James O’Keefe van Project Veritas lanceerde deze maand zijn boek American Pravda over de rol van de media in het sturen van de publieke opinie. Tijdens zijn boeklancering hield hij een korte presentatie, waarin hij praat over propaganda en nepnieuws en waarin hij terugblikt op de undercover video’s van Project Veritas.
De Europese Commissie organiseerde deze week een bijeenkomst met verschillende sociale media bedrijven, met als doel gedachten uit te wisselen over het effectiever bestrijden van ‘hate speech’, racisme, terroristische propaganda en andere berichten met ‘extremistische inhoud’ op het internet. Hieronder de vertaling van het persbericht dat de Europese Commissie begin deze week naar buiten bracht.
“Terroristische propaganda en andere berichten die online aanzetten tot geweld en haat vormen een serieuze bedreiging voor de veiligheid en de fundamentele rechten. Dit vereist een collectieve reactie van alle betrokken partijen, inclusief de internetbedrijven.
De afgelopen jaren hebben online platforms aanzienlijk meer middelen ingezet om gewelddadige en extremistische berichten zo snel mogelijk te kunnen verwijderen, onder andere door automatische verwijdering.
Dit begint resultaten op te leveren. Echter, ook al zijn er tienduizenden berichten met illegale inhoud weggehaald, er zijn er nog honderdduizenden meer die nog online staan. En de verwijdering daarvan dient snel te gebeuren, want hoe langer het materiaal online staat, hoe groter het bereik is en hoe meer de boodschap zich kan verspreiden en kan groeien. Voortbordurend op de huidige vrijwillige aanpak moet er meer inspanning worden geleverd en moet er meer vooruitgang worden geboekt.
De Europese Commissie rekent op online platforms om meer inspanning te leveren om deze dreigingen snel en alomvattend aan te kunnen pakken. Daaronder valt ook nauwere samenwerking met nationale autoriteiten en instanties die zich bezig houden met handhaving en het intensiever uitwisselen van kennis tussen de online platformen, om te voorkomen dat illegale berichten weer opnieuw opduiken.
We zullen de samenwerking met sociale media bedrijven blijven promoten om terroristische en andere illegale inhoud op het internet op te sporen en te verwijderen en waar nodig wetgeving voorstelling als aanvulling op het bestaande wetgeving.”
Meer controle op het internet
In mei 2016 kondigden de Europese Commissie en vier grote sociale media bedrijven (Facebook, Twitter, Youtube en Microsoft) al een richtlijn aan om zogeheten ‘hate speech’ effectiever te kunnen bestrijden. Een jaar later, in juni 2017, riep de Europese Raad de internetbedrijven op nieuwe technologieën te ontwikkelen die ‘ongewenste berichten’ op het internet automatisch te kunnen verwijderen.
Sociale media en andere online platforms liggen de laatste jaren steeds meer onder vuur, omdat ze te weinig zouden doen om ‘ongewenste’ berichten te verwijderen. Dat beperkt zich niet alleen tot berichten die oproepen tot geweld, maar ook tot informatie die de overheid liever buiten het bereik van het grote publiek wil houden.
Zo werd in Duitsland enige tijd geleden een nieuwe wet aangenomen, waarmee zeer hoge boetes opgelegd kunnen worden aan grote sociale media bedrijven als Facebook, Twitter en Google, indien ze de ‘ongewenste’ berichten niet tijdig verwijderen. En dat leidt tot bizarre situaties, waarbij sociale media met een zekere willekeur berichten en video’s weghalen, onzichtbaar maken of uit de zoekresultaten verwijderen. Ook als deze die niet in strijd zijn met de algemene voorwaarden.
De Franse president Emmanuel Macron wil dat er nieuwe wetgeving komt om zogeheten nepnieuws beter aan te kunnen pakken. In zijn nieuwjaarstoespraak in het Elysée in Parijs merkte hij op dat de verspreiding van valse nieuwsberichten de democratie kunnen ondermijnen, vooral in verkiezingstijd.
Om dat te voorkomen wil de Franse president dit jaar nieuwe wetgeving introduceren, waaronder strengere regels voor sociale media die gesponsorde artikelen plaatsen. Zo moet er een limiet worden gesteld aan de bedragen die uitgegeven mogen worden aan gesponsord nieuws op sociale media.
