Guest post: De toekomst van de euro

Onderstaand artikel is op 29 augustus gepubliceerd in de Duitse krant 'Die Zeit', vandaar de referentie naar Duitsland in het artikel. Uiteraard is de inhoud van toepassing op alle lidstaten van de muntunie en al hun burgers. Het originele artikel is uiteraard te vinden op de website van de ECB. Hieronder leest u de volledige Nederlandse vertaling van het ingezonden stuk.

In heel Europa is een debat gaande over de toekomst van de euro. Desalniettemin weten de oplossingen die worden aangedragen burgers niet te overtuigen. De oplossingen die worden aangedragen weten niet te overtuigen. Dat komt omdat deze oplossingen binaire keuzes opleveren: ofwel terug naar het verleden, ofwel bewegen richting de Verenigde Staten van Europa. Mijn antwoord op deze situatie is: om een stabiele euro te hebben hoeven we niet te kiezen tussen twee extremen.
 
De reden waarom het debat wordt gevoerd heeft niets te maken met de euro als valuta. De doelen die met een universele valuta worden bereikt zijn vandaag de dag nog even relevant als toen de euro werd ingevoerd: het verspreiden van prijsstabiliteit en het faciliteren van duurzame groei  voor alle Europese burgers. Om de voordelen te benutten van de grootste markt ter wereld en het historische proces van Europese eenwording onomkeerbaar te maken. Om de positie van Europa in de globaliserende wereld te versterken, niet alleen economisch maar ook politiek.
 
Het debat wordt gevoerd omdat de eurozone nog niet geheel succesvol is geweest in het behalen van die doelen. Valuta zijn uiteindelijk afhankelijk van de instituties die erachter staan. Toen de euro voor het eerst werd voorgesteld waren er sommigen die zeiden dat er eerst een proces van politieke integratie aan vooraf zou moeten gaan. Dit vanwege de implicatie dat een gezamenlijke munt ook zou leiden tot gezamenlijke besluitvorming. Leden van de muntunie zouden 'lotgenoten' worden die een sterke gemeenschappelijke democratische onderbouwing nodig hebben.
 
Maar in de jaren '90 werd een opzettelijke keuze gemaakt om de euro niet zulke eigenschappen te geven. De euro werd gelanceerd als een 'statenloze' valuta, om op die manier de souvereiniteit en diversiteit van de lidstaten te kunnen behouden. Dit leidde tot het Verdrag van Maastricht waar de institutionele basis van de euro werd gelegd. Maar zoals recente gebeurtenissen hebben laten zien was de eurozone met dit institutionele fundament onvoldoende uitgerust om gedegen economisch beleid en effectief crisismanagement uit te kunnen voeren.
 
Om deze reden kan de toekomst er niet uitzien als een status quo ante, een terugkeer naar hoe het de afgelopen jaren is geweest. De beperking van het hebben van gemeenschappelijk monetair beleid, maar een soepel gecoordineerd fiscaal, economisch en financieel beleid, zijn gebleken tijdens deze crisis. Zoals Jean Monnet zei: ''coordinatie is een methode die de discussie stimuleert, maar die niet tot besluiten komt''. En krachtige besluiten moeten nu gemaakt worden om de tweede belangrijkste valuta ter wereld te managen.
 
Een nieuwe architectuur voor de eurozone is wenselijk om duurzame welvaart voor alle lidstaten van de muntunie te scheppen, in het bijzonder voor Duitsland. De wortels van het Duitse succes liggen in de diepe integratie in Europa en de grote economieën van de wereld. Om succesvol te blijven moet Duitsland een anker hebben van een sterke valuta, te midden van een zone van monetaire stabiliteit en de dynamiek van een concurrerende economie in de eurozone. Alleen met een sterkere economische en monetaire unie kan dat doel bereikt worden.
 
Toch vereist deze nieuwe architectuur niet eerst een politieke unie. Het is helder dat een monetaire unie duidelijk gepaard gaat met een hogere mate van gezamenlijke besluitvorming. Maar economische en politieke integratie kunnen parallel aan elkaar ontwikkelen. Waar het noodzakelijk is moet de souvereiniteit in bepaalde economische beleidsvelden worden gebundeld en moet de democratische legitimatie worden verdiept.
 
Hoe ver moet dit gaan? We hebben geen centralisatie van al het economische beleid nodig. In plaats daarvan moeten we de vraag pragmatisch beantwoorden: door onszelf in kalmte te vragen wat de minimale vereisten zijn om de economische en monetaire unie compleet te maken. Al doende zullen we erachter komen dat alle noodzakelijke maatregelen ruim binnen ons bereik liggen.
Voor wat betreft het fiscale beleid hebben we inzicht nodig in nationale begrotingen. De gevolgen van verkeerd begrotingsbeleid in een monetaire unie zijn te groot om over te laten aan zelfregulering. Voor wat betreft het bredere economische beleid moet concurrentievermogen garandeerd worden. Landen moeten in staat zijn duurzame economische groei en werkgelegenheid te genereren, zonder daarbij excessieve onbalansen te scheppen. De eurozone is geen natiestaat waar hardnekkig subsidiebeleid voldoende steun heeft. Daarom kunnen we ons geen situatie veroorloven waarin sommige landen permanent veel begrotingstekorten hebben ten opzichte van anderen.
 
