar met stimuleren?

  • Ontslagen bankier komt minder snel aan nieuwe baan

    Een groot aantal ontslagen bankmedewerkers heeft moeite om een nieuwe baan te vinden voordat zijn of haar WW afloopt, zo schrijft RTL-Z op basis van gegevens van het UWV. Gemiddeld vindt 62% van alle ontslagen werknemers in Nederland binnen een maand na het ontvangen van de bijstandsuitkering een nieuwe baan, maar bij ontslagen bankiers ligt dat percentage veel lager op 52%.

    traderNiet alleen vinden bankmedewerkers minder snel een baan dan het landelijke gemiddelde, ook blijkt dat ze vaker een carrière switch moeten maken. Slechts 12,9 procent van de ontslagen bankmedewerkers vindt een nieuwe arbeidsplaats bij een beleggingsmaatschappij, effectenhandelsbedrijf of financieel administratiekantoor. Slechts 7% kan weer aan de slag in de financiële dienstverlening.

    Veel bankmedewerkers moeten op zoek naar werk in andere sectoren van de economie, zoals de gezondheidszorg, welzijn of cultuur. RTL-Z becijferde dat de afgelopen jaren in totaal ongeveer 27.000 arbeidsplaatsen verloren zijn gegaan in de financiële dienstverlening. De Rabobank schrapte in totaal 23.000 medewerkers, terwijl ABN Amro en ING respectievelijk 8.000 en 5.000 banen schrapten.

  • Rabobank schrapt komende jaren 9000 banen

    De Rabobank wil de komende vijf jaar haar personeelsbestand met 9.000 werknemers verkleinen, zo maakte de bank deze week bekend. Samen met de drieduizend ontslagen die eerder aan aangekondigd werden verkleint de bank haar totale personeelsbestand met een kwart. De bank wil haar bedrijfsmodel stroomlijnen en zal daarom de 106 zelfstandige banken met ingang van volgend jaar samensmelten tot één bank.

    rabobank-kantoorTot op heden hadden verschillende bankafdelingen een eigen bankvergunning en bestuur en publiceerden ze ook hun eigen jaarrekeningen. Deze bedrijfsstructuur past niet meer bij het veranderende bankenlandschap, waarin de winstmarges kleiner worden en klanten steeds meer bankzaken online regelen. Niet alleen de Rabobank schrapt banen, ook bij concurrenten als de ABN AMRO en de ING zijn de afgelopen jaren duizenden werknemers ontslagen.

    Toch wil de bank haar regionale focus vasthouden, onder andere door het aantal contactpunten uit te breiden. Dat betekent niet dat er nieuwe kantoren gebouwd zullen worden. In plaats daarvan probeert de bank te innoveren met nieuwe contactpunten, bijvoorbeeld rijdende filialen in dorpen en bij evenementen, kleine pop-up kantoren en ‘een tafel met een medewerker’ in winkelcentra en warenhuizen.

    De reorganisatie van de bank moet volgens bestuursvoorzitter Wiebe Draijer een hogere winstgevendheid opleveren. In 2020 moet de bruto winst €2,1 miljard hoger uitkomen. De bank streeft volgens Draijer naar een winstmarge van 8%.

  • Anglo American schrapt banen en verlaagt dividend

    Anglo American, een van de grootste mijnbouwbedrijven ter wereld, moet de broekriem stevig aanhalen door de malaise in de grondstoffenmarkt. Het bedrijf maakte eerder deze week bekend dat ze haar personeelsbestand via reorganisaties en door de verkoop van mijnen op termijn wil terugbrengen van 135.000 naar 50.000 medewerkers. Ook schrapt het de mijnbouwgigant het dividend voor de tweede helft van dit jaar en voor 2016. De aandelenkoers daalde door het slechte nieuws met 12%, de grootste daling sinds 2009.

    “Anglo American kan alle dure productiecapaciteit afstoten en herstructureren wat ze wil, maar ze kan deze slechte tijden pas afsluiten als de grondstofprijzen weer gaan stijgen”, zo verklaarde Wayne McCurrie van vermogensbeheerder Momentum Wealth uit Zuid-Afrika tegenover Bloomberg. “Het schrappen van dividend was onvermijdelijk.” Anglo American wil zich nu gaan richten op de zogenaamde ’tier one assets’, mijnen die tegen een zeer lage kostprijs kunnen produceren.

    anglo-american-shares

    Anglo American wordt hard afgestraft op de beurs (Grafiek van Bloomberg)

    Daling grondstofprijzen

    De directeur van Anglo American, Mark Cutfani, staat voor de moeilijk opgave het bedrijf draaiende te houden met grondstofprijzen die nog geen teken van herstel laten zien. Door vraaguitval in China is er opeens een groot overschot van diverse grondstoffen, maar omdat veel mijnen met schulden gefinancierd zijn hebben ze geen andere optie dan om te blijven produceren. Daardoor blijft het overschot in stand en blijven dus ook de prijzen van grondstoffen laag.