Russia Today en Sputnik
De Franse president wees vorig jaar tijdens een gezamenlijke nieuwsconferentie met de Russische president Poetin nog op de rol van Russia Today en Sputnik. Volgens Macron hebben deze Russische nieuwssites tijdens de Franse verkiezingen veel onjuiste informatie over hem verspreid, met als doel de uitslag van de verkiezingen te manipuleren.
Ook wil Macron dat websites meer duidelijkheid verschaffen over hoe en door wie ze gefinancierd worden, omdat het volgens hem heel makkelijk is om met een investering van enkele tienduizenden euro’s anoniem nepnieuws en propaganda te verspreiden.
De plannen van Macron om ‘nepnieuws’ harder aan te pakken werden niet goed ontvangen door Marine Le Pen van Front National. Le Pen, die vorig jaar ook aan de Franse presidentsverkiezingen deelnam, vraagt zich af wie straks mag bepalen welk nieuws correct is en wat ‘nepnieuws’ is.
Contrôle de la parole libre sur internet, judiciarisation supplémentaire de la société : la France est-elle toujours une démocratie si elle musèle ses citoyens ? Très inquiétant ! MLPhttps://t.co/Z0A1EYpQkC#VoeuxÀLaPresse
Vorige week vrijdag bracht de Amerikaanse nieuwszender CNN het verhaal dat Wikileaks het campagneteam van Donald Trump voor publicatie inzage had gegeven in de uitgelekte e-mails van Hillary Clinton. Volgens CNN was daarmee het bewijs geleverd dat er banden waren tussen het campagneteam van Trump en Wikileaks en daarmee ook banden tussen Trump en Rusland, omdat verschillende Amerikaanse inlichtingendiensten Wikileaks beschouwen als een arm van de Russische geheime dienst.
Deze zogenaamde onthulling van CNN was gebaseerd op een email die CNN naar eigen zeggen exclusief in handen had gekregen en waar niemand anders over beschikte. De betreffende email was verstuurd door Michael J. Erickson en geadresseerd aan Donald Trump Jr. In deze mail stond een link naar de documenten van Wikileaks, compleet met een toegangscode.
De email werd door het team van CNN gebracht als een grote onthulling, omdat er de datum van 4 september op stond. Dat was tien dagen voordat Wikileaks de e-mails van Hillary Clinton en de Democratische partij aan de wereld kenbaar maakte. In het volgende fragment van twaalf minuten wekt de zender de indruk dat ze het bewijs hebben gevonden waarmee ze Trump kunnen linken aan Wikileaks en daarmee ook aan het Kremlin.
Nepnieuws bij CNN
Er was echter een probleem met dit verhaal, namelijk dat het fundamenteel onjuist bleek te zijn. Een paar uur nadat deze onthulling op de nationale televisie te zien was kwam de Washington Post met het bericht dat CNN een grote fout heeft gemaakt in haar ‘onderzoeksjournalistiek’.
De email bleek namelijk niet exclusief aan CNN te zijn verstuurd en daardoor werd al snel duidelijk dat de datum van de mail niet klopte. De email bleek niet op 4 september, maar pas op 14 september verstuurd te zijn geweest. En dat was nadat Wikileaks het verhaal zelf naar buiten had gebracht. De email waarmee CNN Trump probeerde onderuit te halen bleek dus geen exclusieve toegang te geven aan Trump. Het was gewoon een email van een aanhanger van Trump, met als doel de Republikeinse kandidaat te informeren over het bestaan van deze openbare Wikileaks documenten.
En waar was die toegangscode dan voor? Dat was voor een kopie van de Wikileaks documenten die Michael J. Erickson had geüpload naar een andere website, omdat de bestanden te groot waren om in de email zelf mee te sturen.
Email van Michael J. Erickson aan Donald Trump Jr. (Bron: The Intercept)
Het duurde even voordat CNN met een rectificatie kwam van dit verhaal. Verslaggever Manu Raju plaatste een bericht op twitter, waarin hij de fout erkent. Een bericht dat slechts 1.150 keer werd gedeeld en daarom waarschijnlijk door veel minder mensen gezien is dan de uitzending met het onjuiste verhaal dat op de televisie te zien was. Pas later kwam er vanwege publieke druk ook een rectificatie van het verhaal op de website van CNN.