Voor het financiële beleid moet er een in het midden geconcentreerde macht zijn die het nemen van excessieve risico's van banken kan tegengaan en het toezicht door toezichthouders kan vrijwaren van ‘regulatory capture’ (red: het oogluikend toestaan van wat niet mag1). Dit is de beste manier om belastingbetalers in de eurozone te beschermen. Ook moet er een stelsel zijn waarmee banken op een dusdanige manier kunnen worden afgewikkeld dat het de overheidsfinanciën veilig stelt zoals we dat ook zien in andere federaties. In de VS zijn sinds 2008 per jaar gemiddeld 90 banken omgevallen zonder dat dit de solvabiliteit van de overheid in het geding heeft gebracht.
 
Een politieke unie kan en moet zich hand in hand moeten ontwikkelen met een fiscale, economische en financiële unie. Het verdelen van de bevoegdheden en verantwoordelijkheden kan in parallel plaatsvinden. We moeten niet vergeten dat de zestig jaar van Europese integratie al tot een aanzienlijke mate van politieke eenwording heeft geleid. Besluiten worden genomen door een Europese Commissie die gevuld is met nationale ministers en door een direct gekozen Europees Parlement. Het is de uitdaging om de legitimiteit van deze organen te versterken en tegelijkertijd hun verantwoordelijkheden uit te breiden, terwijl er naar manieren wordt gezocht om Europese besluitvorming sterker te verankeren op nationaal niveau.
 
Een meer solide politiek fundament moet tot overeenstemming leiden ten aanzien van één basisprincipe: dat het noch duurzaam noch legitiem is voor landen om nationaal beleid te voeren dat economische schade kan toebrengen aan anderen. Deze beperking moet worden ingebouwd in de manier waarop landen hun economische en sociale beleid vormgeven. Het enige duurzame model is er een die consistent is met de voorwaarden van een muntunie. Landen moeten binnen hun budget opereren. Competitie en arbeidsmarkten moeten weer nieuw leven worden ingeblazen. Banken moeten conformeren aan de hoogste standaarden van toezicht en moeten de focus leggen op het dienen van de reële economie. Dit is niet het eindpunt, maar een veieuwing van het Europese sociale model.
 
Vanuit het perspectief van de ECB is een sterke economische unie een essentiële aanvulling op het gemeenschappelijke monetaire beleid. Om dit op te bouwen is een gestructureerd proces met een juiste volgorde van stappen vereist. Burgers zullen er echter zeker van zijn dat drie elementen constant blijven. De ECB zal doen wat noodzakelijk is om prijsstabiliteit te behouden. Het zal geheel onafhankelijk blijven. En tenslotte zal het altijd blijven opereren binnen de grenzen van haar mandaat.
 
Toch moet men begrijpen dat de ECB, in het vervullen van haar mandaat, soms verder moet gaan dan de gebruikelijke monetaire beleidsinstrumenten. Als markten gefragmenteerd zijn of beïnvloedt worden door irrationele angsten kunnen de signalen van ons beleid niet alle burgers van de eurozone gelijkmatig bereiken. Dit soort blokkades moeten we verhelpen om een eenduidig monetair beleid te verzekeren en daarmee de prijsstabiliteit voor alle burgers van de eurozone te handhaven. Soms kunnen daarvoor exceptionele maatregelen vereist zijn. Maar ook dat is onze verantwoordelijkheid als centrale bank van de gehele eurozone.
 
De ECB is geen politieke instelling, maar het is wel gecommitteerd aan de verantwoordelijkheden die ze heeft als institutie van de Europese Unie. Daarom zal zij nooit zicht verliezen op haar missie: het garanderen van een sterke en stabiele munt. De bankbiljetten die we uitgeven dragen de Europese vlag en zijn een sterk symbool van de Europese identiteit.
 
Diegene die terug willen naar het verleden begrijpen het grote belang van de euro niet. Diegene die claimen dat alleen een volledige federatie duurzaam is leggen de lat te hoog. Wat we nodig hebben is een geleidelijk en gestructureerd plan om de Europese muntunie te voltooien. Dit zal de euro het stabiele fundament geven dat het verdient. Het zal de ultieme doelen van de Europese Unie dienen en het doel bereiken waarvoor de euro is opgericht: stabiliteit, welvaart en vrede. We weten dat dit is wat de mensen in Europa, en in Duitsland, nastreven.
 
1 Regulatory capture is een engelstalig begrip dat betrekking heeft op de relatie tussen toezichthouder en de sector waarop ze toezicht dient te houden. Doordat deze vaak dicht op elkaar zitten wordt er soms een oogje toegeknepen, met de gedachte (en ervaring) dat kleine overtredingen niet altijd zichtbare gevolgen hebben. Doordat de toezichthouder zich kan laten beïnvloeden worden misstanden soms te laat aan de kaak gesteld. Voor de volledige uitleg verwijzen we naar Wikipedia, waar de term helaas nog niet in het Nederlands wordt uitgelegd.
 
Vertaling: Frank Knopers – Geredigeerd: Jaco Schipper
Marketupdate.nl Crypto redactie
Marketupdate.nl Crypto redactie

Dagelijks op de hoogte van het crypto nieuws via marketupdate.nl

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Doe mee met de Bullrun 🚀10 euro gratis tijdelijke actie bij Bitvavo