    De laatste keer dat Anglo American haar dividend verlaagde was in 2009 tijdens het dieptepunt van de financiële crisis. Dat het erg slecht gaat met Anglo American blijkt wel uit de ontwikkeling van de aandelenkoers, want die zakte dit jaar met 69%. De marktwaarde van het bedrijf met 55 verschillende mijnen is nu $6,3 miljard. Ondanks de slechte situatie heeft het bedrijf geen plannen geld op te halen bij investeerders.

    Het slechte nieuws van mijnbouwbedrijf Anglo American en grondstoffengigant Glencore heeft ook effect gehad op de waardering van andere bedrijven in de sector. Bedrijven als BHP Billiton, Rio Tinto en Kumba Iron Ore gingen met meer dan vijf procent onderuit. De FTSE 350 Mining Index verloor 7,1%.

    anglo_american

    Zware tijden voor Anglo American

  • IEA: “Olieprijs verder omlaag in 2016”

    De olieprijs zakte deze week naar het laagste niveau in zeven jaar, maar volgens Fatih Birol van het Internationaal Energie Agenstschap (IEA) kan de prijs van olie volgende jaar nog verder dalen. “Als ik naar 2016 kijk zie ik niet veel redenen om een opwaartse druk op de olieprijs te verwachten. De vraag is zwakker en mogelijk zien we Iran volgend jaar terugkeren naar de oliemarkt”, zo verklaarde Birol in een gesprek met CNBC. Een lagere olieprijs in 2016 heeft uiteraard gevolgen voor de investeringen in de oliesector, zo voegde hij eraan toe.

    De olieprijs zakte deze week onder de $40 per vat (zowel WTI als Brent) toen duidelijk werd dat het OPEC topoverleg van 4 december op niets was uitgelopen. Saoedi-Arabië zou gezegd hebben dat elk land voor zichzelf maar moet uitzoeken wat ze het beste uitkomt, een weinig hoopgevend teken voor beleggers die verwachten dat de prijs van het zwarte goud inmiddels wel een bodem bereikt heeft.

    Lage olieprijs remt investeringen af

    Dit jaar heeft de wereldwijde oliesector al ruim 20% minder geïnvesteerd dan vorig jaar, zo blijkt uit schattingen van het IEA. Dat is al de grootste daling in de geschiedenis, maar het ziet er niet naar uit dat 2016 veel beter gaat worden. Een overvloed aan goedkope olie uit Saoedi-Arabië en Iran en het extra aanbod uit Rusland en de Verenigde Staten zorgt voor een ruime overproductie op de wereldmarkt. Dat er minder geïnvesteerd wordt in nieuwe olievelden zal daarom op korte termijn weinig impact hebben op de olieprijs.

    “We hebben de afgelopen dertig jaar nog niet eerder de situatie gehad dat de investeringen in de oliesector twee jaar op rij daalden. Dit zal gevolgen hebben voor de jaren die nog voor ons liggen”, zo verklaarde Birol tegenover CNBC.

    oilwell

    Lage olieprijs zet rem op investeringen

  • Nieuw bij Hollandgold: Gouden Panda munten

    Eind oktober onthulde de Chinese centrale bank haar nieuwe 2016 gouden Panda beleggingsmunten. Deze gouden munten zijn bijzonder, omdat de gewichten gebaseerd zijn op het metrieke systeem. In plaats van een troy ounce (31,1 gram) bevat de nieuwste gouden Panda precies 30 gram aan zuiver 99,9% goud. En voor de beleggingsmunten van 1/2 troy ounce (15,55 gram) en 1/4 troy ounce (7,78 gram) positioneren de Chinezen Panda munten van respectievelijk 15 gram en 8 gram.

    China is samen met India de grootste afzetmarkt voor fysiek goud ter wereld. Het land importeert jaarlijks honderden tonnen goud, dat verwerkt wordt tot sieraad of dat ergens in een kluis gelegd wordt. Deze gouden Panda munten zijn in dat opzicht een interessant product, omdat deze munten wereldwijd worden aangeboden. Wilt u ook de bezitter worden van een van deze prachtige Chinese gouden munten? Kijk dan snel op de website van Hollandgold voor meer informatie!

    gold-panda-2016-30gram

    De nieuwe gouden Panda munten koop je bij Hollandgold

  • Nieuwe gouden munten bij Goudstandaard

    Goudstandaard heeft een aantal nieuwe gouden munten in haar assortiment opgenomen. Van de meest populaire beleggingsmunten zoals de Zuid-Afrikaanse Krugerrand, de Canadese Maple Leaf, de Oostenrijkse Philharmoniker en de Amerikaanse gouden Eagle worden sinds kort ook kleinere exemplaren aangeboden met een gewicht van 1/2, 1/4 en zelf 1/10 troy ounce. Wilt u goud kopen bij Goudstandaard, dan heeft u vanaf nu nog meer producten om uit te kiezen!