De onthulling van CNN werd binnen de kortste keren overgenomen door andere media in de Verenigde Staten, zowel op televisie als op het internet. Ook werd het verhaal op sociale media als twitter gedeeld door Democraten met een groot aantal volgers. Doordat het verhaal niet eerst goed werd onderzocht werden miljoenen Amerikanen geconfronteerd met nepnieuws over banden tussen Trump en Wikileaks, die tot op heden nog niet bewezen zijn.
Voor wat betreft het misleiden van de Amerikaanse bevolking spelen de gevestigde media in de Verenigde Staten mogelijk een veel grotere rol dan die Facebook advertenties en mogelijke (?) trollen uit Rusland.
Volgens Glenn Greenwald van The Intercept is het menselijk dat journalisten soms fouten maken, maar daar lijkt nu geen sprake van te zijn. Hij merkt op dat de valse verhalen over Trump vaak de verhalen zijn die de president in een negatief daglicht zetten, bijvoorbeeld door hem te verdenken van banden met het Kremlin. Als er sprake is van een opeenstapeling van valse berichten die allemaal hetzelfde proberen aan te tonen, dan kun je bijna concluderen dat het geen vergissing is, maar van kwade opzet. En precies dat is wat Donald Trump de gevestigde media verwijt als hij ze aanspreekt als ‘fake news’.
Wow, more than 90% of Fake News Media coverage of me is negative, with numerous forced retractions of untrue stories. Hence my use of Social Media, the only way to get the truth out. Much of Mainstream Meadia has become a joke! @foxandfriends
Russia Today wordt in de Verenigde Staten onder verscherpt toezicht geplaatst, want de Russische nieuwszender moest zich deze week als buitenlandse organisatie inschrijven onder de ‘Foreign Agent Registration Act’ (FARA). De zender wordt ervan verdacht ‘valse informatie’ naar buiten te brengen, met als doel de publieke opinie te beïnvloeden.
Het Amerikaanse Ministerie van Justitie had een ultimatum gesteld aan de Amerikaanse afdeling van Russia Today. De zender moest zich registreren als ‘foreign agent’ en inzage geven in haar financiële bronnen, anders zou er een rechtszaak aangespannen worden. Met tegenzin koos de zender vlak voor de deadline voor een registratie.
“Als we moeten kiezen tussen een criminele zaak en een registratie, dan kiezen wij voor het laatste. We feliciteren de Amerikaanse vrijheid van meningsuiting en iedereen die daar nog steeds in gelooft”, zo schreef de eindredactrice van Russia Today, Margarita Simonyan, in een verklaring op twitter.
“Amerikanen hebben het recht te weten wie er actief is in de Verenigde Staten om de Amerikaanse regering of de bevolking te beïnvloeden”, zo verklaarde assistent procureur-generaal Dana Boente tegenover de pers.
De Foreign Agent Registration Act werd in 1938 aangenomen om de verspreiding van Duitse propaganda in de Verenigde Staten tegen te gaan. Dat de Amerikaanse regering deze oude wetgeving opnieuw gebruikt om buitenlandse invloeden te beperken is een zorgelijke ontwikkeling. Het is tekenend voor het wantrouwen ten aanzien van de Russische media, die het nieuws vanuit een andere invalshoek brengen.
Rusland neemt vergeldingsmaatregelen
De Russische regering heeft eerder al laten weten dat ze in reactie hierop vergelijkbare stappen zou nemen ten aanzien van buitenlandse media die in Rusland opereren. Nu dat punt bereikt is heeft ook de regering in Moskou een nieuwe wet aangenomen, waardoor alle grote media in Rusland die financiering uit het buitenland ontvangen zich nu moeten inschrijven als buitenlandse organisatie.
In het Russische wetsvoorstel worden geen specifieke bedrijven genoemd, waardoor de omvang van deze maatregel voorlopig onduidelijk blijft. Dmitry Peskov, persvoorlichter van het Kremlin, gaf woensdag een korte verklaring op het aannemen van deze nieuwe wet.
