Stel je voor: je hebt een prachtig kantoor, met een koffiezetapparaat dat betere espresso’s maakt dan een hippe barista. Maar ineens zegt iemand: “Heeft jouw pand wel energielabel C?” En dan zit je daar. Geen idee wat dat betekent, maar wel met een klein paniekje in je buik. Geen zorgen, ik neem je mee in de wondere wereld van energielabels – met een knipoog, maar vooral met duidelijke uitleg.
Wat is energielabel C en waarom hoor je er ineens zoveel over?
Energielabel C is een beetje de ‘voldoende’ op je rapport als het om energieprestatie gaat. Niet superslecht, maar ook geen uitblinker. Vanaf 1 januari 2023 is het voor kantoorpanden in Nederland verplicht dat ze minimaal energielabel C hebben, anders mag je er officieel niet meer in werken. Beetje alsof je zonder rijbewijs de snelweg opgaat – niet handig, en ook een beetje illegaal.
En ja, deze regel geldt dus ook als je gewoon een kantoortje huurt. Het gaat er namelijk niet om wie er zit, maar om het pand zelf. Dus check dat even met je verhuurder, anders sta je straks in je pyjama thuis te zoomen omdat je kantoor ‘gesloten wegens energiestress’ is.
Je snapt inmiddels dat energielabel c kantoren niet zomaar een dingetje is voor milieuhipsters of nerds met zonnebrillen op het dak. Het is serieuze regelgeving en het gaat om je werkplek, je energieverbruik én je portemonnee. Dus, hup, tijd om je erin te verdiepen.
Hoe weet je of jouw kantoor het juiste label heeft?
Je kan natuurlijk niet op gevoel zeggen: “Hmm ja, dit voelt wel als een C’tje.” Gelukkig is er een officiële manier om daarachter te komen. Elk kantoorgebouw moet een geregistreerd energielabel hebben. Die kun je vinden via de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO) of gewoon even vragen aan je verhuurder. Geen label? Dan is dat al een dikke rode vlag.
Let op: het label moet geregistreerd staan in het landelijke systeem. Een printje van jaren geleden telt niet. En C betekent dat je kantoor maximaal 225 kWh per vierkante meter per jaar mag verbruiken. Dat lijkt technisch, maar het betekent gewoon: geen energieslurper.
Is het label lager dan C? Dan moet er iets gebeuren. Soms zijn dat simpele dingen zoals betere isolatie, ledverlichting of slimme thermostaten. In andere gevallen moet je echt flink verbouwen. Gelukkig zijn er subsidies en steunmaatregelen. Dus geen stress, maar wel actie.
Wat kun je doen als je kantoor het label niet haalt?
Als je pand nog onder de C zit – zeg maar ergens tussen ‘meh’ en ‘auw’ – dan kun je gelukkig stappen ondernemen. Denk bijvoorbeeld aan ledverlichting in plaats van die gezellige TL-buizen uit 1998. Of aan dubbel glas in plaats van de ruitjes waar de kou dwars doorheen fluit. Kleine aanpassingen kunnen vaak al flink schelen.
Een andere tip: check je installaties. Oude cv-ketels en airco’s vreten energie. Vervang je die door moderne varianten, dan ben je al snel op weg naar een beter label. En heel eerlijk, je medewerkers (of jijzelf) worden ook blij van een werkplek waar het klimaat een beetje normaal aanvoelt.
Tot slot: laat een energieadviseur langskomen. Die doet een scan van je pand en geeft precies aan wat er moet gebeuren. Soms blijkt dat je met een paar slimme stappen al bij energielabel C zit. Andere keren moet je misschien iets meer investeren. Maar zie het als een upgrade voor de toekomst.
Waarom is energielabel C eigenlijk zo belangrijk?
Behalve dat het wettelijk verplicht is, is het ook gewoon slim. Een energiezuinig kantoor bespaart je geld op de lange termijn. Minder stookkosten, minder stroomverbruik, en een lekkerder binnenklimaat. Daarnaast laat je aan klanten, partners en medewerkers zien dat je een beetje toekomstgericht denkt. Duurzaam ondernemen is al lang niet meer voor geitenwollensokken types.
En mocht je ooit je kantoor willen verkopen of verhuren, dan is een goed energielabel gewoon een pluspunt. Mensen willen geen geld stoppen in een pand dat ze eerst moeten verduurzamen. Label C is dus een soort minimale drempel om mee te blijven doen op de markt.
Ook niet onbelangrijk: de planeet. Ja echt, daar doen we het ook voor. Minder CO2-uitstoot betekent minder klimaatellende. En zelfs als je daar niet wakker van ligt, is het fijn als je kantoor niet voelt als een oven in de zomer en een ijskelder in de winter.