    Goudstandaard kan veel van deze munten direct uit voorraad leveren. Is een product niet direct op voorraad? Neem dan contact met ons op via de mail of per telefoon (088)4688488 om meer informatie te krijgen over de levertijd.

    gouden-munten-goudstandaard

    Nieuwe gouden munten bij Goudstandaard

  • Exter over toekomst van goud en het monetaire systeem

    In dit artikel brengen we de vertaling van een artikel dat de Amerikaanse econoom John Exter in november 1973 publiceerde in het wetenschappelijke tijdschrift Economic Education Bulletin. De Verenigde Staten hadden twee jaar eerder de koppeling van de dollar aan goud losgelaten, waardoor de prijzen van olie en goud fors waren gestegen. In 1973 leidde dat tot de oliecrisis, waarbij olieproducerende landen uit protest de olieprijs verhoogden en productie verlaagden. Dit was het eerste grote probleem dat het direct gevolg was van het loslaten van goud als het monetaire anker.

    Binnen wetenschappelijke kringen werd destijds de discussie gevoerd of de SDR van het Internationaal Monetair Fonds de rol van goud zou kunnen overnemen als het nieuwe monetair anker. In dit artikel laat Exter blijken dat hij zeer sceptisch is ten aanzien van de SDR. Anders dan goud is een SDR geen stok achter de deur, omdat het slechts een papieren claimbewijs is waarvan het aanbod altijd uitgebreid kan worden. Aan de vertaling zijn een aantal tussenkopjes toegevoegd om de leesbaarheid te verbeteren.

    Toekomst van Goud en het Internationale Monetaire Systeem

    Door John Exter, november 1973

    Ik ga een tekst gebruiken die ongeveer duizend jaar geleden werd opgeschreven door Firdausi, de nationale dichter van Perzië: “Er is heel veel wijsheid in de wereld, maar het is verdeeld over alle mensen.” Het is zeker verdeeld onder de mensen die je hier de afgelopen twee dagen hebt horen spreken. Eigenlijk is het enige waar we het allemaal over eens kunnen zijn dat we in een ernstige internationale monetaire crisis zitten. We zijn het oneens over de omvang van de crisis, over de maatregelen om deze op te lossen en over de kansen op het succes van deze maatregelen.

    Waarom zijn we het oneens? Soms, maar ook alleen soms, komt het omdat we anders redeneren. Maar veel vaker komt het doordat we starten met verschillende onderliggende premissen, aannames of principes. We hebben verschillende modellen in gedachten over hoe het economische systeem werkt en wat we ermee kunnen doen. We verschillen het meeste over de rol van de overheid. Wat ik bijvoorbeeld een realistische rol vind voor de overheid zal voor sommige andere sprekers als onrealistisch overkomen. En omgekeerd geldt natuurlijk hetzelfde.

    Ik denk dat het voor jullie misschien behulpzaam is als ik jullie vertel hoe ik de verschillende sprekers sorteer. Grote economen uit het verleden hadden zeer uiteenlopende opvattingen over de rol van de overheid in de economie. Helemaal terug in 1776 schreef Adam Smith het beroemde boek ‘Wealth of Nations’. Hij geloofde sterk in de kracht van de vrije markt en wilde de rol van de overheid zo klein mogelijk houden. Hij staat aan het ene uiteinde van het spectrum.

    Aan het andere uiteinde zou ik John Maynard Keynes willen plaatsen, die in 1936 zijn beroemde werk ‘General Theory’ publiceerde, dat was rond de tijd dat ik economie studeerde. Keynes en zijn volgelingen gingen in hun modellen uit van een gesloten economie, zonder transacties met het buitenland. En dat blijkt uit de onschuldige wijze waarop ze de rol van de betalingsbalans in de economie over het hoofd hebben gezien.

    Keynes leerde ons dat de goudstandaard een barbaarse relikwie was. Hij beargumenteerde dat het geen enkele zin heeft om goud op te graven in Zuid-Afrika, om het vervolgens meteen weer onder de grond te stoppen in Fort Knox. Ook leerden ze ons dat publieke schulden er niet toe doen en dat deze nooit volledig terugbetaald hoeven te worden, omdat het tenslotte een schuld aan ons zelf is. Ik kan nog veel verder doorgaan, maar het belangrijkste punt dat Keynes duidelijk wil maken is dat hij pleit voor een economie met een sterke inmenging van de overheid. Keynesianen geloven dat de markteconomie verbeterd kan worden met interventies, via sturend monetair en fiscaal beleid. Er zouden geen economische depressies meer komen. Al in de jaren ’60 werd er binnen deze kring al gesproken over het ‘finetunen’ van de economie.

    Alle sprekers die voorbij zijn gekomen passen ergens aan het ene of andere uiteinde van dit spectrum. Ik zal beginnen mijzelf op dit spectrum te plaatsen, ik sta aan de kant van Adam Smith.

    Grote of kleine rol voor de overheid?

    Maar onthoud dat overheden van over de hele wereld veel meer beïnvloed zijn door Keynes dan door Adam Smith. In feite is het economische leven vandaag de dag een strijd geworden tussen overheden die de kracht van de vrije markt proberen te temmen en de mensen die proberen alle interventies van overheden te omzeilen. Velen van jullie maken iedere dag weer beslissingen op basis van wat jullie denken dat de overheid en de centrale bank gaan doen. Zal de centrale bank haar monetaire beleid verkrappen of verruimen? Zal de waarde van de munt verder appreciëren of niet? Zal de overheid dit kwartaal een begrotingsoverschot of juist een tekort hebben?