“Iedere poging om de vrijheid van Russische massamedia in het buitenland aan te vallen kan reken op een strenge veroordeling en een gelijke tegenzet van Moskou. Het wetsvoorstel dat nu is aangenomen maakt het mogelijk om tijdig te reageren.”
Sinds 2012 moeten buitenlandse NGO’s die actief zijn in Rusland zich al registreren als een zogeheten ‘foreign agent’, waarbij ze ook inzage moeten geven in hun financiers. In november 2014 werd deze wet verder uitgebreid met een regel die Russische politieke partijen verbiedt geld te ontvangen van of samen te werken met NGO’s die als ‘foreign agent’ geregistreerd staan. Dit met als doel buitenlandse inmenging in de Russische politiek tegen te gaan.
Russia Today gebruikt Westerse politici, journalisten, schrijvers, academici en andere invloedrijke publieke personen om haar geloofwaardigheid in het Westen te versterken en de Westerse democratie te ondermijnen. Dat schrijft de niet-gouvernementele organisatie European Values in een nieuw rapport dat deze week naar buiten werd gebracht.
Het bestaansrecht van Russia Today is om het Westen ten koste van alles te denigreren en het publieke vertrouwen in de Westerse democratieën te ondermijnen. Op deze gronden is de zender te kwalificeren als een propagandakanaal van het Kremlin en als een vijandig instrument om invloed uit te oefenen in het buitenland. Ze claimt een inhoudelijk en legitiem alternatief te zijn voor de ‘biased’ mainstream nieuwszenders, maar is niets meer dan een rookgordijn voor een kwaadaardige agenda.
Volgens European Values heeft Russia Today de gewoonte om feitelijke en verifieerbare informatie te ontkennen en verwarring te zaaien bij het publiek. Daarmee zou de zender het vertrouwen in Westerse media, instanties en overheden willen ondermijnen.
Lijst van meer dan 2.300 ‘useful idiots’
In het rapport van European Values vinden we een uitermate gedetailleerde lijst van meer dan 2.300 personen die de afgelopen vier jaar een of meerdere keren bij Russia Today verschenen. De namen zijn zorgvuldig gerangschikt in zeven categorieën, waarbij bijvoorbeeld alle politici uit de Verenigde Staten, het Verenigd Koninkrijk en Europa apart worden opgesomd, soms op alfabetische volgorde en andere keren op volgorde van hoe vaak ze bij Russia Today verschenen.
Volgens de organisatie achter dit rapport hebben deze personen bijgedragen aan het verspreiden van Russische propaganda en waren ze daarmee ‘useful idiots’ voor een ‘vijandige macht’, die zich hebben laten gebruiken door wat zij de ‘Russische propagandamachine’ noemen. De aanval op Russia Today beperkt zich dus niet alleen op de zender zelf, maar richt zich ook op alle mensen die de afgelopen jaren aanschoven bij een van de programma’s van de Russische staatszender.
European Values publiceert lijst van personen die bij Russia Today verschenen
European Values?
Nu vraagt u zich af wie er achter deze organisatie zit. European Values is een NGO die in 2005 werd opgericht en die opereert vanuit Tsjechië. De organisatie claimt neutraal te zijn en geen banden te hebben met de politiek. Maar uit het jaarverslag blijkt dat een kwart van de financiering van European Values direct of indirect afkomstig is van verschillende Westerse overheden, zoals de Britse en Amerikaanse ambassades in Tsjechië, de Tsjechische overheid, het Europees Parlementen de Europese Commissie. Ook blijkt de organisatie grote sommen geld te ontvangen van private sponsors, zoals de Open Society Foundation van George Soros. Deze organisatie alleen is goed voor bijna 10% van het totale budget van European Values.
Ook opvallend is dat de eindverantwoordelijke voor dit rapport, Monika Richter, lijkt samen te werken met de Atlantic Council. Zo verscheen er eerder deze week een artikel van haar over dit onderwerp op de website van de Atlantic Council.
Russia Today onder vuur
Het is niet voor het eerst dat Russia Today onder vuur komt te liggen in het Westen. Een maand kreeg de Amerikaanse afdeling van de zender nog een brief van het Amerikaanse Ministerie van Justitie, met het verzoek zich te registreren als een buitenlandse nieuwsorganisatie.