    Maar overheden controleren de economische activiteit veel minder dan je misschien zou denken. Overheden noch centrale banken bepalen wat geld is en welk geld de mensen gaan gebruiken en sparen. Dat bepalen de mensen zelf op de wereldwijde markt. Op dit onderdeel ben ik het oneens met Milton Friedman, die ook in dit spectrum geplaatst dient te worden voor zijn ideeën die vandaag de dag zeer veel invloed hebben. Hij is nog niet genoemd tijdens deze meeting.

    Milton Friedman lijkt een dubbele persoonlijkheid te hebben. Het grootste deel van zijn persoonlijkheid – wat ik erg leuk vind – ligt aan het Adam Smith uiteinde van het spectrum. Maar ten aanzien van geld – en daarin ben ik het niet met hem eens – zit hij meer aan het Keynes uiteinde van het spectrum, omdat hij groot voorstander is van een grote rol voor de overheid ten aanzien van geld. Maar hij zegt ook dat overheidsinterventie op het gebied van geld beperkt moet blijven tot het binnenlandse geld. Internationaal is hij van mening dat alle wisselkoersen vrij moeten kunnen bewegen. Doordat hij zich niet bezighoudt met een systeem van vaste wisselkoersen lijkt hij op Keynes, een ‘gesloten economie’ denker. Friedman heeft niet de wens om de vaste wisselkoersen weer te herstellen [onder het Bretton Woods systeem waren alle belangrijke valuta via de dollar tegen een vaste wisselkoers gekoppeld aan goud]. Hij noemt goud zelfs geen geld.

    Controle over geld

    Overheden zijn bijzonder gemotiveerd om te interveniëren in het geldsysteem. Ze willen maar al te graag bepalen wat de mensen in hun land wel en niet mogen gebruiken als geld. Regeringen van over de hele wereld hebben geprobeerd een monopolie te krijgen op de uitgifte van het geld, door een nationale munteenheid in te voeren en iedereen behalve de banken en het ministerie van Financiën te verbieden om zelf geld uit te geven. Maar het probleem is dat overheden teveel geld in omloop hebben gebracht. Misschien moeten we de klok terugdraaien en de private markt weer het geld laten uitgeven. dit is helemaal niet zo vergezocht. Jullie eigen centrale bank (Zuid-Afrika) is nog steeds in private handen, maar tot mijn grote ontsteltenis heeft de overheid er natuurlijk een grote controle op.

    Om hun monopolie te versterken voeren overheden wetgeving in, waarmee ze hun monopolie op geldcreatie stevig verankeren. Een voorbeeld daarvan is de legal tender wetgeving, die voorschrijft dat alleen het geld van de overheid gebruikt kan worden om alle schulden, publiek én privaat, te vereffenen. Vaak proberen ze grip te krijgen op de valutamarkt, om zo de conversie van hun eigen valuta in andere valuta te beperken. In Kenia heeft de overheid tot mijn verrassing gewaarschuwd dat het ten strengste verboden is Keniaans geld te vernietigen. Dit slaat naar mijn mening helemaal nergens op. Als jullie allemaal een claimbewijs op mij hadden, dan zou ik juist verheugd zijn als jullie je claims op mij verscheuren…

    Mijn eigen overheid [Amerikaanse overheid] heeft heel lang een tegenstrijdig beleid gevoerd. Jarenlang was ze er trots op dat de dollar tegen een vaste koers inwisselbaar was voor goud, maar dat deze regel alleen gold voor het buitenland en niet voor de Amerikaanse bevolking. Een Griekse scheepsbouwer mag goud bezitten, maar ik als Amerikaan mag dat niet. En ik mag nog steeds geen goud kopen, en dat neem ik de overheid al heel lang kwalijk. [red: pas in 1974 werd het verbod op het privaat bezit van goud opgeheven in de Verenigde Staten]

    Goudstandaard

    In de goede oude dagen van de goudstandaard begonnen overheden met de beste voornemens. Ze erkenden het feit dat de vrije markt, als die haar gang mocht gaan, bepaalde grondstoffen zoals goud en zilver hoger zou waarderen als geld dan al het andere. Goud en zilver zouden in een vrije markt zeker hoger gewaardeerd worden dan papier. Daarom gaven overheden zichzelf het monopolie om gouden munten te slaan, zoals Souvereigns, Napoleons of Eagles, waarvan men wist dat de markt die zou accepteren.

    Maar geen enkele regering bleek in staat zichzelf te beperken tot het uitgeven van dit soort munten, alhoewel de Amerikaanse overheid een goede poging heeft gedaan. Onze Amerikaanse grondwet geeft het Congres de macht om munten in omloop te brengen en de waarde daarvan te reguleren. Maar tijdens de Constitutionele Conventie werd het voorstel gedaan om het Congres de bevoegdheid te geven papiergeld in omloop te brengen. Daar hebben we een desastreuze ervaring aan overgehouden in de vorm van de continental dollar. Dit ligt nog vers in ons geheugen, want we kennen nog steeds de uitspraak “not worth a continental”.

    Geldcreatie

    Met de bevoegdheid papiergeld in omloop te brengen kwam een belangrijk gegeven uit het dagelijkse leven aan de kant van overheden te staan, namelijk dat papiergeld makkelijker is dan muntgeld. Dit gemak is van groter belang geworden, omdat het economische verkeer vandaag de dag veel complexer geworden is en dat claimbewijzen op computersystemen van banken steeds gangbaarder worden. Dus alle overheden geven vandaag de dag papiergeld uit, terwijl ze ten tijde van de goudstandaard nog accepteerden dat de uitgifte van papiergeld beperkt was door de belofte om papiergeld tegen een vaste prijs om te wisselen voor goud. De converteerbaarheid van geld was het ideaal en dat werd in 1944 ook zo opgeschreven in het handvest van het Internationaal Monetair Fonds.

    Maar in de praktijk bleken overheden niet in staat controle te houden op wat mensen gebruikten als geld. Men gebruikte ook banktegoeden als geld, terwijl dat helemaal geen wettig betaalmiddel was. Centrale banken hebben de autoriteit om de kredietcreatie door banken te beperken, maar nergens in de wereld is een centrale bank erin geslaagd dat met succes te doen. Daarom is het aantal banktegoeden enorm toegenomen, mede geholpen door computers en snellere communicatiemiddelen. Ook zijn centrale banken er nooit in geslaagd de enorme groei van de hoeveelheid ‘bijna-geld’ in de economie, zoals kortlopende staatsleningen, in te perken.

    Centrale banken stonden helemaal machteloos in het beperken van de groei van banktegoeden in Europa, waar leningen in de lokale munt gecreëerd werden onder buitenlandse wetgeving. Het is de explosieve groei van papiergeld en bijna-geld dat ons in de huidige internationale monetaire chaos heeft gestort. We moeten niet vergeten dat we het grootste deel van ons leven gewend waren aan een goudstandaard.

    Een wereld van papiergeld en elektronische banktegoeden is een IOU wereld, een wereld die bestaat uit beloftes om te betalen. Tot maart 1968, toen het goudsysteem met twee versnellingen werd geïntroduceerd, maakten de centrale banken achter alle belangrijke valuta de belofte goud uit ter keren tegen een vaste koers van $35 per troy ounce. Onder dit systeem met twee versnellingen werd de belofte om dollars in te wisselen voor goud verbroken met alle private burgers. Met uitzondering van Rusland en Zuid-Afrika weigerden alle centrale banken in de wereld hun goud – tegen welke prijs dan ook – te verkopen aan de bevolking. De belofte op goud tegen $35 per troy ounce werd alleen nog maar toegepast tussen centrale banken en overheden onderling. Maar ook dat werd steeds onduidelijker, tot president Nixon op 15 augustus 1971 het goudloket sloot en zelfs de beloften om goud te leveren tegen de vaste koers van $35 per troy ounce tussen de centrale banken verbroken werd.

    1971

    Sindsdien zeggen alle valuta in de wereld: “Ik ben je niets verschuldigd tegen een vaste prijs. Ik ben je geen enkel goed verschuldigd dat vanwege haar schaarste een goede opslag van waarde biedt.” Alle valuta zijn vandaag de dag dus ‘IOU-nothings’. De dag van 15 augustus 1971, toen de laatste schijn van inwisselbaarheid werd losgelaten, was dus een waterscheiding. Sindsdien is een systeem met vaste wisselkoersen onmogelijk geworden. We kwamen in een nieuwe wereld met vlottende wisselkoersen.

    Het probleem van vandaag de dag is dat het aanbod van ‘IOU-nothing’ geld in een explosief tempo toeneemt. Andere sprekers hebben dit punt niet ter sprake gebracht. We hebben teveel gepraat over het internationale monetaire systeem zelf en te weinig over de explosieve toename van ‘IOU-nothings’ die zich hebben opgehoopt op de balansen van centrale banken. De uitzonderlijke expansie van de geldhoeveelheid betekent dat de koopkracht van dit geld in termen van goederen en diensten daalt. Voor het eerst in eeuwen, en misschien zelfs voor het eerst in de menselijke geschiedenis, is inflatie een wereldwijd fenomeen geworden. Mensen van over de hele wereld vragen zich nu af wat ze nog kunnen vertrouwen als waarde opslag. Ze ontvluchten het IOU-nothing geld en zetten het om in goederen en edelmetalen als goud, zilver en platina, waardoor de prijzen alsmaar verder worden opgedreven.

    Ondertussen volstaat het IOU-nothing geld steeds minder als betaalmiddel, dus zoeken mensen en zelfs de monetaire autoriteiten een vorm van geld die ze met vertrouwen kunnen accepteren, gebruiken en bewaren. De olieproducenten zijn hier een goed voorbeeld van.

    SDR: Goud vervangen door papier?

    We zijn getuige van een wereldwijde poging van centrale banken en overheden om tastbare waarde te vervangen door papier, zoals John Law dat 250 jaar geleden probeerde in Frankrijk. Hij probeerde dat alleen in Frankrijk en sindsdien zijn er meerdere pogingen gedaan in verschillende landen. Maar deze poging is internationaal, in alle valuta en via internationale instanties zoals de G20 en het IMF. Ze doen dat met een nieuw internationaal soort papiergeld genaamd de SDR.