De Amerikaanse regering beroept zich daarbij op een wet die in 1938 werd aangenomen om te voorkomen dat Nazi-propaganda het Amerikaanse publiek bereikte. Russia Today, maar ook de Russische zender Sputnik, zouden de eerste nieuwszenders op deze lijst worden.
Nederland is erg kwetsbaar voor manipulatie van de publieke opinie middels de verspreiding van ‘nepnieuws’. Dat zegt brigade-generaal Wilfred Rietdijk, strategisch adviseur Nationale Veiligheid en Cyber van het ministerie van Defensie, in een interview met de Volkskrant. Volgens hem moeten overheden en de belangrijke media meer samenwerken om de verspreiding van valse informatie tegen te gaan en onjuiste berichten te weerleggen.
Volgens Rietdijk is Nederland – net als veel andere Westerse landen – erg kwetsbaar voor beïnvloeding van de publieke opinie. Als voorbeeld noemt hij de berichtgeving over de MH17, waarbij Rusland probeert de beeldvorming in het Westen te sturen. Daardoor verliezen burgers het vertrouwen in de autoriteiten en wordt de polarisering in de Westerse samenleving aangewakkerd.
Geraffineerde aanpak
Volgens Rietdijk sturen Rusland, maar ook landen als China en Iran, bewust aan op berichtgeving die betrekking heeft op de zwakke kanten van de Westerse samenleving. Dat gaat op zeer geraffineerde wijze via nieuwskanalen als Russia Today en Sputnik News, die wereldwijd en in verschillende talen nieuws brengen. Deze berichten worden via sociale media als Facebook en twitter verder verspreid.
De NAVO heeft het onderwerp cyberveiligheid en internet dit jaar hoog op de agenda gezet, omdat de Westerse samenleving op dit vlak erg kwetsbaar blijkt te zijn. Manipulatie van de publieke opinie is een zeer geraffineerde aanpak, omdat het lastig is om je daartegen te wapenen.
Eerder dit jaar publiceerde The Hague Centre for Strategic Studies zelfs een rapport over hoe wij ons in het Westen moeten beschermen tegen berichtgeving uit Rusland. Het rapport spreekt van Russische trollen die anti-Westerse berichten verspreiden en die gefinancierd worden door het Kremlin.
Monopolie op de waarheid?
De waarschuwing van brigade-generaal Rietdijk bevestigt dat wel zeer kritisch moeten zijn naar de berichtgeving in de media. Maar wat hij niet vertelt is dat er naast Russische propaganda ook zoiets als Westerse propaganda bestaat en dat de Westerse wereld geen monopolie op de waarheid heeft.
Zo zijn er in de Westerse media ook heel veel valse berichten verspreid, denk aan de berichtgeving over massavernietigingswapens van Saddam Hoessein en over chemische aanvallen van Assad tegen zijn eigen bevolking. Deze gebeurtenissen werden in de grote Westerse media voor waar aangenomen, maar bleken achteraf niet waar of op zijn minst discutabel te zijn.
Onafhankelijke media
Brigade-generaal Rietdijk pleit voor meer samenwerking tussen overheden en de gevestigde media, maar dat roept ook weer nieuwe vragen op. Kunnen de media in dat geval nog wel onafhankelijk verslag doen? En wat als de berichtgeving in de Russische media ook goed met feiten onderbouwd is, maar niet overeenkomt met de berichtgeving in de Westerse media? Welk verhaal moeten we dan geloven? En wie bepaalt dat?
Als de gevestigde media en overheden meer gaan samenwerken, kun je dan nog wel spreken van een onafhankelijk pers? En zijn de berichten van de Westerse media die samenwerken met overheden dan wel betrouwbaarder dan de berichten van Russische media die samenwerken met de Russische overheid?
Frank Knopers
Deze column van Frank Knopers verscheen eerder op Goudstandaard. Goudstandaard is gespecialiseerd in de verkoop en opslag van fysiek edelmetaal. Wilt u meer informatie over beleggen in edelmetalen? Bel ons op +31(0)88 46 88 488 of mail naar [email protected].
Overheden zijn door de geschiedenis heen altijd onbetrouwbaar gebleken en hebben er daarom alle belang bij informatie naar buiten te brengen die niet met de werkelijkheid overeenkomt. Dat zegt Cees Hamelink, emeritus hoogleraar Internationale Communicatie aan de Universiteit van Amsterdam en emeritus hoogleraar Media, Religie en Cultuur aan de Vrije Universiteit in een gesprek met Café Weltschmerz.
Hamelink legt uit hoe overheidsinstanties met behulp van woordvoerders, spindokters en communicatiewetenschappers het vertrouwen van het publiek weten te winnen, terwijl de boodschap die ze brengen niet altijd waar is. De media nemen deze berichten vaak gewoon over, omdat veel journalisten volgens hem onvoldoende kritisch zijn. Goede journalistiek vergt weliswaar tijd, intelligentie en onderzoeksvermogen, maar dat is de enige manier waarop de media haar taak als ‘vierde macht’ kan vervullen, zo concludeert Hamelink.
Een interessant gesprek over de rol van de media naar aanleiding van een artikel dat eerder dit jaar verscheen op de website Novini. Professor Cees Hamelink gaf eerder ook al een minicollege voor de Universiteit van Nederland met als titel “Waarom moet je niet geloven wat in de krant staat”.
Volgens CNN-commentator Van Jones is het hele verhaal over Russische inmenging in de Amerikaanse verkiezingen één grote farce. De beschuldigingen aan het adres van Donald Trump blijven zich opstapelen, terwijl er nog steeds geen enkel bewijs is gevonden voor mogelijke beïnvloeding van de Amerikaanse verkiezingsuitslag door Rusland.
In de volgende video zegt Van Jones dat het hele verhaal over Rusland een grote ‘nothing burger’ is. Of hij daarmee bedoelt dat het hele verhaal verzonnen is of dat het verhaal geen invloed zal hebben op de positie van president Trump blijft onduidelijk, maar het mag duidelijk zijn dat CNN dit verhaal graag blijft herhalen. Waarom? Omdat het nou eenmaal goede kijkcijfers oplevert.
CNN ontkent nepnieuws niet
Van Jones schrijft in een verklaring op CNN dat zijn uitspraken uit verband zijn gehaald en dat James O’Keefe van Project Veritas probeert een sensationeel verhaal te maken met geheime video opnames. Toch ontkent CNN de beschuldigingen over hun valse berichtgeving niet, ook niet toen ze vorige week een verhaal over mogelijke banden tussen de regering Trump en een Russische bankier moesten rectificeren. Bij nader onderzoek bleek ook dat verhaal niet te kloppen.
De media die het hardste roepen dat we fake news moeten aanpakken blijken het zelf niet altijd even nauw te nemen met de waarheid. Zo heeft nieuwszender CNN, dat sinds de verkiezing van Trump iedere kans aangrijpt om hem zwart te maken, onlangs een heel artikel van haar website moeten verwijderen.
Reden? Een artikel over mogelijke banden tussen het team van Trump en een Russische bankier dat op een anonieme bron was gebaseerd bleek bij nader onderzoek volstrekt onjuist te zijn. Op de plaats van het artikel staat nu een melding dat het stuk niet voldeed aan “de redactionele standaarden van CNN” en dat het om die reden offline is gehaald.
De drie journalisten die het artikel vorige week donderdag plaatsten zijn inmiddels niet meer werkzaam bij CNN, als is niet duidelijk of ze ontslag hebben gekregen of dat ze zelf zijn opgestapt. Opvallend detail is dat één van deze drie onderzoeksjournalisten in het verleden de prestigieuze Pulitzer prijs heeft gekregen voor zijn journalistieke werk.
President Trump, die de mainstream media al langer beticht van gekleurde en onjuiste berichtgeving, liet deze uitgelezen kans om zijn gelijk te halen natuurlijk niet aan zich voorbij gaan.
Wow, CNN had to retract big story on "Russia," with 3 employees forced to resign. What about all the other phony stories they do? FAKE NEWS!