    Maar zoals Ossola heeft aangegeven is de SDR zelfs geen IOU. Het heeft geen schuldenaar. Het is een ‘who owes you?’ En daar komt nog eens bij dat de SDR een claim is op niets, in elk geval niet op goud. Het is dus een ‘who owes you nothing?’ Ook hebben SDR’s geen einddatum, dus het is een ‘who owes you nothing when?’. Het is absoluut het meest verwerpelijke kredietinstrument dat de mensheid ooit heeft voortgebracht, als we het al een kredietinstrument mogen noemen. Geen wonder dat het lastig is de rente vast te stellen en te bepalen wie die rente moet betalen.

    Dr. Ossola vroeg om een nieuwe naam te bedenken voor de SDR. Ik stel voor dat we hem de ‘who owes you nothing’ noemen. Een paar centraal bankiers zal deze who owes you nothings misschien accepteren in plaats van goud, maar de vrije markt niet. Toch spreekt Dr. Ossola hoopvol over de mogelijkheid dat banktegoeden in SDR’s worden uitgegeven. De volgende stap zou zijn om ze wettig betaalmiddel te maken.

    Je kunt je voorstellen wat de inflatoire gevolgen kunnen zijn van een systeem van nationale munten dat gedekt wordt door deze who owes you nothings. Jullie hebben gisteren vernomen van de achteloze manier waarop besloten werd de eerste 9,5 miljard van deze who owes you nothings te creëren. Ze werden van het een op het andere moment gewoon toegevoegd in de computer van het IMF.

    Er zal ongetwijfeld iemand uit de goudmijnsector aanwezig zijn geweest die toen dacht: “Hoe lang zou het duren voordat je 9,5 miljard dollar aan goud uit de grond hebt gehaald”. Volgens mij zag Milton Gilbert de nonsens van de SDR een paar jaar geleden al, toen hij zei dat hij de SDR pas zou vertrouwen als zijn vrouw om een halsketting ervan zou vragen. Maar nu ook hij overstag is gegaan en de SDR geaccepteerd heeft als aanvulling op goud zou ik haast denken dat hij inderdaad een halsketting van SDR’s voor haar gekocht heeft.

    Converteerbaarheid

    Ik wil hieraan toevoegen wat Gilbert zei over converteerbaarheid. Ik zal het proberen te definiëren: Converteerbaarheid betekent dat een monetaire autoriteit verplicht en in staat is om op verzoek en tegen de vastgestelde koers haar eigen schuldbewijs om te wisselen in iets dat gewild en schaars is. Ongeacht of het schuldbewijs op papier of in een computer staat. Schaarste en vraag zijn de essentiële onderdelen van geld dat waarde behoudt.

    Dus SDR’s en nationale valuta kunnen nooit op gelijke voet gesteld worden met goud als een vorm van reserve. Iedere centraal bankier die ik ken geeft liever eerst zijn dollarreserves en SDR’s uit, voordat hij zijn goudvoorraad aanspreekt. Zeker tegen een goudprijs van $42,22 per troy ounce! Zelfs de Italiaanse centrale bank van Ossola deed dat.

    Om een I owe you nothing te vervangen door een who owes you nothing is niets anders dan het vervangen van een stukje papier door een ander stukje papier. Als je dat verstaat onder converteerbaarheid drijf je de spot met dat woord. Converteerbaarheid in goud vereist discipline, omdat goud een schaars goed is. Papier omwisselen voor ander papier vereist geen enkele discipline. Ik heb er geen enkel vertrouwen in dat een internationale monetaire autoriteit erin slaagt de SDR schaars te houden. En hoe goed ik het persoonlijk ook met ze kan vinden, als Rinaldo Ossola en Robert Triffin de monetaire dictators zouden worden, dan zou ik er niet op vertrouwen dat zij de SDR schaars houden.

    ‘Papieren goud’

    De SDR wordt ook wel papieren goud genoemd vanwege de goudclausule die er in opgenomen is. Het is deze clausule die, zo legde Ossola gisteren uit, die ervoor zal zorgen dat de SDR net als goud uit circulatie gedreven zal worden vanwege de wet van Gresham. Als de waarde van de SDR van goud gescheiden wordt en in plaats daarvan bepaald wordt door een arbitrair gekozen mandje van papiergeld, dan verandert de SDR van papieren goud in papieren papier.

    De vragen die gisteren gesteld werden geven aan dat jullie niet veel raad weten met de SDR. Vergeet je zorgen, want naar mijn inzicht is het een paard dat nooit aan de race zal deelnemen. Misschien komt ze wel uit de startblokken, maar ze zal spoedig uit de race wegvallen.

    Dit wil niet zeggen dat we geen andere problemen hebben. We zitten in een internationaal monetair moeras. De verwarring en het gebrek aan vooruitgang tijdens de bijeenkomst in Nairobi waren het bewijs dat de economische theorieën van Keynes en Friedman in een impasse zitten. De krachten van de vrije markt hebben het overgenomen. Overheden en centrale banken vergissen zich als ze denken dat ze met meer interventies de kracht van de vrije markt kunnen breken.