Daar blijft het echter niet bij, want de zender moest deze week voor een tweede keer diep door het stof. Onderzoeksjournalisten van Project Veritas plaatsten een geheim videofragment, waarin CNN-producer John Bonifield toegeeft dat het hele verhaal over de Russische banden met Trump bij elkaar verzonnen is en dat de redactie nog steeds wacht op enige vorm van bewijsmateriaal om alle beschuldigingen te kunnen onderbouwen.
In datzelfde videofragment zegt Bonifield dat het werk op de redactie van CNN heel anders is dan wat studenten ervaren tijdens hun journalistieke opleiding. Tegenover de lessen in ethiek die op school worden bijgebracht staat een harde realiteit waarin geld verdiend moet worden. En dat betekent in het geval van CNN verslaggeving brengen die Trump in diskrediet brengt, omdat dat nou eenmaal goed scoort bij het publiek.
Vertrouwen in media naar dieptepunt
Het is geen wonder dat het vertrouwen in de media volgens de laatste peiling van Gallup naar een nieuw dieptepunt is gedaald. Slechts 32% van de Amerikaanse televisiekijkers zegt nog enig vertrouwen te hebben in wat er door de massamedia gezegd en geschreven wordt. En dat was in september 2016, toen de hysterie in de media over Trump nog een nieuw hoogtepunt moest bereiken…
Vertrouwen in Amerikaanse mainstream media naar nieuw dieptepunt (Bron: Gallup)
CNN is vrijwel altijd negatief over Trump (Bron: Fox News)
Google werkt aan een nieuwe methode om ongewenst nieuws lager weer te geven in de zoekresultaten. Het bedrijf schakelt een team van meer dan 10.000 beoordelaars in die de resultaten van de zoekmachine handmatig gaan beoordelen. Nieuwsberichten die door het team worden aangemerkt als vals nieuws, samenzweringstheorie of “lage kwaliteit informatie” worden voortaan lager weergegeven in de zoekresultaten.
Eind vorig jaar werden Google en Facebook bekritiseerd voor het verspreiden van zogenaamd ‘misleidende informatie’, in het bijzonder ten aanzien van de Amerikaanse presidentsverkiezingen. Verschillende nieuwssites plaatsen negatieve berichten over Hillary Clinton, wat volgens haar invloed heeft gehad op de uitslag van de verkiezingen.
Volgens Google heeft deze ingreep betrekking op een klein aantal zoekopdrachten, slechts een kwart procent van het totale zoekverkeer. Maar tegelijkertijd gaat het om belangrijke zoekopdrachten, zo verklaarde Ben Gomes van Google tegenover Bloomberg.
Google pakt ‘ongewenste’ zoekresultaten aan
Google wil niet alleen de nieuwsresultaten van haar zoekmachine beoordelen, ook wil ze voorkomen dat bepaalde populaire zoektermen als suggestie worden weergegeven. Nu zorgt de auto-complete functie van de zoekmachine ervoor dat je de meest populaire suggesties te zien krijgt zodra je een woord hebt ingetypt. In sommige gevallen komen hier suggesties naar voren die volgens Google onwenselijke zijn.
Een voorbeeld daarvan waren de suggesties die de zoekmachine gaf tijdens de verkiezingscampagne in de Verenigde Staten, toen de autocomplete functie negatieve associaties gaf voor Hillary Clinton. Zocht je op deze naam, dan kreeg je als aanvulling suggesties als “Hillary Clinton sick” en “Hillary Clinton criminal”. Ook dit soort associaties wil Google voortaan manipuleren, zodat men ‘onwenselijke’ zoeksuggesties niet te zien krijgt. Ook gaat het bedrijf een nieuwe functie aan haar website toevoegen waarmee gebruikers zelf melding kunnen maken van ongewenste zoeksuggesties.
Eerder deze maand lanceerde het technologiebedrijf nog een nieuw programma om journalisten en redacteurs te helpen met het controleren van de juistheid van nieuwsberichten op het internet. Het filteren van zoekresultaten en zoeksuggesties is een opmaat naar censuur, omdat vrijwel iedereen Google als zoekmachine gebruikt. Daarmee heeft het bedrijf ontzettend veel macht over welke nieuwsberichten mensen wel of niet te zien krijgen.