    Waar moeten we nu naartoe? Het is geen prettig vooruitzicht. Het grote probleem waar we vandaag de dag mee worstelen zijn niet de wisselkoersen, de goudprijs, de SDR, kapitaalcontroles, handelsbeleid, converteerbaarheid en zelfs niet de inflatie, hoe slecht die ook is.

    Teveel schulden

    Het is de excessieve schuldenlast in het systeem, zowel binnen valuta als internationaal. We hebben veel te veel IOU’s gecreëerd. Dit betekent dat schuldenaren van over de hele wereld zich veel dieper in de schulden gestoken hebben dan wat ze zich op basis van hun productiecapaciteit kunnen veroorloven, zelfs als je daar de toename van de productiviteit en productiecapaciteit in meeneemt. Nog problematischer is dat velen kortlopende schulden aangaan voor lange termijn investeringen, wat met name problematisch is in een wereld van vlottende wisselkoersen.

    Mensen vragen zich af waarom overheden en centrale banken niets doen om de inflatie te stoppen. Ze zien niet dat de inflatie een eigen leven is gaan leiden. Schuldenaren kunnen hun productiviteit niet snel genoeg verhogen om hun schulden zelfstandig af te lossen en daarom moeten ze hun producten tegen een steeds hogere prijs aanbieden. In veel gevallen zal men nieuwe leningen moeten afsluiten om eerdere leningen af te lossen. Het spreekwoordelijke ‘lenen van Peter om Paul te betalen’, maar dan op wereldwijde schaal. In dit proces zijn de ‘Peters’ uiteindelijk de centrale banken als lenders of last resort. Als zij niet genoeg IOU’s creëren om de schuldexpansie gaande te houden komt dit hele proces met veel geweld tot stilstand.

    Veel schuldenaren zullen ontdekken dat ze niet in staat zijn hun schulden te betalen. Bedrijven zullen in het beste geval hun productie moeten terugschroeven en personeel moeten ontslaan. In het slechtste geval moeten ze hun deuren zelfs sluiten. Dat vooruitzicht wordt politiek en sociaal als zeer onwenselijk gezien. Daarom zitten centrale banken van over de hele wereld gevangen in schuldexpansie die ze niet durven te stoppen. Ze zijn gevangenen van hun eigen expansionisme en moeten zorgen voor inflatie.

    Samen met overheden zullen ze misschien een poging doen het proces te vertragen, maar ze zullen het nooit tot stilstand brengen. Zelfs het vertragen van de schuldexpansie is een onmogelijke onderneming. Je komt dan al snel op de rand van een economische recessie.

    Geen vaste goudprijs

    In een dergelijke wereld is het ijdele hoop om te denken dat de I owe you nothing (de SDR) weer converteerbaar gemaakt kan worden in goud. De I owe you nothings worden in een dermate hoog tempo gecreëerd dat het onmogelijk is een vaste prijs af te spreken waartegen deze weer ingewisseld kunnen worden voor fysiek goud. De goudvoorraden van centrale banken zouden dan in een hoog tempo leeglopen. Om het geld weer converteerbaar te maken moeten centrale banken stoppen met het creëren van nog meer IOU’s en het verzamelen van de IOU’s van anderen. En dat gaan ze niet doen.

    Vaste wisselkoersen zijn niet mogelijk zonder de discipline van converteerbaarheid, en dan bedoel ik de converteerbaarheid in goud. De SDR is in dit opzicht betekenisloos, omdat het geen enkele discipline oplegt. En omdat converteerbaarheid onmogelijk is met wereldwijde inflatie moeten we ons voorbereiden op een langdurige periode van vlottende wisselkoersen. Dit is een wereld van competitieve devaluaties, wisselkoersbeleid en competitieve monetaire expansie. En dat betekent nog meer wereldwijde inflatie.

    Twee scenario’s

    Ook in deze wereld moeten mensen hun schulden afbetalen, maar als de schulden steeds sneller toenemen wordt de druk van de totale schuldenlast steeds groter. Ook al zijn alle schulden uitgedrukt in I owe you nothings… De harde werkelijkheid van vandaag de dag is dat een aanzienlijk gedeelte van de totale schuldenlast nooit afbetaald kan worden. Deze schulden moeten afgeschreven worden, voordat het herbouwen van het internationale monetaire systeem kan beginnen. Het liquideren van deze schulden kan op één van de volgende twee manieren.

    In het eerste scenario neemt de vrije markt het al snel over van de autoriteiten. Op een bepaald moment zal een faillissement een sneeuwbaleffect teweeg brengen, die met name de financiële instellingen kan meesleuren die hun langlopende verplichtingen gefinancierd hebben met kortlopende kredieten. Als autoriteiten deze sneeuwbal niet kunnen stoppen krijgen we een gigantische liquidatiegolf van schulden, waardoor de economische activiteit tot stilstand komt. Centrale banken zitten dan in de positie waarin ze duwen aan een koord, in plaats van dat ze de teugels aanhalen of losser maken met hun monetaire beleid. Dit is de deflatoire manier die we kennen van de Grote Depressie van begin jaren dertig.

    Het andere scenario is dat de autoriteiten er wel in slagen de schulden te laten groeien en dat daarmee het sneeuwbaleffect van faillissementen voorkomen kan worden. Maar in dat scenario worden de I owe you nothings van centrale banken uiteindelijk waardeloos, in de context van het gezegde ‘not worth a continental‘. Daarmee worden alle schulden in de betreffende valuta ook waardeloos en moeten de autoriteiten nullen van hun bankbiljetten schrappen of een nieuwe munteenheid introduceren.

    Hogere goudprijs

    Een van deze twee scenario’s zal in de toekomst werkelijkheid worden. En hoe graag als ik ook een terugkeer naar een goudstandaard zie, ik denk dat het nog jaren zal duren voordat we weer zoiets krijgen. We hoeven dus geen hogere, stabiele en vaste goudprijs te verwachten. Wat we wel mogen verwachten is het uiteenvallen van het de goudmarkt met twee versnellingen. Centrale banken zullen weer hun entree maken in de vrije markt.

    Ongeacht welk type van schuldverlichting we krijgen heeft goudprijs in de vrije markt nog een lange weg omhoog te gaan. Als centrale banken in staat zijn de inflatie intact te houden, dan zal er uiteindelijk hyperinflatie komen in bepaalde valuta. De goudprijs in die valuta zal dan naar oneindig gaan. Krijgen we het deflatoire scenario in bepaalde valuta, zoals ik verwacht voor de Amerikaanse dollar, dan zullen we in elk geval een bepaalde periode een nieuwe en aanzienlijk hogere goudprijs krijgen in dollars. Dat zal pas gebeuren nadat de deflatie haar gang heeft kunnen gaan.

    Dus ‘In gold we Trust’ gaat boven de IOU nothings en ver boven de who owes you nothings. Als je toch schuldpapier moet aanhouden, kies dan de meest kredietwaardige schuldenaar, ook al krijg je daar niets voor. Maar je kunt ook altijd voor goud kiezen. En jullie in Zuid-Afrika hebben maar geluk, want jullie hebben meer goud dan alle andere mensen. Of het nou in de vorm van een gouden Krugerrand is of drie kilometer onder de aardbodem ligt…

    Volg Marketupdate nu ook via Telegram

    Waardeert u de artikelen en analyses op onze site, steun ons dan met een eenmalige of periodieke donatie. Met uw donatie kunnen we mooie artikelen blijven schrijven en worden we minder afhankelijk van inkomsten uit advertenties. Klik hier om te doneren!




  • Bill Gross: “Centrale banken zijn casinos”

    Volgens vermogensbeheerder Bill Gross lijkt het beleid van centrale banken vandaag de dag op gokken in het casino. In een nieuwe column schrijft hij dat centrale banken twee tactieken uit het casino hebben overgenomen om de financiële markten te bespelen. Hun praktijken zijn volgens Gross te vergelijken met martingaal, een gokstrategie waarbij je na iedere nederlaag de inzet zodanig verhoogt dat je bij een goede uitkomst alle eerdere verliezen goedmaakt. Een zeer riskante strategie, omdat je steeds grotere bedragen op tafel moet leggen om in het spel te blijven.

    bill-gross-pimcoEen voorbeeld uit de praktijk is de ‘whatever it takes’ toespraak van ECB-president Draghi in 2012, waarmee hij met een zeer hoge inzet in één klap een einde maakte aan de speculatie op Europese staatsobligaties. Draghi nam toen een groot risico, maar zijn bluf bleek te werken. De rente op staatsobligaties daalde en de zorgen om de financiering van de PIIGS-landen verdwenen als sneeuw voor de zon.

    Niet zo lang geleden deed Draghi dat nog een keer, toen hij zei dat hij alles binnen zijn mogelijkheden zou doen om de inflatie aan te jagen. Achter deze belofte staat een stimuleringsprogramma van €60 miljard per maand, dat vorige week nog verlengd werd tot het voorjaar van 2017. Meer en meer stimulering moet de financiele markten ervan overtuigen dat het de centrale banken menens is, een gevaarlijke situatie.

    Vertrouwen

    Bill Gross merkt op dat de inzetten van centraal bankiers steeds hoger worden. Het balanstotaal van de vijf grootste centrale banken blijft maar verder uitdijen, in een poging de rente laag te houden en de economie te ondersteunen. In theorie kan deze vorm van stimulering misschien werken, maar het produceert ook heel veel ongewenste effecten. Door de extreem lage rente worden niet productieve investeringen in stand gehouden, komt het businessmodel van verzekeraars en pensioenfondsen in gevaar en worden spaarders ernstig benadeeld in hun mogelijkheden wat vermogen op te bouwen. Volgens Gross, die in het verleden voor obligatiebelegger PIMCO werkte, zullen centrale banken vroeg of laat geconfronteerd worden met de gevolgen van hun risicovolle strategie. Op een dag zullen zij niet meer in staat zijn de paniek op de financiële markten te bezweren en zal de stijging van aandelen- en obligatiekoersen plaatsmaken voor een neerwaartse vicieuze cirkel van koersdalingen. Met deze waarschuwing adviseert Bill Gross om risico's in de beleggingsportefeuille af te bouwen en de weging in aandelen te verkleinen. In deze onzekere tijden is het volgens de vermogensbeheerder belangrijker je inleg terug te krijgen dan om een hoog rendement te halen.